G.E.B.
MODE-VAKSCHOOL
Nederlanders
PHILIPS
&$ek
De
JAEGER WOLLEN
ONDERKLEEDING
Ribana
wf-^SlASUF
Hoesbergen Kockmann
Ruim Honderd Vijftig Jaar
A. J. van der Pigge, Gierstr. 3
Wij blijven
ivereldreizigers!
ZATERDAG 22 OCTOBER 1938
HAA'EEE M'S DAGBEAD
24
fahteft
sruGTTvri*eitsverb^ik
'""chtingen* daar°m
°mtrent
•Sfr.t
de^"tarj
°°m hetrekk
even k»n '"'ae
,n voor U
Ken v«
o lg,
ens
Vo°rdeel
'9 zijn
HAARLEM, TELEF. 11946
ONZE SPECIALITEIT
Fabr.: W. BENGER SöHNE. Stuttgart
JANSEN TILANUS - Friezenveen
STEEDS VOORRADIG: BENGER'S
ELASTISCHE ONDERKLEEDING in wit en gekleurd.
HERFST en WINTER BENOODIGDHEDEN
Prima zware gelakte VULEMMERS 0.60
Prima geëmailleerde VULEMMERS f 0.85
Ronde gegalvaniseerde VULEMMERS 1.45
Zware vierkante gegalvaniseerde VULEMMERS
voor centrale verwarming 2.25
VERDAMPBAKJES voor centrale verwarming0.28
Zwarte of gegalvaniseerde KACHELPIJPEN, per
Meter vanaf 0.28
Zwarte of gegalvaniseerde ELLEBOGEN vanaf 0.14
BEDKRUIKEN in diverse soorten vanaf 0.16
Zware stalen onverwoestbare BEDKRUIKEN 0.85
Onze bekende GASPOKEN 0.85
TOCHTBAND, wit, bruin of groen, per Meter 0.10
Kolenschoppen - Kachelhaakjes - Poken - Tangen
14 cent 5 cent 15 cent 30 cent
KRUISSTRAAT 34—36 TELEFOON 12485
OUD-IIOLXAjNDSCH HUISGEZIN BEGIN 17e EEUW.
GROOTE HOUTSTRAAT 100 rood (ing. Nieuwstr.).
(boven Boekhandel Loosjes). Koninklijk goedgekeurd.
LESSEN: IN KNIPPEN EN NAAIEN voor eigen gebruik.
OPLEIDING voor de praktijk-examens. Costumière,
Coupeuse en Leerares. Akte NUTTIGE HANDWERKEN.
DAG-, AVOND- en PRIVéLESSEN.
INSCHRIJVING DAGELIJKS (behalve ZATERDAG).
A. MUNTJEWERF, Gedipl. Leerares der
Ver. van Modevakscholen in Nederland.
De koopman rust, na 't noestig zwoegen,
Aan d'avonddisch met vrouw en kind,
En eet zijn spijs in vergenoegen
Als and're, meer tot vreugd gezind,
Aan spel, of dans, of minnerijen,
Den spaden avond roekloos wijen
J. P. BROEKHOF.
DE avondmaaltijd is ten einde. Wij
laten in het midden of het gezin heeft
genoten van „een gesoden snoeck,
blaeu van vel en blank van visch met
een dick-gewelde boter-en-azijn soppe over-
gooten", dan wel van een „potagie van een
kalfsschinkel met ballen en saucijsen" of van
een „heerlijke runderrib tusschen twee scho
tels grauwe erwten geplaatst, een slaatje, en
wat gestoofde appeltjes". Wellicht heeft men
witte boonen met pruimen of stroop gegeten
of wittebrood met schapenat gestoofd; in ieder
geval zijn de huisgenooten opgestaan, hebben
het hoofd ontbloot en de huisvader gaat voor
in het dankgebed. Wij willen aannemen dat
we bij een keurig gezin te gast zijn. Dan was-
schen we na den maaltijd nog even de handen.
Dat is wel noodig ook. Op tafel lagen
slechts messen en tinnen lepels en de familie
heeft met de vingers de stukken uit de scho
tels gépakt, ze in de saus gedoopt en in den
mond gestoken. Daarna heeft men de vin
gers afgelikt en een nieuwe hap genomen.
Nog in 1733 merkt een Noordhollandsche koop
mansvrouw op: „Ik kan niet begrijpen, waartoe
'het eeten met vorken dient, als men goede
vingeren heeft. Zindelijke Hollanders behoeven
voor elkaar niet vies te zijn."
En het is omstreeks in dienzelfden tijd, dat
een eerzaam huisvader, zijn zoon bezig ziende
met een vork te manoeuvreeren „die wel
levendheid niet aandagt aanziet" en zegt:
„Maar jongen, waar mag je dat tog geleerd
hebben! En 't gaat je nog al wel af ook. Ik ben
tot die grootsche zwier niet opgevoed en ik
ben te oud om van gewoonte te veranderen."
Het is te koud om nog wat onder de luifel
op het bankje te gaan zitten. Dat was 's zo
mers zoo gezellig. Vader, de kalot op het hoofd
en in den nachttabbert met de stillegangers of
muilen aan de voeten, smoorde er zijn pijp en
las de courante nouvellen of nieuwstijdingen,
de voorloopers onzer dagbladen; moeder in
haar huik of pelisje besprak met dochters of
buurvrouwen de naderende najaarsschoon-
maak.
vorm het verzoek gevolgd of het meisje aan
de deur wil komen staan.
Daarop is weldra door de jongelui een
kuiertje gemaakt en het afscheid nemen ging
natuurlijk gepaard met een kus. Geen volk
hield meer van minnekoozen dan het Holland-
sche, nergens vindt men uitvoeriger beschrij
vingen over het kussen dan in onze 17e- en
18e-eeuwsche auteurs. Ja, zelfs van den kansel
weidde men met ingenomenheid over dat
onderwerp uit. Zoowel familiaire als statie-
bezoeken eindigden met een hartelijken zoen.
Haalde een jonkman een meisje van haar
woning, hij begroette haar met een kus;
bracht hij haar thuis, bij het afscheid klonk
er weer een. Een zoen is maar stof, die hem
niet hebben wil, veegt hem of! „Een zoen zal
immers d.'eerlijkste jonge dochter aan geen
wild vreemde weigeren als ze van hem thuis
gebracht wordt", lezen we in een verhaal van
omstreeks 1700.
Toen hij zoover was gevorderd, heeft de
minnaar zich tot de ouders van zijn uitver
korene gewend. Hij is acces komen vragen.
Ofwel: hij heeft een zijner vrienden verzocht
dat namens hem te doen. Is zijn verzoek goed
gunstig aangenomen, dan kan hij het meisje
komen bezoeken in den huiselijken kring.
Intusschen heeft de groote staande klok
negen geslagen en onze voorvaderen waren
op orde en regelmaat gesteld oogenblikke-
lijk staat de maagd op om de tafel aan te
rechten. In het algemeen eet men 's avonds
heel eenvoudig: brood, boter en kaas, maar
nu er bezoek is, komen de tellooren en pla
telen weer op den disch. Het is gerst met
pruimen en kaneel, rijst in zoete melk, een
overschot van het middagmaal opnieuw ge
braden of schapenvleesch met rozijnen.
Thans heeft men zich bij den haard of om
de groote ronde tafel vereenigd: de huisvrouw,
de dochters en de maagden zitten met de voe
ten op de warme stoof en houden zich bezig
met spinnen, handwerken, of naaien; de jon
gens snijden hout of breien vischnetjes. Vader
leest voor .Liefst eerst iets stichtelijks: een
kapittel uit de H. Schrift of een paar blad
zijden uit de „Lusthof des ghemoeds". Geza
menlijk zingt men een psalm van Datheen en
dan komt Vader Cats ter tafel; Flavius Jo-
sephus' Geschiedenis van den Israëlietischen
oorlog in zeven boeken is eveneens geliefd.
Dan zijn er de reisbeschrijvingen van Schou
ten. van Willem IJsbrandsz. Bontekoe en an
deren. Moeder heeft de kaars dicht bij vaders
geopende foliant geplaatst en wanneer het
noodig is, zal de jongste dochter die snuiten.
Verbeelden wij het ons of klinkt de hoefslag van
een stappend paard door tot het woonvertrek?
Het wordt begeleid door een eigenaardig, ons
onbekend geschuif en gestoot op de hobbelige
keien die de straatbedekking vormen. De
oudste dochter buigt het hoofdje met de
kanten muts dieper over haar handwerk. Haar
wangen zijn even rood als het sierlijk-gestrikte
lint.
Bezoek? vraagt moeder en ja. luid weer
galmt de slag van den zwaren klopper in de hoo-
ge vestibule. Voor de deur staat de koetsslee.
getrokken door een paard en begeleid door een
sleeper die met een hand ment en met de
andere de slee in de goede richting houdt. Om
de wrijving tusschen de sleehouten en het
ongelijke plaveisel te verminderen, bedient hij
zich van een smeerlap: een olielap aan een
lang touw, dat hij telkens behendig onder zijn
„eenmansvoertuig" werpt om de slee aldus te
smeren. Zijn concurrent is al moderner; die
laat voortdurend water op de sleehouten sie
pelen, maar hij houdt zich nog aan de oude ge
bruiken. Wij kijken met eenige verbazing naar
het vreemde vehikeltje, dat in onzen tijd nog
voortleeft als de arre- of narreslee, getrok
ken door paarden die bellen dragen evenals
een nar.
Inmiddels is de bezoeker binnengekomen.
Met zijn gepoederde pruik, in de hals saam
gebonden in het haarzakje, zijn satijnen vest
en donkergroene rok. zijden kousen en lage
gespschoenen maakt hij een aangenamen in
druk. niet het minst op de oudste dochter,
die ware het zomer geweest gaarne wat
met hem zou hebben gekeuveld over de onder
deur of gewandeld in den maneschijn. Nu ont
vangt men den minnaar in den huiselijken
kring. Boeken en handwerken worden opzij ge
schoven. Het hoofd des gezins is geen dominee,
hij is geen lid van den kerkeraad en er mag
dus met 's Duivels prentenboek gespeeld wor
den. Bridge of whist kent men niet. Het is een
lanterfantje, een lansknechtje of een pas-
disje, al naar het valt. Misschien komt het
ganzen- of uilenbord ter tafel, misschien het
lotto- of loterijspel. Hoe het zij, men speelt,
over de tafel gebogen en wie ziet hoe de twee
jonge menschen meer in eikaars oogen dan in
de kaarten kijken en eikaars hand onder tafel
heimelijk drukken, maakt een schalksche toe
speling, maar meer niet. De jonkman immers
heeft acces verkregen. Hij heeft de klopper
van de deur versierd met een ruikertje, waarin
een klein briefje verscholen zat. Dat was het
begin. Na eenige dagen is in dezelfde poëtische
DE HOLLANDSCHE KEUKEN.
Om tien uur is het bedtijd. Taveernen en
poorten worden gesloten: dwars over de wa
terwegen die toegang geven tot de stad, wordt
een boomstam gelegd wij herinneren ons
hoe Hildebrand en Pieter Stastok zich honderd
jaar geleden na hun onfortuinlijk roeitochtje
op de riemen moesten werpen „teneinde voor
boomsluiten binnen de stad te zijn" vuur
en licht worden gedoofd, de kinderen ontvan
gen vaders en moeders zegen en een kus, op
de slaapkamer buigt ieder de knie. doet zijn
avondgebed en begeeft zich ter ruste.
Wie aan afscheidnemen denkt, niet de min
naar. En de ouders vinden er niets vreemds
of oneerbaars in, hun dochter met haar vriend
nog een poos alleen te laten. Men wil bij het
vrijen nu eenmaal vrij zijn. Men heeft elkaar
zoete geheimpjes te vertellen. Er moet toch
nog bedankt worden voor de smaakvol ver
sierde mandjes met suikerwerk, die op ge
heimzinnige wijze in huis zijn verschenen,
er moet toch nog gekust wordenja, vooral
veel gekust!
En bovendien: de elfde November nadert,
het feest van Sint Maarten. Even mag de
jonkman in de keuken loeren, waar de Sint
Maartensgans al gaggelt en op het oogenblik
wacht, waarop hem den nek zal worden om
gedraaid. Wie op dien dag geen gans met
mispelen heeft gegeten en zich daarna niet
on-gansch heeft gesmuld aan de oudvader-
landsche pannekoeken, heeft geen feest ge
vierd. De jeugd loopt met rommelpot of pa
pieren lantaren langs de huizen en verzamelt
geld of brandstof voor het Sint Maartensvuur.
De gegoede burgers drinken op dien avond
de zoete most en vroolijk gaat de kan rond
onder 't gezang van:
Sint Martijn, Sint Martijn!
Heden most en morgen wijn!
(Vervolg van dit artikel op pag. 25).
worden in HAARLEM verkocht .jaSSfek
DE SLI3MPILLEN VAN 4g£g&
DE ERVEN G. METZ WH*
ZIJ ZIJN BEKEND ALS EEN ZACHT EN UITSTEKEND
WERKEND LAXEERMIDDEL
In doosjes van 40 stuks 35 cent.
Strekt thans Uw tochten uit over alle oceanen en continenten! Brengt Uzelf
in contact met de tallooze overzeesche radio-stations, die de kortegolf zoo
interessant maken! Het Philips toestel 650 A biedt U voor bescheiden prijs
een ontvangst over drie golfbanden... inclusief sublieme kortegolf ontvangst...
met behoud van de oorspronkelijke warmte en nuance! Hoort dit toestel!
In prijzen vanaf f.89.-
Type 650 A
Uitrusting met Silentode tamp,
die achtergrondgeruisch onder
drukt. Kathodestraal-afstemin-
dicator. Nieuwe stationsschaal
met uiterst fijne verdeeling voor
de kortegolf en parallaxvrijen
lichtstreepwijzer. Luidspreker
met klankverstrooier. Drie golf
banden.
PRITS F. 127.50