0is'n ontdekking! UW* Bij hef bezoek van KONING LEOPOLD III De Koning als koloniaal expert SIGAREN Litteraire Kantteekeningen. IVfoderne Talen Centrale Verwarming Uoistet TEL. 15597 H A A L E M'S DA'GBEA D ZATERDAG 19 NOVEMBER 1938 fï De Deli-pianter zegt: „Uiltje-sigaren munten uit niet alleen door hun bui tengewone melange maar tevens door het fraaie, vol-rijpe Deli-dek. 'n Zeer bijzondere sigaar!" Zoon sublieme melange, in zoo'n keurig model... een zóó fijne „Uiltje" tegen zulk een bescheiden prijs... dat is werkelijk een ontdekking! De nieuwe Uiltje-collectie brengt vele van der gelijke verrassingen, de een al smakelijker dan de ander! Informeert eens spoedig bij uw win kelier. Hij heeft ook handige, mooi-gedcco- reerde Uiltje-blikken van 10 stuks, voor feestelijke gelegenheden. Subliem 5 ct. Penaal 6 ct. Bolknak 8 ct. N.V SIGARENFABRIEK ..LA BOLSA" KAMPEN België zoekt aansluiting bij Hollandschen buurman IN den somberen herfstmiddag loop ik dooi de smalle oude Brederoodestraat langs den Paleismuur naar boven toe en laat me door de schildwachten den weg wij- een naar het Kabinet des Konings. De heer Weymans, attaché van den Koning, is zoo vriendelijk geweest mij een onderhoud toe te staan. Ik loop over de Place du Tröne, be- heerscht door het trotsche ruiterstandbeeld van Koning Leopold n, den vorst die België zijn koloniale rijk gaf en zijn naamgenoot Leopold UI de liefde voor de tropen. Aan de overzijde, in het drukke zakencentrum van de Porte de Namur, gaan reeds de eerste lichtjes aan. In dit eenigszins sombere Paleis, gedeeltelijk ingesloten door de huizen der oude stad, liggen de werkkamers van den Koning. Maar Z.M., die bovenal van de natuur en het vrije buiten houdt, woont met zijn drie kin deren in het riante Laeken met zijn uitge strekte tuinen en fraaie bloemenkassen. Het Brusselsche Paleis is aan den arbeid gewijd. Hier ontvangt Koning Leopold zijn medewerkers, leest zijn post, geeft audiënties aan ministers en diplomaten, teekent zijn be sluiten. Het Belgische volk eischt veel van zijn vorst. Hij moet tegelijkertijd zeer dicht bij hen zijn en toch „grand seigneur" blijven. Daarom is het Paleis te Brussel geen hermetisch afge sloten burcht en heeft men hier in de stad herhaaldelijk gelegepheid den vorst te zien, hetzij bij de opening van een automobielten toonstelling, bij het tienjarig bestaan van de Kamers van Ambachten en Neringen, bij een bloemententoonstelling op den Heysel, bij de opening van een vakschool. Daarnaast heeft de vorst zijn taak in de politiek. De Belgische constitutie laat haar koningen zooveel vrij heid dat zij zich, als zij krachtige persoonlijk heden zijn, in het Belgische openbare leven kunnen doen gelden zonder de wet te over treden. En deze jonge vorst speelt hier onge twijfeld reeds een zeer groote rol. Wanneer wij in Nederland aan den Belgi schen koning denken, zien wij hem allereerst in een andere gedaante. Wij zijn geneigd zijn figuur met een zekere romantiek te omklee- den: den langen, slanken prins met het gol vend blonde haar die zijn fee, de stralende prinses, uit het verre Noorden haalde. Maar romans worden naar het leven geschreven, dat dikwijls als een grillige theaterdirecteur onder zijn programma. „Wijzigingen voorbe houden" zet en van die bevoegdheid een ruim gebruik maakt. Deze koningszoon heeft in zijn leven twee extra leermeesters gehad die in het leerplan niet voorzien waren: oorlog en dood. Wat moet er in een jongen van dertien jaar omgaan die zijn vader voor het Parlement met bewogen stem hoort uiteenzetten dat aanneming yan het Duitsche ultimatum on- eervoj zou zifn en België tot den oorlog moet besluiten. De heroïek van den krijg sprak toen misschien nog het sterkst. De prins wilde meedoen, vqp de kinderkamer naar het slag veld, Eindelek, na herhaald aandringen geeft Koning Albert toe en op 5 April 1915 neemt Prins Leopold als jongste soldaat in het Bel gische leger dienst. Hij is dan veertien jaar. Maar hij leidt er niet het leven van een ver wend koningszoontje. En de heer Weymans vertelt mij dat Prins Leopold, als zijn com pagnie de wacht had. eveneens de loopgraven in moest. Zes maanden duurt dit harde leven, dan wordt de Prins naar Eton gestuurd, waar hij tot December 1919 verblijft. Maar in de vacanties bezoekt hij zijn ouders aan het Front en neemt deel aan de oefeningen van zijn regiment. In 1920 wordt de Prins tot de Militaire School toegelaten. Reizen. Groote belangstelling gaat van den Prins naar België's koloniale rijk uit. In 1925 heeft de eerste reis naar deCongo plaats. Ongetwij feld hebben de ambtenaren een degelijk reis plan voor den Prins opgesteld. Maar deze houdt niet van vaste programma's en volgt zijn eigen reisroute. In tien dagen trekt hij dwars door de Afrikaansche wildernis, door de oerwouden tot in het land der Pygmeeën. De Prins ontziet zich niet bij zijn thuiskomst cri- tiek uit te oefenen op de sanitaire toestanden, op de opleiding der Inlanders, enz. Later vol gen zijn reizen met Prinses Astrid. De Prins en Prinses begeven zich in 1928,''29 voor zes i maanden naar Nederlandsch-Indië. Ik herin ner u aan het prachtige werk dat de huidige koning over deze reis naar den Indischen Ar chipel heeft gepubliceerd en waarin hij zich als een uitstekend fotograaf heeft doen ken nen. Evenals op zijn reis naar den Congo heeft hij hier geen vermoeienis geschuwd. Wij vin den foto's genomen op den top van den Goe- noeng Api op de Molukken, het maagdelijk woud in het land der Toradjah's op Celebes, een biwak in het oerwoud van Borneo. Dajak- krijgers, Balineesche danseressen, Javaansche landbouwers, Papoea's van Nieuw Guinea, een boomvarenwoud bij Siboga, de luchtwor tels van den vijgendom, de oesterbanken van de Aroe-Archipel, thee- en rubberplantages, alles trekt langs ons om te getuigen van de belangstelling van dezen aandachtigen rei ziger. En de vorst meent dit werk niet aan de openbaarheid te mogen prijsgeven zonder er deze hulde te brengen aan Nederland: „Het Nederlandsche volk, door een ervaring van drie eeuwen voorgelicht, wist methodische en wetenschappelijke kolonisatie te doen gepaard gaan met hun bezorgdheid voor het welzijn van de inheemsche bevolking. Zoo heeft het een ontzaglijke taak volbracht die tot voor beeld strekt en de belangstelling gaande houdt van ieder die zich wijdt aan de bestu deering van de koloniale vraagstukken." Dan volgt in 1930 de geboorte van Prins Boudewijn. 's Konings attaché merkt op dat de schoonvader van Koning Leopold, Prins Arthur van Schendel: De wereld een Dansfeest. Amsterdam, J. M. Meulenhoff. Van de besten onzer Hollandsche schrijvers komen dezer dagen nieuwe boeken van de pers zooals dat in de maand, die de Decembersche feestdagen vooraf gaat, gebruikelijk is. Het is in deze dagen goed te mogen grijpen in den stapel en er het eerst uit te halen wat ons vermoedelijk het liefst zal wezen. Een nieuwe Van Schendel, een nieuwe Van Genderen Stort blijven niet lang ongelezen en het is waarlijk geen dwaas chauvinisme, dat we die lectuur boven zeer veel hoog-aan- geprezen buitenlandsch goed verkiezen zij en nog enkele anderen, zijn eerste rangs kunstenaars vergeleken bij wat er gemiddeld aan geïmporteerd lekkers gepresenteerd wordt. Van Schendel is, naar den vorm, met dit Dansfeest weer eens een anderen weg inge slagen. Het eigenlijke „verhaal" laat hij den lezer construeeren, door de episodes daaruit telkens door een ander, die er meer of min mee te maken heeft, te doen vertellen. Zoo krijgen we in negentien hoofdstukken het verhaal van de tante, het verhaal van den makelaar, van den leeraar. van de naaister, enz. enz. terwijl Van Schendel tenslotte in het verhaal van den melancholicus de con clusie schijnt te willen trekken van den vreemden roman die hij op deze wijze heeft opgebouwd. Alleen de beide hoofdpersonen van zijn zijn verdichting laat hij niets vertellen; er is geen „verhaal van Marion" noch één van Daniel. Het zijn de verhalen der ande ren, van de meest toevallige toeschouwers, die ons die twee levens voor oogen brengen: twee levens die jarenlang zochten elkaar aan te vullen en ondanks hun liefde er niet in slaagden, omdat zij een lang vergeten rhythme een danspas, niet terug konden vinden. Er is een derde die in prille jeugd dien pas ge kend, maar ook slechts onvolledig onthou den had en nu naast Marion en Daniel blijft staan; zonder ze te kunnen helpen of zelf het geluk te vinden. Er is in dit Dans feest een symboliek gelegd en prachtig uit gesponnen, die alleen maar door een fijnen geest als Van Schendel op deze wijze ver werkt kon worden, zoodat men nergens ge hinderd wordt door den op het eerste gezicht eenigszins gevaarlijken vorm der compositie. Het gevaar bestaat hierin en in werkelijkheid ook wel aanwezig, dat die negentien vertellers en vertelsters in klank en toon als negentien druppelen waters op elkaar gelijken. Het Karei van Zweden een afstammeling is van onzen Koning Willem I. Via zijn Zweedschen grootvader is dus de huidige kroonprins aan het Nederlandsche vorstenhuis geparenteerd. Eenigen tijd daarna vervolgen Prins en Prinses hun reizen naar de tropen en in 1933 gaat de Prins, vergezeld door zijn gemalin, nog eens naar den Belgischen Congo om er een vergelijkende studie te maken tusschen de Belgische koloniën en die der andere koloniale mogendheden. Een officieel rapport brengt de Koning daarover aan den Belgischen Senaat uit. een rapport dat met zijn soms scherpe critiek hier niet nalaat indruk te maken. De Koning komt dus naar Nederland als koloniaal expert, wat zeker van belang is nu het koloniale probleem zoo in het middelpunt der belangstelling staat. Buitenlandsche politiek. WKf at de buitenlandsche politiek betreft, het is bekend dat de wijze waarop België thans die politiek voert, de politiek des kcinings genoemd wordt. Wel een bewijs hoe de vorst zijn stempel op het buitenlandsch beleid van dit land heeft gedrukt. Ik herin nerde u reeds aan de rede van den Koning van 14 October, 1936 die een nieuwe era in België's internationale politiek inleidde. Doel van België's militaire en buitenlandsche poli tiek zou voortaan zijn: „niet het voorbereiden van een ingevolge eener coalitie min of meer zegevierenden oorlog, maar wel het verwij deren van den oorlog van Belgisch grond gebied". „Die politiek", aldus de Koning, „moet er vastbesloten op gericht zijn ons buiten de conflicten van onze buren te houden; zij be antwoordt aan ons nationaal ideaal. Zij kan doorgevoerd worden dank zij een redelijke militaire en financieele inspanning en zij zal de instemming verwerven van de Belgen, die boven alles hartstochtelijk naar den vrede hunkeren". Nu in 1938, tijdens de September-dagen. wel gebleken is hoe de toen ingeluide politiek België althans een kans gaf aan een even tueel internationaal conflict te ontsnappen, nu 9/10 van de bevolking den koning en zijn Minister van Buitenlandsche Zaken voor die politiek hulde heeft gebracht, nu lijkt zij voor een klein land als België zoo logisch. Maar in 1936 had de koning groote tegen standers te overwinnen. Vandaar deze ge denkwaardige woorden in zijn rede van 14 October 1936: Laten zij die twijfelen aan de mogelijkheid van een dergelijke buitenland sche politiek, het fiere en vastbesloten voor beeld van Nederland en Zwitserland overwe gen". Hier komt dus reeds uit welke landen den Koning bij zijn politiek tot voorbeeld strekten. Herhaaldelijk heb ik in deze kolommen gewag gemaakt van redevoeringen van Bel gische staatslieden en van artikelen in de Belgische pers, waaruit blijkt hoe men hier den laatsten tijd meer en meer aansluiting bij den Hollandschen buurman zoekt. Na München zijn die stemmen nog luider ge worden. Zelfs in bepaalde nationalistische kringen begint men in te zien, dat het „liebaugeln" met groote machten voor de kleine gevaren met zich meebrengt. München heeft hen geleerd dat de belangen der kleinen niet altijd identiek zijn aan die der grooten. Dan liever „twee kleinen die samen één groote maken". Sommige Vlaamsche Katho lieken en nationalisten gaan zelfs zoover dat zij een nauwe militaire samenwerking be pleiten al weet men ock hoe Nederland daar over denkt. Het samentrekken van de gemeenschappelijke strijdkrachten op de be dreigde grenzen zou volgens hen het beste middel zijn om buiten een eventueel Euro- peesch conflict te biijven. „Met een front van 15 millioen menschen kan zelfs geen groote macht spotten" Economische belangen. iO" et verlangen van beide landen, wier vol- ken zooveel gemeen hebben, om in goede en hartelijke betrekking met elkander te leven, zal het gemakkelijker maken ook voor de economische vraagstukken, die nog om oplossing vragen, een bevredigende regeling te vinden. Dank zij het initiatief van de Ne derlandsche Kamer van Koophandel te Brus- .Brand in de Jongejannen" gaat litterair ge sproken Van Schendel slecht af, of liever hij probeert het niet eens. Eigenlijk zijn er ne gentien Van Schendel's aan het woord als men slechts op zinsbouw en woordkeus let, maar er zijn negentien verschillende karak ters, die zich in Van Schendel's idioom bloot leggen. En die allen niet eens bevroe den van welk mysterieus drama ze gedeelte lijk getuigen zijn. noch, op een enkele na, den zin ervan snappen. Zal dit alles den le zer duidelijk zijn! Het zal. zooals in het „Verhaal van den liefhebber" gezegd wordt, ze als geval interesseeren„Het geval interes seerde mij. Twee menschen, die elkaar al achttien jaar liefhadden en elkaar ontweken, Wat kon daar de reden van zijn? Een ongelooflijke zotheid, zeide Clementine, die niettemin een feit is. Verwonder u niet, Jean, de menschen doen tragische dingen door een idee die men, op onzen leeftijd, niet anders dan zot kan noemen. Die twee gelooven dat er voor hen geen geluk bestaat omdat zij niet samen kunnen dansen. Misschien is er in de groote zotheid ook wel wijsheid, maar ik vind het niet aangenaam dat te gelooven. Ik ook niet, antwoordde ik, laten wij het dus zot heid blijven noemen", (pag. 198). De vertellende liefhebber heeft het over Marion en Daniel en weet niets van dien derde, die zijn geheele leven er naast heeft gestaan, omdat „wie den twijfel en het geloof tezamen heeft, zijn plaats niet vindt" (pag. 246.) Hij is de melancholicus die het laat ste, innig-mooie verhaal doet: .Nu alles voorbij is, de muzikanten en de dansers naar huis gaan. heb ik alleen maar te denken aan mijn deel aan het feest. Dat was gering. Waar menschen waren, waar veel woorden gesproken werden en veel lachen klonk, bleef ik terzijde om uit de verte toe te schouwen, te bewonderen als dat kon. Er zijn oogenblikken geweest toen ik hoopte dat ik mee zou mogen doen. maar lang duurden ze niet. „Een bloode jongen, die maar één dans heeft gedaan, een menuet dat geen menuet was, voor kinderen vermomd voor een komedie, met een zot als leermeester. En omdat in het begin de maat verkeerd was bleef ik overtuigd dat ik er niet bij hoorde, bij het lachen en het treuren niet. bij deze wereld niet. En waar school de fout in de maat? bij mij? bij haar? bij de muziek? Vragen, vragen, daar moet ik mijn dag mee doorkomen, om den sel hebben we sinds April jl. een permanente Nederlanasch-Belgisch-Luxemburgsche eco nomische Commissie. Zij bestaat uit voor name zakenlieden uit de drie landen, die door geregeld onderling contact de officieele lichamen in hun moeilijke taak trachten bij te staan. Op agrarisch terrein heeft de Com missie, naar de Belgische oud-Minister van Isacker, hoofd van de Belgische afdeeling der Commissie dezer dagen mededeelde, reeds nuttig werk gedaan. En daar men inziet dat de hevige concurrentie, die Rotterdam en Ant werpen elkaar aandoen, vcor beide havens zeer schadelijk is, hoopt de Commissie thans aan een studie van het havenprobleem te beginnen. De regeeringen van beide landen volgen de werkzaamheden dezer Commissie begrijpelijkerwijze met veel belangstelling en ook met veel sympathie. In deze wereld "van autarkie, waaronder Nederland en België ge lijkelijk gebukt gaan, wil men binnen de grenzen van het mogelijke de economische solidariteit van België en Nederland hand haven. Bij verschillende gelegenheden heeft de Koning van zijn belangstelling voor de internationale economische vraagstukken oorsprong van de moeiten en de vergissingen op te spoten, enz. (pag. 245). De lezer heeft reeds bemerkt dat Van Schendel ook in zijn jongste werk de wijs- geerigheid van den rijpen mensch in de be koring van zijn fantasie gevlochten heeft. Meer daarop dan op het verhaal der beide dansers Marion en Daniël heb ik de aandacht willen vestigen. Toch is deze dichterlijke fan tasie, ook als verhaal vol afwisseling, aardige typeering van menschen en toestanden en men behoeft als luchtig lezer allerminst bang te zijn voor zwaar-op-de-handschheid. In tegendeel, Van Schendel zit vol humor, doch van de goede soort, die kostbaar is. Al wat hij schrijft heeft een nobele allure (van Gen- deren Stort heeft dat ook) en leeft op een ander plan dan het werk der knappe routine- menschen, die eveneens verdiensten, doch an dersoortige hebben. Elmer Rice. Hudson Svmphonie. Uit het Amerikaansch vertaald door Dr. J. N. C. van Dietsch. Leiden. Sijthoff's U. M. (Adv. Ingez. Med.) blijk gegeven. Hoe vaak veroorzaken moei lijkheden op economisch terrein ook scherpe politieke conflicten! Nog in October j.l„ tij dens het officieel bezoek van Z. M. aan Pa rijs, wees hij op de weergalooze economische wanorde die de wereld verdeelt. „Laten wij ons boven die gevaarlijke tegenstellingen en naijver met moed en kracht verheffen, laten wij beproeven, wars van alle abstractie en ijdele ideologieën, een practische oplossing te vinden voor de ingewikkelde vraagstukken die de ontwikkeling van de wereld en haar cconomischen opbloei belemmeren", aldus de Koning, die voor deze woorden ook in Neder land zeker een warm gehoor zal vinden. Men kan begrijpen dat zoowel de belang stelling die Leopold III steeds voor Neder land, zoowel voor het moederland als voor Nederlandsch-Indië getoond heeft als de tal rijke parallel gaande belangen der beide buren, het plan tot dit bezoek aan Nederland deden rijpen. Men zal in ons land den jon gen Koning een schoone ontvangst bereiden en zoo kan men zeggen dat dit bezoek tege lijkertijd de kroon op een reeds sinds lang begonnen werk is en kenmerkend voor een nieuwe periode, waarin beide landen kracht uit een wederkeerig begrijpen kunnen putten. „MERCATOR". ZAANENJ.AAN 114 TELEF. 23907 (Adv. Ingez. Med.) OLIESTOOKINRICHTING - NATUURLDK VAN él ADR. STOOPPLEIN 24 (Adv. Ingez. Med.) Vernon Bartlett doet zijn intrede in liet Lagerhuis. Andersoortige verdienste heeft deze foliant van zeshonderd pagina's zeker. Alles er aan is Amerikaansch, de omvang, de overstel pende hoeveelheid dingen, die er in verteld worden, de aanprijzing er van door de uitge vers zelf. „Hier is romankunst die de be schrijvende sociale wetenschap nadert" zegt het enthousiaste prospectus. Nu zijn we van huis uit een beetje kop schuw voor soortgelijke toenadering. We tenschappelijke kunst en artistieke weten schap zijn meestal noch het één, noch het ander. Als we het „steenen monster, het mo derne Babyion" uit sociologische belangstel ling willen bekijken, dan kunnen ons de avonturen der familie Coleman koud laten; zijn die daarentegen de hoofdzaak dan wen- schen wij die lieden ook op minder gemengd- nieuws-achtige wijze behandeld te zien. Het is per slot van rekening een quaestie van smaak en inzicht dat zij toegegeven maar ik houd niet van deze soort hutspot- symphonie. Na twee honderd pagina's heb ik er genoeg van en geloof het verder wel. Doch er zijn gansche volksstammen die deze lec tuur verslinden. Zij worden door Elmer Rice ten volle bevredigd. De ééne sensatie volgt op de andere, van de ééne slaapka mer verhuizen we naar de andere en alles heeft een licht wetenschappelijk tintje, waar door het meer lijkt dan het is. Natuurlijk is er talent voor nooóig zoo te schrijven en Elmer Rice bezit dat talent in een verbluffen de hoeveelheid. Maar als wij op de qualiteit meer dan op het quantum letten, geloof ik. dat de litteraire kunst voorloopig nog beter gediend blijft door haar van een bepaalde soort schrijf-vaardigheid streng gescheiden te houden. J. H. DE BOIS. Conservatieve partij verliest een zetel bij tusschentijdsche verkiezing. Een Reuterbericht uit Londen meldt dc uitsla gen der tusschentijdsche verkiezingen te Bridg water: Vernon Bartlett, onafhankelijk progressist, 19.540 stemmen. Hiermede is Bertlett in het Lagerhuis gekozen, waardoor de conservatieve partij een zetel ver liest. Bij de vorige verkiezingen in Bridgwater haalde de conservatieve candidaat een meer derheid van 10.569 stemmen. De tegencandidaat van Vemon Bartlett bij deze verkiezingen, Amory, conservatief, haalde 17.209 stemmen. Vernon Bartlett is een bekend journalist en schrijver, tevens spreker over buitenlandsche politiek voor de radio. Hij is in Londen direc teur geweest van het secretariaat van den Vol kenbond. Jeugdige plunderaar te Neuren berg veroordeeld. „Den nationalen strijd tegen de Joden onteerd." De rechtbank te Neurenberg heeft naar Reu ter meldt een arischen jongeman wegens het plunderen van een Joodschen winkel veroor deeld tot achttien maanden gevangenisstraf. De openbare aanklager noemde den veroordeelde „een hyena van het slagveld, die den nationalen strijd tegen de Joden on teerde". De snelle veroordeeling is geschied op wensch van gouwleider Streicher.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 13