HET BEZOEK VAN Z. M. KONING LEOPOLD AAN NEDERLAND.
De Sprong in het Leven
De aankomst van Z. M. Koning Leopold der Belgen te Amsterdam. Op het perron van het Centraal Station worden de autoriteiten aan den vorst voorgesteld. Naast
den Koning onderscheidt men H. M. de Koningin
Op het balcort van het paleis op den Dam.
Z. M. Koning Leopold in gezelschap van H. M.
de Koningin na aankomst van den vorst in de
hoofdstad
Op het station te Roosendaal werd Z. M. Koning Leopold namens de gemeente Roosendaal een herinnerings
wandbord aangeboden
H. M. de Koningin verwelkomt Haar Koninklijken
gast op het oogenblik, waarop deze den trein te
Amsterdam verlaat
FEUILLETON
door
FELICIA CORDEA.
Oorspronkelijke Nederlandsche roman
7)
Neen, hij kwam niet binnen. Hij was het kan
toor van Mr. Van Delden binnen gegaan, waar
het kopje koud geworden thee vergeefs op zijn
eigenaar wachtte Hi1 ginp naar de safe. Natuur
lijk! Waarschijnlijk om de brieven te halen.
Elvi's voorgevoel week. Ze slikte haar thee in
en slaakte een zucht van verlichting.
Vandaag zou ze tenminste ee" ontmoeting met
Verschuur ong kunnen vermiiden Waarom zag
ze daar toch zoo tegen op9 Omdat ze zoo'n fi
guur geslagen had laatst, een «<-»in"ehcid gele
den in dat bosch9 Of omdat ze wel eens aan hem
terug dacht9 Of misschien, omdat ze nu de zie
lige bijzonderheden van zijn mislukt huwelijk
wist? De deur van het kantoor werd geopend
Ze hoorde Furné's stem:
„Elvi. kom eens hier".
Elvi lien hanstip naar do deur.
„Ach Elvi. kind. wees zoo vriendelijk en ga
even naar boven. Tk dacht, dat ik den sleutel
van miin safe aan mijn sleutelbos had. maar ik
heb hom in het stalen kistje, in het derde vak
links van miin schrii"»'el Haal hem eens even
voor me! Jij hebt jongere beenen dan ik". Hij
overhandigde haar zijn sleutelbos waarvan hij
er oon apart hield
„Dus toch'" dacht Elvi „Dus toch!"
„Gauw meisje'" riep Furné baar nog na
„Dus toch. dus toch. dus toch'" dacb< Elvi bn
lederen stap, die ze deed. „Ginds achter die
deur zit Verschuur. En daar moet ik binnen. O.
fcemel!'
Het volgende oogenblik had ze de deur ge
opend en stond ze in de kamer. Even bleef ze
staan, maakte koel een lichte buiging in de rich
ting van den man, die in de buurt van het raam
zat en liep door naar Furné's schrijftafel. Ze
keek niet on. terwijl ze de derde i^de links van
de schrijftafel opende, uit het kleine, stalen
kistje den sleutel van de safe nam en zich ge
reed maakte de kamer weer te verlaten. Doch
op dat oogenblik weerklonk de stem van Ver
schuur.
„Dal is een onverwacht genoegen.... en nu
begrijp ik, hoe het komt, dat u zoo gemakkelijk
overtredingen pleegt, als u uw advocaat zoo bij
de hand heeft".
„Zeker, miinv~°>- Verschuur! Zoo'n advocaat
komt dikwijls heel goed van pas, als zijn eigen
cliënt hem tenminste geen stokje tusschen de
beenen steekt".
Exit Elvi....
Achter de eene zijde van de gesloten deur zat
een man met open mond.
Achter de andere zijde stond een veror.twaar-
H'"dp Elvi.
.Wat bezielt dien man toch, dat hij zich tegen-
ver mij steeds dien spottenden toon aanmatigt0
r-": -moe" maar eerst eens ne ""''H' letten!"
Met een roode kleur en scherpe puntjes in
baar oogen kwam ze met de sleutels bij Furné.
„Ziezoo, help me eens een handje!"
Hij haalde uit de diepte van de safe het pakje
i-ipven te voorschijn.
„Zoo'n handjevol papier", zei hij. „Maar wat
■li mp'-nuw Verschuur hier wel niet voor over
„Als ik van mijn toekomstigen echtgenoot ga
•heiden, zorg ik, dat ik vlugger ben dan hij en
bet eerst bij u kom. Mr. Furné helpt me er wel
foor".
„Als er iets voor Jou gewonnen moet worden
•Wt hij het zeker. Maar jij stelt je niet aan als
il die moderne vrouwen hoop ik Rnvendien sta
ik mijn secretaresse niet af aan een man, die
niet zwart op wit geeft, dat hij voor haar levens
lang geluk zal zorgen. Ik heb niet voor niets een
groot gedeelte van je familie gekend. En nu kun
je naar huis gaan. Ik heb je vandaag niet meer
noodig".
Elvi ging terug naar de chambrée en ruimde
haar paperassen op. Ze overwoog intusschen of
ze niet even bij Ans aanwippen zou.
Ze deed hoed en mantel vast aan, liep naar de
tweede verdieping, Waar Angela haar zitkamer
had en klopte aan.
„Ben je thuis, Ans", riep ze. Angela die inder
daad thuis was deed deur open,
„Zoo Elf", zei ze, „blij je weer eens te zien.
Kom binnen! Wat zul je gebruiken?"
„Voorloopig heb ik niets noodig, dan de be
schuttende veiligheid van dit vertrek", gaf Elvi
kwiek ten antwoord. „Vandaag gingen de werk
zaamheden gepaard met voetangels en klemmen
en ik dankte den hemel, dat je vader voor de
rest van den dag van mijn aanwezigheid ver
schoond wenschte te blijven".
„Waarom?"
„Er is iemand bij den grooten Mr. Furné, dien
ik mp' graag ontmoet".
„Verschuur? Tenminste ik heb gezien, dat zijn
auto voor de deur staat, dus neem ik aan dat
hij het is".
„Juist! Verschuur".
„Maar waarom9 Ben jij soms m^dcnlichtig aan
dat fraaie echtscheidingsproces. Als ik me niet
vergis, is het slechts een driehoek cn geen vier
hoek".
„Klopt! Maar ik heb eens een overtreding ge
pleegd en ik ben een landgoed binnen gewan-
ield, dat hem toebehoorde of scheen toe te be-
booren en naar aanleiding daarvan spreekt mijn
beer tegen me. alsof ik een bemencnvpr-treedster.
of wat erger is. als of ik een baby ben".
„Maar het staat je ook fraai te overtreden! Hoe
kwam je er bij?"
„Maar liefje, er stond toch „verboden toegang"
bij! Hoe kon ik het dan laten?"
„Zoo!" Angela schaterde. „En zie je er te
len op hem weer te ontmoeten?"
„Ik heb dit genoegen reeds gehad. En mijn
beer verbeeldt zich. dat hij de oude vriend
schapsbanden weer kan opvatten. Hij mag dan
een gentleman in de zooveelste macht zijn, maar
een gruwelijke plaaggeest is hü ook".
„Dat lijkt mij dan wel een van de goede eigen
schappen, die tegen zijn fouten moeten opwegen.
En me dunkt, dat men een man, die een paar
jaar tot de echtgenoot van mevrouw Irene ver
oordeeld was, wel wat vergeven mag".
„Wat voor kinderen moeten dat zijn, die deze
twee hebben?"
„Kinderen, zei je?" schaterde Angela. „Irene
Dumaer en kinderen! Laat me niet lachen. Die
zou toch stellig tienmaal liever een jonge Ango
rakat dan een baby willen".
Elvi zag in gedachten een knappe vrouw met
rood haar en een jonge Angorakat naast Ver
schuur in de gele atuo zitten en onwillekeurig
'achte ze hardop.
„Wat heb je", vroeg Angela.
Elvi schudde het hoofd.
„Het is te kostelijk, de roode Irene met een
Angorakat. Ik geloof werkelijk, dat ik een
beetje medelijden met hem begin te krijgen".
„Nu Elvi. en ik geloof, dat je een heel eind in
de goede richting bent!"
Elvi stak kwaadaardig haar tong tegen Angela
uit. Het was vrijwel het eenige, wat ze doen kon.
Want als zij deze tong gebruikt had, om er de
scherpziende Angela een waarheidsgetrouw ant
woord mee te geven, dan had ze moeten toege
ven. dat deze de plank niet zoo heel ver misge
slagen had.
VL
Dat Verschuur Senior zich van timmerman tot
kapitalist opgewerkt had. bewees, dat hij over
bijzondere eigenschappen beschikte.
Verschuur Junior had deze eigenschappen ge-
erfd. doch tevens het voordeel, dat achter deze
eigenschappen, als ruggesteun, zijn vader en
diens vermogen stond.
De oude Verschuur zag maar al te duidelijk,
wat hem ontbroken had en hij ontzegde zich
moeite noch kosten dit euvel bij zijn zoon te
voorkomen. Hij gaf hem de beste opvoeding die
■nor geld te krijgen was. lette er op. dat de
iongen zijn talen goed beheerschte en sport be
oefende. Daarna zond hij hem naar de Delftsche
Hoogeschool, waar hij voor civiel-ingenieur stu
deerde.
Vervolgens liet hij hem reizen. Twee jaar bleef
hij weg.
Gedurende deze reis bewees Verschuur Junior
op een hoogst eigenaardige wijze, dat hij ook
werkelijk de eigenschappen van zijn vader ge-
erfd had.
Juist in dien tijd, dat hij in Zuid-Afrika rond
zwierf, organiseerde de regeering van dit land
een run op een nieuw ontdekt diamantveld. De
zaak droeg een sportief karakter. Ergens in het
binnenland was een nieuw, rijk diamantveld
ontdekt en de regeering bepaalde, dat niemand
claims voor zichzelf mocht afsteken, ot zelfs het
terrein binnen een zekere grens, die door mili
taire posten was afgezet, mocht naderen vóór
een bepaalden datum en een bepaald uur. De
geheele zaak was daardoor in een reusachtigen
wedloop veranderd. Verschuur besloot er aan
deel te nemen. Hij kwam terecht in het eerste
derde gedeelte van de achthonderd deelnemers,
stak zijn claim af en.verkocht hem den vol
genden dag voor vierduizend Engelsche ponden.
Zijn papa krabbelde zich verbaasd achter de
ooren, toen hij van zoonlief het volgende tele
gram ontving:
„Verdere geldzendingen niet noodig. Theo".
Twee dagen later was zijn verbazing nog groo-
ter, toen er van zijn bank een bericht van over
schrijving ter grootte van drie duizend pond
sterling inkwam en toen hij tenslotte den brief
ontving, waarin Theodoor hem alles uitlegde,
barstte hij in een daverend gelach uit, waarvan
het heele huis dreunde en riep hij zijn vrouw,
om haar deze kostelijke grap te vertellen.
„Daar zit pit in den jongen", dacht de vader
met voldoening.
Toen Verschuur Junior thuis kwam, begon hij
met zijn kapitaal te werken. Hij kocht twee
stukken grond in de nabijheid van den bebouw
den kom van Den Haag en verkocht ze na eeni-
gen Hid als bouwterrein. Het eene stuk bracht
hem een zeer goede winst. Het andere dekte
juist de kosten.
(Wordt vervolgd)»