Neuscatarrh DE ARMENRAAD 25 JAAR. VlCKS VA-TRO-NOL Jjc&iaS TogaC/ De geschiedenis van de Armenzorg m onze stad Het kenmerk van goeden SMAAK! ZWANENBERG i l/aat £uxe l/ethmt GARAGE RABO AGENDA. VRIJDAG 16 DECEMBER 1938 H A' A R EEM'S D AGBEAD 6 Her den ki ngs bijeenkomst ten Stadhuize. Donderdagmiddag had in de raadszaal de eer ste vergadering van den Armenraad in zijn nieuwe samenstelling plaats. De Burgemeester, Dr. J. E. baron De Vos van Steenwijk, gaf door zijn tegenwoordigheid een blijk van belangstel ling, evenals de wethouders W. J. B. van Liemt en M. A. Reinalda. Mr. P. E. Barbas, 25 jaar secretaris van den Armenraad. Als bestuursleden werden aangewezen de hee- ren M. A. Reinalda en G. Wolzak Hzn.; tot hun plaatsvervangers de heeren A. Mars en S. C. de Haas van Dorsser; voor de Diaconie der Ned. Herv. kerk de heer J. F. Boegborn (tot plaats vervanger de heer C. de Wijman); voor de Dia conie der Ger. kerk de heer D. v an Egmond (tot plaatsvervanger de heer D. A. J. Spek). Tot bestuursleden werden gekozen de heeren Mr. R. C. Bakhuizen van den Brink, P. J. van Kessel en Mr. F. van der Groot; tot plaatsver vangers de heeren M. Emans, F. J. A. M. Haak man van den Bergh Sr. en Jhr. J. van Reigers berg Versluys. Deze vergadering was niet voor publiek en pers toegankelijk. Bij de opening van de openbare vergadering herinnerde de voorzitter, Mr. Dr. W. P. V i s, aan de oprichting van het bureau van den Armen raad, die Donderdag 25 jaar geleden voor het eerst met zijn werk begon. Het bestuur wilde dit niet onopgemerkt laten voorbij gaan, want de Armenraad heeft een beteekenisvolle plaats in de Haarlemsche armenzorg en weldadigheid veroverd. Er zijn thans bij den Armenraad 107 instellingen aangesloten. Het werk is dus wel uitgebreid. Twee jubilarissen. De voorzitter herinnerde er aan, dat in deze bijeenkomst twee jubilarissen aanwezig waren. In de eerste plaats de heer P. J. v a n Kessel, die van de oprichting af bestuurslid is geweest en die zijn functie op een boven allen lof ver heven wijze heeft vervuld. Spreker, die 21 ja ren met hem mocht samenwerken, kan er dus over oordeelen. De heer Van Kessel heeft de belangen van de weldadigheid in den Armenraad met veel toewijding en ijver behartigd. De voor zitter hoopte, dat de Armenraad nog vele jaren van de langdurige ervaring en kunde van den jubilaris zou mogen profileeren. Ook Mr. P. E. Barbas heeft 25 jaar op een voortref felijke wijze zijn taak als secretaris vervuld. Hij verdient dan ook hulde voor wat hij in deze kwart eeuw heeft gepresteerd. Van het begin af heeft hij zich met volle toewijding en met zijn volle persoon aan zijn taak gewijd. De heer Bar bas heeft er steeds naar gestreefd, de belang rijke plaats van den Armenraad belangrijk te maken en te houden. De voorzitter sprak den wensch uit, dat ook de heer Barbas nog lang zijn krachten aan den Armenraad zou mogen geven. (Applaus). Mr. P. E. Barbas over het werk van den Armenraad. De secretaris van den Armenraad, Mr. P. E. Barbas, gaf een overzicht van het werk van den Armenraad en van de ontwikkeling van het steunwezen over de jaren 19131938. „De Armenraad werd ingesteld krachtens de nieuwe Armenwet van 1912. In de Memorie van Toelichting op deze wet wordt gezegd: „Het Ne- derlandsche volk heeft zich steeds gekenmerkt door twee karaktertrekken: grooten weldadig heidszin, die voor bijna iederen vorm van men- schelijk lijden ook een vorm van leniging zocht te vinden en sterke zucht naar onafhankelijk heid. Van den grooten weldadigheidszin van ons volk getuigt ook de tentoonstelling over het arm wezen hier ter stede, die thans in het Frans Hals museum wordt gehouden en waaruit blijkt hoe veel in den loop der eeuwen tot op den huidigen dag door de burgerij dezer gemeente voor lief dadige doeleinden is geofferd, waardoor Haar lem op dit gebied nog altijd een eereplaats in ons land inneemt. Destijds bestond hier ter stede nagenoeg geen samenwerking tusschen de instellingen van Wel dadigheid. In Amsterdam was reeds een ver- eeniging van armbesturen, die een register van ondersteunden had aangelegd, waarvoor de in stellingen van weldadigheid de noodige gegevens verstrekten. Deze vereeniging is dan ook een voorloopster geweest van het instituut van den Armenraad. Nadat in de eerste vergadering wijlen Jhr. Mr. W. B. Sandberg tot voorzitter was gekozen en deze hiervoor bedankt had, werd Mr. J. H. Thiel, oud-wethouder van Haarlem, als zooda nig gekozen. De eerste Armenraad was samengesteld uit 25 instellingen, vier instellingen hadden hun be reidverklaring, om een vertegenwoordiger aan te wijzen, herroepen. Van de eerste leden van den Armenraad heb ben alleen de heeren J. J. Beccarl, P. J. van Kessel en S. Ph. de Vries nog zitting. Bij de opening van het Bureau werd reeds ter stond een onderzoekdienst ingesteld. Als eerste informator werd aangesteld de heer J. A. Schou ten. Het bestuur begreep, dat deze taak van den Armenraad voorloopig de belangrijkste zou zijn. Men ging in armenzorgkringen nog al te vaak naar indrukken te werk en werd natuurlijk dik wijls bedrogen. De geringe steun, die in den re gel werd uitgereikt, werkte dit in de hand. Zelfs het Burgerlijk Armbestuur steunde met hoog stens f 2.50 a f 3.per week. Het Burgerlijk Armbestuur deed van het be gin af, omtrent alle bij haar ingekomen ver zoeken om steun, door den Armenraad een on derzoek instellen, vóór dat het op het verzoek besliste. De onderzoekdienst van den Armenraad kon reeds spoedig belangrijke successen boeken door aan te wijzen, dat verschillende gezinnen, die ondersteund werden, wegens te groote inkom sten, die somtijds zelfs zeer belangrijk waren voor dien tijd, of wegens andere redenen, niet voor steun in aanmerking kwamen. In een gezin, dat door een vooraanstaande in stelling werd ondersteund, bleek met de verdien sten der kinderen ongeveer f 45.per week in te komen. Dit was vooral voor die dagen een hoog inkomen. De werkgever had echter steeds onjuiste inlichtingen verstrekt, doch durfde dit tegenover den Armenraad niet meer te doen. Toen in 1920 de Ned. Herv. Diaocnie een on derzoek deed instellen naar alle gesteunde gezin nen, kwamen wederom heel wat feiten aan het licht. Ook deze instelling kon toen verscheidene ondersteuningen intrekken. De bespaarde bedragen konden op betere wijze worden besteed. Door den Armenraad is hier ter stede een be gin gemaakt met een op breeden grondslag ge vestigd onderzoek. Er werden uitvoerige schrif telijke rapporten samengesteld, waarin uiterst waardevolle gegevens werden bijeen gebracht. Hierdoor werd het bedrog tot een minimum te ruggebracht. Omtrent den onderzoekdienst kan worden op gemerkt, dat van 15 December 1913 tot en met 31 December 1937, 102410 schriftelijke rappor ten werden uitgebracht. Het register van den Armenraad bevat thans circa 19000 dossiers. Toen in Augustus 1914 het Steuncomité werd opgericht vroeg de Armenraad ook aan de niet aangesloten instellingen een opgave van de door dezen bedeelde personen. In den beginne wilde men de ondersteunden door dit comité niet als armlastigen beschouwen. Ofschoon de voorzitter van den Armenraad in het Steuncomité zitting had, maakte het geen gebruik van den onderzoekdienst van den Ar menraad; er werd alleen in bijzóndere gevallen de hulp van den Armenraad ingeroepen. Al spoedig bleek in de practijk, dat een schei ding tusschen armlastigen en hen, die door de buitengewone omstandigheden zonder verdienste waren geraakt, veelal ondoenlijk was. De schei ding tusschen Steuncomité en Armenraad bleek dus niet juist te zijn. Thans, na vijf-en-twintig jaar, kan worden ge constateerd dat op het terrein der samenwerking veel bereikt is en dat de Armenraad een belang rijk aandeel heeft gehad in deze verbetering. In de plaats van Mr. J. H. Thiel werd door den Armenraad in zijn nieuwe samenstelling tot voorzitter gekozen Mr. Dr. W. P. Vis, die tot heden als zoodanig in functie is gebleven en on der wiens bekwame leiding de Armenraad tot verderen bloei is gekomen. In 1919 werd het Steuncomité, dat van 1914 af werkzaam was geweest en gedurende de oorlogs jaren zoo ontzaglijk veel had gedaan, ten bate van hen. die tengevolge van den oorlog in be hoeftige omstandigheden waren geraakt, opge heven. In 1920 maakte de Armenraad een begin met het verhaal van verleenden onderstand. Er werd een commissie inzake Onderhouds plicht en Verhaal van verleenden Onderstand in gesteld, die gedurende den tijd van haar bestaan zeer belangrijk werk heeft verricht. In totaal werd door deze commissie tot 1 Januari 1938 een bedrag van f 393 310.88 geïnd. Op deze wijze zijn door de commissie voor de charitatieve instellingen wel enorme bedragen aan ondersteuning bespaard. Spreker herinnerde er aan, dat in 1935 door den Armenraad een Kerstinzameling voor de Stille Armen werd gehouden, die in totaal f 11.130.21 heeft opgebracht. In 1936 en 1937 werden weder inzamelingen gehouden, die resp. f 9410.08j4 en f 9014.63 op brachten. Het Bureau is in 1913 begonnen met één infor mator en één klerk. Thans zijn werkzaam 6 amb tenaren en 8 krachten in lossen dienst, totaal 14 personen. De wereldcrisis heeft tenslotte het werk van den Armenraad belemmerd, aangezien alle krachten in dezen tijd worden opgevorderd voor de Gemeentelijke armenzorg, die zich in deze jaren op zeer abnormale wijze heeft uitgebreid. Toch is door de uitbreiding van de overheids zorg de kerkelijke- en particuliere armenzorg niet ingekrompen, want in totaal werd in 1937 door deze instellingen f 2.026.084.96 aan directen onderstand uitgegeven. Moge het aldus eindigde spreker den Armenraad gegeven zijn in de komende jaren op dezelfde aangenaem wijze met de instellingen samen te werken om in deze moeilijke tijden veel te doen ter verzachting van het leed van de door de crisis getroffenen; hen zoo mogelijk we der tot zelfstandigheid te brengen en het ge- heele maatschappelijke werk, waaraan nog zoo vele en velerlei gebreken kleven, op een hooger peil te brengen". (Applaus). De voorzitter dankte den heer Barbas voor zijn rede en sloot hiermede de vergadering. Een paar dezer aangename nieuwe druppels in ieder neusgat geneest opgezwollen slijm vliezen, verwijdert opgehoopt slijm, ver- I zacht de prikkeling en laat U weer vrij ademen. (Adv. Ingez. Med.) wordt voorkomen en bestreden door het pro bate en onschadelijke middel Br/ alle apoth. en drog. vanaf f. 0.80 p. fl.ac, (excl. O.B.) H (Adv ingez. Med.) Haarlem's Gemeente-Archivaresse Dr. G. H. Kurtz vertelt over: HaarlemStad der Hofjes De oudste berichten over zorg voor armen en misdeelden te Haarlem voeren ons terug tot het eind der 14e en begin der 15e eeuw, toen het stadje al een handelscentrum te noe men was en in de bedrijvigheid der kleine maatschappij ook de armoede opdook. Deze zorg uitte zich door par ticuliere weldadigheid, maar er wa ren eveneens maatregelen van over heidswege, als blijkt uit de instelling van een college van H. Geestmeesters in ca. 1300. Dit college had het toe zicht over alle armen en hulpbehoe venden, zoowel oude, zieke en gebrek kige lieden, alsook weezen en vonde lingen. De laatsten werden meestal door hen uitbesteed; voor de anderen zorgden zij door bepaalde uitdee- lingen, waartoe giften of legaten hen in staat stelden en die zij verrichtten, gezeten in den H. Geeststoel, thans nog in de Groote Kerk aanwezig. Doordat Coen Cuser, Heer van Oosterwijck, in 1394 zijn woning in de Albstraat (Kruis straat) aan de stad schonk, kwamen zij in het bezit van een gesticht, waar zij hun ar men in konden huisvesten. Aanvankelijk wa ren dit slechts de oude lieden; sedert 1425 werden echter ook weezen in het H. Geesthuis opgenomen. Een zeer oude inrichting is bovendien het gasthuis dat er al vóór 1300 geweest moet zijn. Een college van Gasthuismeesters voerde er het beheer over. Aanvankelijk bedoeld als „huis voor gasten", d.w.z. voor arme moede reizigers, werd het allengs meer een zieken huis en nam tevens arme kostgangers en proveniers op. In de 14e eeuw vinden wij al leen het oude gasthuis op de tegenwoordige Botermarkt, maar in de 15e eeuw is het Nieu we of St. Elisabeths gasthuis in de Groote Houtstraat bij het Verwulft verrezen, waar van het eerste weldra slechts succursaal was. Buiten de poorten ten Noorden der stad. in het zgn. Zieken, bevond zich het Leprooshuis, eveneens een soort succursaal van het Gast huis, speciaal voor lijders aan de lazarij. In de 16e eeuw werd een afzonderlijk pesthuis opgericht fin de tegenwoordige Tuchthuis straat) toen die ziekte de stad teisterde. Een andere stichting nog voor het einde der 14e eeuw (1390) was het St. Jansgasthuis in de Wijngaardstraat, dat onder het beheer der St. Jansheeren stond en bestemd was voor oude lieden, terwijl ten behoeve van 20 oude vrouwen in 1395 uit de nalatenschap van Dirk van Bakenes het oudste der reeks hofjes ge sticht werd. waardoor Haarlem, vooral om hun schilderachtigheid, een zekere vermaard heid heeft gekregen. Na deze Bakenesserka- mers volgden de particuliere weldadigheids- gestichten in de volgende eeuwen, die het werk der H. Geestmeesters ten opzichte van oude lieden, en vooral van oude vrouwen de hofjes waren slechts voor haar, voor wie het alleen wonen zich beter eigende aan merkelijk verlichtten, n.l. het St. Remigius- gasthuis (1431), het Barbaragasthuis (1435) opgedragen aan de stad het, werd in 1841 een bewaarschool voor arme kinderen het St. Jacobsgasthuis 1436 onder het behee: van het St. Jacobsgild het Lieve Vrouwengast huis (1470) onder beheer van de kapelmees ters op Bakenes, het St. Anthoniusgasthuis (1440) van het H. Kruisgilde, het Brouwers hofje (1472) van het Brouwersgilde, het Gasthuishofje of hofje van Loo (1489) onder beheer van de gasthuismeesters. het hofje van Oud-Alkemade of der 12 apostelen (1538), het Hofje van Gratie (1554). het Deymans- hofje of der 5 kaïneren (1565) en het Vrou wen- of Verwershofje (1593). De groote brand in 1576 verwoestte vele kerken en stichtingen, waaronder het Oude en Nieuwe gasthuis; het St. Elisabethsgast- huis herrees echter spoedig op het. terrein van het voegere Minrebroedersklooster aan het Heiligland. De invloed van de Hervorming. Intusschen was het college van H. Geest meesters, dat van kerkelijken oorsprong was. met de Hervorming verdwenen en werd zijn taak overgenomen door de door Burgemees- teren benoemde Regenten van den Schale of Aalmoezeniers der armen, die sedert het eind der 16e eeuw optraden, terwijl de Hei-vormde kerk in de behoefte van eigen armen trachtte te voorzien door de instelling van een dia conie, die een diaconiehuis in de Zuiderstraat oprichtte. Het H. Geesthuis bleef bestaan on der het bestuur van regenten, door de stad benoemd, doch weldra alleen als weeshuis. In het begin der 17e eeuw n.l. kwam de behoefte op, om, naast de vele inrichtingen ter ver zorging van arme oude vrouwen, ook iets der gelijks voor de oude mannen op te richten, waarom men besloot, uit de opbrengst van een, tijdens een groot rederijkersfeest gehou den loterij een Oudemannenhuis te stichten. In 1608 verrees aldus op grond aan het Heilig land, daartoe welwillend afgestaan door Jhr. Francois van Bekesteyn, het Oudemannen huis, thans Frans Halsmuseum, en werden oude mannen uit het H. Geesthuis daarheen overgebracht. Op last der stadsregeering gingen bovendien in 1626 de oude vrouwen uit het H. Geesthuis naar het St. Jansgast huis. dat de stad, met andere bezittingen der St. Jansheeren was toegevallen en voortaan St. Jans en Coenengasthuis werd geheeten. (In 1777 werden de verpleegden hieruit over gebracht naar het Frans Loenenhofje, dat. door de stad was aangekocht). Het college van Aalmoezeniers richtte bovendien het vroegere pesthuis in de Tuchthuisstraat sedert 1601 was het gewezen Maria Magdalenaklooster pesthuis in voor arme vondelingen en ver laten kinderen, daarna (1609) ook als werk huis voor bedelaars, dronkaards en ledig- gangers, zoodat het den naam van Aalmoeze niers Armen- en Werkhuis kreeg, waarin aan vankelijk ook de krankzinnigen werden ver pleegd. Nieuwe Hofjes verrezen. Intusschen had de groote weldadigheidszin der Haarlemsche burgers weer vele nieuwe hofjes doen verrijzen. Zoo ontstond in 1607 het Frans Loenenhofje, in 1610 dat van Guurt Burret. in 1611 het Hofje van Codde of Spoorwater, in 1613 het Comanshofje van het St. Nicolaas- of Koop mansgilde, in 1616 het hofje „de Groene tuin", in 1651 het hofje van Heythuizen, in 1630 het Bruiningshofje en in 1684 het hofje van Be- resteyn. Ook de kleinere Protestantsehe ge meenten begonnen voor hun armen, door de aanstelling van diakenen, zorg te dragen. In 1608 moet het Luthersche hofje verrezen zijn Een Waalsch hofje heeft bestaan tot 1793. In 1738 richtten de Lutherschen een eigen Wees- en Armenhuis op, waarvoor zij dezelfde tege- tegemoetkomingen, als vrijdom van accijnsen en verponding wisten te verkrijgen als de Hervormden. De Doopsgezinde gemeente van den Blok richtte in 1634 een weeshuis op: de Watcrlandsche Doopsgezinden hadden op het eind der 17e eeuw een eigen weeshuis en stichtten hun Wijnbergshofje in de Barre- voetestraat. Het Zuiderhofje was in 1640 aan Voorkeur- voor Zwanenberg's augurken is het kenmerk van een goeden smaak. Smaak in den letterlijken zin. Tallooze augurken-liefhebbers kunnen U dat geest driftig vertellen. Neemt morgen eens een proef met Zwanenberg's augurken. maakt wat smaakt! ^0 p| (Adv. Ingez. Med.) de Doopsgezinden geschonken. Van 1683-1742 heeft hier ter stede bestaan de Société des Dames franqaises ten behoeve van de arme Fransche dames van stand, die om de- geloofs vervolging uitgeweken waren. De Katholieke stichtingen waren met an dere geestelijke goederen in 1581 aan ae stad vervallen. Van deze werd het St. Remigius- gasthuis in 1617 opgeheven; het St. Antho niusgasthuis, in 1726 vereenigd met het Lieve Vrouwengasthuis tot Vrouwe- en Anthonius gasthuis, bleef een inrichting speciaal voor oude vrouwen. Overigens konden de Katho lieken in de 17e eeuw slechts particulier wat voor hun armen doen, zooals pastoor A. A. Blommert door zijn fonds ten behoeve van brooduitdeelingen aan de armen, dat hij in 1659 bij testament in het leven riep. Het werd in de wandeling „broodkantoor' ge noemd en was gevestigd in de Lange Veer- straat. Eerst in 1715 heeft de stad. ter ver lichting van het werk der Aalmoezeniers, het St. Jacobsgodshuis aan de Roomsch-Katho- lieke gemeente ten gebruike afgestaan, ten einde hun armen en weezen daarin te onder houden, waarvoor zij een jaarlijksche subsi die uit de kas der aalmoezeniers zouden ge nieten. De Stadsregeering besloot op voorbeeld van Dordrecht, een tweede tehuis voor kinderen te grondvesten, een arme-kinderhuis, dat in 1653 werd ingericht in het gewezen Maria Magdalenaklooster. Tot 1765 bleven het H. Geesthuis en Arme Kindertehuis naast elkaar bestaan, toen zij vereenigd werden, in het gebouw van het laatste, tot het Weeshuis. Het H. Geesthuis werd afgebroken en op het terrein aan de Kruisstraat verrees het Hofje van Oorschot (1768). Want ook in de 18e eeuw zetten wel dadige burgers de oude traditie voort en be stemden hun nalatenschap voor het stichten van hofjes, meestal van een ruim en aanzien lijk voorkomen. Zoo ontstonden toen het Hof je van Staats (1730) en het Hofje van Noblet. terwijl het Teylershofje in 1729 een schenking was van den bekenden Pieter Teyler van dei- Hulst, uit wiens nalatenschap de Teyler's Stichting werd opgericht en het Remonstrant- sche Hofje in 1773 werd gefundeerd door Jus tus en Isabella van Leeuwaerden. Opkomst van de Overheidszorg. De Ned. Herv. Diaconie had allengs door achteruitgang van haar financiën haar on afhankelijke positie ten opzichte van het Stadsbestuur verloren, ja kwam zelfs geheel onder de superintendentie van de regeering In het midden der 18e eeuw beraamde de Vroedschap middelen, om haar te hulp te ko men en zag o.a. nieuw heil in de oprichting van een gro'ot Diaconiehuis, waartoe in 1767 besloten werd. Aan de Ossenmarkt (tegen woordig Koudenhorn), werd het nieuwe Dia coniehuis van 1768-1770 gebouwd. In den Napoleontischen tijd was het mooie, ruime Diaconiehuis begeerlijk als kazerne, waartoe het dan ook in 1810 in gebruik werd genomen. In 1854 is van gemeentewege het Burgerlijk Armbestuur ingesteld, dat tot 1857 nog werd waargenomen door Burgemeester en Wet houders en thans zijn voortzetting vindt in Maatschappelijk Hulpbetoon. zonder Chauffeur alleen GASTHUIS VEST II - HAARLEM TEL. 17266 Verzekerde Wagens (Adv. Ingez. Med.) Gedistingeerd zoo'n gladdering Jan Fortgens Gr. Houtstraat 109 naast Cinema Palace (Adv. Ingez. Med.) PROGRAMMA VAN DE HAARLEMSCHE RADIO CENTRALE OP ZATERDAG 17 DECEMBER 1938. Progr. III. Keulen 8.00; Parijs Radio 9.20; Radio P. T. T. Nord 9.30; Pauze 9.50—10.00: Parijs Radio 10.00; Radio P. T. T. Nord 12.05- Ned. Brussel 12.20; Keulen 1.30; Pauze 2.50— 2.55; Fransch Brussel 2.55; Ned. Brussel 3.20 Fransch Brussel 4.20; Motala of diversen 5.20 Boedapest of diversen 5.50; Ned. Brussel 6.20: Straatsburg 7.50: Fransch Brussel 8.20; Keulen 9.05. Progr. IV. Ned. Brussel 8.00; Diversen 9.20 10.35; London Regional 10.35; Droitwich 12.40- London Regional 2.20; Droitwïch 5.20; London Regional 9.45: Droitwich 10 00; Droitwich 11.20 Progr. V. 8.007.00 Diversen. 7.008.00 Eigen gramofoonplatenconcert. Verzoekprogram ma. 8.0012.00, Diversen, 25 jaren in dienst van Haarlem's Armenzorg. Huldiging van den heer J. v. d. Berg, kassiefl van Maatschappelijk Hulpbetoon. Donderdagmiddag om 3 uur werd in het kantoor van Maatschappelijk Hulpbetoon in het Proveniershuis de heer J. v. d. Berg ge huldigd, die namelijk den dag herdacht waar op hij 25 jaren geleden in dienst trad van Haarlem's Armenzorg, welke toendertijd be rustte bij het Burgerlijk Armbestuur. In de directeurskamer sprak de directeur de heer S. C. de Haas van Dorsser den jubilaris toe. Het feit, dat iemand 25-jaren ergens in dienst is, aldus spr., is op zichzelf niets bijzonders. Hier is echter wel sprake daarvan, want de loopbaan van den jubilaris i-s niet zoo ge makkelijk geweest. Sedert hij 25 jaren geleden in dienst trad van het Burgerlijk Armbestuur is er veel veranderd. Toen was hij de eerste en eenige ambtenaar van den leider van het toenmalige armbestuur. Thans zijn er vele ambtenaren bij Maatschappelijk Hulpbetoon, dat 't werk van het Burgerlijk Armbestuur heeft overgenomen. Het bedrag, dat aan den armenzorg besteed wordt, is in den loop der tijden ook veel hooger geworden. Ook de nor men, volgens welke steun wordt verstrekt, zijn gewijzigd. Spr. roemde het onberispelijke beheer van den jubilaris over de kas. Niet alleen voor u, aldus spr. tot den jubilaris, maar ook voor mij en den geheelen dienst, is dit een bijzonderen dag. U bent een trouw dienaar der gemeenschap, alle andere ambte naren kunnen een voorbeeld aan u nemen. Als fjewijs van waardeering en sympathie overhandigde spr. den heer v. d. Berg een couvert eetgerei, alsmede een bloemenhulde. De wethouder van Bedrijven en Werkloozen- zorg, de heer W. J. B. van Liemt, had niets anders dan lef voor de accuratesse van den jubilaris, door wiens vingers zoo groote be dragen gingen. De Wethouder wenschte den heer v. d Berg en zijn echtgenoote geluk met dit jubileum en hoopt dat de jubilaris nog langen tijd zijn beste krachten aan de gemeenschap zou mo gen wijden. Namens het personeel sprak de referenda ris de heer A. Jongbloed. Wij stellen u als collega op hoogen prijs, aldus deze spr. Uw naam draagt bij ons een goeden klank en wij gelooven dat wij allen ons uw vrienden mogen noemen. Mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen, oud-voorzitter van het vroegere Burgerlijke Armbestuur, zeide dat de heer v. d. Berg reeds bij den aanvang van zijn loopbaan bekend was als een volijverig ambtenaar. De accuratesse, aldus spr. tot den jubilaris, heeft u van jongs af gevolgd in uw omvang rijke positie van heden. Ik hoop dat u de kracht gegeven zal zijn om uw taak in dienst der gemeente Haarlem nog langen tijd voort Spr. bood den heer v. d. Berg namens de leden van het oude Burgerlijke Armbestuur een electrische klok aan. alsmede een van de handteekeningen voorziene oorkonde van den heer Visser. De heer v. d. Berg dankte voor de hem be toonde hulde, waarna de ambtenaren van Maatschappelijk Hulpbetoon, die allen in de directeurskamer vereenigd waren, gelegenheid kregen om den jubilaris geluk te wenschen. Vele leden van het voormalige Burgerlijke Armbestuur waren ook aanwezig. H eden: VRIJDAG 16 DECEMBER Stadsschouwburg, Wilsonsplein: Kamermuziek avond Monique Haas voor de Mij. tot bevorde ring der Toonkunst, 8 uur. Gemeentelijke Concertzaal: Ledenconcert H. O. V., 8.15 uur. Palace Familie Cinema: „Spionnage in de Orient" en „De glazen kogel", 2 en 8.15 uur. Rembrandt Theater: „Het leven van Emile Zola", 2.30, 7 en 9.15 uur. Frans Hals Theater: „De Zeewolf", 2.30, 7 en 9.15 uur. Luxor Sound Theater: „Je bent maar eenmaal ong". 2.30, 7 en 9.15 uur. Spaarne Theater: De ondergang van de „Wil liam Brown" en „Verkeerd beoordeeld". Moviac Theater: „Het geheim van Zei watt.". ZATERDAG 17 DECEMBER Stadsschouwburg, Wilsonsplein: Het succes blijspel „Groot Slem" door de Tooneelgrocp „De Schakel", 8.15 uur. Café-Restaurant Gebrs. Brinkmann: Alexan der's Ragtime avond, 8.30 uur. Dancing ,,La Gaité", Raaks: nachtfeest tot 3 u. Bioscoopvoorstellingen 's middags en *s avonds. Teyler Museum, Spaarne 16. Geopend op verkdagen van 115 uur, behalve 's Maandags, 'oegang vrij. Palestina Diorama's, Schotersingel 117a. Ge opend eiken werkdag (behalve Vrijdags) van 35 en 9 uur.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 10