Neuscatarrh
DE ARMENRAAD
25 JAAR.
VlCKS
VA-TRO-NOL
Jjc&iaS
TogaC/
De geschiedenis van de
Armenzorg m onze stad
Het
kenmerk
van goeden
SMAAK!
ZWANENBERG
i
l/aat £uxe l/ethmt
GARAGE RABO
AGENDA.
VRIJDAG 16 DECEMBER
1938
H A' A R EEM'S D AGBEAD
6
Her den ki ngs bijeenkomst
ten Stadhuize.
Donderdagmiddag had in de raadszaal de eer
ste vergadering van den Armenraad in zijn
nieuwe samenstelling plaats. De Burgemeester,
Dr. J. E. baron De Vos van Steenwijk, gaf door
zijn tegenwoordigheid een blijk van belangstel
ling, evenals de wethouders W. J. B. van Liemt
en M. A. Reinalda.
Mr. P. E. Barbas, 25 jaar secretaris van den
Armenraad.
Als bestuursleden werden aangewezen de hee-
ren M. A. Reinalda en G. Wolzak Hzn.; tot hun
plaatsvervangers de heeren A. Mars en S. C. de
Haas van Dorsser; voor de Diaconie der Ned.
Herv. kerk de heer J. F. Boegborn (tot plaats
vervanger de heer C. de Wijman); voor de Dia
conie der Ger. kerk de heer D. v an Egmond
(tot plaatsvervanger de heer D. A. J. Spek).
Tot bestuursleden werden gekozen de heeren
Mr. R. C. Bakhuizen van den Brink, P. J. van
Kessel en Mr. F. van der Groot; tot plaatsver
vangers de heeren M. Emans, F. J. A. M. Haak
man van den Bergh Sr. en Jhr. J. van Reigers
berg Versluys.
Deze vergadering was niet voor publiek en
pers toegankelijk.
Bij de opening van de openbare vergadering
herinnerde de voorzitter, Mr. Dr. W. P. V i s, aan
de oprichting van het bureau van den Armen
raad, die Donderdag 25 jaar geleden voor het
eerst met zijn werk begon. Het bestuur wilde
dit niet onopgemerkt laten voorbij gaan, want de
Armenraad heeft een beteekenisvolle plaats in
de Haarlemsche armenzorg en weldadigheid
veroverd. Er zijn thans bij den Armenraad 107
instellingen aangesloten. Het werk is dus wel
uitgebreid.
Twee jubilarissen.
De voorzitter herinnerde er aan, dat in deze
bijeenkomst twee jubilarissen aanwezig waren.
In de eerste plaats de heer P. J. v a n Kessel,
die van de oprichting af bestuurslid is geweest
en die zijn functie op een boven allen lof ver
heven wijze heeft vervuld. Spreker, die 21 ja
ren met hem mocht samenwerken, kan er dus
over oordeelen. De heer Van Kessel heeft de
belangen van de weldadigheid in den Armenraad
met veel toewijding en ijver behartigd. De voor
zitter hoopte, dat de Armenraad nog vele jaren
van de langdurige ervaring en kunde van den
jubilaris zou mogen profileeren. Ook Mr. P. E.
Barbas heeft 25 jaar op een voortref
felijke wijze zijn taak als secretaris vervuld. Hij
verdient dan ook hulde voor wat hij in deze
kwart eeuw heeft gepresteerd. Van het begin af
heeft hij zich met volle toewijding en met zijn
volle persoon aan zijn taak gewijd. De heer Bar
bas heeft er steeds naar gestreefd, de belang
rijke plaats van den Armenraad belangrijk te
maken en te houden. De voorzitter sprak den
wensch uit, dat ook de heer Barbas nog lang zijn
krachten aan den Armenraad zou mogen geven.
(Applaus).
Mr. P. E. Barbas over het werk
van den Armenraad.
De secretaris van den Armenraad, Mr. P. E.
Barbas, gaf een overzicht van het werk van
den Armenraad en van de ontwikkeling van het
steunwezen over de jaren 19131938.
„De Armenraad werd ingesteld krachtens de
nieuwe Armenwet van 1912. In de Memorie van
Toelichting op deze wet wordt gezegd: „Het Ne-
derlandsche volk heeft zich steeds gekenmerkt
door twee karaktertrekken: grooten weldadig
heidszin, die voor bijna iederen vorm van men-
schelijk lijden ook een vorm van leniging zocht
te vinden en sterke zucht naar onafhankelijk
heid.
Van den grooten weldadigheidszin van ons
volk getuigt ook de tentoonstelling over het arm
wezen hier ter stede, die thans in het Frans Hals
museum wordt gehouden en waaruit blijkt hoe
veel in den loop der eeuwen tot op den huidigen
dag door de burgerij dezer gemeente voor lief
dadige doeleinden is geofferd, waardoor Haar
lem op dit gebied nog altijd een eereplaats in
ons land inneemt.
Destijds bestond hier ter stede nagenoeg geen
samenwerking tusschen de instellingen van Wel
dadigheid. In Amsterdam was reeds een ver-
eeniging van armbesturen, die een register van
ondersteunden had aangelegd, waarvoor de in
stellingen van weldadigheid de noodige gegevens
verstrekten. Deze vereeniging is dan ook een
voorloopster geweest van het instituut van den
Armenraad.
Nadat in de eerste vergadering wijlen Jhr. Mr.
W. B. Sandberg tot voorzitter was gekozen en
deze hiervoor bedankt had, werd Mr. J. H.
Thiel, oud-wethouder van Haarlem, als zooda
nig gekozen.
De eerste Armenraad was samengesteld uit 25
instellingen, vier instellingen hadden hun be
reidverklaring, om een vertegenwoordiger aan
te wijzen, herroepen.
Van de eerste leden van den Armenraad heb
ben alleen de heeren J. J. Beccarl, P. J. van
Kessel en S. Ph. de Vries nog zitting.
Bij de opening van het Bureau werd reeds ter
stond een onderzoekdienst ingesteld. Als eerste
informator werd aangesteld de heer J. A. Schou
ten. Het bestuur begreep, dat deze taak van den
Armenraad voorloopig de belangrijkste zou zijn.
Men ging in armenzorgkringen nog al te vaak
naar indrukken te werk en werd natuurlijk dik
wijls bedrogen. De geringe steun, die in den re
gel werd uitgereikt, werkte dit in de hand. Zelfs
het Burgerlijk Armbestuur steunde met hoog
stens f 2.50 a f 3.per week.
Het Burgerlijk Armbestuur deed van het be
gin af, omtrent alle bij haar ingekomen ver
zoeken om steun, door den Armenraad een on
derzoek instellen, vóór dat het op het verzoek
besliste.
De onderzoekdienst van den Armenraad kon
reeds spoedig belangrijke successen boeken door
aan te wijzen, dat verschillende gezinnen, die
ondersteund werden, wegens te groote inkom
sten, die somtijds zelfs zeer belangrijk waren
voor dien tijd, of wegens andere redenen, niet
voor steun in aanmerking kwamen.
In een gezin, dat door een vooraanstaande in
stelling werd ondersteund, bleek met de verdien
sten der kinderen ongeveer f 45.per week in
te komen. Dit was vooral voor die dagen een
hoog inkomen. De werkgever had echter steeds
onjuiste inlichtingen verstrekt, doch durfde dit
tegenover den Armenraad niet meer te doen.
Toen in 1920 de Ned. Herv. Diaocnie een on
derzoek deed instellen naar alle gesteunde gezin
nen, kwamen wederom heel wat feiten aan het
licht. Ook deze instelling kon toen verscheidene
ondersteuningen intrekken.
De bespaarde bedragen konden op betere wijze
worden besteed.
Door den Armenraad is hier ter stede een be
gin gemaakt met een op breeden grondslag ge
vestigd onderzoek. Er werden uitvoerige schrif
telijke rapporten samengesteld, waarin uiterst
waardevolle gegevens werden bijeen gebracht.
Hierdoor werd het bedrog tot een minimum te
ruggebracht.
Omtrent den onderzoekdienst kan worden op
gemerkt, dat van 15 December 1913 tot en met
31 December 1937, 102410 schriftelijke rappor
ten werden uitgebracht. Het register van den
Armenraad bevat thans circa 19000 dossiers.
Toen in Augustus 1914 het Steuncomité werd
opgericht vroeg de Armenraad ook aan de niet
aangesloten instellingen een opgave van de door
dezen bedeelde personen.
In den beginne wilde men de ondersteunden
door dit comité niet als armlastigen beschouwen.
Ofschoon de voorzitter van den Armenraad in
het Steuncomité zitting had, maakte het geen
gebruik van den onderzoekdienst van den Ar
menraad; er werd alleen in bijzóndere gevallen
de hulp van den Armenraad ingeroepen.
Al spoedig bleek in de practijk, dat een schei
ding tusschen armlastigen en hen, die door de
buitengewone omstandigheden zonder verdienste
waren geraakt, veelal ondoenlijk was. De schei
ding tusschen Steuncomité en Armenraad bleek
dus niet juist te zijn.
Thans, na vijf-en-twintig jaar, kan worden ge
constateerd dat op het terrein der samenwerking
veel bereikt is en dat de Armenraad een belang
rijk aandeel heeft gehad in deze verbetering.
In de plaats van Mr. J. H. Thiel werd door den
Armenraad in zijn nieuwe samenstelling tot
voorzitter gekozen Mr. Dr. W. P. Vis, die tot
heden als zoodanig in functie is gebleven en on
der wiens bekwame leiding de Armenraad tot
verderen bloei is gekomen.
In 1919 werd het Steuncomité, dat van 1914 af
werkzaam was geweest en gedurende de oorlogs
jaren zoo ontzaglijk veel had gedaan, ten bate
van hen. die tengevolge van den oorlog in be
hoeftige omstandigheden waren geraakt, opge
heven.
In 1920 maakte de Armenraad een begin met
het verhaal van verleenden onderstand.
Er werd een commissie inzake Onderhouds
plicht en Verhaal van verleenden Onderstand in
gesteld, die gedurende den tijd van haar bestaan
zeer belangrijk werk heeft verricht. In totaal
werd door deze commissie tot 1 Januari 1938
een bedrag van f 393 310.88 geïnd.
Op deze wijze zijn door de commissie voor de
charitatieve instellingen wel enorme bedragen
aan ondersteuning bespaard.
Spreker herinnerde er aan, dat in 1935 door
den Armenraad een Kerstinzameling voor de
Stille Armen werd gehouden, die in totaal
f 11.130.21 heeft opgebracht.
In 1936 en 1937 werden weder inzamelingen
gehouden, die resp. f 9410.08j4 en f 9014.63 op
brachten.
Het Bureau is in 1913 begonnen met één infor
mator en één klerk. Thans zijn werkzaam 6 amb
tenaren en 8 krachten in lossen dienst, totaal 14
personen.
De wereldcrisis heeft tenslotte het werk van
den Armenraad belemmerd, aangezien alle
krachten in dezen tijd worden opgevorderd voor
de Gemeentelijke armenzorg, die zich in deze
jaren op zeer abnormale wijze heeft uitgebreid.
Toch is door de uitbreiding van de overheids
zorg de kerkelijke- en particuliere armenzorg
niet ingekrompen, want in totaal werd in 1937
door deze instellingen f 2.026.084.96 aan directen
onderstand uitgegeven.
Moge het aldus eindigde spreker den
Armenraad gegeven zijn in de komende jaren op
dezelfde aangenaem wijze met de instellingen
samen te werken om in deze moeilijke tijden
veel te doen ter verzachting van het leed van de
door de crisis getroffenen; hen zoo mogelijk we
der tot zelfstandigheid te brengen en het ge-
heele maatschappelijke werk, waaraan nog zoo
vele en velerlei gebreken kleven, op een hooger
peil te brengen". (Applaus).
De voorzitter dankte den heer Barbas
voor zijn rede en sloot hiermede de vergadering.
Een paar dezer aangename nieuwe druppels
in ieder neusgat geneest opgezwollen slijm
vliezen, verwijdert opgehoopt slijm, ver-
I zacht de prikkeling en
laat U weer vrij ademen.
(Adv. Ingez. Med.)
wordt voorkomen en bestreden door het pro
bate en onschadelijke middel
Br/ alle apoth. en drog. vanaf f. 0.80 p. fl.ac, (excl. O.B.) H
(Adv ingez. Med.)
Haarlem's Gemeente-Archivaresse
Dr. G. H. Kurtz vertelt over:
HaarlemStad der Hofjes
De oudste berichten over zorg voor
armen en misdeelden te Haarlem
voeren ons terug tot het eind der
14e en begin der 15e eeuw, toen het
stadje al een handelscentrum te noe
men was en in de bedrijvigheid der
kleine maatschappij ook de armoede
opdook. Deze zorg uitte zich door par
ticuliere weldadigheid, maar er wa
ren eveneens maatregelen van over
heidswege, als blijkt uit de instelling
van een college van H. Geestmeesters
in ca. 1300. Dit college had het toe
zicht over alle armen en hulpbehoe
venden, zoowel oude, zieke en gebrek
kige lieden, alsook weezen en vonde
lingen. De laatsten werden meestal
door hen uitbesteed; voor de anderen
zorgden zij door bepaalde uitdee-
lingen, waartoe giften of legaten hen
in staat stelden en die zij verrichtten,
gezeten in den H. Geeststoel, thans
nog in de Groote Kerk aanwezig.
Doordat Coen Cuser, Heer van Oosterwijck,
in 1394 zijn woning in de Albstraat (Kruis
straat) aan de stad schonk, kwamen zij in
het bezit van een gesticht, waar zij hun ar
men in konden huisvesten. Aanvankelijk wa
ren dit slechts de oude lieden; sedert 1425
werden echter ook weezen in het H. Geesthuis
opgenomen.
Een zeer oude inrichting is bovendien het
gasthuis dat er al vóór 1300 geweest moet
zijn. Een college van Gasthuismeesters voerde
er het beheer over. Aanvankelijk bedoeld als
„huis voor gasten", d.w.z. voor arme moede
reizigers, werd het allengs meer een zieken
huis en nam tevens arme kostgangers en
proveniers op. In de 14e eeuw vinden wij al
leen het oude gasthuis op de tegenwoordige
Botermarkt, maar in de 15e eeuw is het Nieu
we of St. Elisabeths gasthuis in de Groote
Houtstraat bij het Verwulft verrezen, waar
van het eerste weldra slechts succursaal was.
Buiten de poorten ten Noorden der stad. in
het zgn. Zieken, bevond zich het Leprooshuis,
eveneens een soort succursaal van het Gast
huis, speciaal voor lijders aan de lazarij. In
de 16e eeuw werd een afzonderlijk pesthuis
opgericht fin de tegenwoordige Tuchthuis
straat) toen die ziekte de stad teisterde.
Een andere stichting nog voor het einde
der 14e eeuw (1390) was het St. Jansgasthuis
in de Wijngaardstraat, dat onder het beheer
der St. Jansheeren stond en bestemd was voor
oude lieden, terwijl ten behoeve van 20 oude
vrouwen in 1395 uit de nalatenschap van Dirk
van Bakenes het oudste der reeks hofjes ge
sticht werd. waardoor Haarlem, vooral om
hun schilderachtigheid, een zekere vermaard
heid heeft gekregen. Na deze Bakenesserka-
mers volgden de particuliere weldadigheids-
gestichten in de volgende eeuwen, die het
werk der H. Geestmeesters ten opzichte van
oude lieden, en vooral van oude vrouwen
de hofjes waren slechts voor haar, voor wie
het alleen wonen zich beter eigende aan
merkelijk verlichtten, n.l. het St. Remigius-
gasthuis (1431), het Barbaragasthuis (1435)
opgedragen aan de stad het, werd in 1841
een bewaarschool voor arme kinderen het
St. Jacobsgasthuis 1436 onder het behee:
van het St. Jacobsgild het Lieve Vrouwengast
huis (1470) onder beheer van de kapelmees
ters op Bakenes, het St. Anthoniusgasthuis
(1440) van het H. Kruisgilde, het Brouwers
hofje (1472) van het Brouwersgilde, het
Gasthuishofje of hofje van Loo (1489) onder
beheer van de gasthuismeesters. het hofje
van Oud-Alkemade of der 12 apostelen (1538),
het Hofje van Gratie (1554). het Deymans-
hofje of der 5 kaïneren (1565) en het Vrou
wen- of Verwershofje (1593).
De groote brand in 1576 verwoestte vele
kerken en stichtingen, waaronder het Oude
en Nieuwe gasthuis; het St. Elisabethsgast-
huis herrees echter spoedig op het. terrein
van het voegere Minrebroedersklooster aan
het Heiligland.
De invloed van de Hervorming.
Intusschen was het college van H. Geest
meesters, dat van kerkelijken oorsprong was.
met de Hervorming verdwenen en werd zijn
taak overgenomen door de door Burgemees-
teren benoemde Regenten van den Schale of
Aalmoezeniers der armen, die sedert het eind
der 16e eeuw optraden, terwijl de Hei-vormde
kerk in de behoefte van eigen armen trachtte
te voorzien door de instelling van een dia
conie, die een diaconiehuis in de Zuiderstraat
oprichtte. Het H. Geesthuis bleef bestaan on
der het bestuur van regenten, door de stad
benoemd, doch weldra alleen als weeshuis. In
het begin der 17e eeuw n.l. kwam de behoefte
op, om, naast de vele inrichtingen ter ver
zorging van arme oude vrouwen, ook iets der
gelijks voor de oude mannen op te richten,
waarom men besloot, uit de opbrengst van
een, tijdens een groot rederijkersfeest gehou
den loterij een Oudemannenhuis te stichten.
In 1608 verrees aldus op grond aan het Heilig
land, daartoe welwillend afgestaan door Jhr.
Francois van Bekesteyn, het Oudemannen
huis, thans Frans Halsmuseum, en werden
oude mannen uit het H. Geesthuis daarheen
overgebracht. Op last der stadsregeering
gingen bovendien in 1626 de oude vrouwen
uit het H. Geesthuis naar het St. Jansgast
huis. dat de stad, met andere bezittingen der
St. Jansheeren was toegevallen en voortaan
St. Jans en Coenengasthuis werd geheeten.
(In 1777 werden de verpleegden hieruit over
gebracht naar het Frans Loenenhofje, dat.
door de stad was aangekocht). Het college van
Aalmoezeniers richtte bovendien het vroegere
pesthuis in de Tuchthuisstraat sedert 1601
was het gewezen Maria Magdalenaklooster
pesthuis in voor arme vondelingen en ver
laten kinderen, daarna (1609) ook als werk
huis voor bedelaars, dronkaards en ledig-
gangers, zoodat het den naam van Aalmoeze
niers Armen- en Werkhuis kreeg, waarin aan
vankelijk ook de krankzinnigen werden ver
pleegd.
Nieuwe Hofjes verrezen.
Intusschen had de groote weldadigheidszin
der Haarlemsche burgers weer vele nieuwe
hofjes doen verrijzen.
Zoo ontstond in 1607 het Frans Loenenhofje,
in 1610 dat van Guurt Burret. in 1611 het
Hofje van Codde of Spoorwater, in 1613 het
Comanshofje van het St. Nicolaas- of Koop
mansgilde, in 1616 het hofje „de Groene tuin",
in 1651 het hofje van Heythuizen, in 1630 het
Bruiningshofje en in 1684 het hofje van Be-
resteyn. Ook de kleinere Protestantsehe ge
meenten begonnen voor hun armen, door de
aanstelling van diakenen, zorg te dragen. In
1608 moet het Luthersche hofje verrezen zijn
Een Waalsch hofje heeft bestaan tot 1793. In
1738 richtten de Lutherschen een eigen Wees-
en Armenhuis op, waarvoor zij dezelfde tege-
tegemoetkomingen, als vrijdom van accijnsen
en verponding wisten te verkrijgen als de
Hervormden. De Doopsgezinde gemeente van
den Blok richtte in 1634 een weeshuis op: de
Watcrlandsche Doopsgezinden hadden op het
eind der 17e eeuw een eigen weeshuis en
stichtten hun Wijnbergshofje in de Barre-
voetestraat. Het Zuiderhofje was in 1640 aan
Voorkeur- voor Zwanenberg's augurken
is het kenmerk van een goeden smaak.
Smaak in den letterlijken zin. Tallooze
augurken-liefhebbers kunnen U dat geest
driftig vertellen. Neemt morgen eens een
proef met Zwanenberg's augurken.
maakt wat smaakt!
^0 p|
(Adv. Ingez. Med.)
de Doopsgezinden geschonken. Van 1683-1742
heeft hier ter stede bestaan de Société des
Dames franqaises ten behoeve van de arme
Fransche dames van stand, die om de- geloofs
vervolging uitgeweken waren.
De Katholieke stichtingen waren met an
dere geestelijke goederen in 1581 aan ae stad
vervallen. Van deze werd het St. Remigius-
gasthuis in 1617 opgeheven; het St. Antho
niusgasthuis, in 1726 vereenigd met het Lieve
Vrouwengasthuis tot Vrouwe- en Anthonius
gasthuis, bleef een inrichting speciaal voor
oude vrouwen. Overigens konden de Katho
lieken in de 17e eeuw slechts particulier wat
voor hun armen doen, zooals pastoor A. A.
Blommert door zijn fonds ten behoeve van
brooduitdeelingen aan de armen, dat hij in
1659 bij testament in het leven riep. Het
werd in de wandeling „broodkantoor' ge
noemd en was gevestigd in de Lange Veer-
straat. Eerst in 1715 heeft de stad. ter ver
lichting van het werk der Aalmoezeniers, het
St. Jacobsgodshuis aan de Roomsch-Katho-
lieke gemeente ten gebruike afgestaan, ten
einde hun armen en weezen daarin te onder
houden, waarvoor zij een jaarlijksche subsi
die uit de kas der aalmoezeniers zouden ge
nieten.
De Stadsregeering besloot op voorbeeld van
Dordrecht, een tweede tehuis voor kinderen
te grondvesten, een arme-kinderhuis, dat in
1653 werd ingericht in het gewezen Maria
Magdalenaklooster.
Tot 1765 bleven het H. Geesthuis en Arme
Kindertehuis naast elkaar bestaan, toen zij
vereenigd werden, in het gebouw van het
laatste, tot het Weeshuis. Het H. Geesthuis
werd afgebroken en op het terrein aan de
Kruisstraat verrees het Hofje van Oorschot
(1768). Want ook in de 18e eeuw zetten wel
dadige burgers de oude traditie voort en be
stemden hun nalatenschap voor het stichten
van hofjes, meestal van een ruim en aanzien
lijk voorkomen. Zoo ontstonden toen het Hof
je van Staats (1730) en het Hofje van Noblet.
terwijl het Teylershofje in 1729 een schenking
was van den bekenden Pieter Teyler van dei-
Hulst, uit wiens nalatenschap de Teyler's
Stichting werd opgericht en het Remonstrant-
sche Hofje in 1773 werd gefundeerd door Jus
tus en Isabella van Leeuwaerden.
Opkomst van de Overheidszorg.
De Ned. Herv. Diaconie had allengs door
achteruitgang van haar financiën haar on
afhankelijke positie ten opzichte van het
Stadsbestuur verloren, ja kwam zelfs geheel
onder de superintendentie van de regeering
In het midden der 18e eeuw beraamde de
Vroedschap middelen, om haar te hulp te ko
men en zag o.a. nieuw heil in de oprichting
van een gro'ot Diaconiehuis, waartoe in 1767
besloten werd. Aan de Ossenmarkt (tegen
woordig Koudenhorn), werd het nieuwe Dia
coniehuis van 1768-1770 gebouwd.
In den Napoleontischen tijd was het mooie,
ruime Diaconiehuis begeerlijk als kazerne,
waartoe het dan ook in 1810 in gebruik werd
genomen.
In 1854 is van gemeentewege het Burgerlijk
Armbestuur ingesteld, dat tot 1857 nog werd
waargenomen door Burgemeester en Wet
houders en thans zijn voortzetting vindt in
Maatschappelijk Hulpbetoon.
zonder Chauffeur alleen
GASTHUIS VEST II - HAARLEM TEL. 17266
Verzekerde Wagens
(Adv. Ingez. Med.)
Gedistingeerd
zoo'n gladdering
Jan Fortgens
Gr. Houtstraat 109
naast Cinema Palace
(Adv. Ingez. Med.)
PROGRAMMA VAN DE HAARLEMSCHE
RADIO CENTRALE OP ZATERDAG
17 DECEMBER 1938.
Progr. III. Keulen 8.00; Parijs Radio 9.20;
Radio P. T. T. Nord 9.30; Pauze 9.50—10.00:
Parijs Radio 10.00; Radio P. T. T. Nord 12.05-
Ned. Brussel 12.20; Keulen 1.30; Pauze 2.50—
2.55; Fransch Brussel 2.55; Ned. Brussel 3.20
Fransch Brussel 4.20; Motala of diversen 5.20
Boedapest of diversen 5.50; Ned. Brussel 6.20:
Straatsburg 7.50: Fransch Brussel 8.20; Keulen
9.05.
Progr. IV. Ned. Brussel 8.00; Diversen 9.20
10.35; London Regional 10.35; Droitwich 12.40-
London Regional 2.20; Droitwïch 5.20; London
Regional 9.45: Droitwich 10 00; Droitwich 11.20
Progr. V. 8.007.00 Diversen. 7.008.00
Eigen gramofoonplatenconcert. Verzoekprogram
ma. 8.0012.00, Diversen,
25 jaren in dienst van Haarlem's
Armenzorg.
Huldiging van den heer J. v. d. Berg, kassiefl
van Maatschappelijk Hulpbetoon.
Donderdagmiddag om 3 uur werd in het
kantoor van Maatschappelijk Hulpbetoon in
het Proveniershuis de heer J. v. d. Berg ge
huldigd, die namelijk den dag herdacht waar
op hij 25 jaren geleden in dienst trad van
Haarlem's Armenzorg, welke toendertijd be
rustte bij het Burgerlijk Armbestuur. In de
directeurskamer sprak de directeur de heer
S. C. de Haas van Dorsser den jubilaris toe.
Het feit, dat iemand 25-jaren ergens in dienst
is, aldus spr., is op zichzelf niets bijzonders.
Hier is echter wel sprake daarvan, want de
loopbaan van den jubilaris i-s niet zoo ge
makkelijk geweest. Sedert hij 25 jaren geleden
in dienst trad van het Burgerlijk Armbestuur
is er veel veranderd. Toen was hij de eerste
en eenige ambtenaar van den leider van het
toenmalige armbestuur. Thans zijn er vele
ambtenaren bij Maatschappelijk Hulpbetoon,
dat 't werk van het Burgerlijk Armbestuur
heeft overgenomen. Het bedrag, dat aan den
armenzorg besteed wordt, is in den loop der
tijden ook veel hooger geworden. Ook de nor
men, volgens welke steun wordt verstrekt,
zijn gewijzigd. Spr. roemde het onberispelijke
beheer van den jubilaris over de kas. Niet
alleen voor u, aldus spr. tot den jubilaris,
maar ook voor mij en den geheelen dienst,
is dit een bijzonderen dag. U bent een trouw
dienaar der gemeenschap, alle andere ambte
naren kunnen een voorbeeld aan u nemen.
Als fjewijs van waardeering en sympathie
overhandigde spr. den heer v. d. Berg een
couvert eetgerei, alsmede een bloemenhulde.
De wethouder van Bedrijven en Werkloozen-
zorg, de heer W. J. B. van Liemt, had niets
anders dan lef voor de accuratesse van den
jubilaris, door wiens vingers zoo groote be
dragen gingen.
De Wethouder wenschte den heer v. d Berg
en zijn echtgenoote geluk met dit jubileum
en hoopt dat de jubilaris nog langen tijd zijn
beste krachten aan de gemeenschap zou mo
gen wijden.
Namens het personeel sprak de referenda
ris de heer A. Jongbloed. Wij stellen u als
collega op hoogen prijs, aldus deze spr. Uw
naam draagt bij ons een goeden klank en wij
gelooven dat wij allen ons uw vrienden mogen
noemen.
Mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen, oud-voorzitter
van het vroegere Burgerlijke Armbestuur,
zeide dat de heer v. d. Berg reeds bij den
aanvang van zijn loopbaan bekend was als een
volijverig ambtenaar.
De accuratesse, aldus spr. tot den jubilaris,
heeft u van jongs af gevolgd in uw omvang
rijke positie van heden. Ik hoop dat u de
kracht gegeven zal zijn om uw taak in dienst
der gemeente Haarlem nog langen tijd voort
Spr. bood den heer v. d. Berg namens de
leden van het oude Burgerlijke Armbestuur
een electrische klok aan. alsmede een van de
handteekeningen voorziene oorkonde van den
heer Visser.
De heer v. d. Berg dankte voor de hem be
toonde hulde, waarna de ambtenaren van
Maatschappelijk Hulpbetoon, die allen in de
directeurskamer vereenigd waren, gelegenheid
kregen om den jubilaris geluk te wenschen.
Vele leden van het voormalige Burgerlijke
Armbestuur waren ook aanwezig.
H eden:
VRIJDAG 16 DECEMBER
Stadsschouwburg, Wilsonsplein: Kamermuziek
avond Monique Haas voor de Mij. tot bevorde
ring der Toonkunst, 8 uur.
Gemeentelijke Concertzaal: Ledenconcert
H. O. V., 8.15 uur.
Palace Familie Cinema: „Spionnage in de
Orient" en „De glazen kogel", 2 en 8.15 uur.
Rembrandt Theater: „Het leven van Emile
Zola", 2.30, 7 en 9.15 uur.
Frans Hals Theater: „De Zeewolf", 2.30, 7 en
9.15 uur.
Luxor Sound Theater: „Je bent maar eenmaal
ong". 2.30, 7 en 9.15 uur.
Spaarne Theater: De ondergang van de „Wil
liam Brown" en „Verkeerd beoordeeld".
Moviac Theater: „Het geheim van Zei watt.".
ZATERDAG 17 DECEMBER
Stadsschouwburg, Wilsonsplein: Het succes
blijspel „Groot Slem" door de Tooneelgrocp „De
Schakel", 8.15 uur.
Café-Restaurant Gebrs. Brinkmann: Alexan
der's Ragtime avond, 8.30 uur.
Dancing ,,La Gaité", Raaks: nachtfeest tot 3 u.
Bioscoopvoorstellingen 's middags en *s avonds.
Teyler Museum, Spaarne 16. Geopend op
verkdagen van 115 uur, behalve 's Maandags,
'oegang vrij.
Palestina Diorama's, Schotersingel 117a. Ge
opend eiken werkdag (behalve Vrijdags) van
35 en 9 uur.