Mi dméitt Onze Indische Luchtpostbrief. „MORGEN GAAT HET BETER IJsclub Haarlem en Omstreken bestaat 7 0 jaar WOENSDAG 11 JANUARI 1939 HSSREEM'S DAGBEAD tl heef de nieuwe Hollandsche film Maar vandaag gaat 't ook best", zeggen zij die filmen. In de droomfabriek aan de Duivendrechtsche Kade. Het heele groote Amerika heeft één Hollywood, Duitschland bezit één Neu- babelsberg, maar ons kleine Hollandje zou Holland niet zijn wanneer het niet over zegge twee filmcentra be schikte; in Filmstad staan prachtige groote studio's met alle comfort in een mooien rustigen tuin, in Duivendrecht zijn in een oude fabriek studio's ge- improviseerd aan den kant van een Lily Bouwmeester, die met Theo Frenkel en Paul Steenbergen de hoofdrollen vervult in de nieuwe film „Morgen gaat het beter", ivellce momenteel door „Neerlandia" in de Cinetone- studio's in Amsterdam ge-produceerd wordt. drukken verkeersweg. En Holland zou wederom Holland niet zijn, wanneer die mooie studio in Den Haag niet meestentijds wordt gelaten voor wat ze is, en men zich in die leelijke droom fabriek in Amsterdam, waar ze vroe ger geloof 'k kinine maar nu droomen maken, niet meestentijds inspannen om de Hollandsche filmindustrie wer kelijkheid te laten worden. Ook in deze dagen ziet de fabriek van Cine- tone er van binnen bedrijvig uit. Morgen gaat het beter. Neen, 't is geen hatelijkheid jegens de film, die ze daar momenteel maken, dat „Morgen gaat het beter", die film heet zelf zoo. En de Nederlandsche filmindustrie wil U met deze film „Morgen gaat het beter" juist toeroepen „Maar vandaag gaat het ook best". Want er wordt voorspoedig gewerkt in de stu dio. De stemming is er opgewekt. Chris Baay lacht, en Lily Bouw meester danst. In studio A zijn eenige kamers modern inge richt. Men zou zich in de etalages van een meubelmagazijn wanen. Kamers zonder een plafond. En als je naar boven kijkt loeren groote lampen, soms aan soms uit, naar bene den. Neen het zijn geen gezellig rustige kamers. Misschien straks wel, als U ze op het witte doek ziet. Dan zijn ook al die menschen, die achter de camera staan, of net om den hoek zitten met nog een groote lamp, of die boven over de muren balanceeren, er niet meer bij. Lily Bouwmeester danst met Theo Frenkel. Haar groote oogen schitteren in het licht. Chris Baay staat er bil te lachen. Totdat me neer Zelnik, de regisseur, iets zegt. Dan lacht Baay harder. Zonder dat meneer Zelnik wat grappigs heeft gezegd. Hij lacht en heeft schik in het dansende paar in de kamer. Hoe langer hoe meer schik. Al moeten Lily en Theo de afkortingen vanwege het gemak nog zooveel keer over dansen. Chris Ibegint het niet te vervelen. Integen deel. De schaduwen bewegen zich op den muur, Het dansende stel komt naar de deur waar het camera-oog en een boel nieuwsgierige menschenoogen doorheen loeren. En Lily Bouwmeester zegt dat ze het dol gezellig heeft gehad en dat het een goede gedachte is geweest om even „aan te leggen". „Maar nu moet ik weg, want anders staat de melk boer met het ochtendblad al voor de deur". Theo Frenkel zegt „zooals u wilt". En Chris Baay informeert: „waar woont u?" „Hier vlak boven", is het antwoord, Lily's vinger wijst naar het open plafond on der het grijze dak van de studio. Theo en Lily stappen de deur uit en strut kelen bijna over de draden van de camera en Chris doet met een meewarig gebaar de deur toe. „Maar meneer Baay, uw hand was veel te vroeg aan de deurknop. .Over die scène". Me neer" Baay loopt de kamer in. Boos van 't standje? Neen, hij begint weer te lachen. En Zelnik vindt het best. En Lily en Theo gaan weer dansen. De schaduwen spelen op de Vier dikkerds en een plank. Wie van de eene kamer naar de andere wil gaan moet over een plank lcopen, die over een diepte is gelegd. Met. angst wacht ik 't bericht wie of 't eerst door die plunk heen- gezakt zal zijn. of Rudolf Meyer, d'e pr ductieleider of Otto Heller, de cameraman, of Zelnik, de regisseur of Teunissen, de man van de montage. Want alle vier zijn ze even enorm van omvang. En onder het gewicht van elk hunner zucht de plank en buigt toegevend. Werkt de filmstudio stimuleerend op den om vang harer bewoners? Want niet alleen hier. maar overal in Filmland zijn regisseurs en productieleiders en andere menschen aan gene zijde van de camera vaak „gewichtig". Een gemakkelijk leventje hebben ze niet: alsmaar staan en loc-pen. Misschien een materieele reactie op de geestelijke kwelling van 't steeds maar repeteeren steeds overnieuw dezelfde scènes draaien, een lichamelijk aan komen tegenover psychisch afvallen? De plank verdiept zich niet in zulke problemen en kraakt alleen maar en piept, benieuwd tegen wiens gewicht ze het 't eerst af zal leg gen. Gerda en Yessie. Iets voorbij die plank zit een slanke vrouw met een zonnebril op. Ze ziet eruit als een heusche filmster, maar iedereen zegt „Gerda" tegen haar en dat zegt niet iedereen tegen een filmster. Zij is de stand-in voor Lily Bouwmeester. Zij moet voor Lily invallen als de camera wordt ingesteld en de belichting wordt „gemixed". Dan gaat ze op de plaats staan c<f zitten waar straks de filmster komt, vangt de eerste stralen van de lampen op, wacht eindeloos, moet dan hier en dan daar heen gaan om te probereen waar of het 't beste staat, en als ze klaar is komt Lily. Ze is als het ware de jongste bediende van de filmster, doet het grove werk en als dat achter den rug is doet Lily Bouwmeester het fijne. Er zijn merkwaardige beroepen. En dan moet je hart nog per vergissing gebonsd heb ben, omdat je een heusche filmster meende te zien! Neen maar. Dan heeft „Yessie" eigenlijk nog meer te vertellen. „Yessie" dat is de hond van Lily Bouwmees ter. Die speelt in de film mee, Een kunst om aan zoo'n baan te komen als je vrouw aan de film is. Maar intusschen is dat lieve dier straks natuurlijk heelemaal bedorven als het de gewone straat op moet. 't Zal zijn soortge- nooten voortaan wel negeeren. Des morgens had Yes al kuren. Hij moest opzitten en poot jes geven aan Theo Frenkel. Maar „Yes" zei ,,no" en of nu de befaamde meneer Zelnik al zei dat hij het wel moest, 't gaf eerst niets. Na veel zoete woordjes deed Yes pas wat van 'm gevraagd werd. En onmiddellijk daarna maak te hij dat-ie wegkwam. Maar in de studio is iedereen er op bedacht deze „ster" niet te la ten vluchten. Bij den ingang staat zelfs een soort „manifest" om de deur te sluiten, op dat het hondje van mevrouw Bouwmeester niet ontsnappe. Verbeeldt U, zonder Yes zou de film niet meer draaien kunnen. Voor de montagetafel. In de andere studios wordt, onder leiding van architect Wegeriff hard gewerkt aan nieu we décors; een groote danszaal verrijst hier. Iets verderop kan men meenen in een radio studio inplaats van in een filmstudio te ver blijven; dat is echter ook décor. Want de film speelt deels in de radiowereld. In een geheel aparte ruimte zit G. J. Teu nissen voor de montagetafel. Teunissen heeft al heel wat Hollandsche en buitenlandsche films gemonteerd. Een heel belangrijk werk, die montage; het aaneenlijmen van de opgenomen filmstroo- ken, zoo, dat de beelden logisch in elkaar over gaan en rythmisch verloopen. Een filmcutter zoo wordt hij ook wel genoemd kan een film maken en breken. Teunissen heeft bijv. die uitnemende vaart in de film „40 jaren" gelegd; een groot deel van het succes. Teunis sen maakte eens als amateur films als „Piere ment". Hij is een rasfilmidealist. Maar ook een practisch man; een kundige en zeer gewilde bediener van de montagetafel. Hij begon zijn filmcarrière met idealen. Maar ook 100 pet. amusementsfilms zijn mede, dankzij zijn vak manschap successen geworden. Het ziet er naar uit dat „Morgen gaat 't be ter" 't wel goed zal doen bij het publiek. Het is een luchtig gegeven, heel amusant. En 't zal wel wat men noemt „goed gebracht woixlen". Maar toch hoop 'k dat ook voor de filmidealis ten, voor hen, die goede zinvolle films met een gedachte erin willen maken in Neder land, de voorspelling geldt „Morgen gaat het beter". v. H. Indisch Nieuwjaar. Vereeniging van Poentjakbewoners. Een unieke filmpremière. Een kolonisatie-echtgenoote. Congres van Parinda. Einde van de laak-Margadant. Onze Indische correspondent schrijft ons d.d. 2 dezer uit Batavia: Het nieuwe jaar is op de gebruikelijke luidruchtige wijze weer over Batavia geko men. Het geknal van het vuurwerk is ook twee dagen daarna nog niet van de lucht, alhoewel het trommelvuur, dat om kwart voor twaalf al in den oudejaarsnacht kwam aan zetten van Mr. Cornells om een half uur lang een caeophonie te verwekken waarin men zich nauwelijks verstaanbaar kan maken, is ver anderd in het kabaal maken van enkelingen. In den vroegen nieuwjaarsmorgen trekken de poppenkasten met groote aangekleede pop pen en de vreemdste verzameling van mu ziekinstrumenten langs de huizen om een pot pourri te geven van het Wilhelmus, Zie-de- maan-schijnt-door-de-boomen en Piet Hein Villadop in een pas. Velen trekken dien morgen na de ge bruikelijke visites toch nog even naar boven om een „kouden neus" te halen. Op niet te verren afstand van Batavia zijn zij dan vrijwel uitsluitend aangewezen op den Poentjakpas, die ongeveer anderhalf uur per auto van de hoofdstad verwijderd is en op ruim 1500 meter hoogte een heerlijke koelte geeft. Binnen enkele jaren zijn daar zeer veel weekends bungalows neergezet voor hen, die daar regel matig willen terugkomen om volkomen fit te blijven. Men kan zeggen, dat er in een korte spanne tijds een villadorp is verrezen. Er is echter een gevaar, dat het natuurschoon een groote kans loopt bedorven te worden, omdat men ginds maar kriskras door elkaar bouwt. De een bederft het uitzicht voor den ander, en een derde zet een bouwsel neer, dat meer op een keet met een schutting dan op een villa gelijkt. Daardoor zou de aantrekke lijk van den Poentjak als vacantieoord en woonplaats verminderen. Om nu de belangen van de bewoners al daar te behartigen heeft de vereeniging Groot Batavia, die deze streek als het voornaam ste forensenoord van Batavia beschouwt, een vergadering van Poentjakbewoners be legd tot behartiging van een goede har monische ontwikkeling van deze streek, waarin tevens een goed uitbreidingsplan ter sprake is gekomen. Daarvoor zal een soort bouwverordening moeten zorgen en een schoonheidscommissie. Zoo juist is er ook een hulppostkantoor gekomen en werd een school geopend, die in een werkelijke behoefte voorziet. Filmpremière in een dessa. Een kleine dessa, Ploembon, in de buurt van Cheribon heeft bij de eerste vertooning van de propagandafilm voor de kolonisatie van Javanen naar de Buitengewesten wellicht alle records van wereldpremières ruim ge slagen met een toeschouwersaantal van min stens veertigduizend menschen, die met stille spanning, drie uren lang naar de avonturen van een koloniseerend gezin hebben zitten kijken. Dagen van te voren hadden de be stuursambtenaren van de omliggende dor pen de bevolking eeds gewaarschuwd en van heinde en ver waren zij gekomen om de vertooning bij te wonen, welke dadelijk daarna eiken avond in een ander dorp zal plaats vinden. Op die wijze zal de auto met de filminstallatie en een eigen electriciteitsopwek- king twee jaren achtereen overal op Java ver schijnen en de toeschouwers zullen met nieuwe verwachtingen in het hart wederom naar hun huizen teruggaan. Over het algemeen kan gezegd worden, dat het geheel zeer geslaagd is en dat ook de opzet zeer in den smaak van de toch altijd nog eenigszins primitieve bevolking' valt. Was er niet een eenvoudige boer, die vierentwin tig kilometer aflegde om de film voor de tweede maal te zien? De film bewijst dal ui het nieuwe koloni satiegebied geld te verdienen is en brengt den achterblijvers de overtuiging bij om ook een kans te wagen. Op deze wijze zal vooral in de gebieden, waar toe nu toe nog te weinig pro paganda voor de kolonisatie kon worden ge maakt. de drang om zich een toekomst in de Buitengewesten te scheppen steeds grooter moeten worden. De kolonisatie. Leeft de Javaansche kolonist in den begin ne in het nieuwe land weliswaar nog wat onwennig, het onderling hulpbetoon is er zoo sterk, dat zij mogelijke tegenslagen wel te bo ven zullen komen. In de nieuwe gebieden vormen zij typisch Javaansche enclaves, die langzamerhand het bosch terugdringen. Zij bewerken vol moed hun gronden, om daar een rijker levensonderhoud uit te krijgen dan op Java. De in de practijk gebleken moeilijkheden zullen alle wel een oplossing vinden. Een nieuwigheid, waarvoor het bestuur kwam te staan, wat de z.g. binidjalan (reis- echtgenoote)die voor deze gelegenheid op de proppen kwam. Men weet n.l. dat alleen gehuwden als kolonisten worden uitgezonden. Nu was het voor eenige vrijgezellen, die toch wilden koloniseeren, de truc om voor den ko lonisatieambtenaar te verschijnen met een Javaansche schoone, waarna men zonder verdere navraag naar de standvastigheid van dit „huwelijk" voor de uitzending in aanmer king werd gebracht. Achteraf scheidden zich echter op het kolonisatie terrein beider wegen, waarvan vooral die van de vrouw een geheel andere werd dan bedoeld. Een hartige toe spraak heeft echter in de meeste gevallen tot een soort „réparatiehuwleijk" geleid. Op de onlangs gehouden vergadering van de nationalistische politieke vereeniging „Pa- rindra" werd door het lid Koesoemo Oetoye een inleiding gehouden over deze kolonisatie Volgens hem dienen groote voorschotten ver strekt te worden Dit nu is juist een punt, ten aanzien waarvan de practijk bewezen heeft, dat dit onherroepelijk tot een geldelijke debacle moet leiden. Men heeft het vroeger in Zuid-Sumatra en Borneo gedaan en het heeft enkele millioenen gekost. Het eenige systeem is het geven van een grootere ver antwoordelij kheid, en slechts geldelijken steun, wanneer dit strikt noodig zou blijken. Het gouvernement zal deze menschen heusch niet in den steek laten als 't er op aankomt en in elk geval komen zij ginds al in een betere positie dan op Java, omdat daar nauwelijks grond genoeg is om voldoende rijst op te ver bouwen De zaak-Margadant. Eenigen tijd geleden is het doek gevallen over het tweede bedrijf van een aangelegen heid, die algemeen bekend staat als de zaak- Margadant, waarvan men echter de dessous zoo langzamerhand vergeten was. In dit tweede bedrijf werd een zaak aanhangig ge maakt tegen twee lieden die ervan beschuldigd werd een diefstal te hebben gepleegd uit de kas van wijlen-Margadant voor welken dief stal laatstgenoemde vele jaren geleden (in 1925) evroordeeld werd. Maandenlang heeft het nieuwe verhoor geduurd en naar de „koppen" in de krant te oordeelen. zou men hebben gezegd dat de nieuwe beklaagden geen schijn van kans zou den hebben gehad om vrijuit te gaan. Achteraf blijkt echter, dat de raad van justitie te Ma kassar de vele getuigen a charge volkomen onbetrouwbaar heeft geacht, en aan de eenige getuigen a décharge volle waarde toekende. Zoodoende moesten de nieuwe beklaagden worden vrijgesproken. Daarbij moet men evenwel in het oog houden, dat deze vrijspraak nog niets zegt over de al of niet-juistheid van het vroegere vonnis tegen Margadant. Wellicht zal dus toch nog een poging worden gedaan de nagedachtenis van Margadant van de be schuldiging te zuiveren, al kan dan het laatste vrijsprekende vonnis daarvoor geen onder steuning zijn. Met dat al is de zaak-Marga dant, na dertien jaren, de wereld nog niet uit (Nadruk verboden.! Een puzzle. In 1889 een Hollandsche Twee Stedentocht. Contributie geïnd via den Kantonrechter. Een jaar „werken" voor 30.In 1893 al werkverschaffing. De „ijsquaestie". In een vorig nummer deelden wij mede, dat de IJsclub voor Haarlem en Omstreken deze maand 70 jaar bestaat. Dit was voor ons aanleiding uit de oudste no tulen boeken eenige interessante gegevens op te diepen. Ter aanvulling daarvan nog het vol gende: In 1888 werd. in een vergadering door den heer Saeys (het hoofd van een lagere school?) aan de heeren een puzzle opgegeven. Hij bere kende dat als bij wedstrijden in het schoonrijden de juryleden punten geven het mogelijk is, dat bij deeling de prijzen worden toegekend aan personen die er naar het oordeel van de meer derheid der jury geen recht op hebben! Er heeft zoo redeneerde hij een wedstrijd plaats tusschen A en B. Vier van de vijf jury leden geven aan A elk 25 punten, maar een jury lid kent er hem slechts 15 toe. B krijgt van de eerste vier juryleden elk 22 punten en van het vijfde 30 punten. Dan is het totaal aantal pun ten A 115 en B 118. In dat geval krijgt B dus den eersten prijs, hoewel 4 van de 5 juryleden overtuigd waren dat die aan A toekwam. Daarom is het veel beter dat een jury bij meerderheid van stemmen uitmaakt aan wie de verschillende prijzen moeten worden toegekend. Het bestuur beloofde van die wenk gebruik te zullen maken. Een andere wenk van den heer Saeys, namelijk dat het gewenscht is om zooveel mogelijk vreemde juryleden te benoemen om praatjes van het publiek en de niet bekroonde rijders tegen te gaan, werd evenwel afgewezen. Een jury staat zoo werd gezegd boven zoo'n verdachtmaking. In dezelfde vergadering het was trouwens al eerder ook gedaan werd door het bestuur geklaagd over het misbruik maken van de da- meskaarten. Een voor de kas nadeelige gewoonte was ook dat vele leden pas hun contributie betaalden als er ijs was. Dat was in strijd met het reglement. Het kwam zelfs zoo ver, dat er op een der on willige leden een deurwaarder werd afgestuurd en toen ook die geen succes had, werd door Jhr. Mr. F. W. van Styrum een proces begonnen om de contributie te innen. Het gevolg was, dat het onwillige lid tenslotte niet alleen de f 3 contri butie moest betalen, maar ook nog f 15 kosten van de procedure voor den kantonrechter. Er werd een stoommachine aangeschaft om de ijsbaan onder water te pompen en energie te le veren voor de electrische lampen voor de ver lichting van het clubgebouw en de ijsbaan. Met een machinist werd een contract gemaakt dat hij bij vriezend weer eiken dag om 12 uur naar de ijsbaan moest komen om te informeeren of het bestuur het al gewenscht vond dat de baan on der water gezet zou worden. In dien tijd was de telefoon nog een zeldzaamheid. De lamp voor de baanverlichting blijkt niet erg te voldoen. Er wordt zeker in 25 bestuurs vergaderingen over gesproken, terwijl er min stens evenveel proeven met andere lampen ge nomen worden. Eindelijk verdwijnen de lampen uit de notulen, blijkbaar was men er tenslotte in geslaagd iets goeds te vinden of had men het opgegeven het ideaal te bereiken. Drie personen werden buiten bezwaar van de kas der ijsclub aangesteld om schaatsen onder te binden. Elk die van hun diensten gebruik maakte moest tenminste 2y2 cent betalen! In 1888 werden medailles uitgeloofd voor een al'standsrit HaarlemLeiden. De snelste rijder kreeg een gouden medaille, elk die den tocht vol bracht een herinneringspenning. Dit was dus een Hollandsche twee stedentocht. Eenige jaren ach tereen werd deze tocht herhaald. In 1890 wordt in een vergadering lang gede batteerd over de vraag wanneer het ijs sterk ge noeg is om de baan open te stellen. Tenslotte wordt vastgesteld, dat de hekken zullen open gaan als het ijs 10 c.M. dik is. Het aantal leden was in 1892 reeds tot 600 ge stegen, zij betaalden elk f 4 per jaar. Toch werd alles nog zeer zuinig beheerd om de uitgaven niet hooger te maken dan de inkomsten. Aan GENOEGEN EN GEZELSCHAP op onze GEZELSCNAPSREtZEN naar de WINTERSPORTGEBIEDEN* Kitzbühel van 21 Jan.5 Febrf 140.— Arosa van 21 Jan.-5 Febr145.- en 4 Febr. 1 9 Febr. 145.— St. Moritx-Campfer van 28 Jan.-12 Febr.152.50 Davos-Glaris van 4 Febr.19 Febr120.— Morzine van 25 Febr.-12 Maart... M 120.- I REISBUREAU LINDEMAN IlioNF HAARLEM, uuwns Barteljorisstr. 3, IINDEMAN Telefoon 12678/9. t i= een oud-Indisch militair die in de nabijheid van de baan woonde en die bijna den gchcelen dag de gelegenheid had om een wakend oog over het terrein te laten gaan werd daarvoor een vergoe ding betaald van30 gulden voor een heel jaar. Het was ook in 1892 dat een gedeelte van de baan in gebruik werd gegeven aan de hockey club om bandy (voorlooper van ijshockey) te spelen. (In latere notulen wordt eenige keeren geklaagd over de last die de andere rijders van de ballen hebben die over de ijsbaan snorren). Het jaar daarop werd in overleg met, het ge meentebestuur een plan uitgewerkt om ijsbanen op de stadswateren te laten aanleggen door werkloozen, dus werkverschaffing. Een gedeelte der kosten werd verkregen door het collecteeren met bussen op het ijs. 12 Januari 1901 werden op de ijsbaan groote wedstrijden gehouden over 500, 1500 en 3000 M. Onder de deelnemers waren de Haarlemmers Hubert Menten, Jan 'van den Berg, B. ten Hagen, H. Eldering, B. J. van Deursen en van Waveren. De uitslag was: 500 M. 5. F. Banning, Edam 52 2/5 sec., 2e Koning, Edam 55 2/5 sec. 3. J. v. d. Berg. Haarlem 55 4/5 sec. 1500 M.: 1. Banning 2 min. 52 3/5 sec., 2e Ko ning, 3e Verkaik te Katwijk. 3000 M.: 1. Banning, 6 min. 11 1/5 sec., 2e Ko ning, 3e Verkaik. Banning veroverde daardoor het kampioen schap van Nederland. In deze periode van het bestaan der IJsclub traden verschillende andere bestuursleden op. Wij vinden o.a. de volgende namen Mr.J. H.Lieftinck, Jhr. J. J. Sandberg, J. Eldering, A. Koolhoven, L. Koolhoven, Mr. Tuymelaar, Mr. G. Everwijn Lange, K. del Court, Jhr. Repelaer van SpylCe- nisse, Mr. W. van Hulst, E. C. van Son, C. J. Posthuma, J. Fontein, H.H. Fokker, Jhr. Ch.F. van de Poll T. Th. Roeters^an Lennep, Mr. A. E. A. S. van Stralen en K. Th. Engelbert van Bever voorde. Jhr. W. Th. Teding van Berkhout, die in 1900, na vele jaren aan de IJsclub belangrijke dien sten te hebben bewezen, als bestuurslid aftrad, werd tot eerelid benoemd. Nog eenige jaren bleef de IJsclub op het ter rein aan den Zijlweg gevestigd. Daarna had de verhuizing plaats naar de Kleverlaan, wat een vooruitgang genoemd kon worden. Hulp aan buitenlandsche kinderen (Adv. Ingez. Med.) Perscomité en Huisvestingscomité geïnstalleerd. Maandagmiddag werd door mr, S. H. Vening Meinesz in de kamer van het Kinder-comité ten stadhuize het Pers-comité voor hulp aan buitenlandsche kinderen geïnstalleerd. Dit Pers-comité bestaat uit; mevrouw W. BlombergZeeman, voorzitster; mevr, M. E. Landde Vries, secretaresse (Wagenweg 40) en de heeren Ph. A. Mees, R. W. P. Peereboom, L. J. J. M. Speet, IJ. G. van der.Veen, J. A. van den Eynde. Ieder die vragen wenscht te stellen over het Kinder-comité of iets wenscht mede te deelen in de pers, roepe hiertoe de bemiddeling in van de secretaresse. Het publiek zal op de hoogte worden gehouden van de werkzaam heden der verschillende commissies. Eveneens werd door den voorzitter het Huis- vestings-comité geïnstalleerd. Mevrouw H. Vening Meineszvan Hall was zoo welwillend het voorzitterschap op zich te nemen, mej. B Harmens werd vice-voorzitster, terwijl de heer W, M. van Hengelaar (H. de Vriesplein 4, Heemstede) het secretariaat op zich zal nemen. De verdere leden zijn; mevr. E. J. Bolkesteïn Jongens, mevr. A. Gunningvan Eibergen Santhagens, mevr. E. Kessler—Stoop, mevr. I. van LeggerloMoorman, mevr. A. Levenbach Goudeket, mevr. A. van der Masch Spakler Cnoop Koopmans, mevr. H. Savry, mej. C. Spoor, mevr. A. Tietz, mevr. G. Vissering Krayenhoff van de Leur, mevr. E. Dasberg de Vries en de heeren A. Aukes, H. H. Groe- nendaal, H. H. Holthuis. In den loop van den middag kwam een af vaardiging van het Departement van Binnen- landsche Zaken de in Haarlem beschikbare huizen, waar zoo noodig onderdak voor de vluchtelingetjes gevonden zal kunnen worden, inspecteeren. Met spanning wordt nu de be slissing uit den Haag afgewacht. Daar de Regeering echter bezig is een an dere regeling te treffen dan de tot nu toe ge volgde, zal het Huisvestings-comité nog ge duld moeten oefenen voor met de inrichting van de huizen begonnen kan worden. Het Kindercomité zal het zeer op prijs stel len. van daartoe bevoegden raadgevingen te ontvangen omtrent inrichting en exploitatie. Dagelijks zal er voor de Haarlemsche jeugd in den winkel in die Groote Houtstraat No. 47 een tombola aanwezig zijn, waar de aardigste verrassingen elk kinderhart sneller zullen doen kloppen. Der raditic getrouw hadden de verkeersagenten te Rome ook dit jaar tal van Nieuwjaarsgeschenken van de automobilisten in ontvangst te nemen. Aan een der agenten w orden de cadeaux voor hem en zijn collega's overhandigd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 11