Oude boer wilde in de
loterij spelen.
Jkv€fkn0rjaUijtt<JMAq
Aspirin w
Kunst in Haarlem en
daarbuiten.
WOENSDAG 11 JANUARI 1939
HAARLEM'S DAGBLAD
3
Een kapper zesduizend gulden
gegeven voor lotendie niet
werden gekocht.
Tien maanden gevangenisstraf
geëischt.
Een Montfoortsche kapper heeft, naar wij
eenigen tijd geleden hebben gemeld, kans ge
zien een ouden boer, die in het St: Anthonius
gesticht leefde, voor een bedrag van f 6000
op te lichten. Gisteren diende de zaak voor
de Utrechtsche rechtbank.
De Montfoortsche kapper, tevens agent voor
een loterij, kreeg op een goeden dag bezoek
van een 64-jarigen man, een zekere S. Al
spoedig kwam het gesprek op de groote prij
zen, welke men zou kunnen winnen in een
loterij. De oude man zeide tot den kapper,
dat hij wel eens een lot zou willen wagen.
Samen kwamen zij overeen om loten te koopen
Het moest dan maar ineens goed vond de
oude landbouwer. Hij zou f 1500 geven, daar
kon de kapper dan loten voor koopen. De
kapper zou er zelf f 1500 bij doen en zoo
zou in totaal voor f 3000 aan loten worden ge
kocht. De kapper nam voor duizend gulden
loten. Hij vond het zonde, zooals hij voor
de rechtbank zeide, om het geheele bedrag
aan loten te besteden.
„Maar het was geen zonde, dat u het hield",
aldus de president, „want het bedrag van
f 500 hebt u zich toegeëigend".
Verdachte bekende dit. Hij vertelde, dat
er allemaal nieten oip de loten gevallen waren
maar dat hij er toen nog eens over was be
gonnen om nog eens een kansje te wagen.
Weer gaf de oude boer f 1500, maar ditmaal
vond de kapper het jammer, can ook maar
één cent aan loten uit te geven en hij stak
het geheele bedrag in eigen zak. De barbier
heeft verschillende leugens verteld om het
den boer aannemelijk te maken, dat het geld
niet verloren was. Zoo vertelde hij den man.
dat hij driemaal een prijs van f 100.000 had
gewonnen.
De oude boer zou dus in totaal f 300.000
bezitten.
Toen de man ontevreden werd en zeide, dat
hij er dan wel eens wat van zou willen zien,
had de verdachte hem verschillende brieven
getoond, die moesten bewijzen, dat de boer
rechten kon laten gelden tegenover de betrok
ken maatschappij, voor drie ton. Eenige tijd
later ging hij weer met den boer praten en
wist den man wederom te bewegen, een be
drag van f 3000, dat de boer als hypotheek
had staan op het huis van zijn broer, vrij te
maken en hem ter hand te stellen. Zoo blin
delings vertrouwde de boer den kapper, dat
hij zelfs brieven teekende zonder deze eerst
na te lezen.
De verdachte vertelt dan, dat de man al zijn
geld terug kan krijgen. Het blijkt dat hij
heelemaal niet uit geldnood heeft gehandeld
De landbouwer blijkt een merkwaardige
plattelandsfiguur te zijn, die zich moeilijk kan
uitdrukken en ook de vragen van den presi
dent slecht begrijpt, hoezeer deze zich ook
inspant om eenvoudig en duidelijk te zijn.
De getuige vertelt dan in grove trekken een
verhaal, zooals hierboven is weergegeven. Als
hij hoort, dat hij 5000 gulden kan terugkrij
gen van de 6000, zegt hij:
„En die duizend gulden dan?"
„Juist, daar zijn loten voor gekocht", zegt
de president, „wou je die ook nog terug heb
ben"?.
„Da 's een mooie boel", zegt getuige.
„U hoort eigenlijk onder curateele", zegt de
persident.
De Officier van Justitie eischte tien maan
den gevangenisstraf, waarvan vijf maanden
voorwaardelijk met aftrek van de preventieve
hechtenis.
De „Jolian van Oldenbarnevelt"
komt zeven dagen te laat in
Batavia aan.
Schade aan schroefaskoker.
Het motorschip „Johan van Oldenbarnvelt"
zal in verband met schade aan de bakboord-
schroefaskokers met verminderde vaart de reis
van Port Said naar Batavia vervolgen.
Aankomst te Colombo vijf dagen, te Batavia
zeven dagen te laat. Het schip zal te Soerabaja
dokken.
Wettelijke regeling van tarieven
voor notarissen.
In een schrijven aan den voorzitter van de
Tweede Kamer deelt de minister van Justitie
mede, dat hij een commissie heeft ingesteld, aan
welke is opgedragen, een wettelijke regeling te
ontwerpen inzake de tarieven, welke de notaris
sen in acht dienen te nemen bij de vaststelling
van het hun verschuldigde wegens de verrich
tingen, waartoe zij krachtens wettelijk voor
schrift bevoegd zijn, alsmede wegens die, welke
in hun practijk gebruikelijk zijn, of daarmede
samenhangen.
Tot lid en voorzitter dezer commissie is be
noemd prof. mr. A. H. M. J. van Kan te 's-Gra-
venhage.
Kunstveiling voor uitgeweken
kinderen.
Opbrengst bijna 51.000.
Op 20 en 21 December werd in de zalen van
de firma Frederik Muller en Co. te Amsterdam
een veiling van oude en moderne schilderijen en
antiquiteiten gehouden, waarvan de opbrengst
bestemd was voor het Centraal Steunfonds voor
uitgeweken kinderen en op het opgeld voor het
genootschap „Liefdadigheid naar vermogen".
Behalve twee schilderij eenn afgestaan door
H. M. de Koningin en het Prinselijk Paar en drie
kunstwerken, beschikbaar gesteld door den mi
nister van Onderwijs, waren de bijdragen af
komstig van particulieren en den kunsthandel.
Het Comité van organisatie, bestaande uit
kunsthandelaren, kan thans met dankbaarheid
mededeelen, dat alle bemoeiingen afgeloopen
zijn en als resultaat is afgedragen aan het Cen
traal Steunfonds voor uitgeweken kinderen een
bedrag van f 50.877.25, inclusief honderd gulden,
afzonderlijk ontvangen, en aan liefdadigheid
naar vermogen een bedrag van f 5.071.25.
Indien de door het rijk geheven registratie
rechten alsnog worden gerestitueerd, dan zullen
die later ook nog worden afgedragen.
Voor 30.000 aan balen garnalen
verduisterd.
Directeur van expeditiebedrijf in arrest.
De politie van het bureau Nassaukade te Rot
terdam heeft aangehouden en in bewaring ge
steld een 40-jarigen directeur van een expedi
tie- en opslagbedrijf A. R., gevestigd aan de
Noordblaak aldaar, die in den loop van 1938 ten
nadeele van de Algemeene Veevoeder Maat
schappij N.V. 12.000 balen gedroogde garnalen
ter waarde van ongeveer dertig duizend gulden
heeft verduisterd.
De opslagplaats van het bedrijf bevindt zich
in de Piekstraat en daar waren eenige belang
rijke partijen gedroogde garnalen opgeslagen. De
maatschappij verkocht van deze partijen telkens
een gedeelte aan haar cliënten, die op een be
wijs je van die maatschappij de hoeveelheid gar
nalen welke zij hadden gekocht, in ontvangst
konden nemen. Vorige week vervoegde zich we
derom een klant van de Algemeene Veevoeder
maatschappij bij de opslagplaats aan de Piek
straat met een dergelijk bewijs. Er waren toen
evenwel geen balen meer aanwezig. De klant
deelde dit de maatschappij mede, doch deze kon
aan de hand van haar boeken onmiddellijk na
gaan, dat er nog ongeveer 12.000 balen opge
slagen moesten zijn. Toen deze bij onderzoek niet
aanwezig bleken te zijn is de politie in de zaak
gemengd, die de boeken van het bedrijf van den
heer R. in beslag nam. Daaruit bleek, dat de
balen garnalen waren verkocht aan tal van per
sonen, die niet door de maatschappij waren ge
zonden. De opbrengst, ongeveer f 30.000 zou te
eigen bate zijn aangewend. Na verhoor heeft R.
de onregelmatigheden toegegeven. Hij is daar
op overgebracht naar het huis van bewaring.
Thans wordt het onderzoek voortgezet naar even-
tueele heling en of er bij deze zaak ook mede
plichtigen betrokken zijn.
Mailboot van de Mij. Zeeland
wordt „Beatrix" gedoopt.
Prinselijk Paar vermoedelijk bij de tewater
lating aanwezig.
Nadat aanvankelijk bericht was, dat de te
waterlating van de tweede mailboot voor de
maatschappij „Zeeland", op de werf der
Koninklijke Maatschappij „De Schelde" in
aanbouw, zou plaats hebben op 11 Maart, ver
nemen wij thans van den commissaris der
Koningin in Zeeland, dat er gegronde hoop
bestaat dat Prinses Juliana en Prins Bernhard
op Zaterdag 25 Maart naar Vlissingen zullen
komen in verband met de dooppuechtigheid
van genoemd schip. Hunne Koinnklijke
Hoogheden hebben goedgevonden, dat de
naam van dit schip „Beatrix" zal zijn.
maar op mijn leeftijd moet je dubbel
oppassen voor kouvatten. Daarom
heb ik altijd Aspirin-tabletjes in huis,
die mij al die jaren bij hoofdpijn,
verkoudheid en rheumatiek hebben
geholpen.
W (BAYER)
HET PRODUCT VAN VERTROUWEN!
(Adv. ingez. Med.)
Oud-wethouder bedacht zich nog
op het laatste oogenblik.
Ter terechtzitting aanneming van steek
penningen bekend.
Voor de Rotterdamsche rechtbank stond Dins
dag terecht de 70-jarige oud-wethouder van
Hellevoetsluis, D. de B. gepensionneerd werk
meester bij de Rijkswerven, die in zijn functie
van wethouder steekpenningen had aangenomen.
Hij zou nl. van een zekeren Blokzijl, die sollici
teerde naar de betrekking van directeur der ge
meente-drinkwaterleiding en gemeente-architect
en die ook inderdaad werd benoemd, eerst vijf
tig en later nog eens honderd gulden hebben
aangenomen voor zijn bemoeiingen in deze.
Aanvankelijk ontkende verdachte ter terecht
zitting dit geld te hebben gekregen. Weliswaar
had hij van Blokzijl honderd gulden ontvangen,
doch dit geld was bestemd voor een ander raads
lid. Deze heeft echter onder eede verklaard,
niets van de zaak af te weten.
Nadat de rechtzitting eenigen tijd op verzoek
van den verdediger van verdachte werd ge
schorst, bekende de oud-wethouder echter vol
ledig.
Het O. M. eischte een gevangenisstraf van
twee maanden.
Defensie koopt Duitsche
vliegtuigen.
Als opleidingsmateriaal voor Soesterberg.
Naar de N. Rott. Crt. verneemt heeft het
departement van defensie drie Focke Wulf
vliegtuigen van het type F W 58 (Weihe) be
steld ten behoeve van de vliegopleiding bij de
luchtvaartbrigade te Soesterberg.
De Weihe wouw in het Nederlandsch
is een product van de Focke Wulf Flugzeug-
bau A. G. te Bremen, welke o.a. de bekende
vier-motorige FW 200 Condor-verkeersvlieg
tuigen vervaardigt. Zij is een twee-motorig
oefenvliegtuig voor de opleiding van vliegers
en de andere leden van de bemanning van
bommenwerpers en is uitgerust met twee met
lucht-gekoelde Argus-onotoren, elk van 240
P.K. De spanwijdte bedraagt 21 M., de lengte
ruim 13 M. en de hoogte ruim 4 M. Leeg be
draagt het gewicht 1890 K.G., de lading weegt
910 K.G. het totale gewicht is 2800 K.G. De
maximum snelheid bedraagt 258 K.M. per
uur, de kruissnelheid (afhankelijk van het
motorvermogen) bedraagt 210 a 238 K.M. per
uur. De landingssnelheid is 80 K.M. per uur.
het vliegtoereik bedraagt 740 KM. De romp
welke rechthoekig van doorsnede is, is ver
vaardigd met gelaschte stalen buizen, welke
met linnen zijn bekleed. In den neus bevindt
zich een mitrailleurpost. Daarachter bevindt
zich een gesloten stuurhut, welke aan twee
personen plaats biedt. De kajuit is geheel
ingericht met richt- en afweermiddelen,
draadlooze telegrafie, blind-vlieginstrumenten
enz. Achter de stuurhut bevindt zich de tweede
mitrailleurpost.
Elke tien jaar een bedrijf stelling?
Wetsontwerp daartoe ingediend.
De minister van Economische Zaken heeft bij
de Tweede Kamer een ontwerp van wet inge
diend bevattende regelen betreffende een alge
meene tienjaarlijksche bedrijfstelling.
Het ontwerp bepaalt zich er toe voor te schrij
ven, dat in 1940 en vervolgens om de tien jaren
een bedrijfstelling zal worden gehouden. Het is
den minister noodzakelijk voorgekomen uitdruk
kelijk te voorzien in een verplichting de noodige
opgaven en inlichtingen te verstrekken en te
vens in de daartegenoverstaande verplichting om
de ontvangen opgaven en inlichtingen geheim
te houden. In verband daarmede werd boven
dien de mogelijkheid geopend de overtreding
van ingevolge de wet te geven voorschriften
strafbaar te stellen.
Naar de minister zich voorstelt zal, wat de ook
bij de vorige bedrijfstelling getelde bedrijfstak
ken betreft, de telling zoo mogelijk wederom op
dezelfde wijze dienen te worden gehouden, dus
met gebruikmaking van de loonlijsten der on
gevallenverzekering en met medewerking van de
Raden van Arbeid.
Daarentegen zullen de agrarische bedrijven op
andere wijze geteld moeten worden, omdat bij
deze bedrijven, waaromtrent mede door de cri
sisbemoeiingen momenteel reeds veel bekend is,
gezichtspunten in acht zullen moeten worden
genomen, die eenigszins anders zijn dan bij de
niet-agrarische bedrijven. Het ligt bovendien in
de bedoeling in 1940 de normale tienjaarlijk
sche landbouwtelling te houden.
Waarom brengt onze boter minder
op dan de Deensche?
Vragen aan den minister.
Het Tweede Kamerlid Van der Sluis heeft
aan den minister van economische zaken de
volgende vragen gesteld:
Heeft de minister kennis genomen van de
mededeeling van den voorzitter van de Frie-
sche Kamer van Koophandel, dat in 1938 de
gemiddelde Leeuwarder commissie-noteering
voor de boter 80.3 cent per KG bedroeg, terwijl
de Deensche noteering, in Hollandsch geld
omgerekend, 91.3 cent bedroeg?
Is de minister bereid zijn meening te geven
omtrent het oordeel van vorengenoemde bo-
ter-expert, dat de Nederlandsche boter haar
goeden naam in Engeland alleen kan krijgen,
wanneer voldaan wordt aan de volgende drie
eischen: datumstempeling, wederom invoering
van restitutie van de heffing van den dag van
productie en uitvoerverbod voor boter ouder
dan drie weken?
Als de minister de meening van den voor
zitter van de Friesche Kamer van Koophandel
niet deelt, kan hij dan mededeelen, hoe het
betreurenswaardige feit, dat de Nederlandsche
boter op de Engelsche markt zoo veel minder
opbrengt da» de Deensche, moet worden ver
klaard?
De Raad van Defensie.
Blijkens een in de Staatscourant verschenen
wijziging van het Kon. besluit van 16 April
1908 zullen in den Raad van Defensie voortaan
zitting hebben:
a. de chef van den generalen staf of, bij
diens ontstentenis, de sous-chef van dien staf:
b. de commandant van het veldleger;
c. de commandant luchtverdediging:
d. de commandant der Vesting Holland;
e. de chef van den marinestaf of, bij diens
ontstentenis, de sous-chef van dien staf;
f. de commandant der Stelling van Den
Helder;
g. de aangewezen commandant in Zeeland;
h. vier door de Koningin nader aan te wijzen
niet militaire leden:
i. de inspecteurs der wapens en de hoofden
van dienstvakken van dé landmacht, ressor-
teerende onder het departement van defensie:
j. een door de Koningin aan te wijzen actief
of gepensionneerd vlag- of hoofdofficier der
zeemacht.
In de eerste afdeeling, welke algemeene
defensie-aangelegenheden betreft, hebben
alleen zitting de onder a, b, c, d, e, f. en g,
vermelde leden, tenzij de minister van defen
sie het in eenige bijzondere omstandigheid
wenschelijk mocht achten, dat aan de behan
deling van eenige aangelegenheid mede door
één of meer der overige leden van den raad
worde deelgenomen.
In de tweede afdeeling welke de landmacht
betreft, hebben zitting de leden onder a, b, c,
en d, genoemd; voorts, zoo noodig, één of meer
der onder i genoemde leden, waaromtrent voor
e'.k bijzonder geval de minister van defensie
beslist, benevens twee der vier onder h aan
geduide, niet militaire leden door de Koningin
aangewezen.
In de derde afdeeling, welke de zeemacht
betreft, hebben zitting de leden, in onder e. f,
g en j, genoemd, benevens de niet militaire
leden, die niet in de tweede afdeeling zitting
hebben.
TJse'meer nog lang niet bevaarbaar
Verschillende schepen moeten terugkeeren.
Dinsdagmiddag tegen half vier zijn drie mo
torschepen, de klippermotor „Dankbaarheid"
uit Amersfoort, de „Vertrouwen" van den
beurtschipper Kos uit Huizen en de „Johanna"
van den beurtschipper Heimensen uit Nijkerk
de Oranjesluizen gepasseerd.
Nadat de schepen ongeveer vier uur in het
ijs hadden vastgezeten, slaagden zij erin
Amsterdam weer te bereiken.
De Harderwijker boot van de Holland-
Veluwe lijn was Dinsdagmorgen om ongeveer
acht uur uit Harderwijk vertrokken, doch kon
niet door het ijs heenkomen en is daarom
naar Harderwijk teruggekeerd.
Het water op het Binnen-IJ is op het oogen
blik weer abnormaal, circa 13 min AP., zoodat
het stoomgemaal in werking is gesteld.
Dit hooge peil is ontstaan, doordat IJmuiden
als gevolg van den Westenwind niet voldoende
kan spuien.
Nog iets over lithos.
Men heeft in Haarlem in de laatste weken
ruim gelegenheid gehad mooie moderne prent
kunst te zien: in het Frans Halsmuseum de
grafische collectie van het Kunstverbond,
daarna het werk van Van Dobbenburgh, den
lithograaf.
Over die oorspronkelijke lithographische
prentkunst zou nog iets op te merken zijn om
dat vele belangstellende leeken nog te vaak
blijk geven op het ontstaan dier bladen geen
ijk te hebben. Wanneer men hun vertelt, dat
de oorspronkelijke lithographle door den kun
stenaar op steen lithos) geteekend wordt,
dan is dat slechts een gedeelte van de waar
heid. Er is namelijk een niet onaanzienlijk
deel der lithografische prentkunst aan te wij
zen, waarvan de kunstenaar nimmer een steen
zelfstandig bewerkt heeft, doch zijn teekening
eenvoudig met daartoe geëigend materiaal op
geprepareerd papier heeft gezet, welke aldus
ontstane teekening daarna door de techniciens
van het drukkersbedrijf op den lithografi-
schen steen is overgebracht. De afdrukken die
na de gebruikelijke behandeling van den steen
daarvan gemaakt worden, rekent men echter
evenzoo goed tot de „oorspronkelijke" prent
kunst, als die, waarvan de maker persoonlijk
en direct dus zonder de tusschenkomst van
papier zijn onderwerp aan den steen toe
vertrouwde.
Het verschil aan den afdruk te zien, is soms
uiterst moeilijk en zeker voor den leek-pren-
tenliefhebber bezwaarlijk. Gelukkig doet het
er niet veel toe, wat de artistieke beteekenis
van de prent betreft, doch velen geven des
ondanks de voorkeur aan die bladen, waarvan
de artist inderdaad „steenteekenaar" geweest
is, en niet slechts de teekenaar, die de rest
aan den vakdrukker heeft overgelaten.
Een nieuwtje was dat overbrengen van pa
pier op den steen geenszins, reeds Senefelder.
de uitvinder van de lithografie maakte er im
mers gebruik van. Maar de „echte" schilder-
lithografen uit de romantische jaren, waarin
de litho een bloeitijd beleefde, schepten er be
hagen in zelf den steen te beteekenen en alle
mogelijkheden, die een harde of zachte grein,
een harder of zachter lithografisch krijt bo
den, zelf te exploiteeren om tot een mooi-
fluweeligen zwarten afdruk te geraken. En de
„echte" lithografen doen dat heden ten dage
nog.
Tegen het einde der vorige eeuw is, met de
ontwikkeling der chemische industrie, een
preparaat ontstaan waardoor, als een vel pa
pier er met een uiterst dun vliesje mede be
dekt was, de teekenaar daarop evenzoo kon
arbeiden alsof hij een steen voor zich had, en
en bij de overbrenging naar den steen door den
drukker, niets behoefde verloren te gaan van
de intenties die de teekenaar wilde doen ken
nen. Dat geprepareerde papier (in 't Fransch
papier report, in het Engelsch transferpaper
genoemd) bracht vele schilders tot de litho
grafie, terwijl zij er anders niet aan zouden
gedacht hebben zich met die zware steenen
te gaan bezig houden.
Men gevoelt intusschen wel dat deze (be
trekkelijk) nieuwe arbeidsmethode allerlei
variaties toelaat, wat de meerdere of mindere
actieve deelneming van den oorspronkelijken
teekenaar aan de productie van de prent be
treft. Men kon immers, óf het bij de teekening
laten en die eenvoudig ter verdere voltooiing
aan den drukker in handen geven, óf wel na
dat de teekening van het transferpaper op
den steen was overgebracht, op dien steen
nog verder doorwerken met penseel, schraper,
etsnaald enzoovoort met alle modulaties die
tusschen beide uitersten denkbaar zijn.
De grootste schilder-lithografen hebben dan
ook, afwisselend, direct op den steen of op
transfer-paper geteekend. waarbij men zelfs
aan beroemde prentkunstenaars als Whistier,
Fantin-Latour, Pennell denken kan.
Voor vele artisten echter is het lithografee-
ren door middel van transfer-paper (het zoo
genaamde Schotsche transferpaper wordt als
het beste beschouwd en de Engelsche bena
ming is daardoor de meest gangbare gebleven)
een prettige bezigheid geworden, die toeliet op
een gemakkelijke en accurate wijze hun teeke
ning te vermenigvuldigen. Zoo moet het ook
den genialen Isaac Israëls vergaan zijn die
zich reeds vroeger als intelligent etser ontpopt
had toen een vriend, artist hem op het be
staan van transferpaper gewezen had. Met de
hem eigen voortvarendheid bestelde hij er on
middellijk een gansch pak van en beteekende
er een groot aantal bladen van met impres
sies uit het Haagsche Scala-theater en an
dere herinneringen. Toen de dood hem, nu
vier jaar geleden, verraste, had hij er een
dozijntje van laten overbrengen en afdruk
ken. Die afdrukken bleven, met de nog onge
bruikte teekeningen liggen, omdat zijn immer
bezige geest inmiddels weer een andere occu
patie gevonden had. Eén dier afdrukken, van
den guitaarspeler, wordt hierbij gereprodu
ceerd. Men ziet er de nerveuse plezierigheid
aan, waarmee de geniale schilder zich op een
hem nieuwe en hem aantrekkende werkwijze
geworpen heeft. Hoe sterk plastisch is dat
spelende ventje met wat krijtlijnen en vegen
in het kader gezet en al mogen dan niet
alle finesses van den lithografischen steen be
nut zijn hoe goed geeft het blad toch het
karakter van de krijtteekening weer, is het in
wezen waarlijk een litho, die in kunstzinniger
tijden een groote menigte zou kunnen berei
ken, voor welke een teekening onbereikbaar
zou zijn. Doch van dien tijd schijnen wij voor-
loopig weer verder- dan ooit verwijderd ge
raakt.
J. H. DE BOIS
Isaoc Israëls: Guitaar-speler.
EEN KWESTIE VAN KERK EN
STAAT.
Moeilijkheden in Alblasserdam
VRIJZ.-HERV. KREGEN GEEN VERLOF
GEBOUW VOOR OPENBARE GODSDIENST
OEFENINGEN IN TE RICHTEN.
Een klein-plaatselijk geschil van kerk en staat
is Dinsdag in de openbare vergadei-ing van Ged.
Staten van Zuid-Holland aan het oordeel van dit
college onderworpen.
De vereeniging van Vrijzinnig-Hervormden,
afdeeling Alblasserdam, Nieuw-Lekkerland en
omstreken, wenschte voor de uitoefening van
den openbaren godsdienst te Alblasserdam het
voormalige Nutsgebouw, waarin men onder den
naam „Utile Dulci", het aangename aan het nut
tige placht te paren, in te richten. Aangezien dit
gebouw „binnen tweehonderd ellen" van een be
staand kerkgebouw (de Gereformeerde kerk) is
gelegen, terwijl de vereeniging zichzelve even
eens als kerkgenootschap beschouwt, vroeg zij
ingevolge art. 7 van de wet van 6 September
1853 toestemming aan het gemeentebestuur. Het
college van B. en W. was bevoegd, deze toestem
ming te verleenen, doch het gaf een afwijzende
beschikking. De burgemeester, de heer J. van
Scheers, had geen enkel bezwaar, doch de beide
wethouders de heeren L. Smit (s. d.) en ir. F.
Boersma (c. h.), waren er tegen. Een ander ge
schikt gebouw was te Alblasserdam niet te vin
den, zoodat de vereeniging genoodzaakt werd,
haar godsdienstige bijeenkomsten in een naburige
gemeente te houden.
Inmiddels stelde de vereeniging beroep in bij
Ged. Staten van Zuid-Holland.
Ds. mr. H. van Ewijck uit Terwolde, secreta
ris van de vereeniging van Vrijzinnig Hervorm
den in Nederland, heeft voor het college van
Ged. Staten het bezwaarschrift van de afdeeling
Alblasserdam toegelicht. Spreker zette uiteen,
dat de meerderheid van B. en W., gevormd door
de beide genoemde wethouders, oordeelde, dat aan
tweede kerkgebouw voor de Hervormden (de
bestaande Hervormde Kerk bevindt zich elders
te Alblasserdam, veel verder dan de wettelijke
200 ellen van de onderhavige plaats vei-wijderd)
geen behoefte aanwezig was. De vereeniging van
Vrijzinnig Hervormden is evenwel opgericht,
omdat een belangrijke groep zich in haar gods
dienstige opvattingen niet door de oude Her
vormde kerk bevredigd acht. Het behoort niet
tot de competentie van B. en W., hierin partij
te kiezen of zelfs eenige andere beslissing van
kerkelijk karakter te nemen.
Spreker hoopte nu, dat Ged. Staten aan de
vereeniging de gevraagde ruimte zouden toe
staan.
De heer Boersma stelde, ter toelichting van
het standpunt van B. en W. algemeene instem
ming met de grondwettelijke vrijheid van gods
dienst op den voorgrond. Sedert de Unie van
Utrecht, aldus spr. is de godsdienstvrede ver
zekerd. Verder beriep spr. zich op art. 36 van de
Nederlandsche geloofsbelijdenis en op een citaat
van jhr. mr. A. F. de Savornin Lohman over het
standpunt, dat de overheid te dezer zake be
hoort in te nemen.
Meer dan 80 pet. van de inwoners van Alblas
serdam, zoo ging spreker verder, behoort vol
gens de volkstelling van 1931 tot de Ned. Herv.
Kerk. Doch nu is hier een groep onder die 80
pet., die een eigen kerk wil, zonder daarvoor
toestemming aan het Ned. Herv. Kerkbestuur te
hebben gevraagd. De overheid dient uiterst
waakzaam te zijn voor de orde en rust. Welnu,
aldus spr., het resultaat van een ampel nader on
derzoek is geweest, dat hier sprake kon zijn
van verstoring van de openbare orde en rust.
(Spr. gebruikte nog den term: „something rot
ten" in Alblasserdam doch nam op ver
zoek van den voorzitter dezen term terug).
Voor alle Hervormden geldt zoo ging spr.
voort dat zij de kerkelijke overheid hebben te
erkennen. Wanneer zij bezwaren hebben, dan
moeten zij zich wenden tot kerkeraad en predi
kant. Dat hebben deze Hervormden niet gedaan
en nu achtte spr. het strijdig met de openbare
orde en rust, indien aan hen door B. en W. zou
worden toegestaan er een eigen kerkgebouw op
na te houden, Wanneer de klokken van den Ned.
Hei'v. Kerk te Alblasserdam luiden, dan gaat
het niet aan, dat een groep Hervormden op eigen
houtje een godsdienstoefening in een ander ge
bouw gaat houden. De Vereeniging van Vrijzin
nig-Hervormden moet eerst haar bezwaren bij
den kerkeraad van de Ned. Herv. gemeente
brengen. Nu zij dat niet heeft gedaan, rust vol
gens spreker op de schouders van de burgerlijke
overheid de plicht om deze inconvenientie te
voorkomen.
Ds. van Ewijck heeft tenslotte kort gerepliceerd
en betoogd, dat er van het beginsel van scheiding
van kerk en staat weinig zou overblijven, indien
de plaatselijke overheid zich op den weg zou be
geven, welken de leden der kerkelijke gemeente
hebben te bewandelen.
Met groot vertrouwen zeide spr. de beslissing
van Ged. Staten af te wachten.
Deze zal later volgen.
INBRAAK IN EEN KERK TE BAARN.
In-brekers hebben zich door een buiten
deur aan de achterzijde toegang verschaft tot
de consistoriekamer der Gereformeerde kerk
te Baarn. Zij haalden alles overhoop. Een
brandkastje waarin de opbrengst van de col
lectes op Zondagen bewaard wordt, bewerkten
de inbrekers met een koevoet en vervolgens
sneden zij het open. Tweehonderd gulden
maakten zij buit.
Met een grootere brandkast hadden zij min
der succes. Deze sleepten zij van haar plaats
doch verder dan een paar gaten heeft men het
niet kunnen brengen.
De inbrekers zijn met gummi handschoenen
te werk gegaan.
Nynke van Hiclitum overleden.
Kort voor haar 79sten verjaardag is te Hil
versum overleden mevr. Sj. TroelstraBoxma
de Boer, als schrijfster bekend onder het pseu
doniem Nynke van Hichtum.
Haar meest beroemde boek was „Afke5s Tien
tal", dat niet minder dan negen drukken be
leefde. Zuiver Friesch van aard was haar werk,
maar zij voerde haar lezers en lezeressen niet
alleen naar het vertrouwde Friesche milieu.
Integendeel. Bij voorkeur zelfs naar vreemde
gewesten, die zij degelijk folkloristisch placht
te bestudeei-en en het gebied van het
sprookje. Zij schreef bijv.: „De geschiedenis
van den kleinen Eskimo Koedlago", „Oehoehoe
of Hoe een kleine kafferjongen page bij den
koning werd", Oehoehoe in de wildernis, „Een
kaffersche heldin of Hoe Oehoehoe Oe intoxn
zocht" en „Sipsu, de knappe jongen, een Eski
mo-geschiedenis".
Verder verschenen talrijke bunderf van
haar hand: „Kleine Schetsen", „Friesche
Schetsen", „Oude en Nieuwe Verhalen",
„Moeders vertellingen", „Ka jakmannen".
„Gouden sprookjes van gebr. Grimm", Ver
halen uit de duizend en één nacht", „Het
groot vertelselboek", „Het nieuw vertelsel
boek". „Het wereldsprookjesboek" „Het gulden
sprookjes- en vertelselboek", „De mooiste
wonderverhalen van Wilhelm Hauff", „Rus
sische sprookjes", „Oud-Fransche 'legenden"
en „Oud-Fransche sagen".