„Mysterie om een Erfenis Met tweede gedeelte van de 12 meter hooge roodkoperen bekroning voor den nieuwen Leidschen stadhuistoren is thans te Utrecht gereedgekomen Hockey op de rolschaats de nieuwste «hobby" der Schevening- sche jeugd op den boulevard langs het Scheveningsche strand Een groep van 85 Zuid-Afrikaansche studenten, welke op het oogenblik een bezoek aan Nederland brengt, werd Maandag door het gemeentebestuur van Hilversum ten stadhuize ontvangen In een vijftal scholen te Amsterdam worden bij wijze van proef eenige uit het Stedelijk Museum in de hoofdstad afkomstige schilderijen opgehangen, om de jeugd vertrouwd te maken met uitingen van de beeldende kunst Mr. dr. S. J. M. van Geuns, oud procureur-generaal bij het gerechtshof te Amster dam, is overleden in den ouderdom van 74 jaar 4 A De deelnemers aan de Nederlandsche ski-kampioenschappen 1939 in Arosa. V.l.n.r.Jan Boon, dr. Bierens de Haan, voorzitter der Nederlandsche ski-ver- eeniging, de heer H. J. A. Schintz, baronesse Schimmelpenninck van der De bouw van het Amstel-station bij de Berlage- brug te Amsterdam vordert goed, zoodat het in het komende najaar in gebruik gesteld kan worden. Een kijkje op de werkzaal De Nederlandsche schaatsenrijders in training te Davos. Rechts Koops; met zwart-witte muts Jan Langendijk FEUILLETON Naar het Engelsch van DOUGLAS GARDINER. (Nadruk verboden.) 18) Wind u niet op, antwoorde de klant. Ik zegt, u vraagt te veel. Ik zou hem kunnen laten namaken voor vijf of zes pond. Ik weet zeker, dat dat ding hier al een jaar of twaalf in den winkel huist. Ik heb de eer u te groeten. Grant trilde van woede. Zoo is het nu aldoor Castlemaine. in geen weken iets verkocht en aldoor aanmerkingen op de prijzen, 's Is een beleediging voor een koopman hem van overvragen te beschuldi gen; het staat gelijk met hem voor oplichter uit te maken. Gramstorig liep hij op en neer. Er komt geen eind aan; mompelde hij, geen eind, geen eind! En daarop tegen Jack. die verbaasd naar hem stond te kijken; Ik kan het je niet uitleggen beste jongen. Kon ik het maar! Dus die ring neem je? Dank je. dank je wel; het geld is welkom en ik hoop dat het je niet te bezwaarlijk is. Absoluut niet! zei Jack. over een paar da gen kom ik voor me zelf wat uitzoeken. Ik zou je graag wat willen geven zei Grant terwijl hij het geld wegborg, maar 't is me onmogelijk. Jack, denk je dat ik te veel voor mijn artikelen vraag? Zeg me eerlijk, wat je ervan denkt. Ik kan het zoo moeilijk beoordeelen Er zijn er bij met historische of kunstwaarde en •t is waarschijnlijk dat die nog meer waard zijn dan u er voor vraagt. Het hangt heelemaal van den kooper af. Zou je dat denken? dat troost me ten minste. Wil je me een groot plezier doen? Laat dien ring, die je gekocht hebt, eens taxeeren en vertel me dan hoeveel hij waard is. Maar hoe het resultaat ook mag zijn; ik kan in geen geval iets van den prijs laten vallen; zelfs al bleek het, dat hij waardeloos zou zijn. Arme oude kerel, dacht Jack. Wayman had gelijk, zijn hoofd is wel een beetje in de war. Ga nu, beste jongen, vervolgde Grant. Ga maar naar Attenborough; die zijn eerlijk. En ofschoon met tegenzin, ging Jack. Maar de uitkomst was ontstellend: De waarde was ongeveer de helft van den prijs, dien hij er voor betaald had! Hoofdstuk XV. VERTROUWELIJKE MEDEDEELINGEN VAN TOM WAYMAN. Jack voelde zich verbazend opgelucht, nadat hij Rosamund alles verteld had. Hij had het vreeselijk druk, maar deed zijn werk met op gewektheid. Het nieuwe blad ging uitstekend; hij beschouwde het als den hoeksteen van de jonge onderneming. Hij had zijn schrijftafel vlak voor het raam gezet, zoodat hij telkens, wanneer hij toeval lig of met opzet naar den overkant keek. Ro samunds venster zag en heel dikwijls ook haar haarzelf. Wel merkwaardig dat juist daar al tijd wat voor haar te doen was! Het was den dag nadat hij Rosamund zijn geheim had geopenbaard en hij tobde over Grantley. Zijn broer was al in geen dagen bij hem geweest en hij hoorde ook niets van hem. Om begrijpelijke redenen hielden ze geen ge regelde. briefwisseling en konden ze ook geen gebruik van de telefoon maken. Hij ging er met Teddy Brown over praten en die bood da delijk aan naar Dennington Court te gaan. Graag; zei Jack. dat zal me rust geven Wanneer kun je gaan? Vanmiddag, Ik zou uw broer wel kunnen telefoneeren, maar dat is toch te riskant. Ik heb Sir Peter Tempest gisteren in Piccadilly ontmoet. O, schrok Jack. Ik kon niet van hem afkomen, voor hij me al zijn tegenspoeden had opgesomd en toen vroeg hij me, hem bij mijn bank te in- troduceeren, voor een leening natuurlijk. Maar we zullen dat toch maar liever niet doen. Brown hield even op en dacht na. 't Is maar het beste dat ik het u vertel, mijnheer, dat uw broer een hypotheek op de Court heeft ge nomen. Het verwondert me niets, zuchtte Jack, het is voor dien ouden bandiet, Sir Peter. Maar het doet er niet toe, geld genoeg! Ga maar naar de Court vanmiddag Brown en kom me vanavond verslag brengen, dan zal ik thuis blijven. Juist floot Watson door de spreekbuis. Mijn heer Wayman, de teekenaar was er. Stuur hem boven, antwoordde Jack en hij vervolgde tegen Brown: Ik heb aan Wayman geschreven om hier te komen met 't oog op het nieuwe damesblad. U zet het dus door? Ja. Brown lachte, schudde het hoofd en zei: Ik bewonder u moed maar Loop rond met je maren. We zullen bin nenkort wel over eenige duizenden ponden te beschikken hebben, zoodat we niet telkens wat van de bank hoeven te halen. Er is niet veel meer te halen! Brown verliet de kamer en tegelijk kwam Wayman binnen. Hij glimlachte even vriende lijk als altijd, maar zijn gezicht was gedeel telijk in verband en maar één oog kwam te voorschijn. Wat heb jij uitgevoerd? Ik vertel aan iedereen dat het belroos is. maar u wil ik de waarheid wel vertellen. De kwestie is, dat ik een paar dagen geleden op weg naar huis een ongeluk had. Ik zat tegen over een dominee, die verdiept was in zijn krant. Bij het aansteken van een lucifer voor mijn sigaret kwam de vlam tegen het papier en de heele krant vloog in brand. Een woor den wisseling bleef niet uit en ik stootte met mijn oog tegen zijn vuist! Ik begrijp het, lachte Jack, je verdiende loon. Je bent een genie. Wayman en genieën handelen soms als krankzinnigen. Maar ge draag je hier nu zoo verstandig mogelijk. Doe de deur dicht, ik wil met je spreken. Wayman sprong op, ging naar de deur, sloot die en zette zich weer op zijn stoel. Jack nam een sigaar en terwijl hij die op stak, keek hij aandachtig naar Wayman. Ik zie je voor een oprechte jongen aan, zei hij en als je me vertellen wilt, wat ik verlang te weten, neem ik je mee om te lun chen en verdubbel je honorarium. Verleiding en omkooping! mijnheer Castlemaine! Hij stond op en gooide zijn ci- garet door het open raam. Ik weet wat u bedoelt. Hij wees met zijn hoofd in de richting van den antiquiteiten winkel. Ik heb er al op gezinspeeld, maar u snauwde me af. Daar aan den overkant is iets, dat u bijzonder boeit, nietwaar en u wilt dien ouden man helpen? Hoe weet je dat vroeg Jack blozend. Dat weet iedereen hier in huis. Men ziet het toch iemand aan, als hij het voorwerp van zijn liefde in het oog krijgt; daar is ze aan het venster. Vervloekt brutaal ben je! zei Jack woe dend. Laten we eerst gaan lunchen, ik ben uit gehongerd. 'k Heb geen ontbijt gehad van morgen. Mijn kostjuffrouw beweerde, dat zwaar voedsel de ontsteking erger maakt en ik kreeg het dus niet. Tenslotte bracht ze me een krentenbroodje, dat ik uit het raam gooide en dat net op een voorbij rij denden koetsier terecht kwam. Ik had er tenminste dat plezier van, dat ik hem van den bok zag springen en een kwajongen afranselen Toen kwam uw brief Laten we naar Gatti gaan, mijnheer. Een heerlijk malsch stukje vleesch en een glas donker bier. Een gezellig hoekje, volop gelegenheid tot vertrouwelijk praten enhet verraad is geschied! Tien minuten later kwamen ze het restau rant binnen. Daar aan den anderen kant, stelde Way man voor, daar kunnen we rustig praten en rooken. Daar zit ik met mijn liefste meisje, als ik haar op een schouwburgavond kan trac- teeren. Op dezen tijd kan je niet veel anders krijgen dan biefstuk. Maak jij dat maar voor me in orde, zei Jack. Twee biefstuk met aardappelen, bestelde Tom. Ja, mijnheer. Ook iets te drinken? Lager, besliste Tom. Hoe lang duurt het? Tien minuten, mijnheer. Dat wordt een half uur. Ik zou misschien mijn verraad kunnen plegen in den tijd dien ze noodig hebben, om dat vergif klaar te ma ken, mijnheer Castlemaine. Hij stak een cigaret aan en dacht even na. Toen stak hij van wal. In de eerste plaats, begon hij, moet u nooit een woord zeggen van wat ik u ver tellen zal. Het zou mijn vader voor den Raad van Discipline brengen. Want hij is Grant's advocaat. Het huis en de zaak werden aan Grant vermaakt door een ouderen broer, maar alleen onder zekere voorwaarden. En juist om die voorwaarden draait de heele geschiedenis. Ik was klerk op mijn vader's kantoor, toen het testament van George Grant opgevraagd werd. Zijn broer Theodore was de eenige le vende bloedverwant, juffrouw Rosamund niet meegerekend. De broers hadden nooit veel met elkaar opgehad. George had een winkel en Theodore was professor. Theodore was ver waand en ingebeeld en keek op George neer, maar George kreeg zijn wraak aan het einde' (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 12