|De fneeuwkonmginj
Lachen is gezond.
LESSEN IN LASTER.
Influenza
Propaganda avond
voor „Villandry"
ALLES IN TEMPO"
MAANDAG 23 TANG SRI 1939
HA A DE EM'S DAGBEAD
4
(UN/TINUTÏIRt^j
MUZIEK.
HAARLEMSCHE
ORKEST-VEREENICINC.
De gastridigent Bertus van Lier heeft niet,
zooals zijn beide voorgangers gedaan hadden,
op het Zondagnamiddagconcert een herha
ling der op het Ledenconcert uitgevoerde Sym
phonie gegeven: hij heeft het aangedurfd
om 's Zondags met een kersversche Symphonie
Mozart's z.g. „Linzer". K.V. 425, te komen.
Dit getuigt van prijzenswaardige energie
maar het was in dit geval min of meer een
waagstuk omdat tusschen de twee concerten
slechts eén ochtend voor instudeering beschik
baar was. De gevolgen dier omstandigheid
waren dan ook merkbaar: al deed het orkest
zijn uiterste best om Van Lier's bedoelingen
en aanwijzingen stipt op te volgen, toch ont
brak in het strijkersensemble de bijna steeds
aanwezige homogeniteit in de uitvoering der
snelle figuren. De helderheid der vertolking
moest daardoor over het geheel genomen wel
lijden, hetgeen niet wegneemt, dat enkele ge
deelten, oa. het zeer fijn gespeelde Trio van
het Menuetto bijzonder goed slaagden. Van
Lier dirigeerde Mozart's Symphonie uit het
hoofd en bleek alle détails der partituur vol
komen in zich te hebben opgenomen. De „Lin
zer" Symphonie stond op het programma van
Zondagmiddag als „eerste uitvoering" ver
meld; ik meen haar al eens vroeger op een
H.O.V.-concert te hebben gehoord, maar kan
me daarin vergissen.
Wat Bertus van Lier met ons orkest in be
trekkelijk korten tijd weet te bereiken toonde
hij met de uitvoering van Rossini's
Ouverture „La gazza ladra'-. aan welker voor
bereiding blijkbaar meer tijd besteed was
dan aan die der Symphonie. Reeds bij de
eerste maten der Introductie stond het ge
heel zóó muurvast op zijn pooten, was er zulk
een voortreffelijk samenspel en zulk een
rythmische scherpte, als we slechts van eer
ste rangsdirigenten gewend zijn. Men zou
kunnen zeggen dat de vonken er afsprongen.
Bij de als herhaling van Vrijdagavond ge
speelde Ouverture ..Le Carnaval romain". was
dat niet minder het geval en de vurigheid van
het in een geweldige en meesleepende vaart
gespeelde stuk vond een schitterende bekro
ning in den glans van het slotaccoord.
De leiding der orkestpartij van Mozart's
Klavierconcert in A gr. t.. K.V. 488 drong den
dirigent naar het tweede plan. Dat hij het hier
niet altijd tot een volledige aansluiting met de
solopartij wist te sturen lag, meen ik minder
aan hem dan aan de soliste, die door eenige
gejaagdheid bij de uitvoering van vele pas
sages in het Allegro en vooral in het Presto
een minutieuze aansluiting niet makkelijk
maakte. In technisch opzicht was het spel van
Liesbeth Vel onberispelijk; het ontroerende
Andante vertolkte zij bovendien zeer gevoe
lig-
We hebben op de H.O.V.-concerten der laat
ste drie weken nu twee Symphonieën, een
Serenade, een Cassation, twee Vioolconcerten
en een klavierconcert van Mozart gehad,
't Lijkt wat veel. Maar zou deze voorkeur voor
Mozart's kunst, die zich bij jongere en voor
uitstrevende toon Kunstenaars zoo duidelijk
openbaart, misschien ook al in verband staan
met de tijdsomstandigheden, die wellicht be
hoefte aan een rustbrengende compensatie
wekken? Het zou interessant zijn dit ver
schijnsel verder na te gaan om te trachten er
een afdoende psychologische verklaring voor
te vinden.
Het talrijke auditorium heeft de soliste Lies
beth Vel zeer warmen bijval geschonken en
den dirigent Bertus van Lier door ware ovaties
gehuldigd. Hii verdiende die dan ook ten volle
Van Lier is een doorkneed musicus, hij heeft
een vurig temperament en stijlgevoel, hij be
zit cirigeer-ervaring en overwicht.En hij heeft
getoond niet eenzijdig of bevooroordeeld te
zijn.
Hij heeft dus de gegevens om een dirigent
van beteekenis te worden. En die zich aan
toekomst voorspellerij wil wagen, kan Van
Lier's auspiciën bijzonder gunstig achten. Im
mers ook Arturo Toscanini is als cellist be
gonnen 1
K. DE JONG.
Demonstratie-Avond der
Amsterdamsche Volksmuziekschool.
De Amsterdamsche Volksmuziekschool be
staat nu 8 jaar en heeft in dien tijd bewezen
een belangrijke factor voor de muzikale ont
wikkeling van kinderen uit financieel minder
draagkrachtige kringen te zijn. Zij telt thans
meer dan 700 leerlingen. In den beginne werden
alleen kinderen van 9—11 jaar toegelaten; eeni-
gen tijd geleden is op verzoek van vele ouders
ook een klasse voor ouderen gevormd, waarin
zich zelfs een iemand van 62 jaar als leerling
heeft doen inschrijven.
Naar het voorbeeld der Amsterdamsche is
kort geleden de Haarlemsche Volksmuziekschool
opgericht en haar bestuur had den leider der
eerste, den heer W. Gehrels bereid gevonden om
met een aantal leerlingen een demonstratie der
in Amsterdam verkregen resultaten te komen
geven. Deze demonstratie had Zaterdagavond in
het gebouw van „Zang en Vriendschap" plaats.
De heer Gehrels had daartoe een aantal leerlin
gen, die 3 jaar het onderwijs der Amst. V. M.
gevolgd hebben, meegebracht.
De voorzitter van het bestuur der Haarlemsche
V. MMr. A. Beets, begroette den heer Gehrels
en gaf een kort overzicht van het in de statu
ten omschreven doel der instelling.
Vervolgens was het woord aan den heer
Gehrels. Deze zette o.m. uiteen, dat de V. M. 3
af deelingen: A, B en C, heeft. Tot afd. A worden
(behoudens in de speciaal voor ouderen ge
vormde klasse) leerlingen van 911 jaar toe
gelaten. Hier worden in de eerste plaats op aller
lei wijzen het gehoor en het rythmisch gevoel
ontwikkeld en voorts besef voor muzikale vor
men en kennis van het notenschrift bijgebracht.
Na 2 jaar elementair onderwijs wordt onderzocht
welke leerlingen in aanmerking komen voor in
strumentaal onderwijs dat in afd. B wordt gege
ven. Deze cursus duurt 3 jaar.
Uitgangspunt van het onderwijs is het zingen.
De leerlingen waarmee de demonstratie ge
geven werd hebben het onderwijs ruim 3 jaar
gevolgd en behooren dus tot afd. B. De onder
werpen der demonstratie waren echter die,
welke in de elementaire afdeeling onderwezen
worden.
We hoorden als nu het zingen van toonladders
volgens het do-re-mi-stelsel, beginnende met
verschillende trappen, stijgend en dalend, waar
mee de kennis der oude kerktoonsoorten bleek
gepaard te gaan: het treffen van tonen naar
bepaalde handhoudingen van den leider of van
een der leerlingen: oefeningen ter ontwikkeling
van gehoor en geheugen als voorbereiding van
het muziekdictaat; zonder leiding groepsgewijs
zingen van canons; improvisaties als b.v
het vervolgen van een motief en het vormen
van een na-zin bij een opgegeven voor-zin;
practisch toegepast muziekdictaat; het zingen
van intervallen; rythmische oefeningen. Deze
laatste werden ook zichtbaar gedemonstreerd
door loopen en handen-klappen volgens de door
Jaques-Dalcroze aangegeven beginselen. Bij en-
kele oefeningen werd voorts van de medewer
king van blokfluiten gebruik gemaakt. Zoo hoor
den we een mooi „Dona nobis pacem" als drie
stemmige canon.
De gemakkelijkheid en de zekerheid, waarmee
de jeugdige leerlingen alle oefeningen uitvoer
den en de hun gestelde opgaven verrichtten,
waren verbluffend en menig muziekleeraar, die
zich met de opleiding van vakstudeerenden be
last ziet. zou ongetwijfeld wenschen dat zijn pu
pillen al was 't slechts een deel van de muzi
kale ontwikkeling en vaardigheid hadden, die
deze kinderen toonden.
Hoe het in dat opzicht met de overgroote
meerderheid der niet vakstudeerenden gesteld
is behoeft wel geen nadere toelichting. Het ver
wonderde ons dan ook niet uit den mond van
den heer Gehrels te hooren, dat de voorzitter
van de grootste en vermaardste Amsterdamsche
concertinstelling na het bijwonen eener soort
gelijke demonstratie tot hem de verzuchting ge
uit had: „Ik wou dat het meerendeel onzer le
den zooveel muzikale ontwikkeling hadden als
deze volkskinderen!" Ik meen goed te doen door
op te merken dat die verzuchting in Amsterdam
geslaakt werd en dus op de Amsterdamsche mu
ziekliefhebbers doelde.
De Haarlemsche zouden vermoedelijk weinig
of geen moeite hebben met het zingen van „De
Klokken van Haarlem" als driestemmige canon
en van een onmiddellijk na het opschrijven uit
geveegd muziekdictaat; met het opschrijven van
een één keer gezongen melodie enzoovoorts.
Maar dat neemt niet weg dat een algemeen-
muzikale ontwikkeling zooals de Amst. V. M.
die haren leerlingen schenkt een kostelijk ge
schenk is en een basis vormt waarop met groote
kans op succes voortgebouwd kan worden. De
oprichting der Haarlemsche V. M. mag dus zon
der voorbehoud worden toegejuicht.
Nadat de kinderen vertrokken waren gaf de
heer Gehrels gelegenheid tot het stellen van
vragen. Daarvan maakten vele aanwezigen ge
bruik.
De heer Beets dankte den spreker voor zijn
hoogst interessante en leerrijke demonstratie en
de talrijke belangstellenden gaven door luiden
beval hun ingenomenheid met het geziene en
gehoorde te kennen. i
K. DE JONG.
HET TOONEEL
Vroolijke revue van de
Handelsavondschoolvereeniging.
Lachen is gezond. Dat is een oude remedie
en evenals vele andere beproefde huismiddel
tjes werkt ze nog steeds voortreffelijk- Ook
en zelfs in het bijzonder voor scholieren.
Daarom is de cabaret-revue, die Zaterdagavond
door de Handelsavondschoolvereeniging in het
gebouw van den H.K.B. werd opgevoerd, zoo
bijzonder goed geslaagd.
Frisch. vroolijk en vlot werden de ver
schillende nummers, zonder eenige pretentie
overigens, uitgevoerd.
De opzet van de revue: de aanwezigen
eenige uren te laten lachen werd ten volle be
reikt. Het was genoeglijk, de stemming werd
door geen wanklank verstoord en ieder amu
seerde zich uitstekend. Onder dergelijke om
standigheden is de taak van den recensent
wel zeer licht. Hij. kan zich slechts bij het
algemeene koor van instemming aansluiten
en hij doet dat volgaarne. Want het is altijd
prettig te kunnen constateeren, dat een feest
avond aan zijn doel beantwoord heeft. Want
er zijn tenslotte maanden van moeizame re
petities en voorbereidingen aan voorafgegaan
en iedereen, die wel eens aan dergelijke avon
den heeft meegewerkt, kent de vele moeilijk
heden, die de organisatie daarvan mede
brengt. En wanneer men dan ook de execu
tanten alle lof toezwaait dan bedenke men
wel, dat de man achter de schermen de groot
ste hulde verdient. Een revue schrijven, de
muziek althans gedeeltelijk componee-
ren en zelf de regie voeren, dat is een pres
tatie, die bewondering afdwingt. De geschen
ken, die den heer Paasman, hij is die schrij
ver-componist-regisseur, aan het einde van
den avond werden overgereikt waren ongetwij
feld meer dan verdiend. Zijn sketches waren
viot; hij hoede zich echter voor iets te grove
effecten zooals in „Mulder amuseer je" en „Op
vrijers voeten", sketches, die toch eigenlijk
buiten de sfeer van een schoolopvoering val
len. De een stapt nu eenmaal over deze din
gen gemakkelijker heen dan de ander en het
zou jammer zijn als niet iedereen even vol
daan was, want de uitvoering het zij nog
eens herhaald verdiende dat ten volle.
Jan Eizema was de conferencier en hij stond
nog geen drie minuten op het tooneel of de
aanwezigen hadden al „aangehaakt" en zongen
zijn refrein van harte mee. En dat voor Haar
lemmers! Zijn liedje over het afscheid van de
Duitsche dienstmeisjes behoorde mede tot het
beste van den avond. Zoowel voor den schrij
ver als voor hem was dat een welverdiend
succes. Het zingen van liedjes van Louis Davids
is altijd zeer dankbaar doch Jan Eizema heeft
een dergelijke imitatie niet noodig om de zaal
mee te krijgen. Het eenige wat hij van Davids
kan overnemen zijn de schuine zakken in diens
jas, hij zal dan minder last hebben om zijn
handen te bergen. Er was verder nog een dan
seres, die nu eens niet als een etherische fee
in het rood-wit-blauwe licht der schijnwer
pers zelfs die waren er over het tooneel
dwarrelde. Het dansen van Ali Buter is in
tegendeel forsch en gespierd zooals zij zelf.
Zij blijft echter gracieus en ze heeft een uit
stekende expressie. Onder haar leiding waren
ook de dansen van de „Bulbtowngirls" inge
studeerd.
Corry Pardoel zong krontjongliedjes en ze
deed dat niet onaardig.
„The Rhythm Strings" speelden zeer tot
genoegen der jongeren en vormen overigens
een ensemble, dat ook door de ouderen wel
kan worden gewaardeerd.
Tenslotte Annie Hensen. Zij is sinds verleden
jaar weer aanzienlijk vooruitgegaan en haar
liedjes bij de piano waren het hoogtepunt van
den avond. Wanneer zij zich nu onder serieuze
leiding op dit genre toelegt staan voor haar
groote mogelijkheden open. Het talent Is er.
De wijze waarop ze een liedje als „Het Portret"
van Dirk Witte zingt is daar het beste bewijs
voor.
Als waardig slotnummer kwamen ook Tho
masvaer (Paul Fibbe) en Pietemei (Annie
Hensen) de gebeurtenissen van het afgeloopen
jaar nog eens bespreken. En al was het dan
wat laat, het succes was er niet minder om.
Een bal met medewerking van The Rhythm
Swingers besloot dezen genoeglijken avond.
B. K.
De tweede Schoolvoorstelling
Oorspronkelijk was het de bedoeling op de
tweede Schoolvoorstelling in dit seizoen L'Aiglon
van Rostand met Else Mauhs in de titelrol te
doen' opvoeren, maar dit plan moest worden op
gegeven, omdat Het Masker door het groote
en onverwachte succes van De onbekende
Vrouw niet voor een matinée beschikbaar was.
En zoo kwam ook thans weer evenals bij de
Copyright P. I B. Bo» 6 Cop«nhog«n
Op een dag zat zij op den troon, iets dat niet eens zoo bijzonder
prettig is, en toen viel haar een wijsje in. Dat luidde: „En waarom
zou ik niet gaan trouwen?" „Kijk", zei de prinses, „waarom zou
ik eigenlijk niet in het huwelijk treden?" En zij nam het besluit
om met een man te trouwen, die zelf ook geleerd was en die op
vragen, die men hem stelde, een antwoord kon geven. Zij wild»
geen man hebben, die alleen maar een deftig gezicht kon trekken
want dat wordt zoo vervelend op den duur
De prinses liet alle hofdames bjj elkaar trommelen en toen die
hoorden, dat zij wilde trouwen, waren zij bar in hun schik. „O, we
hopen, dat het dan maar gauw zal gebeuren", zeiden de hofdames,
„want wij hebben daar al zoo lang naar verlangd!" Je kunt er van
op aan, dat alles wat ik nu vertel, waar is", zei de kraai tegen
Gerda. „Je moet weten, dat ik getrouwd ben met een tamme kraai,
die vrij in het paleis van de prinses rond loopt. En die heeft er mij
alles van verteld
Veelal het gevolg van verwaarloosde kouj
Maak een eind aan gevatte kou door keel, borst
n.r. ;n te wrijven met deze krachtige zalfj
Verwijdert congestie, vergemakkelijkt
de ademhaling en helpt spoedig.
(Adv. ingez. MëdJ
eerste Schoolvoorstelling Het Residentietoo-
neel, dat Zaterdagmiddag voor een totaal „uit
verkocht huis" Sheridan's Lessen in Laster
speelde
De blijvende belangstelling voor de school
voorstellingen na de reorganisatie ook van
den kant der leeraren is wel zeer verheugend.
Door de tegemoetkomende houding van het ge
meentebestuur, dat geen vermakelijkheidsbelas
ting meer heft op de schoolmatinées, is het
thans mogelijk den toegangsprijs op 50 ets. te
stellen en dit zal zeker een der oorzaken zijn
van het zeer groote bezoek, in de laatste drie
jaar.
Men moet zeer voorzichtig zijn met de keuze
der stukken voor de schoolvoorstellingen en de
jeugd vooral niet de „klassieken" willen op
dringen, want hiervoor zijn ze nog niet geheel
rijp. Men zou bijvoorbeeld door het vele spelen
van Vondel gevaar kunnen loopen de jeugd af-
keerig te maken van het tooneel inplaats van het
liefde bij te brengen voor de tooneelspeelkunst,
en toch is dit laatste vooral in dezen tijd
van de bioscoop een der bedoelingen van de
schoolmatinées.
Lessen in Laster nu bleek wel een zeer geluk
kige keuze te zijn. Sheridan's blijspel is klas
siek, maar het is daarenboven zoo levendig en
kleurrijk, zoo weinig „ouderwetsch", dat het de
jeugdige bezoekers in hooge mate bleek te
boeien en te amuseeren. Men behoefde in de
pauze en na afloop der voorstelling maar even te
luisteren naar de gesprekken, en men wist tege
lijk, hoe zeer de opvoering van dit geestige blij
spel was ingeslagen. En aan het slot was het, of
de leerlingen de zaal wilden afbreken, zoo oor-
verdoovend was het applaus en het voetgetrap.
Het is niet waar. dat een leeraar zooals ik
eens hoorde verkondigen zijn leerlingen de
schoonheid van een stuk even goed op school
kan bij brengen als de tooneelspelers in een ver
tooning. Tenslotte zijn tooneelstukken toch ge
schreven om gespeeld te worden. Eerst op het
tooneel komen ze bij een goede opvoering ge
heel tot leven en zeer zeker is dit het geval
met een stuk als The School for Scandal in een
ertooning zooals deze door Het Residentie
Tooneel onder regie van Johan de Meester wordt
gegeven. Het is een der beste voorstellingen in
dit seizoen en wij hebben ook bij deze tweede
opvoering van het lichte, geestige spel en het
voortreffelijk ensemble genoten.
Er wordt helaas dikwijls geklaagd over het
tegenwoordige tooneel. Top Naeff deed het nog
deze weelc in een causerie over het tooneel der
laatste 40 jaar, die zij heeft gehouden voor het
Tooneelverbond te Amsterdam. Maar wanneer
ik de opvoering van Lessen in Laster, thans
door Het Residentie Tooneel gegeven, vergelijk
met die van 25 paar geleden van de Kon. Ver.
Het Nederlandsche Tooneel, dan durf ik zeggen,
dat men het tooneel van tegenwoordig onrecht
doet met er telkens weer op te schimpen. Want
de opvoering van heden staat zoo ver boven die
van de oude Kon. Vereeniging, dat zij mij alle
vertrouwen geeft in ons tegenwoordig tooneel.
Ik meen dat men het tooneel meer helpt met
ook eens op de lichtpunten te wijzen dan altijd
maar weer in volle aanbidding te staren naar
den tijd van Willem Royaards.
J. B. SCHUIL.
Toen de hofdames eenmaal wisten, dat de prinses wilde trouwen,
wist het geheele land het weldra ook. De krant verscheen met een
rand van harten, waarin de voorletters van de prinses stonden. En
in de krant stond, dat elke jonge man, die er goed uitzag, het recht
had om zich bij het paleis aan te melden, om met de prinses te
praten. Degeen, die het verstandigst met baar sprak, zou zij tot
man nemen. Ja, ja," zei de kraai, „je kunt mij heusch gelooven.
Het is werkelijk zoo gebeurd. Van alle kanten stroomden de man
nen naar het paleis. Het was daar een gedrang en een geloop
Maar noch op den eersten, noch op den tweeden dag was er één
man, die verstandig genoeg was.
(Wordt vervolgd.)
Voor den aanvang van de cabaret-revue
„Alles in Tempo" door de Utrechtsche Cabaret-
vereeniging ten bate der vereeniging „Villan
dry" heeft de heer P. Moltmaker een geestdrif
tige propaganda-rede uitgesproken, waarin hij
het prachtige werk in het licht stelde van
deze vereeniging, die een zegen mag genoemd
worden voor het personeel, dat werkzaam is bij
spoor, tram, Van Gend en Loos en de Ato. Het
moest eigenlijk onnoodig zijn, zoo zei de heer
Moltmaker, nog propaganda te maken voor
een vereeniging, welke zoo vele duizenden reeds
in dagen van ziekte heeft geholpen en hij be
treurde het, dat in dit philantropische werk de
verschillende organisaties nog niet samen
werkten. Met een warme peroratie, waarin hij
opwekte tot steun aan Villandry eindigde
spreker zijn warm toegejuichte rede.
De Utrechtsche Cabaret-vereeniging heeft
zich al meermalen verdienstelijk gemaakt met
de programma's te verzorgen van de propa-
ganda-avonden voor Villandry, en wij zagen
ze hier thans reeds voor de derde maal. Na
tuurlijk is er alle reden om deze Utrechtsche
Vereeniging erkentelijk te zijn voor het werk,
dat zij voor Villandry en het spoor- en tram
wegpersoneel in het algemeen verricht en uit
de reacties van de stampvolle zaal bleek ook
duidelijk dat het publiek de cabaret-revue
.Alles in Tempo" zeer waardeerde. Toch meen
ik. dat dit gezelschap het zich met het samen
stellen van een revue wel wat al te gemakke
lijk maakt. Drie keer bijvoorbeeld op een zelfde
programma een accordeonist te laten optre
den en twee maal den heer Staal, die in zijn
voordrachten alleen maar voor de eerste 4
rijen verstaanbaar was ons concertgebouw
heeft nu eenmaal voor de spreekstem een zeer
slechte accoustiek lijkt mij wel wat al te
veel. Ook de tekst der verschillende sketches
zooals in „Luchtkasteelen", „Het Geluks-
kantoor" en „In Zwitserland" was nu niet
bepaald geestig te noemen. „Alles in Tempo"
stond dan ook ver beneden de revues, welke
wij vorige malen van deze Vereeniging hebben
gezien. Laten wij echter erkennen, dat er om
,De Verlaten Echtgenooten", „Met de baby uit"
en „De Vereeniging tot bescherming van zelf
moordenaars", waarin de heer Piet van Kooy
weer „en travesti" verscheen, geschaterd
wat zeg ik, gebruld is van het lachen, dat
Annie en Piet van der Kooy veel succes hadden
met het bekende Bragalied, voor viool, cello en
zang en ook de finales zeer werden toegejuicht.
En wat hoofdzaak is zeer velen hebben
weer bijgedragen voor het werk van Villandry
en daarbij steun verleend aan deze prachtige
vereeniging.
J. B. SCHUIL.
FEESTAVOND HAARLEMSCHE DAMCLUB.
Donderdagavond 26 Januari a.s. organiseert
de Haarlemsche Damclub voor haar leden en
donateurs een non-stop-amusementsavond in de
groote tooneelzaal van hotel „De Leeuwerik".
Kruisstraat 30 te Haarlem. Aan het programma'
wordt medewerking verleend door het Eerste
Haarlemsche Piano-Accordeon Orkest onder lei
ding van Herman Teunissen, De Racing Singers
onder leiding van den heer Jan Beider. D. A.
Löwensteyn. tenor en mr. Vrolijk, terwijl een
groot bal dit feest zal besluiten.