HITLER VERWACHT EEN LANGEN VREDE. Buiten de koloniën geen territoriale eischen. Solidariteit met Italië bevestigd. Thans minder verwarring in Noord Spanje. DINSDS'G 31" JANUARI 1939 H A"'AR U EM'S DAGBEAD S Voor de eerste maal is de Duitsche Rijksdag gisteravond in tegen woordigheid van de afgevaardigden uit Oostenrijk en het Sudeten- land bijeengekomen. Hitier hield een rede, die langer dan twee uur duurde en waarin hij o.a. als zijn overtuiging uitsprak, dat hij in een „langen vrede" gelooft. Hij constateerde verder, dat Duitschland en Italië volkomen solidair zijn en dat, mocht een oorlog tegen Italië ontketend worden, Duitschland aan de zijde van dit land zou staan. Ten aanzien van 't koloniale vraagstuk zeide Hitier, dat Duitsch land bij zijn eisch tot teruggave van zijn vroeger koloniaal bezit blijft. Tenslotte bracht de Führer den wensch tot uiting met alle andere landen in vrede te willen leven. Hij noemde hierbij o.a. Nederland. Hitier begon zijn rede met een terugblik op de' gebeurtenissen, die zich in zes jaar nationaal socialistisch bewind voltrokken hebben. Op 30 Januari 1933 trok ik de Wilhelmstrasse binnen, vervuld van de diepste bezorgdheid voor de toekomst van mijn volk. Heden zes jaar later kan ik tot den eersten Rijksdag van Groot-Duitschland spreken. Zes jaren waren voldoende om de droomen van eeuwen te vervullen, een jaar om ons volk in het genot van die eenheid te brengen welke het vergeefs nagestreefde verlangen van talrijke generaties was. Niet zonder strijd zooals ge- dachtenelooze burgers wellicht plegen te geloo- ven. Want vóór dit jaar van de Duitsche één wording staan schier 20 jaar van een fanatieke worsteling van een politieke idee. Er aan herinnerend, dat de 14 punten van Wilson o.a. het beginsel van het zelfbeschik kingsrecht bevatten, zeide Hitier, dat de vroe gere geallieerden zich uit egoistische overwegin gen daarvan hadden bediend. Zoo weigert men Duitschlan de teruggaaf van zijn koloniaal bezit met de bewering, dat men de inwoners dier koloniën niet eenvoudig tegen hun wil waarom zich in 1918 echter natuur lijk niemand heeft bekommerd weer aan Duitschland mag teruggeven. Alleen, terwijl men zoo uit naam van het zelfbeschikkingsrecht voor primitieve negerstammen als beschermer optreedt, weigerde men in 1918 aan het op een hoogen trap van cultuur staande Duitsche volk de toekenning van tevoren aan dit volk plechtig beloofde algemeene menschenrechten. Het her- zieningsartiekel van het Volkenbondspact had slechts een platonische beteekenis De „aansluiting" van Oostenrijk en het Sudetenland. Als zoon van de Oostmark had spreker in Januari 1938 het besluit genomen in den loop van het jaar, hoe dan ook, het recht van zelf beschikking te geven aan de 6Y2 millioen Duit- schers in Oostenrijk. Hij noodigde den Oosten- rijkschen bondskanselier uit tot een bespreking en deelde hem mede, dat het Duitsche Rijk geen onderdrukking van de Duitsche volksge- nooten meer zou toelaten en hij liet er geen twijfel aan bestaan, dat de vrijheid van zelf beschikking met alle ten dienste staande mid delen zou worden opgelegd. Spreker herinnerde verder aan zijn rede in den Rijksdag van 22 Februari, waarin hij zeide, dat het lot van de 10 millioen Duitschers in Midden-Europa het rijk niet meer onverschil lig zou laten en dat tegen onderdrukking en mishandeling scherpe maatregelen genomen zou den worden. Eenige dagen later besloot Schuschnigg tot een eclatante schending van de overeenkomst van Berchtesgaden. Dit bleek uit de rede van Innsbruck op 9 Maart. In den daarop volgenden nacht gelastte spreker de mobilisatie van een aantal Duitsche infanterie- en pantserdivisies, met het bevel Zaterdag 12 Maart, des ochtends te 8 uur Oostenrijk binnen te rukken. Vrijdag ochtend was de mobilisatie gereed. In den na middag trad Schuschnigg af, onder druk der omstandigheden in het binnenland en op verzoek van Oostenrijksche zijde, om verwarring te voor komen marcheerden reeds omstreeks tien uur 's avonds de Duitsche troepen Oostenrijk binnen Dit alles verliep in waarlijk adem-benemend tempo. Het vertrouwen in de snelheid en de slagvaardigheid van het Duitsche leger werd niet alleen niet beschaamd, doch zelfs overtrof fen. De eerste verkiezing in Oostenrijk op 10 April wees uit, dat 99 pet. van de Oostenrijk sche bevolking voor den „Anschluss" was. Eenige weken later begon onder inwerking der campagne van internationale ophitsing in Tsjecho-Slowakije een sterkere onderdrukking van de daar wonende Duitschers. Ongeveer 3y2 millioen Duitschers werden hier tegen hun wil vastgehouden in een staat, waarin zij meer of minder werden mishandeld. Geen wereldmogend- heid met eergevoel kon dit op den duur goed keuren. De verantwoordeilijke man in Tsjecho- Slowakije was de toenmalige president van den staat, di-. Benesj. Deze had in Mei 1938 besloten tot mobilisatie, met het doel Duitschland te pro- voceeren en het een nederlaag toe te brengen in zijn internationale prestige. Niettegenstaande de herhaalde verklaring, dat Duitschland niet had gemobiliseerd, werd toch vastgehouden aan de verklaring, dat Tsjecho- Slowakije had gemobiliseerd onder dwang van een Duitsche mobilisatie, dat Duitschland we gens deze Tsjechische mobilisatie de zijne had gestaakt en van zijn plannen had moeten afzien. ^Vaardeerende woorden tot Mussolini, Chamberlain en Daladier. Wij waren allen gelukkig, zoo ver volgde Hitier, dat het dank zij het ini tiatief van onzen vriend Mussolini en dank zij eveneens de hoogelijk te waar- deeren bereidwilligheid van Chamber lain en Daladier gelukte de elementen voor een overeenkomst te vinden, welke niet alleen de vreedzame oplossing van een niet uit te stellen aangelegenheid veroorloofde, maar die daarboven uit als een voorbeeld kan worden be schouwd voor een algemeene verstan dige behandeling en afdoening van be paalde problemen van levensgewicht. Echter zou het zonder de vastberadenheid het probleem van het Sudetenland hoe dan ook tot Adolf Hitler. oplossing te brengen niet tot zulk een overeen stemming van de Europeesche groote mogend heden zijn gekomen. Hitier keerde zich vervolgens tegen het „ge schreeuw der democratische moralisten en we reldhervormers". Uit de redevoeringen en de pers van deze democratieën vernemen wij dage lijks over de moeilijkheden, waaraan wij bloot staan, en dat wij hongersnood hebben of binnen kort zullen krijgen, dat wij te gronde gaan aan een financieele crisis of althans aan een crisis in de productie, of ten minste een crisis in de consumptie. Binnen een week hebben wij zoo juist kunnen lezen, aldus de Führer, dat Duitsch land wel een productie-overschot heeft maar geen consumptie-vermogen, ten tweede, dat Duitschland groote consumptiebehoeften heeft maar te geringe productie, ten derde dat wij te gronde gaan tengevolge van een drukkenden schuldenlast, ten vierde, dat wij geen schulden wilden maken, maar door nationaal-socialisti- sche middelen tegen alle rechtzinnige kapitalisti sche begrippen in zouden handelen en daarom te gronde gaan, kortom we hebben den oprech ten eensgezind democratischen eisch hooren uiten, dat Duitschland te gronde zal gaan. Overbevolking. Over één ding zijn we het ook in Duitschland geheel eens: Duitschland bevindt zich ongetwij feld in een buitengewoon moeilijke economische positie, ja, sedert 1913 zou het in de oogen van velen hopeloos kunnen lijken. Maar het natio- naal-socialisme heeft gebroken met het systeem van laf verzaken en den wil tot zelfbehoud in het volk wakker geschud. Onze poging is met buitengewoon succes bekroond, zoodat ik twee dingen kan zeggen, ten eerster Wij voeren een reuzenstrijd met inzet van de geheele kracht en energie van ons volk en ten tweede: wij zullen dezen strijd winnen, ja wij hebben hem gewon nen. Waarin ligt de oorzaak van al onze economische moeilijkheden? In de over bevolking van ons gebied („Lebens- raum"). Wij hebben een bevolkingsdichtheid van 135 menschen per vierkanten kilometer, zonder eenige hulp van buiten en zonder de vroegere reserves, zonder koloniën, gebukt onder schul den. Nochtans voeden en kleeden wij ons volk, en we hebben geen werkloozen. Ik vraag u welke van de zoogenaamde groote democratieën zou dit in onze omstandigheden klaarspelen? Er zijn landen met slechts 5 tot 11 menschen per vierkanten kilometer, beschikkende over alle denkbare bodemrijkdommen, die desondanks niet in staat zijn hun eigen sociale problemen op te lossen. De vertegenwoordigers dezer sta ten spreken over de wonderbare eigenschappen hunner democratie, zoolang wij echter een twee derangs democratie in Duitschland bezaten, had den wij zeven millioen werkloozen en een voor de revolutie staande maatschappij. Nu hebben wij ondanks onze moeilijkheden deze problemen opgelost, dank zij ons regime en onze binnenlandsche organisatie. Geen wonder, dat het Duitsche volk het tegenwoordige regime zijn instemming geeft en het vroegere afwijst. Geen agressieve plannen. Het is ons, Duitschers, zeide de Führer vervolgens, volkomen onverschillig, welken staatsvorm andere volken be zitten. De bewering, dat het nationaal-socia- listische Duitschland binnenkort Noord-* of Zuid-Amerika, Australië, China, of zelfs Nederland aanvallen of verdeelen zal, en wel omdat daar andere regee- ringssystemen heerschen, zou nog f slechts aangevuld kunnen worden met de voorspelling, dat wij in aansluiting daaraan het voornemen hadden onmid dellijk de volle maan te bezetten. Voortgaande zeide Hitier: Over de noodzakelijkheid deel te nemen aan het internationale commercieele leven behoef ik niets te zeggen. Het grootste volk van Midden-Europa werd gedwongen zich nog veel meer dan tevoren toe te leggen op export. Het optreden der zooge naamde overwinnaars uit den wereldoorlog was even onverstandig als onverantwoordelijk. De roof der Duitsche koloniën was moreel onrecht vaardig, economisch onzinnig en politiek ge meen en dom. Niemand kan in ernst aannemen, dat een hoogstaand volk van 80 millioen men schen tot paria gedegradeerd kan worden. De koloniën. Over de verdeeling der rijkdommen van de wereld en de koloniale kwestie, waarbij hij den eisch tot teruggave der kolo niën als Duitschland's eenige territoriale eischen herhaalde, zeide Hitier dat de positie wat Duitschland betrof zeer een voudig was. Het telt 80 millioen menschen. Het groote Duitsche koloniale bezit dat het rijk eens in vrede door verdragen en door aankoop had ver worven is geroofd, ondanks de plechtige toezeg gingen van Wilson. De bewering, dat dit kolo niale bezit toch geen beteekenis had, kon er slechts toe leiden het met een onbezwaard hart terug te geven. Belachelijk noemde spreker de bewering dat Duitschland er niets mee kon be ginnen en dat het dit ook vroeger niet had ge kund. De verdere bewering, dat het koloniale bezit niet kon worden teruggeven omdat Duitsch land daardoor een strategische positie kreeg, is een monsterachtige poging bij voorbaat aan een natie, een volk algemeene rechten te betwisten. De Führer keerde zich voorts met beslistheid tegen het verwijt dat door de Duitsche methoden van een wederzijdschen goederenruil de wereld handel zich een stap achteruit bewoog. In den verderen loop van zijn rede zeide de Führer, dat de nationale-socialistische staat in een tijd dat de financieele en economische theo logen der andere landen twee- of viermaal per jaar de ineenstorting van Duitschland voorspel den, de waarde van zijn valuta gestabiliseerd heeft door de productie tot het uiterste op te voeren. Wij zijn ons er echter van bewust, dat zulk een aanvullende prestatie-vergrooting op één gebied niet mogelijk is, namelijk op het gebied van onze voedselvoorziening. Hier stelt de na tuur een grens. De consumptie-mogelijkheid zou, wanneer hierin geen verandering komt, een na tuurlijke beperking vinden in de uiterste grens der levensmiddelen-productie. Aan den toestand, die dan ontstaat, kan men slechts op twee ma nieren ontkomen: lo. door aanvullenden invoer van levensmid delen, d.w.z. een toenemenden uitvoer van Duit sche producten of; 2o. door de vergrooting van de levensruimte van ons volk. Daar de tweede oplossing op het oogenblik ten gevolge van de nog steeds voortbestaande verblinding der vroegere overwinnaars niet mogelijk is, zijn wij gedwongen ons bezig te houden met de eerste, d.w.z. wij moeten expor- teeren om levensmiddelen te kunnen koopen en in de tweede plaats moeten wij, in verband met liet feit, dat deze export voor een deel grond stoffen vereischt, welke wij zelf niet bezitten, nog meer exporteeren om deze extra-grond stoffen te verkrijgen. De aanstaande taak der economische politiek schetsend zeide Hitier dat in komende jaren een zorgvuldige schifting moet geschieden van de, werkkrachten, de tewerkstelling er van stelsel matig te regelen door een rationaliseering en voor alles door een technisch betere organisatie der arbeidsvoorwaarden grootere prestaties te bzereiken en daardoor tevens ook werkkrachten voor nieuwe aanvullende producties uit te spa ren. Dit dwingt ons de kapitaalmarkt voor een technische uitbreiding onzer ondernemingen in grootere mate vrij te geven en daarbij van de aanspraken van den staat te ontlasten. Dit alles echter leidt weer tot de noodzakelijkheid van een scherpe coördinatie van economie en geld wezen. Hitier vervolgde: Wij blijven betreuren, dat het noodzakelijk is een groot deel der nationale energie te besteden voor bewapening. Hieraan is echter niets te veranderen. Wij hebben geen reden om aan te nemen dat als Duitschland weer eens in een periode van zwakte mocht geraken, ons lot anders zal zijn dan in de na- oorlogsche periode. Integendeel, in bepaalde democratieën wordt de haat tegen de zooge naamde totalitaire staten kunstmatig aange kweekt door heeren als Duff Cooper. Eden. Churchill, Ickes enz. We moeten niet uit het oog verliezen, dat het in deze democratieën mogelijk is, dat binnen enkele maanden de ergste ophitsers de leiding krijgen. Het is dus onze plicht ons volk tijdig op de hoogte te brengen van de activiteit van deze menschen. Het Duitsche volk gevoelt geen haat jegens Engeland, Amerika of Frankrijk, maar deze volken worden voortdurend door Jood- sche ophitsers tegen Duitschland aangezet. De perscampagne in bepaalde landen draagt een waar misdadig karakter. In den laatsten tijd wordt voor de inter nationale ophitserij ook van de radio gebruik gemaakt. Wij willen hier een woord van waarschuwing laten hooren. Wanneer de radio-uitzendingen uit be paalde landen naar Duitschland niet op houden, zullen wij daar binnenkort op antwoorden Ook de aankondiging, dat er anti-fascistische films gemaakt zullen worden, zal door de Duit sche productie beantwoord worden met de ver vaardiging van anti-semietïsche films. Ook over de uitwerking daarvan moet men zich niet ver gissen. Er zijn genoeg volken, die deze films zullen apprecieeren. Ik geloof, dat wanneer het internatio nale Jodendom zijn perscampagne staakt, een accoord tusschen de volken beter tot stand zal kunnen komen. Slechts die elementen hopen op oor log. Ik echter geloof aan een langen vrede. Over den toestand op kerkelijk gebied zeide Hitier o.a.: Slechts éénmaal heeft de staat op het gebied van de kerk ingegrepen, namelijk toen hij probeerde de onmachtig-ver- splinterde protestantsche landskerken tot één machtige Duitsch-evangelische kerk samen te vatten. Dat mislukte door het verzet van eenige bisschoppen, en daar om werd de poging opgegeven, want het is niet onze taak, de protestanten met geweld tot eenheid te brengen. Wanneer nu in het buitenland met name door zekere democratische staatslieden voor eenige Duitsche priesters wordt gepleit, dan kan dat alleen om politieke redenen gebeuren, want die lieden zwegen, toen in Rusland dui zenden priesters en later in Spanje duizenden priesters en nonnen werden afgeslacht. Italië en Japan. Met het oog op de groote gevaren acht ik het een bijzonder geluk in en buiten Europa vrien den te hebben gevonden: in de eerste plaats heb ik het oog op Italië en Japan, die eveneens voor hun bestaan vechten. Wat het fascisme voor Italië beteekend heeft is nog moeilijk te schatten, maar zooals ik bij mijn bezoek aan Italië in 1938 reeds in mijn rede in het Palazzo Venezia gezegd heb: ik moest sidderen bij de gedachte wat uit Rome en Florence zou gewor den zijn, als het Mussolini niet gelukt zou zijn Italië voor het bolsjewisme te redden. Onze solidariteit is meer dan een „Zweckmassigkeit", zij is uit geschied kundige en cultureele saamhoorigheid geboren en daarom mag de wereld nu mijn onwrikbaar besluit vernemen: Iedere oorlog, welke tegen Italië, om welke reden dan ook, gevoerd zou worden, zou Duitschland aan de zijde van zijn vriend vinden. De pers in de democratische landen heeft zich eenige jaren geleden reeds ernstig vergist nopens het verloop van den veldtocht van Italië in Abessynië, zooals ze zich nu weer vergist heeft over den uitslag van den strijd, welken Franco in Spanje voert. Maar niet de pers in de democratische landen, maar mannen maken geschiedenis. Deze mannen zijn de vertegen woordigers van hun volleen en het nationaal- socialistische Duitschland en het fascistische Italië zijn sterk genoeg om niet alleen den vrede te handhaven, maar ook elk conflict met succes te beëindigen. Dit beteekent niet, dat wij oorlog wen- schen, maar slechts, dat wij besloten zijn onze gemeenschappelijke belangen te behartigen, doch tevens, dat wy voor- misdadige dreigementen onder geen om standigheden zullen terugdeinzen. Onze betrekkingen tot Japan zijn op dezelfde leest geschoeid en wij hopen, dat het anti- Kominternverdrag nog eenmaal het kristalli satie-punt zal worden, waaronder zich nog meer volken zullen vereenigen om het satanische .ver schijnsel van het bolsjewisme af te weren. Zou Japan vallen dan zou ook Oost-Azië voor het bosjewisme open staan en niemand, be halve de Joden, zouden daarbij gebaat zijn. Wat de verhouding met Engeland betreft, heb ik herhaaldelijk verklaard, dat het nationaal- soeialisme het Britsche rijk niet bedreigt. Ik zou het op prijs stellen, indien beide volken vol ver trouwen met elkaar konden samenwerken. Het zelfde geldt voor Frankrijk. Met Polen bestaan geen meeningsverschillen. De vijf jaar geleden gesloten overeenkomst heeft tot vi-iendschap tusschen beide landen geleid. Met Hongarije zijn wij vrienden en hebben wij gemeenschappelijke belangen. Met Joego Slavië zijn de betrekkingen veel uit gebreider geworden en zijn banden van vriend schap tot stand gebracht. Ook onze economische betrekkingen met Bulgarije, Roemenië en Tur kije zijn verbeterd. De buurlanden. „Duitschland verheugt zich er over, dat ook in- het Westen, Zuiden en Noor den vreedzame staten liggen en dat het met die landen vreedzame grenzen heeft. Onze betrekkingen met de staten in het Westen en Noorden, Bel gië, Nederland, Noorwegen, Zwe den, Denemarken en de Oostzee- sthten zijn verheugend en ook de volken in die staten hebben een afkeer van den eeuwigen oorlogsdruk en schijnen zich steeds meer terug te trekken van de frazen van den Volkenbond. Niemand kan hen meer als vrienden waardeeren dan Duitschland. Ik hoop, dat ook Tsjecho-Slowakije den weg naar innerlijke rust zal vinden en dat de ten- denzen van den vroegeren leider Benesj ver dwijnen. Hongarije en Mandsjoekwo hebben zich bij het anti-Komintern-pact aangesloten, hetgeen een nieuwe overwinning is in den strijd tegen het internationale bolsjewisme. De relaties van Duitschland met Zuid-Amerika zijn verheugend Onze verhouding met de Vereenigde Staten van Noord-Amerika lijdt onder een lastercampagne, welke als voorwendsel heeft, dat Duitschland de onafhankelijkheid of vrijheid van Amerika zou bedreigen. Wij gelooven, dat ondanks de Joodsch kapitalistische pers, geen enkele Amerikaan er aan twijfelt, dat van die beweringen geen woord waar is, Duitschland wil ook met Amerika in vredeleven. Er bestaat echter een verband met economi sche belangen. Of Duitschland met de Zuid- en Centraal-Amerikaansche staten zaken wil doen, gaat alleen die staten en ons, doch niemand an der, ook maar iets aan. (Gejuich). Overigens geloof ik, dat alle staten thans zoo veel binnenlandsche problemen hebben op te lossen, dat het voor de volken te wenschen ware, dat de verantwoordelijke staatslieden zich met hun eigen aangelegenheden bemoeiden. Evacuatie geschiedt ordelijker. Prof. Negrin in Frankrijk. Havas verneemt uit Perpignan, dat Spaan- sche autoriteiten erin geslaagd zijn, den weg van Figueras naar Le Perthus, den voornaam- sten toegansweg tot Frankrijk, die sedert vier dagen door een onontwarbaar kluwen van voer tuigen en de massa vluchtelingen was, te ont ruimen. Overeenkomstig de introducties der regeering, toonen de Fransche autoriteiten de grootste wel willendheid jegens vrouwen, kinderen en grijs aards, doch zij wijzen alle desterteurs terug. Men schat het aantal republikeinsche soldaten, die hun post verlaten hebben om de wijk te ne men naar Frankrijk, op vijfduizend. De evacuatie der vrouwen en kinderen zal van nu af aan vergemakkelijkt worden door de aankomst van 52 autobussen uit Parijs. De minister van binnenlandsche zaken Sar- raut en de minister van gezondheid Rucart zijn gistertavond uit Parijs naar Perpignan ver trokken. De Spaansche minister-president, Negrin, is gisteren in Frankrijk aan gekomen. Naar verluidt heeft hij reeds eerder eenige geheime reizen naar Fransch ge bied ondernomen om zich met de Fran sche autoriteiten in verbinding te stellen. De correspondent van United Press te Perpignan schrijft, dat volgens niet- officieele schattingen tot nu toe 35.000 vluchtelingen in Frankrijk toegelaten zijn. Laat in den namiddag kwamen gisteren te Perpignan orders binnen .volgens welke 4000 militiemannen die, in het Bellegardefort en 1800, die in de omgeving van Cerbère geïnter neerd waren, naar Catalonië moeten worden te ruggezonden. Zij zijn echter Spanje niet ver binnen en de meester trachten langs berg paden Frankrijk clandestien binnen te komen, gebruik makend van de duisternis. Over de grens heeft men, dank zij den prefect van het departement Oostelijke Pyreneeën, Didkowski, het den vluchtelingen het wachten minder hard gemaakt door voedselconvooien te organiseeren, die koud vleesch en brood over de grens aan de wachtenden die in de nabijheid der grens staan brengen. Hedenmorgen heeft men 27.000 rantsoenen brood gedistribueerd. Verder zijn verscheiden nieuwe concentratie punten ingesteld voornamelijk bij Arles sur Tech en Haras de Perpignan. Tegenstand der republikeinen wordt krachtiger. Havas verneemt van het front in Catalonië: Sedert Zondag is de tegen stand der republikeinen krachtiger geworden. De rechtsche troepen stuiten bovendien op moeilijkheden, daar liet terrein steeds meer geaccidenteerd wordt. Vooral in het noorden en het centrum van het front is het weer bovendien slecht. De troepen van Urgel opereeren halverwege tusschen Sol- sona en Berga, die van Arragon naderen den weg tusschen Berga en Vich. In den sector Manresa hebben drie internationale brigades getracht een bres in de rechtsche stellingen te maken. Zij werden echter zonder veel moeite terugge worpen. Anderzijds verneemt Reuter uit Burgos, dat de rechtschen de verovering van Castell Tersol, ten noorden van Caldas de Mombuy in den cen- tralen sector van Catalonië melden. De troepen van Franco staan, naar verklaard wordt, thans op 8 K.M. van Berga. Speciale Italiaansche correspondenten aan het Catalaansche front schrijven in verband met een communiqué, dat in Salamanca is uitgegeven betreffende internationale brigades, die versla gen zijn door de legionarissen, dat deze laat sten met groote verrassing bij de gevechten in het gebied van Granollers constateerden, dat hun tegenstanders internationale militieman schappen waren. Deze vormden n.l. die drie bri gades, welke de elfde, twaalfde en dertiende brigade vervingen, welker leden volgens de ver klaringen der republikeinsche regeering allen gerepatrieerd waren. Onder de gesneuvelde militiemannen werden geïdentificeerd Engel- schen, Franschen, Tsjechen, Noord- en Zuid- Amerikanen. Uit documenten zou voorts geble ken zijn, dat de reorganisatie der brigades tot stand is gekomen dank zij den Franschen com- munistischen afgevaardigde Marty en den repu- blikeinschen generaal Rojo, tezamen met luit.- kolonel Modesto. PROGRAMMA WOENSDAG 1 FEBRUARI 1939. HILVERSUM I, 1875 en 301,5 M. VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. VPRO. 6.30—7.00 RVU., 7.30—8.00 VPRO. 8.00 Orgelspel. (Om 8.16 Berichten). 8.30 Gramofoonmuziek, 9.30 Causerie „Onze Keu ken". 10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor Arbei ders in de continubedrijven. 11.40 Voor de werkloozen. 12.00 Gramofoonmuziek. (Om 12.15 Berichten). 12.30 Fantasia. 1.00—1.45 VARA-orkest. 2.00 Voor de vrouw. 3.15 Voor de kinderen. 5.30 Orgelspel. 6.00 Esmeralda. 6,28 Berichten. 6.30 Causerie „De practische beteekenis van de „helderziendheid". 7.00 VARA-kalender. 7.05 Gelukwenschen. 7.10 N.V.V.-praatje. 7.30 Bijbelvertellingen. 8.00 Herhaling SOS-berichten. 8.03 Berichten ANP. VARA-Varia. 8.20 Voor schakers. 8.21 Zang met pianobegeleiding. 9.00 Radiotooneel. 10.00 Berichten ANP., 10.10 VARA-orkest. 11.00—12.00 Gramofoonmuziek. HILVERSUM II. 4.15,5 M. NCRV-uitzending. 6,307.00 Onderwijsfonds voor de Scheepvaart, voor de Scheepvaart. 8.00 Schriftlezing, meditatie. 8.15 Berichten, gramofoonmuziek. (9.30—9.45 Gelukwen schen). 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoon muziek. 11.15 Ensemble v. d. Horst. (12.00 12.15 Berichten). 1.00 Gramofoonmuziek. 1.30 Het Nederland's strijkkwintet en gramofoon muziek. 3.00 Christ. Lectuur. 4.35 Zang en plano. 4.15 Gramofoonmuziek. 4.45 Felici taties. 5.00 Voor jongens en meisjes. 5.45 Gramofoonmuziek. (c.a. 6.30 Berichten). 6.30 Taalles en causerie over het Binnenaanva- ringsreglement. 7.00 Berichten. 7.15 Causerie ..Bouwen aan de volkskracht". 7.30 Gramofoon muziek. 7.45 Causerie „Leerbewerking". 8.00 Berichten ANP., herhaling. S.O.S. berichten. 8.15 Christ. Oratorium vereeniging „Con Amore." solisten en het Nederlands Kamer orkest. (9.159.40 Causerie „Mozes: de dienst knecht Gods") 10.30 Berichten ANP. 10.35 Gramofoonmuziek. 19.45 Gymnastiekles. 11.00 Gramofoonmuziek. Ca. 11.50—12.00 Schrift lezing. DROITWICH, 1500 M. 11.2511.50 Gramofoonmuziek. 12.10 BBC- Northern-orkest. en solist. 1.00 Gramofoon muziek. 1.20 Uit Stockholm: Septiman-orkest en solisten. 2.00—2.20 Declamatie. 3.10 Dans muziek (gr. pl.), 3.35 Causerie over de fabrica ge van golf-ballen. 3.50 Sectie van het BBC- Northern Ireland-orkest. en solist, 4.205.10 Vesper. 5.20 Hongaarsch Zigeunerorkest. 6.00 Gramofoonmuziek 6.20 Berichten. 6.40 Zang. 7.05 Voor knutselaars. 7.20 BBC-Theaterorkest 8.05 Actueele causerieën. 8.35 BBC-Sympho- nie-orkest. en solisten. 9.30 Berichten. 9.50 Vervolg concert. 10.40 Het Leslie Bridgewa- ter-kwintet. 11.20 Joe Loss' Band. 11.5012.20 Jazzmuziek, (gr. pl.) RADIO-PARIS, 1648 M. 8.00, 10.00 en 11.20 Gramofoonmuziek. 12.30 Zang. 1.10 Gramofoonmuziek. 1.25 Cantrelle- orkest. 1.55 Gramofoonmuziek. 2.35 Zang. 2.50 en 3.30 Gramofoonmuziek. 3.50 Viool voordracht. 4.05 en 5.05 Zang. 5.25 Derveaux- orkest. 6.35 Pianovoordracht. 7.50 Gertler- kwartet. 8.35 Zang. 3.50 Kamermuziek. 9.20 Variété-programma. 10.50 en 11.2011.35 Gra mofoonmuziek. KEULEN. 456 M. 5.50 Rheinische Landesorkest. 7,50 Gra mofoon muziek. 11.20 Bedrijfsorkest. 12.35 Omroepkleinorkest. soliste en Keulsch Piano duo. 1.302.20 Populair concert.. 2.40 Gra mofoonmuziek. 2.50 Kinderkoor. 3.20 Gramo foonmuziek. 4.50 Mannenkoor „Geselligkeït". 6.35 Gramofoonmuziek. 7.30 Arbeidsdienst orkest. 8.35 Omroeporkest en solisten. 9.35 Filmmuziek (gr. pl. 10.20 Omroep-Amuse mentsorkest en solisten. 11.202.20 ''pulair nachtconcert (opn.) BRUSSEL, 322 M. 12.20 Gramofoonmuziek. 12.50 en 1.30 Om roep dansorkest. 1.50—2.20 Gramofoonmuziek. 5.20 Zang. 5.50, 6.50 en 7.20 Gramofoonmuziek. 8.20 Conservatorium-orkest van Leuven en solist.10.3011.20 Omroepdansorkest,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 9