MET AUTO EN TENT DOOR ZUID-AFRIKA Ochtendbeurs Amsterdam DONDERDAG 2 MAART 1939 HAARD EM'S DAG BK AD 10 Bij den dokter op het Hooge Veld. Het Hooge Veld bij Ermelo (Transvaal). De boomenrijen zijn pas in de laatste jaren geplant. Door Dr. W. C. N. VAN DER SLEEN Bij den dokter op het Hooge Veld. Wij hadden hem ontmoet in het Kruger- Wildpark. waar hij op onze Hollandsche vlaggen was afgekomen. Hij zat vol verhalen over jachtavonturen, den Boerenoorlog, zijn boerde rij en de Afrikaanders, en tracteerde op lams bout, hoofdkaas en mieliespap. „En vast een paar dagen komen logeeren als jullie langs komt". En zoo reden we zuidwaarts van Carolina, richting Ermelo. Piet Retief, Vrijheid, over boomlooze oneindigheden van het Hooge Veld. Bijna alles is grasland, natuurlijk in dezen tijd geel en bruin verdord door maandenlange droogte, heeten zon neschijn en kouden sterken wind. Want de Augstusmaand zet in zooals het behoort, met sterke windvlagen uit het Zuidwesten, die het stof doen opdwarrelen over de landwegen en achter de lange spannen ploegende ossen, die zich hier en daar afteekenen tegen den horizon, gewoonlijk gevormd door een dichtbijzijnd, gol vend heuvelruggetje. Even later kijken we dan weer ver uit over geweldige kale vlakten, met hier en daar een boomsingel rondom' een boer derij. Tot wij weer een iets hoogeren heuvelrug passeeren en m'n buurvrouw zegt: „Wat staan hier veel boomen", en ik antwoord: „Mensch, dat zijn eiken". Daarop moest de conclusie zijn: „dan zwaaien we het eerstvolgende hek in, want hier moet de groote man wonen." En het was zoo en we vonden een prachtig oud Hol- landsch heerenhuis, omgeven door dennenbosch, met een heerlijk uitzicht over het golvende hooge veld, dat hier overal door boomengroe- pen afgebroken is. En we wandelen rond over de boerderij en zagen, wat er met een beetje moed en volharding van het Hooge Veld te ma ken is. Bijvoorbeeld: De slechtste plek van de heele plaats was een twintigtal jaren geleden omgeploegd en toen had men er gewoon met de hand eikels in uitgestrooid. Even ondergeëgd en nooit meer naar omgekeken. Tot na een jaar of tien de eiken vrucht begonnen te dragen. Toen werden aan de vier hoeken van het bosch lage, met zand en zoden gedekte varkensver' blijfplaatsen gemaakt, 's Morgens worden de hekken geopend en trekken de varkens het bosch in en eten zich vet aan de eikels en wat ze er nog meer uit den grond halen. Tegen den avond komen ze vanzelf naar de stallen terug, want dat is de eenige plek in den omtrek, waar water te krijgen is! Het eikenbosch levert nu plantenmateriaal voor eikengordels, die als wind breker dienst doen en bovendien worden er heel wat boompjes uit verkocht ook. En de varkens hebben prachtig doorregen spek, echte bacon- varkens, die toch lang niet kunnen opbrengen wat de brave dokter aan zijn boerderij span- deert. Maar die eigen boomen bezorgen hem toch menig voordeeltje en het is te gek om los te loo- pen, dat niet alle boeren op liet Hooge Veld zijn voorbeeld hebben gevolgd. Maar de Afrikaansche boer schijnt wat bang te zijn voor iets nieuws, anders zou het alleen aan luiheid of laksheid moeten worden toegeschreven en dat klinkt weer zoo onaardig. Bij den dokter thuis. In de groote hall van het huis hangen tal van Jachttropheeën, maar ons interesseert meer, dat er een groot houtvuur brandt. Naast de enorme schouw ligt het zware hout in een dubbele rij tot bijna tegen de zoldering opgestapeld. Dat had de oude kafferknecht gedaan, de twee laat ste dagen voor hij den dienst verliet, „want de dokter kon toch, als hij weg was, niet in de kou zitten." Aardig trouw volk toch, die kaffer bedienden! En zoo, bij de warmte van het haard vuur, tusschen een symphonie van Beethoven en een Strausswals, komen de verhalen los van een merkwaardigen levensloop. Onze dokter had juist zijn studie in Leiden beëindigd, toen de Boerenoorlog uitbrak. Hij besloot dadelijk, zich óp te geven voor een ambulance, die zou ver trekken, maar moest al spoedig merken, dat hiervoor uitsluitend de „vriendjes" in aanmer king kwamen en een buitenstaander geen kans kreeg. Maar onze dokter was er de man niet naar om zich door zoo'n kleinigheid te laten weerhou den. Hij wilde de arme gewonde boeren helpen en hij zou ze helpen. Binnen veertien dagen had hij op eigen kosten een eigen ambulance voor elkaar en scheepte zich tegelijk met de Neder- landsche ambulance te Napels in, met als ba gage verbandmiddelen, medicijnen, instrumen ten en wat er nog meer noodig kon zijn. Per soneel had hij niet, vervoermiddelen ook niet, maar toen de Nederlandsche ambulance nog met douaneformaliteiten in Lorenzo Marquez bezig was, reed hij al met een aantal vrijwilliger en een paar ezelwagens Pretoria uit. En den heelen verderen oorlog door was zijn ambulance altijd vlak achter het front. Vaak reed hij zelfs te paard met het commando mee, wanneer een achtervolging in ruw terrein het onmogelijk maakte, zoo snel met de wagens te volgen. Zoo bijvoorbeeld toen generaal Botha French op de hielen zat en voortjoeg juist door deze streek. Toen zwierf onze dokter met het commando Boeren rond, zijn zadeltasschen met medicijnen en verbandmiddelen gevuld, overal helpende, waar hulp noodig was. En een boerenplaats met name Uitkomst bracht uitkomst, hier kon 'n klein hospitaal worden ingericht, waar de tegenwoor-, dige doktersvrouw den scepter zwaaide, waar soms gebrek was aan zout en suiker en andere levensbehoeften, maar waar geholpen werd, waar liefdewerk in den ruimsten zin des woords werd verricht. En op verzoek der omringende boeren bleef de Hollander ook na den oorlog en vestigde zich als dokter-chirurg in hetzelfde gebied. Hij vertelt graag aan het haardvuur van de moei lijke dagen, toen 'n heldhaftig volk onder be droevend slechte leiding zijn wanhopigen strijd streed tegen een óók bijzonder slecht geleid, maar overtalrijk leger van tegenstanders, die zoo slecht op de hoogte waren van toestanden en vraagstukken, dat ze stom verbaasd keken, toen de eerste Boerengevangenen werden binnenge bracht en deze blanken bleken te zijn! Een veelzijdig man. De dokter bleef en bouwde zijn huis. Verza melde een geweldige bibliotheek en studeerde geschiedenis der middeleeuwen, ging op jacht in Portugeesch Afrika en probeerde jonge neus hoorns levend te vangen en ze te binden met zijn geweerriem. En hij bouwde zijn plaats uit tot een modelboerderij en probeerde de Boeren ook zoo te helpen, door hun te leeren, datgene te verbouwen wat ze zelf noodig hadden. Niet al leen eikels voor de varkens, maar ook sojaboo- nen, om de eiwithoeveelheid. in het voedsel aan te vullen. Maar landbouw en landbouwweten schap staan op een te laag peil in de Unie om met één sprong tot een modern bedrijf te kun nen worden opgevoerd. Het bedrijf in zijn geheel is te extensief. Kolossale lappen grond, zoodat een minimale opbrengst voldoende is, dat altijd het ideaal van den Zuid-Afrikaanschen boer geweest, en daarvan is men zoo maar niet ineens af te brengen, door het beste voorbeeld niet. En daartusschen heeft de dokter nog zijn drukke praktijk, voor de helft van niet betalen de patiënten natuurlijk, en was hij een prachtig voorbeeld, zijn heele leven door, van hoe geld in goede handen een zegen kan zijn voor een ruime omgeving. Maar wat onze dokter en zijns gelij ken men den besten wil niet kunnen veranderen, is, wat uit zijn verhalen ook weer zoo verbazend duidelijk blijkt, dat Zuid-Afrika steeds droger en droger wordt. Het is heel moeilijk, een juist oordeel over veranderde klimaatstoestanden te vormen uit de verhalen van zwervers, zooals de Voortrekkers en echte Boeren waren en vele Boeren r.og zijn, die elk jaar hun kudden in den drogen tijd naar betere weideplaatsen drijven. Maar onze dokter zit nu ruim twintig jaar op hetzelfde plekje en wijst ons groote open ruim ten aan in zijn eiken- en dennenbosschen, waar de zaden indertijd gewoonweg verdronken zijn en waar tegenwoordig nooit meer water staat en zelfs van moerassigen grond geen sprake meer kan zijn. En als dat zoo is, dat de grootste vijand van Zuid-Afrika, de droogte, nog steeds in kracht toeneemt, dan ziet het er met de toekomst van den landbouw in dit werelddeel wel heel treu rig uit. Thans wordt er nog over gedacht en aan gewerkt, om door groote irrigatiewerken verbe tering in den toestand te brengen, maar als de waterbronnen opdroge, valt er niets meer af te demmen of te bewaren. Veelal behelpt men zich tegenwoordig met windmolens, de zoogenaamde aëromills, maar de voorbeelden zijn al zeer tal rijk, dat deze na korten tijd, óf, niets meer, öf wat nog veel erger is. brak water gaan opleveren. Terwijl onze dokter zoo experimenteerde op mensch en dier en veld, bracht hij met zijn brave vrouw, die hij als verpleegster in den boerenoorlog had leeren waardeeren, nog zes flinke kinderen groot, die meerendeels hun weg in de wereld alweer hebben gevonden, zoodat moeder de vrouw zich weer geheel kan wijden aan den huiselijken pot. Die buitengewoon goed is enwe kregen nog een fijn stel heerlijke „Geldersche" rookworsten mee, geheel Zuid- Afrikaansch fabrikaat Weer verder. Zoo bezwaard ging het weer verder over het Hooge Veld, uren lang, met steeds hetzelfde beeld. Onafzienbare grasvlakten, slechts onder broken door de door menschenhand geplante boomrijen rondom de boerderijen. Ook hier moet het vroeger hebben gewemeld van zebra's en antilopen en moet de leeuw zijn prooi hebben geslagen uit de groote kudden wilde beesten. En hoewel de mensch zeer zeker voor een groot deel aansprakelijk moet worden gesteld voor den ondergang van den eens zoo rijken wildstand, heeft de natuur tot die ontvolking van Afrika toch ook zeer veel bijgedragen. Zoo moeten juist in deze streken tusschen 1880 en 1890 duizenden en nog eens duizenden anti lopen omgekomen zijn, omdat 2 jaren achtereen een zoo strenge winter heerschte, dat zware sneeuw, die weken lang bleef liggen, zoowel het voedselzoeken als het uitwijken naar gunstiger streken onmogelijk maakte. En dan de droogte! In 1935 nog was het in het overigens zoo gunstig bekende Zoutpansberg-district zóó droog, dat de wilde dieren alle vrees voor den mensch moes ten terzijde stellen en op de boerenplaatsen ko men drinken, om niet geheel van dorst om te komen. Voeg daar nog bij, dat een ingewands worm, die onder de schapen nogal wat narig heden kan veroorzaken, tevens oorzaak was van een groote sterfte onder de kleinere antilopen- soorten, dan hebt ge al een drietal verschillende oorzaken, waardoor het wild in deze streken in de laatste eeuw zeer sterk moet zijn verminderd. En misschien is er nog een reden. Afrika droogt langzaam uit, dat weten we, maar er zijn ook aanduidingen, dat de winters kouder wor den. En het kan verschrikkelijk koud zijn op het boomlooze Hooge Veld. Weet ge bijvooi-beeld, dat in de oude huizen, zooals Groote-Constantia en Groote Schuur, maar ook in de eigenlijke Transvaal, nergens stookplaatsen te vinden zijn behalve dan natuurlijk in de keuken? Tegen woordig moeten meer en meer hotels centrale verwarming aanleggen en brandt ook in Kaap stad in de winterdagen menig houtvuurtje een groote schouw, terwijl door minder ruim behuisden al heel wat petroleumkacheltjes dergelijke worden aangeschaft! De donkere mannen van Zuid-Afrika. Maar eigenlijk is er thans in de meeste deelen van de Unie van Zuid-Afrika geen plaats meer voor de dieren des velds. De mensch heeft alles opgeëischt voor de paar diersoorten, die vriend schap met hem hebben gesloten, of beter, die hy aan zich onderworpen heeft. En zoo is het cok met de menschen uit dit gebied. De Bosjes mannen, de Hottentotten en de Bantoes, tot welke laatste ook de Zoeloes van Dingaan en Tsjaka gerekend moeten worden, zij allen heb ben het onderspit gedolven in den strijd tegen den blanke, die niet zoozeer door zijn physieke kracht, als wel door zijn uitvindingen en zijn verstand overwon. En thans nemen de donkere mannen van Zuid-Afrika bijna overal de tweede plaats in. Ze doen het eenvoudige werk op de boerderij, bij wegenaanleg, in de mijnen, en ver dienen daar een karig loon, want het zijn men schen zonder behoeften en dat is maar goed ook. Zij zouden niet gelukkiger worden als ze onze behoeften leerden kennen, naar bezit, naar rijk dom leerden haken, die toch meestal voor hen onbereikbaar zouden zijn. 't Gelukkigst leeft de kaffer, een verzamelnaam voor al wat zwart is, nog in zijn natuurstaat, als eigenaar van een kleine kudde vee, van een stuk of wat vrouwen en een bende kinderen. En zoo kunnen wij hem nog aantreffen in de Native Reserves, in de ge deelten, die aan bepaalde stammen als woon plaats zijn aangewezen. Zoo leven de Swasies in Swasieland, tusschen Natal met Durban als hoofdplaats en Portugeesch Oost-Afrika met Lo renzo Marques. Daar leeft de Swasie nog als echte onbedorven Bantoe, alleen, hij mag geen assegaai meer dragen als hij naar een vergade ring gaat, omdat de heeren anders te graag de deugdelijkheid hunner wapens op elkaar probee- ren. En dat Swasieland ligt juist oostelijk van Ermelo en Piet Retief, waar het zoo koud was, een kleine tweeduizend meter lager, grooten- deels ook in de heuvels, die het Hooge Veld langzaam en geleidelijk in het Lage Veld doen overgaan. Dus zwaaien we maar eens linksaf en hobbelen omlaag, langs heuvelhellingen, waar steeds meer eucalyptus en acacia's staan. Al gauw komt de warmte ons tegen, de acacia's be ginnen te bloeien en vullen de lucht met hun zoeten geur. We gaan omlaag, de lente tegemoet. Want die is allang ingetreden in Natal, als op de hooge vlakten de winter nog in volle kracht woedt. (Nadruk verboden). HET TOONEEL CREMER Westerman en Zoon. H. A. N. O. reclame-actie. Winkeliers in Haarlem-Noord willen koopers trekken. De winkeliers in Haarlem-Noord hebben een reclame-actie ingezet, en deze den toepasse- lijken titel van „HANO" gegeven, welke een afkorting van Ha(arlem) No(ord) beteekent. Het bestuur van de winkeliersvereeniging „Generaal Cronjéstraat" heeft zich voor deze actie gespannen, welke zich echter niet tot de Gen. Cronjéstraat beperkt doch zich over ;eheel Haarlem-Noord uitstrekt; alle winke liers, die in het register van de Kamer van Koophandel ingeschreven staan, werden aan- eschreven om mee te doen en ook andere winkels kunnen hun medewerking aan de H.A.N.O.-actie verleenen. Thans zijn reeds 60 winkeliers bij de actie aangesloten; het systeem is al in werking ge treden en binnenkort zal de eedste der weke- lijksche uitkeeringen van premies plaats vin den. Het publiek dat in de „H.A.N.O."-winkeLs (die met een H-A.N.O.-bord te onderscheiden zijn) koopt, ontvangt bij aankoop van hetzij ;roote hetzij kleine bedragen, bonnen met punten. Deze bonnen kunnen wekelijks in een enveloppe aan het perceel Generaal Cronjéstraat 78 bezorgd worden. Er zijn series van 25. 50 en 100 punten (in overeenstem ming met de waarde, waarvoor gekocht werd) en de inzenders van het hoogste aantal pun ten in elk der series, krijgen de eerste prij zen, op één na de hoogsten de tweede prij zen, zoodat dus zoowel kleine als groote koopers prijzen kunnen verdienen. Wanneer men met een punteninzending geen prijs gewonnen heeft worden de bonnen geretourneerd en kan men deze gebruiken voor een volgende inzen ding. OPBRENGST BAZAR. Dezer dagen heeft de afd. Haarlem van de Vereeniging tot bevordering der gezond heid in de Grafische vakken in Nederland hier een bazar gehouden. Het batig saldo daarvan bedraagt f 300.98. Het huis van den dokter op het Hooge Veld. Dat een schrijver in zijn eigen stuk de hoofd rol speelt is meer gebeurd, maar dat twee auteurs die in collaboratie een tooneelspel hebben ge schreven, ook beiden de hoofdrollen vervullen, dat mag zeker een unicum worden genoemd. Dit uitzonderingsgeval hebben wij gisteren bij Cr mer gezien, waar Mevrouw Christien van Bom- mel-Kouw en Henk Bakker de rollen van moe der en zoon creëerden in het door hen geschreven tooneelspel „Westerman en Zoon". Het meest verheugende van dezen avond is wel geweest, dat de opvoering een in alle opzichten artistiek groot succes voor onze Koninklijke Letterlie vende Vereeniging is geworden en wij deze voor stelling dan ook een evenement in de dilettanten wereld mogen noemen. In December heb ik „Westerman en Zoon' een boekbespreking in ons blad reeds besproken en toen al gezegd, dat dit het beste stuk is, het welk Christien v. Bommel-Kouw en Bakker samen hebben geschreven. Ik wil hier nog eens den in houd van dit zeer knappe tooneelstulc laten volgen. Martha Westerman is een vrouw van bij de 70 jaar, die aan het hoofd van het Warenhuis „Wes terman en Zoon" staat. Zij heeft zich met al haar energie en vitaliteit aan de zaak gegeven en deze groot gemaakt en voor haar bestaat op de wereld dan ook eigenlijk niet anders dan „Westerman en Zoon". Daar offert zij alles voor op, tot zelfs het geluk van haar zoon toe. Want ook haar zoor mag volgens haar slechts één levensdoel heb ben en dat is: de groei en bloei van Westerman en Zoon. Dat zijn huwelijk daardoor ongelukkig wordt, hindert haar weinig of niet. Zij stapt over alle bezwaren heen, wanneer het de „zaak" be treft. Deze zakenvrouw is in haar onverzettelijkheid, hardheid en heerschzucht tot in de kleinste de tails door de twee auteurs prachtig geteekend. Het is een karakterrol van groot formaat. Die vrouw is misschien een uitzondering, maar zij leeft van haar voetzolen tot haar haarwortels. Zij zegt geen woord te veel of te weinig, want ook haar taal is zoo efficient, als wij enkel van zulk een zakenvrouw kunnen verwachten. Sympathiek is deze Martha Westerman niet. maar zij wordt in onze oogen een andere guur, zoodra wij weten, waarom zij haar leven offert voor „Westerman en Zoon". Want als zij op het punt staat haar zoon te verliezen, biecht zij hem, waarom zij dag en nacht werkt voor de zaak. Het is om de belofte te vervullen, die zij haar man op zijn sterfbed heeft gedaan, Wester man en Zoon groot te maken. Deze belofte beheerscht haar leven en zij brengt er alle offers aan, zelfs dat van het op geven van haar levenswerk, wanneer zij tot de ontdekking komt, dat zij te oud is geworden om de zaak nog in haar geheel te leiden. Dan treedt zij vrijwillig af en dat offer maakt haar aan het slot tot een werkelijk tragische figuur. Want zij is zoo samengegroeid met het warenhuis, dat zij haar leven breekt met deze abdicatie voor haar zoon ter wille van de zaak. Henk Bakker en Christien van Bommel-Kouw hebben dit gegeven prachtig uitgewerkt. Niet alleen in de teekening van Martha Westerman, die voluit voor ons staat als het vrouwelijke en harde zakengenie, maar ook in de schildering van het milieu van het warenhuis en het hu welijksleed van de jonge mevrouw Westerman En dat het stuk waarvan alle bedrijven bij zonder knap en sterk sluiten, ook voortreffelijk en boeiend tooneel is, heeft de voorstelling van gisteren wel overtuigend bewezen. Geen oogen- blik verslapt de spanning, aldoor zien wij „too neel" en toch en dat is het mooie blijven het steeds levende menschen voor ons, worden zij nooit abstracties of louter tooneelfiguren. Dat dit stuk aan dilettanten uitzonderlijk hoo ge eischen stelt, zal men zeker uit de bespre king wel hebben begrepen en een zoo verblij dend goed resultaat als gisteren zou niet moge lijk zijn geweest zonder zeer ernstige voorberei ding, artistieke leiding en goede speelkrachten. Over „werken in den vrijen tijd1' gespreken, wat moet er door deze liefhebbers gestudeerd, gerepeteerd, in het kort gewerkt zijn om tot een zoo voortreffelijk geheel te komen! Wat was alles tot in de details uitstekend ver zorgd, wat werden ook de kleine rollen bijzonder goed gespeeld! Ik denk hier bijvoorbeeld aan het luisteren der employés aan het slot. Zou dat ontroerende tooneel ooit een zoo diepen indruk hebben gemaakt, wanneer de sfeer van het ge heel door de „figuratie" ook niet zoo uitnemend getroffen ware geweest. En nu het spel der hoofdpersonen. Wij hoor den, dat mevr. Van Bommel in geen 15 jaar had gespeeld. Haar laatste rol was „robbedoes", het meisje van 17 jaar in het stuk van dien naam; gisteren was zij de vrouw van 70 in „Westerman en Zoon". Wanneer men dit weet, zal de bewon dering voor haar prestaties in de rol van Mar tha Westerman zeker nog meer stijgen. Kortweg voortrffelijk was zij in het eerste bedrijf, waarin zij deze kordate zakenvrouw in alles in haar kort-af spreken, de resolute gebaren, en het krachtig loopen werkelijk prachtig uitbeeld de. Daar dachten wij nauwelijks meer aan dilettanten-werk. En ook in het derde bedrijf heeft zij getoond de zware rol, ook in het meest dramatische moment te kun nen dragen. Men zag haar daar op het tooneel ouder worden en zij wist aan het slot diepen in druk te maken zonder een moment melodrama tisch te worden. Alleen de biecht in het tweede bedrijf ging althans voorloopig nog boven haar kracht Toen werd zij mevrouw Christien v. Bommel en bleef zij niet Martha Westerman. Deze door het leven geharde vrouw zou zelfs in die biecht niet sentimenteel zijn geworden, wij zouden geen tranen in haar stem hebben gehoord. Ook werd de stem van mevrouw v. Bommel in dat tooneel wat te ijl. Maar overigens, alle hulde voor haar zeer knappe creatie, waarvoor ik niet anders dan respect kan hebben. Het moet voor haar gisteren, toen zij haar eigen stuk naar het suc ces droeg, wel een heerlijke avond zijn geweest. Henk Bakker speelde den zoon. Ik wil niet zeggen, dat deze rol Bakker op het lijf is ge schreven. Integendeel, dergelijke figuren zijn feitelijk geen rollen voor Bakker, die in de eerste plaats karakterspeler is. Bakker moei zich voor zijn stukken en zijn vereeniging wel eens offers getroosten, omdat er bij Cremer nu eenmaal geen spelers zijn, die over voldoende routine en speelkracht beschikken om dergelijke rollen op te brengen. Hij speelde Jos beheerscht, met overtuiging en wanneer het zijn moest met kracht een enkelen keer, bijvoorbeeld in zijn eerste uitbarsting tegen zijn moeder zelfs met even ongemotiveerde explosieve hevigheid maar wij wenschen Cremer toch een speler toe, die alles medebrengt om de jonge mannenrollen geheel gaaf en overtuigend te spelen. Het meest volmaakte spel hebben wij giste ren van Ekie Bouwer gezien. Wat is deze actrice onder de leiding van Bakker bij Cremer ge groeid! Ik durf haar nu een der beste krachten van het dilettanten-tooneel van heel Nederland te noemen. Bij haar denkt men zelfs niet meer aan liefhebberij tooneel. Zooals zij gisteren Aimée speelde in het tweede bedrijf, zoo zou het door geen actrice van beroep verbeterd hebben kunnen worden. Het was spel, dat geheel van, binnen uitkwam en prachtig van techniek, omdat men niet meer aan tooneelspel dacht. Mijn welgemeend compliment! Crombouw gaf in de scène met Aimêe als Max Holdert eenvoudig, gereserveerd en sym pathiek tegenspel. Een zeer goed gespeelde rol. Wat werd ook Hansen, de procuratiehouder, niet voortreffelijk gegeven door den heer Nottelman. Ook deze man leefde volkomen. En wat heeft Nottelman het stuk niet zuiver afgesloten met die zeer gevoelig gezegden slotzin! Huib Tui- ninga maakte iets heel goeds van het korte scènetje van den kunstschilder en de kleinere rollen werden door de dames Annie Hensen, Anneke de Wilde, Jo Bremer en de heeren Oostwald, Stroman en Luü zeer consciëntieus gespeeld. Zoo werd het als geheel een zeer mooie avond, welke Cremer alle eer aandeed. Dit begreep ook de heer Kruishoop, die bij de huldiging van Christiene v. BommelKouw en Henk Bakker daarvan uiting gaf. En toen mevr. van Bommel daarna de spelers, het publiek en vooral den re gisseur Bakker dankte, volgde er een ovatie, zooals wij maar zelden bij Cz-emer hebben bij gewoond. Mijn gelukwenschen! En wanneer zullen wij dit stuk nu eindelijk eens bij het beroepstooneel zien? Het is eigen lijk een schande voor ons tooneel, dat een zoo sterk, Hollandsch stuk alleen door dilettanten gespeeld wordt. Welk een prachtige rol zou deze Martha Westerman voor Magda Janssen zijn! Laten wij hopen, dat Westerman en Zoon nog eenmaal te Amsterdam op het groote tooneel zal woi'den opgevoerd. J. B. SCHUIL. Zevende Haarlemsche Voorjaars- beurs. 80 firma's nemen deel. Het actieve bestuur van de afdeeling Haar lem en omstreken van de Nederlandsche Ver eeniging van Huisvrouwen organiseert van Donderdag 16 Maart tot en met Donderdag 23 Maart voor de zevende maal haar jaar lij ksch terugkeerende Voorjaarsbeu rs De Voorjaarsbeurs zal weder 7 werkdagen en telkens nam. van 1.30 tot 5.30 en van 7.30 tot 11 uur gepoend zijn. Op Zondag 19 Maart is zij gesloten. De belangstelling voor deelneming van de zijde der fabrikanten en winkeliers is weer bijzonder groot geweest en we kunnen gerust zeggen, dat deze elk jaar grooter wordt, want nu reeds zijn alle beschikbare plaatsen in de groote zaal, vestiaire en bijzalen, zoowel be neden als boven besproken. Veel nieuws zal er te zien zijn en alle be zoekers zuilen zich een of meer middagen en avonden best kunnen amuseeren. De gezellige thee- en koffieschenkerij op het podium van de firma v. Nelle zal niet ontbre ken. De firma Franken zal in de vestiaire het geheele bakkersbedrijf in werking hebben, ter wijl aan de overzijde de wasscherij „Het Kle verpark" de bezoekers zal laten zien hoe haar bedrijf werkt. In de bijzaal beneden zal door de oliefabrie- ken Calvé-Delft doorloopend gebakken en gebraden worden voor iedereen die maar proe ven wil. De expositie van de leden der Haarlemsche Broodbakkerspatroons V.reeniging belooft iets buitengewoons te worden. Waren het verleden jaar de slagers en de vischhandelaren die hun beste beentje voorzetten, ditmaal zullen het de bakkers zijn. Alle deelnemende bakkers-patroons is de zelfde tafelruimte 2 M2 toegewezen en daarop mogen zij hun artikelen étaleeren. Het publiek zal door stemming uitmaken wel ke inzending naar hun oordeel het mooist is. De stembus zal dus alweer vroeg aanwezig zijn. De bakkerspatroon die de meeste pun ten krijgt heeft den eersten prijs, de tweede den tweeden prijs. enz. Zoo zijn er zes prijzen voor de mooiste inzendingen. De prijzen voor de bakkers bestaan uit fraaie bekers met inscriptie, welke reeds gereed zijn en in za ken in velschillende deelen der stad tentoon gesteld zullen worden. Op het oogenblik ech ter staan zij in de étalage van den heer H. van Rigteren, Gen. Cronjéstraat 40, de le verancier der bekers. Voor de goede beoordeelaars hebben de bakkers echter wederkeering prijzen beschik baar gesteld en zoo zal op 22 Maart, wanneer de uitslag bekend wordt gemaakt menig be zoek (st) er der Voorjaarsbeurs verrast worden op een heerlijke taart, cake. tulband, krente- brood of een andere lekkernij. Ook het muzikale gedeelte wordt weer goed verzorgd en zoo zullen twee orkesten de vroo- ijke stemming er wel inhouden. Voor het eerst zal op de gaanderij gelegenheid geboden wor den daar een poosje te vertoeven, opdat de be zoekers ook eens rustig de drukte in de groote zaal kunnen aanschouwen. Tal van attracties zijn er verder aan de Voorjaarsbeurs verbonden. Eerste klas artis- ten zijn voor dat doel geëngageerd t.w. Tholen en Van Lier, Paul Ostra, Wiesje Bouwmeester Anny Prins en de telepaath Maloïtz. Op Don derdagavond 16 Maart geeft het mannenkoor Proza en Poëzie" haar medewerking. Ook voor de kinderen is gezorgd. Prof Ben- Ali-Libi en Hermas' poppenkast met opvoe ring van „Sneeuwwitje en de zeven dwer gen" zullen de Zaterdag- en Woensdagmiddag op 18 en 22 Maart verzorgen. Het kinderkoor „Inter Nos" zal aanwezig zijn op 22 Maart. Op Vrijdag 17 Maart zoowel des middags als 's avonds wordt door Stoutenbeek's Modehuis van het Houtplein een modeshow gegeven. Het gemeentelijk gasbedrijf geeft op Maan dag 20 Maart een kookdemonstratie en op Donderdagmiddag 23 Maart een kook- wedstrijd. ditmaal door leerlingen van de huishoudscholen. Het geheel belooft dan ook weer heel aardig te worden en op zeer druk bezoek wordt dan ook weer gerekend. Tenslotte vermelden wij nog, dat door de deelnemende firma's vele verrassingen, ge heel kosteloos zullen verstrekt worden, welke door de bezoekers direct in ontvangst kun nen worden genomen, tegen overlegging van het bonnetje, hun volgnummer, hetwelk zij bij het binnenkomen uit de automaat ontvan gen. Koersen van de Ochtendbeurs van heden van 10.30 uur tot 11.25 uur. Kon. Olie 321 H.V.A. 429—30. Java Cultuur 81 3/4. AKU 40V2—3/4. Beth. Steel 55 3/4. U.S. Steel 48 3'8—V2. Republic Steel 16 9/165/8. Paramount 8 1/4—3/8. H. O. V. Vrijdagavond a.s. zal het eerste concert van de Beethoven-cyclus worden gegeven. Op dit concert dat door Marinus Adam wordt geleid en waaraan de Russische pianist Edouard Darsky medewerkt, zal wor den uitgevoerd, de Ouverture Leonore I en n en de 8e Symphonie. De solist zal het 4e pianoconcert spelen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 16