zou Duitsche hulp
hebben ingeroepen
„Tsjechische volk onder
bescherming van Hitier'
PROCLAMATIE
VAN HITLER.
Westerman en Zoon.
W OEYS D A G 15 M AART 1939
HAARLEM'S DAGBLAD
S
Duitsche gemotoriseerde infanterie reeds onderweg
Te Berlijn wordt van welingelichte zijde te Chust vernomen, dat
het niet juist is, dat Hongaarsche troepen het plaatsje Svalava
hebben bezet. De Karpathische Oekraïne beschouwt zich als een
zelfstandige staat en heeft Duitschland verzocht onmiddellijk in te
grijpen om zijn onafhankelijkheid te doen eerbiedigen, Een
Oekraïnsch leger is gevormd uit de Oekraïnsche soldaten van het
Tsjechische leger, tezamen met de Oekraïnsche militaire organisatie
Sitch.
De gevechten tusschen Oekraïners en de Hongaren duren voort.
In Oekraïnsche kringen te Berlijn geeft men te kennen, dat men
vertrouwt op de hulp van Duitschland.
Vanochtend is een regiment gemotoriseerde Duitsche infanterie
Zlina in het Noorden van Slowakije gepasseerd, op weg naar Neutie-
schenPresov, het grensstation van Slowakije op den weg naar
de Sub-Karpathische Oekraïne.
BRATISLAVA, 15 Maart (Havas-A.N.P.) De
Hongaarsche troepen gaan voort met de bezet
ting van de Sub-Karpathische Oekraïne. Op het
oogenblik bevinden zij zich in de Latoriea-vallei.
In antwoord op het telegram, dat de minister
president van de Sub-Karpathische Oekraïne
(Roethenië), mgr. Wolosjin, gisteren aan Hitier
heeft gezonden, zijn Duitsche troepen naar de
Sub-Karpathische Oekraïne gezonden.
De minister-president van Slowakije, mgr.
Tisso, heeft de Slowaaksche autoriteiten op
dracht gegeven den doortocht van de Duitsche
troepen te vergemakkelijken.
Mobilisatie in Slowakije
De Slowaaksche minister-president
Tisso heeft de mobilisatie gelast van vijf
lichtingen van de reserve der Hlinka-
garde, ter verzekering van de veiligheid
der Slowaaksche grenzen.
Deze maatregel was noodig. aange
zien de Hongaarsche troepen, die de
Sub-Karpathische Oekraïne bezetten, de
grens van Slowakije bij Sobrance heb
ben overschreden.
DUITSCHE VLAGGEN
WAPPEREN TE PRAAG.
Snelle opmarsch fier Duitsche
troepen.
TSJECHISCHE MILITAIREN BLIJVEN IN
DE KAZERNES.
PRAAG 15 Maart (D. N. B.-A. N. P.) De
Duitsche troepen zijn vanmorgen de stad
Brünn binnengerukt. De Tsjechische generale
staf deelt het volgende mede:
Op bevel van den minister voor nationale
verdediging, Sirovy, moeten alle soldaten, offi
cieren en generaals in de kazerne blijven en
daar verdere bevelen afwachten. De in Praag
vertoevende Tsjechische generaals zijn verza
meld in het gebouw van den generalen staf. De
verordeningen betreffende de Tsjechische sol
daten en officieren gelden ook voor de gebie
den, waarin de Duitsche troepen reeds zijn bin
nengerukt. Voorloopig worden de Tsjechische
militairen niet uit deze gebieden terugge
trokken.
De Duitsche troepen, voorop gemotoriseerde
colonnes, rukken inmiddels overal snel op. Kort
na zes uur hedenmorgen werd de stad Melnik
aan de samenvloeiing van de Elbe en de Moldau
bezet. Reeds zijn de Duitsche voorhoedes in de
Praagsche voorsteden Holeschowitz en Karoli-
nental aangekomen, waar zij door de Duitschers
van Praag, in het bijzonder door de studenten
werden verwelkomd. Nergens zijn incidenten
voorgevallen. De Tsjechische bevolking houdt
zich rustig. Reeds begint de Duitsche bevol
king in Praag 'nakenkruisvlaggen uit te steken.
Om 9.45 uur zijn de eerste Duitsche voorhoe
des op de Praagsche burcht aangekomen. Om het
plein voor de burcht staan Duitsche pantserwa
gens en voor het hoofdbureau van politie zijn
ongeveer tezelider tyd drie vrachtauto's met
Duitsche politie-ol'ficieren aangekomen. De
Duitsche politie-autoriteiten hebben terstond
contact gezocht met hun Tsjechische collega's.
De toestand te Brünn op
Dinsdagavond.
Het Duitsche Nieuwsbureau meldde gis
teravond uit Brünn:
Op grond van de alarmeerende berichten
over den toestand der in de binnenstad in
gesloten Duitschers. zijn uit talrijke dorpen
rondom Brünn verscheidene duizenden
Duitsche mannen tezaamgestroomd om den
bedreigden volksgenooten te hulp te snellen,
aldus het Duitsche nieuwsbureau. Er werd
een groote optocht gevormd, die in zuidelijke
richting naar Brünn trok en die op zijn weg
door in het geheel vier Tsjechische politie-
versperringen heen brak.
Bij de vierde versperring maakten de Tsje
chen gebruik van machinegeweren. De Tsje
chen trachtten do stoet te omsingelen en
met geweld uiteen te drijven. De omsinge
ling mislukte en de betoogers deden daarop
no<* verdere vertwijfelde pogingen om al
dus het Duitsche Nieuwsbureau de bin
nenstad van Brünn binnen te dringen en
hun broeders te hulp te snellen. Er verluidde,
dat nog een dergelijke stoet van verscheidene
honderden met zeisen en schoppen bewa
pende boeren uit het Duitsche bevolkings-
eiland Wischau. ten noordoosten van Brünn
naar de Moravische hoofdstad oprukte.
Haelia en Tsjwalkofski
bij den Fuhrer.
De Tsjechische president. Hacha.
en de Tsjechische minister van bui-
tenlandsche zaken, Tsjwalkofski, zijn
gisteren per specialen trein uit Praag
te Berlijn aangekomen.
Te tien minuten over een vannacht arri
veerden zij voor de rijkskanselarij en na de
eerewacht te hebben geïnspecteerd, begaven
zij zich naar het kabinet van den Führer.
De besprekingen duurden tot kwart over vier.
waarna de beide Tsjechen zich naar hotel
Adlon begaven.
Te vijf minuten voor vier hebben Hitier,
Hacha, van Ribbentrop en Tsjwalkofski. naar
Havas meldt, de volgende overeenkomst ge
teekend:
„Op hun verzoek heeft de Führer in tegen
woordigheid van minister Von Ribbentrop,
Hacha en Tsjwalkofski ontvangen. Tijdens
de bijeenkomst is openhartig de toestand
besproken, welke is geschapen door de jong
ste gebeurtenissen in Tsjecho-Slowakije.
Beide partijen hebben de overtuiging uitge
sproken, dat het doel van alle pogingen moest
zijn het verzekeren van orde, rust en vrede
in dit deel van centraal Europa.
Hacha heeft verklaard, dat hij, om
dit doel te dienen en tot een defini
tieve pacificatie te komen het lot van
het Tsjechische volk en land in vol
vertrouwen in de handen van den
Führer legt.
De Führer heeft deze verklaring
aanvaard en heeft het besluit te ken
nen gegeven het Tsjechische volk on
der bescherming van het Duitsche
rijk te nemen. De autonome ontwik
keling overeenkomstig het eigen ka
rakter van het land, zal verzekerd
worden".
Tsjechische commissie tot herstel
der betrekkingen met Duitschland.
PRAAG, 15 Maart (D.N.B.-A.N.P.) - Tot her
stel der vriendschappelijke betrekkingen tus
schen het Tsjechische volk en het Duitsche
leaer zal binnen zeer korten tijd een eigen
Tsjechische commissie gevormd worden, waar
toe vertegenwoordigers van alle Tsjechische
groepen uit politiek en bedrijfsleven zullen be-
hooren.
Ook de vroegere minister Nocas, afgevaar
digde van de Tsjechische Arbeiderspartij, zal.
als een politicus die in de kringen der Tsjechi
sche arbeiders zeer in aanzien staat, lid van
deze commissie zijn. De commssie zal binnen
kort in het parlementsgebouw bijeenkomen.
Van Duitsche zijde zal hiervan deel uitmaken
de Praagsche advocaat Dembitzki.
Roethenië afgescheiden
Officiëele mededeeling van Praag.
Te Praag is gisteravond een officieele
verklaring gepubliceerd, waarin gezegd
wordt, dal .,de constitutioneele banden
tusschen Praag en Karpathisch Rusland
(Roethenië) hebben opgehouden te be
staan en dat Praag niet langer verplicht
is de grenzen van dit land te verdedi
gen".
„Huwelijkscontract" van den
kroonprins van Iran geteekend.
KAIRO 15 Maart (Reuter). Vanochtend is
het huwelijkscontract tusschen oen kroonprins
van Iran met de zuster van koning Farouk. prin
ses Fawzieh. geteekend in het Abdine-paleis.
Overeenkomstig de Mahomedaansche ge
woonte was de bruid hier niet bij aanwezig.
BERLIJN, 15 Maart (D.N.B.) De Führer
heeft de volgende proclamatie uitgevaardigd:
„Aan het Duitsche volk.
Nadat eerst voor eenige maanden Duitsch
land gedwongen is geweest zijn, in aaneenge
sloten nederzettingen wonende volksgenooten
in bescherming te nemen tegen de niet te
dragen terreur van het regiem in Tsjecho
Slowakije, hebben zich in de laatste weken
wederom dergelijke verschijnselen voorge
daan. Dit moest in een gebied, waar zooveel
nationaliteiten naast elkander leven, tot on
dragelijke toestanden leiden.
Als reactie op deze nieuwe aanvallen op de
vrijheid en het leven van volksgroepen, heb
ben zich deze van Praag losgemaakt. Hier
mede heeft Tsjecho Slowakije opgehouden te
bestaan.
Sedert Zondag hebben zich op vele plaat
sen woeste uitspattingen voorgedaan waaraan
wederom talrijke Duitschers ten offer vielen.
Van uur tot uur neemt het geroep om hulp
van de vervolgden toe. Uit de volkrijke Duit
sche taaleilanden, welke door de grootmoe
digheid van Duitschland in de afgeloopen
herfst bii Tsjecho Slowakije zijn gebleven,
komt wederom een stroom van vluchtelingen,
die have en goed hebben achtergelaten, naar
Duitschland. Een voortduren van dezen toe
stand moet leiden tot een verstoring van de
laatste orde, welke nog in dit gebied, waarin
Duitschland een levensbelang stelt en dat zelfs
meer dan duizend jaar deel heeft uitgemaakt
van het Duitsche rijk, heerscht.
Teneinde nu definitief een einde te maken
aan deze bedreiging van den vrede en goede
voorwaarde te scheppen voor de nieuwe orde
in dit gebied heb ik besloten vandaag Duit
sche troepen te laten binnenrukken iri Bohe-
men en Moravië. Zij zullen de terroristische
benden en de Tsjechische strijdkrachten,
welke hen beschermen ontwapenen, het leven
van alle bedreigden beschermen en de grond
slagen leggen voor het invoeren van een doel
treffende regeling, welke recht zal doen aan
de geschiedenis van duizend jaar en de prac-
tische nooden van het Duitsche en Tsjechi
sche volk
Berlijn. 15 Maart 1939.
w.g Adolf Hitler.
Bevel tot de weermacht
Aan de weermacht heeft Hitier het volgende
bevel uitgevaardigd:
„Tsjecho Slowakije bevindt zich in ontbin
ding. In Bohemen en Moravië heerscht een
onduldbare terreur tegen Duitsche volksge
nooten. Beginnende op 15 Maart 1939 zullen
daarom afdeelingen van het Duitsche leger
en van de Duitsche luchtmacht het Tsjechi
sche staatsgebied binnentrekken om daar de
levens en bezittingen van alle bewoners des
lands gelijkmatig te beveiligen. Ik verwacht
van den Duitschen soldaat dat hij zich te
genover de bewoners van het te bezetten ge-
gebied niet als een vijand beschouwt, doch
slechts als de drager van den wil der Duit
sche rijksregeering, in dit gebied de orde te
herstellen. Waar aan den intocht tegenstand
geboden zou worden, moet echter terstond met
alle middelen het verzet gebroken worden".
Valencia en omgeving
gebombardeerd.
Tal van slachtoffers.
Dinsdag heeft een tiental Savoia-
vliegtuigen de haven van Valencia
en de omringende wijken gebombar
deerd. Vijftien burgers werden ge
dood en dertig gewond.
Ook de omgeving van de stad werd
gebombardeerd, waarbij eenige bom
men terecht kwamen in het plaatsje
Afueras, waar een krankzinnigenge
sticht werd getroffen. Hierbij werden
twaalf personen gedood en meer dan
twintig gewond.
Koningin terug in Den Haag.
Met den nachttrein gearriveerd.
's-GRAVENHAGE. 15 Maart. Met den
nachttrein uit Spiesz is H.M. de Koningin van
morgen met haar gevolg te 10.38 op het station
Staatsspoor alhier gearriveerd. Van Utrecht af
waren haar wagens gekoppeld aan een speciale
locomotief. Behalve de stationschef waren er
geen autoriteiten ter begroeting aanwezig.
De Koningin heeft haar intrek genomen in
het paleis Noordeinde.
Een incident.
Toen hedenmorgen te ongeveer half elf de
auto, waarin H. M. de Koningin zich naar het
Paleis Noordeinde begaf na haar aankomst uit
Zwitserland te Den Haag, het plein voor het
paleis opzwenkte, heeft zich een klein incident
voorgedaan.
Een man trachtte op dat oogenblik de auto
van de Koningin te bereiken. Hij werd evenwel
door een brigadier van politie gegrepen. Bij on
derzoek op het politiebureau bleek hij een1
reserve-officier uit Rotterdam Ie zijn, die in
verband met een militaire kwestie een verzoek
schrift aan de Koningin wilde aanbieden. Na
verhoor is hij op vrije voeten gesteld.
Belastingen uit den
„Goeden Ouden Tijd".
Ook onze voorouders wisten
er van mee te praten.
EVENALS de ouderwetsche verzekering,
dat „buurmans leed troost" nog dik
wijls in tijden van gemeenschappelij
ke zorgen dienst moet doen, om den
bedrukten moed in te praten, zoo kan het ook
in onze eeuw van tariefs- en andere verhoo
gingen, ongetwijfeld degenen, die tegen de
optimistische verwachtingen van onze Regee
ring in de nadeelige gevolgen van de scherp
verzwaarde invoerrechten zullen ondervinden.
eenigermate tot troost strekken, datonze
voorouders er niet veel beter aan toe waren.
„Maar die goede oude tijd dan?" vraagt wel
licht menige lezer. Wel, ieder die de moeite
neemt, in oude papieren rond te snuffelen,
kan zich er telkens weer van overtuigen, dat
die goede oue tijd juist niet te constateeren is
in het tijdsbestek, dat hij zoo juist aan het be-
studeeren is. en men moge heel wat steek
proeven nemen, maar van dien befaamden
goeden ouden tijd Is zoo ongeveer nergens
iets te bespeuren. Juist toen wij een poging
hadden gedaan, eenigszins wegwijs te worden
in den doolhof van zinswendingen, welke, on
der den verzamelnaam „memorie van toe
lichting" ons vertrouwd moest maken en
misschien ook eenigszins verzoend met de
koene opwaartsche sprongen, welke de diver
se tabellen van invoerrechten in ons. van
oudsher als vrijhandelsstaat bekende landje
hadden gemaakt, kwam ons een staatsstuk in
handen uit het jaar 1813. dat het eerste re-
geeringsjaar van Koning Willem I op practi-
sche wijze moest afsluiten.
Het was n,l. het Staatsblad der Vereenigde
Nederlanden No. 17 van 23 December 1813,
„bevattende de Belastingen, welke gedurende
den jare 1814 zullen worden geheven". Wat
men ook onzen voorouders ten laste mocht
kunnen leggen, zeker niet het verwijt, dat zij
ronduit met hunne bedoelingen voor den dag
kwamen. De directe- zoowel als de indirecte
belastingen werden aangekondigd als een
„noodzakelijkheid", om ten spoedigste aan
's Lands Schatkist te verzekeren de geldmid
delen, welke dezelve in staat kunnen stellen,
om gedurende het volgende jaar 1814 te voor
zien in de vaste en gewone uitgaven, die, ter
voldoening der verschuldigde renten van de
nationale schuld, tot bestrijding der onkosten
van het inwendig bestuur, voor den Water
staat, voor de Zeemagt, mitsgaders voor de
defensie en de armee van den Staat, en der
halve ook, om een krachtdadig deel te nemen
in den Oorlog, welke voor de onafhankelijk
heid der Staten van Europa gevoerd wordt".
Ook alweer als troost voor het thans levend
geslacht, geven wij hier een verkorte opsom
ming van de belastingen, welke zoo al gehe
ven werden. Daar waren dan de „grondbelas
tingen, personele en mobilaire belastingen,
mitsgaders het regt op de Deuren en Ven
sters". Voorts het Paarden-, Plaisier- en Pas
sage-geld, welke laatste belasting toegelicht
werd ja, ook onze voorouders hielden wel
van een toelichting als volgt: „Er zal wor
den geheven een belasting op de Paarden,
welke tot vermaak, gemak, noodzakelijk ge
bruik, tot verhuring aan anderen, of tot ver
voering van passagiers,- in eigendom of in
huur worden gehouden, en zulks onder de
benaming van Paarden-, Plaisier- en Passage
geld, bij wijze van omslag en ten bedrage
eener somma van f 500.000".
Eenzelfde bedrag werd verwacht van de
heffing van Dienstboden-geld, terwijl boven
dien ook een „Regt op de Patenten" werd
geheven, waarvan de geraamde opbrengst in
dit Kon. Besl. niet genoemd werd.
Veel uitgebreider was de lijst der indirecte
belastingen. Allereerst was daar het „Regt op
het Zegel", tal van andere rechten, welke wij
maar niet alle met name zullen noemen, en
dan ook vooral niet te vergeten de „Impost"
op zout, zeep, turf, het gemaal, jenever, bui-
tenlandsche brandewijnen, wijnen, enz. Men
kende ook nog het „Regt op de Waag", als
mede op de Rondemaat.
Aan het slot van dit Kon. Besl. van Koning
Willem I kwam de volgende vermaning voor
aan alle belastingplichtigen, om niet te
trachten, op eenigerlei wijze aan den belas
tingdruk te ontkomen. De vermaning was
vervat in de volgende bewoordingen:
„Willende de goede Ingezetenen dezer Lan
den op het ernstigste vermaand hebben, om
zich in den opbrengst dezer belastingen, die
niet willekeurig, maar uit besef der hooge
noodzakelijkheid, om aan 's lands schatkist
bij tijds de noodige inkomsten te verzekeren,
van hen geheven worden, elk, voor zooveel
hem aangaat, getrouwelijk op te brengen, en
zich nu vooral te onthouden van bedriegelijke
opgaven, schandelijke sluikerijen en fijn ge
sponnen uitvlugten, om den letter der wet te
ontduiken; gedragingen, welke te allen tijde
misdadig zijn, maar die, in de tegenwoordige
oogenblikken althans, een verachtelijke ver-
waarloozing van de aangelegenste belangen
des lieven vaderlands zouden verraden".
Uit deze aansporing „gedaan in 's-Graven-
hage, den 23en December des jaars 1813, en
van Onze Regering het eerste", blijkt wel, dat
onze voorouders er al evenzeer op uit waren,
om den fiscus niet het volle pond te geven,
alssommigen uit de 20ste eeuw.
JOH. CHR. W.
Strenge straf voor dronken
automobilist.
Door Kantonrechter tot 3 weken hechtenis
veroordeeld.
In den nacht van 4 Februari hoorde een
Heemsteedsche politie-agent, die in de omge
ving van het Valkenburgerpein surveilleerde
een hevigen klap. Hij dacht dat er een ernstige
aanrijding had plaats gevonden en spoedde
zich naar het Valkenburgerplein waar hij een
auto midden op de trambaan vond staan.
De auto bevond zich tusschen de tramrails
juist bij een halte, waar anders geen verkeer
kan komen omdat de weg daar ter plaatse
cirkelvormig om een perk loopt. De auto was
eerst tegen een wissel en daarna tegen een
trammast opgebotst en aan de voorzijde vrij
ernstig beschadigd. Naast den wagen stond
de bestuurder, een 40-jarige autohandelaar
uit Haarlem, die zóó dronken was, dat de
agent hem meenam om op het politiebureau
zijn roes uit te slapen.
De autohandelaar stond hedenmorgen voor
den kantonrechter terecht wegens het over
treden van art. 22 B der Motor- en Rijwielwet
(het besturen van een motorrijtuig terwijl
men onder zoodanigen invloed van sterken
drank verkeert, dat men geacht moet worden
daartoe niet meer in staat te zijn.)
De Ambtenaar van O.M. wees er in zijn
requisitoir op, dat het nu wel van algemeene
bekendheid is, dat op overtreding van art.
22 B een vrijheidsstraf wordt opgelegd en het
rijbewijs wordt ingetrokken. Binnenkort zal
de Kantonrechter dit feit niet meer berech
ten omdat deze overtreding als „misdrijf" zal
worden gekwalificeerd en bij de strafzaken
voor de Rechtbank zal worden behandeld. Dit
was echter, volgens den Ambtenaar, niet eens
noodig geweest want ook op de „overtreding"
kan een zware straf volgen. Het publiek moet
nu eenmaal beveiligd worden.
Iemand, die dronken achter het stuur gaat
zitten brengt niet alleen zichzelf doch ook
anderen in gevaar. De verdachte is geen on
bekende en reeds tweemaal door de mazen
van het net geslipt en bij soortgelijke over
tredingen met een boete bestraft. Thans zal
echter een zware straf moeten volgen. Spr.
requireerde een maand hechtenis en 1 jaar
ontzegging van de bevoegdheid om motor
rijtuigen te besturen.
De verdediger mr. F. v. d. Goot, merkte op.
dat hij het in verschillende opzichten met den
Ambtenaar eens was. Over de hechtenisstraf
wilde hij dan ook niets zeggen. Alleen de bij
komende straf: de intrekking van het rij
bewijs achtte de verdediger te zwaai-Hierdoor
wordt immers niet alleen de verdachte doch
ook zijn gezin getroffen. Een auto-handelaar
zonder rijbewijs kan niet meer werken. Met
klem drong mr. v. d. Goot er daarom op aan
om deze bijkomende straf niet op te leggen
De Kantonrechter tenslotte veroordeelde den
verdachte tot drie weken hechtenis en tot een
half jaar ontzegging van de bevoegdheid om
motorrijtuigen te besturen
JUBILEUM J. J. VRUGT.
Heden was de heer J. J. Vrugt, werkzaam op
de afdeeling Plaatdrukkerij van Joh. En
schedé en Zonen Grafische Inrichting N.V.,
veertig jaar bij deze vennootschap in dienst.
De jubilaris werd vanmorgen door een depu
tatie uit het personeel per auto van zijn wo
ning gehaald en naar zijn afdeeling ge
bracht, waar hij met een bloemstuk van de
N.V. verwelkomd werd. Terwijl de collega's
zich om hem heen schaarden werd de heer
Vrugt door den heer F. Uittenbosch op har
telijke wijze toegesproken en namens het
personeel een fauteuil, een mand met fruit en
sigaren aangeboden. Namens de meisjes der
afdeeling werd een vaas met bloemen aange
boden, waarbij mej. Oud een gedicht voor
droeg. Vervolgens werd de jubilaris gefelici
teerd door den heer Van Vliet, bedrijfsleider
der Bankafdeeling en door den heer Van
Looy, chef der Plaatdnikkerij. Toen werd de
heer Vrugt in de directiekamer ontvangen
en gecomplimenteerd door den heer B. F.
Enschedé namens de directie, waarbij hem een
geschenk onder couvert werd aangeboden.
Het verdere gedeelte van den dag mocht de
jubilaris in den huiselijken kring doorbren
gen.
EXAMENS.
Op het te Haarlem gehouden examen aan de
Mode Academie „Erkama" gevestigd te Haar
lem Gr. Houtstraat 3rood en te Amsterdam P.
C. Hooftstraat, slaagden de navolgende can
didates voor coupeuse: mevr. Gillieron—
Harthoorn, Amsterdam, E. de Boer, Amster
dam, Fr. Cerwenka, Amsterdam, M. v. d. Aard
weg, Haarlem, A. Henzen, Haarlem, D. Lege-
beke, Haarlem, A. Petri, Haarlem, H. Reckman
Haarlem, I. Verkaaik, Haarlem, N. Wagema-
ker. Haarlem, A. Nijssen. Santpoort, N. Kra
mers, Haarlemmerliede. A. v. d. Vossen, Ben-
nebroek, N. v. d. Peet. Bennebroek. Voor
coupeuse-tailleuseG. de Vries, Haarlem.
Allen genoten hun opleiding volgens Erka
ma systeem.
NIEUW LEVEN.
Nog geen veertien dagen na de première van
„Westerman en Zoon" door Cremer, heeft de
Geheel-Onthouders-Tooneelvereeniging „Nieuw
Leven" dit sterke stuk van Christien van Bom
melKouw en Henk Bakker gisteren in onzen
Stadsschouwburg gespeeld en er eveneens een
zeer groot succes mee behaald. Hoe verleidelijk
het voor den criticus ook moge zijn een verge
lijking te trekken tusschen deze twee opvoerin
gen, zoo wil ik mij hiervan onthouden en de
voorstelling van gisteren geheel los van de door
Henk Bakker geleide première bespreken.
Nieuw Leven heeft alles gedaan om Wester
man en Zoon zoo goed mogelijk tot zijn recht
te doen komen. Zoo was er bijzonder veel werk
gemaakt van de tooneelaankleedlng en het ar
tistieke salon van Aimee dat weer eens
bewees, welk een groote aanwinst het nieuwe
décor van Van der Waals voor onzen schouw
burg is was aanleiding voor een spontaan en
langdurig open doekje. Zelfs bij de H. T. C.
zagen wij nooit een smaakvoller interieur.
Westerman en Zoon wordt zoo volkomen be-
heerscht door de rol van Martha, dat het succes
van de opvoering hiervan geheel afhangt. Het
is opmerkelijk, dat mevrouw Spierdijk het meest
bereikte in de moeilijkste tooneelen; de biecht
van haar zoon in II en het geheele slot, dat zij
zelfs voortreffelijk dramatisch en toch met
volkomen beheersching speelde. Hierdoor
was er een sterke climax in de opvoering, dank
zij ook Rie van Esch, die haar beste en meest
spontane spel gaf in haar scène met Martha
in III.
Haar levensbiecht een voor een dilettante
wel buitengewoon zware opdracht zei me
vrouw Spierdijk in zuiveren toon, strak gespan
nen zonder theatriliteit en toch met inzet van
heel haar hart. De uitbarsting kwam eerst, toen
haar zoon weg was. Dat was heel knap en het
werd alleen overtroffen in de tweede helft van
het derde bedrijf. Treffend bijvoorbeeld was
haar reactie op de beschuldiging van Aimée, dat
zij te oud was voor de zaak en heel haar spel
tot aan het slot drong oprechte bewondering af.
Hoe jammer, dachten we bij dit sterk dramatisch
spel, dat ook de inzet daar niet aan evenredig
was. Het eerste bedrijf was ook als geheel
verreweg het zwakste, doordat mevrouw Spier
dijk Martha al te scherp, te puntig en bits, te
hard en koud gaf. Zij overdreef hier door een
te sterke accentueering van de onaangename
karaktertrekken van Martha, culmineerend in
het „Hier blijven!" tot Landschot, dat als een
kartetschot klonk. Zij maakte hierdoor Martha
antipathieker dan noodig was en dit tot schade
van het geheel. Het is een kwestie van nuance
en door afdemping had de regie hier veel kun
nen verbeteren. Maar als geheel was het toch
een creatie, die mevrouw Spierdijk tot eer strekt.
Ik geloof niet, dat veel dilettanten het haar zou
den verbeteren.
Chris Vosshard had als Jos niet zijn geluk
kigsten avond. Wij zagen weer het gevaar van
de combinatie: regisseur en hoofdrol. Vosshard
was ook door gebrekkige rolkennis niet
zoo zeker vqn zijn spel als anders. Hij speelde
te gemaniereerd en hield herhaaldelijk het
tempo onnoodig tegen. Ook had hij zijn geluid
niet afgestemd op dat van mevrouw Spierdijk,
waardoor er geen voldoende eenheid in het sa
menspel altijd was.
Rie van Esch bewees ook gisteren weer, welk
een goede jonge kracht zij voor Nieuw Leven is.
Zij had uitstekende momenten vooral wanneer
zij zich zooals in III liet gaan en het niet
te mooi wilde doen. Zij hoede zich voor decla-
meeren in een rol, waardoor zij nu en dan dreigt
theatraal te worden. Hoe eenvoudiger hoe meer
van binnen uit, hoe beter en ontroerender. Zij
heeft distinctie, spreekt uitstekend, weet zich op
het tooneel te bewegen en is zeer serieus, alle
maal eigenschappen, welke niet genoeg gewaar
deerd kunnen worden. En wat zij vermag te be
reiken zagen wij in III, toen zij geheel in en
geen moment meer buiten haar rol stond.
De heer Nibbelink bracht voor de rol van Max
Holdert veel mee en speelde hem bescheiden en
gevoelig. Jammer, dat hij en Rie van Esch in
het begin wat te zacht spraken. Van der Schoef
gaf zich geheel aan het rolletje van den kunst
schilder en de heer Kerkhoff wist relief te geven
aan den trouwen procuratiehouder Hansen. Ook
de kleinere rollen waren goed bezet, zoodat zij
de voorstelling op peil hielden.
De regie van Vosshard was meer statisch dan
dynamisch. Wat meer bewogenheid zou nu en
dan geen kwaad hebben gekund.
Men denke nu vooral niet door deze aan- en
opmerkingen, dat ik geen groot respect heb voor
de opvoering van Westerman en Zoon door
Nieuw Leven. Het tegendeel is waar. Tot een
ernstige, door-dringende kritiek kan de criticus
pas komen, wanneer een opvoering waarlijk uit
stekende kwaliteiten heeft, en die had de voor
stelling van gisteren ongetwijfeld. Westerman en
Zoon is feitelijk meer een stuk voor beroepsspe
lers dan voor liefhebbers, en als een vereeniging
zulke resultaten als gisteren bereikt, mag zij
trotsch zijn op haar prestatie. Het zeer groot suc
ces gaf het bewijs van de goede vertooning en
de uitstekende kwaliteiten van het stuk.
J. B. SCHUIL.