zou Duitsche hulp hebben ingeroepen „Tsjechische volk onder bescherming van Hitier' PROCLAMATIE VAN HITLER. Westerman en Zoon. W OEYS D A G 15 M AART 1939 HAARLEM'S DAGBLAD S Duitsche gemotoriseerde infanterie reeds onderweg Te Berlijn wordt van welingelichte zijde te Chust vernomen, dat het niet juist is, dat Hongaarsche troepen het plaatsje Svalava hebben bezet. De Karpathische Oekraïne beschouwt zich als een zelfstandige staat en heeft Duitschland verzocht onmiddellijk in te grijpen om zijn onafhankelijkheid te doen eerbiedigen, Een Oekraïnsch leger is gevormd uit de Oekraïnsche soldaten van het Tsjechische leger, tezamen met de Oekraïnsche militaire organisatie Sitch. De gevechten tusschen Oekraïners en de Hongaren duren voort. In Oekraïnsche kringen te Berlijn geeft men te kennen, dat men vertrouwt op de hulp van Duitschland. Vanochtend is een regiment gemotoriseerde Duitsche infanterie Zlina in het Noorden van Slowakije gepasseerd, op weg naar Neutie- schenPresov, het grensstation van Slowakije op den weg naar de Sub-Karpathische Oekraïne. BRATISLAVA, 15 Maart (Havas-A.N.P.) De Hongaarsche troepen gaan voort met de bezet ting van de Sub-Karpathische Oekraïne. Op het oogenblik bevinden zij zich in de Latoriea-vallei. In antwoord op het telegram, dat de minister president van de Sub-Karpathische Oekraïne (Roethenië), mgr. Wolosjin, gisteren aan Hitier heeft gezonden, zijn Duitsche troepen naar de Sub-Karpathische Oekraïne gezonden. De minister-president van Slowakije, mgr. Tisso, heeft de Slowaaksche autoriteiten op dracht gegeven den doortocht van de Duitsche troepen te vergemakkelijken. Mobilisatie in Slowakije De Slowaaksche minister-president Tisso heeft de mobilisatie gelast van vijf lichtingen van de reserve der Hlinka- garde, ter verzekering van de veiligheid der Slowaaksche grenzen. Deze maatregel was noodig. aange zien de Hongaarsche troepen, die de Sub-Karpathische Oekraïne bezetten, de grens van Slowakije bij Sobrance heb ben overschreden. DUITSCHE VLAGGEN WAPPEREN TE PRAAG. Snelle opmarsch fier Duitsche troepen. TSJECHISCHE MILITAIREN BLIJVEN IN DE KAZERNES. PRAAG 15 Maart (D. N. B.-A. N. P.) De Duitsche troepen zijn vanmorgen de stad Brünn binnengerukt. De Tsjechische generale staf deelt het volgende mede: Op bevel van den minister voor nationale verdediging, Sirovy, moeten alle soldaten, offi cieren en generaals in de kazerne blijven en daar verdere bevelen afwachten. De in Praag vertoevende Tsjechische generaals zijn verza meld in het gebouw van den generalen staf. De verordeningen betreffende de Tsjechische sol daten en officieren gelden ook voor de gebie den, waarin de Duitsche troepen reeds zijn bin nengerukt. Voorloopig worden de Tsjechische militairen niet uit deze gebieden terugge trokken. De Duitsche troepen, voorop gemotoriseerde colonnes, rukken inmiddels overal snel op. Kort na zes uur hedenmorgen werd de stad Melnik aan de samenvloeiing van de Elbe en de Moldau bezet. Reeds zijn de Duitsche voorhoedes in de Praagsche voorsteden Holeschowitz en Karoli- nental aangekomen, waar zij door de Duitschers van Praag, in het bijzonder door de studenten werden verwelkomd. Nergens zijn incidenten voorgevallen. De Tsjechische bevolking houdt zich rustig. Reeds begint de Duitsche bevol king in Praag 'nakenkruisvlaggen uit te steken. Om 9.45 uur zijn de eerste Duitsche voorhoe des op de Praagsche burcht aangekomen. Om het plein voor de burcht staan Duitsche pantserwa gens en voor het hoofdbureau van politie zijn ongeveer tezelider tyd drie vrachtauto's met Duitsche politie-ol'ficieren aangekomen. De Duitsche politie-autoriteiten hebben terstond contact gezocht met hun Tsjechische collega's. De toestand te Brünn op Dinsdagavond. Het Duitsche Nieuwsbureau meldde gis teravond uit Brünn: Op grond van de alarmeerende berichten over den toestand der in de binnenstad in gesloten Duitschers. zijn uit talrijke dorpen rondom Brünn verscheidene duizenden Duitsche mannen tezaamgestroomd om den bedreigden volksgenooten te hulp te snellen, aldus het Duitsche nieuwsbureau. Er werd een groote optocht gevormd, die in zuidelijke richting naar Brünn trok en die op zijn weg door in het geheel vier Tsjechische politie- versperringen heen brak. Bij de vierde versperring maakten de Tsje chen gebruik van machinegeweren. De Tsje chen trachtten do stoet te omsingelen en met geweld uiteen te drijven. De omsinge ling mislukte en de betoogers deden daarop no<* verdere vertwijfelde pogingen om al dus het Duitsche Nieuwsbureau de bin nenstad van Brünn binnen te dringen en hun broeders te hulp te snellen. Er verluidde, dat nog een dergelijke stoet van verscheidene honderden met zeisen en schoppen bewa pende boeren uit het Duitsche bevolkings- eiland Wischau. ten noordoosten van Brünn naar de Moravische hoofdstad oprukte. Haelia en Tsjwalkofski bij den Fuhrer. De Tsjechische president. Hacha. en de Tsjechische minister van bui- tenlandsche zaken, Tsjwalkofski, zijn gisteren per specialen trein uit Praag te Berlijn aangekomen. Te tien minuten over een vannacht arri veerden zij voor de rijkskanselarij en na de eerewacht te hebben geïnspecteerd, begaven zij zich naar het kabinet van den Führer. De besprekingen duurden tot kwart over vier. waarna de beide Tsjechen zich naar hotel Adlon begaven. Te vijf minuten voor vier hebben Hitier, Hacha, van Ribbentrop en Tsjwalkofski. naar Havas meldt, de volgende overeenkomst ge teekend: „Op hun verzoek heeft de Führer in tegen woordigheid van minister Von Ribbentrop, Hacha en Tsjwalkofski ontvangen. Tijdens de bijeenkomst is openhartig de toestand besproken, welke is geschapen door de jong ste gebeurtenissen in Tsjecho-Slowakije. Beide partijen hebben de overtuiging uitge sproken, dat het doel van alle pogingen moest zijn het verzekeren van orde, rust en vrede in dit deel van centraal Europa. Hacha heeft verklaard, dat hij, om dit doel te dienen en tot een defini tieve pacificatie te komen het lot van het Tsjechische volk en land in vol vertrouwen in de handen van den Führer legt. De Führer heeft deze verklaring aanvaard en heeft het besluit te ken nen gegeven het Tsjechische volk on der bescherming van het Duitsche rijk te nemen. De autonome ontwik keling overeenkomstig het eigen ka rakter van het land, zal verzekerd worden". Tsjechische commissie tot herstel der betrekkingen met Duitschland. PRAAG, 15 Maart (D.N.B.-A.N.P.) - Tot her stel der vriendschappelijke betrekkingen tus schen het Tsjechische volk en het Duitsche leaer zal binnen zeer korten tijd een eigen Tsjechische commissie gevormd worden, waar toe vertegenwoordigers van alle Tsjechische groepen uit politiek en bedrijfsleven zullen be- hooren. Ook de vroegere minister Nocas, afgevaar digde van de Tsjechische Arbeiderspartij, zal. als een politicus die in de kringen der Tsjechi sche arbeiders zeer in aanzien staat, lid van deze commissie zijn. De commssie zal binnen kort in het parlementsgebouw bijeenkomen. Van Duitsche zijde zal hiervan deel uitmaken de Praagsche advocaat Dembitzki. Roethenië afgescheiden Officiëele mededeeling van Praag. Te Praag is gisteravond een officieele verklaring gepubliceerd, waarin gezegd wordt, dal .,de constitutioneele banden tusschen Praag en Karpathisch Rusland (Roethenië) hebben opgehouden te be staan en dat Praag niet langer verplicht is de grenzen van dit land te verdedi gen". „Huwelijkscontract" van den kroonprins van Iran geteekend. KAIRO 15 Maart (Reuter). Vanochtend is het huwelijkscontract tusschen oen kroonprins van Iran met de zuster van koning Farouk. prin ses Fawzieh. geteekend in het Abdine-paleis. Overeenkomstig de Mahomedaansche ge woonte was de bruid hier niet bij aanwezig. BERLIJN, 15 Maart (D.N.B.) De Führer heeft de volgende proclamatie uitgevaardigd: „Aan het Duitsche volk. Nadat eerst voor eenige maanden Duitsch land gedwongen is geweest zijn, in aaneenge sloten nederzettingen wonende volksgenooten in bescherming te nemen tegen de niet te dragen terreur van het regiem in Tsjecho Slowakije, hebben zich in de laatste weken wederom dergelijke verschijnselen voorge daan. Dit moest in een gebied, waar zooveel nationaliteiten naast elkander leven, tot on dragelijke toestanden leiden. Als reactie op deze nieuwe aanvallen op de vrijheid en het leven van volksgroepen, heb ben zich deze van Praag losgemaakt. Hier mede heeft Tsjecho Slowakije opgehouden te bestaan. Sedert Zondag hebben zich op vele plaat sen woeste uitspattingen voorgedaan waaraan wederom talrijke Duitschers ten offer vielen. Van uur tot uur neemt het geroep om hulp van de vervolgden toe. Uit de volkrijke Duit sche taaleilanden, welke door de grootmoe digheid van Duitschland in de afgeloopen herfst bii Tsjecho Slowakije zijn gebleven, komt wederom een stroom van vluchtelingen, die have en goed hebben achtergelaten, naar Duitschland. Een voortduren van dezen toe stand moet leiden tot een verstoring van de laatste orde, welke nog in dit gebied, waarin Duitschland een levensbelang stelt en dat zelfs meer dan duizend jaar deel heeft uitgemaakt van het Duitsche rijk, heerscht. Teneinde nu definitief een einde te maken aan deze bedreiging van den vrede en goede voorwaarde te scheppen voor de nieuwe orde in dit gebied heb ik besloten vandaag Duit sche troepen te laten binnenrukken iri Bohe- men en Moravië. Zij zullen de terroristische benden en de Tsjechische strijdkrachten, welke hen beschermen ontwapenen, het leven van alle bedreigden beschermen en de grond slagen leggen voor het invoeren van een doel treffende regeling, welke recht zal doen aan de geschiedenis van duizend jaar en de prac- tische nooden van het Duitsche en Tsjechi sche volk Berlijn. 15 Maart 1939. w.g Adolf Hitler. Bevel tot de weermacht Aan de weermacht heeft Hitier het volgende bevel uitgevaardigd: „Tsjecho Slowakije bevindt zich in ontbin ding. In Bohemen en Moravië heerscht een onduldbare terreur tegen Duitsche volksge nooten. Beginnende op 15 Maart 1939 zullen daarom afdeelingen van het Duitsche leger en van de Duitsche luchtmacht het Tsjechi sche staatsgebied binnentrekken om daar de levens en bezittingen van alle bewoners des lands gelijkmatig te beveiligen. Ik verwacht van den Duitschen soldaat dat hij zich te genover de bewoners van het te bezetten ge- gebied niet als een vijand beschouwt, doch slechts als de drager van den wil der Duit sche rijksregeering, in dit gebied de orde te herstellen. Waar aan den intocht tegenstand geboden zou worden, moet echter terstond met alle middelen het verzet gebroken worden". Valencia en omgeving gebombardeerd. Tal van slachtoffers. Dinsdag heeft een tiental Savoia- vliegtuigen de haven van Valencia en de omringende wijken gebombar deerd. Vijftien burgers werden ge dood en dertig gewond. Ook de omgeving van de stad werd gebombardeerd, waarbij eenige bom men terecht kwamen in het plaatsje Afueras, waar een krankzinnigenge sticht werd getroffen. Hierbij werden twaalf personen gedood en meer dan twintig gewond. Koningin terug in Den Haag. Met den nachttrein gearriveerd. 's-GRAVENHAGE. 15 Maart. Met den nachttrein uit Spiesz is H.M. de Koningin van morgen met haar gevolg te 10.38 op het station Staatsspoor alhier gearriveerd. Van Utrecht af waren haar wagens gekoppeld aan een speciale locomotief. Behalve de stationschef waren er geen autoriteiten ter begroeting aanwezig. De Koningin heeft haar intrek genomen in het paleis Noordeinde. Een incident. Toen hedenmorgen te ongeveer half elf de auto, waarin H. M. de Koningin zich naar het Paleis Noordeinde begaf na haar aankomst uit Zwitserland te Den Haag, het plein voor het paleis opzwenkte, heeft zich een klein incident voorgedaan. Een man trachtte op dat oogenblik de auto van de Koningin te bereiken. Hij werd evenwel door een brigadier van politie gegrepen. Bij on derzoek op het politiebureau bleek hij een1 reserve-officier uit Rotterdam Ie zijn, die in verband met een militaire kwestie een verzoek schrift aan de Koningin wilde aanbieden. Na verhoor is hij op vrije voeten gesteld. Belastingen uit den „Goeden Ouden Tijd". Ook onze voorouders wisten er van mee te praten. EVENALS de ouderwetsche verzekering, dat „buurmans leed troost" nog dik wijls in tijden van gemeenschappelij ke zorgen dienst moet doen, om den bedrukten moed in te praten, zoo kan het ook in onze eeuw van tariefs- en andere verhoo gingen, ongetwijfeld degenen, die tegen de optimistische verwachtingen van onze Regee ring in de nadeelige gevolgen van de scherp verzwaarde invoerrechten zullen ondervinden. eenigermate tot troost strekken, datonze voorouders er niet veel beter aan toe waren. „Maar die goede oude tijd dan?" vraagt wel licht menige lezer. Wel, ieder die de moeite neemt, in oude papieren rond te snuffelen, kan zich er telkens weer van overtuigen, dat die goede oue tijd juist niet te constateeren is in het tijdsbestek, dat hij zoo juist aan het be- studeeren is. en men moge heel wat steek proeven nemen, maar van dien befaamden goeden ouden tijd Is zoo ongeveer nergens iets te bespeuren. Juist toen wij een poging hadden gedaan, eenigszins wegwijs te worden in den doolhof van zinswendingen, welke, on der den verzamelnaam „memorie van toe lichting" ons vertrouwd moest maken en misschien ook eenigszins verzoend met de koene opwaartsche sprongen, welke de diver se tabellen van invoerrechten in ons. van oudsher als vrijhandelsstaat bekende landje hadden gemaakt, kwam ons een staatsstuk in handen uit het jaar 1813. dat het eerste re- geeringsjaar van Koning Willem I op practi- sche wijze moest afsluiten. Het was n,l. het Staatsblad der Vereenigde Nederlanden No. 17 van 23 December 1813, „bevattende de Belastingen, welke gedurende den jare 1814 zullen worden geheven". Wat men ook onzen voorouders ten laste mocht kunnen leggen, zeker niet het verwijt, dat zij ronduit met hunne bedoelingen voor den dag kwamen. De directe- zoowel als de indirecte belastingen werden aangekondigd als een „noodzakelijkheid", om ten spoedigste aan 's Lands Schatkist te verzekeren de geldmid delen, welke dezelve in staat kunnen stellen, om gedurende het volgende jaar 1814 te voor zien in de vaste en gewone uitgaven, die, ter voldoening der verschuldigde renten van de nationale schuld, tot bestrijding der onkosten van het inwendig bestuur, voor den Water staat, voor de Zeemagt, mitsgaders voor de defensie en de armee van den Staat, en der halve ook, om een krachtdadig deel te nemen in den Oorlog, welke voor de onafhankelijk heid der Staten van Europa gevoerd wordt". Ook alweer als troost voor het thans levend geslacht, geven wij hier een verkorte opsom ming van de belastingen, welke zoo al gehe ven werden. Daar waren dan de „grondbelas tingen, personele en mobilaire belastingen, mitsgaders het regt op de Deuren en Ven sters". Voorts het Paarden-, Plaisier- en Pas sage-geld, welke laatste belasting toegelicht werd ja, ook onze voorouders hielden wel van een toelichting als volgt: „Er zal wor den geheven een belasting op de Paarden, welke tot vermaak, gemak, noodzakelijk ge bruik, tot verhuring aan anderen, of tot ver voering van passagiers,- in eigendom of in huur worden gehouden, en zulks onder de benaming van Paarden-, Plaisier- en Passage geld, bij wijze van omslag en ten bedrage eener somma van f 500.000". Eenzelfde bedrag werd verwacht van de heffing van Dienstboden-geld, terwijl boven dien ook een „Regt op de Patenten" werd geheven, waarvan de geraamde opbrengst in dit Kon. Besl. niet genoemd werd. Veel uitgebreider was de lijst der indirecte belastingen. Allereerst was daar het „Regt op het Zegel", tal van andere rechten, welke wij maar niet alle met name zullen noemen, en dan ook vooral niet te vergeten de „Impost" op zout, zeep, turf, het gemaal, jenever, bui- tenlandsche brandewijnen, wijnen, enz. Men kende ook nog het „Regt op de Waag", als mede op de Rondemaat. Aan het slot van dit Kon. Besl. van Koning Willem I kwam de volgende vermaning voor aan alle belastingplichtigen, om niet te trachten, op eenigerlei wijze aan den belas tingdruk te ontkomen. De vermaning was vervat in de volgende bewoordingen: „Willende de goede Ingezetenen dezer Lan den op het ernstigste vermaand hebben, om zich in den opbrengst dezer belastingen, die niet willekeurig, maar uit besef der hooge noodzakelijkheid, om aan 's lands schatkist bij tijds de noodige inkomsten te verzekeren, van hen geheven worden, elk, voor zooveel hem aangaat, getrouwelijk op te brengen, en zich nu vooral te onthouden van bedriegelijke opgaven, schandelijke sluikerijen en fijn ge sponnen uitvlugten, om den letter der wet te ontduiken; gedragingen, welke te allen tijde misdadig zijn, maar die, in de tegenwoordige oogenblikken althans, een verachtelijke ver- waarloozing van de aangelegenste belangen des lieven vaderlands zouden verraden". Uit deze aansporing „gedaan in 's-Graven- hage, den 23en December des jaars 1813, en van Onze Regering het eerste", blijkt wel, dat onze voorouders er al evenzeer op uit waren, om den fiscus niet het volle pond te geven, alssommigen uit de 20ste eeuw. JOH. CHR. W. Strenge straf voor dronken automobilist. Door Kantonrechter tot 3 weken hechtenis veroordeeld. In den nacht van 4 Februari hoorde een Heemsteedsche politie-agent, die in de omge ving van het Valkenburgerpein surveilleerde een hevigen klap. Hij dacht dat er een ernstige aanrijding had plaats gevonden en spoedde zich naar het Valkenburgerplein waar hij een auto midden op de trambaan vond staan. De auto bevond zich tusschen de tramrails juist bij een halte, waar anders geen verkeer kan komen omdat de weg daar ter plaatse cirkelvormig om een perk loopt. De auto was eerst tegen een wissel en daarna tegen een trammast opgebotst en aan de voorzijde vrij ernstig beschadigd. Naast den wagen stond de bestuurder, een 40-jarige autohandelaar uit Haarlem, die zóó dronken was, dat de agent hem meenam om op het politiebureau zijn roes uit te slapen. De autohandelaar stond hedenmorgen voor den kantonrechter terecht wegens het over treden van art. 22 B der Motor- en Rijwielwet (het besturen van een motorrijtuig terwijl men onder zoodanigen invloed van sterken drank verkeert, dat men geacht moet worden daartoe niet meer in staat te zijn.) De Ambtenaar van O.M. wees er in zijn requisitoir op, dat het nu wel van algemeene bekendheid is, dat op overtreding van art. 22 B een vrijheidsstraf wordt opgelegd en het rijbewijs wordt ingetrokken. Binnenkort zal de Kantonrechter dit feit niet meer berech ten omdat deze overtreding als „misdrijf" zal worden gekwalificeerd en bij de strafzaken voor de Rechtbank zal worden behandeld. Dit was echter, volgens den Ambtenaar, niet eens noodig geweest want ook op de „overtreding" kan een zware straf volgen. Het publiek moet nu eenmaal beveiligd worden. Iemand, die dronken achter het stuur gaat zitten brengt niet alleen zichzelf doch ook anderen in gevaar. De verdachte is geen on bekende en reeds tweemaal door de mazen van het net geslipt en bij soortgelijke over tredingen met een boete bestraft. Thans zal echter een zware straf moeten volgen. Spr. requireerde een maand hechtenis en 1 jaar ontzegging van de bevoegdheid om motor rijtuigen te besturen. De verdediger mr. F. v. d. Goot, merkte op. dat hij het in verschillende opzichten met den Ambtenaar eens was. Over de hechtenisstraf wilde hij dan ook niets zeggen. Alleen de bij komende straf: de intrekking van het rij bewijs achtte de verdediger te zwaai-Hierdoor wordt immers niet alleen de verdachte doch ook zijn gezin getroffen. Een auto-handelaar zonder rijbewijs kan niet meer werken. Met klem drong mr. v. d. Goot er daarom op aan om deze bijkomende straf niet op te leggen De Kantonrechter tenslotte veroordeelde den verdachte tot drie weken hechtenis en tot een half jaar ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen JUBILEUM J. J. VRUGT. Heden was de heer J. J. Vrugt, werkzaam op de afdeeling Plaatdrukkerij van Joh. En schedé en Zonen Grafische Inrichting N.V., veertig jaar bij deze vennootschap in dienst. De jubilaris werd vanmorgen door een depu tatie uit het personeel per auto van zijn wo ning gehaald en naar zijn afdeeling ge bracht, waar hij met een bloemstuk van de N.V. verwelkomd werd. Terwijl de collega's zich om hem heen schaarden werd de heer Vrugt door den heer F. Uittenbosch op har telijke wijze toegesproken en namens het personeel een fauteuil, een mand met fruit en sigaren aangeboden. Namens de meisjes der afdeeling werd een vaas met bloemen aange boden, waarbij mej. Oud een gedicht voor droeg. Vervolgens werd de jubilaris gefelici teerd door den heer Van Vliet, bedrijfsleider der Bankafdeeling en door den heer Van Looy, chef der Plaatdnikkerij. Toen werd de heer Vrugt in de directiekamer ontvangen en gecomplimenteerd door den heer B. F. Enschedé namens de directie, waarbij hem een geschenk onder couvert werd aangeboden. Het verdere gedeelte van den dag mocht de jubilaris in den huiselijken kring doorbren gen. EXAMENS. Op het te Haarlem gehouden examen aan de Mode Academie „Erkama" gevestigd te Haar lem Gr. Houtstraat 3rood en te Amsterdam P. C. Hooftstraat, slaagden de navolgende can didates voor coupeuse: mevr. Gillieron— Harthoorn, Amsterdam, E. de Boer, Amster dam, Fr. Cerwenka, Amsterdam, M. v. d. Aard weg, Haarlem, A. Henzen, Haarlem, D. Lege- beke, Haarlem, A. Petri, Haarlem, H. Reckman Haarlem, I. Verkaaik, Haarlem, N. Wagema- ker. Haarlem, A. Nijssen. Santpoort, N. Kra mers, Haarlemmerliede. A. v. d. Vossen, Ben- nebroek, N. v. d. Peet. Bennebroek. Voor coupeuse-tailleuseG. de Vries, Haarlem. Allen genoten hun opleiding volgens Erka ma systeem. NIEUW LEVEN. Nog geen veertien dagen na de première van „Westerman en Zoon" door Cremer, heeft de Geheel-Onthouders-Tooneelvereeniging „Nieuw Leven" dit sterke stuk van Christien van Bom melKouw en Henk Bakker gisteren in onzen Stadsschouwburg gespeeld en er eveneens een zeer groot succes mee behaald. Hoe verleidelijk het voor den criticus ook moge zijn een verge lijking te trekken tusschen deze twee opvoerin gen, zoo wil ik mij hiervan onthouden en de voorstelling van gisteren geheel los van de door Henk Bakker geleide première bespreken. Nieuw Leven heeft alles gedaan om Wester man en Zoon zoo goed mogelijk tot zijn recht te doen komen. Zoo was er bijzonder veel werk gemaakt van de tooneelaankleedlng en het ar tistieke salon van Aimee dat weer eens bewees, welk een groote aanwinst het nieuwe décor van Van der Waals voor onzen schouw burg is was aanleiding voor een spontaan en langdurig open doekje. Zelfs bij de H. T. C. zagen wij nooit een smaakvoller interieur. Westerman en Zoon wordt zoo volkomen be- heerscht door de rol van Martha, dat het succes van de opvoering hiervan geheel afhangt. Het is opmerkelijk, dat mevrouw Spierdijk het meest bereikte in de moeilijkste tooneelen; de biecht van haar zoon in II en het geheele slot, dat zij zelfs voortreffelijk dramatisch en toch met volkomen beheersching speelde. Hierdoor was er een sterke climax in de opvoering, dank zij ook Rie van Esch, die haar beste en meest spontane spel gaf in haar scène met Martha in III. Haar levensbiecht een voor een dilettante wel buitengewoon zware opdracht zei me vrouw Spierdijk in zuiveren toon, strak gespan nen zonder theatriliteit en toch met inzet van heel haar hart. De uitbarsting kwam eerst, toen haar zoon weg was. Dat was heel knap en het werd alleen overtroffen in de tweede helft van het derde bedrijf. Treffend bijvoorbeeld was haar reactie op de beschuldiging van Aimée, dat zij te oud was voor de zaak en heel haar spel tot aan het slot drong oprechte bewondering af. Hoe jammer, dachten we bij dit sterk dramatisch spel, dat ook de inzet daar niet aan evenredig was. Het eerste bedrijf was ook als geheel verreweg het zwakste, doordat mevrouw Spier dijk Martha al te scherp, te puntig en bits, te hard en koud gaf. Zij overdreef hier door een te sterke accentueering van de onaangename karaktertrekken van Martha, culmineerend in het „Hier blijven!" tot Landschot, dat als een kartetschot klonk. Zij maakte hierdoor Martha antipathieker dan noodig was en dit tot schade van het geheel. Het is een kwestie van nuance en door afdemping had de regie hier veel kun nen verbeteren. Maar als geheel was het toch een creatie, die mevrouw Spierdijk tot eer strekt. Ik geloof niet, dat veel dilettanten het haar zou den verbeteren. Chris Vosshard had als Jos niet zijn geluk kigsten avond. Wij zagen weer het gevaar van de combinatie: regisseur en hoofdrol. Vosshard was ook door gebrekkige rolkennis niet zoo zeker vqn zijn spel als anders. Hij speelde te gemaniereerd en hield herhaaldelijk het tempo onnoodig tegen. Ook had hij zijn geluid niet afgestemd op dat van mevrouw Spierdijk, waardoor er geen voldoende eenheid in het sa menspel altijd was. Rie van Esch bewees ook gisteren weer, welk een goede jonge kracht zij voor Nieuw Leven is. Zij had uitstekende momenten vooral wanneer zij zich zooals in III liet gaan en het niet te mooi wilde doen. Zij hoede zich voor decla- meeren in een rol, waardoor zij nu en dan dreigt theatraal te worden. Hoe eenvoudiger hoe meer van binnen uit, hoe beter en ontroerender. Zij heeft distinctie, spreekt uitstekend, weet zich op het tooneel te bewegen en is zeer serieus, alle maal eigenschappen, welke niet genoeg gewaar deerd kunnen worden. En wat zij vermag te be reiken zagen wij in III, toen zij geheel in en geen moment meer buiten haar rol stond. De heer Nibbelink bracht voor de rol van Max Holdert veel mee en speelde hem bescheiden en gevoelig. Jammer, dat hij en Rie van Esch in het begin wat te zacht spraken. Van der Schoef gaf zich geheel aan het rolletje van den kunst schilder en de heer Kerkhoff wist relief te geven aan den trouwen procuratiehouder Hansen. Ook de kleinere rollen waren goed bezet, zoodat zij de voorstelling op peil hielden. De regie van Vosshard was meer statisch dan dynamisch. Wat meer bewogenheid zou nu en dan geen kwaad hebben gekund. Men denke nu vooral niet door deze aan- en opmerkingen, dat ik geen groot respect heb voor de opvoering van Westerman en Zoon door Nieuw Leven. Het tegendeel is waar. Tot een ernstige, door-dringende kritiek kan de criticus pas komen, wanneer een opvoering waarlijk uit stekende kwaliteiten heeft, en die had de voor stelling van gisteren ongetwijfeld. Westerman en Zoon is feitelijk meer een stuk voor beroepsspe lers dan voor liefhebbers, en als een vereeniging zulke resultaten als gisteren bereikt, mag zij trotsch zijn op haar prestatie. Het zeer groot suc ces gaf het bewijs van de goede vertooning en de uitstekende kwaliteiten van het stuk. J. B. SCHUIL.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 10