hmliat SCHAAKRUBRIEK HP ill a-> IÉ 7) HP m JU mi m s IA A A 2 KAMPEERTENTEN voor 1'3 van den Prijs Matje's Overwinning. IN MEMORIAM Zevende Concert. WOENSDAG 19 APR TE 19.19 H'AARLE M'S DAGBLAD 6 Oplossingen, bijdragen, vragen, enz. te zenden aan den Schaakredacteur van Haarlem's Dag blad, Groote Houtstraat 93, Haarlem. PROBLEEM No. 1002. (No. 9 van den wedstrijd, 52e ladder). m m A m m Mat in twee zetten. Stand der stukken: Wit: Kf 1, Df5, Ld6, Pa3, Pa4. Zwart: Ke3, e4. „De dreiging is sterker dan de uitvoering." KARL EISENBAC1L PROBLEEM No. 1003 (No. 10 van den wedstrijd, 52e ladder). A. F. Blokker (Haarlem). w Mat in drie zetten. Stand der stukken: Wit: Kf6, Da5, Thl, Lbl, Le7, Pg6, b6. Zwart: Kg8, Td6, Le4, Pd2, e5, e6, f7. Eerste publicatie. SCHAAKLITERATUUR. Theorie der schaakopeningen. Open Spelen III, door Dr. M. Euwe; bij G. B. van Goor Zonen's Uitgevers Mij., N.V. 's Gravenhage (1939). Met dit laatste (12e) deeltje is het boek over de theorie der schaakopeningen compleet. De openingen van dit werkje, zegt de groot meester. in de algemeene inleiding, worden in dt practijk zelden toegepast. In den loop der tij den is men namelijk tot het inzicht gekomen, dat, na 1 e2e4, e7e5, alleen 2. Pglf3 kans op een duurzaam initiatief biedt, terwijl de in no. 12 behandelde openingen niet vervolgen met 2. Pgl-f3. Achtereenvolgens worden besproken, op de bekende meesterlijke en toch zoo duide lijke wijze: I. Het Koningsgambiet: 2. f2f4. II. De Weener Partij: 2. Pblc3. ,111. Het Looperspel: 2. Lflc4. IV. Het Middengambiet: 2. d2d4. Aangezien er tegenwoordig slechts één enkele expert is op het gebied van de eerstgenoemde opening, aldus Dr. Euwe, heeft deze zich voor dat gambiet de medewerking van bedoelden grootmeester, namelijk R. Spielmann, verzekerd. De verschenen 12 theorieboekjes zijn evenvele parels in Calssa's kroon. OPLOSSING PROBLEEM No. 989. (No. 8 van den wedstrijd, 51e ladder). Stand der stukken: Wit: Kf5, Dc2, Pd3, Pe7. Zwart: Ke3, Ld6, b4, b7, d5, g2, g3. (Dr. A. Bayersdorfer, 18421901) 1. Pb3e5, Ld6xe5; 2. Kf5g4, enz. Ld6xe7; 2. Dc2dl, enz. Ke3d4; 2. Dc2—d3f, enz. b7b5: 2. Pe5g4ri enz. g2glD.; 2. Pe7xd5f, enz. OPLOSSING PROBLEEM No. 990. (No. 9 van den wedstrijd, 51e ladder). Stand der stukken: Wit: Kb5, Da5. Ld3, Pf2.' Zwart: Kdó, Pal, e6. (G. Heathcote, Kingswear). 1. Ld3h7, Kd5d4; 2. Da5d2f, enz. Kd5e5; 2. Da5c7f, .enz. e6e5; 2. Lh7g8f, enz. anders; 2. Da5d8f, enz. Beide problemen goed opgelost door: H. J. S. Beck en M. H. Wiersema, beiden te Bloemendaal; B. Amelung, A. v. Baren. J. J. H. Bauer, A. F. Blokker, J. Buma, W. J. Bijster. C. v. Dort, H. W. v. Dort, J. Hillebrand, F. W. Hoogerbeets. J. ten Hove, C. Hovingh Jr., G. Huizing Jr., J. H. Meilink. Frits J. Mondriaan, A. J. Mooy, P. Rot teveel, J. Schippers en C. Warlé, allen te Haar lem: L. A. Patoir, te Heemstede; T. Z. Zwerus, te Hoofddorp: H. F. Antonisse, J. Germeraad. mej. D. M. Graafland en K. Siegerist, allen te Santpoort; Joh. B. Pennock, te Utrecht (allen zes punten). Voorts is Probleem no. 989 goed opgelost door D. Boterbloem, J. W. Derogee, Joh. Kok Jr. Mart. J. Lürsen en J. Voigt, allen te Haarlem, H. F. Zeylstra, te Santpoort (allen drie punten Ten slotte is Probleem no. 990 goed opgelost door: E, J, Akkerboom, F. F. Groos, K. Koe- dooder, A. Veerman en C. F. Weber, allen te Haarlem: F. D. Kat en C. de Vries, beiden te Heemstede; G. Staalenhoef, te Hillegom (allen drie punten). CORRESSPONDENTIE. Bloemendaal. M. H. W. Voor den wedstrijd is niet voldoende alléén den sleutelzet van drie- zetters te vermelden. Drouwen (Dr.) B. v. R. Op 1. Pe7xd5i, Ke3d4; 2. Dc2e2 antwoordt Zwart 2. Kd4c4 waarna mat niet volgt (989); I. Da5c3 faalt na 1.Kdód6; op 2. Ld3e4 volgt 2.Kd6e7 waarna geen mat (990). Haarlem. W. J. B. De oplossing van no. 983 ontbrak aan uw geregelde inzendingen, der halve blijkbaar door u vergeten in te zenden. Joh. K. Jr. Na 1. Pf2—g4, e6—e5; 2. Da5- -a«i, Kd5d4 is er geen mat. C. S. G. N. 1. K<"5- g4 faalt na. 1,Ld6xe7 (989); na 1. Daó— c7. Palb3; 2. Pf2e4. Pb3d4 staat Wit schaak, zoodat 3. Pe4f6j niet gespeeld mag worden (hoewel ook dan geen mat, want Kd5efi). A K. v. O. Op 1. Pf2g4, Kd5d4; 2. Da5d2 antwoordt Zwart 2. Palb3 waarna geen mat. A. C. S. In No. 984 volgt op 1. Kd5c6; 2. b7b8 Paard t en mat. J. V. Op 1. Da5—c7, Pal—b3: 2. Pf2—dl volgt Pb3d4t. Hillegom. G. S. Uw 3-zet (Indisch thema) is te eenvoudig voor publicatie. No. 991 is een moeilijke 3-zet. Na sluiting der LEIPZIGER MESSE kregen wij weder gloednieuwe (Iets smoezelig, showroom en demonstratie, courante maten, volle garantie THE INDIANA WORKS HAARLEM ZIJLWEG 111 (Adv Ingez. Med./ VOETBAL. NEDERLAND—BELGIË. Het Belgisrh elftal samengesteld. Het Belgisch elftal, dat Zondag 23 April te Amsterdam in het Olympisch Stadion tegen Ne derland uitkomt, is als volgt samengesteld: Doel: Badjou (Daring) Achter: Paverick (Antwerp F. C.) en Van Ca- lenberg (Anderlecht). Midden: Van Alphen (Beerschot), Stijnen (Olympic Charleroi) en Paul Henry (Daring) Vóór: Fiévez (White Star), Voorhoof (Liersche Sportkring), Capelle (Standard), Raymond Braine (Beerschot) en Buyle (Daring). Als reserves zijn aangewezen Deraedt (Gan- toise), Jonckers (F. C. Mechelen),, Gommers (Beerschot) en Isemborghs (Beerschot). In het elftal, dat enkele weken geleden te Antwerpen tegen Nederland uitkwam, is dus «-'°chts één wijziging gekomen, n.l. de bezetting van de linksbuitenplaats. Buyle neemt de plaats van Isemborghs in, die naar de reserves is verwezen. JEUGDWEDSTRIJD NEDERLANDBELGIë Het Belgisch jeugdelftal dat Zondag 23 April ie Amsterdam tegen de Nederlandsche jeugd- ploeg uitkomt, is als volgt samengesteld: Doel: Meert (Anderlecht) Achter: Van Vaerenberg (Anderlecht) en Van Drom (Berchem Sport). Midden: Lanckman (Daring), Bonten (Tie nen) en Massez (Standard Luik) Vóór: Geuns (Antwerp F. C.), Jansens (An derlecht), Cop (Boom), Van den Eynde (Liersche Sportkring) en Mermans (Tubantia). Reserves zijn van Han (F. C. Luik), Verstrae- ten (F. C. Luik), Vermeulen (F. C. Mechelen) en Gonzalez (Olympic Charleroi). HET PROGRAMMA VOOR ZONDAG AFDEELING I Promotie reserve tweede klasse: EDO 2—DWS 2 (half elf). SCHAKEN. Het touriiooi te Margate. FLOHR EN KERES HEBBEN DE LEIDING Uit Margate: In de zesde ronde wisten Flohr en Keres, beiden met zwart spelend, hun partij te winnen resp. van Sergeant en Golombek en aangezien Capablanca en sir George Thomas het niet verder dan tot remise wisten te brengen, staan Flohr en Kerese thans bovenaan met 4Vs uit 6. In een damegambiet wist sir George Thomas, met zwart spelend, niet meer dan remise tegen Vera Menchik te bereiken. De partij duurde 37 zetten. Flohr behandelde een Spaansche partij van Sergeant uitstekend; na 38 zetten moest de En- gelschman zich gewonnen geven. Wheatcroft nam het damegambiet van Naj- dorf aan. De Engelschman, die nog steeds op het eerste halve puntje wacht, verloor ook nu. Milner BarryCapablanca was een Siciliaan- tje, welke na 29 zetten in remise eindigde. Voor de eerste maal in de hoofdgroep werd de Gruenfeld-verdediging toegepast en wel in de partij tusschen Golombek en Keres; het werd een zware partij, welke door Keres na 60 zetten gewonnen werd. De uitslagen luiden: Hoofdgroep, zesde ronde: Vera MenchikSir George Thomas Vs1h SergeantFlohr 01 NajdorfWheatcroft 10 Milner BarryCapablanca VaV» GolombekKeres 01 De stand luidt: 1 en 2 Flohr en Keres, beiden 4'pnt.; 3 en 4 Sir George Thomas en Capa blanca, beiden 4 pnt.; 5, 6 en 7 Milner Barry, Sergeant en Najdorf, allen 3 punten; 8. Vera Menchik 2 pnt.: 9. Golombek 1 pnt. plus 1 afge broken partij; lO.Wheatcroft 0 pnt. plus 1 afge broken pariij. Premier reserves groep a. Zevende ronde: Van ScheltingaWood V»1/a Achtste ronde: PrinsThomas 01 KoblenzLandau VaVa ParrVan Scheltinga afgebroken in gelijken stand. Premier reserves groep b. Achtste ronde: Dr. MulderZalys 01. Van DoesburghOpocensky 10 Premier reservesgroep c. Achtste ronde: Sonja GrafSchelfhout 01. HAARL. KORFBALBOND OVERZICHT SENIOREN Bijna de helft van het aantal vastgestelde wedstrijden moest afgelast worden wegens ver schillende omstandigheden, zoodat het program ma niet zoo opschiet, als de ijverige competitie leider wel zou willen. Voor de eerste klasse blijft Watervliet meedingen naar de hoogste plaats door Animo-Ready op eigen veld te verslaan met 20. Palvu keerde van het O. K.-terrein terug met een 32 nederlaag, zoodat OK 4 een plaatsje steeg. In de 2e klasse won Aurora 2 met 40 van Haarlem 3. De uitslagen voor de lagere series waren: Oost hoekMeerlebosch 2 22 en THB 3N. Flora 3 3—1. Palvu 2Aurora 4 21. Stand le klasse Senioren: gesp. gew. gel. verl. pnt. v.-t. gem. Aurora 13 31 0 2 22 47—16 1.69 Watervliet 15 10 4 1 24 42—24 1.60 Palvu 15 8 5 2 21 37—20 1.40 O. K. 4 15 8 3 4 19 44—34 1.27 A. Ready 14 6 3 5 15 35—21 1.07 Meerlebosch 14 4 0 10 8 2134 0.57 N. Flora 14 4 0 10 3 31—58 0.57 Haarlem 2 13 1- 4 8 6 16—37 0.46 T. H. B. 2 13 1 1 11 3 17—46 0.21 OVERZICHT ADSPIRANTEN Voor de competitie konden de vastgestelde wedstrijden doorgaan. De kampioenen Aurora onnen van Animo Ready b met 30. Haarlem c en Meerlebosch c verdeelden de punten 00. OK c verloor op eigen terrein van Meerlebosch b met 30. De stand is nu geworden: DERDE KLASSE Aurora 13 12 1 0 25 75—3 1.921 N. Flora 10 7 1 2 15 2&—8 1.50; Meerlebosch b 10 6 1 3 13 24—17 1.30 S. V. b 8 3 1 4 7 21—6 0.88 Haarlem c 9 3 1 5 7 733 0,78 Meerlebosch c 7 1 0 6 2 447 0.43 O. IC. c 8 0 1 7 1 1—33 0.13 i Animo R. b. 5 0 0 5 0 215 0.— j De nacompetitie gaf slechts één uitslag, n.l. SV—THB 3—1. (Adv. Ingez. Med.) GYMNASTIEK. KEUZE-WEDSTRIJD K. T. K. De keuze-wedstrijd voor heeren uit den Ken- nemer Turnkring heeft, vrijwel kunnen beant woorden aan de bedoeling, een ploeg samen te stellen voor den wedstrijd tegen de reserves van den Amsterdamschen Turnbond op 30 Mei in Haarlem en voor den driekampwedstrijd op 6 Mei in Zandvoort. Dit doel werd evenwel niet geheel bereikt, want enkele van de beste turners bleken onverwacht verhinderd te zijn door mili tairen dienst. Deze keuze-wedstrijd, waarin vooral betrok- ken waren de leden van het onder leiding van den heer P. van Duijn staande oefenkorps K. T. K.. vond plaats in de zaal van de le H. B. S.-B. Wedstrijdleider was de heer J. W. Duijff; als jury-leden traden op de heeren J. J. van Doorn, P. Dijkstra en B. J. Wieland Los. De turners moesten de onderdeelen verwerken, die aangewezen zijn voor den A. T. B. wedstrijd en voor den driekringenwedstrijden, dus met oefeningen naar keuze aan hoogbrug, hoogrek, ringen (stil) en paard benevens een vrije oefe ning en een paardsprong (lengte-termplin). Nieuwe gezichtspunten sinds vorig jaar deden zich niet voor. Een uitzondering moet evenwel gemaakt worden ten aanzien van J. van der Starre van Turnlust, Haarlem, welke vereeni- ging ook overigens in dezen wedstrijd kranig werk verrichtte. Hoewel enkele kleinigheden in verschillende oefeningen nog voor verbetering in aanmerking komen, is de ploeg in elk geval sterker dan vorig jaar tegen den A. T. B. en vermoedelijk zelfs beter dan in den vorigen driekringenwed strijd, ondanks de noodzaak van het opnemen van invallers. De uitslag van den wedstrijd wees 't grootste gedeelte aan van degenen, die in de vertegen woordigende ploeg zullen worden opgenomen, n.l. 1. J. v. d. Starre (Turnlust), 2. F. Guit (Bato), 3. A. van Zadel (B. G. V.), 4. S. van Looij (Turnlust), 5. O. Brink (O. S. S.), 6. J. Timmermans (Turnlust), 7. W. van Houten (Bato), 8. B. Stouten (Turnlust)., 9. H. Stoffer (Turnlust). VERGADERING K. T. K. Het bestuur en de Technische Commissie van den Kennemer Turnkring kwamen bijeen o.a ter vaststelling van de ploegen, die den K. T. K. zullen vertegenwoordigen in den wedstrijd tegen den A. T. B. en in den driekringenwedstrijd. Voor eerstgenoemden wedstrijd, waarvoor tien turners noodig zijn, komen in aanmerking de beste negen van den keuze-wedstrijd (zie hier voor bovenstaand verslag) en P. van Duijn, kring-kampioen. Zoo mogelijk worden evenwel enkele van genoemd negental vervangen door J. de Kruijff (Bato) en L. Silvis (Turnlust). Reserves zijn R. Voorn en W. Glas van O. S. S. en A. van Niekerken van Olympia. Voor den driekringenwedstrijd zijn 8 turners noodig en deze worden aangewezen naar aanleiding van den uitslag van den wedstrijd tegen den A. T. B. Wat de damesploeg betreft werd besloten, alleen die turnsters op te nemen, die deelna men aan den wedstrijd HaarlemRest. Die ploeg werd dan ook als volgt samengesteld: 1 C. van IConingsbruggen (O. S. S.) 2. C. Kwant (Concordia) ,3. S. Smit (Concordia), 4. T. van Leeuwen (Olympia), 5. A. Nol (T. V. S.), 6. Th. FortgensSmal (Bato), 7. C. Swart (Bato), 8. J. v. d. Ham (Turnlust). Reserves zijn E. Sta rink (T. V. S.), R. Bakker (Olympia), C. Toe poel (Bato) en J. Knape (Turnlust). Als jury-leden voor den driekringenwedstrijd (K. T. K.Alkmaar e.o.Zuiderkwartier) zul len worden uitgenoodigd de heeren Jac. Schenke, M. Jacobs, L. J. H. Stiens, G. Kleerekoper en J. H. A. G. Schmidt, allen uit Amsterdam. (UN/T EN 1ETTEREN. HET TOONEEL V. Z. O. D. Vóór den aanvang der voorstelling van V. Z. O. D. in het gebouw Sint Bavo heeft de regis seur, de heer Th. Dammiaans, gisteren eenige gevoelvolle woorden gewijd aan de nagedach tenis van de groote actrice, die ons dien morgen was ontvallen. Het publiek heeft staande deze woorden aangehoord en daarmee zijn stille hulde gebracht aan mevrouw Theo Mann Bouwmeester. Na deze sympathieke geste ging het doek op voor de vertooning van Matje's Overwinning, een kluchtig spel van W. K. F. de Boo. Matje moge dan gisteren overwonnen hebben, de heer De Boo deed het niet, want zyn stuk een „eersteling" naar wij vernamen ware beter in portefeuille gebleven. Wij kunnen het prijzen in een vereeniging, dat zij een schrijver een kans wil geven, maar eenige voorzichtigheid daarmee blijkt toch wel geboden Dat een actrice, om ervaring op te doen voor haar nieuwe rol van dienstbode, bij haar directeur .als „tweede meisje" in betrekking gaat zonder herkend te worden, is al erg onwaarschijnlijk, maar wij zijn bereid dit vrij onmogelijke gegeven voor een klucht, nog te accepteeren, wanneer de auteur er iets aardigs van maakt, maar dat is in deze klucht allerminst het geval. De handeling ver loopt zeer traag, de eigenlijke humor is ver te zoeken en de dialoog die soms wel heel erg huisbakken klinkt is eerder flauw dan gees tig. Het zou ons niet veel moeite kosten Matje's Overwinning critisch geheel uit een te rafelen, maar dit lijkt ons voor een zoo onbeholpen stuk overbodig. De opvoering bewees trouwens overtuigend, dat de keuze van den leider van V. Z. O. D. ditmaal een vergissing was. V. Z. O. D. heeft betere voorstellingen gegeven dan die van gisteren. Om een vuist te maken moet er een hand zijn en omdat er feitelijk geen stuk was. moeten wij het hieraan voor een groot deel wijten, dat de spelers dit keer er zoo veel minder van terecht brachten dan anders. Maar men heeft er toch ook niet al te veel moeite voor gedaan. De rolkennis liet zeer veel te wen- schen over, van samenspel was weinig of geen sprake het tempo was tweemaal te langzaam en van typeering was niet veel te merken. Zoo had Frits Hofman al heel weinig van een schouw burgdirecteur en ook de actrices brachten niet veel van de plankensfeer met zich mee op het tooneel. Het best bracht mevrouw Dammiaans het er nog af als Matje. Zij speelde het slonzige, dom me dienstmeisje wel grappig en het lachsucce; dat overigens maar matig was was voor het grootste deel aan haar te danken. Ook de heer Van den Eykhof bracht als Toontje, de tooneel knecht nu en dan wat leven in de brouwerij, maar overigens was het gisteren een vrij saaie en dul'fe vertooning. Nee, V. Z. O. D. heeft her haaldelijk bewezen het beter te kunnen en wij rekenen dus op een revanche bij een volgende voorstelling. En dan met een sterker stuk dan Matje's Overwinning. J. B. SCHUIL. SCHILDERKUNST. N. Baslert. De schild.er Nicolaas Bastert is in zijn woning te Loenen aan de Vecht op 85-jarigen leeftijd overleden. Hij verliet die woning de laatste paar jaren niet vaalc meer om buiten zijn dorp op be zoek te gaan of exposities te bezoeken; hij had niet meer den kraehügen gang van weleer; maar overigenshand en geest waren nog van een zeldzame, cordate paraatheid. Zijn doodsbericht lezend, zie ik zijn handschrift voor me: een prachtig, forsch, gelijkmatig schrift, zooals ik het veertig jaar gekend heb en zooals ik het nimmer van eenigen anderen tachtigjarige zag: slechts zijn laatste vriendelijk belangstellende briefje, dat ik een week of zes, zeven geleden mocht ontvangen, had voor het eerst iets be verigs, maar van ziek zijn sprak hij niet. Bastert heeft in velerlei opzicht een gelukkig leven gehad waarop imsschien de eeinge scha duw geworpen is door het hem niet verborgen gebleven feit dat in de publieke waardeering van de kunst die hem lief was en die een zelfstandig deel uitmaakte van die der Hagenaars, een ken tering was gekomen. Hem., die aan de glorie van hun grooten tijd had deel gehad, moest de ver warde veelzijdigheid van een latere kunstpro ductie verwondering baren, al zou zijn innerlijke beschaving hem er steeds voor behoeden die verwondering tot ergernis, spijtigheid of veroor deeling te doen uitgroeien. Naar het uiterlijk zoowel als naar het innerlijk bleef Bastert een gentleman, die zich als artist bewust bleef tot een prachtigen kring behoort te hebben, aan de glorie waarvan op den duur niet te tornen zou zijn. Als ik hem wel eens schertsend den laatste der Mohikanen noemde, kon hij daar glimla chend mee instemmen: het kon echter niet an ders of in die instemming moest een weinigje treurigheid verborgen blijven. Zijn werk is ook den Haarlemmers niet on bekend gebleven. Met zijn vriend A. L. Koster heeft hij eenige malen op de Waag exposities van beider werk ingericht, die veel belangstel ling ondervonden. Maar ook zonder dat zou het den kunstliefhebbers bekend geweest zijn, want de schilderijen van Bastert, zijn landschappen met Vecht-, Waal-, op IJselgezichten hebben een eigen stempel; men herkent ze onmiddellijk. De zijne is een door-en-door gezonde kunst. Even zuiver van kleur als eenvoudig van factuur zou men ze bijna van een romantische nuchterheid willen noemen: twee elkaar bestrijdende eigen schappen, die, vreedzaam vereend, zoozeer het Hollandsch karakter kenmerken. En Hollandsch was Bastert's kunst wel in sterke mate. vandaar dat ze op buitenlandsche tentoonstellingen steeds opviel en vooral in Amerika zeer gewaardeerd werd. Aanvankelijk niet voor de kunstbeoefening als beroep bestemd, kreeg hij, na wat teekenlessen bij een dorpsgenoot, van zijn vader verlof bij Marinus Heijl in Amsterdam te gaan studeeren. Iets later sloot hij vriendschap met Poggenbeek, en met den interieurschilder Kever en den jong gestorven Hanrath vormden zij een quartet van kunstenaars-vrienden die later behalve Han rath dan schilders van naam zouden worden. Ook met Breitner, die één jaar jonger was, ver keerde Bastert, vooral in de Amsterdamsche ja ren, veel. Ik geloof niet dat Bastert ooit vijan den gehad heeft of na-ijverige rivalen. Hij bleef steeds dezelfde, had iets van een Franschen landjonker vereenzelvigd met den artist. Jaren lang woonde hij te Nieuwersluis op Rupelmon- de en een heerlijkheid zou herr. niet misstaan hebben. Overigens heeft het hem aan onder scheidingen in binnen- en buitenland niet ont broken en ook de Nederlandsche regeering heeft zich bij verschillende gelegenheden, niet onbe tuigd gelaten. Een mooi en sterk leven is be ëindigd; het Werk zal blijven als een afspiege ling daarvan en van de periode waarin dat leven bloeide. J. H. DE BOIS. MUZIEK Haarlemsche Bachvereeniging Af en toe is van verschillende zijden de op merking gemaakt, dat "net bestuur der Haarlem sche Bachvereeniging den naam van haar schutspatroon niet genoeg in eere hield, d. w. z., dat Bach's werken te zelden op de programma's harer concerten voorkwamen. Of voor deze opmerking goede gronden aanwezig zijn, wil ik buiten beschouwing laten: voor de beoordeeling zou een volledig overzicht van de programma's der laatste jaren noodig zijn. Maar zelfs indien een onderzoek daarvan tot de conclusie zou lei den, dat de opmerking gegrond is, zelfs dan zou het onredelijk schijnen om er een verwijt aan het adres van het bestuur in te zien. Want in de samenstelling der programma's hebben de dirigenten ook een woordje mee te spreken. En dat zulk een dirigentenwoordje in vele gevallen een dictatoriale kracht bezit mogen we gerust aannemen. Zoo zal de vervanging van de tevo ren aangekondigde Vierde Symphonie van Brahms door diens Eerste die in de laatste jaren vaker dan de Vierde op een Bachconcert werd uitgevoerd wel niet geheel met de wen- schen van het bestuur gestrookt hebben. Gelukkig kwamen de twee werken van Bach, die op het programma van dit laatste Bachcon cert stonden, wèl tot uitvoering. In dezelfde bezetting als Dinsdagavond waren ze den avond te voren voor de microfoon van den radio- omroep uitgevoerd en dus hadden ze de proef •eeds doorstaan. De wereldlijke Cantate no. 202, die met de tekstwoorden: „Weichet nur, betrübte Schatten" begmt, is door Bach ter gelegenheid eener huwelijksvoltrekking geschreven. Zij be staat uit vijf, door vier recitatieven verbonden, aria's voor solo-sopraan, waarbij zich in de eerste en vierde aria een solo-hobo, in de derde een solo-viool voegt; de begeleiding is in de aria's aan het strijkorkest, in de recitatieven aan het door een paar cello's versterkte clavecin toe vertrouwd. De eerste aria heeft een bijzondere klankschoonheid. De arpeggio's der violen illustreeren het optrekken der nevels; daarbo ven klinken de meiismen der hobo als het gezang der leeuwerik; de melodie der zang stem verkondigt lenteweelde en geluk. In de tweede aria is het voortijlen van „Phoebus mit schnellen Pferden" weergegeven door een le vendige figuur in 12/8 maat; deze figuur is overgenomen uit het slotdeel der 6de Sonate voor viool en klavier. De zangstem vermeit zich vooral in de derde aria in fraaie coloraturen; de zesde aria is een door haar relatieve eenvoudig heid treffende epiloog. Het wonderreine stem geluid en de prachtige techniek van To v. d. Sluys bleken voor de vertolking dezer muziek bij uitstek geschikt, al mogen we niet verzwij gen dat zij in 't begin niet tot volle ontplooiing van haar stemvolume scheen te komen. De Suite in b kl. t. hebben we dezen winter ook op een der H. O. V.-concerten gehoord, en ik moet eerlijk bekennen, dat deze vertolking die onder leiding van Antoon Verhey plaats had me beter in stijl scheen en derhalve meer bevredigde, dan die van het Concert gebouworkest onder Mengelberg's leiding. Tech nisch voortreffelijk waren ze allebei. Maar welken zin heeft het, om deze voor kleine be zetting gedachte muziek te laten uitvoeren door een reusachtig orkest met 8 contrabassen en waaraan nog de medewerking van een groot orgel is toegevoegd? De Ouverture kreeg er door de gewichtig heid van het openingsstuk der Matthaeus- Passion in stee van de inleiding eener reeks van dansvormen. En in plaats van twee waren er vier of vijf fluiten in actie om evenwicht met de rest van het kolossale apparaat te vormen. Grootscheid en geweldigheid kunnen goed en mooi zijn, maar kunnen niet steeds gemotiveerd schijnen. Prachtig klonk de Hymne „Salve Regina" van Rudolf Mengelberg. De orkestpartij is m dit werk zeer sober gehouden maar die soberheid sloot rijkdom aan kleur allerminst uit. Invloe den van Brahms en Mahler schijnen er in aanwezig; de meiismen der solo-sopraanpartij herinneren bijwijlen aan uit synagogale zangen ontsproten Gregoriaansche melodieën, maar als geheel treft de muziek dezer Hymne den hoor der door haar warmte en haar welluidendheid. We hoorden dit werk vroeger al eens op een concert der R. K. O. V., waar Ankie v. Wicke- voort Crommelin de sopraanpartij zong; de stralende stem en de prachtige voordracht van To v. d. Sluys deden de schoonheden er van opnieuw overtuigend uitkomen. Van Brahms' Eerste Symphonie werden het tweede en het derde hoofddeel mooi vertolkt. Het eerste Allegro en de Finale schenen tel kens niet goed vooruit te komen. Stijgingen wisselden af met inzinkingen; de temponuan- ceeringen groeiden soms uit tot ze de eenheid haast dreigden te verstoren. Daartegenover staat dat de thematische structuur en de orkestratie zeer duidelijk geëxposeerd werden. Aan Willem Mengelberg is dat waarlijk wel toe vertrouwd. Hij dirigeerde de Symphonie uit het hoofd. To v. d. Sluys en Rud. Mengelberg werden na uitvoering der Hymne warm gehuldigd. K. DE JONG. GEERT HOOGEVEEN Alléén Mr. CORNELISSTRAAT 54 - TELEF. 16270. (Adv. Ingez. Med.) Cem. Zangvereeniging „Vox Humana". Met medewerking van het Santpoort's Gem. dubbelkwartet gaf „Vox Humana", het bekende Santpoorter koor, een uitvoering in hotel „Zomerlust". Met de componisten, wier werken werden uitgevoerd, bevonden wij ons in voornaam gezelschap. Onder de oude meesters waren het: Palestrina, Luca Marenzio, Giovanni Croce; onder de modernen waren de voor naamste: Brahms, Loots, terwijl onder de Hollandsche componisten Cornelis Dopper geen slecht figuur maakte. Het krachtig bezette „Vox Humana" heeft de oude concoursdraken laten rusten. Het is zijn tijd en zijn werklust in dienst gaan stel len van de altijd belangrijke koormuziek als ..Lentedauw" en „In Speculo" van Philip Loots. In het eerstgenoemde werk waren het de prachtig aangebrachte kleurschakeeringen, die verrukten. En met voorbeeldige trefzeker heid werden de langs elkaar heen glijdende stemmen saamgesmolten tot een klankgeheel dat steeds weer het oor bekoorde. De kundige koorleider Joh. Brands laat genoegzame vrij heid aan de zelfstandige stemmen, maar ver smaadt ook niet, waar 't pas geeft, den mas- sa'.en klank. In de bewogenheid van Loots' muziek werden het de muzikale rustpunten, die een belangrijk bestanddeel zijn van deze muziek. In „Lentedauw" bracht Loots die aan 't slot van elke strofe, terwijl de aanvang daarvan steeds een interessante stemmengang is, die een mooie contrastwerking naar 't slot moge lijk maakt. Joh. Brands heeft dit terecht ge zien; hij gaf ons van „Lentedauw" een weer gave. die hooge bevrediging schonk, temeer ook omdat het koor een prachtigen klank ontwikkelde. Als uitvoering mag ook het werk van Com. Dopper met eere genoemd worden. Hier waren het vooral de bassen die loffelijk werk lever den. Maar ik heb me weer afgevraagd, of de energie, die wordt gebruikt om muziek van Bonset en van Wierts te zingen, niet uitslui tend kan worden gebruikt om werk van zuiver gehalte uit te voerën, muziek die de belang stelling van zanger zoowel als van luisteraar ;aande houdt, Was bij Bonset („Waterlelie" is nog lang niet zijn slechtste werk) en bij Wierts (wiens „Vlaamsche Kermis" hier in dubbelen zin uit den toon viel) de attentie bij den hoor der slechts matig, bij Loots was dit dadelijk heel anders: er was warme waardeering. een blijde en hartelijke bijval. Ook bij „In Speculo" gaven de Santpoortsche luisteraars blijken van hun goeden smaak en ontwikkeld opmer kingsvermogen. Want het koor zong dit veel- eischend werk met juist tekstbegrip en in stra- lenden klank. Slechts bij de slotstrofe („Mijn ooge zal eens vol u zien"), mag in den opzet het mannenkoor, dat hier hoog ligt, minder klank ontwikkelen, wijl het anders het vrou wenkoor geheel verdrukt Overigens was ook in dit werk overal de juiste klankverhouding, waarmee Joh. Brands andermaal bewees dat het koor een willig werktuig in zijn handen is. Zijn collega H. J. Arisz toonde hetzelfde in het veeleischend „O sacrum convivium" van Giovanni Croce. Het dubbelbezet kwartet zong de veeleischende polyfonie verbluffend zeker. Dat gold ook van de twee deelen uit Palestri- na's hooggeroemde Missa (zesstemmig). En evenals in „Hodie Christus natus est" was de klank van dit ensemble bijzonder mooi en was het een genot, de stemmen te volgen, die met groote zekerheid haar veeleischend werk deden. Bij Brahms (In stiller Nacht) vraagt niet de stemvoering de aandacht. Zeer terecht was 't hier de samenklank, die ons herinnerde aan het beste wat we onlangs hoorden te Sant poort tijdens het concert van den Bond van Zangkwartetten. Het behoeft geen nader betoog, dat beide zangensembles de volle aandacht van de in woners van Santpoort verdienen. De zaal had beter bezet mogen zijn. G. J. KALT.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 10