geregeld Vervanging van dienstplichtigen Wet Autovervoer-Personen aangenomen. •Systeem reeds •in werking Minister van Buuren lijdt echter een echec met de wijziging der Electriciteitswet. VRIJDAG 28 AP RID 1935 HA'SR'CEWS DAGBEAD 3 (Van onzen specialen verslaggever). Een kort bericht in de dagbladen Dat was alles, waarmede een voor de op 10 April j.l. onder de wapenen geroepen dienst plichtigen zeer belangrijk bericht in de pers werd gepubliceerd: de regeling van de vervanging, de verloven en de vrijstellingen van personeel, dat buitengewoon is opgeroepen ten behoeve van de uitwendige veiligheid van Nederland. Enkele dagen geleden nam men er kennis van dat op het Departement van Defensie deze materie onder de loupe was genomen. Gisteren reeds is, in een persconferentie ten Departe- mente van Buitenlandsche Zaken in Den Haag, een uiteenzetting gegeven door den kapitein van den Generalen Staf K. van Rijn en dooi den heer P. A. Ravelli, referendaris bij het De partement van Defensie, over de voorloopige regeling van de vervanging, verloven en vrij stellingen, een regeling, die als het ware binnen enkele etmalen uit den grond is gestampt en die ten duidelijkste doet uitkomen, dat Minister Van Dijk ook wel degelijk rekening wil houden met de persoonlijke belangen van degenen die, ter versterking van de grenstroepen en de kust wacht, opgeroepen werden. Ontegenzeggelijk valt dit laatste toe te jui chen, omdat een maandenlange afwezigheid uit een zaak of huis, voor velen een economischen achteruitgang zoo niet ondergang! betee- kent. Dat men op het Departement van Minister Van Dijk in een waar ijltempo gezocht heeft naar een oplossing voor een probleem, dat stellig in veler harten brandt, is van het allergrootste belang. Ook voor den geest onder de troepen. Dat hoe kan het anders? de ontwerpers van-het systeem, dat thans weldra in de practijk in toe passing zal worden gebracht, er van overtuigd zijn, dat er wellicht maanden voorbij zullen gaan, vóór men kan zeggen, dat alles op rolletjes loopt, is, gezien den korten tijd van voorberei ding, niet te verwonderen. De hoofdzaak is en blijft, dat op het Departement van Defensie en niet in de laatste plaats door den Minister getoond wordt, dat men ook daar wel dege lijk beseft, dat er iets gevonden moest worden om de vaak groote persoonlijke belangen der dienstplichtigen te behartigen. In theorie al gereed, ja, al aan 't werk. Het was kapitein Van Rijn, die als eerste de gelegenheid benutte om een nadere toelichting te geven op de thans in theorie gereed liggende regeling, waarvan de voorbereidende maatregelen reeds ten uitvoer zijn gebracht. Kapitein Van Rijn begon met er op te wijzen, dat de ontworpen regeling van zoodanigen aard moest zijn, dat de militaire belangen in geen enkel opzicht geschaad zouden worden. Daarom is in de eerste plaats gedacht aan vrijwilligers, d.w.z. dat deze ruilen met de dienstplichtigen, welke reeds in actieven dienst zijn en wier zakelijk of huiselijk belang het dringend nood zakelijk maakt hen in het genot van verlof te stellen. Natuurlijk kan niet verwacht worden dat er zich voldoende vrijwilligers zullen aanmelden, zoodat men daarnaast de mogelijkheid wil openen om werklooze dienstplichtigen op te roepen, te meer omdat van de laatsten verwacht kan wor den, dat zij met minder groote belangen rekening hebben tehouden, dan degenen, die thans onder de wapenen geroepen zijn. Het is niet gemakkelijk geweest op korten termijn een goede regeling te ontwerpen. En de critiek op de thans gevonden oplossing, zal, naar kapitein Van Rijn verwachtte, wel niet uit blijven. Men moet echter nimmer vergeten, dat het zeer moeilijk is, om zoowel 't belang van Defensie Minister Van Dijk als de verant woordelijke man daarvoor, had ook kunnen zeggen, dat hij er niet over dacht om zulk een regeling te treffen! en de persoonlijke be langen van de dienstplichtigen te dienen. Het moet zóó zijn, dat er voor een verwisseling van dienstplichtigen gezorgd wordt, zonder af breuk te doen aan de paraatheid van onze weer macht aan de grenzen en aan de kust, want de eventueele mobilisatie mag niet gevaar loopen verstoord te worden. Daarom is in het vervangingssysteem als uitgangspunt gekozen: voor eiken man aan de grenzen of aan de kust, die weggaat, moet er een terugkomen, of met andere woorden: de sterkte van de huidige troepen aan de grenzen en aan de kust blijft dezelfde. De Minister-President, dr. H. Colijn, heeft in zijn radio-rede op 10 April, reeds gezegd, dat in den op dien dag in het leven geroepen toestand, voorloopig wel geen wijziging zou komen. Voorloopig is het in verband met den internatio nalen politieken toestand en de wijze, waarop door verschillende landen kan worden opgetre den, voor een land als Nederland, dat zijn zelf- standigheidspolitielc wil handhaven, noodzake lijk, bij een plotselingen inval voldoende weer stand aan de grens te bieden, om de mobilisatie ten uitvoer te brengen. De troepen, welke thans aan de grenzen en aan de kust gelegerd zijn, zullen ons grondgebied zelfstandig moeten ver dedigen. Onder de opperste leiding van afdeeling B van het Departement van Defensie, dus den Gene ralen Staf, is thans tijdelijk een bureau (B(uitengewone) O (proeping) U(itwendige) V(eiligheid)) opgericht. Dit bureau zal de aan vragen behandelen van de dienstplichtigen, die met groot-verlof willen gaan, speciaal ten aan zien van hun vervanging. Hierbij gaat men uit van het principe, dat alleen sprake kan zijn van vanvanging, wanneer de vervanger ongeveer denzelfden leeftijd, denzelfden rang, dezelfde op leiding als de te vervangen dienstplichtige heeft. Een tirailleur zal men dus niet remplaceeren door een mitraillist, of omgekeerd. Voor de dienstplichtigen zij hierbij opgemerkt, dat waar alleen de lichtingen 1924 tot en met 1938 aan gewezen werden om een gedeelte van hun dienst plichtigen af te staan voor den dienst aan de grenzen of aan de kust, hun vervangers ook tot die lichtingen moeten behooren. Voor de reserve officieren is een andere regeling getroffen. Na een voorloopige aankondiging van de regeling, zijn er op het Departement van Defen sie reeds honderden aanvragen om verlof bin nengekomen. Anderzijds zijn er ook tallooze brieven van werklooze dienstplichtigen, die zich vrijwilig bereid verklaren tot vervanging. Zoo las kapitein Van Rijn een treffenden brief voor van een werklooze, waarop bereids goedgunstig beschikt was. Door het B. O. U. V. is reeds met de registratie van dengenen, die op verlof aandringen, begon nen. Daartoe is een kaartsysteem uitgedacht, waarbij het Departement volledig op de hoogte gesteld wordt wie inderdaad vervangen kunnen of moeten worden en wie er daarvoor in de plaats komt. Werkloozen houden hun volle steunbedrag Een uitzondering. Bij eenige corpsen, waartoe o.a. ook de lucht doelartillerie, de kustartillerie, de luchtvaart troepen en het 3de regiment genietroepen be hooren, zal de mogelijkheid van vervanging vrij gering zijn, aangezien deze vrijwel geheel zijn opgeroepen. Voorts is door het B. O. U. V. aan de burge meesters van alle gemeenten gevraagd een op gave van het aantal dienstplichtige werkloozen. opdat men, indien de vervanging in de practijk gaat werken, over alle gegevens beschikt. Naar raming zal men ten Departemente binnen niet al te langen tijd de gegevens, betreffende onge veer 35.000 werklooze dienstplichtigen, in zijn bezit hebben. Voor degenen, die:zich vrijwillig voor de ver vanging opgaven, diene, dat zij dit verzoek aan den Minister van Defensie op ongezegeld papier kunnen doen, waarbij men, behalve den ge slachtsnaam, de voornamen (voluit), het adres, de woonplaats en aan de hand van het zak boekje den rang, de lichting, de mobilisatiebe stemming, eventueele bijzondere functie en het regiment moet opgeven. Bovendien moeten deze vrijwilligers er reke ning mede houden, dat zij pas op verlof kunnen rekenen, indien de belangen van den militairen dienst dit gedoogen. Iets anaders is het natuur lijk wanneer een werkloos dienstplichtige, die vrijwillig gaat vervangen of ter vervanging op geroepen wordt, een betrekking kan krijgen. Dan gaat hij behooren tot de velen, die een dringen de reden hebben om met verlof te gaan en kan hij daartoe schriftelijk den wensch te kennen geven. Vrijstellingen en verloven. Door den heer P. A. Ravelli, die met de rege ling van de vrijstellingen en de verloven belast is, werd vervolgens een overzicht gegeven van den gang van zaken hieromtrent: Hierbij geldt in de eerste plaats, dat elk ver zoek om klein-, respectievelijk groot-verlof, dat bij het Departement inkomt, gaat naar de ad viesinstanties, in dit geval den directeur-gene raal van den arbeid, den inspecteur-generaal voor de scheepvaart of naar den burgemeester van de gemeente, waarin de betreffende dienst plichtige zijn bedrijf of beroep uitoefent, Een beslissing omtrent het verzoek om vrij stelling, c.q. verlof wordt pas genomen, als de kaart met het advies is teruggekomen. Natuur lijk zullen de meest ernstige verzoeken het eerst in behandeling komen, voor zoover deze al niet in behandeling genomen zijn. Men houde er ech ter rekening mede, dat het speciale bureau voor den dienstplicht, hiertoe opgericht, met onge schoolde krachten werkt, terwijl reeds onmid dellijk met een zeer grooten achterstand is be gonnen. 't Departement kon onmogelijk voorbe reid zijn op den stroom van verzoeken, die eiken dag binnen komt en steeds meer rijst. Daarom moge een dringend beroep gedaan wor den. om, wanneer een beslissing lang uit blijft, zich niet telegrafisch, telefonisch of per soonlijk met het Departement te verstaan, aan gezien op die wijze den gang van zaken ver traagd wordt. Dat de meest ernstige verzoeken het eerst be handeld worden, houdt in, dat de minder be langrijke voorloopig op zijde gelegd zullen wor den. Het wil echter niet zeggen, dat op de laat ste afwijzend beschikt zal worden. Integendeel, een lang uitblijven van de beslissing beteekent, dat men zooveel mogelijk tracht om aan den ge- uiten wensch te voldoen. Moeten de dienstplichtigen, die onder de wa penen geroepen zijn hun verzoek om vrijstelling of verlof via hun onmiddellijken commandant aan den Minister doen, anders is het gesteld met bedrijfsleiders, die voor hun personeel verlof willen vragen. Deze kunnen zich rechtstreeks tot den Minister van Defensie richten, daarbij opgevende hoeveel leden van het personeel in totaal onder de wapenen zijn. Ten aanzien van eiken man, waarvoor verlof gevraagd wordt, moeten dezelfde gegevens verstrekt worden als de dienstplichtigen opgeven, nl. geslachtsnaam, voornamen (voluit), lichting, gemeente waar voor hij is ingelijfd, het corps, waartoe hij be hoort, 't legeronderdeel, waarbij hij thans is in gedeeld en zijn burgeradres. Komt op het Departement de kaart met het advies van de daarbij betrokken instanties terug en sinds Dinsdag is dit reeds aan den gang dan wordt de beslissing zoo snel mogelijk geno men, waarbij dan met den leider van 't B.O.U.V. naar een plaatsvervanger ruilobject wordt gezocht. Is deze er, dan gaat de verlofsbeslissing dadelijk naar den commandant. De aanvrager behoeft niet te wachten tot de plaatsvervanger aanwezig is! En wanneer er geen plaatsvervanger is? Dan komt de kaart bij den heer Ravelli terug, waar na deze overweegt of de omstandigheden ernstig genoeg zijn om het gevraagde verlof toch te ver- leenen, dan wel of gewacht kan worden tot een geschikt ruilobject aanwezig is. Het eerste zal stellig slechts in sporadische gevallen plaats hebben. Tenslotte deed de heer Ravelli een ernstig be roep op de werkgevers en op 't geheele Neder- landsche volk, daarbij naar voren brengend, dat het al een heel slechte belooning zou zijn, om de opgeroepenen hetzij te ontslaan, hetzij, wan neer zij een zaak of een winkel drijven, die door hun afwezigheid gehandicapt is, als klant weg te loopen. Wanneer de "vervanging definitief ingaat, is momenteel niet te zeggen. Vermoedelijk zal daar nog wel eenigen tijd mede gemoeid zijn, ook al, omdat de arbeid, die met deze regeling gepaard gaat, van zeer omvangrijken aard is. Voorts moge er op gewezen worden, dat alleen het De partement van Defensie beslist, welke dienst plichtigen vervangen zullen worden en wie hen vervangen zullen. Van een remplagantensysteem zooals dit vroeger in zwang was en waarbij de goed gesitueerden een remplagant betaalden, is dus geen sprake! De steun blijft gehandhaafd. De werklooze dienstplichtigen, die, wanneer er zich niet genoeg vrijwilligers aanmelden om hen te vervangen, die thans in dienst zijn en voor wie verlof dringend geboden is, zijn voor een grooter of kleiner deel in de steunregeling opgenomen. De heer Oosterhoff, hoofdambtenaar bij het Departement van Defensie, deelde hier over mede, dat de Ministers van Defensie en van Sociale Zaken overeengekomen zijn, dat de steun van de werklooze dienstplichtigen, die opgeroe pen zullen worden, dan wel reeds onder de wa penen zijn, gewoon doorgaat. Ook in de kost winnersvergoeding zal geen wijziging worden gebracht. Financieel nadeel zullen de gezinnen van de werkloozen dus niet hebben. Integendeel: de militaire inkomsten zullen niet op den steun in mindering worden gebracht. Wel zal de steun zich aan de gezinsomstandig heden blijven aanpassen. Wanneer van een werklooze, die zich onder de wapenen bevindt, twee kinderen een betrekking zouden krijgen, dan zal daarbij wel rekening worden gehouden wat de steun betreft. Met de onder-officieren staat de zaak ook an ders. Zij genieten een behoorlijk inkomen, waar van een gedeelte aan het gezin ten goede zal komen, zoodat daarmede wel rekening gehouden zal worden. Het is evenwel zeker, dat Sociale Zaken met de steunregeling de uiterste soepelheid zal be trachten, een standpunt, waarvoor men niet an ders dan waardeering zal kunnen hebben! (Nadruk verboden). TWEEDE KAMER Hi. (S.O.A.P.) DE TOESTAND VAN GENERAAL SNIJDERS Naar wij vernemen maakt generaal Snijders, die momenteel verpleegd wordt in het diaco- nessenhuis te Hilversum, het naar omstandig heden goed. Het begon met een nederlaagje voor den Minister. Mr. Diepenhorst (a.r.)smaakte het genoegen zijn, mede door Ir. v. L i d t h de J e u d e (lib.) warm aanbevolen amendement om aan Gedeputeerde Staten een stem in het kapitel te geven van de commissie, die over ver- gunnings-aanvragen heeft te beslissen, met 5030 aangenomen te zien. Noch het verzet van den heer v. Braambeek (soc.), die vond, dat Gedeputeerden zich niet met dergelijke locale belangen moesten bezig houden, noch de tegenstand van den Mi nister, welke hoogstens iets voelde voor een adviseerende stem, mocht baten. Met de socialisten stemden al leen de christen-demo craten en eenige katho lieken tegen. Een ander belangrijk amendement-Diepen horst wilde in de wet een naderen norm opne men, hierop neerkomen de, dat een vergunning steeds zal worden ver leend, tenzij hierdoor een duurzame en rede lijke voorziening in de vervoers-behoefte zou worden geschaad. Minister van Buren gaf de voorkeur aan een andere formuleering, te we ten, dat geen weigering van een vergunning zou plaats hebben tenzij in het belang van een duur zame en redelijke voorziening in de vervoers behoefte. Aldus zou toch het beginsel van de ordening meer op den voorgrond staan. De heer Braambeek (s.d.) had het amendement als destructief bestreden „men kan dan net zoo goed tegen de wet stemmen", zei hij. Hij ontmoette in zekeren zin bijval bij den heer Ebels (v.d.), terwijl daarentegen Mr. v. D ij k e (a.r.) den amendement-voorsteller kwam bijvallen, waar op deze z'n voorstel wijzigde overeenkomstig 's Ministers raad. De s.d. woordvoerder-spoorwegkampioen wenschte voor omkeering van den bewijslast te zorgen door de bepaling: „de vergunning wordt verleend, in dien daardoor de duurzame en rede lijke voorziening in de vervoers-behoefte wordt bevorderd". Zoodoende zal de vergunning-aan vrager dit laatste dan moeten bewijzen eer hij het ja-woord zal kunnen krijgen om een auto- dienst te mogen gaan onderhouden. Mr. Diepenhorst bleef volhouden, dat zijn amendement beter was, dan het zooeven vermelde sub-amendement. Het concessiestelsel moet alleen het hooge gezag kunnen doen ingrijpen in het alge meen belang en overi gens dient te blijven, vrijheid en blijheid voor het autobus-be drijf. Met 2165 ver wierp de Kamer het sub-amendement v. Braambeek (slechts de sociaal-democraten stemden voor), waarna dezelfde meerderheid meening met het amen dement-Diepenhorst. Ir. Bongaerts (R.K.) wilde dat niet alleen begin- en eind punt van een aan te vragen autobus-verbinding moet vaststaan, maar ook de te volgen weg. Mr. S we ens (R.K.) bepleitte een amendement om de betreffende gemeentebesturen door de vergunnings-commis- sie te doen hooren over begin- en eindpunt als mede over de halte-plaatsen. Beide amendemen- JHf. Ir O. C A Lldtfi Jeuio (Vnihsidtbo.-^ Zijde-importeur bewandelde niet den rechten weg. Van vergissing gebruik gemaakt om goederen in zijn bezit te krijgen. Een zijde-importeur te Amsterdam die een zaak heeft op de Heeren gracht heeft gebruik willen maken van een foutieve afgifte van een stel cognos sementen door een bank, om druk uit te oefe nen op een Japansche zijde-firma en deze voor een leverantie niet te betalen uit rancune voor de levering van een vorige zending zijde, ter waarde van achtduizend gulden, waarover hij niet tevreden was. De politie heeft den man als verdacht van verduistering c.q. oplichting aangehouden. De importeur ontving de zijde van een Ja pansche firma, welke een filiaal heeft te Lyon. In Februari werd hem door bemiddeling van een reederij een partij zijde ter waarde van f 8.000 toegezonden. Zooals gebruikelijk, had het filiaal de cognossementen naar een Bank te Amsterdam gestuurd en de importeur kon dan na storting van het verschuldigde bij deze Bank de noodige cognossementen krij gen om met deze weer de goederen van de ree derij in zijn bezit te krijgen. De man be taalde echter niet. zoodat ook de goederen bij de reederij bleven. Bij een volgende zending deponeerde de fa. te Lyon 'n tweede stel cog nossementen bij de Bank en door een ver gissing werd den importeur ook een stel van de niet betaalde zending tegen recu overhan digd. Met deze cognossementen in handen heeft de importeur de partij zijde door 'n ex pediteur bij de reederij laten afhalen. De zijde is aan verschillende groote firma's hier ter stede verkocht. Toen de bank op betaling aandrong, deelde de man mede, „dat de ver gissing hem goed te stade kwam en dat hij er gebruik van zou maken om druk op de leve rende firma's uit te oefenen, uit ontevreden heid over een vorige zending". De Bank heeft daarop van het geval aan gifte gedaan bij de justitie Beleediging van een volksgroep. Arnold Meijer in hooger beroep. In hooger beroep heeft Donderdagmiddag voor het Arnhemsche Gerechtshof terecht gestaan de 33-jarige Arnold J. Meyer, uit Oisterwijk, leider van Zwart Front, die wegens beleediging van 'n bevolkingsgroep door de rechtbank te Arnhem was veroordeeld tot een maand gevangenisstraf voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar en tot f 25 boete, subs. 25 dagen hechtenis. De verd. was in November 1938 opgetreden als spreker tijdens een in de „Harmonie" te Nijme gen gehouden openbare vergadering. Hij zou daarbij o.m. van de Joden gezegd hebben „zij hebben het gastvolk bedrogen en bestolen". De advocaat-generaal eischte f 500 boete, subs, twee maanden hechtenis. NEDERLANDSCHE LANDBOUWBANK N.V. Overeenkomstig het voorstel van den raad van commissarissen is besloten van de winst ad f 163.284.92 een dividend uit te keeren van 2'/ï pet. op de aandeelen A en B. Voorts aan de reser ve toe te voegen een bedrag van f 16.537.50 en te bestemmen voor afschrijving op gebouwen, safe-inrichtingen en meubilair f 18.125.52. Ver der te reserveeren tegen risico's onder debiteu ren en effecten een bedrag van f 40.000 en als onverdeeld saldo naar nieuwe rekening over te brengen f 4.584.40. Amerikaansche vliegtuig bestuurder in dienst der K. L. M. Dezer dagen heeft de K. L. M. als vliegtuig bestuurder aangesteld den Amerikaanschen pi loot Werner Otto Bunge, sedert 1928 gezagvoer der bij United Airlines. Voordien was hij van 1926 af reeds als vlieger in het burgerluchtver- keer werkzaam. In totaal heeft hij 11.950 uur gevlogen, waar van circa 2500 uur op DC-3 en Boeing 247D. De moedermoord te Scliijndcl. Dader tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld. De rechtbank te 's-Hertogenbosch heeft he den vonnis gewezen in de zaak tegen den thans gedetineerden 52-jarigen hoepelmaker P. van der D. wonende te Schijndel, die aldaar op 4 Januari van dit jaar zijn oude moeder Petronella Bolwerk met een kapmes heeft doodgeslagen en daarna uit de kast van zijn moeder een bedrag van ongeveer zestig gul den heeft ontvreemd. Na dit vreeselijk mis drijf te hebben volbracht is Van der D. op stap geweest, en heeft verschillende café's bezocht. In Roermond werd hij aangehouden en vandaar op transport gesteld naar het Huis van Bewaring te Den Bosch, en aldaar ingesloten. De rechtbank veroordeelde Van der D. wegens doodslag, gepleegd om een ander mis drijf mogelijk te maken, tot tien jaar gevan genisstraf. Bovendien heeft de rechtbank be volen, dat Van der D. ter beschikking van de regeering zal worden gesteld. De ontvluchte vreemdeling. De door twee rijksveldwachters begeleide vreemdeling, die bij het overstappen in een anderen trein op het station Amersfoort een poging tot ontvluchting heeft gedaan, blijkt een ongever 30-jarige Tsjech te zijn, wiens aanhouding en uitlevering door de Duitsche regeering was verzocht, in verband met dief stal en braak. Hij is een berucht inbreker DE HEER J. TER HAAR JR. KEERT MET IN DEN AMSTERDAMSCHEN RAAD TERUG. De heer J. ter Haar Jr. zal in den nieuwen Amsterdamschen gemeenteraad geen zitting meer hebben, daar hij heeft medegedeeld geen candidatuur meer te zuilen aanvaarden. ten nam de Minister over, wat hij eveneens deed met 'n amendement-Bongaerts, waardoor zoo wel in geval van intrekking als van wijziging van een vergunning schadevergoeding mogelijk zal zijn. Ook verschillende andere wijzigings voorstellen van Ir. Bongaerts vielen bij Mr. v. Buuren in goede aarde, evenals een amende- ment-Amelink (a.r.), waardoor bij algemeencn maatregel van bestuur kan worden bepaald dat regeling van de arbeidsvoorwaarden van per sonen in dienst van de vergunninghouders de goedkeuring van den Minister behoeven, be halve in geval ze geregeld zijn bij collectieve arbeidsovereenkomst. Het in bewaring stellen van het motorrijtuig door opsporingsambtenaren wilde Mr. Die penhorst (a.-r.) onderhevig zien aan beroep binnen 3 dagen, op den rechter. De Minister wees er op, dat de politiedwang uitsluitend zou worden gebezigd ter handhaving van de wet, waartoe de praktijk leert het forsche middelen niet te ontbe ren vallen. Als de heer Diepenhorst z'n amen dement geliefde te hand haven zou hij goed doen er in op te nemen, dat grond voor het beroep zou moeten zijn het ontbreken van een re delijk vermoeden dat er een overtreding was be gaan, of dat er geen herhaling van de over treding te verwachten viel. De a.-r. afgevaar digde volgde dezen raad op, waarna zijn aldus gewijzigde amendement er •z.h.st doorging. Dit gebeurde tenslotte insge lijks met het heele wetsontwerp, onder aantee- kening van het „tegen" van Ds. Zandt (Staatk. Ger.) en de nat. socialisten. Het voorstel tot wijziging van de electrici teitswet had ten doel den aan het Departement van Waterstaat te vestigen technischen dienst voor de uitwerking van de koppelnetplannen te bekostigen door middel van heffingen van eige naren of houders van electriciteitswerken tot verkrijgbaarstelling van electrische energie voor anderen, voor zoover betreft levering recht streeks aan verbruikers. De heeren v. d. H e u- v e 1 (a.-r.). mr. Donker (s.-d.), Ebels (v.d.) vonden het verkeerd bedoelde kosten te bestrij den met behulp van door de belanghebbenden op te brengen retributies, die op maximaal 0.2 pet. van de opbrengst der stroomlevering zouden neerkomen. Mr. Rutgers v. Rozenburg (c.-h.) keur de het af, dat men niet bij de behandeling van de electriciteitswet meteen deze kosten-kwestie aan de orde had gesteld. Ook deze afgevaardigde keurde het af, de kosten van deze uitbreiding van de personeelsbezetting aan Waterstaat op een bepaalde groep der bevolking (de eigenaren der genoemde electriciteitswerken) te verhalen door heffingen. Mr. Wende la ar (lib.) sloot zich bij de oppositie aan, o.a. omdat de Minister zegt slechts 40.000 gulden noodig te hebben, ter wijl de opbrengt uit hoofde van dit ontwerp liefst 2 ton zal kunnen bedragen. Het heele stel sel om de belanghebbenden de kosten in kwestie te laten betalen acht spr. verkeerd. Ir. Bongaerts (r.-k.) kwam Minister v. Buuren een handje helpen, waarna Ir. v. d. Waerden (s.-d.) verklaarde een ander voor stel wel liever gezien te hebben, maar hij achtte het, vooral in de tegenwoordige omstandigheden, hoogst dringend dat het spoedig komt tot een flinke koppeling tusschen verschillende centra les. Het bestudeeren van een behoorlijk koppe lingsplan is thans nummer één en nu worden voor die voorbereiding de gelden gevonden door dit wetsontwerp. Daarom stapt spr. over de mede door hem gekoesterde principieele bezwaren heen. Minister v. Buuren verzekerde o.a. den heer v. d. Heuvel, dat hij de grootst mogelijke zuinigheid in acht zal nemen bij den dienst. Men heeft intusschen wel te bedenken, dat er ook voor den z.g.n. keuring-dienst geld noodig is en de kosten daarvan vallen voorloopig niet te ramen. Overigens verklaarde de Minister jaarlijks verantwoording van de uitgaven te zul len afleggen; ze zullen een plaats krijgen in de begrooting, zoodat hier niets aan het controle recht aan de volksvertegenwoordiging wordt onttrokken. Terecht, zoo merkte de Minister nog op, had de heer Bongaerts er op gewezen, dat het hier gaat om een heffings-belasting, iets wat men anders toch ook wel aanvaardt. En thans was daarvoor, gezien de noodzaak om de Rijks- begrooting zoo min mogelijk op te voeren, zeker alle reden voor. Om hel bedrag zoo beperkt mogelijk te hou den wenschte de heer v. d. Heuvel (a.-r.) de heffing niet maximaal, 0.2 doch „slechts" 0.1 pet. te doen zijn. De Minister van Waterstaat vreesde, dat hij aldus de kosten niet voldoende zou kunnen bestrijden en verzocht daarom ver werping van het amendement-v. d. Heuvel. Hier aan gaf de Kamer met 4526 stemmen geen ge volg, waarna zij het wetsontwerp met 3239 stemmen verwierp. Een deel der katholieken, van de sociaal-democraten en de vrijz. demo craten en jhr. mr. De Geer (c.-h.) trachtten minister v. Buuren aan de overwinning te hel pen, doch zij bleven in de minderheid. Ofschoon deze bewindsman al eens eerder ec7. parlemen tair échec leed, leek hij dezen afloop toch vrij onaangenaam te vinden. Dat meenden we op zijn gelaat te kunnen aflezen. E. v. R. Geldboete van „Volk en Vader» land"-redacteur gecischt. Vanochtend moest voor de strafkamer van de Haagsche Rechtbank terecht staan de 44- jarige kunstschilder M. M., redacteur van „Volk en Vaderland", onder wiens verant woordelijkheid in het nummer van 30 De cember 1938 van genoemd blad een artikel verscheen, getiteld: „Oorlog dreigt", waarin beleedigende uitlatingen over de Joden voor kwamen. De officier van Justitie mr. N. S. Hoekstra, achtte de voorwaarden voor de strafbaar heid ex art. 137 d. W. van S. aanwezig en eischte een geldboete van f 200. subs 100 da gen hechtenis. Mr. A. J. van Vessem, de verdediging voe rend meende, dat noch het woord „parasiet" noch het ophitsen tot oorlog als een beleedi ging zijn op te vatten. Hij concludeerde tot vrijspraak. Uitspraak 9 Mei.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 5