NleLBier Hildebrandt-Kerdenking in Haarlem neemt vasten vorm aan Bp r TABLETTEN TT l/aat £uxe Uetkuut GARAGE RABO V R I J D A" G 12 MEI 1939 HAARLEM'S DAGBEAD 4 HERMAN MOERKERK ontvouwt zijn plannen: „Een stoet van 500 figuren, de Camera Obscura typeerend, zal door onze stad trekken". Dr. P. H. SCHRöDER: „De 100-Jarige Camera is een lief jong meisje". De heer W. J. B. VAN LIEMT: „Haarlem moet iets bijzonders tot stand brengen". Hildebrandt's meesterwerk „De Ca mera obscura". een uit Haarlem ge boortig stuk historische Nederland- sche literatuur, zal in September a.s. in het middelpunt van ons aller be langstelling staan. Honderd jaren ge leden verscheen dit vermaarde boek bij den Haarlemschen uitgever de Erven Boon, en dat feit zal herdacht worden. Donderdagavond gaf de heer W. J. B. van Liemt, voorzitter van de „Com missie voor de Eeuwfeestherdenking van den Spoorweg HaarlemAmster dam en van de Camera Obscura" in een bijeenkomst in de Sociëteit Ver- eeniging een uiteenzetting van de ontwikkeling der plannen om in onze stad tot een feestviering te geraken, Dr. P. H. Schroder sprak over de be- teekenis van de „Camera Obscura" en Hei-man Moerkerk ontvouwde zijn plannen voor een optocht van 500 personen, die tezamen de Camera in stoetvorm zullen typeeren. De toehoorders waren de vertegenwoordi gers van verscheidene vereenigingen, op welke een beroep tot medewerking wordt gedaan, mede omdat het voor de feestviering benoo- digde bedrag verre het door B. en W. in 't vooruitzicht gestelde bedrag zal overschrijden. De voorgeschiedenis. De heer W. J. B. van Liemt begon met te vertellen dat Haarlem's Bloei reeds in '37 met het plan was gekomen om het 100-jarig be staan der Spoorwegen te herdenken, aange zien de eerste trein in ons land tusschen Haarlem en Amsterdam reed. De toenmalige directeur der Spoorwegen zegde zijn medewerking toe om deze herden king in den vorm van een tentoonstelling in Haarlem te doen houden, doch reeds dadelijk werd de eisch gesteld dat de expositie aan de spoorlijn gehouden moest worden, opdat be zoekers pér trein aangevoerd zouden kunnen worden. Haarlem begon reeds spoedig te ge voelen dat ze iets geëntameerd had, dat waar schijnlijk boven haar krachten zou gaan. Toen de heer van Meurs, wethouder van so ciale zaken van Amsterdam, kwam voorstel len om de tentoonstelling in de hoofdstad te houden werd daarin dan ook toegestemd. Er werd echter bij bedongen dat Haarlem in de feestviering ingeschakeld zou worden. Men kwam naar aanleiding van de jubi leumviering van de H.O.V. in Hildebrandtstijl op de gedachte met eenzelfde Hildebrandt- gezelsehap de Spoorwegtentoonstelling in Am sterdam te bezoeken. En aangezien 2 Novem ber 1339 de Camera Obscura bij de Erven Boon was verschenen, besloot men een herdenking van dit feit, dat immers 100 jaar geleden is. te koppelen aan het eeuwfeest der Spoor wegen. De Haarlemsche gemeenteraad kwam tot het besluit om een bedrag voor deze feest viering ter beschikking te stellen. Een nieuwe bespreking met den heer Van Meurs, den Amsterdamschen wethouder, bracht wederom de gedachte aan de orde van het bezoek der Hildebrandt-groep aan Am sterdam. Het voorstel werd geopperd dat het gezel schap eerst naar Amsterdam gaat. 's Middags wordt per autobus naar Haarlem teruggereden naar de Dreef, vanwaar de op tocht wordt gehouden, waarin tafreelen, waarover men in de Camera leest, worden weergegeven. De eindbespreking over deze organisatie moet te Amsterdam nog plaats vinden. De Haarlemsche burgemeester stelt er prijs op dat de Haarlemsche burgerij zooveel moge lijk aan de feestviering zal deelnemen. De kans is derhalve zeer groot dat op de Groote Markt een kermis wordt georganiseerd in Hildebrandtstijl. De kosten van de feestviering gaan echter ver uit boven het bedrag dat van den ge meenteraad verwacht kan worden. Derhalve wordt financieele medewerking van de bur gerij, inzonderheid van de vereenigingen ge vraagd. Op dien dag. aldus besloot de heer Van Liemt. moeten we iets tot stand brengen dat de menschen van heinde en verre naar onze stad zal trekken. De beteekenis van de Camera Obscura. Dr. P. H. Schroder sprak vervolgens over de beteekenis van de „Camera Obscura". De 100-jarige ..Camera Obscura" is voor mij ean lief jong meisje, dat ik aanbid, aldus spr. Carel Scharten zei eens: ..De Camera is klaar en fonkelend als water". Dat is zeer juist uit gedrukt. De Camera is Nederland in boekvorm, ze is het Nederlandsche volk. De mensch veroudert nooit» Wij rijden tegenwoordig weliswaar niet meer in groote koetsen om groote heeren de oogen uit te steken. In uiterlijk opzicht mag de Camera misschien verouderd zijn. maar Oom en tante Stastok leven! Ook de andere figuren uit het boek verblijven in levenden lijve nog onder ons. De dialoog van Hildebrandt is modern. De Camera is echter geen kinderboek. Voor kin deren is het bock afkeurenswaardig. Heel wat teleurstelling is het gevolg van dat verkeerde gebruik. Men moest de Camera „boven de 18 jaar" leesbaar stellen. Want zij. die deze lite ratuur waardeeren moeten Karl May-lectuur e. d. ontgroeid zijn. Om het ware van de Camera te vatten moet men meer in de wereld rondgekeken hebben dan kinderen. De Camera is voor groote menschen. doch niet alleen voor fijnproevers. Wie zichzelf wil terugzien in een boek dat. ofschoon reeds 100 jaren oud de blos der jeugd nog op de kaken heeft, moet de Camera lezen en herlezen. Hildebrandt bezat een scherpen kijk op menschen, welke een voorwaarde is voor hu mor. Mede hierdoor was hij in staat de Ne derlandsche taal op 25-jarigen leeftijd te boetseeren naar hem lief was. Hildebrandt was een teekenaar met de pen. In de figuur van Keesje van den schrijver Hildebrandt, waarin reeds de predikant Beets stak, vond hij een prachtig object voor prac- tisch Christendom. Hij heeft dit object als zoodanig uitgebuit. Hildebrandt wist in onverstoorbaar even wicht menschen uit het Nederlandsche leven te teekenen, zooals die nu nog bestaan, Hildebrandt verdient voor zijn werk meer dan een onvoltooid standbeeld. Hij verdient dat wij onzen eerbied op duidelijke wijze tot uiting brengen. Dr. Schroder droeg ver scheidene deelen uit de Camera voor. De samenstelling van den optocht. De heer Herman Moerkerk gaf vervolgens een idee van zijn opvatting van het feest. Spr. was van meening, dat Haarlem het feest groot moet vieren. Haarlem moet van zich doen spreken. De ontworpen stoet, waarin de Camera door menschen en menschengroepen getypeerd wordt, bestaat uit 7 deelen, in to taal 500 menschen omvattend. Vooraf gaat een muziekcorps van de schut terij in oude kleederdracht. Nicolaas Beets stapt als een generaal voor zijn leger uit. Daarna komt zijn vriend Boerhaave. Vervolgens: Een 30-tal Amsterdamsche bezoekers, die met een trekschuit van den Haarlemmerdijk komen om in den Haarlemmerhout te kam peeren. Vrouwen met bonte hoeden op, de kleine middenstand van 1839. De eenzame wandelaar in Den Hout. (Adv. Ingez. Med.) Een jonge bleeke moeder met twee kinder tjes Georgetje en Frangoitje. Een Zaandamsche familie. Een Jan Plezier met zes dames. Een bedelaar. Het rijtuigje van den dokter. Winkeliers en boekhouders, ambachtsbazen met vrouwen en meisjes, de notaris met zijn vrouw en dochter en de dominé. Een lakrijtuig met den rijken makelaar, le den van de Haarlemsche beaumonde. De drie musiceerende vrouwen, en de procureursklerk. De diligence 'met reizigers, o.m. Robertus Nurks. De 2de groep opent met de familie Kegge. Vervolgens de rouwstoet. Jan Adam Kegge met zijn groene rok, en zijn vrouw en dochter Henriëtte. chic maar toch slordig gekleed en beide Hazewindjes. De oude dame Kegge, met vuurroode Indi sche sjaal, 't negerknechtje met het likeuren kistje. Kinderen van de familie Kegge, meisje van zeven, meisjes van vijf en drie. en een door een min gedragen baby. Saartje met een mof, toegeroepen door de kinderen. De heer van der Hoogen. Een muziekcorps in den toon van den tijd, een wagen, voorstellend de bakkerij van de Groot, een stuk of vier bezige bakkers. De dames van het verguldpartijtje, Pietje Hupstra, Noortje. Grietje. Bartje, Suzette en moeder de Groot, allen een vrijer, uit peper koek gebakken, dragend, de Groot's dienst bode met een slempketel met anijsmelk, de bakker de Groot, freule Constance gereed om naar het concert te gaan. de wagen met mu sici die Beethoven en Mozart zullen vertolken, het concert illustreerende waarop mej. Kegge debuteert, en publiek van jonge dames, de altijd gapende bassist, en het gezelschap rookende heeren tijdens de pauze. De vierde groep begint met schoolkinderen en de dienstmeisjes met hun vrijers, slagers knechts, het vrouwtje uit den kommenijswin- kel, en Suzette Noiret, de moeder van het hofje en het oude vrouwtje, die met elkaar het sterven bespreken van Suzette's moeder. De 5de groep wordt geopend door zes bleekmeisjes en zes ontzaglijke belhamels, een zonder Chauffeur alleen GASTHUISVEST 11 - HAARLEM - TEL. 17266 Verzekerde Wagens levendige tegenstelling! Jongens die soldaat spelen, met pluimen van papier geknipt, vol gen, en de explicateur van het beestenspel, een zigeunermuziekcorps, de diligence met o.a. tante en oom Stastok, de student Pieter Stastok met zijn zijden handschoenen, habi tue's met biljartqueuen, Keesje, het Diaken huismannetje, en achter hem zijn kwaden geest Klein Klaasje, de vier regenten van het Diaconiehuis, gasten van oom en tante Stastok, de 50-jarige dienstmaagd, nicht Christientje en haar beide dienstmaagden, Rudoli' van Brammen, de leeglooper, zijn zus ter, de sentimenteele Amelie, en de boeren meid. Hierop volgt een verheerlijking van de di verse manieren van vervoer: Een tiental typen uit de trekschuit, reizigers uit diligence, de stoomboot en den trein. De 6de groep stelt de kennis voor, de schutteren zijn meisje, muzikanten, een jongen met een aap, een oud draaiorgel, en ouder- wetsche hardloopers.. Daarna komen de menschen van „hoe warm het was en hoe ver". Vervolgens een wagentje met een klein grasveldje erop met een groene tuinbank, waarop de dochter van Dr. Deluw leest in „Napoleon et ses amours", de heer en mevrouw Witser en hun zoon Gerrit. De 7de groep begint met Haarlemsche inge zetenen en ruiters. De slotwagen beeldt een hulde aan Hilde brandt's baker uit. De humoristische groepen worden afge wisseld door tragische momenten, terwijl de humor culmineert in de laatste groep. Na deze uiteenzetting van den heer Moer kerk deed de heer Van Liemt nog een beroep op de aanwezigen om mede te werken aan het welslagen der Hildebrandtherdenking. HAARLEMS POSTAAL MANNENKOOR. Haarlem's Postaal Mannenkoor, dirigent de heer P. M. Germes, zal op Hemelvaartsdag deel. nemen ëan het zangconeours, uitgeschreven door het Chr. Gem. koor „Soli Deo Gloria" te Zutfen. Het koor zal uitkomen in de eere-afdeeling. CONCERT THEO VAN DER PAS. De bekende pianist Theo van der Pas zal Dinsdagavond 16 Mei a.s. in de tuinzaal van het Gem. Concertgebouw alhier een concert ge ven, waarvan de opbrengst mede ten goede komt aan de Nederlandsche Blindenbibliotheek. (Adv. ingez Med.) EXAMENS. Academische Opleiding Bevorderd aan de Gem. Universiteit te Amster dam tot arts de heer Th. W. J. Hiemcke (Parama ribo) en geslaagd voor het artsexamen eerste gedeelte de heeren J. Bartels (Wormerveer) en N. Lubben (Beemster). bet veoïwèei om de beide vogels tegelijk te laten zingen, ©at was nog i prachtig klinken. Tenminste, dat dacht men. r ge&ewd au hot zou i Bn zóó werden de beide vogels tezamen gebracht. Maarhet II hij dat altgd gewoon was, terwijl de zang van den kunstvogel op samenzingen bleek niet te gaan. De echte nachtegaal zong zooals een rol liep. „De nagemaakte nachtegaal heeft geen schuld", zei de kapelmeester, „die is zeer maatvast en geheel van mijn school!" Toen moest de kunstvogel alleen zingen. En hij veroorzaakte even veel opwinding als de keer, dat de echte nachtegaal voor het eerst gezongen had Daarenboven zag hij er veel mooier uit. Hij schit terde als armbanden en kettinsren (Wordt vervolgd). (Adv. Ingez. Med.) Makelaars in onroerende goederen gaan te Haarlem congresseeren. Op 9 en 10 Juni 1939 houdt de Nederland sche bond van makelaars in onroerende goe deren, hypotheken en assurantiën te Haar lem zijn jaarvergadering. Op den eersten dag zullen de leden van dien bond des morgens ten stadhuize worden ont vangen. De agenda der algemeene vergadering ver meldt, behalve de gebruikelijke jaarstukken en bestuurs- en commissie-verkiezingen, o.m. een bestuursvoorstel inzake een actie tegen de werkzaamheid der notarissen op makelaars- gebied. Op den tweeden dag zullen door den heer H. Meeusen, administrateur der gemeente Haarlem en mr. J. de Jongh, adviseur van den bond, lezingen worden gehouden. De afdeeling Haarlem biedt, naar aanleiding van haar eerste lustrum als afdeeling van den bond, aan de vergaderingbezoekers een feest avond en een autotocht aan. Qedistingeerdi zoo'n gladdering van n Fortgens Gr. Houtstraat 109 naast Cinema Palace (Adv. Ingez. Med.) Het Nederlandsche karakter in onze beeldende kunst. Lezing van ir. J. Gratama voor den Waagkring. Voor de leden van den Haarleanschen Waagkring heeft ir. J. Gratama Donderdag avond in de Sociëteit „Vereeniging" een voor dracht gehouden over het onderwerp „Het Nederlandsche karakter in onze beeldende kunst, in het verleden en in het heden". Ir. Gratama, die ingeleid werd door mr. J. van den Hoef, hield zich allereerst bezig met de vraag of er in den aard van het Neder landsche volk iets specifieks is, dat andere volken niet bezitten. Inderdaad is dat zoo. Het Nederlandsche volk kan zich beroemen op een eigen psyche, welke door alle eeuwen heen bewaard gebleven is. Uit de historie blijkt duidelijk hoe sterk die volksaard gefundeerd is, Spreker noemde als eerste voorbeeld de geweldige druk, die de gothiek in de Middel eeuwen in Europa heeft uitgeoefend. Ook Nederland ontkwam daar niet aan, doch hier deed zich het typische verschijnsel voor dat een zuiver Nederlandsche gothiek geboren werd. Een tweede geweldige internationale strooming, welke ook aan ons land niet voor bijging, was de Renaissance. Hoewel de Re naissance in wezen als een absoluut on nationale beweging te beschouwen was, ont stond hier te lande een opbloei in de vader- landsche kunst als men nog nimmer beleefd had. In hët algemeen kan gezegd worden dat in Nederland de grootste scheppingen zijn ontstaan in den tijd, dat de internationale druk het grootst was. Bij een aantal lichtbeelden toonde spreker aan hoezeer vocral in de 17de eeuw de typische eigenschappen van het Nederland sche karakter in de kunst, met name de bouwkunst, hun uitdrukking vinden. Spreker wees bij het beeld van de Haarlemsche Vleeschhal op het prachtige monumentale karakter van dit gebouw. Behalve van mo numentaliteit en kracht getuigt dit gebouw met zijn puntige gevels ook van een laaiende levensvreugde. Dit laatste mist men naar spreker's meening in de moderne kunst, welke uitermate somber gestemd is zoowel in de architectuur als bijv. in de beeldhouwkunst en de bezieling der Oud-Hollandsche mees ters mist. 2Sai SO cent (Adv. Ingez. Med.) PROGRAMMA VAN DE HAARLEMSCHE RADO CENTRALE OP ZATERDAG 13 MEI 1939. Progr. I. Jaarsveld en Hilversum I. Progr. II. Hilversum II. Progr. III: Keulen 8.00; Parijs Radio 9.20; Ra dio P.T.T. Nord 9.45; Parijs Radio pl.m. 10.20; Radio P.T.T. Nord 11.05; Ned. Brussel pl.m. 11.20; Keulen 1.20; Parijs Radio 2.50; Keulen 3.20; Fransch Brussel 4.20; London Regional 5.20; Keulen pl.m. 6.40; Radio P.T.T. Nord 7.35; Keu len 7.50; Ned. Brussel; Fransch Brussel 9.30; Keulen pl.m. 9.55. Progr. IV. Ned. Brussel 8.00; Parijs Radio 8.20; Radio P.T.T. Nord 8.30; Diversen 8.50; London Regional 9.35; Droitwich 11.55; Londen Regional 1.50; Droitwich 3.20; London Regional pl.m. 3,50; Droitwich 4.20; Parijs Radio 11.10. Progr. V. 8.00—7.00 Diversen. 7.00—8.00 Eigen gramofoonplatenconcert. Verzoekprogramma. 1.0012.00 Diversen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 6