„ONDERZOEKT ALLE DINGEN s Elfde autotocht voor Ouden van dagen. Uitbreiding van de Haariemsche M.T. S. Oplichters liepen toch tegen de lamp. WOENSDAG 21 JUNI 1939 HA"'A'RCEM'S DSGRX'AE VIJF maanden oud zijn de drie leeu wenwelpen. Het broertje is nog steeds de kleinste en ook de twee zusjes'ver- schillen iets in grootte, maar alle drie zijn ze flink uit de kluiten gewassen. Ze heb ben een mooie dikwollige geelbruine vacht, die nog wel hier en daar wat donkerder vlekken vertoont maar ze zijn toch veel lichter ge worden en lijken in kleur nu heel veel op hun moeder. Hun bewegingen zijn veel krachtiger en zekerder en wanneer ze nu nog af en toe met dwaze kromme passen door het zand baggeren, dan is dit van pure pret. Het zorgelijke is uit hun gezichtjes ver dwenen en er is iets geïnteresseerds, iets on dernemends voor in de plaats gekomen. Be halve wanneer ze slapen, en dat doen ze veel en graag, zijn ze nu zoo echt voor him plei- zier op de wereld. De leeuwin ligt lang uitgestrekt in de zon, met haar kop op de voorpooten. Zoo af en toe, wanneer het grint onder de voeten van een voorbijganger knarst, of wanneer er bewe ging is in de geelbruine wolkluwen, die door haar jongen wordt gevormd, opent ze even de oogen. Daarna ligt ze weer met gesloten oogen heerlijk te genieten van de zon en van de rust. Vooral van de rust. Ze heeft nu vijf maanden dag in dag uit met haar drie belha mels van jongen op moeten tornen, die iede- ren dag sterker en ondeugender worden; en er behoort alle geduld en alle wijsheid van een verstandige moeder toe om al him kuren met lijdzaamheid te verdragen. Trouwens zoo af en toe wordt hun den laatsten tijd wel eens flink de waarheid gezegd, wanneer ze het al te bar maken en er wordt soms zelfs ook wel eens gestraft. Weer is er beweging in de wolkluwen, Er liggen daar zooveel pooten en li,jfjes, staarten en koppen door en over elkaar heen, dat we werkelijk even drie maal twee donkere vlekken achter de ooren moeten tel len om te zien. dat het er drie zijn. De grootste van de zusjes windt zich los uit de kluwen, rekt zich behaaglijk uit en komt dan naar haar moeder toe. De leeuwin neemt een waakzame houding aan en houdt haar drietal scherp in het oog. Maar deze grootste dochter meent het goed, ze komt haar moeder alleen maar een heel stijf kopje geven en likt haar dan een paar maal opzij van den snoet. Nog even staat het kleintje droomerig in den tuin te staren. Naast de moeder lijkt het toch nog maar zoo klein. Dan ineens gaat het kopje energiek schuin omhoog en met gespan nen aandacht wordt er ergens daarboven een punt gefixeerd. Waar zou het op gemunt zijn? Ja warempel op het bordje, dat tegen de tra lies is geschroefd. Het is wel erg hoog. juist boven den tweeden dwarsbalk die de tralies verbindt Wanneer hij zich erg uitrekt, kan hij op zijn achterpootjes staand, juist dien tweeden dwarsbalk met zijn voorpootje bereiken, maar nog net niet het bordje. Heel erg lang houdt hij het niet vol om zoo opgericht te staan.' Zijn voorpootjes glijden langs de gladde tralies naar beneden. Even moet hij op vier pooten uitrusten van deze on gewone gymnastiek. Hij ijsbeert een paar keer langs het hek. steeds met het kopje schuin omhoog op het bord gericht. Dan volgt een nieuwe aanval, die met een sprong begint en inderdaad komt nu onze klimmersbaas iets hooger. Hij kan zich met zijn linkervoorpootje vast houden aan een van de schroeven aan den achterkant van het bordje en met het rechter voorpootje wordt door de tralies heen den voorkant ervan afge tast, Maar daar hij nu zooveel hooger staat, komen zijn achterpootjes nauwelijks meer op den grond en daar heeft hij dus al heel wei nig steun aan. Tegen wil en dank maakt hij de zonderlingste danspasjes met zijn achter- pooten. Dat is koren op den molen van het tweede zusje. Kaarsrecht zit dit tweede ieeuwenjong overeind en volgt met alle aandacht ieder danspasje, dat de achterpootjes van den klim- mersbaas maken en ieder cirkeltje, dat diens staart beschrijft. Dan zet ze zich langzaam in beweging en nadert stap voor stap deze nieuwe attractie, onderwijl kritisch overleggend of ze den kringetjesdraaienaen staart of de won derlijk trippelende achterpooten tot haar doel za' nemen. Maar dan ineens wordt het haar te machtig en met een fermen sprong is ze bij het hek en rukt den nietsvermoedenden klimmers baas heftig aan zijn staart. En deze. die toch al in een zeer labiel evenwicht verkeerde, komt op een zeer onelegante wijze ten val. Even wordt er nu prettig van weerskanten in pooten en ooren gebeten. Maar dan bedenkt de grootste zich. dat hij zich toch eigenlijk oen hooger doel had gesteld dan dit kinderlijk gespeel.'En misschien vindt hij het ook wel een beetje prettig, dat hij de eenige is, die dit spel kan spelen. Hij is immers verreweg de grootste van zijn nestgenooten. En daar hij nauwelijks bij het bordje kan komen, is het voor de beide anderen totaal uitgesloten om het te bereiken. Met vernieuwden moed wordt er naar het bordje gesprongen en alweer hooger komt het Ieeuwenjong. Zijn achterpootjes rusten nu op den eersten dwarsbalk en de voorpootjes kun nen het heele bordje tot boven toe aftasten. Maar al staan de achterpootjes nu steviger toen draait het staartje bij al die inspanning nog de mooist denkbare kringen. En daarop richt het tweede Ieeuwenjong nu opnieuw zijn aanvallen. Ditmaal echter met •minder succes. Het grootste leeuwtje staat nu veel zekerder, trekt zich niets van al dat ge- ruk en gebijt aan en heeft al zijn aandacht op het bordje geconcentreerd. Wel valt hi,j af en toe weer even naar be neden. Maar steeds opnieuw springt hij ten aanval en steeds opnieuw heeft zijn achter deel te lijden van de aanvallen van zijn klei neren nestgenoot. Tergend is het voor de grootste, dat er geen beweging is te krijgen in het bordje. On uitstaanbaar vindt de kleinste het, dat de grootste hoegenaamd niet reageert, zelfs niet op zijn gevaarlijkste aanvallen. En hoe minder de tegenpartij reageert des te fanatieker worden hun beider aanvallen. Waar sluipt ineens het derde jong zoo ge heimzinnig heen? In een grooten boog sluipt hij voorzichtig achter langs zijn moeder om door het zand. Hij is er zeker van, dat haar aandacht bij zijn twee zusjes vooraan bü het hek is. En nu onderneemt hij iets totaal on gehoords. Hij valt plotseling zijn moeder van achteren aan en bijt haar naar hartelust in de dikke vacht op haar rug. De leeuwin schrikt er werkelijk van en gromt gevaarlijk. Even komt het ondeugende ge zichtje van haar kleinen zoon achter haar rug uitkijken. Maar wanneer hij ziet, dat zijn moeder nog blijft liggen, bijt hij opnieuw toe. Nog eenmaal gromt de leeuwin dreigend en als dat niet helpt, staat ze op, keert zich om, geeft haar zoon een fermen draai om zijn ooren en gaat een eind verder liggen. Hoewel zijn kopje hem duizelt van de straf, ziet het kleintje er nog zoo ondernemend en overmoedig uit, dat het er allen schijn van heeft, dat hij toch nog een aanval zal wagen. Het is maar goed, dat juist dan het klein ste zusje, dat het was gaan vervelen om voort durend door den klimmersbaas te worden ge negeerd, op hem afkomt. Ze bijt hem aanmoedigend in zijn oor. Maar het broertje bedenkt op dat moment een nieuw spel. Hij gaat er rechtop voor zitten. Het zusje, eveneens rechtop, kijkt hem vol verwachting aan. Het broertje tilt zijn rech ter voorpootje op en geeft zijn zusje een oor veeg, dat heeft hij net van zijn moeder ge leerd, dan herhaalt hij de oefening met zijn linkerpootje. Het zusje is dadelijk voor deze nieuwe manoeuvre te vinden. En ook op haar beurt deelt ze eenige muilpeeren uit. Zoo die nen ze een tijdlang welwillend van weerskan ten voor gever en ontvanger van oorvegen. Deze nieuwe kunst wordt ijverig ingestudeerd, en ze worden er inderdad steeds handiger in. Totdat het het broertje verveelt en hij zich languit achterover laat vallen en heerlijk zijn buikje laat warmen door de zon. Het zusje ziet ineens onder een der boom stammen door nog een kleinen leeuwenstaart en probeert dien te pakken te krijgen. Zoo van achter den boomstam uit lukt dat niet en daarom wipt ze er over heen. En weer ziet ze haar grootere zusje volkomen geconcentreerd op haar arbeid. Maar ditmaal is het een zeer opofferende taak, die het kleintje zich heeft gesteld, n.l. om haar gansche mama van a—z schoon te likken. De leeuwin ziet er niet naar uit of deze bewerking haar erg prettig aan doet. Het is echter goed bedoeld en daarom bezit ze haar ziel in lijdzaamheid. Maar wan neer het kleintje in zijn ijver tegen haar op gaat staan om ook het bovenste deel van haar rug af te likken en in zijn enthousiasme de klauwtjes van zijn voorpooten in en uit klauwt in haar vacht, kan ze het niet meer uithouden en springt op. Ietwat verbluft zien de twee zusjes de groote koninklijke gestalte van hun moeder langzaam wegstappen en op het plankje in den hoek springen, waar ze een meter boven den grond en dus buiten het bereik van de kleine vage bonden rustig verder kan slapen. De kleintjes zijn nu in eens allebei doodmoe. Op een drafje rennen ze naar hun broertje en vallen plomp, half over hem heen. half tegen hem aan. En in een oogenblik tijds lie gen ze in de diepste rust, als een onherken bare geelbruine wolbal van pooten, koppen, staarten en lijfjes, waarin niemand meer den gevaarlijken jager op groot wild, den onder zoekenden klimmersbaas of het altijd speel zieke zusje zou vermoeden. A. J. D. Onjuiste belastingaangifte. Zes maanden gevangenisstraf geëischt. Wegens het doen van onjuiste aangifte voor de vermogens- en inkomstenbelasting heeft mr. J. A. v. R. v. d. K. zich Dinsdag voor de Haagsche rechtbank moeten verantwoorden. Verdachte was niet verschenen. Er werd ver stek tegen hem verleend. Als getuige werd gehoord de inspecteur der directe belastingen te 's-Gravenhage. Uit zijn verklaringen bleek, dat de aangiften over een aantal jaren te laag waren gesteld. In de dag vaarding was gesteld dat over de laatste drie jaren de aangifte onjuist was geweest. Voorts bleek dat verdachte een volledige be kentenis heeft afgelegd. De Officier van Justitie eischte zes maanden gevangenisstraf. DOOR MILITAIRE VRACHTAUTO AANGEREDEN EN GEDOOD. Dinsdag is op het Oude Delft te Delft de 64- iarige van B,, juist toen hij uit een woning kwad, door een passeerende militaire vrachtauto aangereden. Ernstig gewond is de man door de politie naar het ziekenhuis vervoerd. Bij aan komst bleek hij te zijn overleden. Met 200 oudjes naar het kasteel „Nij en rode". Evenals andere jaren heerschte er ook gis teren weer een prettige opgewekte stemming toen de schier eindelooze rij van auto's van de Fonteinlaan startte om 200 ouden van dagen een prettigen dag te bezorgen. Voorop de wa gen van den Haarlemschen commissaris van politie, den heer Tenckinck, die den stoet van auto's leidde en ons voerde door de Haarlem mermeer via Schiphol, Ouderkerk, Duiven- drecht, Loenen, Abcoude en Nieuwersluis naar Breukelen, naar het prachtige kasteel „Nijen- rode", gelegen aan de Vecht. Een aardig mo ment was het toen wij in de buurt van Hoofd dorp een anderen „Autotocht voor Ouden van Dagen" ontmoetten, opgewekt werd er naar elkaar gewuifd. Op de heenreis keken de oudjes hun oogen uit naar al het moois, waarmee Moeder Natuur dit gedeelte van ons land zoo rijk heeft be giftigd, naar de sappige weilanden en de rus tieke bruggetjes over het water, dat glinsterde in de zon. Dan weer waren ze vol bewondering voor hetgeen het moderne vernuft heeft weten te bereiken met den aanleg van schitterende autostrada's en viaducten waarlangs de einde looze file van bijna tachtig auto's haar weg zocht. Maar toch, wat had die mooie landelijke weg langs het water weer een groote bekoring! Na anderhalf uur (de tocht verliep zeer vlot, dank zij de uitstekende regeling van het ver keer op de drukke punten!) werd het doel van dezen middag bereikt en onze oudjes slaakten kreten van verrukking bij den aanblik van het fraaie oude slot Nijenrode, gelegen temid den van eeuwenoude bosschen. Bij het inrijden van de oprijlaan zagen we zelfs een ooievaars nest met jongen; alles in deze prachtige om geving ademt rust en vrede, die weldadig aan doen in deze haastige wereld. Op het slotterras was alles in gereedheid gebracht om den inwendigen mensch te ver sterken. Zoowel binnenshuis als op het terras werd daarvan een gretig gebruik gemaakt. Daarna gingen velen een wandeling maken In de heerlijke tuinen, die bij het landgoed hooren, en de volières, de fraaie waterpartijen, het rosarium en de hertenkamp bewonderen. Weer anderen gingen het eigenlijke kasteel bezichtigen. Het kasteel werd gesticht in het midden der dertiende eeuw door Gerard Splinter van Rueel. Nadat het diverse keeren gedeeltelijk werd beschadigd en weer werd hersteld, von den de zusters van het klooster Oudwij k er in 1527 een veilige schuilplaats. In 1673 werd Nijenrode door de Franschen verwoest, in 1675 door Johan Ortt hersteld en tot 1853 bleef het kasteel bezit van die familie. Na achtereenvolgens nog aan eenige andere families te hebben toebehoord, maakte Michiel Onnes in 1907 een begin met de restauratie van het kasteel; het is herrezen in zijn oor- spronkelijken staat. Nijenrode is een belang rijk voorbeeld van een oud kasteel met een wisselvallig lot, zooals ook een van de oudjes terecht opmerkte, toen hij naar het kasteel opkeek en zeide: „Wat zal hier in den loop der eeuwen allemaal gebeurd zijn!" Dezelfde oude man maakte de opmerking tegen een der bestuursleden: „Ik heb in mijn lange leven heel wat boomen geplant, (hij was nl. tuinman geweest), maar zoo mooi als de natuur het doet, kunnen wij het niet". Wel een bewijs hoe intens deze man alles genoot en velen met hem! Zeer interessant was ook het 17e eeuwsche poppenhuis, dat pas is aangekocht uit den boedel van de familie BlauwSix. Na al dit schoone genoten te hebben, werd om vijf uur weer verzameld om den terugtocht te aanvaarden. Een oude man slaakte de ver zuchting: „Maanden zit je ernaar te verlan gen en uit te zien, naar dezen dag; het is zoo jammer, wat is het toch gauw voorbij!" En een oud vrouwtje zei maar telkens weer: „Oh, het was zoo heerlijk, zoo heerlijk, dat vergeet ik mijn heele verdere leven niet!" Zie, als men zulke spontane uitlatingen hoort uit den mond der oudjes, dan moet het zoowel voor het Comité, als voor de dames- en heeren autobezitters, die hun wagen be schikbaar stelden, een voldoening zijn eraan te hebben medegewerkt den oudjes een zon- nigen middag te bereiden, in letterlijken en in figuurlijken zin. De zon neigde reeds ter kimme toen wij terugreden en zond haar laatste stralen over het vredige landschap; alles ademde rust na een langen dag van ingespannen arbeid. Langs den vliet zat een jongeman rustig te visschen; in de verte staken de roode daken der huisjes scherp af tegen den bewolkten avondhemel. En zoo bereikten we weer de goede oude Spaarnestad en bewaren we allen een mooie herinnering aan een in alle opzichten geslaag den middag. Tot weerziens in het volgend jaar! B. A. Duitsclie consul-generaal te Liverpool teruggeroepen. De Duitsche consul-generaal te Liverpool, wiens naam in verband met een spionnage- kwestie is genoemd, heeft gisteren uit Berlijn instructies ontvangen om naar Duitschland te rug te komen. Nieuw gebouw van drie verdiepingen. Belangstelling blijft steeds toenemen. Het bestuur van de Middelbaar Technische School te Haarlem heeft van de regeering machtiging ontvan gen om over te gaan tot de uitwerking van een definitief uitbreidingsplan der school; tevens werd toestemming verkregen om met de Indische Pen sioenfondsen een leening aan te gaan voor het financieren van den bouw. Het plan van uitbreiding bestaat uit het oprichten van een gebouw van drie verdiepin gen, ter grootte van ongeveer 30 bij 10 meter, in den tuin van de M.T.S. Op den beganen grond en de eerste verdieping komen de nieuwe werkplaatsen voor hout- en metaalbewerking waardoor deze ruimten in het bestaande ge bouw vrij komen voor teeken- en leslokalen. Op de derde verdieping komt een nieuwe tee kenzaal met leslokaal. In het geheel zal de M.T.S. door dezen uitbouw nog de beschikking krijgen over 3 teeken- en 2 nieuwe leslokalen. De tuin biedt plaats voor de inrichting van een nieuwe, afgesloten, half-ondergrondsche rijwielbergplaats. Tot nu toe werden de rij wielen gedeeltelijk geplaatst onder open af daken in den- tuin en verder in de gangen van de school. Deze rijwielberging veroor zaakte altijd groote opstoppingen en verkeers moeilijkheden in de gangen, en in den tuin waren de rijwielen steeds blootgesteld aan diefstal. Thans wordt een afgesloten ruimte voor 250 rijwielen gemaakt. Tevens wordt het aantal kleerkastjes uitgebreid, waaraan ook groote behoefte bestond. Binnen enkele maanden zal de M.T.S. haar 20-jarig bestaan vieren. Ofschoon de uitbreiding dan nauwe lijks zal zijn begonnen, wordt toch door haar aan het vierde lustrum een bijzonder karakter verleend. Immers, het blijkt daaruit, dat de M.T.S. te Haarlem in 1919 opgericht, niet alleen ten volle aan het doel heeft beant woord, maar ook, dat het bestuur en het departement van Onderwijs met groot vertrouwen de toekomst tege moet gaan. Voor vele ouders van nieuwe leerlingen zal de vergroote mogelijkheid om een plaatsje aan deze school te verkrijgen, een uitkomst zijn. De uitbreiding beteekent een groot suc ces voor het bestuur en den directeur, maar ook voor hom voorgangers en de oprichters, omdat de bestaansmogelijkheid niet alleen is bewezen, maar alle verwachtingen heeft over troffen. De architect voor het nieuwe gebouw zal zijn de heer J. C. Slagtèr architect B.N.A., tevens leeraar aan de M.T.S. De Middelbare Technische School te Haar lem lijdt reeds vele jaren aan overbezetting en een chronisch gebrek aan teekenlokalen en leslokalen. De aanmelding van nieuwe leerlingen bleef steeds stijgende, zelfs in de slechte jaren 1933, 1934, toen de werkloos heid, ook onder de Middelbare Technici, eenige zorg baarde Hoewel de school eerst in 1919 geopend werd, was reeds binnen 15 jaren de bezetting be langrijk grooter dan het maximum waarvoor de school gebouwd werd. In de laatste jaren overtrof de aanmelding de plaatsingsmogelijk- met 100 pCt Het is niet te verwonderen dat reeds vele jaren terug plannen werden gemaakt om tot uitbreiding van de gebouwen over te gaan. Zij moesten telkens worden uitgesteld door verschillende oorzaken. Eerst moest worden afgewacht of het voorschrijven van gelijk vormigheid van de leerplannen voor alle Mid delbare Technische Scholen in Nederland, met de invoering van gelijke toelatingseischen, dus door gelijkschakeling' van vroeger ongelijk gewaardeerde scholen, den grooten toeloop naar Haarlem zou verminderen. De stichtipg van een nieuwe school voor Bouwkunde en Weg- en Waterbouwkunde in Amsterdam en de uitbreiding van enkele andere scholen, zou ook van invloed kunnen zijn op de inschrij ving te Haarlem. Noch het een, noch het ander heeft plaats gehad; het accres van de aanmelding nam steeds toe. Daarbij kwam nog, dat de behoefte aan afgestudeerde Mid delbare Technici in ons land, ondanks de crisis, steeds grooter werd. De jaarverslagen van Haarlem spreken steeds van een dalende werkloosheid, ondanks een steeds grootere af levering van afgestudeerden. Dit jaar is de toestand zelfs zoo, dat het groote aantal af gestudeerden waarschijnlijk reeds voor hun eindexamen een plaats hebben verworven. Zware straffen voor Arnhemsche recht bank geëischt. De rechtbank te Arnhem heeft Dinsdag een begin gemaakt met de behandeling van de bekende oplichtingszaak, waarbij een ver mogende, bejaarde dame te Arnhem, door een aantal personen voor een bedrag van f 25.000 a f 30.000 is benadeeld. Men zal zich herinneren, dat de politie te Arnhem er in het einde van 1938 in slaagde, na een moeizaam recherchewerk, een oplich- tersbende te ontmaskeren, welke de Arnhem sche dame tot haar slachtoffer had uitgeko zen en haar in den loop van enkele maanden, onder allerlei mooie verhalen, had bewogen tot afgifte van telkens nieuwe geldsbedragen, welke vaak eenige duizenden guldens beliepen. Door zich verdekt op te stellen in een café, waar de dame een onderhoud met de leden der bende had, wist de politie twee van hen te arresteeren; drie anderen, twee mannen en een vrouw, werden eenigen tijd later door een inspecteur en een rechercheur der Arn hemsche politie in het postkantoor te Nice aangehouden. Thans stonden vier leden van de bende te recht, t.w. de 46-jarige koopman W. J. van B. uit Amsterdam, de 53-jarige Ca. Ma. M., zon der beroep, laatstelijk wonende te Amsterdam, de 28-jarige koopman C. H. de Z., laatstelijk wonende te 's-Gravenhage, en de 33-jarige koopman K. L. H. uit Amsterdam, allen thans gedetineerd in het huis van bewaring te Arnhem. Allereerst stond de 28-jarige C. H. de Z., uit Den Haag terecht. Hij erkent, op vragen van den president, mr. Smits, dat hij eenigen tijd, voordat hij met mevrouw B. in contact kwam, van S. had gehoord, dat men door allerlei ver halen geld van mevrouw B. gekregen had. Het ging over geld dat uit Duitschland gesmok keld zou worden. Verdachte geeft o.m. toe, dat hij mevrouw B. verteld had, dat H. in Duitschland gevan gen zat en dat men geld noodig had om hem vrij te krijgen. Mevrouw B. had hem f 600 ge geven. Uit een gesprek tusschen verdachte en den president blijkt, dat een en ander van te voren was afgesproken. Het geld heeft de ver dachte met H. gedeeld. Pres.: „U bent later met z'n drieën weer naar mevrouw B. toegegaan. Hij was er toen bij." Verdachte: „Ja." President: „U bent met het verhaal over de consenten voor den invoer van auto's geko men." Verdachte: „Ja, het verhaal over het geld- smokkelen leek ons niet meer zoo geschikt." Pres.; „Er is toen gezegd, dat er elfhonderd gulden noodig was om de auto's over de grens te krijgen." Verdachte: „H. heeft voornamelijk het woord gevoerd." Hierna werd de gedupeerde dame gehoord, de 74-jarige mevrouw J. B. B. In Maart 1937 was zekere W. bij haar geweest met teeke- ningen. Zij had hem geld ter hand gesteld. Later kwam S.. de zwager van W., bij haar, die verklaarde de schuld van W. over te nemen. Die schuld bedroeg zeventienduizend gulden. Later kwamen S. en Van B., die vertelden, dat het geld in Duitschland was en dat men het niet kon loskrijgen. Pres.: ,,U hebt hem toen elfhonderd gulden ter hand gesteld." Getuige: „Ja, ik vertrouwde hem volkomen. Ik dacht, dat ik met eerlijke menschen te doen had, anders had ik er niet aan gedacht, zon der degelijken waarborg zulke groote bedragen uit handen te geven. De officier van justitie, mr. Graaf van Lim burg Stirum, merkte in zijn requisitoir op, dat deze verdachte niet de hoofdschuldige is. Spr. eischte tegen C. H. de Z. wegens oplichting, meermalen gepleegd, een jaar gevangenisstraf, met aftrek der preventieve hechtenis sinds l7 November 1938. Vervolgens stond de 38-jarige koopman K. L. H. uit Amsterdam terecht. Zijn verklarin gen komen overeen met die van den vorigen verdachte. De officier eischte tegen dezen verdachte één jaar en zes maanden gevangenisstraf. Tegen den 46-jarigen W. J. v. B. en de 53- jarige Ca. Ma. M. eischte de officier twee en een half jaar gevangenisstraf. Dinsdag organiseerde het Haariemsche Comité „Autotocht Ouden van Dagen" een tocht naar het Kasteel Nijenrode in Kreukelen. In de Fonteinlaan werd de stoet, die uit bijna 80 wagens bestond, geformeerd. Hier zien we twee padvind- sters, die een oudje in de auto helpen stappen, Bestuursleden Belgische N.V. vrijgesproken in loterijzaak. Op 6 April van dit jaar zijn door den Haag- schen kantonrechter veroordeeld tot een geld boete van 3000 gulden subs, hechtenis van drie maanden, de drie bestuurderen van de S.A. Fatum wegens overtreding van de wet op de Staatsloterij en wfl van de bepaling, waarbij strafbaar gesteld wordt het invloed toekennen aan de trekking der Staatsloterij. De Haagsche rechtbank heeft dit vonnis ver nietigd en de verdachten alsnog vrijgesproken. Steun aan oorlogsslachtoffers. Commissie opgericht. Op Zaterdag 10 Juni is in Amsterdam opge richt de „Commissie tot steun aan Oorlogs slachtoffers (S. O. S.)", die zich tot doel stelt hulp te verleenen aan volkeren of bevolkings groepen, die bij een nïet-uitgelokten aanval door een agressief land of een agressieve groep in ernstigen materieelen nood zijn gestort. Het tijdelijk correspondentie-adres der com missie is gevestigd bij prof. dr. M. Valkhoff, Schipbeekstraat 23, Amsterdam-Z. Boom op het hoofd gekregen. Arbeider op slag gedood. Bij het afladen van boomen van een auto, ter hoogte van de vatenfabriek te Kloosterveen kreeg Dinsdagavond om zeven uur de 25-jarige W. Ax uit Smilde een boom op het hoofd. De man was op slag dood. EXAMENS „Da Costa-Kweekschool" Voor het eindexamen aan de Da Costa-kweek- school zijn geslaagd: de dames M. E. Oderkerk te IJmuiden, P. Schreuder te Haarlem, A. M. van Zon te Bloemendaal en de heeren Th. Janssen te Bakkum, F. de Jong te Haarlem, J. Leen t« Hoofddorp. Afgewezen: geen candidates

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 10