De jongste „JJ&UqlaS
r\ D 1 Vervanging van werkende
vliegt pjtoefi
Twee motorige hoogdekker
met neuswiel
Verkeersongelukken.
dienstplichtigen.
De Wereldtentoonstelling te New York
I\L:ÏZIME\I
/TUKKEN
WOENSDAG 5 'J U E '1939
B 'A X R E E M'S D 'A' GBCA'D
S
Handig en economisch
vliegtuig voor de korte
luchtlijnen
mm
r
S
- - .-4 -
ij V
jx E jongste spruit van de, ook in
J Europa zoo populair geworden,
Douglas-familie, is tevens de
kleinste uit het ,£anta Monica-nest".
Dit is meer toevallig dan logisch. In
het algemeen bespeurt men immers
een nog steeds toenemenden groei in de
afmetingen van de nieuwe verkeers
vliegtuigen.
Dat de DC-5 in deze algemeene ten
dens uit de lijn valt, is geenszins een
aanwijzing, dat men op oude voetspo
ren terugkeert. Integendeel, de oreatie
van een vliegtuig als de DC-5 bewijst,
dat de vormen van het luchttransport
zich duidelijk gaan uitkristalliseeren.
De luchtvaart is het stadium binnen
gegaan waarin onderscheid dient te
worden gemaakt, tusschen binnen-
landsch-, continentaal- en intercon
tinentaal luchtverkeer.
Deze nieuwe phase baarde onder den drang
van economische omstandigheden de noodzaak
van een differente luchtvloot waarbij de ver
schillende typen van vliegtuigen zich aan de on
derscheiden eischen van de drie voorgenoem
de vormen van luchtverkeer zullen kunnen aan
passen.
De vliegtuigindustrie, die steeds nauwgezet
heeft af te tasten in welk opzicht de verlan
gens van haar consument zich wijzigt, reageerde
onmiddellijk op deze koerswijziging en lanceerde
verkeersvliegtuigen van de meest uiteenloopen-
de grootte. Naast reuzenmachines als de DC-4
en de Boeing Clipper voor ruim 40 passagiers
verschenen ook vliegtuigen als de DC-5 en de
Engelsche Flamingo voor 15 tot 20 reizigers.
Laatstgenoemde leenen zich bij uitstek voor
het binnenlandsche luchtverkeer, alsmede voor
het Europeesch continentale Voor ons werelddeel
is het continentale begrip nu eenmaal anders dan
voor Amerika. Dit geldt in het bijzonder voor
de onderlinge afstanden tusschen de hoofdste
den in West-Europa. De K.L.M. zal de DC-5 met
evenveel succes en doelmatigheid op het binnen
landse!) luchtnet als op de lijn naar Parijs kun
nen inzetten.
De DC-5 is als hoogdekker uitgevoerd om
den lagen stand op den grond mogelijk te ma
ken en het bracht het voordeel mede, dat de
passagiers weer het onbelemmerde uitzicht op
moeder aarde kunnen genieten Bovendien, en
dit is voor een snel vliegtuig wel zéér belangrijk,
schijnt de stabiliteit van de machine, door de
hoogdekkers-constructie belangrijk vergroot te
zijn.
Safety first.
Bij den geheelen bouw van dit toestel werd
trouwens aan vele veiligheidsvoorzieningen ge
dacht. waarbij de practijk van een steeds toe
nemend luchtverkeer ongetwijfeld vingerwij
zend is geweest Zoo heeft men b.v. de romp aan
de onderzijde, voor noodlandingen met ingetrok
ken wielen, van een stevige kielplaat voorzien,
terwijl het ingetroken neuswiel dan als bumper
fungeert. In de practijk is nl. gebleken, dat bij
een noodlanding met een modern vliegtuig, waar
van de landiingssnelheid betrekkelijk hoog is, het
aanbeveling verdient met ingetrokken wielen te
landen. Wanneer althans geen ruim veld waar
van de bestuurder overtuigd is, dat het geen ob
stakels bevat, beschikbaar is
Onlangs heeft men met de DC-5 in de omge
ving van Santa-Monica, waar de Douglasfabrie-
ken gevestigd zijn, de noodzakelijke proef
vluchten verricht, waarbij is komen vast te
staan, dat de theoretisch vastgestelde prestatie
gegevens van dit vliegtuig in de practijk worden
overtroffen.
Maximum-snelheid van
368 K.M.
Had men de maximum snelheid op 346 K.M
per uur berekend, bij de proefvluchten bleek,
dat de DC-5 met niet minder dan 368 K.M. per
uur het luchtruim kon doorklieven voorwaar
geen kleinigheid voor een tweemotorig verkeers-
toestel.
Bij gebruik van vijftig procent van het mo
torvermogen bedraagt de kruissnelheid op 3050
Meter hoogte 277 K.M. per uur, terwijl deze bij
aanwending van 65 procent van het motorver
mogen 314 K.M. bedraagt. Volgens berekening
had men dit laatste gegeven aanvankelijk op
294 K.M. per uur vastgesteld. Wanneer 75 pro
cent van het motorvermogen benut wordt kan
met een kruissnelheid van 335 K.M. per uur
worden gevlogen.
Onmiddellijk na het loskomen van den grond
bedraagt de stijgsnelheid 496 meter per minuut
terwijl maximaal tot een hoogte van 7500 Me
ter kan worden gestegen. Wordt één der motoren
stopgezet dan bedraagt het plafond 3300 Meter
welke hoogte met een stijgsnelheid van 73 Meter
per minuut kan worden bereikt.
Verschillende proeven heeft men genomen om
de start- en landingseigenschappen van de DC-5
te onderzoeken. Zonder, dat van de vleugelklep
pen werd gebruik gemaakt kwam het vliegtuig
na een aanloop van slechts 240 Meter van den
grond los. Wanneer men nagaat, dat de totale
lengte van de machine 18 Meter bedraagt komt
dit dus neer op een aanloop van c.i. 12 maal de
eigen lengte. Bij het opstellen van hindernissen
in de startbaan bleek het mogelijk bij een start
op zeeniveau over een hindernis van 15 Meter
hoogte te vliegen welke op een afstand van 340
Meter van het startpunt stond opgesteld.
Ter completeering der getallen zij hier nog
vermeld, dat de vleugelspanning 24 Meter be
draagt, terwijl het totale gewicht op 8280 K.G.
neerkomt.
Naar gelang het vereischte vliegbereik kun
nen zestien tot twee en twintig passagiers wor
den meegenomen en een bemanning van drie
personen.
Met den bouw van de DC-5 toonen de Dou-
glasconstructeurs een open oog te hebben ge
had voor de behoeften van het Europeesche
luchtverkeer, die uiteraard verschillend zijn
van het veel meer uitgestrekte Amerikaansche
continent, waarbij de onderlinge afstanden tus
schen de hoofdsteden veel grooter zijn.
Het lijdt geen twijfel, dat diverse luchtvaart
maatschappijen in Europa het nieuwe Douglas-
product zéér goed in hun dienstschema's kun
nen gebruiken, vooral waar men gaat streven
naar een beter economisch rendement, dat niet
in de laatste plaats bepaald wordt door de ver
houding; beschikbare plaatsen bezette plaatsen.
Deze verhouding zoo klein mogelijk te ma
ken, daartoe kan de DC-5 ongetwijfeld het hare
bijdragen.
DOMYN KELLER.
„DE BRUIGOM IN ANGST" ln de nieuwste
lachfilm van Heinz Rühmann, van Vrijdag
a.s. af in Rembrandt Theater, Haarlem.
(Adv. ingez. Med.)
Meisje tegen auto geloopen.
Dinsdagmiddag omstreeks kwart over vier is
het achtjarig dochtertje van de familie B. te
Wassenaar bij het oversteken van den rijks
straatweg nabij de Maaldrift tegen een passee-
rende personenauto uit Leiden geloopen. Het
meisje kreeg daarbij ernstige verwondingen en
overleed kort na het ongeluk.
Te veel links gehouden.
Op het Frederiksplein te Amsterdam is Dins
dagmiddag om ongeveer half vier een ernstig
verkeersongeluk gebeurd, waarbij een twintig
jarige wielrijdster het slachtoffer is geworden.
Het meisje naderde op haar rijwiel uit de
richting Hooge Sluis en hield niet voldoende
rechts. Achter haar reed een zware vrachtwagen
en juist toen de bestuurder van dit voertuig
haar wilde passeeren, week de wielrijdster nog
meer naar links uit. Zij werd gegrepen en raakte
onder het dubbele rechterachterwiel. Overdek!
met wonden en in bewusteloozen toestand werd
zij door den G. G. en G. D. opgenomen. Den be
stuurder van den vrachtwagen treft volgens de
politie geen schuld.
Behalve met militaire moet
ook met sociale belangen
rekening worden gehouden.
Op de vragen van den heer Van Vessem met
betrekking tot de vervanging van werkende
dienstplichtigen door werkloozen heeft de mi
nister van Defensie als volgt geantwoord:
Art. 32 van de dienstplichtwet, volgens den
gewiizigden tekst, laat buitengewone oproeping
in geval van oorlog, oorlogsgevaar en andere
buitengewone omstandigheden toe, voor zoover
de Kroon dit noodig acht. Bij Kon. besluit van
10 April 1939 is de oproeping noodig geacht van
al het personeel, bestemd voor buitengewone
oproeping-uitwendige veiligheid, zoodat de op
roeping van ieder, die daarbij is ingedeeld, be
rust op bedoeld art. 32.
Het indeelen van dienstplichtigen bij deze
groep is niet een handeling, die eens voor al
heeft plaats gehad. Integendeel. Het al of niet
behooren tot deze groep is in gewone omstan
digheden voortdurend, dag aan dag, aan wisse
ling onderhevig. Er is geen aan de wet ontleen
de reden aanwezig, waarom dit proces zou moe
ten stilstaan, nadat een oproeping heeft plaats
gehad. Voor een deel en op anderen voet gaat
dit proces dan ook in de tegenwoordige omstan
digheden door. Zoo zijn onderscheidene dienst
plichtigen, die aanvankelijk niet behoefden op te
komen, alsnog opgeroepen, toen dit noodig bleek
voor het bezetten van sommige posten. En zoo
komt in geval van vervanging de bestemming
voor de „B.O.U.V." voor den met verlof gezon
den dienstplichtige te vervallen en wordt de ver
vanger alsnog daarbij ingedeeld.
Noch de letter, noch de geest van art 32 der
dienstplichtwet staat hieraan in den weg.
Het is niet juist, dat de verdediging der gren
zen in de eerste plaats aan werkloozen wordt
opgedragen, het aantal opgeroepen werklooze
dieustplichtigen bedraagt thans ongeveer 15.7
pet. van de totale sterkte der troepen, welke zijn
belast met de grens- en kustbeveiliging. Maar
ook al ware dat anders, dan ligt in het buiten
gewoon oproepen van werklooze dienstplichtigen
geenszins opgesloten een discriminatie van de
beveiligende taak Bij acuut gevaar, hetwelk
aanleiding geeft tot een algemeene mobilisatie,
worden alle beschikbare krachten voor de ver
dediging des lands opgeroepen. Zoolang zulks
niet het geval is, dient, voor zoover mogelijk,
rekening te worden gehouden niet alleen met
militaire, maar ook met sociale belangen. Beide
belangen worden gediend door buitengewoon op
geroepen dienstplichtigen, die in de burgermaat
schappij noode kunnen worden gemist, te ver
vangen door werklooze dienstplichtigen, die
daardoor tot nuttigen arbeid worden bestemd.
Het is een onjuiste stelling, dat aldus „elke an
dere arbeid" den voorrang zou hebben boven
de militaire taak; het gaat er om, dat de een in
dezen tijd de beveiligende taak slechts kan ver
vullen met het brengen van een groot sociaal
offer, terwijl voor den ander van een sociaal
offer geen of nauwelijks sprake is.
Aangezien van persoonlijke vervanging
waaronder te verstaan de methode, waarbij men
zelf voor een vervanger heeft te zorgen geen
sprake is, is er reeds uit dien hoofde geen ge
lijkenis met het vroeger remplagantenstelsel:
sterker spreekt nog, dat de dienstplichtige, die
vervangen wordt, verplicht blijft tot opkomst
onder de wapenen wanneer zulks noodig wordt
geacht, zooals bij algemeene mobilisatie, terwijl
de remplagant zijn vrijstelling van den dienst
plicht had gekocht.
Op de vraag of de minister bereid is, een re
geling te ontwerpen ter tegemoetkoming aan
ernstige moeilijkheden voor de werkende dienst
plichtigen antwoordt de minister, dat dit onder
werp in studie is, waarbij wordt aangeteekend,
dat zich hierbij groote moeilijkheden voordoen.
Door tegenslag inbreker geworden
In twee weken tijds acht inbraken
gepleegd.
De maand Maart van dit jaar is voor den 25'
jarigen Haagschen groentenhandelaar D. K. een
ongeluksmaand geweest. Zijn voorraad groenten
ging geheel verloren ten gevolge van de vorst
en de wanhoop bracht hem in een roesstemming,
waarin hij tal van inbraken heeft gepleegd. Veer
tien dagen ongeveer ging hij avond na avond,
nacht na nacht uit, liep den eenen tuin binnen,
ging het huis in, nam wat weg, wanneer hij er
in slaagde binnen te komen en zoo niet, dan ging
hij weer verder, tot hij een woning vond, waar
het hem wel gelukte.
Zoo pleegde hij niet minder dan acht inbraken,
wijl het in zeven gevallen bij pogingen bleef.
Geld, sieraden, tafelzilver, gebruiksvoorwer
pen, alles, wat hij vond, nam hij mee.
Zoo werd hij in den nacht van 24 op 25 Maart
gearresteerd bij een poging tot inbraak in de
Kwartellaan. Hij bekende onmiddellijk, bekende
dadelijk ook de groote reeks inbraken, welke hij
heeft gepleegd. Toen de politie huiszoeking ging
doen, vond zij alle gestolen voorwerpen nog
aanwezig, zelfs het geld was er bijna nog geheel.
Dinsdag moest K. voor de Haagsche rechtbank
terechtstaan.
Een reclasseeringsrapport over verdachte uit
gebracht, luidde gunstig.
Het was de allereerste keer, dat hij zich aan
een strafbaar feit schuldig gemaakt heeft.
De officier van justitie eischte één jaar en
drie maanden gevangenisstraf.
De verdediger drong met klem op een clemen
te straf aan.
De Indien komen goed voor den dag.
JONGE ZEEHOND MIDDEN IN ROTTERDAM
De Rotterdamsche wandelaars, die Dinsdag
avond hun schreden naar de Blaak hadden ge
richt. waren zoo fortuinlijk getuige te zijn van
een niet alledaagse!) tafereeltje. Daar zwom n.l
tusschen de beurtschepen een jonge zeehond
rond. Nadat het dier zich goed had laten zien,
vipte het op den wal, hetgeen gemakkelijk lukte,
daar het hoog water was. De zeehond scharrel
de op de harde Rotterdamsche keien rond. tot
dat hij door een schippersknecht doodgeslagen
werd. Zoo eindigde deze jonge verdwaalde zee
hond zijn bestaan in een wagen van de gemeen
tereiniging.
Hoewel een dergelijk voorval niet veel voor
komt is het wel te verklaren, dat een zeehond
tot in het hartje van de binnenstad kan doordrin
gen. Het dier kan de nieuwe Maas afgekomen
zijn. Ook bestaat de mogelijkheid, dat het met
een schip meegekomen is en zijn kans schoon
ziende overboord gewipt is.
W erktuigen-crediet.
De minister van Economische Zaken heeft
een commissie ingesteld, welke zal beslissen
op de aanvragen van ambachtslieden en klein*
industrieelen tot het verkrijgen van een zoo
genaamd „werktuigencrediet" alsmede in het al
gemeen de normen voor deze credietverstrekking
zal aangeven.
(Van een bijzonderen correspondent).
HET groote Nederlandsche (en ook groot-
Nederlandsche) paviljoen bevat drie
zalen. Die van het moederland en die
van het Rijk buiten Europa: de Oost-
en de West-Indische. De beide Indische zalen
zijn ongetwijfeld beter dan dc Nederlandsche en
wanneer als algemeen oordeel mag worclen
gezegd, wat ik in mijn vorigen brief schroei,
dat Nederland heel goed voor den dag komt
op deze enorme wereldtentoonstelling', dan is
dat voornamelijk te danken aan wat Neder-
landsch-Indië op zoo'n imposante wijze te zien
geeft en ook aan dc wijze waarop, uiteraard
op veel kleinere schaal, de levendige, kleurige
West-Indische zaal verzorgd is.
De Nederlandsch-Indische afdeeling is een
vrijwel op zichzelf staand geheel, dat niet
zooals de West-Indische zaal architectonisch
één geheel vormt met do hoofdzaal. De schei
ding tusschen Nederland en de West beslaat
uit een wat hooger niveau van deze laatste,
dat een „opstapje" vereischt - me" mei-
Maar van Nederland naar Nederlandsch-
Indië moet ge een trap op en een gangetje
door en dat is heel goed gezien want zoo
wordt U een verrassing bereid: ge .staal
plotseling op een breed balkon en voor U,
den geheelen achterwand van een ietwat
schemerachtigen, grooten en hoogen achter
wand beslaande, strekt zich een licht land
schap op Java uit. Een dioramatische voor
stelling die een diepen indruk maakt op den
bezoeker die er zoo onverwacht tegenover
staat. Daar waar diepe ravijnen worden
overspannen door spoorwegviaducten (waar
over een werkelijke electrische trein rijdt)
strekken vruchtbare rijstvelden zich uit op
de bergflanken en liggen schilderachtige
dorpjes in het kleurige landschap. Er staan
boomen, die silhouetteeren tegen de hooge
lucht en op hun takken zitten aapjes. Er is
een ossenspan. Karbouwen werken in het
veld. Het is echt en natuurgetrouw en de
schilder Eland heeft er iets heel bijzonders
mee gewrocht. Het aardige is dat in een kort
tijdsbestek alle fasen van het etmaal zich
over dit landschap voltrekken. Een ingenieuze
lichtinstallatie laat het avond, nacht, mor
gen en stralenden dag worden. Wanneer het
avond wordt zinkt de zon achter de berg
toppen, de lucht krijgt dat diepe paars dat
de tropische avonden onvergetelijk maak<|.
ge ziet het Zuiderkruis twinkelen, in de dor
pen gaan lichten aan en ook de trein is nu
verlicht
De kunst van het diorama is iets geheel
eigens. Zij verlangt niet het aanleggen van
artistieke maatstaven. Zij streeft niets an
ders na dan de zoo getrouw mogelijke weer
geving van haar onderwerp. De schilder Jan
Eland toont hier op overtuigende wijze aan.
dat hij deze speciale kunst beheerscht. Dit
diorama is ongetwijfeld het hoogtepunt van
het geheele Nederlandsche paviljoen. Vóór wij
het balkon verlaten dat prachtig door Bali-
neesche kunstenaars uit hout is gesneden
bewonderen wij de fresco's van den schilder
Paulides. Dat aan den linkerwand symboli
seert de Javaansche muziek en den dans, dat
aan de rechterzijde brengt gebeurtenissen uit
het cultureele leven van Bali in beeld. De trap
die ons naar beneden voert geeft eveneens de
gelegenheid Indische toegepaste kunst te be
wonderen.
De Oost-Indische afdeeling heeft eigenlijk
een verdieping, want op dezelfde hoogte met
het balkon bevindt zich een breede corridor
langs de geheele lengte van de zaal. Daar zijn
in groote vitrines allerlei natuurlijke, cultu
reele en industrïeele voortbrengselen van onzen
Archipel geëxposeerd. In de benedenzaal, waar
van het diorama als het ware het „tooneel"
vormt en waar in den linkerhoek een echte
gamelan door Inlandsche musici bespeeld
zijn eigenaardige, weemoedige muziek doet
hooren, bevinden zich tal van overzichtelijke
tafels, waarvan de bezoeker Indië als het ware
kan .aflezen". Men zou deze „plastische sche
ma's" kunnen noemen, die allerlei wetens
waardigs omtrent het Aziatische deel van het
Nederlandsche imperium bijzonder duidelijk
in beeld brengen. U ziet er een landkaart
(schaal 1:670.000), die met allerlei aardige
figurtjes ook een overzicht geeft van de dieren-
bevolking: de varanen, orang-oetangs en
rhinocerossen ontbreken als merkwaardig
ste specimina der Indische fauna uiteraard
niet. Op andere tafels ziet ge modellen van
een rubberplantage, van irrigatiewerken, van
de Boeroe Boedoer, van verschillende havens
en van andere bijzonderheden, die het voor
deel hebben dat zij op groote schaal en zeer
natuurgetrouw zijn uitgebeeld. Amerikanen
kijken graag naar zulke „natuurlijke" voor
stellingen en de belangstelling is dan ook
groot. Rechts van de benedenzaal bevindt
zich weer een corridor waar "de bezoekers de
gelegenheid hebben verschillende Indische
takken van kunstnijverheid als houtbewer
king, leerbewerking. koperslaan en batikken
door Inlandsche kunstenaars en kunstena
ressen te zien uitvoeren.
De Nederlandsch-Indische kunst is hier
niet zooals in het moederland het stief
kind en ook daarom overtreft de Indische af
deeling de Nederlandsche.
Er is in deze fraaie afdeeling nog méér te
zien, doch deze brieven willen niet de functie
van een catalogus vervullen, zij willen een
algemeenen indruk, een generale impressie
geven.
ïrx AAROM worden hier in het kort, doch met
,lJ/ eere Suriname en Curasao vermeld. Ook
in deze kleinste van de drie zalen wordt de
achterwand ingenomen door een levendig en
kleurig tafereel dat onmiddellijk de aandacht
trekt. Levensgroote poppen door niemand
minder dan de bekende poopenmaafester
Kathe Kruse vervaardigd, stellen Creolen.
Negers. Indianen. Javanen, Britsch-Indiërs en
Chineezen voor, die zich op de markt van
Paramaribo bevinden en die zoo een echt
levendigen indruk geven van de bevolkings
verscheidenheid van Nederlandsch-Guyana.
Het is een alleraardigst tafereel, deze markt-
impjessie. De felle-kleuren van de kleeding en
de vruchten en groenten maken een even na
tuurlijk als geestig effect. Groote kaarten en
vitrines toonen den bezoekers de geografie en
de producten van Curasao en Surirjame en dc
K.L.M. vestigt ook hier. evenals in de Euro
peesche gedeelten van ons paviljoen, op spre
kende wijze de aandacht op haar groote acti
viteit.
En zoo hebben wij nu onzen rondgang door
het Nederlandsche paviljoen beëindigd. Zooals
gezeg: ik heb U slechts een algemeenen indruk
willen geven van de wijze waarop het groote
wereldrijk Nederland hier voor den dag komt.
In een mijner vorige brieven is geconstateerd
dat deze representatie tot voldoening stemt
en dat men tevreden mag zijn over het re
sultaat van vele en nauwgezette voorberei
dingen. De objectiviteit eischt echter dat wij
nog even dieper treden in lacunes, die den
Nederlandschen bezoeker onmiddellijk in het
oog vallen. Daaraan wijden wii' onzen vol
genden brief.
(Nadruk verboden).
Koningin ten paleize Soestdijk.
Dinsdagavond te kwart voor acht is H.M. de
Koningin per auto ten paleize Soestdijk aange
komen.
NIEUWE UITGAVEN.
„Als de twee één zijn"is de titel van
een nieuw werk van Ernest Michel, waarin
breedvoering gehandeld wordt over de taak
van het Christendom. Dit boek over de
mystiek der Liefde beoogt een serie toespaoen
te zijn voor een apostolische werkgemeen
schap. „De nieuwe geloovige (zoo wordt ge
zegd). de nieuwe godsdienstige mensch, is
niet bang meer voor tegenspraken, hij lééft
uit den aard van zaak en tijd in de lévende
tegenspraak. Hij is geen moraa-mensch meer,
maar een mystiek-mensch. I-Iij weet, dat de
ziel der waarheid immer mystiek is. En hij wil
de waarheid, want waarheid bevrijdt. Hij wil
leven in de bevrijdende waarheid".
De titels van de hoofdstukken zijn: „De
verborgen schat", „Alles is niets", „God spreekt
God uit", „Het edele duister", „Waarom wij
Goden zijn", „De mystieke mensch", „De
zwarte", „De Goddelijke Adam" „Als de twee
een zijn".
(Uitgever: G. Moorman N.V. te Nijmegen).
Ds. P. Eldering, emeritus-predikant, die voor
den V.P.R.O. een serie lezingen hield over
Wondergeloof en Wonderverhalen, heeft die
lezingen verwerkt in een boek, dat bij de N.V.
uitgeversmaatschappij „de Tijdstroom" te
Lochem is verschenen
Het zeevaartkundig tijdschrift „De Zee"
heeft een speciaal nummer gewijd aan het
motorschip „Oranje".
In 158 bladzijden tekst wordt het vlagge-
schip van de „Nederland" van A tot Z. be
schreven. Fotc's teekeningen en plattegronden
verluchten den tekst.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet verantxooordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.
„Het Brokkenhuis".
Het Brokkenhuis maakt het best en we heb
ben nu een naaister die van alle oude mantels
en broeken nieuw mooi goed maakt. Ook van
stukjes katoen en lappen worden kinderschor-
ten vervaardigd, tafelkleedjes, kussenovertrek
ken en op den volgenden bazar zullen de men
sehen paf staan van zooveel moois en nuttigs.
Dan hebben we geregeld iemand die het oude
goed komt nazien en daarmee wordt het vod-
denkistje gevuld, dat ook nog wat in het Brok-
kenhuislaadje brengt. Daar er geregeld luier-
pakjes (alles nieuw) van aangeschaft worden
is er nooit te veel en moet er altijd bijgepast
worden. Stoelen, tafels en andere meubelen
krijgen we ook en wij kunnen nu eindelijk eens
voldoen aan wenschen die al meer dan drie
maanden door onze menschen geuit worden.
Wel een genot, en indien we nu nog verblijd
worden met vloerkleeden en waschkommen
dan konden we ook daaraan voldoen. Hoe me
nig moedertje wascht haar spruit in een sala-
dekom, daar ze niet anders heeft, en hoeveel
onbenutte kommen staan er op zolder, omdat
de kinderen groot werden ende kleinkin
deren hebben weer andere eischen en houden
niet van het „ouderwetsche". maar wij wel.
Dus lieve huisvrouwen, begin den tocht naar
den zolder en verheug ons met een rijke buit,
wilt u? Alles is welkom. Dat is onze leus, en we
halen alles gaarne af. Telefoon 13242, Giro
147245, Brokkenhuis, Donkere Spaarne no. 34.
In geval u onzeker bent, wat te geven, denkt
u dan aan onze giro, of mogen we eens een
kijkje op uw zolder neme"1 Gaarne, heel
■gaarne.
S. R. B.
Koningin op de „Oranje".
Dinsdagmiddag om half zes heeft de Konin
gin een bezoek gebracht aan de nieuwste aan
winst der Nederlandsche koopvaardijvloot, het
m.s. „Oranje", liggende aan de etablissementen
der Stoomvaart Maatschappij „Nederland" aan
de Javakade te Amsterdam.
H.M. toonde zich zeer voldaan over het be
zoek en uitte herhaalde malen haar waardeering
over het fraaie schip.
Na een bezoek van ruim een uur vertrok H.M.
te 6.35 uur per auto naai- Soestdijk.
„V acantiebezighcden".
Het verslag dat de hoofdleider jaarlijks
uitbrengt aan het bestuur onzer vereeniging
over de voorbije vacantiedagen eindigt over
'38 aldus: Zeer noodig zou zijn de aankoop
van eenige sjoelbakken, damborden, kwartet
spellen. zandschepjes e.d.
Aankoop? Misschien kunnen we ons moei
zaam bijeengebracht geld anders gebruiken
als we nog eens geholpen worden door ouders,
wier kinderen aan dit speelgoed zijn ont
groeid. 't Kan zijn dat er bij de, schoonmaak
gedacht is: „ik moest het weggevèn, maar aan
wie? eerst nog eens afwachten".
Huismoeders! geeft u deze dingen door aan
kinderen, die van niemand een uitnoodiging
ontvingen en toch op het prachtige sportter
rein aan de Kleverlaan door toedoen van vele
kindervrienden een fleurige vacantie krijgen
met. spel en handenarbeid in de open lucht!
Uitgelezen kinderboeken, resten van hand
werken, half vergeten poppenkinderen. bal
len: men kan zich nauwelijks voorstellen hoe
zeer deze dingen op het kinderterrein tot
hun recht komen. Moet een en ander worden
afgehaald: even een telefoontje aan mevrouw
Boerma, Boekenrodestraat 3, tel. 12969. Aan
het zelfde adres kan het bezorgd worden
óók aan het gebouw van K. en O.. Lange Mar-
sarethastraat (daar alleen Dinsdags, Don
derdags en Vrijdags van 'z—4). Verleden jaar
caven velen aan onze roepstem gehoor, moch
ten we in dit jaar dezelfde aangename erva
ring opdoen.
L. BOERMABOERMA, secc.