Het geslacht Velsen
MET AUTO EN TENT DOOR ZUID-AFRIKA.
ZATERDAG 22 TUE I 1939
HAARLEM'S DAGBEAD
Durban, de hoofdstad van Natal.
Door
Op den eersten Kerstdag van het jaar 1497
zeilde Vasco de Gama met zijn vloot van drie
schepen langs de kusten van Afrika noord
waarts. Het land was heuvelachtig, de hel
lingen en toppen met bosch en struikgewas
bedekt en naar den geboortedag van den
Redder der Menschheid noemde de vrome
Spanjaard dit land Natal. Dan zwijgt de ge
schiedenis weer ettelijke honderden jaren
over dezen tuin van Zuid-Afrika, namelijk
totdat Engelsche handelaars uit de Kaapko
lonie langzaam noordwaarts doordringen en
een Iersch koopman, met name Pynn, den
Zoeloekoning Tsjaka bezoekt en van hem de
toezegging weet te verkrijgen, dat hem een
strook land langs de Algoabaai zal worden
afgestaan. Een tiental jaren later zien we de
Boeren op hun trek over het Hooge Veld af
dalen in het lokkende groene Natal, de Zoe
loes onder Dingaan overwinnen, en de Engel-
schen, die uit de Kaapkolonie dadelijk pro
testeeren en troepen zenden, een tijd lang in
bedwang houden, zoodat zij hun republiek
kunnen stichten met als hoofdstad Pieter-
maritzburg Later moeten zij toch weer het
onderspit delven, o.a. door echt Hollandsche
onderlinge verdeeldheid, en voor 't grootste
deel dit land. dat zoozeer op 't beloofde land
leek, weer verlaten om over de Vaalrivier de
Transvaal te gaan bewonen. Veel van dezen
strijd speelde zich af rond Durban, dat dan
ook rijk is aan historische herinneringen. Een
der bekendste, voor de Boeren minder aange
name. is die aan Dick King, een eenvoudig
Engelsch kolonist, die er in slaagde, in zes
dagen tijd den geweldigen afstand naar Gra-
hamstown af te leggen, 600 mijl te paard door
vrijwel geheel ongebaand terrein om hulp
voor de in het nauw gebrachte Engelsche be
zetting op het fort in Durban te gaan halen.
Durban is thans een der grootste en een
der belangrijkste steden van de Unie van
Zuid-Afrika, o.a. wel omdat het de uitvoerha-
ven is van de suiker, het hoofdproduct van
Natal. Daarnaast is het een mooie stad, ter
wijl een flink strandbad, voorzien van alle
attracties, die daar tegenwoordig bij hooren,
veel toeristen en zeer veel vacantiegangers
lokt. Gi-oote hotels, paviljoens, een aardig
zeewateraquarium, allerlei besloten zwembas
sins en zonnebaden, noodig omdat er vaak
zoo'n geweldige branding op de kust staat,
dat zwemmen in zee onmogelijk wordt, dit
alles geeft extra drukte en extra verkeer in de
belangrijke havenstad. Daarbij is Durban
provinciehoofdplaats en naast Johannesburg
het grootste bolwerk van Engelschen invloed
in Zuid-Afrika.
Wij naderen de stad
Al een vijftig kilometer buiten de stad
maakt de regelmatige reeks kuilen en stof-
hoopen. die wij tot nu toe gevolgd hebben,
plotseling plaats voor een keurigen asphalt-
weg. Al spoedig komen tearooms en dancings
en dergelijke uitgaansgelegenheden, dan de
electrische tram, een forsche brug over een
breede rivier en dan rijden we ineens door
mooie, moderne villawijken met heerlijke
bloementuinen, waartusschen wijken met klei
nere huisjes, waar overal kleurig gekleede In
landers af en aan gaan Breede gazons nooden
tot golf, de Engelsche- sport bij uitnemend
heid.. Dan wordt de bebouwing dichter, eerst
nog meest kleinere woningen, dan Ineens een
groote winkelstraat: postkantoor, museum, we
zijn al midden in de stad. Daar staan ook de
beroemde riksha-Zoeloes, met een overdadi-
gen hoofdtooi van veeren en ossenhorens, ver
der verfraaid door Verkadeplaatjes en por
tretten van filmsterren. Wie daarin nog de
historische Zoeloe-krijgs- of dansdracht terug
vindt, is een knappe vent, hoewel er oor
spronkelijk zooiets geweest moet zijn. Te
genwoordig maakt het sterk den indruk
van: hoe gekker hoe liever. De dansmas-
kers en veeren en huidentooi van vroeger zijn
helaas nog maar bij een enkele terug te vin
den. Maar het zijn forsche kerels, deze nako
melingen van Tsjaka's krijgers, en ze kunnen
met hun vrachtje nog bokkesprongen maken,
die den reiziger in het wankele voertuigje
plotseling achterover doen wegzinken, om
hem even later met een ruk weer overeind te
doen vliegen.
Ge weet waarschijnlijk, dat de riksha een
Chineesch vervoermiddel is, een klein wagen
tje op twee groote wielen, door een man ge
trokken, die in kalmen draf zijn vrachtje voor
een paar stuivers een halven dag rondzeult.
In zoo'n karretje is plaats voor 1 Europeaan,
twee negerinnen, vier Chineezen of zes
Britsch-Indiërs, rekenend op vader, moeder
en kinderen. Het zijn zeer gerieflijke ver
voermiddelen, intusschen alweer een bewijs,
dat Zuid-Afrika in sommige opzichten ach
terlijk is, want in Bangkok bijvoorbeeld wor
den de meeste riksha's door fietsen getrok
ken.
De stad Durban is weer als elke andere
stad. Electrische trams, asphaltstraten, hooge
en minder hooge huizen en kantoren en bank
gebouwen, alleen de kleurige gekleurde bevol
king geeft een exotisch cachet. We bezoeken
daarom nog even de Native Market, de markt
plaats waar de kleurling zijn inkoopen doet.
Eigenlijk zijn er twee. Eerst gaat het naar de
kaffermarkt, waar behalve de gewone eetwa
ren in ruwen en toebereiden staat, allerlei
houtsnijwerk, als stokken en lepels verkocht
wordt, naast een massa kralen versierselen en
voor den toerist wat houten assegaaien, klei
ne schilden en wandelstokken. Vlak daarnaast
zijn de overdekte markthallen der Britsch-
Indiërs. waar bijna uitsluitend eetwaar te
koop is en verder het gewone Bombay-spul.
Met een zucht van verlichting rijden we weer
weg. uit de stadsdrukte vandaan. Je zou men-
schenschuw worden op zoo'n langen tocht door
de wildernissen. Maar we zijn nog lang niet
tusschen de menschen uit. Een lange rij van
kleine badplaatsjes ligt bezuiden Durban langs
zee. De groote weg loopt weliswaar weer op
een kilometer of tien van de kust, maar er zijn
telkens verleidelijke zijwegen, die je dan naar
twee of drie van die knusse Wijk-aan-Zeetjes
brengen met een hoog opstuivend zandstrand
en wat rotsen ervoor, waar de zware deining
van den Indischen Oceaan in een schuimende
branding op breektEen 150 kilometer ver.
tot Port Shepstone aan toe, gaat dat zoo door,
niet alleen de badplaatsenreeks, maar ook het
achterliggende heuvelland, dat weer vrijwel
geheel met suiker begroeid is. Toch lijkt, dit
land heelemaal niet op de suikerstreken van
Java. allereerst omdat de cocospalm er ont
breekt, maar vooral ook, omdat er wèl een
prachtig hooger heuvelland, the valley of the
thousand hilis. achter aan sluit, zooiets als de
Duizend Bergen bij Djokja. maar er nergens
een allesoverheerschende figuur in het land-
Khap is, geen Merapi en geen Slamat en juist
die forsche achtergrond maakt het Indische
suikerland vaak zoo mooi
De „blackwortel".
Wanneer wij verder komen, wordt de suiker
langzamerhand schaarscher en als we van
Port Shepstone af het binnenland ingaan.,
treedt ineens een heel andere cultuur op, die
van den blackwortel. Wat een vreeselijk
woord! Waarom niet zwartwortel of black-
root, dat klinkt allebei goed! Maar het is een
helaas typisch voorbeeld van de slordigheid
waarmee de Afrikaander zijn taal spreekt, al
wordt er ook hier door velen wel aan taalzui
vering gewerkt. Die blackwortel dan is een
acaciasoort, wat wij mimosa zouden noemen.
De bast levert een zeer gewaardeerde looistof
en deze wattlebast is een der belangrijke uit-
voerproducten van Zuid-Afrika. Het hout
wordt veel gebruikt voor den bouw van kaf
ferhutten. doch ook voor andere doeleinden,
hoewel het gewoonlijk te dun blijft voor mijn-
hout. Maar overal op de heuveltoppen zien
wij de langgestrekte boschperceelen, die zoo
prettig aandoen in dit boom- en schaduw
arme land. Totdat wij de grens bereiken van
Natal en de Kaapkolonie. Dat deel "der Kaap
kolonie, dat hier aan Natal grenst, is weer
een inboorlingenreservaat, bekend als Pondo-
land, en allermerkwaardigst valt deze grens
in het landschap op. omdat ten Noorden er
van, in Natal, overal groote complexen black
wortel teekening geven in het landschap en
ten Zuiden het heele kale heuvelland open
voor ons ligt. Grasland met duizenden hutten,
rondavels, in groepjes van drie tot acht bij
een, altijd op heuveltoppen en heuvelruggen,
om iets meer buiten bereik te zijn van mala
ria- en andere muskieten! Overal graast vee
op de hellingen. Overal staat bij elk pao.r hut
ten een groote doorn-omheining voor de bees
ten en een kleinere voor de schapen. Een der
de, veel grootere, langwerpig-vierkante ruimte
is afgezet en toont de oude stengels van maïs
en kafferkoren, die daar binnen de beschut
ting der omheining zijn groot geworden. En
zoo strekt Pondoland zich uit van de Um-
tamvuma tot de Vischrivier. Een land, dat de
moeite waard was om voor te vechten in de
oogen der oude Kaapsche Boeren, die toch
vóór alles ook veehouders waren. En toch is
dit mooiste stuk vee weideland weer reser
vaat, geheel ter beschikking gelaten der Pon-
donegers, een onderstam van de Zoeloes, óók
heeren, die steeds rondwandelen met schild
en knots. De vrouwen gaan veelal nog kleurig
gekleed in terracotta of oranjerood. De rok-
achtige doek, die om het middel geslagen is,
is met horizontale zwarte banden versierd. De
deken, die tegen de winterkoude om de schou
ders, vaak ook om de borst gedragen wordt,
is meest effen. De Europeesche kleeding, waar
in deze menschen er veel armoediger uitzien
dari in hun kleurige lappen, begint hier he
laas ook meer en meer veld te winnen en
evenzoo 't Europeesch aandoende vierkante
huisje. Zoodra je eenmaal een bed hebt, houd
je in een ronde hut zulke rare hoeken over
en een wandkastje of buffetje maakt óók in
een vierkant éénkamershuis een veel oeter ef
fect. Zorgt de zendeling dan ook nog voor
een hoogere deur, zoodat hij zonder bukken
kan binnengaan, voor een paar ramen en-
voor een plaatijzeren dak, dan is al hét schil
derachtige en karakteristieke, maar ook veel
van het practische en goedkoope, verdwenen.
De mensch heeft behoeften gekregen, waar
voor hij harder werken moet dan hein eigen
lijk wel zint, en dus doet armoede haar in
trede. waar vroeger tevreden rijkdom was.
Goedkoope, maar voor deze menschen toch
dure bazarprullen vervangen het onverslijt-
bare, zelf gesneden houten gerei of de in het
veld groeiende kalebas. De kinderen loopen in
vodden inplaats van in hun mooie bruine
huid. Of de hygiëne er op vooruit gaat, ik
weet het niet. Niets is immers gevaarlijker,
dan natuurvolken te veel aan te kleeden. De
meesten zijn te arm om er verschooningen op
na te houden. Ze leeren zich schamen voor
hun gedeeltelijke ongekleedheid en blijven
dus, als ze natgeregend zijn, in die natte
vodden i-ondloopen. Dat is altijd een der voor
naamste oorzaken van de geweldige versprei
ding der tuberculose, overal waar een primi
tief volk met de beschaving In aanraking
komt. Daarnaast moet de levenskans van on
gedierte door meer kleeding natuurlijk ook
sterk stijgen, vooral in streken, waar water
zoo schaarsch is als in groote deelen van
Zuid-Afrika. en waar de haarbedekking van
het hoofd zoo overzichtelijk is als bij de
meeste kaffers.
In heel Pondoland is geen w.c. en geen pri
vaat te vinden. En toch is het schoon rond de
kralen. Ik denk dat ze er net als de hondjes
wat zand over krabben! Hun spijsvertering
moet anders over het algemeen wel goed zijn,
als ge bedenkt, dat het hoofdvoesel, de maïs
meel- of wel mieliespap altijd gekookt wordt
in karnemelk die op zeer zindelijke wijze
wordt bereid. Den laatsten tijd worden bij de
kralen nog wel eens kleine strooken met black
wortel of agave beplant, die den wind wat
breken en daardoor het leven in de kralen op
de heuveltoppen zeker veel aangenamer zul
len maken.
Achter zoo'n strookje boompjes is ook de
eenig mogelijke kampeerplaats in dit wijde
windland. waar wij weer eens een sprookjes
achtig mooien zonsopgang genoten
(Nadnik verboden) i
Christ.-Hist .Zonierconferentie.
Dr. J. J. Wallien over „Gemeentebesturen
en Volksgezondheid".
Op den tweeden dag van de 16de Christ.
Hist, zomerconferentie te Lunteren werd in
de avondbijeenkomst het woord gevoerd door
dr. J. J. Wallien te Haarlem, geneesheer bij de
arbeidsinspectie, die een inleiding hield over
.gemeentebesturen en volksgezondheid". De
inleider besprak o.m. de maatregelen, welke
z. i. op het terrein der gemeentebemoeiing
behooren te worden genomen.
Een goede maatregel achtte hij o.a. het be
vorderen van een goed verzekeringssysteem
tegen de kosten van ziekenhuisverplegine.
Sterk bepleitte hij de noodzakelijkheid van
de uitbreiding van de schoolartsendiensten
over alle gemeenten.
Eveneens werd gewezen op de toenemende
noodzakelijkheid in het belang van de volkS'
gezondheid keuringsdiensten voor waren te
organiseeren.
TWEE NIEUWE AUTO'S .VOOR CENTRAAL
VERVOER.
De thans voornamelijk bij het gemeente-
electriciteitsbedrijf in gebruik zijnde vracht
auto verkeert in zoodanigen staat, dat vervan
ging noodzakelijk is. Voorts is het gewenscht,
dat genoemd bedrijf de beschikking verkrijgt
over een personen-auto, voorzien van een
flinke bagage-ruimte voor het opbergen van
instrumenten, zulks ten behoeve van het ver
voer van technisch personeel voor de inspec
tie van werkzaamheden, stations en metingen,
alsmede ten behoeve van het vervoer van meet
instrumenten, enz.
In verband daarmede stellen B. en W. den
raad voor ten behoeve van Centraal Ver
voer over te. gaan tot aanschaffing van een
ééntons gesloten bestelwagen en een perso
nen-auto.
BIJ HET ZWEMMEN VERDRONKEN.
Vrijdagavond is te Cuyk aan de Maas de
20-jarige ongehuwde leerlooier J. Stoffels, wo
nende te Tegelen en te Cuyk in pension, bij
het zwemmen in de Maas verdronken.
Eervolle opdracht voor
Mari Andriessen.
Beelden voor bet nieuwe Utrechtsche
station.
De Haarlemsche beeldhouwer Mari Andries
sen, heeft een eervolle opdracht ontvangen
n.l. voor het maken van twee beelden en
eenige ornamenten voor het nieuwe station te
Utrecht.
Zeer toepasselijk zullen de beelden de
Snelheid en de Veiligheid voorstellen. De
hoogte zal ongeveer 3 meter zijn. De kunst
werken zullen in het voorjaar gereed zijn,
tegen den tijd dat het nieuwe station in
gebruik zal worden genomen.
Zij nog vermeld, dat de jury bestond uit
de heeren L. Bolle, te Rotterdam; W. F
Gouwe, Den Haag en G. van Ravesteyn, den
architect van het station.
De Quarantaine Bill.
Geen spoedige behandeling te verwachten.
De Bond van Bloembollenhandelaren deelt
mede:
Volgens een bericht van den correspondent te
Washington van de „Florists Exchange" in het
nummer van 24 Juni j.l. is het als vrijwel zeker
aan te nemen, dat gedurende de loopende zit
ting geen behandeling van de nieuwe „quaran
tine bill" te verwachten is.
Als deze verwachting in vervulling gaat, zou
aan den invoer van bloembollen met inbegrip
van narcissen, gedurende het komende expoi-t-
seizoen, derhalve niets in den weg staan.
J. V. MUNSTERMAN f
In den ouderdom van 58 jaar is over
leden de heer J. Vè Munsterman, tot 1 Maart
1936 op welken datum hij wegens ge
zondheidsredenen gepensionneerd werd
bouwkundige bij de afd. Openbare Werken
alhier, meer speciaal belast met het toezicht
op de gebouwen.
De heer Munsterman werd met ingang
van 16 April 1903 bij Openbare Werken op
proef aangesteld en een jaar later voor vast
als opzichter le klasse. Later werd die titel
veranderd in bouwkundige.
Vroeger was de heer Munsterman ook lid
van het College van Collectanten der Ned.
Herv. Kerk.
De begrafenis heeft, plaats a.s. Maandag
te 1.30 uur op de Alg. Begraafplaats te
Heemstede
VRIJWILLIGE BURGERWACHT
HAARLEM.
De schietoefeningen voor de recruten wor
den op Maandagavond 24 Juli tot en met
28 Augustus stop gezet.
Op verzoek wordt voor geoefende schutters
een baan ter beschikking gesteld op 6 en 20
Augustus. 10 September en 1 October van
1012 uur v.m
Op de kruising Vundeiiaa:.- AkcremlanUaaji le Beverwijk iiad Vrijdagmiddag
een hevige autobotsing plaats, waarbij een der wagens .een nieuwe Chevrolet,
werd omvergeworpen. Het ongeval, dat zich, zooals ook uit de foto blijkt, ernstig
liet aanzien, eischte gelukkig geen slachtoffers. De inzittenden liepen slechts
lichte verwondingen op. De situatie onmiddellijk na de aanrijding.
Wat uit de geschied boeken
op te diepen is.
Van het geslacht der heeren van
Velsen is maar weinig bekend. Dat
is wel jammer, maar toch heelemaal
niet vreemd, omdat wij zelfs maar be
trekkelijk weinig weten van öe Hcllandscln
graven uit de middeleeuwen. Van vele edele
geslachten omtrent dien tijd weten we niet
veel meer dan wat overleveringen. Bekend is
dat er omstreeks 1100 en 1200 een kasteel
Banjaert in Velsen stond en dat er heerer.
van Banjaert waren, maar verder weten wi;
er niet veel meer van dan hetgeen Hofdijk
in zijn Kennemer Balladen vermeldt, geput
uit de oudste bronnen, als Melis Stoke e.d
In Batavia Hlustrata van S. van Leeuwen
wordt een der andere geschiedschrijvers ge
citeerd, n.l. Cornelius Aureiius, die in zijn
tweede boek over Bataviën vertelt van do
kasteelen en sloten in 't gewest Kennemer
land. Als voornaamste wordt het slot der
baanderheeren van Brederode genoemd, daar
na dat van de heeren van Velsen.
Volgens oude bronnen moet het slot te
Velsen in de elfde eeuw zijn gesticht. Dc
oude geschiedschrijver Gouthoeven deelt
mede, dat het Huis te Velsen zijn verheffing
tot leengoed kreeg van de heeren van Nijen
rode in Utrecht.
Dat de heeren van Velsen tot de voor
naamste riddergeslachten van Holland be
hoorden. zou hieruit kunnen blijken, dat zij
den erfelijken titel van erfmaarschalk van
Holland hebben bezeten. Mr. H. van Wijn
vertelt in zijn boek Huiszittend Leeven van
een oud charter der Leenkamer van Holland,
waaruit blijkt, dat Gerard. Heer van Voorne.
op 17 Maart 1337 Hendrik Willemszoon van
Naaldwijk verleden heeft met eenige leen
goederen. o.a. het slot te Honsholredijk en
het maarschalksambt van Noord-Holland ten
erfleen. dat Hugo van Naaldwijk door huwe
lijk met jonkvrouwe van Velsen verwierf.
Mr. van Wijn concludeert hieruit hieruit,
dat het maarschalksambt van ouds als erf
leen werd uitgegeven en dat het zich bepaalde
tot Noord-Holland, dat beteekende Holland
benoorden de Maas. Het maarschalksambt
eerst door de heeren van Velsen bezeten,
kwam op een erfdochter van dat geslacht
wier naam niet wordt opgegeven, doch die
door haar huwelijk met heer Hugo van Naald
wijk dit erfelijk leen op haar man en zijn
nakomelingen deed overgaan.
Mr. van Wijn vermeldt, dat Gerard van
Velsen, die Graaf Floris V ter dood bracht,
geen zonen heeft nagelaten, dat zijn goederen
verbeurd werden verklaard en dat zijn dochter
Clarisse in 1327 nog leefde en ongehuwd was.
ontvangende van Graaf Willem ni een jaar
geld van 10 pond Hc-llandsch.
Dat beteekent echter niet. dat er toen geen
mannelijke nazaten uit het geslacht Velsen
meer waren. In de grafe'.ijkheidsregisters van
Holland bevindt zich een charter van 31 Mei
1303, waarbij Diderick van Teylingen Simonsz.
aan Graaf Jan van Holland de belofte doet.
om de heeren van Amstel, Woerden en Vel
sen uit den lande te helpen houden en den
Graaf getrouw te zullen zijn. Wel vermelden de
oude kronieken dat alle nazaten van Gerard
van VeLsen, tot in 't verste geslacht, werden
gedood, maar dat houdt niet in, dat er geen
mannelijke nazaten in 't buitenland verbleven.
Veelal toch zocht men toen, wanneer men
vervolging te vreezen had, zijn hei! in de
vlucht buitenlands. Willem van Oostervaart,
de zoon van Hertog Albrecht van Bcyeren,
vluchtte naar Frankrijk, toen de vriendin van
zijn vader, Aleid van Poelgeest, was vermoord.
Uit genoemd charter blijkt trouwens, dat er
nazaten uit de geslachten Velsen. Amstel en
Woerden in 't buitenland verbleven.
Dat Graaf Jan van genoemden van Tey
lingen de belofte eischte, kunnen wij verstaan,
omdat Willem van Teylingen tot de mede
standers van Gerard van Velsen behoorde en
deze Diderick waarschijnlijk een neef van ge
noemden Willem was
Uit de oude Chronycke van Holland, Zeelant
en Vrieslandt van 1595 weten wij, dat Gerard
van Velsen een broeder had, die door Floris V
was ter dood gebracht. Vermoedelijk heeft
ook deze zonen gehad. Waarschijnlijk heeft
Gerard van Velsen ook meer dan één dochter
gehad. Mr. van Wijn vermeldt n.l. dat een
abt van Egmond, Floris genaamd, volgens een
giftbrief van 1290 aan Gerard van Velsen
eenige goederen ter leen gaf, met de bijvoe
ging dat wanneer heer Gerard zonder eiïzoon
zou sterven, het leen zou komen op zijn oud
ste dochter.
In de Noordhollandsche Arcadia van Cl.
Bruyn, met aanteekeningen van Gerrit Schoe-
maker (uitgegeven te Amsterdam in 1732)
vinden wij vermeld, dat in de oude historie
bekend is Gericas van Velsen in 1124 en Di-
de rik van Velsen in 1230. Voorts, dat in het
jaar 1266 grave Florens (Floris V, toen nog
maar 12 jaar oud) Heer Adelbert van Velsen
voorzag met de kermistollen van St. Jan te
Haarlem en dat hij die daarna schonk aan
Gerard van Velsen. Dat deze Adelbert inkom
sten van tollen te Haarlem kreeg, verschaft
ons zekerheid, dat het ges;acht Velsen in hoog
aanzien stond aan het grafelijk hof. Vermoede
lijk is Adelbert de vader of een oom geweest
van Gerard van Velsen.
Mr. van Wijn geeft in een Necrologium Eg-
mundense een lijst van monniken, vorsten en
edelen, in de abdij van Egmond begraven
Daarin zijn er twee met den naam Velsen en
wel:
Arnoldus de Velsen, sacerdos et monachus
(priester en monnik), anno 1310. qui dedit
connentui terram in Wijk, plus quam 30 an-
nuatim foluentum et ad custodiam terram.
infra Backem in Langhewere iacentum. et
sepultus est in loco caputulari.
Geertrudis de Velsen. qui dedit. übras anno
1307.
De jaartallen 1310 en 1307 doen zien dat er
toentertijd nog verscheidene Velsens waren.
Wij zouden anders gaarne wat meer weten
omtrent de Velsens in de dertiende eeuw. Zijn
zij ambachtsheeren van Velsen geweest en zoo
ja, waarom zijn zij de heerlijkheid kwijt ge
raakt? Mr. van Wijn herinnert aan het La-
tijnsche charter van 28 April 1255, waarbij
Graaf Willem II, de Roomsche koning, aan
Hugo van Naaldwijk vergunt het hem door
dezen koning ter leen gegeven am
bacht van Velsen te verkoopen aan den
heer Willem van Brederode. De heer P. N. v.
Doorninck vermeldt dit charter ook in den
Inventaris van het oud archief van Velsen.
met de bijvoeging „met recht van naasting
door den Graaf"
Mr. van Wijn veronderstelt, dat reeds vóór
1250 Hugo van Naaldwijk met een erfdochter
van Velsen huwde en dat door haar het maar
schalksambt van Holland aan het geslacht
van Naaldwijk genoemd, ook als zijn bloed-
keur van Westkapelle van 1223 en in Latijn-
sche charters van Hendrik, heer van Voorne.
van 1230. 1248. 1249. 1257 en 126.1 wordt Hugo
van Naariwijk genoemd, ook als zijn bloed
verwant. Vermoedelijk is dus ook de heerlijk
heid van Velsen door dit huwelijk aan het
geslacht Naaldwijk gekomen. Daar Naardwijk
niet in Velsen woonde, heeft hij het ambacht
verkocht aan de Brederodes.
Een enkel woord nog over het feit. dat het
maarschaiksambt van Holland ter leen ge
geven werd door de heeren van Voorne en niet
door de graven van Holland. Mr. van Wijn
weet hier geen verklaring voor, tenzij dan dat
de heeren van Voorne naar zijn mecning
na de Graven het machtigste adeliijk huis van
Holland en Zeeland oudtijds zelf het maar
schalksambt in leen hadden bezeten.
Wij meenen. dat hiertegen nog wel iéts :n
te brengen is, vooral dat Voorne het machtig-
werden de Brederodes daarvoor gehouden
werden de Bredrodes daarvoor gehouden.
Er waren echter nog andere geslachten, die
ln hoog aanzien stonden n.l. Egmond. Arkel,
Bo:' sele. Montfoort, Leyden. Cuyck, enz. Wan
neer echter de heeren van Voorne het maar
schalks ambt van Holland erfelijk in leen
bezaten, hoe kwam het dan aan het geslacht
Velsen? Dat zou dan weer door een huwelijk
moeten zijn gekomen.
Het is niet gemakkelijk om het adelijk ge
slacht van Velsen in verband te brengen met
de plaats Velsen. De burcht der heeren stond
hier en werd na den moord op Floris V voor
een deel door het volk verwoest. Maar volgens
een akte van 25 Juni 1290 gaf Floris V het
Huis te Velsen toen aan Nicolaas van Persijn,
die met een zuster van Gerard van Velsen was
getrouwd.. De Persijn's waren heer van Water
land en hadden hun slot te Halfweg. Nicolaas
Persijn bouwde te Velsen een nieuw huls en
noemde het Waterland, zoodat hij den burcht
niet heeft bewoond. Het is niet onmogelijk,
dat de broeder van Gerard van Velsen den
burcht bezat en dat Floris V na diens ter dood
brenging zijn goederen verbeurd verklaard,
heeft Gerard van Velsen, die ook heer van
Noordwijk en Kronenburg was. bewoonde het
slot Kronenburg bij LJselstein. dat na den
moord op Floris V geheel verwoest werd.
Wij mogen aannemen, dat de heeren van
Velsen in de twaafde eeuw maarschalk van
Holland waren, welk ambt in de eerste helft
der dertiende eeuw aan de Naaldwijks kwam.
Ook in de dertiende eeuw waren de heeren van
Velsen nog zeer gezien, getuige het feit der
schenking van tollen te Haarlem aan Adel
bert van" Velsen. terwijl Gerard van Velsen
geneim secretaris van Floris V was.
De burcht Velsen werd maar gedeeltelijk
verwoest. De heeren van Velsen zouden er
echterf niet meer wonen. De mannelijke tel
gen van het geslacht, die na den moord op
Floris V naar het buitenland zijn uitgeweken,
zullen wel niet zijn teruggekeerd. Wat de
Persijns met den brucht hebben gedaan,
is niet bekend. Er is echter een akte van 21
Juni 1391. volgens welke Gijsbrecht- van
Nijenrode beleend wordt met het Huis te
Velsen. met korenland, weiland, boomgaard,
alle manschap en giften van kerken en kapel
len. daarbij behoorende, zulks bij opdracht
van Floris van Haemstede van Bergen, heer
van Montigny. Hieruit blijkt dus. dat de
burcht in de veertiende eeuw eigendom van
den heer van Bergen was geworden. Later
is het overblijfsel aan het Amsterdamsche
regentengeslacht Huift gekomen, die het
langen tijd bewoond hebben.
G. VOET.
Van drie boog gevallen en vrijwel
geen letsel bekomen.
Vrijdagmiddag was een 47-jarige bewoner
van een perceel in de Vrolikstraat te Amster
dam op drie hoog op zijn platje bezig een losse
deur te schilderen. Op een gegeven oogenblik
verloor de man zijn evenwicht en hij tuimelde
met deur en af in de diepte.
's Mans val werd gebroken door eenige
waschlijnen, die hem opvingen, waarna hij ln
tweede instantie terecht kwam op den weeken
grond van den tuin. Deze ongewone daling
had den man slechts een lichte hoofdwon
de bezorgd. Ter observatie is hij echter opge
nomen in het O. L. Vrouwegasthuis.
Zesde Zomer-concert der H. O. V.
Gastdirigent: Nico Verhoef f.
Soliste: Hélène Ludolph, zang.
Het concert der H O.V. van Maandagavond
wordt geleid door Nico Verhoeff.. welke diri
gent vele en artistieke uitvoeringen gaf met
zijn vereenigingen in Rotterdam en Den
Haag o.a. ..Quo Vadis". Ook trad hij meer
malen elders als orkestleider op.
Voor de pauze brengt hij 4 noviteiten, de
Marche écossaisse van Cl, Debussy, Pastorale
van Dina Appeldoorn, liederen van Nico
Verhoeff en Rhapsodie flamande van A B.
Roussel. De liederen zullen door Hélène
Ludolph worden vorgedragen.
Na de pauze volgt de Symphonie van César
Franck.
Een belangwekkend programma dus.
Nieuwe wisseltruc.
Succes lijkt echter niet te groot te
zullen zijn.
Vrijdagavond is mej. Spiegel, die te Gennep
een wisselkantoor heeft, benadeeld door een
man, die bij het wisselen een biljet van dui
zend rijksmark incasseerde en daarvoor een
zakje ondeugdelijk geld teruggaf.
Mej. S. werd opgebeld uit een op enkel*
honderden meters verder gelegen café doo*
een haar bekenden man, die haar verzocht
een biljet van 1009 rijksmark te komen wisse
len voor zilvergeld. Over de wisselkoers was
men het eens en mej. S. zond haar dochtertje
naar het café Het dochtertje deponeerde daar
het biljet en ontving daarvoor een zakje geld
terug.
Blijkbaar vertrouwde mej. S. de zaak vol
komen. want zij pakte het zakje zonder het
na te zien van haar dochtertje aan en nam
hel mee naar kantoor. Daar kwam aan het
licht, dat het geld waardeloos was. Terstond
stelde zij de politie van de oplichting in ken
nis Deze waarschuwde de grenskantoren. om
dat het vermoeden voor de hand lag. dat de
wi&selaar met het geld naar Duitschland was
getrokken. Men bleek juist gezien te hebben,
want na eenlgen tijd kwam uit Goch bericht
van de arrestatie van zekeren Sm., die langen
tijd werkzaam was op een sigarenfabriek te
Gennep, doch in Goch woonde. Het geld wm
""hter niet meer in zijn bezit
Tnriien Sm schuldig wordt bevonden Ia by
in Nederland strafbaar wegens oplichting en
in Duitschland wegens overtreding der dévie-
zenbepalingen.