Brugge en
de
jHemCüig)**
teataousteUmq)
Indrukken van de Amerikaansche.
Wereldtentoonstel ling
H
DOX DERDAG 3 AUGUSTUS 1939
HAARLEM'S DAGBEAD"
Stad
van mijmering en herinnering
RUGGE, de oude Vlaamsche stad, heeft
in deze zomermaanden waarin het
overstroomd wordt door vreemdelingen,
haar Memling-tentoonstelling. Brugge
en Memling behooren bij elkander, zooals
Haarlem en Frans Hals bij elkander hooren.
Voor het eerst kan men nu, dank zij de zor
gen van het gemeentebestuur en de heeren
Paul Lambotte, eere-directeur generaal voor
Schoone Kunsten in België, en Louis Reckel-
bus, conservator van het Stedelijk Museum,
een groot aantal werken van Hans Memling
bijeen zien. Daarvan vormen de prachtige
stukken uit het eigen Brugsche bezit, de wer
ken n.l. uit het Sint Janshospitaal en het mu
seum der stad, evenzoovele „pièces de résis-
tance". Daarnaast heeft men echter ook de
beschikking weten te verkrijgen over werken
uit het buitenland en uit de overige musea
in België. Helaas heeft men lang niet alles
gekregen, wat men gaarne had willen heb
ben. Van dat laatste zijn vooral de huidige
tijdsomstandigheden de oorzaak. Desondanks
is het geheel toch een zeer mooi ensemble
geworden, dat een goed beeld geeft van per
soonlijkheid van den kunstenaar Memling, ook
al blijven er voor den ingewijde vele leemten.
Brugge, voor ons wel bij uitstek de stad van
mijmering en herinnering, toont zich in deze
dagen „anders dan anders". Het lijkt een oude
eerbiedwaardige dame op een groot familie
feest, waar het nog al luidruchtig toegaat. En
ook de oude dame toont zich wat druk en valt
somtijds uit haar rol van zwijgzame overpein
zing, over datgene wat eenmaal geweest is.
Men ontkomt niet aan den indruk van een
ietwat kunstmatig aangekweekte stemming
van plezier.
Er zijn echter dagen, waarop de oude stad
haar „couleur locale" en haar ware uiterlijk
onverhuld toont. En het is in dat Brugge,
dat men weer de eeuwen van opkomst, bloei
en verval aan zich ziet voorbijgaan. Enkele
historische bijzonderheden daarover zullen den
lezer van dit artikel wellicht welkom zijn.
Reeds in de 7de eeuw wordt de stad ver
meld als „Municipium Brugense". In een oud
handschrift uit de 15de eeuw staat letterlijk
het volgende: „Brugge is haren naemoorsprong
verschuldigd aan een houten brug. Deze brug
was gelegen omtrent de plaetse waer nu de
kapel van het Hl. Bloed staet. Zy lag over den
waterloop, later de eerste vesting van Brugge
en leidde naar de Oudenburg, welken naem
dese straet tot heden behouden heeft: voorts
leidde zy naer den Oudenburgschen Aerdeweg
buiten de Smedepoort langs waer de kooplie
den kommende van Rodenburg en Aardenburg
zich naar Oudenburg begaven."
Het blijkt dus dat een van de oudste gedeel
ten van Brugge de thans nog bestaande
burchtplaats is, waar het prachtige gothische
stadhuis, de kapel van het Heilig Bloed
en de vroeg-Renaissance Oude Griffie zich
vereenigen tot drie relikwieën van oude archi
tectuur. Het kasteel, dat hier eens heeft ge
staan (het werd in 1434 verwoest) was ge
bouwd door Boudewijn den eersten, bijge
naamd „met den ijzeren arm", den stichter
van de machtige dynastie der graven van
Vlaanderen op het einde van de 9de eeuw. Na
dien inzet vormt zich spoedig de nijvere en
tegelijk trotsche bevolking, die ons ook in de
historie van het naburige Gent zoo imponeert.
En evenals de stad der Arteveldes heeft ook
Brugge een uiterst bewogen geschiedenis ach
ter den rug, ondanks, of wellicht juist
dóór den grooten voorspoed en dóór de enorme
rijkdommen, die er werden vergaard. Van de
stedelijke macht getuigt nog het grootsche
complex der hallen met het tachtig meter
hooge Belfort op de Groote Markt. Reeds in
de 13de eeuw was Brugge met zijn haven
de verbinding naar de zee werd gevormd door
de Reye, die uitmondde in het z-g. „Zwyn" of
„Zwin" entrepot van de Hansasteden en
stapelplaats van de Engelsche wol; deze laatste
was van zoo primair belang voor de Vlaam
sche industrie. Dan werden er de Italiaan-
sche producten uit Lombardije en Venetië, en
zelfs uit het verre Oosten, verhandeld tegen
die van Noord-Duitschland en de Baltische
landen. Zeventien staten hielden in Brugge
kantoren en genoten er handelsbeschermingen.
Op het einde van de 13de eeuw moest de
stad opnieuw worden uitgebreid, nadat zij bij
het begin van de 12de eeuw reeds was ver
groot. Deze uitbreiding van 1297 heeft met
wallen en poorten bestaan tot in de 19de
eeuw. Bepaalde gedeelten, o.a. verschillende
poorten, zijn nog bewaard. De omtrek van den
grachtengordel besloeg zeven K.M. Tijdens den
hoogsten bloei telde Brugge ongeveer honderd
duizend inwoners!
De 14de eeuw is zonder twijfel het hoogte
punt van dien bloei, toen Brugge, naast Siena
in Italië, de eerste geldmarkt van Europa was.
Zeer bekend is de uitlating van de Fransche
koningin Jeanne van Navarra, wanneer zij in
1301 met haar gemaal, koning Philips den
Schoonen, de stad bezoekt, en bij het zien
van de ongeloofelijke luxe, welke de Brugsche
dames ten toon spreiden, met eenig vrouwe
lijk sentiment en ietwat spijtig, opmerkt: „Ik
dacht alleen koningin te zijn, maar ik zie er
hier honderden om mij heen
Korten tijd daarna, op den achttienden Mei
1302, werd het bloedbad aangericht, waarbij
de bevolking van Brugge zich onder leiding
van Jan Breydel en Pieter de Coninck be
vrijdde van den Franschen gouverneur
Jacques de Chatillon. In het zelfde jaar, op
11 Juli, vielen in den bekenden Gulden Spo
renslag de „Leliaerts (de Franschen) onder
de slagen van de „Klauwaerts". Gent en
Brugge hadden daarbij vereend gestreden. La
ter zouden de Gentenaars „die van Brugge"
afslachten en hun wallen vernietigen.
Het algemeene verval van Brugge begint in
de 15de eeuw. Als belangrijkste oorzaken
noemt men altijd: de verzanding van het
Zwin, waardoor de scheepvaart meer en meer
werd bemoeilijkt en het te stroef werkende
stelsel der beschermende rechten. Wat dit
laatste punt betreft, hier stond de groote
concurrent gereed, n.l. Antwerpen, de stad
van den opkomenden vrijhandel, d e groote
metropolls van het Westersche continent in
de 16de eeuw. Wel werd het verval van Brug-
Deze schilderachtige kapel dankt haar
naam aan een legende, volgens welke eenige
druppels van het Bloed van Jezus door den
Vlaamschen graaf Diederick van den Elzas
uit het Heilige Land naar Brugge zouden zijn
gebracht. In het bij de kapel behoorende kleine
museum bevindt zich de z.g. Schrijn van het
H. Bloed. Zooals men weet wordt ieder jaar
in Mei de beroemde processie van het H. Bloed
te Brugge gehouden, terwijl in deze Augustus
maand op de Groote Markt, met het Belfort
als achtergrond, een herhaling wordt gegeven
*an het H. Bloed-spel.
ge In de 15de eeuw nog verborgen onder de
nu eens artistieke, dan weer zinnelijk parve-
nu-achtige weelde der Bourgondische herto
gen. Het huwelijk van Karei den Stoute met
Margareta van York in 1467 werd bijv. aan
leiding tot de dolste verkwistingen. Memling
werkte met andere schilders mee aan de ver
sieringen. De onafwendbare loop der gebeur
tenissen bleek daarmee echter geenszins te
stuiten. Op het einde van de eeuw verlaten
de kooplieden, de een na den ander, de stad
en trekken naar Antwerpen. Het wereldbe
roemde bankiershuls Fugger uit Augsburg en
de Noordsche Hansa brengen hun kantoren
in 1505 en 1545 van Brugge naar Antwerpen
over. Dit on. zijn sterke symptomen van het
begin van het einde. Wel bleef men in Brug
ge nog tientallen van jaren in gezapige rust
op de oude rijkdommen teren, maar de onder
nemingsgeest was voorgoed verdwenen.
Aan de schoonheid van Brugge deed dit
alles weinig afbreuk. Daarvan getuigde reeds
een beroemd man in 1458, n.l. Aeneas Silvius
Piccolomini, de latere Paus Pius II: „Brugge
is een der drie mooiste steden, die ik heb ge
zien. Zij verdient Maria-stad te heeten".
Thans treedt Memling op, die als kunste
naar geheel behoort tot den tijd van het eco
nomisch verval van Brugge. Op 30 Januari
1465 werd, blijkens een vondst van den stads
archivaris dr. Parmentier, in de poortersboe-
ken als burger ingeschreven „Jan van Mim-
nelinghe, Harmans Zeune. Gheboren Za-
leghenstat". Hiermede staat nu voorgoed vast,
dat Memling een Duitscher is geweest, gebo
ren in Seligenstadt. Sedert 1889 kende men
weliswaar de aanteekening van den Brug-
schen notaris Rombout de Doppere, uit 1494,
het jaar van Memling's dood, waarin staat,
dat magister Joannis Memmelinc afkomstig
was uit de omgeving van Mainz. De huidige
archiefvondst in Brugge vond bovendien een
zeer recente bevestiging van Duitsche zijde.
Men heeft daar nJ. sporen gevonden van
Memling's ouders, van zijn vader Hermann
en zijn moeder Luka Stirn. Zij kwamen oor
spronkelijk uit het plaatsje Mömlingen. waar
mede de naam van den schilder tegelijk kan
worden verklaard.
De organisatie van de
tentoonstelling
"O" ET Fransche weekblad „Beaux-Arts"
van 28 Juli j.l. geeft een interview
weer, dat een zijner medewerkers heeft gehad
met den heer Paul Lambotte, een der voor
naamste organisatoren. Daarin blijkt voor
welke enorme moeilijkheden men is komen te
staan. Het plan tot het houden van een
Memling-tentoonstelling ontstond met het
doel tot een 500-jarige herdenking van zijn
geboorte te komen. Het geboorte jaar is ech
ter niet bekend, doch moet liggen tusschen
1432 en 1440. Het blijkt dan verder, dat de
heer Lambotte zich heeft gewend tot alle
musea en particulieren, die Memlings bezit
ten. Noch de National Gallery (Londen), noch
het Prado (Madrid) leenen schilderijen. Uit
New York was niets te krijgen vanwege de in
ternationale tentoonstelling. Evenmin wilden
de beheerders der collectie van den hertog van
Devonshire in Engeland, waarin zich een der
belangrijkste vroegee werken van Memling
bevindt, iets afstaan. De Italiaansche musea
hebben niet lang gedraald of uitvluchten ge
zocht en tenslotte geweigerd. Ook München
is zijn aanvankelijke belofte niet nagekomen.
Toch is de heer Lambotte over het resul
taat tevreden. Aan het Belgische bezit, zooals
dat van het St. Janshospitaal te Brugge, heeft
men drie belangrijke werken uit het Louvre
kunnen toevoegen, een uit Den Haag (het
prachtige mansportret uit het Maux-itshuis),
verder stukken uit Weenen, Berlijn, Keulen
en Boedapest. De voornaamste aantrekkelijk
heid van de expositie is wel het groote polyp-
ticon (veelluik) uit de Maria-kerk in Lübeck.
Dit eene stuk is reeds verzekerd voor meer
dan twee en twintig millioen francs! Er zijn
verder schilderijen uit het museum van
Straatsburg, uit het museum Jacquemart
André te Parijs en uit diverse particuliere col
lecties in Engeland, Amerika, Frankrijk en
Nederland (o.a. uit de verzamelingen van
Beuningen te Rotterdam en Gutmann te
Haarlem).
De interviewer komt dan tot een belang
rijke vraag: Zijn alle geëxposeerde werken
onbetwistbaar van Memling?, waarop het
openhartige antwoord luidt: „Neen, wij heb
ben eenige wei'ken laten komen, die met voor
behoud worden toegeschreven en zelfs worden
bestreden. C'est la vie d'une exposition, cela".
Tegen deze openhartigheid van den „eere
directeur-generaal voor Schoone Kunsten"
zal niemand bezwaar hebben. Ook niet tegen
het feit, dat men enkele twijfelachtige stuk
ken heeft opgehangen. Wel moet ernstig ver
zet woxxien aangeteekend tegen het feit. dat
deze stukken in den catalogus onder de echte
Memlings zijn opgenomen. Dit toch is ten
eenenmale onjuist. Stukken, aan welker
authenticiteit getwijfeld wordt, behooren in
een afzonderlijke rubriek, b.v. onder „School
of navolgers van Memling" te worden gerang
schikt.
in\ E tentoonstelling is ingelicht in drie za-
len van het nieuwe Stedelijk Museum
achter den Dij ver. Zij is van omvang betrek
kelijk klein. Men vergete daarbij niet, dat het
werk der Vlamingen uit de 15e eeuw in het
algemeen bescheiden van fonnaat is. Deze
schilders konden hun afkomst uit de wereld
der verluchte manuscripten niet zoo spoedig
vergeten. Met enkele der groote werken van
Memling, zooals het Mystiek Huwelijk van
St.-Catharina, de Lübecksche Kruisiging, de
triptiek met Christophorus en, niet te verge
ten, de Schrijn van St.-Ursula, heeft men
telkens bepaalde accenten gevormd waarom
heen werken van middelgroot en klein for
maat op smaakvolle wijze zijn gegi-oepeerd.
De tentoonstelling blijft geopend tot Octo
ber. Men kan haar dagelijks, ook des Zondags,
van 's morgens negen tot 's avonds zeven uur
bezoeken. Het kan er enorm druk zijn. Ik be
zocht haar eenige malen op verschillende tijd
stippen van den dag, waarbij mij bleek, dat
men het beste doet dadelijk om negen uur te
gaan kijken. Komt men veel later op den dag,
dan loopt men kans slechts gebogen ruggen
van bewonderaars, doch geen Memlings te
zien. Men beschouwe Memling's kunst dan
maar als ochtendvoer voor den geest!
In een volgende beschouwing zullen wij het
belangrijkste releveeren wat aan religieuze
stukken en portretten ter tentoonstelling
aanwezig is.
A. VAN DER BOOM.
GEZONDHEIDSTOESTAND VAN FREUD
VOORUITGAANDE.
Gistei'avond werd te Londen medegedeeld, dat
de gezondheidstoestand van professor Freud aan
merkelijk verbeterd is.
L G
Elk jaar vindt van Australië naar Engeland een wedstrijd plaats voor zeil-
vrachtschepen. Een der deelnemende vaartuigen van dit jaar de viermaster
„Viking".
WILSELKOERSEN AMSTERDAM
Londen 8.80 3/8
Berlijn 75.47 1/2
Parijs 4.98 3/8
Brussel 31.95 1/2
Zwitserland 42.44
New York 1.88 1/8
Futurama, de wereld van 1960.
Een aantrekkelijk Fransch
paviljoen.
(Van een bijzonderen correspondent).
ET grootste „individueele" succes van
de Wereldtentoonstelling heeft de
geweldige stand der General Motors,
die onder ons gezegd nogal wat
gekost heeft: een bedrag dat ergens tus
schen de vijf en de zeven millioen dollars
zweeft. Het resultaat is verbazingwekkend
en er komen millioenen menschen naar
kijken. Wie het zien wil moet er mee reke-
ninghouden een uur of twee in de rij te
staan. Wanneer uw geduld beloond wordt en
ge hebt toegang gekregen tot het groote
gebouw bevindt ge u in het Futurama. Wat
dit is? Het is de conceptie van den wensch-
droom van een grooten autofabrikant: hoe de
Amerikaansche verkeerstoestand in 1960 zal
zijn. Hoe de groote en de kleinere autowegen
dan het verkeer zullen leiden en verzwelgen
van do 38.000.000 personenauto's die, naar
deskundige berekening in 1960 in de Vereenig-
de Staten in het verkeer zullen zijn (nu zijn
het er 27.000.000 Autowegen zijn op zich zelf
reeds een fascineerend onderwerp en dit
Futurama laat den toeschouwers, op een
wijze zooals zij die nooit tevoren gezien en
bewonderd hebben, hun enorme belangrijk
heid zien en gevoelen.
U ziet het tafereel terwijl ge gezeten zijt
op een twee-persoons armstoel, die rondrijdt
door een duister-gemaakte reusachtige zaal
op een loopenden band zonder einde. Deze
band. die stijgt en daalt, komt langs glazen
wanden, waarachter zich het hel-verlichte
landschap-van-de-toekomst uitstrekt. In
uw oor legt een zachte stem, die komt uit een
soundbox, welke op de ruggeleuning van uw
stoel bevestigd is, u uit wat ge ziet. Op iedere
vijf stoelen is de stem in de explicatie „eenige
meters" gevoi^derd. Dit geluidswonder is op
zich zelf al een verovering der techniek. Het
pikt de op een gramofoonplaat vastgelegde
stem op van één enkele filmsti'ook doch ver
deelt de uitlegging van de stem en zendt die in
verschillende op elkaar aansluitende episoden
naar elk van de 300 armstoelen op hun tocht die
ruim een kwartier duurt. Maar het is na
tuurlijk het landschap zelf, dat de toeschou
wers en luisteraars tot stomme verbazing en
bewondering brengt. Dit landschap is ont
worpen en gebouwd door Norman Bel Geddes.
een bekend kunstenaar en ontwerper, teeke
naar van gestroomlijnde droom-auto's en
stoomschepen, die wellicht eens in de toe
komst tot werkelijkheid zullen worden. Het
geheele Futurama is gebouwd in acht maan
den. Geddes had al dien tijd tegelijkertijd
achthonderd artisten aan 't werk, die model
hulzen en "luchtvaarthavens, boomen, auto
wegen en futuristische auto-modellen bouw
den. welke de futuristische modelwegen moes-
LUCHTFOTO VAN BRUGGE.
Op den voorgrond de Groote Markt met den
Halletoren.
te berijden. Ter illustratie van den om
vang van dit werken-in-miniatuur in het Fu
turama moge ik vermeldexx dat niet minder
danéén millioen miniatuurboomen van
18 boomsoorten natuurgetrouw langs de wegen
van deze toekomststad staan.
De autowegen-der-ioekomst heb
ben veertien banen naast elkaar! Ze heb
ben bveede bochten, die op die van de spoor
wegen lijken, zoodat geen vaart verminderd
behoeft te worden. Zij kruisen en snijden
elkaar boven en onder elkaar. De wegen voor
het langzame verkeer loopen weer op een
ander peil. Op iedere tien kilometer staan
hooge radiotorens, die hun raadgevingen
en aanwijzingen uitzenden aan de auto's op
de snelwegen. De steden van dit Futurama zijn
heel anders dan de huidige Amerikaansche
en Europeesche steden. I-k kan ze het best
omschrijven als: wolkenkrabber-tuinsteden.
De geweldig hooge huizen staan ver van el
kaar, ieder in zijn eigen park als het ware.
Bij zulke uit elkaar gebouwde steden is het
ook niet moeilijk er de breede auto-wegen
door te leiden. Het langzame rijverkeer en de
voetgangers zijn veilig op de wegen, die uit
sluitend voor hen bestemd en gebouwd zijn,
Het is ik kan het niet anders zeggen
een machtig en diep-indrukwekkend schouw
spel, een van de meest bijzondere en tot na-
denken-stemmende dingen die hier te zien
zijn, geheel en al op zijn plaats in wat zich
immers „De wereld van morgen" noemt,
zonder dat de beloften van dezen naam over
het algemeen zoo consequent worden ingelost,
als dat in dit Futurama van General Motors
geschiedt
Cijfers.
DIT is het indrukwekkendste tafereel
van een tentoonstelling, die zóó
grootsch is als nog nooit een tentoonstelling
ter wereld is geweest. Mag ik u om deze
grootschheid te illustreeren eens wat getallen
en feiten noemen, die ik her en der vei-zameld
heb en zorgvuldig opgeteekend? Hier is een
greep:
Om het terrein, waar oorspronkelijk een
reusachtige vuilnis-stortplaats was geweest,
gereed te maken voor bouw en aanleg heb
ben 30.000 mannen 90 dagen gewerkt. Dit werk
alleen reeds kosttte 2.200.000 dollar. Er is ot>
gerekend, dat gedurende de tentoonslelling
de bezoekers 30.000.000 knakworstjes zullen
oppeuzelen. Wanneer een statistisch-aange-
legde dwaas de gelegenheid zou krijgen deze
worstjes in een rij te leggen, dan zou hij, in
New-York beginnende, zich met zijn laatste
worstje op Trafalgar Square in Londen be
vinden. De driehonderd gebouwen kostten on
geveer 50.000.000 dollar. De arbeid aan den
geheelen opbouw besteed stond gelijk met het
bouwen op een tot nu toe onbewoonde plaats
van een stad voor 800.000 inwoners. Er staat
op de hooge tryloon in het midden een lich
tende ster, welks uitstraling in kracht gelijk
is aan die van een millioen 100-watt-lampen
De 10.000 boomen zijn één voor één inge
plant. De meeste wegen tusschen de 20 en
30 ton. Aan ondergrondsche werken voor
licht, kracht en watervoorziening is 12.000.000
dollar ten koste gelegd. Er is 200 ton verf ge
bruikt. Er zijn veertig artsen bijgestaan door
zeventig verpleegsters werkzaam. Op de par
keerterreinen is plaats voor 43.000 automo
bielen.
Een statisticus heeft uitgerekend, dat ge
durende de tentoonstelling in New York en
omgeving door bezoekers van buiten zal be
steed worden: 250 millioen dollar voor ver
maak, 200 millioen voor logies. 250 millioen
voor eten en drinken, 100 millioen voor ver
voer. 140 millioen aan inkoopen van allerlei
artikelen. Er zijn ruim 1000 politiemannen
op het terrein van de tentoonstelling gesta-
tionneerd. Is er iemand die twijfelt aan de
grootsch- en grootheid van deze gebeurte
nis?
Fransche charme.
„Smaken verschillen", zei de man en hij
at ontbijtkoek met leverworst. Maar: o la la
Zou er iemand zijn die zich niet op
staande voet overgeeft aan de charme van
het Fransche paviljoen? Zoo iets moois, sier
lijks, betooverends heeft uw correspondent
op deze heele tentoonstelling niet kunnen vin
den. Alle rijkdom van Frankrijk is er samen
gevloeid en uitgestald op een wijze, die ge
„vertroetelen" zoudt kunnen noemen. Wie
alles zou willen noemen wat hier te zien is
zou een lijvig boek moeten schrijven. Het is
een heele tentoonstelling op zich zelve en uren
kunt ge er ronddwalen, dagen kunt -ge er
zoek brengen, leerend en genietend aan de
harteklop van Frankrijk. Er zijn nog enkele
van zulke groote paviljoexxs, die kleine steden
op zich zelf zijn. Maar Engeland is stijf, een
beetje onbelangrijk en vooral onfantastisch
en vervelend. Italië is groot en mooi maar bij
zonder conventioneel. Ext Sovjet-Rusland, van
buiten zeker het indrukwekkendst met zijn
geweldig, torenhoog voetstuk waarop een
strijdbare mannenfiguur een roode ster naar
de wolken heft, valt net als op de wereld
tentoonstelling te Parijs van binnen ge
weldig tegen: een groot stuk communistische
propaganda, allemaal innig-gelukkige men
schen in een aardsoh paradijs.
Maar FrankrijkWel, dat is Frankrijk,
zooals zij die het kennen het lief hebben.
Met een smaak en een verfijning, een rijkdom
naar de materie en naar den geestoch,
alles op aoo'n tentoonstelling beziet de din
gen van den onverdeeld optimistischen kant.
Armoede en krotwoningen zijn nergens geëx
poseerd en van politieke bïnnenlandsche
moeilijkheden bemerkt ge in geen enkele na
tionaal paviljoen ook maar het schijntje van
een schaduw. Het Fransche paviljoen is één
reusachtige hoorn van overvloed. Alles komt
door uitgestroomd: van een heel kostbaar en
heel verfijnd fleschje reukwater af tot een
prachtig afgietsel van Rodin; een profusie
van mosterdsoorten in geestige potjes naast
een rij van zalen vol hcdendaagsche schilder
kunst; een prachtige, origineel-gedachte patio
met nissen half Romaansch-klassiek en
half surrealistisch waarin de vrouwen
mode bekoort. Binnenhuiskunst in de ver-
fijndste en charmantste uitvoering en ontwer
pen en een toeristische afdcellng waar alles
in Uw herinnering opleeft: de Auvergne en
de Midi, de kasteelen van de Loire en het zon
nige land van Bourgondië, de ultra-moderne
badplaatsn, het altljd-geweldige Parijs
het heele land strekt er zich voor U uit. Het
land van de mooie dingen in het dagelijksche
leven, van de heeriykheden van de tafel, van
de onstei-felijke uitingen van het genie: van
damestaschjes, koffers en handschoenen in
alle kleuren van een onwezenlijk felle regen
boog tot Gauguin. Monet en Toulouse Lautrec.
Van bonbons, honderd kaassoorten en terrines
met ganzenleverpastei tot een practig-geor-
ganiseerde en volledige expositie der letter
kunde.
Wie Frankrijk liefheeft en in New-York
woont gaat er veel dwalen om in een geheel
andere dan de dagelijksche sfeer te komen.
Het nuchtere geweld van New-York verstilt
er tot de grijs-en-gouden stemming van Pa
rijs. De efficiency, de zakelijkheid, de „uitge
kiende" service, de snelheid, het lawaai en
de vaart van Fifth Avenue. Broadway en
Wallstreet wijkt er terug voor de bekoring
van de kleine straatjes boven de Montmartre,
voor de weidschheid van Place de la Concoi-de
en Champs Elysées, voor de stille schoonheid
van het Musée du Luxembourg en zijn tuinen,
voor de luchtigheid van dc Boul' Miche en de
sierlijkheid van de Place Vendöme. Verzadigd
van alles op alle gebied van menschelijk leven,
streven en kunnen, kunt ge er uitblazen op
het breede openluchtterras en er achter een
ames-picon of dubonnet gaan zitten, zooals ge
in Parijs voor de Dóme zat. Vóór u, in de
diepte, is de groote vijver met het ruischende,
ritselende spel der fonteinen, waar 's avonds
licht in alle kleurennuances uit gaat opbloeien.
En op de hoogste verdieping is het groote
restaurant. Het culinaire hoogtepunt van
dezen enormen volkenschouw. waar de Fran
sche keuken op schitterende wijze een over
tuigend-diplomatieke taak vervult. De rijke
Amerikanen, die zich gezond en zakelijk thuis
plegen te goed te doen aan rauwkost met
melk of aan een magere „steak" met sinaas
appelsap komen er hun Europeesche herinne
ringen aan spijs en wijn ophalen. De maal
tijd alléén kost er op zijn minst zeven-en-
een-halve dollar. Het restaurant, dat het
hoogste van de tentoonstelling is. zoowel in
ligging als in kookkunst en prijs, is terras
vormig opgebouwd, een aantal podia boven
elkaar. Wie er zich wil te goed doen moet
anderhalve maand te voren zijn tafel reser
veeren
E New-Yorksche „Wereld van morgen"
bestaat uit vele werelden. Ge geraakt er niet
uitgekeken. Alle gebieden van mensche
lijk leven en kunnen liggen er opengevouwen.
IJsland en Irak bevinden zich nog geen tien
meter van elkaar en ge stapt zóó van Nieuw-
Zeeland onder de ceders van den Libanon. U
kunt er afdalen in mijnschachten en op
stijgen ten parachute-sprong, u vergasten aan
Rembrandt. Rubens en Tintoretto, of met
steenen ballen naar uw believen keukengerei
aan scherven te smijten. De fijnste en uit-
zonderlijkste spijzen staan voor u gereed,
maar wanneer dit u niet uitkomt, koopt ge
voor tien cent een welmende hot-dog op een
stok-oud broodje, besmeert het dik met mos
terd en verorbert het met behulp der beide
handen.
Een geïdealiseerde wereld In een notedop.
Maar die notedop is nog altijd zóó groot,
dat ge uw voeten er pijnlijk van gaan zwel
len en dat uw geest er zich vergeefs aan uit
put.
En die geïdealiseerde wereld.... wel, zij la
immers die van morgen...,
(Nadruk verboden).