Otattfc en 7lede*Cand
Zekerheid door de
eeuwen gegroeid
ten band loetke niet
meen, te uecfaceken is
Heden weer een
hoogtijdag
Ook Ned.-lndië
in feeststemming
ZATERDAG 5 AUGUSTUS 1939
HAAREEM'S DAGBEAD'
5
i RANJE neemt een hooge plaats in in
onze samenleving, een plaats, welke i
niet zóó maar verkregen is, zonder
strijd, zonder moeiten, zonder zorgen,
zonder tegenslag, zonder scheiding. De een-
dracht tusschen Vorst en Volk is gestoord ge- 1
weest, meermalen. De Geschiedenis van het
Huis Oranje en Nederland is geen eentonig 1
verhaal van onafgebroken samenwerking. De
Oranjes brachten een nieuw leiderschap aan
het volk en eenige eeuwen is tusschen de oude j
macht, die der regenten, en de nieuwe macht,
die van den Stadhouder, gestreden. Over de
hoofden heen van regenten moest het leider
schap naar het Volk toegroeien en toen Volk en
Oranje elkaar ontmoetten is de onverbreke
lijke band geschapen: Oranje en Nederland
hooren bij elkaar.
Dit kon alleen geschieden door het opoffe
rende, dat de inzet van Willem van Oranje's
strijd voor de onafhankelijkheid van de Ne
derlanden is geweest. Dat heeft het langzaam
mondig wordende volk steeds dieper beseft en
bij het mondig worden was het besef zóó leven
dig geworden, dat een samengaan voor eeuwen
verzekerd was.
Willem van Oranje's geboorte.
(H) P 24 April 1533 schreef de Graaf van Nas-
sau in zijn dagboek: „Anno etc. XXIII of
dornstag den XXIIII Aprilis had die welge-
borne Juliana von Stolberg etc., greffin und
frau zu Nassau Catzenelnbogen und Dietz,
züschen zweyen en dreyen, doch allernechts
dreyen uhren morgen vormittags im Schloss
Dillenbergk ein kyndlein menschlichs Ge-
slechts der name sol Wilhelm heissen
zur Welt geboren".
Hiermee had de vader de geboorte van zijn
zoon Willem aangekondigd, die later de grond
legger van de dynastie der Oranjes in Neder
land zou worden.
De jonge Willem kreeg op de groote hof-
school op het kasteel Dillenburg onderwijs van
leeraren, die door den Graaf van Nassau met
zorg uitgezocht waren. De blijde onbezorgde
jeugd van den Prins duurde echter slechts kort.
In Juli 1544 stierf zijn neef René van Chalons,
die zijn land, in het Zuiden van Frankrijk,
aan hem vermaakte. Daarmede was een eind
gekomen aan de blijde jeugd en trad de ernst
zijn leven binnen. Hij moest nu aan het hof
van Karei V te Brussel komen, waar hij aan
vankelijk dienst deed als page, doch tevens
opgeleid werd om naderhand zijn verantwoor
delijke betrekking als Prins van Holland en
Zeeland te kunnen aanvaarden.
Deze opleiding heeft niet de door Karei V
gewenschte gevolgen gehad, want de Prins
werd de ziel van het later onder de regeering
van zijn zoon Philips II in de Nederlanden
ontstane verzet. De Prins leende links en
rechts om de legers op de been te brengen en
te gaan vechten „tegen due d'Alva, den tyran".
Zijn motieven waren: defensie en noodweer,
tegen hem persoonlijk aangedaan geweld,
maar ook: zorg voor het lands- en volksbelang,
hem toevertrouwd „als vasall ende mede
gouverneur van wege Sijne Majesteit in de
Nederlanden". De Prins proclameerde zichzelf
tot kampioen van de „gemene Staten der Ne
derlanden" tegen de tyrannie van de „vreem
de regyrders".
Het was een lange weg, de vrijmaking der
Nederlanden. Het kostte veler bloed, ook dat
van hem, die zich „Vader des Vaderlands" ge
noemd zag. Vóór zijn dood heeft hij echter
de dageraad zien doorbreken van een nieuwen
dag: een tot leven gewekt volk.
Dochter, moeder
kleindochter.
Koningin Emma met Prinses Wilhelmina
op den arm.
Stadhouderloos tijdperk.
HP oen zijn zonen Maurits en Frederik Hen-
drik den Staat beveiligd hadden, groeide
het zelfbewustzijn der regenten. De twee
polen; Oranje en de regenten, teekenden zich
steeds duidelijker af. En toen Frederik Hen-
drik's zoon Willem II het conflict met Amster
dam op zijn scherpst stelde, meenden de re
genten na den vroegtijdigen dood van den
stadhouder, dat nü de tijd gekomen was het
voortaan zonder Oranje te doen. Hun plannen
werden vergemakkelijkt doordat in het stad
houderlijk kwartier op.het Binnenhof te
's-Gravenhage slechts één zeer jeugdige
Oranje leefde, 14 November 1650 geboren, die
nog in vele jaren niet „capabel" zou zijn de
I hooge ambten van zijn voorvaderen te beklee-
den. En onder de regenten was een Johan de
Witt, die zichzelf als leider mocht doen' gelden.
De aristocratische regentenrepubliek sloeg
in het derde kwartaal van de zeventiende
eeuw geen kwaad figuur, doch de heeren
regenten konden, ondanks een Acte van Se-
clusie (1654) en een Eeuwig Edict (1667), niet
de carrière van den jongen Willem van Oranje
breken. Hoewel hij het volgens berekening der
regenten nooit verder zou kunnen brengen dan
tot kapitein-generaal, hoewel zij gemeend
hadden, dat het stadhouderschap voor hem af
gesneden was. hadden zij er niet op gerekend,
dat de band tusschen het volk en Oranje wel
slap was. doch niet gebroken.
Toen de oorlogsnood klom en het jaar van
de redde- rede- en radeloosheid kwam, werd
door alle papieren bepalingen een schrap ge
haald. Volkshartstocht herknoopte den band
met Oranje, daarbij tegelijk zich jammerlijk
aan de De Witten vergrijpend. Het volk had
het verlangen naar het leiderschap van dezen
heel jongen Oranje, den achterkleinzoon van
den Vader des Vaderlands, uitgeschreeuwd en
hij kreeg het hooge ambt. compleet, zonder
fijn-gesponnen onderscheid van civiel en mili
tair gezag.
Hem wilde het volk meer macht geven dan
hijzelf wenschte. Wanneer pamfletten hem
echter kwamen vragen nu de „absolute
macht" in handen te nemen en met behulp
van het volk, dat daartoe „ordentelijke" ma
nifestaties ten beste wilde geven, de regenten
opzij te zetten, dan vindt een dergelijk op
treden weinig weerklank bij hem.
Fruin heeft geschreven: „Aan de Oranje's,
aan den eersten bovenal en aan den laatsten
zijn wij Nederlanders, het verschuldigd, dat
wij in de 16e en in de 17e eeuw een grootsche
rol hebben vervuld, en meetellen in de wereld
geschiedenis. Zonder hem (bedoeld is Willem
III) zou het volk zijn neiging, om van brood
alleen te leven, allicht reeds vroeger hebben
gevolgd en de strijd voor de hoogere belan
gen der menschheió, als te zwaar voor zijn be
scheiden krachten, reeds vroeger hebben op
gegeven".
Oranje-Nassau.
DE directe Oranjes stierven met Willem
III in 1702 uit. In Friesland regeerde
een Stadhoudersgeslacht, dat terugging op Jan
van Nassau, den broeder van Willem I en in
vrouwelijke lijn, via Albertina Agnes, de doch
ter van Frederik Hendrik, op Willem I. Deze
tak kwam in 1747, weer door een volksbewe
ging, naar den Haag en bleef daar ongeveer
een halve eeuw, tot de band tusschen volk en
vorst weer werd verbroken. De Oranje-Nas-
sau's werden balling. Maar ze werden niet
vergeten. Reeds in 1801 schreef Gijsbert Karei
van Hogendorp: „Gesteld op oude gewoonten
en zoo ook op den ouden regeeringsvorm, is
de natie het bovenal op 't Huis van Oranje,
't welk nooit zonder gevaar voor de Regen
ten vernederd is geworden".
In 1813 keerden de Oranje-Nassau's terug en
sindsdien is de band tusschen Vorst en Volk
ongebroken gebleven. De souvereiniteit werd
in genoemd jaar aanvaard „onder waarborging
eener wyze constitutie, welke uw Vryheid
tegen volgende mogelyke misbruiken ver
zekert" en er is, behoudens kleine botsingen,
geen breuk meer gekomen. Na 1867 heeft zelts
vorstenwil niet meer tegenover volkswil ge
staan. Voortaan stond de persoon van den
kening, de persoon van de koningin, buiten
en boven wat ons volk mocht verdeelen.' Het
Huis van Oranje is gemeen goed geworden
van heel het Nederiandsche volk.
Daaraan heeft ook in zeer sterke mate
medegewerkt zij, die als Koningin-Regentes
en als Koningin-Moeder een bijzondere plaats
heeft ingenomen. Zij heeft den band tus
schen Vorst en Volk op heel aparte wijze
verstevigd. Uit het huis van Waldeck
Pyrmont afkomstig en in Januari 1879 met
Koning Willem III in het huwelijk getreden
schonk zij op 31 Augustus 1880 aan Koningin
Wilhelmina het leven. Van 1890 tot 1898 was
zij de Koningin-regentes, na dien de Konin
gin-Moeder. Haar buitengewoon warm men-
schelijk gevoel, haar nobele figuur, gaven
aan het verbonden zijn van Oranje en Neder
land een nog hoogere wijding dan de wijding
der historie.
De Koningin-Moeder schonk haar volk
aandacht, en liefde aan alles wat leed en
in moeite verkeerde. Het paleis Oranje-Nassau
bij Welf hezen, dat zij van Koning Willem
ten geschenke had gekregen, stond zij af tot
een herstellingsoord voor teringlijders. Zij
kwam in geen stad of haar eerste gang was
naar het ziekenhuis en daar wist zij de zieken
door haar vriendelijke woorden en de kleine
bloemruikertjes, die zij aanbood, te verkwik
ken. Mild gaf ze waar het noodig was en het
Nederiandsche volk waardeerde haar vrien
delijkheid en medeleven zoozeer, dat heel het
volk zeer ontroerd was toen het de tijding van
haar overlijden vernam.
"injE bijzondere verbondenheid tusschen
Oranje en Nederland manifesteerde
zich al zeer duidelijk bij de geboorte van
haar, die heden ten tweeden male Moeder is
geworden, Prinses Juliana. Uitbundige vreugde
heerschte in het geheele land bij het bekend
worden van de blijde mare. En toch sloeg ner
gens de uitbundigheid over in bandeloosheid.
De leiders der feestelijkheden hoefden niet
zoozeer te organiseeren dan wel de spontane
uitingen van volkshulde te leiden.
En die spontaneïteit herinnert men zich ook
van de eerste Septemberdagen van 1936. toen
er een plotseling gerucht opdook, dat onze
Prinses zich had verloofd, met een Duitschen
Prins, wiens naam toen vrijwel niemand kende.
In opgetogenheid wachtten dien Dinsdag 8
September in den namiddag duizenden en dui
zenden in de omgeving van het Koninklijk
baaarn 5 augustus
Juliana
dochter
beva llen
Het historische bericht op de Telex.
paleis in den Haag op de komst van het jonge
paar. En allen keken reikhalzend uit naar die
statige hofauto, waaruit straks plechtstatig de
Prinses en haar verloofde zou stappen.
Een politie-motor zwenkte ronkend het
Noordeinde op en daarachter een lichtgrijze,
open two-seater, een Ford
Waar bleef de hofauto?
Tot men plots ontdekte, dat „ze" dat waren;
de Prinses en haar verloofde. Aan het stuur
van die auto zat een jonge, sportieve, lachende
jongeman, eenvoudig gekleed, blootshoofds,
naast hem Prinses Juliana, in een kort donker
bontjasje, met een grooten, aardigen hoed en
een bos roze anjers.
Zóó simpel, zóó eenvoudig had men de aan
komst van de Prinses en den Prins niet ver
wacht. Met één slag veroverde hij, de jonge
Prins, door zijn eenvoud het hart van de vele
duizenden, die dit aanschouwden.
En het gejuich was onbeschrijfelijk; er werd
gejubeld, er werd gezongen, er werd geschreid.
En tenslotte loste alles zich op in een juichend
Wilhelmus.
Met één slag was de overtuiging gevestigd,
dat deze twee vorstenkinderen bij elkander
behoorden.
Na dien dag zijn er vele hoogtijdagen voor
Oranje en Nederland geweest: de verlovings
tijd, de bruidsdagen, de huwelijksdag, de ge
boorte van Prinses Beatrix. Het zijn allemaal
gloriedagen geweest, dagen van de meest in
tense en meest oprechte vreugde, dagen van
het meest hartelijke medeleven met de Ko
ninklijke Familie, welke nog slechts korten
tijd tevoren door zoo zware slagen was ge
troffen.
Nu vieren we weer feest, nu wederom
een Oranjetelg is geboren, nu opnieuw
jong leven aan een ouden stam is
ontsproten. Het is heden weer een
feestdag voor ons volk, maar in en bij
al die feestelijkheden zal ieder als
trouwen, vasten ondertoon vinden de
blijdschap over den onbreekbaar-ster-
ken band tusschen Nederland en
Oranje:
Oranje en Nederland zijn één.
Indië ontving de tijding van de blijde gebeur
tenis, in tegenstelling met het moederland, bij
klaarlichten dag. De niets vermoedende doch
reeds gespannen schooljeugd was rustig naai
school gegaan en vertoefde daar reeds een uur
en de in den handel werkzamen maakten zich
op om naar de benedenstad te rijden om hun
werkzaamheden daar aan te vangen.
Het was wonderlijk hoe snel de tijding overal
verspreid was, waartoe werd medegewerkt door
den omroep per radio en de sirenes die de uit
gifte van een bulletin verkondigden, doch vooral
ook door den „rondroep" op straat, waar elkander
geheel niet kennende burgers elkander het heu
gelijke nieuws toeriepen.
Overal verschenen vlaggen.
De kopstukken van de Kali Besar, voor zoover
zij onderweg waren, keerden terug naar huis of
spoedden zich naar hun kantoren, al naar gelang
hun ingeving om echtgenoote of personeel van
het blijde nieuws in kennis te stellen.
De eerste die het bericht ontving was
de gouverneur-generaal, die onmiddel
lijk telegrammen met gelukwenschen
naar H. M. de Koningin, H. K. H. Prin
ses Juliana en Z. K. H. Prins Bernhard
verzond.
Vervolgens werden de dagbladen ingelicht en
de overige autoriteiten, terwijl, ingeleid en be
sloten door het Wilhelmus, alle omroepmaat-
schappijen en omroepvereenigingen vlak na
elkander het bericht doorgaven, over den ge-
heelen archipel een gejuich veroorzakend.
SEMARANG, 5 Aug. (Aneta-ANP) Het be
richt overviel Semarang, en nog langen tijd na
het binnenkomen van het bericht kwamen tele
foontjes in ter informatie.
Binnen enkele minuten echter waren reeds
overal de vlaggen uitgestoken.
In Bandoeng verschenen spoedig in de geheele
stad vlaggen. De scholen sloten en de jeugd
kreeg vrijaf. Waar de mededeeling werd ontvan
gen, werd spontaan het Wilhelmus aangeheven.
Het geheele Zaterdagsche stadsleven kreeg oen
andere wending. De stemming van de menschen
op de kantoren stond niet toe langer aan den
arbeid te blijven.
De met vlaggen en oranje getooide jeugd vul
de de straten en later sloten zich duizenden vol
wassenen daarbij aan, zoodat Bandoeng binnen
een paar uur in de volmaaktste feeststemming
verkeerde.
Feestroes te Batavia.
Het geboortebericht kwam te Batavia als ver
rassing, toen men allerwege nog druk werkte
aan de versieringen en velen zelfs nog niet waren
begonnen. Thans echter wordt het werk in koorts
achtige haast voortgezet om nog voor den avond
'gereed te zijn.
De vermakelijkheidsinstellingen, die eveneens
hoopten nog minstens een week den tijd te heb
ben, bestelden extra-personeel.
De straten boden al aanstonds een beeld van
zeer groote levendigheid door de tallooze groepen
fietsers, die met vlaggen zwaaiden. Tot verhoo
ging van de feestvreugde sleepten zij veelal nog
blikken over de straat. Onmiddellijk werden alle
taxi's gerequireerd. De drukte nam dermate toe,
dat verschillende centrale verkeerspunten en
overwegen werden geblokkeerd.
Vele gouvernements- en particuliere kantoren
liepen onmiddellijk na de bekendwording van
het geboortebericht leeg, evenals de scholen,
waar eerst toespraken werden gehouden.
Weldra was in den ochtend in de meeste zaken
het oranje uitverkocht, terwijl ook de verkoopers
van vlaggen op straat goede zaken maakten.
Verder concentreerde de belangstelling zich
op het paleis aan Rijswijk, waar de gelukwensch-
registers ter teekening waren gelegd.
Tot de eerste teekenaars hiervan behoorden
ook de consul-generaal en consul van Japan.
Hierbij kan aangeteekend worden, dat ook van
Japansche zijde ten volle met de blijde gebeur
tenis wordt medegeleefd, Op verschillende wijze
wordt hieraan uiting gegeven. Uiteraard ging
ook de inlandsche bevolking geheel op in de
blijde gebeurtenis. Duizenden tooiden zich aan-
stonds met oranje en in groote groepen trok de
bevolking naar het centrum van de stad om de
versieringen, voor zoover zij gereed zijn, gade te
slaan en op de haar eigen wijze uiting te geven
aan de feestvreugde.
Naarmate in den loop van den morgen de
warmte toenam zetten de ouderen zich op de ter
rassen voor de verschillende café's om verder het
feestelijk beleven en de optochten van de jeugd,
die inderhaast werden gevormd, gade te slaan.
De verkeerspolitie had handen vol werk om
op de best mogelijke wijze het met de minuut
toenemende verkeer in goede banen te leiden.
De herhaalde opstoppingen gaven hierbij aanlei
ding tot vreugdebetoon over en weer.
Jan Quorum.
Omtrent de inderhaast bijeengeroepen verga
dering van den Volksraad waarin de voorzitter
mededeeling deed van het geboortebericht kan
nog het volgende vermakelijke incident worden
medegedeeld: aanvankelijk waren slechts dertig
leden aanwezig waardoor het vereischte quorum
van 31 leden niet was bereikt. Tenslotte betrad de
heer Wirjopranoto de zaal en maakte het quo
rum voltallig, waarmede hij den onsterfelijken
naam van „Jan Quorum" veroverde.
De Volksraad zond telegrammen met geluk
wenschen aan H.M. de Koningin en aan het prin
selijk gezin.
De vergadering van den Volksraad werd na de
ontvangst van het geboortebericht, verdaagd tot
Dinsdagmorgen a.s.
De voorzitter, mr. Jonkman, deelde de ont
vangst vah het officieele bericht mede in een
geestdriftige, bezielde rede, welke hij besloot
met den al-ouden kreet „Oranje boven", die door
de geheele vergaderzaal en alle tribunes, waar
de aanwezigen de toespraak staande aanhoorden,
met vreugde werd overgenomen.
De heer Van Mook, directeur van het depar
tement van economische zaken, sloot zich in even
geestdriftige, eerbiedige termen namens de re
geering hierbij aan. Ook in de overige deelen van
Ned. Indië veroorzaakte de ontvangst van het
geboortebericht onmiddellijk een spontane feest
vreugde.
De run der reporters te Soestdijk op de telefooncellen ,om het heuglijknieuws wereldkundig te maken. Het gevecht om den voorrang.