De> nag c hei eitemd
Jac. van Kempen
ten grave gedragen
kamerplanten
uitzoeken
jril v.Empelen
W erkloosheidspercentage
veel lager dan in 1932.
MAANDAG 14 AUGUSTUS 1939
HAARIEM'S DAGBLAD
4
Groote belangstelling uit
de kunstenaarswereld.
Eenvoudige plechtigheid
te Bloemendaal.
Overweldigend was de belangstelling bij de
teraardebestelling van het stoffelijk overschot
van wijlen den heer Jac. J. S. van Kempen,
den begaafden concertzanger. Vrienden uit de
zangers- en kunstenaarswereld, leerlingen en
oud-leerlingen waren Zaterdagmiddag van
heinde en verre naar de Algemeene Begraaf
plaats te Bloemendaal gekomen om de plech
tigheid, die volgens den wensch van den over
ledene in allen eenvoud geschiedde, bij te wo
nen. Ook tal van ingezetenen van Bloemen
daal gaven van hun belangstelling blijk.
Het was ongeveer drie uur toen de stoet op
de begraafplaats aankwam. Tevoren hadden
zich in de woning van den neef van den over
leden kunstenaar, den architect H. W. van
Kempen, aan den Zuider Stationsweg, ver
wanten en intieme vrienden vereenigd. Hier
ging ds. J. C. van Dijk voor met een eenvou
dig woord.
In de aula, waar de kist op de baar was ge
zet, trof men vele bekende figuren uit de
concertzaal aan. Wij noemen oa. Jo Vincent,
Ans Stroink, Annie Veenenbos. Di Moorlag,
Annie Woud. Corrie Bijster. Hans Gruys, Jo
van der Meent-Walter, Suze Luger, Dien Dau-
dey, Tilly Sylon, Louis van Tulder. Willem Ra-
velli. Johan Lammen, Henk Noort, Boris
Pelsky, Jan Booda, W. H. Biele, D. Wagenaar,
Karei de Jong, Martin J. Lürsen. Voorts ir. J.
Ouwehand, wethouder van Bloemendaal. C.
Kanne-Blooker, W. J. Allan. Jo Allan-Schilt-
huis, Jac. J. Noach-Waage: Mr. A. Beets, voor
zitter. D. Sanders, bestuurslid. H. H. Luyken,
administrateur en Marinus Adam, dirigent
der H. O. V., mr. P. Tideman. R. Grondsma,
Broeder Jonker, H. Mock, J. M. Steffelaar. J.
Batty, J. v. d. Bosch, Han Boskamp, B. Misset.
Ds. J. C. van Dijk deelde mede, dat in over
eenstemming met den wensch van den over
ledene en van de familie slechts door twee
sprekers het woord zou worden gevoerd.
De heer H. Lind, oud-leerling, was de eerste
spreker.
Ik weet niet, begon de heer Lind, of men
van mij verwacht, dat ik de loopbaan van dit
rijke leven zal ontrollen en naar verdienste
schetsen. Dit doe ik niet, want welke woor
den kunnen den inhoud van dit rijke leven
uitbeelden? Rijk naar kunstzinnigen en men-
schelijken maatstaf. Wij jongeren blijven
hulpeloos achter bij dit afscheid in een belij
denis van diepe dankbaarheid.
Van Kempen zag zuiver onze feilen en te
vens den weg om ze te herstellen. Hij had lof
voor de moeilijke stappen op den langen weg
naar de kunst.
Gelukkig zij, die bezitten maar dit niet van
materieele, maar van hoogere waarden. Ge
lukkig wij, die herinnering hebben aan zoo'n
groot mensch, groot van hart en geest, die
iets aan ons heeft overgedragen van het vele
goede dat hij bezat.
Wij, vervolgde spreker, moeten voortgaan
op zijn spoor, eerlijk in onze kunst en iets
overdragen aan hen, die na ons komen. Meer
zal de zanger niet van ons verlangen. Hij ruste
in vrede.
Driemaal, begon Ds. J. C. Brussaard, die
daarna het woord nam, heb ik op een keer
punt in het leven van Jac. v. Kempen gespro
ken.
De eerste maal bij zijn 25-jarig jubileum als
concertzanger, op een intiem, huiselijk feest,
zoo geheel in de lijn van zijn leven.
Hij wist toen niet hoe zijn erkentelijkheid
uit te drukken, want innerlijk had hij een
buitengewoon kinderlijk en eenvoudig ge
moed. Beminnelijk was zijn woord, gul zijn
scherts, warm zijn medeleven. Hij gaf zich
zonder terughouding en was als „Oom Jacob'
het best in den familiekring.
De tweede maal was bij de viering van zijn
30-jarig jubileum.
Toen heeft hij in de St. Bavo Bach vertolkt
in volle overgave, niet zichzelf, maar de kunst
zoekende.
De Matthaeus Passion was de glorie van zijn
leven en in de rol van den Evangelist moest
voor hem het evangelie spreken en dit was
misschien het hoogste, dat hij heeft bereikt.
En daarom ben ik blij, ging Ds. Brussaard
voort, dat ik hier voor de derde maal bij zijn
dood mag spreken.
Want deze dood is niet het einde, maar, zoo
als Beethoven het zoo treffend zegt: ik geloof
nu pas aan het begin te zijn.
Van Kempen ontleende zijn kracht als kun
stenaar aan het geloof en hij heeft gezwoegd,
zoo lang het dag was.
Spreker eindigde met het lievelingslied van
zijn moeder te reciteeren.
Diep bewogen volgden allen de baar.
Aan de groeve las Ds, J. C. van Dijk uit 1
Cnr. 15 en ging in gebed voor.
De broer van den overledene, de heer C. J.
van Kempen, herdacht met enkele woorden
zijn beminnelijken broer en dankte voor de
betoonde belangstelling.
PROGRAADIA VAN DE HA*RLEMSCHE
RADIO CENTRALE OP DINSDAG
15 AUGUSTUS 1939.
Progr. I Hilversum n.
Progr. n Jaarsveld en Hilversum I.
Progr. III Keulen 8.—, Ned Brussel 10.20,
Droitwich 11.20. Ned. Brussel 12.35. Keulen
2 20, London Reginonal 3.20. Keulen 4.20, Lon
don Regional 6.20. Keulen T.40. Parijs Radio
8.35, Keulen 9.35, Ned. Brussel 10.20, Keulen
11 20.
Progr. IV: Ned. Brussel 8.—. Radio P.T.T.
Nord 9.20, London Regional 10.35, Droitwich
1.05, London Regional 1.20. Droitwich 1.50.
London Regional 4 35. Droitwich 5.20. Parijs
Radio ca. 6.50, Droitwich ca. 7.55, London
Regional 9.50. Droitwich 10.10.
Progr. V 8.00—7.00 Diversen.
7.008.00 Eigen gramofoonplatenconcert.
Opera - programma.
1. Madam Butterfly van Puccini, solisten
koor on orkest van het Scalatheater te
Milaan. 'Verk. uitvoering.)
2. Strettan uit ..De Troubadour" van Verdi.
Jussl Björling, tenor.
3. O Paradiso uit ..Die Afrikanerin" van
Meyerbeer. Costa Milona. tenor.
4. Siciliana uit „Cavallerla Rusticana" van
Mascagni, Jussi Björling, tenor.
8.00—12.00 Diversen.
WEEKABONNEMENTEN
dienen uiterlijk Woensdagsavond?
betaald te zijn daar de bezorgers op
Donderdag moeten afrekenen.
DE ADMINISTRATIE.
Buitenlanders enthousiast over
Noord-Hollands stedenschoon.
Deelnemers aan de Kunstweek vallen van de
eene climax in de andere.
De eerste Nederlandsche kunstweek gaat
van de eene climax naar de andere. Eiken dag
komen de buitenlandsche deelnemers opgeto
gen vertellen, dat het vandaag gebodene al
het tot nog toe geziene overtreft, om den vol
genden dag hun laatste indrukken weer be
langwekkender dan die van gisteren te ach
ten. Men vergete daarbij niet dat men hier
niet te doen heeft met gewone touristen en
de gebruikelijke beleefdheidsfrases, maar met
deskundigen op het gebied van kunst, cultuur
en volksleven, die hun critiek niet onder stoe
len of banken steken, die voor het meerendeel
zeer bereisd zijn en allen op een hooge trap
van ontwikkeling staan.
Zaterdagochtend bezochten zij opnieuw het
Rijksmuseum en daarna een gedeelte van het
Stedelijk Museum, terwijl de namiddag ge
wijd was aan de doode steden van de Nocrd-
hollandsehe Zuiderzeekust, welke zeer werden
bewonderd.
Van den vrijen Zondag maakten velen ge
bruik om meej van Amsterdam te zien, ver
schillende musea te bezoeken, terwijl een klei
ne groep gelegenheid kreeg tot bezichtiging
van de particuliere collectie van den beken
den verzamelaar Edwin von Rath en van de
familie Six, waardoor hun tevens een blik ge
gund werd in een paar nog op waardige wij
ze bewoonde patricische grachtenhuizen.
Van den uiterlijken aanblik dezer huizen
hebben allen uitermate genoten tijdens den
boottocht door de Amsterdamsche grachten,
welke het. gemeentebestuur van Amsterdam
den deelnemers aan de kunstweek in den na
middag aanbood. Sommigen verklaarden
geestdriftig dat hun Amsterdam bij dit late
zonlicht, dat de boomen langs de oude grach
ten op contrastrijke wijze verlichtte, de mooi
ste stad toescheen die zij ooit gezien hadden.
Bij dezen boottocht werden de Amsterdam
sche havens niet vergeten.
Omstreeks zeven uur volgde een door het
gemeentebestuur van Amsterdam aangeboden
receptie in de zalen van de Sophia Augusta-
stichting in het stedelijk museum.
Het geheele museum was tot laat in den
avond opengesteld voor de gasten, die zich
vol bewondering bewogen door de zalen van
de prachtige tentoonstelling „Honderd jaar
Fransche beeldhouwkunst', de zalen met het
werk van Vincent van Gogh, van de schil
ders der Amsterdamsche en Haagsche school
en de moderne Nederlandsche kunst, terwijl
eveneens groote belangstelling bestond voor
de prachtige collectie in het museum voor
Aziatische kunst.
ORGEL-BESPELING.
In de Groote of St. Bavokerk te Haarlem
wordt Dinsdag a.s. des avonds van 8.159.15
uur een orgelbespeling gegeven door den heer
Albert de Klerk.
Het programma luidt:
1. Ciacone e moll Dietrich Buxtehude
(1637—1707)
2a. Medio registro de primer tono
Francisca Peraza (15641598).
2b. Fuga en sol Menor Joaquin Oxinagas
(Siglo XVIII).
3. Praeludium en fuga Es dur J. S. Bach
(1685—1750)
4. Sonate II Paul Hindemith
(1895—
5. Toccata, fuga en hymne op het Ave Maria
Stella Flor Peeters (1903—
Komt U zelf in onze kweekerij Uw
Bloemenmagazijn
Binnenweg 18, Heemstede.
Telcf. 28080.
(Adv. ingez. Medj
Zestigjarig bestaan van het
Restaurant Brinkmann.
De bezoekers kregen champagne en
eerewijn.
Zondag bestond het bekende café-restaurant
Brinkmann te Haarlem 60 jaren. Reeds des Za
terdags ontving de directie tal van blijken van
belangstelling, telegrammen brieven en bloem
stukken.
Des Zondags werd de directie in hartelijke
bewoordingen toegesproken door den heer P. van
Niel; levens werd denheer en mevrouw Brink
mann een bloemenhulde overhandigd.
Een deputatie van Horecaf, afdeeling Haarlem
cn omstreken, kwam haar gelukwenschen aan
bieden. De heer Brinkmann ontving een zilveren
sigarettenkoker met inscriptie en zijn echtge-
noote een bloemstuk.
De directie liet zich tegenover haar clientèle
niet onbetuigd. In het restaurant werd champagne
geschonken, en des avonds werden alle gasten
in het café onthaald op eerewijn.
De muziek speelde toepasselijke wijsjes, na-
turlijk het „Lang zal ze leven", en er heerschte
een opgewekte stemming.
Rijksweg te Baarn niet meer
afgesloten.
De verkeersmaatregelen, welke in verband
met de blijde gebeurtenis te Baarn werden
genomen, zijn met ingang van heden weder
opgeheven, zoodat het verkeer tusschen den
Oranjeboom te Baarn en den Nieuwen Hoek
te Soest weder over den rijksweg zal kunnen
geschieden.
Het detachement rijksveldwacht, 150 man
sterk, dat tijdens de verkeersomlegging dienst
deed. is tegelijkertijd opgeheven.
Alle betalende abonnés van Haarlem's
Dagblad zijn GRATIS TEGEN ONGE
VALLEN VERZEKERD, op voorwaarden
welke kosteloos bij de administratie ver
krijgbaar zijn en welke op geregelde
tijden in ons blad worden gepubliceerd
De uitkeeringen zijn bij levenslange
ongeschiktheid f 2000, overlijden f 400
verlies van een hand, voet of oog 200,
beide leden van een duim f 100, één lid
van een duim f 50, alle leden van een
wijsvinger 60, één of twee leden van een
wijsvinger f 25, alle leden van een
anderen vinger 15, één of twee leden
van een anderen vinger f 5, arm-
of beenbreuk f 30, enkelbreuk f 15 pols
breuk f 15. Alles Indien het gevolg van
een ongeval. Voor de abonnés van het
Geïllustreerde Zondagsblad bestaat nog
een afzonderlijke verzekering. De voor
waarden daarvan zijn eveneens bij de
administratie verkrijgbaar
De directeur van den rijksdienst der werk
loosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling
deelt de volgende resultaten mede van de ver
zameling door het centraal bureau voor de sta
tistiek van de voorloopige gegevens over de
week 24 t.m. 29 Juli 1939.
Arbeidsbemiddeling.
Op 29 Juli 1939 waren bij de organen der
openbare arbeidsbemiddeling ingeschreven
265.299 werkzoekenden (251.091 mannen en
14.208 vrouwen).
Hiervan waren 192.275 (182.853 mannen en
9.422 vrouwen) werkloos en waren 56.233 per
sonen door overheidshulp tewerkgesteld bij
cultuur-technische en administratief daarmede
gelijkgestelde werken. Blijkbaar waren er dus
16.791 personen als werkzoekenden ingeschre
ven die in het vrije bedrijf werkten, doch an
der werk zochten.
Werkloosheidsverzekering.
In de week 24 t.m. 29 Juli 1939 waren bij ge
subsidieerde vereenigingen met werkloozenkas
aangesloten 588.155 personen waaronder 76.518
landarbeiders.
Van 511.637 verzekerden buiten de landar
beiders was het werkloosheidspercentage 17.7
(in de vorige verslagweek 3 t.m. 8 Juli 1939,
was dit percentage 17.8).
In de overeenkomstige verslagweek van Juli
was het werkloosheidspercentage in de laatste
jaren als volgt (in het tijdvak Mei tot en met
November worden bij de berekening van de
percentages de landarbeiders buiten beschou
wing gelaten):
1932 27.1; 1933 24.3: 1934 26.4; 1935 29.6; 1936
31.4; 1937 23.8; 1938 22.4, 1939 17.7.
Op 8 Juli 1939 waren bij de organen der
openbare arbeidsbemiddeling ingeschreven
272.557 werkzoekenden (258.581 mannen en
13.976 vrouwen).
Hiervan waren 196.703 (187.502 mannen en
9.201 vrouwen) werkloos.
EXAMENS
Staatsexamen.
Geslaagd voor diploma A de heeren: H. W. J.
v. Schaik, E. J. v. d. Spek, C. A. P. v. Stolk, A.
J. M. Jansen en de dames R. v. Kappus, C. P.
Samwel, H. A. Leyns, B. G. Smit en G. ten As-
broek. Geslaagd voor diploma B de dames: A. A.
G. Terpstra, A. J. Velthuizèn, H. E. Boerma en
A. J. E. V. Moonen. Afgewezen 23 candidaten.
Handteekenen L. O.
Geslaagd mej. N. G. Veeken, te Haarlem.
Akte n. 1 (natuurkunde en mechanica.)
Geslaagd: H. Bruyn, Haarlem.
TWEE EN EEN HALF JARIG KIND
VERDRONKEN
Een twee en een half jarig kind van den
landbouwer P. aan de Soestwetering te Olst
is in een onbewaakt oogenblik te water ge
raakt en verdronken.
Jongetje in bouwput gevallen en
verdronken.
Een 4-jarig knaapje, J. K., uit de Soester-
bergstraat te 's-Gravenhage was Zaterdag
met eenige vriendjes op straat in de Soes-
terbergstraat aan het spelen. Ongelukki
gerwijs kwam hij in een bouwput te vallen,
waarin water stond. De jongen verdronk.
BAKKERSKNECHT MET
DOORZETTINGSVERMOGEN.
Beste examen algemeene handels
kennis afgelegd.
ZILVEREN MEDAILLE NAMENS DEN v
MINISTER UITGEREIKT.
Op het departement van economische zaken
heeft Zaterdagmorgen de uitreiking plaats ge
had van de zilveren medaille, welke minister
Steenberghe had uitgeloofd voor het beste
examen algemeene handelskennis voor het
middenstandsdiploma krachtens de vesti
gingswet kleinbedrijf. Eén voorwaarde was
daarbij dat het examen onder de moeilijkste
omstandigheden moest zijn afgelegd.
De gelukkige, wien deze eer te beurt viel,
de heer Egbert van Dijk uit Schouwerzijl 'Gr.)
werd met zijn verloofde door den leider van
de afdeeling middenstand van het departe
ment. dr. W. L. Groeneveld Meijer, ontvangen.
Namens den minister, die buitenslands ver
toeft. reikte de heer Groeneveld Meijer met
enkele woorden de medaille over. Hij wees
daarbij op de noodzakelijkheid van vak- en
handelsonderwijs en op het feit. dat de mid
denstandsbonden hun taak direct begrepen
hadden. Een groote organisatie is in het leven
geroepen om goed en goedkoop middenstands-
onderwijs te geven. Dit jaar hebben 13.000
candidaten het examen afgelegd. Hierover
worden door de bonden en de examinatoren
uitvoerige rapporten uitgebracht, die doen
zien, hoe allerwegen goed gestudeerd en se
rieus gewerkt wordt. In het voorjaar heeft
de minister van economische zaken een zil
veren medaille uitgeloofd voor dengene, die
onder de moeilijksete omstandigheden het
beste examen aflegde. Het was geen gemak
kelijke taak uit de 13.000 candidaten een keuze
te doen en het speet spr.. dat niet meer me
dailles konden worden uitgereikt, want er wa
ren verscheidenen, die onder dezelfde moei
lijke omstandigheden zeer goede cijfers had
den behaald. De keuze is tenslotte gevallen op
den heer Van Dijk, voor wiens doorzettings
vermogen spr. zeide groot respect te hebben.
Hij was er zeker van, dat hij in het bakkers
vak, waarvoor hij het examen heeft afgelegd,
even goed zal slagen.
Met de gelukwenschen van den minister
reikte spr. tenslotte de fraaie medaille aan
den gelukkige uit
Landbouwer overboord geslagen
en verdronken.
Een klein gezelschap uit Enter begaf zich
Woensdag j.1.1 met een z.g. „Entersche Zomp",
een ouderwetsch Overijsselsch vaartuig, waar
van nog maar een enkel exemplaar bestaat,
op vacantietocht naar Friesland. Zaterdag
middag zou men Kuinre passeeren. In de na
bijheid van deze plaats sloeg omstreeks half
vijf door tot dusverre onopgehelderde oorzaak,
de zestigjarige gehuwde landbouwer D. ter
Weel, wonende te Enter, overboord. De man
verdronk.
DRONKEN MAN VALT VIJFJARIG KIND
AAN.
In de Anjelierstraat te Amsterdam heeft
zich Zondagmiddag een ergerlijk tooneel af
gespeeld. Een dronken man viel plotseling een
kind, een ventje van 5 jaar aan. Hij sloeg en
trapte het kind zóó ernstig, dat de jongen in
elkaar zakte. Na zijn wandaad sloeg de dader
op de vlucht. Buren hielpen het kind en waar-;
schuwden een dokter, die het noodzakelijk
achtte dat de jongen naar het Wilhelmina-
gasthuis werd overgebracht.
Onmiddellijk heeft de politie pogingen in
het werk gesteld den dader te achterhalen.
Zijn naam en woonplaats zijn bekend.
31). Hij ging naar de bos haar toe en begon er
aan te trekken. Eerst aan één haartje, toen aan een paar
meer en eindelijk nam hij ze allemaal tusschen zijn han
den. Maar o, was hij toch maar voorzichtiger geweest! De
borstel, zooals hij al lachend tegen Henkie geroepen had,
bleek wel degelijk aan een levend wezen toe te behooren
en vol schrik sprong hij op, toen hij twee kwade oogjes
recht op zijn bolletje zag loeren
32) „Kankan njat talatan", zei de man woedend. „Ik
spreek geen Grieksch", zei Rob je lachend tegen den bosch-
jesman. En daar ze nu wisten, dat de wilde hen toch niet
verstond,e voegde Robje er aan toe: „Zeg Henk, geef me
eens een dubbeltje, dan kan hij zich laten knippen". De
jongens schaterden het uit van het lachen, maar de man
dacht er anders over en wilde direct tegen hen beginnen
te vechten. Daar voelden ze niets voor en ze renden het
huis uit, zoo hard ze konden. Maar de man zat hen zon
der ophouden achterna
33) „Ik spring in zee", huilde Henkie. „Help me zwemmen,
anders verdrink ik!" „Je kunt toch niet in zee blijven
ronddobberen, net als een visch", viel Robje in. „Laten we
eerst eens kijken waar de man is gebleven" en ze draaiden
hun hoofd allebei tegelijk om. Ze zagen den man nergens
meer. In de verte ontdekten ze aan een boom een hoop
kleeren, dat moest de wilde zijn. Hij was met zijn haren
in een tak blijven zitten en riep luidkeels om hulp.
34) „Ik vind het heel erg voor den man", zei Henkie,
„maar ik ben toch bang dat ie me vermoordt als ik hem
los maakt", en om niet zoo harteloos te zijn den man te
laten hangen, zochten ze net zoo lang tot ze het aapje
gevonden hadden, dat hen naar het hutje had gebracht,
liet aapje ging direct naar den boom toe en maakte den
man los en intusschen vluchtten Henkie en Robje naar
de andere punt van het eiland
35) Nadat ze een dag en een nacht geloopen hadden,
kwamen ze in een heel andere streek. Ze vonden er rotsen
in allerlei vormen, groote en kleine, mooie en grillige. In
één daarvan gingen ze binnen. Aan den ingang zagen ze
een bordje hangen: INGANG NAAR DE DIERENSTAD.
„Ik snap niet wie dat geschreven zou kunnen hebben",
zei Henkie. „Misschien wonen hier wel geleerde dieren",
zei Robje met een gezicht alsof dat heel gewoon was en
gearmd stapten ze den rots binnen.
36). Ze zagen een groot gat, waar een olifantenkop door
stak. Er hing een bord bij het huis van den olifant: AAN
NEMER VAN BEGRAFENISSEN. De slurf van het beest
stak recht vooruit en Henkie en Robje, die al wat voor
zichtiger geworden waren, liepen er op een afstand langs.
Maar ze zagen toen dat het dier niet meer leefde. „Hij zal
het niet druk genoeg gehad hebben" veronderstelde Robje,
„en je kunt goed aan zijn kop zien, dat hij veel zorg heeft
gehad toen ie leefde". Henkie trok Rob bij den mouw eu
nu gingen ze naar het volgende huis.