Halifax over de kansen van vredesvoorstellen Veizeketiayen- wxn de huidige 'Duitsche cegeecing niet uaCdoende „Onzekere leven der laatste jaren kon niet voortduren" BAPD PROGRAMMA DONDERDAG 5 OCTOBER 1939 HAARLE M'S D A G B E A D 5 DRIE OMSTANDIGHEDEN KOMEN BIJ BESTUDEERINC VAN VOORSTELLEN IN OVERWEGINC. In antwoord op de debatten, die Woensdag in het Hoogerhuis zijn ge houden, heeft Lord Halifax, spreken de over mogelijke vredesvoorstellen verklaard, dat wanneer de Duitsche regeering in plaats van bedreigingen te uiten, „mocht trachten ons te vreden te stellen met verzekeringen, gezegd moet worden dat verzekeringen van de tegenwoordige Duitsche re geering niet genoeg zijn". Lord Herbert Samuel. Tijdens de debatten had Lord Snell als eerste spreker het woord gevoerd namens de Labouroppositie. Hij zeide: Wij zien helaas geen reden om te veronderstellen, dat de Naziregeering van gedachten en doelstellnig is veranderd. Verder zeide hij: Wij moeten ervoor zorgen, dat wanneer de vrede komt het een werkelijke vrede is en geen wapen stilstand, tijdens welken ieder, die dat wenscht zich zou kunnen herwapenen en voorbereiden op nieuwe dadlen van agressie. Wij willen niet voortgaan te leven in de spanning en de ongerustheid, die wij had den in de afgeloopen jaren. Ik hoop ,dat de regeering nooit zal weigeren te luisteren naar wat er uitziet als werkelijke vredesvoorstel len voor het herstel van den vrede in de wereld, daarbij er alleen zorg voor dragende, dat het een werkelijke en geen valsche vrede is, wanneer hij komt. Voortgaande verklaarde Lord Snell, dat de houding van Engeland jegens de Scandinavi sche landen van het grootste belang is. Wij moeten er steeds weer zorg voor dragen, dat zij niet verwaarloosde slachtoffers worden in een twist, die niet onmiddelljk de hunne is. Sprekende namens de liberale oppositie zeide Lord Herbert Samuel: Ingevolge het recente optreden van Rusland is er eenige bezorgdheid ontstaan ten aanzien van de onderhandelingen, die gevoerd zijn tus- sohen Turkije en de Sovjet-Unie. Ik vertrouw echter, dat het volk in dit land die onder handelingen met begrip zal zien. Turkije heeft op grond van zijn aardrijkskundige ligging een groot belang bij de Zwarte Zee en Azië, hetgeen het behoorlijk in staat zou stellen vriendschap te onderhouden met den Sovjet zooals het gedaan heeft in de afge loopen jaren, terwijl het terzelfdertijd een groot belang heeft in de Middellandsche Zee. hetgeen het er toe zou brengen prijs te stel len op den goeden wil en zoo noodig op den bijstand van Engeland en Frankrijk. Wij er kennen, dat Turkije gelijk heeft in zijn eigen belang vriendschap te onderhouden met al zijn naburen en wij behoeven geenerlei on vriendelijkheid jegens ons zelve er in te zien. wanneer het tracht die vriendschap te hand haven en tevens de verplichtingen te hand haven jegens Engeland en Frankrijk. Wat de kortgeleden door Duitschland en Rusland afgekondigde deeling van Polen betreft, wij mogen vertrouwen, dat dat geen stand zal houden. Die zaak kan niet beslist worden door die mogendheden in den tegenwoordl- gen tijd. De vredesconferentie aan het eyide van den oorlog zal die zaak behandelen. Lord Robert Cecil zeide: Alle voor stellen, die worden ontvangen, moe ten niet beantwoord worden met een eenvoudige afwijzing, aangezien het de gelegenheid zou geven tot een ver klaring omtrent oorlogsdoeleinden, welke toegejuicht zou worden in neu trale landen. „Ik hoop. dat de re geering den moed heeft de groote gelegenheid niet te missen". Lord Ponsonby sprak over den door de regeering genoemden tijd van drie jaren voor den oorlog. ..Wij hebben eenige verantwoorde lijkheid jegens onze oude vrienden België. Nederland. Denemarken, Zweden en Noor wegen. Hun moeilijkheden gaan ons aan. Wanneer de oorlog mocht voortduren, zoo voegde Ponsonby hieraan toe, zou hun han del worden ontwricht, hun bevolking uitge hongerd. hun schepen tot zinken gebracht en zij zouden lijden. Ponsonby protesteerde tegen het verdedi gen van de beschaving ..met de methoden der barbarij, door het uithongeren van kin deren en het afslachten van mannen aan beide kanten bij millioenen". In zijn antwoord op de debatten zeide Lord Halifax, dat hij alleen opnieuw de houding der Britsche regeering kon uiteen zetten ten aanzien van sommige te berde ge brachte problemen. Wat het Engelsch- Fransche standpunt betrof, zeide Halifax „Ik ben er volstrekt zeker van. dat wij even veel vertrouwen hebben in Frankrijk al Frankrijk in dit land stelt en naar mijn we ter hebben wij in de afgeloopen weken, maanden jaren, zou nog juister zijn. geen beslissing genomen of uitspraak gedaan of bestaat er de geringste waarschijnlijkheid, dat wij zulk doen zullen, zonder de meest volledige raad pleging van en gedachtenwisseling met de Fransche regeering". Sprekende over Rusland en de Russisch- Turksche besprekingen zeide Halifax: Ik zou ten aanzien van de Russische politiek niet weten, wat ik met vrucht zou kunnen zeggen. Het is een zaak, waaromtrent ik zeker zou kunnen speculeeren, zooals de leden van het Hoogerhuis dat ook kunnen, maar in dit sta dium ben ik er niet zeker van, dat dit voor iemand nuttig zou kunnen zijn. Halifax ver volgde: Wat de Russiseh-Turksche besprekin gen betreft, heeft Lord Samuel woorden van diepe wijsheid uitgesproken, toen hij er bij degenen, die zijn woorden zouden kunnen bereiken, op aandrong om met begrip het contact te zien, dat bestond en thans her nieuwd werd tusschen Rusland en Turkije, Wij moeten stellig ons altijd er over ver heugen, wanneer de vriendschappelijke be trekkingen worden gehandhaafd - tusschen de beide groote naburen Rusland en Turkije, waarvan wij gelooven, dat zij op geenerlei wijze in conflict behoeven te komen met de meest nauwe betrekkingen tusschen ons en Turkije en tusschen Turkije en Frank rijk. Sprekende over Polen, zeide Halifax het geheel eens te zijn met Lord Snell: de deeling kan den geest der natie niet vernietigen. Spreker herinnerde er aan, dat de Poolsche regeering zich thans op Fransch gebied be vindt. „De Britsche regeering zal uiteraard de wettigheid der aldus gevormde Poolsche regeering erkennen en er is geen twijfel aan, dat die regeering den geest van onafhanke lijkheid en weerstand intact zal houden. Voortgaande behandelde Halifax de redenen, waarom Engeland zijn verplichtingen jegens Polen op zich genomen had. Hieraan voegde Halifax toe: Sommigen zouden kunnen zeg gen, dat wij die verplichtingen op ons hebben genomen in ons eigen nationaal zelfbelang. In zekeren zin is die uitspraak zeer stellig waar, voor zoover de Duitsche politiek naar de mate, waarin zij als doel de overheersching van andere landen heeft en de vernietiging van hun onafhankelijkheid, getracht heeft op te treden langs den weg van één land tegelijker tijd. Daarom was het redelijk, dat alle landen, die zich bedreigd konden voelen, zich aan eensloten in een gemeenschappelijk streven naar zelfbescherming. Maar dat was slechts de volkomen natuurlijke uitdrukking van oor zaken, die veel fundamenteeler waren en waarvan de grootste is het inzicht in vele groote landen, dat de methoden en de conse quentie van de Duitsche agressie niets minder beteekenden dan de vernietiging van alles, wat voor hen waarde gaf aan het leven. Ten opzichte van de mogelijkheid van vredes voorstellen zeide Halifax, dat hij niet in staat was te voorspellen van welken aard die voor stellen, wanneer zij al worden gedaan, zou den zijn. Wat de verantwoordelijkheid voor den oor log betreft, is er naar ik veronderstel nooit in de historie een geval geweest, waarin de verantwoordelijkheid zoo duidelijk rustte op één enkel individu. Vredesvoorstellen, van welken aard ook, zullen overwogen worden in het licht van drieërlei omstandigheden: in de eerste plaats de omstandigheden waarin zij worden aangeboden, ten tweede de regeering, waardoor zij worden gedaan en ten derde de zeker heid, die men zou kunnen meenen te hechten aan eenigerlei overeenkomst die denkbaar bereikt zou kunnen worden. Wat de genoemde omstandigheden betreft zeide Halifax: Er is geen gevaarlijker werk wijze dan onderhandelen onder bedreiging met geweld. Stellig, noch dit land, noch Frankrijk zullen onder den indruk van bedrei gingen er toe komen, de beginselen te laten varen, waarvoor zij den strijd hebben opge nomen. Wat de regeering van Duitschland be treft, hebben wij zeer bittere ervaringen over haar karakter en methoden. Wat de waar borgen voorde toekomst betreft, hebben wij gezien, dat deze heerschers in Duitschland achtereenvolgens internationale documenten, die zij hadden onderteekend, verwerpen en de meest fundamenteelee beginselen van hun politiek onderstboven koeren, welke zij ge durende lange jaren op de meest heftige wijze hebben afgekondigd. Wanneer derhalve zij mochten trach ten in plaats van bedreigingen te uiten ons tevreden te stellen met ver zekeringen, dan moet gezegd worden, dat verzekeringen van de huidige (Duitsche) regeering niet genoeg zijn. Als en wanneer wij voorstellen zulllen ontvangen, dan zullen wij ze stellig met zorg bestudeeren en ze afmeten naar de beginselen, waarvoor wij de wapens hebben opgenomen. Zij i-ede voortzettende zeide Halifax: „De Britsche regeering heeft het duidelijk ge maakt, dat. wanneer eenmaal geweld en kwade trouw terzijde gesteld zijn, zij bereid en verlangend is de handen ineen te slaan met de anderen, met inbegrip van Duitschland. voor het werk van den werkelijken wederop bouw van de wereld. Wij hebben herhaaldelijk uitdrukking ge geven aan onze bereidheid om van onzen kant tot dit doel bij te dragen. Het is echter onmogelijk te beginnen eeni gerlei vordering in die richting te maken, ten zij er in de eerste plaats een zekerheid bestaat en tenzij de naties bevrijd kunnen worden van de eeuwige vrees voor een aanval van Duitschland en van een noodzakelijkheid van geweldige bewapeningen voor haar defensie. De eerste plicht blijft het tot stand brengen van omstandigheden, waaronder de heer schappij van het geweld niet langer werkt en waaronder het gegeven woord van regee ringen weer een fatsoenlijk vertrouwen waar dig-wordt geacht". In dit verband verwees spreker nog nfar de laatste verklaring van Chamberlain in het Lagerhuis betreffende de positie van het par lement in verband met de vredesvoorstellen en de gelegenheid om het antwoord van de regeering te vernemen. Hij besloot: „Ik zou derhalve willen hopen, dat met die verzekering de Britsche regeering de meening mag heb ben. dat in de algemeene houding, welke zij heeft aangenomen en waarmede zij deze pro blemen benadert, zij beschikt over den over weldigenden steun van de beide Huizen, het volk en het land". Duitschland verklaart geen gassen en bacteriën te zullen gebruiken. Mededeeling aan de Engelsche regeering. In het Engelsche Lagerhuis heeft Butler gis teren verklaard, dat de Duitsche regeering door tusschenkomst van den Zwitserschen gezant in Londen de Britsche regeering de verzekering heeft gegeven, dat Duitschland zich zal hou den aan het protocol van Genève van 1925, dat 't gebruik van gas en van bacteriologische me thoden in den oorlog verbiedt, daarbij uitgaan de van de veronderstelling, dat ook de Britsche regeering dit protocol in acht zal nemen. Toen Henderson (Arbeidersoppositie) hierop vToeg, of er bewijzen waren, dat de Duitschers gasbommen gebruikt hadden in Polen, ant woordde Butler, dat hij deze vraag liever schrif telijk gesteld zag. Noorsch scliip voor Singapore op een mijn geloopen. Ondanks waarschuwingen mijnenveld ingevaren. In een officieel communiqué wordt verklaard dat het Noorsche stoomschip „Hoegh", dat een lading van 4914 ton aan boord heeft, in het mijnveld bij den ingang van de haven van Sin gapore op een mijn is geloopen en gezonken. Alle leden der bemanning werden gered. Ne gen personen moesten in een ziekenhuis worden opgenomen. Aan het communqué wordt toegevoegd, dat het schip had nagelaten gehoor te geven aan de signalen en ondanks de gegeven waarschu wingen binnen een der mijnvelden was geko men, hoewel een patrouillevaartuig had ge poogd het schip te doen stoppen. De bemanning werd door de Britsche eenheid aan boord ge nomen. Het Noorsche schip was op weg van Saigon naar Bombay. Engelsch commentaar op het torpe- deeren'van de „Walma". Het Engelsche ministerie van voorlichting ver klaart, dat er klaarblijkelijk geen dringende militaire noodzaak is te vinden voor het torpe- deeren van het Finsche schip „Walma" dat 23 Septeinber door een Duitschen onderzeeër tot zinken is gebracht. Het ministerie voegt hierbij een vertaling van de verklaring, welke de com mandant van de duikboot aan den kapitein van de „Walma" heeft gegeven. Hierin wordt ge zegd, dat het schip tot zinken moest worden ge bracht op grond van de bestemming van de la ding. Het ministerie van voorlichting verklaart te dien aanzien, dat alleen uiterste militaire noodzaak het tot zinken brengen van een neu traal schip kan rechtvaardigen. Het vervoer van contrabande is niet voldoende. Kapitein van de „Gun" als gijzelaar. De kapitein van het Zweedsche schip „Gun" dat door een Duitschen onderzeeër is getorpe deerd, heeft medegedeeld, dat een Duitsche pa trouille aan boord van zijn schip was gekomen en de bemanning dwong de springlading te plaatsen. Zij dreigden bij den minsten tegen stand met vergeldingsmaatregelen tegen den kapitein en twee man, die als gijzelaars aan boord van den onderzeeër waren gebracht. Terwijl zij met revolvers dreigden lieten de manschappen van de patrouille zich naar een kast brengen. Zij braken deze open om zich meester te maken van een voorraad sigaretten. De commandant van de duikboot poogde ver scheidene malen den Zweedschen kapitein te dwingen een verklaring te onderteekenen, waar uit moest blijken, dat de lading niet voor Bel gië bestemd was. Zweedsch schip op weg naar Antwerpen opgebracht. De „Göteborgs Handelstiding" meldt, dat het Zweedsche stoomschip „Aarde" dat van Gothen burg met een lading hout op weg was naar Ant werpen, acht mijl van Vinga ten westen van Go- thenbiu-g door een Duitschen torpedojager in be slag genomen en in zuidelijke richting opge bracht is. Duitsche torpedobootjagers zijn vol gens hetzelfde blad waargenomen in de interna tionale wateren tusschen Varberg en Vinga DALADIER De Fransche minister-president, Daladier, heeft Woensdagmiddag in de commissie van buitenlandsche zaken van de Kamer een uit voerige uiteenzetting gegeven van de oorzaken van den oorlog en de diplomatieke actie van Frankrijk sedert het uitbreken van de vijande lijkheden. Tenslotte gaf hij een uiteenzetting van het doel van Frankrijk in den oorlog. De minister-president begon met te consta^ teeren, dat, indien de onmiddellijke oorzaak van den oorlog het Duitsch-Poolsche conflict is geweest, de diepere oorzaak is gelegen in den wil tot overheersching, welke Duitschland heeft gekoesterd. Vervolgens zette hij uiteen, welke pogingen Frankrijk en Engeland in nauwe samenwerking, in het bijzonder sedert 22 Augustus, in het werk hebben gesteld om te trachten hel Duitsch-Poolsche geschil, waarvan hij de oor sprong en de verschillende stadia uiteenzette, op vreedzame wijze te regelen. Daladier bracht hulde aan de pogingen van Mussolini tot het laatste oogenblik om een catastrofe te bezweren en herinnerde vervolgen: er aan. hoe de Duitsche regeering vasthield aan den wil tot aanval en verovering en 't conflict provoceerde waardoor zij geheel verantwoor delijk blijft. Vervolgens gaf Daladier een overzicht van den diplomatieken toestand, waarbij hij wees op den dapperen tegenstand van de Polen, den heldenmoed te Warschau en den wanhopiger toestand van het Poolsche leger na den Russi- schen inval van 17 September. Hij ontleedde het Duilsch-Russische verdrag en toonde de mogelijke gevolgen voor Noord- en Zuidoost Europa aan. Hierna behandelde hij den loop der bespre kingen met Turkije en wees op den geest van vriendschap en loyaliteit welke het kenmerk zijn van de betrekkingen tusschen Frankrijk en Turkije. Betreffende de houding van Italië her innerde de minister-president aan de verklaring van den Italiaanschen ministerraad op 1 Sep tember en maakte hij melding van de reis van graaf Ciano naar Berlijn. Hij wenschte zich verder geluk met de normaliseering van de betrekkingen tot Spanje en de aanzienlijke ver betering, welke is getreden in de betrekkingen tot Japan. Betreffende de Vereenigde Staten behandel de spreker de wijziging van de neutraliteitswet In het laatste deel van zijn verklaring zette de minister-president de redenen uiteen, waarom het noodzakelijk is den oorlog voort te zetten in de meest broederlijke solidariteit met de Britsche bondgenooten. Frankrijk wil niet lan ger leven in de onzekerheid van de laatste jaren. Frankrijk weigert te bukken voor het geweld en het voldongen feit. Ieder denkbeeld van overwinning en overheersching is haar verre. Zij wil geen wapenstilstand tusschen twee aanvallen, doch een duürzamen vrede, welke volledig de nationale veiligheid garandeert in het kader van de veilig heid voor alle mogendheden. Tenslotte bracht de minister-president hulde aan de Fransche soldaten en hun leiders en gat hij uiting aan zijn geloof in de overwinning van Frankrijk en zijn bondgenooten. Ook Denemarken kreeg een waarschuwing. Volgens de Deensche bladen is ook aan De nemarken een nota gezonden, waarin Duitsch land de neutrale scheepvaart waarschuwt te gen „onbehoorlijk gedrag" bij de Britsche en Fransche wateren". Een later Reuterbericht meldt uit Helsinki: Finland heeft uit Berlijn een waarschuwing ontvangen, gelijkluidend aan die, welke gezon den is aan de Vereenigde Staten, Zweden, Dene marken, betreffende vrachtschepen, die verden king wekken door te trachten aan de Duitsche controle te ontkomen, zoo meldt het dagblad „Svenka Pressen". Litausch minister terug in Kaunas. Rapport over de besprekingen te Moskou. De Litausche minister van buitenlandsche zaken, Urbsys, is te Kaunas uit Moskou teruggekeerd om rapport uit te brengen aan het kabinet over de Sovjet-Russische voor stellen. Officieele inlichtingen over den aard der vorstellen worden niet gegeven. Urbsys was pas den dag te voren in Moskou aange komen, waar hij des avonds een onderhoud met Molotof had. Louden in nauwer contact met de Dominions. Ministers van Canada. Australië. Nieuw»* Zeeland en Zuid-Afrika naar Engeland. Anthony Eden deelde gisteren in het Lager huis mede, dat de regeeringen van Canada, Australië. Nieuw Zeeland en Zuid-Afrika bezig zy"n regelingen te treffen om elk een lid van het kabinet naar Groot Brittannië te zenden, ten einde met de Britsche regeering zoo spoedig als uitvoerbaar is overleg te plegen. Deze stap wordt genomen tot aanvulling van de bestaande regelingen voor samenwerking tusschen de re geeringen van het Britsche Gemecnebest en de regeering in het Vereenigd Koninkrijk. De ministers der Dominions zullen in Londen confereeren met de ministers, met het doel te komen tot een coördinatie, welke het beste pro fijt zal opleveren van de bijdragen, die elk le veren kan voor de gemeenschappelijke zaak. Eden voegde hieraan toe „Wij vertrouwen, dat wij hier ten zeerste zullen profiteeren van de kennis, die wij op deze wijze zullen verkrijgen van dc problemen en plannen der Dominion- regeeringen." De minister zeide tenslotte nog dat het on mogelijk was een datum vast te stellen voor de bijeenkomsten met de ministers der Dominions. Zij zullen echter zoo spoedig mogelijk gehou den worden. „De bijeenkomsten worden gehou den met het doel elkander te raadplegen en onder de bestaande omstandigheden kan niet verwacht worden, dat zij zeer lang zullen duren, aangezien de betrokken ministers rapporten mee zullen willen nemen naar hun land zoo spoedig als dat mogelijk is". Sikorski wensclit bevrijding der onderdrukte volken van Europa. Levensvatbaar Europa dient hersteld. De nieuwe minister-president van Polen, ge neraal Sikorski. opperbevelhebber van het Pool sche leger in Frankrijk, heeft tegenover den ver tegenwoordiger van Havas o.a. verklaard: Ik ben hier op Franschen bodem opgenomen om de fakkel brandende te houden, welke mij door de soldaten en de bevolking van Polen, welker moed hun verleden waardig was. is toe vertrouwd. Mijn kabinet is een oorlogs- en concentratiekabinet en heeft tot taak zonder te talmen een Poolsch leger te vormen om den strijd voort te zetten tot de overwinning zal zijn behaald, den strijd van de beschaving tegen het barbarendom. Ik voel geen behoefte hier in enkele woorden uiteen te zetten, wat wij verwachten. Het is in- tusschen duidelijk, dat de wereld verlost moet worden van de voortdurende bedreiging met oorlog en van de zware last der bewapening. Een levensvatbaar Europa moet hersteld worden, waarin alle volken, die thans onderdrukt wor den door Duitschland of Rusland, zooals Polen en Tsjecho Slowakije, volledige onafhankelijk heid en veiligheid vinden. Vergun mij ten slotte om deze korte uiteenzet ting te beëingigen, het woord van Voltaire tot het mijne te maken: „Men heeft zeer weinig ver loren. wanneer men de eer heeft bewaard." VRIJDAG 6 OCTOBER HILVERSUM I, 1875 en 414.4 M. Algemeen programma verzorgd door de NCRV. 8.Eventueel berichten ANP, Schriftlezing, meditatie. 8.15 Gramofoonmuziek (9.309.45 Gelukwenschen) 10.30 Morgendienst 11.Gra mofoonmuziek 11.15 Zang met pianobegeleiding en gramofoonplaten. 12.Berichten 12.15 Quin- tolia en gramofoonplaten (Om 12.30 „Een woord voor U!" en om 12.45 eventueel berichten ANP). 2.39 Christel, lectuur. 3.003.55 Gramofoonpla ten 4.Consonanten en gramofoonplanten 5.45 Declamatie en gramofoonplaten 6.30 Causerie ..Herlstfleur in den tuin" 7.Berichten 7.15 Boekbespreking 7.45 Gramofoonplaten 8.— Be richten ANF, herhaling SOS-benchten 8.15 NCRV-Orkest en gramofoonplaten 9.30 Actueel halfuur 10.— Berichten ANP. 10.05 Causerie „Ons gezin m de crisis: 1. Huwelijk als roeping" 10 35 Presto en gramofoonplaten 11.20 Gramo- foonplaten ca. 11.50—12.— Schriftlezing. HILVERSUM D. 301.5 M. 6.— VARA 10.— VPRO 10.20 VARA 12.— AVRO 4.— VARA 7.30 VPRO 9.— ARA 10.40 VPRO 11.00—12.00 X ARA. 8.Berichten ANP. 8.15 Gramofoonplaten 10.Morgenwijding 10.20 Declamatie 10 40 Viool en piano 11.10 Gramofoonplaten 11.15 VARA-urkest 12.De Palladians 12.45 Berich ten ANP; gramofoonplaten 1.AVRO-Amuse- mentsoricest 1.45 Disco-causene 2.30 Gramofoon platen 3.30: AVRO-Dansorkest 4.05 Gramofoon platen 4.35 Zang en piano en gramofoonplaten. 5.Voor de kinderen 5.30 Orgelspel en zang 6. De Ramblers (opn.) 6.30 Causerie over Frans Hals. 6.50 Zang en piano 7.VARA-Kalender 7.05 Causerie „Wat wil de S. D. A P.?" 7.23 Be richten ANP 7.30 Berichten, mededeelingen 7.35 Cursus De boeken van den Bijbel". 8.Piano- voordracht 8.30 Cursus „Dc boodschap van het Vrijzinnig Protestantisme IV: De onvolmaaktheid dezer wereld" 9.Vraag en antwoord. 9.15 Ra- diotooneel met muziek 9 45 Gramofoonplaten met conférence 9.55 Puzzle-uitzending 10.10 Gramo foonplaten met conférence 10.40 Avondwijding. 11.Berichten ANP 11.10 Jazzmuziek (gr.pl.) 11.4012.Gramofoonplaten. ENGELAND, 391 en 449 M. Geen opgave ontvangen. RADIO PARIS. 1648 M. Geen opgave ontvangen. KEULEN. 456 M. 6.20 Gramofoonplaten 8.20 Hermann Hage- stedt's orkest 10.30 Gramofoonplaten 11.Piano voordracht. 11.30 Gramofoonplaten 12.20 Om roeporkest 2.35 Populair concert 3.20 Omroep- kleinorkest 4.20 Actueele uitzending. 5.30 „Die Drei Musikanten" 6.20 Concerten. BRUSSEL. 322 M. 12.20 en 1.302.20 Omroeporkest 5.20 en 6.50 Gramofoonplaten 8.20 Ontspannmgsprogramma voor soldaten. 9.20 Het Omroepsymphomeorkest en en gramofoonplaten. 10.10 en 10.3011.20 Gramofoonplaten. BRUSSEL 484 M. 12.35 Gramofoonplaten 12.50 en 1.30 Radio orkest 1.502.20 Gramofoonplaten 5.20 Omroep- dansorkest 6.35 Gramofoonplaten 8.20 Uitzen ding voor soldaten 8.50 Radio-orkest en soliste 10.3011.20 Omroepdansorkest DEUTSC HL AND SENDER. 1571 M. 40 Radiotooneel 9.35 Solisten van het Om- roepkleinorkest 19.20 Berichten 10.40 Otto Do- brindt's orkest 12.20 Berichten. Hierna tot 1.20 Kachtconcert.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 9