Geen enkel kanonschot gelost.
Het mijnengevaar aan de
Engelsche kust.
J$eCCea~mijnen en magnetische mijnen.
De „Deutschland" bewerkte ondergang
van de „Rawalpindi
4^®
DINSDAG 28 NOVEMBER 1939
H XX RE EM'S DAG BE AD
Helsinki antwoordt Moskou:
Jlaland bereid troepen terug te trekken als "Rusland
(1et2elf.de doet.
Na een bespreking heeft de Finsclie regeering
haar antwoord op de nota van de regeering der
Sovjet Unie gepubliceerd. In het antwoord
aldus meldt Havas uit Helsinki wordt
vastgesteld, dat tijdens de onderhandelingen,
welke onlangs zijn gevoerd, de Finsche regee
ring haar standpunt' reeds uiteen heeft gezet.
Verder wordt vastgesteld, dat van Finsche
zijde niet is geprovoceerd: geen enkel kanon
schot werd gelost, terwijl dit niet gezegd kan
worden van Sovjet Russische zijde.
Toch verklaart de regeering van Finland zich
bereid haar troepen van de grens op den door
de Sovjet Russische regeering gewenschten af
stand terug te trekken, op voorwaarde dat van
Sovjet Russische zijde een soortgelijke maat
regel wordt genomen.
reactionnairen eer het te laat is de noodige con
clusies zullen trekken uit de nota van de Sovjet
Regeering. Wij zullen iedere intrige van de politieke
intriganten naar den duivel zenden, onzen weg
vervolgen en ondanks alles de veiligheid van de
Sovjet-Unie verzekeren."
De arbeiders van de electriciteitsbedrijven te
Moskou hebben een resolutie aangenomen, waarin
zij verklaren dat „geen enkele gebeurlijkheid en
geen enkele onverwachte situatie ons zal overvallen.
Ons Roode Leger en het geheele volk zij op ieder
oogenblilc gereed een verpletterend antwoord te
geven aan de ophitsers tot oorlog."
Terechtstellingen in liet
voormalige Polen.
Leden der Poolsche Society onder de
geëxecuteerden.
Het te Parijs gevestigde Poolsche telegraaf
agentschap bericht dat de Duitschers in Ppsen
talrijke personen hebben gefusileerd, waaronder
vooraanstaande vertegenwoordigers van de Pool
sche society. Verscheidene namen worden door het
agentschap genoemd.
Ook worden een aantal namen van bekende Polen
genoemd, die gearresteerd zijn, waaronder prinses
Adam C-zartoryska van Goluchow, wier zoon, prins
August Czartoryska, gehuwd ismet prinses Maria
Dolores de Bourbon. De meeste gevangenen zijn
opgesloten in het concentratiekamp te Dobryzycz.
Generaal Mannerheim.
In haar antwoord op de Sovjet Russische nota
Vermeldt de Finsche regeering allereerst het resul
taat van het onderzoek, dat zij heeft doen instellen
naar het incident, dat door Moskou ten laste wordt
gelegd aan de Finsche troepen. Daaruit blijkt, dat
op 26 November van 15 uur 45 tot- 16 uur 05
(Russischen tijd) gevuurd is in de omgeving van
het dorp Mainil, op Russisch gebied. Van Finsche
Zijde heeft men inderdaad een ontploffing kunnen
zien, die zich voordeed op het plein van Mainil, op
800 Meter van de grens. Het onderzoek, dat door
de Finsche autoriteiten is ingesteld heeft in staat
gesteld te constateeren, dat de wapens, die gescho
ten hadden, zich op ongeveer 1 tot V/z K.M. ten
zuidoosten van de plaats der ontploffing bevonden.
Waarnemingen betreffende dit vuren werden trou
wens opgenomen in het blad der Finsche grens
wachten op het oogenblik, waarop het incident zich
yoordeed.
De Finsche regeering spreekt de veronderstelling
uit dat zich een ongeluk heeft voorgedaan en acht
het bijgevolg haar plicht het Sovjet Russische pro
test van de hand te wijzen.
Wat de toespelingen van Molotof betreft, tegen
over de Finsche delegatie toen zij in Moskou was,
ten aanzien van de troepenconcentraties in de na
bijheid van de grens, verklaart de Finsche regeering
dat de eenige elementen, die zich in dit gebied be
vinden grenswachten zijn en dat er geen artillerie
is met een draagwijdte, welke over de grens heen
zou reiken.
De Finsche regeering verklaart zich ten slotte
bereid de gewapende elementen terug te trekken
van de grenslijn, wanneer de Sovjet regeering tot
een gelijken stap besluit.
Ook neemt de Finsche regeering nota van de
mededeeling dat de Sovjet regeering niet het voor
nemen heeft de beteekenis van het incident te over
drijven. De Finsche regeering stelt voor dat de
grenscommandanten van de beide landen op de
Karelische landengte gemeenschappelijk overgaan
tot een onderzoek naar de feiten, die vermeld zijn
door de Sovjet regeering, zulks in toepassing van de
conventie van 24 September 1928.
Reuter verneemt uit Helsinki, dat veldmaar
schalk Mannerheim, de voorzitter van den Finschen
verdedigingsraad, gisteravond nog verklaard heeft,
dat de Russische bewering klaarblijkelijk op een
dwaling berust, aangezien de verst reikende Fin
sche batterij (licht veldgeschut) op 20 K.M. van de
grens ligt en de Finsche zware artillerie op 50 K.M.
afstand van de grens is opgesteld. Mannerheim
zeide voorts dat de Finsche troepen Zondag verza
meld waren voor een godsdienstoefening.
Dreigende taal van het Sovjet-leger.
Een United Press telegram uit Moskou zegt dat
berichten uit het militaire district Leningrad er op
wijzen dat het Roode Leger gereed is voor actie,
indien de Finnen geen gevolg geven aan de Rus
sische eischen zich terug te trekken over de Fin
sche grens.
De artillerietroepen hebben gedemonstreerd en
een resolutie aangenomen dat zij strikt de bevelen
van de regeering zullen opvolgen. De resolutie gaat
voort: Tot dusverre hebben wij het vuren der Fin
nen niet beantwoord ,maar wij zijn bereid om ieder
oogenblik de verdediging van ons geliefde vader
land te beginnen. Dan zal het te laat zijn en kro
kodillentranen noch clownsgnimassen zullen de
moordenaars kunnen helpen".
Een niet bij name genoemde batterij commandant
heeft voorts verklaard: „Onze kameraden zijn ge
dood en gewond. Als de Finsche regeering denkt
daar gemakkelijk af te komen; heeft zij het totaal
verkeerd. Onze batterijen staan gereed. Geen enkel
vijandelijk vliegtuig zal tot boven Leningrad kun
nen doordringen".
De Russische radio-omroep verspreidt den ge-
heelen dag dergelijke berichten uit alle deelen
van het land.
Het telegraafagentschap der Sovjet Unie meldt,
dat de uitdaging der „Finsche militaristische kliek"
de woede en verontwaardiging heeft gewekt van de
bevolking der Sovjet-Unie. De arbeiders der Sovjet-
Unie keuren de nota der Sovjet regeering volkomen
goed en eischen, dat de provocateurs, die alle gevoel
voor maat hebben verloren eens flink op hun
plaats zullen worden gezet, zoo wordt gezegd.
Het agentschap vervolgt:
De onbeschaamde daad der Wit-Finnen heeft
een diepe verontwaardiging gewekt bij de strijders
«n commandanten van het militaire district Lenin
grad. De sprekers op de vergaderingen hebben er
uitdrukking gegeven aan de groote woede van het
Russische volk en de macht van zijn Roode Leger
onderstreept.
Ook eenheden van de Russische Oostzee-vloot
hebben bijeenkomsten gehouden, waar moties
werden aangenomen, inhoudende, dat de „Finsche
Kennedy zal Roosevelt over den
oorlogstoestand inlichten.
Zondag per Clipper uit Lissabon naar de
Ver. Staten.
LONDEN 28 November. Teneinde zich per
soonlijk beter op de hoogte te stellen van de laatste
inlichtingen betreffende den oorlogstoestand en de
vooruitzichten heeft de Amerikaansche ambassa
deur Kennedy, die rapport moet gaan uitbrengen
aan Roosevelt, gistermiddag een bezoek gebracht
aan Chamberlain. De premier en de ambassadeur
hadden een uitvoerige bespreking.
Kennedy zal Woensdag uit Londen vertrekken
naar Parijs. In de Fransche hoofdstad zal hij twee
tot drie dagen blijven om zich vandaar naar Lissa
bon te begeven, vanwaar hij Zondag aan boord
van een der Clipper-toestellen naar de Ver. Staten
zal reizen.
Behalve aan Chamberlain heeft Kennedy ook aan
Halifax een bezoek gebracht. (United Press).
Eiigelsch schip van ruim 5000 ton
getorpedeerd.
Duitsche trawler bij Langeland op een
mijn geloopen.
Uit Londen wordt medegedeeld dat de „Royston
Grange", een schip van 5144 ton van de reederij
Houlder, in den Atlantischen Oceaan is getorpedeerd
Menschenlevens zijn niet verloren gega.n
De bemanning, bestaande uit 36 koppen is in een
haven aan de westkust van Engeland aan land ge
bracht. Ongeveer een uur hadden de opvarenden
rondgezwalkt voor zij werden opgepikt.
Verder wordt pas thans bekend dat het tank
schip „James J. Maguire" van 10525 ton verleden
week voor de oostkust van Engeland gezonken is.
Ten zuiden van Langeland, dicht bij de plaats
waarop Zaterdag een Duitsch wachtschip op een
mijn is geloopen en gezonken, is gisteren een Duit
sche trawler op een mijn geloopen.
De trawler zonk direct.
Deensche en Duitsche patrouillevaartuigen snel
den ter assistentie toe.
Er zijn drie leden van de ■bemanning gered.
Men gelooft, dat veertien opvarenden zijn
omgekomen. De drie geredden zijn de kapi
tein, de stuurman, en een matroos.
Twee opvarenden van het Belgische schip „Que-
nast", dat vier mijl ten Zuiden van het lichtschip
Noordhinder is vergaan, en die vermist werden, zijn
door een Zweedsch schip, dat van Antwerpen naar
Oslo voer, opgepikt en naar Oslo meegenomen.
De verscherpte contrabande-
controle.
„Zoo min mogelijk benadeeling der
neutralen."
Reuter verneemt, dat bij het opstellen van den
„order in council" voor de inbeslagneming van
Duitsche exporten, zorg zal worden gedragen,
dat met de belangen der neutralen zoo soepel
mogelijk zal worden omgegaan.
De Britsche regeering wenscht eenerzijds zoo
weinig mogelijk moeilijkheden aan den handel
ter zee van de neutrale landen in den weg te
leggen en anderzijds al het mogelijke te doen,
om Duitschland te laten boeten voor zijn wille
keurige maatregelen van oorlogvoering, zoo
wordt gezegd. De toepassing van den „order in
council" kan wellicht eenige dagen werden
uitgesteld, omdat men het systeem met zoo min
mogelijke wrijving wil laten weiken. Er zullen
nota's gezonden worden aan de legaties der
neutrale landen te Londen. Deze zullen evenwel
gescheiden staan van de antwoorden, welke
eventueel gegeven zullen worden op de nota's
ontvangen van België, Nederland, Denemarken
en Japan
Fransche Kamer en Senaat
bijeengeroepen.
Tegen 30 November.
PARIJS, 27 November. De Kamer en
de Senaat zullen bijeenkomen op 30 No
vember a.s., des morgens om half tien.
(Havas).
Opleiding van Britsche vliegers.
Gemeenschappelijk plan met de Dominions.
Mackenzie King, de premier van Canada, heeft
tegenover vertegenwoordigers van de pers ver
klaard: „De missies en comités, die de re
geeringen van Engeland, Australië, Nieuw-Zee-
land en Canada vertegenwoordigen, hebben hun
besprekingen betreffende een gemeenschappe
lijk luchtvaartopleidingsplan beëindigd. Zij heb
ben een basis voor een overeenkomst uitge
werkt, welke thans gezonden is aan de resp.
regeeringen voor het nemen van een besluit".
Duitsche aanvalspogingen
in het Moezelgebied.
Verkenners tot de Maginot-linie
doorgedrongen
Havas meldt: De rust, die aan het front blijft
heerschen, is Zondag toch verstoord ten oos
ten van de Moezel. Sinds eenigen tijd onderne
men de Duitschers hier steeds weer aanvals
pogingen, overvallen, verkenningen en patrouil
les hetgeen met artillerievuur gepaard gaat.
Het betreft hier echter een volstrekt plaatselijken
toestand en de levendigheid van dezen sectort sedert
het begin van de vorige w^ek slaat niet over op de
naburige sectoren Het lijkt wel, dat na de tegensla
gen der afgeloopen dagen op dit punt het Duitsche
bevel zijn poging voortzet, doch de doelstellingen,
zelfs de plaatselijke, lijken vrij duister.
In een overzicht over de militaire gebeurte
nissen van den afgeloopen Zondag vermeldt
het Duitsche Nieuwsbureau dat het aan een af-
deeling Duitsche verkenners gelukt is tot aan
de Maginot-linie door te dringen.
Als Indianen hebben de Duitsche verkenners
over het vijandelijke terrein moeten voortsluipen.
Zij hebben hun doel weten te bereiken en belang
rijke schetsen kunnen maken van de Fransche ves
ting linie. In het overzicht over den oorlog ter zee
zegt het D. N. B. dat de opgave van buitenlandsche
berichtgevers uit Londen, volgens welke de Brit
sche marine sinds het begin van den oorlog 1526
dooden telt, thans weer ver overtroffen is.
De legerberichten.
Het Fransche legerbericht van Maandagavond
luidt:
„Plaatselijke actie van de infanterie en artillerie
des ochtends in het gebied ten oosten van de Moezel.
•Van de rest van het front valt niets bijzonders te
melden."
ONGELIJKE STRIJD
VAN EEN HALF UUR.
(Duitsch oestzakslagschip uxerddoor
tioeeden oorlogsbodem geholpen.
De Britsche Admiraliteit heeft de volgende ver
klaring gepubliceerd.
De verongelukte hulpkruiser „Rawalpindi"
maakte deel uit van een noordelijke patrouille,
welke bij de contrabande-controle op den
Duitschen handel betrokken is. Deze taak is
bijzonder zwaar wegens de lange donkere nachten
en de hevige koude en daartoe had men noodig
groote goede zeewaardige schepen, welke veelvul
dige stormen konden doorstaan.
Op 23 November des middags half vier, va
rende Zuid-Oostelijk van IJsland, zag de „Ra
walpindi" een vijandelijk schip. Toen kapi
tein Kennedy dit vaartuig met zijn kijker had
waargenomen, zeide hij „het is de Deutsch-
land".
Aan de bemanning werd terstond gelast zich op
haar post te begeven en de richting van het schip
werd gewijzigd, teneinde den vijand aan stuur
boord te krijgen. Er werd rook ontwikkeld om de
„Rawalpindi" in staat te stellen tè ontkomen. Ech
ter verscheen weldra een tweede vijandelijk schip
aan stuurboordzijde. De „Deutschland" naderde en
gaf de „Rawalpindi" een teeken te stoppen. Toen
deze doorvoer, kreeg zij een schot over den boeg.
Daar deze „waarschuwing" in den wind werd ge
slagen, werd een eerste salvo gelost door de 11 inch
kanonnen van de „Deutschland". De „Rawalpindi"
beantwoordde het vuur met al haar vier 6 inch
kanonnen aan stuurboord. Het derde salvo van de
„Deutschland" deed alle lichten uit gaan en ver
brak de electrische krukken van de munitie
voorraadkamer. Het vierde salvo schoot de geheele
brug en de radiokamer weg.
Beide Duitsche schepen naderden nu snel
en inmiddels was het tweede vaartuig om den
achtersteven van de „Rawalpindi" gevaren en
schoot thans van bakboordzijde. De „Rawalpin
di" hield het gevecht vol tot het laatste kanon
buiten werking was gesteld en het geheele
schip, behalve het voor- en achterdek, in brand
stond.
Na ongeveer dertig tot veertig minuten van de
zen ongelijken strijd, hield de vijand met schieten
op en werden drie sloepen, welke niet door de
granaten getroffen waren, neergelaten. Twee van
deze sloepen, bevattende ruim dertig man, werden.,
naar men gelooft, door een der Duitsche schepen
aan boord genomen.
De derde sloep liep vol water en de elf inzitten
den zouden waarschijnlijk zijn opgepikt, ware het
niet dat ongeveer kwart over zes een Britsche
kruiser verscheen, waarop de vijand zich terstond
terugtrok. De „Rawalpindi" bleef midscheeps
branden tot 8 uur, waarop zij naar stuurboordzijde
overhelde en met alle aan boord achtergebleven
mannen in de diepte verdween. Inmiddels trachtte
de Britsche kruiser de Duitsche schepen te achter
volgen, maar in de plotseling opstekende zware
regenbuien, storm en duisternis, wisten zij te ont
komen. Dit relaas werd weergegeven door de elf
geredden, die aan boord genomen en aan land ge
bracht zijn door de „Chitral". De nasporingen naai
de beide vijandelijke oorlogsschepen, zoo besluit
de Britsche Admiraliteit, worden inmiddels voort
gezet, .(Reuter),
Onze Londensche correspondent schrijft:
E spreekwoordelijke Engelsche onverstoor
baarheid is treffend aan den dag getre
den in de houding, die men in Engeland
aanneemt tegenover de nieuwe bedreiging
ter zee in den vorm van zeemijnen van verschil
lende soort. Men kan op het oogenblik den tel niet
meer bijhouden van het aantal schepen, dat hier
op de oost- en zuidoost kust naar den bodem van de
zee is gestuurd of bijna onherstelbaar gehavend is
door de mijn-ontploffingen. De neutrale en de Brit
sche scheepvaart worden zwaar getroffen en er is,
zooals het zich op het oogenblik laat aanzien, wei
nig overdrijving in de Duitsche voorstelling dat de
zeeroutes van het oosten uit naar de Britsche
Eilanden routes des doods zijn.
Deskundigen hier stellen het echter voor alsof
men te doen heeft met lasten en moeilijkheden van
voorbij gaanden aard, op het oogenblik weliswaar
wat netelig maar op den duur geenszins zoo ernstig
en verontrustend dat ze niet kunnen worden over
wonnen. Slechts indirect hoort ..men erkennen dat
het verlies dat de mijnen aan de scheepvaart naar
Engeland, en daarmee aan de bevoorrading voor
dit land, hebben berokkend, een hevige tegenslag is.
Men doet het door tegenover de slagen, die op zee
worden ontvangen, de belangrijke successen te
stellen van de geallieerden in den luchtoorlog aan
het front.
Hoewel hier wordt verklaard dat het zaaien van
zoogenaamde bellen-mijnen door vliegbooten niets
nieuws is, heeft deze vorm van zee-oorlogvoering
de autoriteiten van de weermacht klaarblijkelijk
toch verrast. Uit de berichten van de kust, die in
de Engelsche pers zijn verschenen, blijkt dat de
Duitschers ongestoord hun werk konden doen, zoo
dicht aan de kust dat menschen het van het land
af konden gadeslaan. Dat zou niet mogelijk zijn ge
weest indien de kustcontrole en -verdediging op
deze methode van de Duitsche contra-blokkade in
gesteld zouden zijn geweest. Omdat dit niet het ge
val was konden de bemanningen der Duitsche
vliegbooten ongestoord haar bellen-mijnen zaaien
in den mond van de Theems.
Men legt ons hier uit dat deze bellen-mijnen
kleine lichte mijnen zijn. Dat de Duitschers er proe
ven mee namen wist men reeds twee jaar geleden.
De eerste proeven voldeden niet. De mijnen waren
te licht en konden geen weerstand bieden aan den
schok, die ze ondergingen als ze van een hoogte van
een meter of vijftien uit het vliegtuig in zee wer
den geworpen. De stalen ballen, die de ontplofbare
stof en de mechaniek voor het ontploffen bevatten,
moesten sterker en dus zwaarder worden gemaakt.
De bellen-mijnen, die thans door de Duitschers aan
de Engelsche oostkust zijn uitgestrooid, heeten zoo
wat 200 kg. te wegen. Men spreekt van bellen-mij
nen omdat ze geen zinkstuk (voor verankering) en
geen stalen lijn hebben. Ze drijven aan of tegen de
oppervlakte en doen in haar vorm en beweging in
de verte letterlijk en figuurlijk aan zeep
bellen denken.
Het is duidelijk dat deze vaak zichtbaar op de
golven dansende mijnen lang zoo gevaarlijk niet
zijn als de verankerde mijnen of de nieuwe mag
netisch werkende en eveneens verankerde mijnen,
die onzichtbaar onder het zeevlak liggen. Maar het
zijn toch meer voetangels en klemmen in den weg
der schepen; en de zaaiers, die dit verderf zaaien,
doen het in den nacht en zullen wel vooral die
zeewegen bestrooien dicht aan de kust, waarover
schepen de veilige haven meenen te kunnen berei
ken na vroeger op den dag aan de onzichtbare mij
nen te zijn ontkomen. De kapitein van het Italiaan-
sche schip Fianona, dat dezer dagen op de zuid
oost kust van Engeland zwaar werd beschadigd,
meent dat de ontpoffing, welke dat schip noodlot
tig werd, moet worden toegeschreven aan zoo'n
bellen-mijn, in den avond in zijn koers gelegd door
een vliegboot. Want op den dag van dien avond
waren meer dan honderd schepen door dezelfde
aargeul heel aan de Engelsche kust aangekomen,
In deskundige kringen oordeelt men dat het prac-
tisch omnogelïjk is een uitgestrekt zeegebied met
deze bellen-mijnen te bezaaien. De zwaarste vlieg
booten kunnen er misschien zeven of acht meedra
gen. Maar de andere typen zullen er niet meer dan
twee kunnen laden. Daar een duikboot bijna vijftig
zware en gevaarlijker en doeltreffender zeemijnen
kan meenemen om in vijandelijk water te leggen
kan er, naar men hier oordeelt, niet veel voordeel
liggen in het leggen van de bellen-mijnen door mid
del van vliegtuigen, voöral niet daar de duikboot
onzichtbaar kan werken en de vliegboot niet. Nu
men hier weet wat die vliegbooten in haar schild
voeren onder bescherming van het nachtelijk duister
geen goede bescherming zal men allicht
waakzamer worden.
De magnetische mijn, waarover fantastische ver
halen zijn verteld, is klaarblijkelijk een veel ge
vaarlijker oorlogswapen dan de bellen-mijn. Ze is,
zeggen de kenners hier, bijzonder geschikt voor
een ondiepe zee met smalle vaarwaters, een gesteld
heid dus die men veel aan de Engelsche kust aan
treft. Ze rust op den bodem en een magnetische
naald, die den invloed ondex-gaat van een groote
massa staal, zooals een schip dat er boven vaart,
maakt een electrisch contact dat de vonk voor de
ontploffing levert. De magnetische mijn ontploft
dus niet door aanvaring. De ontploffing heeft plaats
dicht bij het schip, dat de naald in beweging heeft
gebracht.
De Britsche marine heeft, naar hier wordt ver
klaard, reeds jaren geleden proeven genomen met
de magnetische mijn, die daarom geen verrassing
is voor de autoriteiten hier. Men vertrouwt dat
men de middelen zal kunnen vinden om er mee af
te rekenen.
A. K. VAN R.
Vier bases van de Fransche
contrabande-controle.
In beslag genomen goederen blijven tot het
einde van den oorlog onder bewaking van de
Fransche regeering.
In een publicatie van het Fransche departement
voor de blokkade wordt volgens Havas het volgen
de medegedeeld:
Het besluit der geallieerde regeeringen om op te
treden tegen den uitvoer van den vijand zal den
schepen, die afkomstig zijn van Duitschland of na
burige landen, de verplichting opleggen zich aan
dezelfde controlemaatregelen te onderwerpen als
de schepen, die zich naar deze landen begeven.
De Fransche contrölebases zijn Duinkerken, Le
Havre, Marseille en Oran. De Britsche bases zijn
Kirkwall, Weymouth, Duins, Malta, Haifa, Port-
Said en Gibraltar.
De schepen, die niet vrijwillig een der bases aan
doen, kunnen verplicht worden, van hun koers af
te wijken, teneinde zich aan een onderzoek te onder
werpen.
Men zal alle maatregelen nemen, teneinde niet-
gerechtvaardigde tijdverliezen voor schepen
vermijden.
De waren, die in de Fransche havens uitgeladen
zullen worden als zijnde van vijandelijken oorsprong
herkomst of eigendom, zullen onder bewaking van
de „service de prises" gesteld worden, tenzij het
comité voor de controle van contrabande
vijandelijke uitvoeren de requisitie en verkoop ervan
machtigt. In dit geval zal de tegenwaarde in de
deposito- en consignatiekas gestort worden.
De in beslag genomen waren of haar tegenwaar
de zullen onder bewaking der Fransche autoriteiten
blijven tot het sluiten van den vrede. Dan zullen te
dezen opzichte alle beslissingen getroffen worden,
die de „conseil de prises" billijk zal achten.
Het departement voor de blokkade zal echter de
teruggave der waren of de betaling van haar tegen
waarde op elk moment kunnen bevelen op advies
van het comité voor de controle van contrabande
en vijandelijke uitvoeren, in het bijzonder voor het
geval bepaald zou worden, dat de waren eigendom
van neutrale staten zijn geworden voor 28 No
vember 1939.
Om in aanmerking te komen voor een onderzoek,
moeten de voor dit doel aan het departement voor
de blokkade gerichte aanvragen in ieder geval be
trekking hebben op goederen, toebehoorend aan
neutrale staten.
Bovendien zal het noodig zijn:
a. Of wel dat de goederen geladen waren op een
schip, dat een uitvaarvergunning ontvangen heeft
voor 11 December 1939 in de laatste neutrale haven,
die dat heeft aangedaan.
b. Of wel dat deze goederen geladen waren op
een schip, aan hetwelk een uitvaartvergunning uit
gereikt is voor 1 Januari 1940 in de laatste neutrale
haven, die het heeft aangedaan en het object waren
van een contract, dat voor 28 November 1939 ge-
teekend is en den verkooper de verplichting oplegt,
de goederen in ontvangst te nemen en te betalen,
uiterlijk op het moment van de lading.
Tenslotte zullen de aanvragen vergezeld moeten
gaan van alle noodige bewijzen.
De Fransche en Britsche consulaten in het land
van expeditie zullen certificaten van oorsprong
kunnen afgeven, welke de controle van de inge
scheepte waren zullen vergemakkelijken en sneller
'zullen doen verloopen.
IIW AAP is wee.- rustig en
w wr Uw zenuwen worden,
gekalmeerd en gesterkt door het gebruik van
Mijnhardt's Zenuwtabletten
Glazen Buisje 75 ct. Bij Apofch. en Drogisten.
(Adv. ingez. Med.)
PROGRAMMA
WOENSDAG 29 NOVEMBER 1939.
HILVERSUM I 1875 en 414,4 M.
voor de Scheep-
NCRV-uitzending.
6.307.00 Onderwijsfonds
vaart.
8.00 Berichten A.N.P., Schriftlezing. Medita
tie. 8.20 Gramofoonmuziek. (9.30—9.45 Geluk-
wenschen). 10.30 Morgendienst. 1-1.00 Gramo
foonmuziek, 11,15 Zang met pianobegeleiding en
gramofoonmuziek. 12.00 Berichten. 12,15 Gra
mofoonmuziek. 12.45 Berichten ANP., Hierna:
Het Amsterdamsche Salonorkest en gramofoon
muziek. 2.302,55 Gramofoonmuziek. 3.00 Harp,
fluit en cello en gramofoonmuziek. 4.15 Gramo
foonmuziek. 4.30 Christ kinderkoor „De Lente
klokjes" (opn.) 4.45 Felicitaties. 5.00 Voor de
jeugd. 5.45 Gramofoonmuziek. 6.30 Taalles en
causerie „De samenstelling, de bediening en het
onderhoud van stoomketels en stoommachines
aan boord van schepen". 7.00 Berichten. 7.15
Boekbespreking. 8.00 Berichten A.N.P., herha
ling SOS-Berichten. 8.15 Gramofoonmuziek. 9.00
Causerie „Christelijke-sociale actie in de bran
ding der tijden". 9.30 Arnhemsche orkestver-
eeniging en solist. 10.00 Berichten A. N. P.. ac
tueel half uur. 10.30 Vervolg concert. 11.10 Gra
mofoonmuziek. Ca. 11.50—12.00 Schriftlezing.
HILVERSUM II 301,5 M.
VARA-uitzending. 10.0010.20 v.m. en 7.308.00
VPRO.
8.00 Berichten ANP., 8.10 Orgelspel. 8.45 Gr.-
muziek. 9.30 Causerie „Onze keuken". 10.00
Morgenwijding. 10.20 Voor arbeiders in de Con
tinubedrijven. 12.00 Berichten, 12,15 VARA- or
kest. 12.45 Berichten ANP.. Gramofoonmuziek.
I.00-1.45 VARA-orkest. 2.00 Voor de vrouw.
2.30 Cello en piano en gramofoonmuziek. 3.15
Voor de kinderen. 5.306.30 VARA-orkest. 6.35
Gramofoonmuziek. 6.40 Grafologische causerie.
7.00 VARA-kalender. 7.05 Felicitaties 7.10
Koorzang. 7.30 Bijbelvertellingen. 8.00 Herha
ling SOS-berichten. 8.03 Berichten ANP.,
VARA-Varia. 8.15 Uitzending voor de Centrale
Palestina Actie. 8.30 The Rococo-Serenaders,
het Navelty-Trio en solisten. 9.00 Radio-tooneel.
9.30 De Ramblers.
10.00 VARA-orkest en soliste. 10.40 Medische
vraagbaak. 11.00 Berichten ANP., 11.10 Orgelspel
II.3012.00 Gramofoonmuziek.
ENGELAND 391 en 449 M.
12.20 Joe Loss en zijn Band. 1.05 Causerie .Dis
covering Wales". 1.20 Berichten. 1.302.20 BBC-
Thea ter orkest. 3.20 Orgelspel. 3.40 Orkestcon
cert. 4.20 Berichten. 4.35 Radio-tooneel. 5.20
Kinderhalfuur. 5.50 Populair concert. 6.20 Be
richten. 6.35 Actueele uitzending. 7.05 BBC-
Zangersa 7.20 Mededeeltngen. 7.40 Dansmu
ziek. 8.20 BBC-symphonie-orkest en solist. 9.20
Berichten. 9.35 Causerie „From the front bench"
9.50 Revue-programma. 10.35 Radio-tooneel.
11.20 Dansmuziek. 12.00 Li terair-muzikaal pro
gramma. 12.2012.35 Berichten.
RADIO-PARIS, 1648 M.
Geen opgave ontvangen.
KEULEN. 456 M.
5.50 Herman Hagestedt's orkest. 7.40 Gramo
foonmuziek. 9.3010.00 Populair concert. 10.50
Gramofoonmuzoek. 11.20 Concert. 12.20 Leo Ey-
soldt's orkest. 1.35 Populair concert. 3.20 Solisten
concert. 3.50 Concert. 5.00 Folkloristisch pro
gramma. 5.20 Otto Dobrndt's orkest. 7.35—12.20
Zie Deutschlandsender.
BRUSSEL 322 M.
12.20 Gramofoonmuziek. 12.51 en 1.30 Om
roeporkest. 1.502è20 Gramofoonmuziek. 5.20
6.05 Het Brusselsch instrumentaal kwintet. 7.43
Gramofoonmuziek. 8.20 Uitzending voor solda
ten. 8.50 Omroeporkest, 9.20 en 10.30 Omroep
orkest en soliste. 11.0011.20 Gramofoonmuziek.
BRUSSEL 484 M.
12.20 Omroeporkest. 12.50 en 1.30 Radio-or
kest en soliste. 1.502.20, 5.20 en 6.00 Omroep-
dansorkest. (Om 5.50 Chansons. 6.35 Radio
orkest (met toelichting). 8.20 Uitzending v. solda
ten. 8,50 Radiotooneel, 10.30 Het Brusselsch in
strumentaal kwintet (met toelichting). 11.00—
11.20 Gramofoonmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
7.35 Verzoekconcert. 9.20 Berichten. 9.50 Po
pulair concert. 'Om 10.20 Politiek overzicht).
10.35 Kamermuziekensemble van de Berlijnsche
Staatsopei-a. 11.20 Berichten. Hierna tot 12.20
nachtconcert.