Uw tasschm!
klat 2uèêett we dta^en?
Menu van de week
Dames koopt
JAC. GILEIN (Geenfilialen)
HA'AEEEM'S DAGBÜAD
Onze kleme zwakheden
Als we de volgende week het Sinterklaasfeest
eian vieren, komen de plagerijen met onze klei
ne zwakheden los, dan worden soms in heel erg
manke, soms in goed loopend, maar ook wel in
jngewikkeld-verheven versregelen onze onbedui
dende tekortkomingen aan het licht gebracht:
moeder wordt geplaagd met haar lange telefoon
gesprekken met vriendinnen, vader met zijn
^chtendziekte" waardoor niemand hem aan het
ontbijt durft te benaderen, groote zus met haar
breiwoede, de oudste zoon met zijn manie voor
iazz-muziek, de jongste met de voorbeeldige re
gelmaat waarmee hij zijn fiets 's nachts buiten
laat statin en het kleine meisje met haar senti-
menteele liefde voor de kat.
Dat geeft allemaal aanleiding tot groote vroo-
jjjkheid en het heeft ook wel degelijk zijn opvoe
dende waarde, omdat het op een ongezochte en
prettige manier onze zwakheden, waaraan wij al
lemaal lijden, aan de kaak stelt, zoodat wij bij
onszelf moeten toegeven: dat kon ik best eens
probeeren te overwinnen, zoo moeilijk is het niet.
Ik geloof, dat ik niet direct van défaitisme be
schuldigd kan worden, als ik eraan toevoeg, dat
5 December 1940, dus het Sinterklaasfeest over
een jaar, nieuwe zwakheden in ons allen zal heb
ben ontdekt, die dan weer stof tot vroolijke pla
gerijen en surprises zullen opleveren.
Zonder kleine zwakheden is nu eenmaal nie
mand en het is goed om steeds te probeeren ze te
overwinnen, omdat dit ons dwingt bezig te blijven
met de herziening van ons wezen en karakter.
Daarmee zouden dus die kleine zwakheden,
welke eenmaal in het jaar ongestraft aan de kaak
gesteld mogen worden, als onbelangrijk op den
achtergrond kunnen worden geschoven, als zij
zich daar niet, buiten onzen directen gezichts
kring, langzamerhand tot een macht konden ver
eenigen die ons op den duur ging belagen.
Al die kleinigheden tezamen gevoegd, daarbij
niet voldoende begrip over en weer voor elkaar,
en men voelt zich ten opzichte van den ander ge
prikkeld, geïrriteerd. De kleine hebbelijkheidjes
die vroeger alleen maar aanleiding waren tot een
goedig plagerijtje, blijken zich te hebben samen
gevoegd tot een reeks van gewoontetjes, die da
gelijks weerkeer en, en die op de een of andere
manier zeer prikkelend werken.
Dat kan natuurlijk verschillende oorzaken heb
ben: het kan zijn dat de betreffende persoon
nooit de moeite heeft genomen die kleine zwak
heden te overwinnen, het is ook mogelijk, dat hij
of zij vindt dat de ander daar nu maar genoegen
mee moet nemen: „zoo ben ik nu eenmaal". Het
kan evengoed zijn dat wijzelf prikkelbaarder dan
vroeger zijn geworden of dat wij vergelijkingen
zijn gaan maken met andere menschen, die na
tuurlijk nooit heelemaal zuiver zijn, omdat wij
niet dag in, dag uit, jaar in, jaar uit met ze om
gaan.
Zoo'n geprikkelde stemming in huis, die berust
op dingen die de moeite van het opnoemen eigen
lijk niet eens waard zijn, is al een bedreiging voor
de algemeene stemming in het gezin, maar het
Is niet voldoende om te constateeren: dit of dat
irriteert me zoo, men moet er dadelijk mee begin
nen om het uit den weg te ruimen. Misschien is
de eene voor rede vatbaar en gaat zijn best doen
om zijn kleine zwakheden te overwinnen, dan
moet de andere eerlijk probeeren de geprikkelde
houding te veranderen en pogingen doen om de
kleinigheden over het hoofd te zien die zoo nietig
zijn, dat zij ons bij andere buitenstaanders, niet
eens opvallen, ook al kennen wij ze lang en goed.
Want wie de kleine zwakheden hun loop laat,
,wie er zich anderzijds door laat prikkelen en irri-
teeren, heeft de kans dat op een kwaden dag al
die kleine, onbelangrijke hebbelijkheidjes tot een
catastrophe leiden die, eenmaal losgebroken, niet
meer te stuiten is.
Kom nou, zult u misschien zeggen, kunnen de
lange telefoongesprekken van moeder met haar
vriendinnen nu leiden tot een catastrophe, of kan
die goedige „ochtendziekte" van vader een der-
gelijken vorm aannemen? Dat is immers niet
mogelijk!
En toch kan het zijn, dat er een verwijt los
komt, hoe onbelangrijk ook, dat opeens den
stroom van kleine zwakheden doet vloeien, en ze
daardoor vorm en gestalte geeft, zooals ze nooit
hebben gehad. Dan kunnen die kleinigheden te
zamen een lawine vormen die al het mooie in
ons leven bedekt, die al het goede verwoest en die
tenslotte niets overlaat dan wat brandhout en
wat steenen.
Vermaak elkaar en u zelf met de kleine zwak
heden die het Sinterklaasfeest aan de kaak stelt,
maar vergeet ze niet direct weer van uzelf, haal
ze nog wat verder op den voorgrond, bekijk ze
eens goed en ga ze te lijf: ze kunnen, hoe klein
hun speldeprikken ook zijn, tenslotte een wond
veroorzaken, die heel erg moeilijk te genezen is.
E. E. J—P.
Turnbroekje
Als u in die geïllustreerde bladen de ruibrieik
.lichaamsoefeningen" ziet, ziet u de dames, zoO'
wel in het binnen- als buitenland, altijd gekleed
in een wit sportblousje en, een kort donker broekje,
zeker een flattauisie dracht.
Zoo'n sportbroekje is natuurlijk heel best zelf
te breien. Voor het model, als op de afbeelding,
maat 42, hebben we 200 gr. driedraads donker
blauwe wol noodig en twee pennen no. 3. Voorts
een restantje wit breikatoen.
Onder aan de eene pijp te beginnen zetten we
120 st. op. Het patroon is: de rechte pen heele
maal rechts verdraaid, en de averechtsche pen
gewoon averecht, dus heel eenvoudig, met een
aardig effect.
We breien nu 20 pennen en maken er dan om
I de pen voor en achter een steek bij, tot 130 ste-
1 ken en dan elke pen meerderen tot 150 st. Nu
4 pennen gewoon en dan in hetzelfde tempo
minderen, dus eerst elke pen voor en achter
minderen tot 130 st., en dan om de pen tot 120
st. Nu minderen we aan het begin (dit wordit
de voornaad van de broek) om de 4 pennen een
I steek, en aan het eind om de 8 pennen tot de
heele lap 40 c.M. hoog is. Dan beginnen met
den boord, die we een recht verdraaid, een aver,
i breien. (Terug de aver, verdraaid en de rechte
j gewoon). De boord wordt 16 toeren hoog.
De andere kant is evenzoo.
Opmaak. We strijken de twee lappen
i onder een vochtigen doek. Dan haken we van
wit breikatoen een bies van 6 stokjes, die even
lang wordt als de broek en die we er voor 't dicht
naaien met de machine in het midden van elke
lap opstikken. Nu stikken we de lappen in
broekvonn in elkaar, en maken aan den onder
kant een zoom yan 4 c.M. Tegen den boord bo
ven wordt aan den binnenkant een blauw zijden
biesje gestikt, waardoor een breed zwart elastiek
komt. De heele broek wordt nog eens opgestreken
en u zult er veel plezier van hebben.
SP.—TH.
Vlotte hoedjes, die niet duur zijn.
SA<-#
A'U
Parijs brengt voor 1940 een hoedenmode, die
maar is dit niet eigenlijk met iedere mode 't ge
val? staat en valt met de elegance van de
draagster. Deze vier vlotte hoedjes zijn heel ge
makkelijk zelf te maken. Boven links ziet u een
gevalletje, gemaakt uittwee haarnetten. Door
het eene net wondt het haar van achteren geheel
ingesloten. Het „hoedje" wordt sterk naar voren
gedragen. Het wordt „op smaak afgemaakt" met
lint en kan allersnoezigst staan bij een jong ge
zichtje. Boven rechts een vilthoedje, omgeven
door een jersey-lint, dat van achteren wordt ge
knoopt.
Beneden links ziet u een aardig mutsje, versierd
met fijne wollen jersey, dat gedrapeerd wordt van
uit het middelpunt. Het haar wordt van achteren
opgenomen en in de sjaal weggestopt.
Beneden rechts: een tulband van zachte wollen
stof in verschillende tinten, van voren uitloopend
in een sjaal, die op het voorhoofd wordt geknoopt
en in den nek in twee flappen eindigt.
't Geheel doet ongetwijfeld eenigszins Victo-
riaansch aan, maar geeft tevens aan vindingrijke
vrouwtjes een prachtgelegenheid, haar fantasie
practisch toe te passen
De goede Sint
dan stort ons hart zich uit in kreupelrijm
bij marsepeinen harten.
Ja, zijn verjaardag nadert weer, staat al bijna
voor de deurEn reeds waart hij rond door
ons landje: vreemd romantische verschijning met
zijn rooden tabberd, mijter met goude/i kruis
En met zijn grinnikend zwart knechtje, dat glimt
van chocola met vaseline of dof ziet van gebrande
kurk. Al naar de artistieke inspiratie het gebiedt.
Waaróm toch komt Sinterklaas zoo trouw ieder
jaar weer heelemaal uit Spanje net precies hier
bij ons? Waarom niet in Frankrijk, in Duitsch-
land, in België? Waarom juist uitgerekend hier
in deze lage landen, waar 't guur en regenachtig
is en 't geen pretje moet zijn om de natte sneeuw
in je baard te voelen kleven op je tochten over
de daken? Waaróm?
Kan het zijn dat er tusschen Nederland en Sin
terklaas een band bestaat, een stille verwant
schap, een diep begrijpen?
Ja, dat moet wel!
De Nederlandsche huisvrouw hoe ook be
kneld en benauwd door geld- en andere zorgen
voelt haar hart opspringen als Sinterklaas zijn
vriendelijk gezicht aan den horizon laat opdoe
men!
Dan werken haar gedachten koortsachtig, dan
gaat ze combineeren en deduceeren, winkelen en
.dichten!
Dan worden er heel wat penhouders stukge-
knabbeld, heel wat opgedroogde dichtaders tot
nieuw leven gewekt doorja natuurlijk dooi
den goeden Sint zélf, die wil dat ieder „er toch
iets aan doet" op zijn verjaardag!
Hij met z'n goedig gezicht en z'n plechtig ge
baar is toch eigenlijk een oolijkerd, die ons alle
maal bij den neus neemt. Zóó ben je nog gezond,
en zóó heeft het je te pakken en je weet niet eens
of 't nu eigenlijk een ziekte is of een brokje ge
zondheid.
Ik geloof het laatste, 't Is een gezond verschijn
sel, dat wij, massa-producten (die we geworden
zijn, ingedeeld bij een oneindig aantal nuttige
en liefdadige „instanties", opdat alles met orde
geschiede!) één keer per jaar eens Individu wil
len zijn en zélf persoonlijk en in stilte iemand ge
lukkig willen maken, zonder dat het eenig an
der mensch ter wereld iets aangaat.
Want ons verstand moge al die ordelijke dingen
oprecht bewonderenons hart rukt soms aan
de ketenen! En tegen 5 December breekt het los
en het stort zich uit in kreupelrijm bij marsepei
nen harten of letters van banket.
Is het eigenlijk niet een groote eer voor ons
volk, die verwantschap met den goeden, ouden
Sint?
Laten wij ons laten aanvoeren door Sinterklaas,
die zijn trouwe, vriendelijke oogen smeekend op
ons richt dit jaar.
,,'t Is zoo'n klein kunstje", zegd hij: „ik weet
natuurlijk wel dat je deur wordt platgeloopen en
je giro leeggeplunderd. Ja jaen dat je grijs
wordt als je denkt aan die mobilisatie-opcenten.
Maar dat is nu allemaal niet aan de orde!
Eerst komt ik, want een losgebroken hart leeft
uitsluitend in het heden, nietwaar?
En is er werkelijk geen zieltje in je omgeving,
dat het schraal-noodige al heeft en nu zóó blij
zou zijn met een klein beetje zonnige overbodig
heid? Niemand die dol is op letters? Niemand die
snakt naar wat vroolijke gezelligheid?
Kom, kom, dat meen je niet...."
Zondag:
Ans j o vis-b rood j es
Bruine boonensoep
met saucijsjes.
Brusselsch lof met
harde eieren en
gesmolten boter
Ananaspudding
Maandag:
Varkensrollade
Koolraap
Aardappelen.
Vruchten.
Dinsdag:
Koude varkensrollade
Stoofperen
Aardappelen
Flensjes
Woensdag:
Stamppot van
snijboonen met witte
boonen en gerookt
spek
Appelmoes met
schuimkop.
Donderdag:
Erwtensoep
Rijst met bessensap
Vrijdag:
Gebakken snoekbaars
Bietensla
Aardappelen
Haver moutkoekj es
Zaterdag:
Vischschoteltje
Andijvie met spiegel
eieren en aardappel
puree.
(Recepten
samen nog 3/4 uur laten koken, dan het spek of
de worst er uit nemen en alles doorstampen. Op
het laatst de witte boonen er door roeren, en zoo
noodig nog het vet toevoegen.
Zuurkool inmaken.
Benoodigd: 3 witte kooien;. 3 savoye kooien. Op
1 K.G. kool 12 gr. zout; 10 gr. zwarte peperkorrels.
Bereiding: De kool van de buitenste bladen ont
doen en met een schaaf heel dun snipperen. De
kool wasschen en uit laten lekken. De kool met
het zout zoolang kneden tot zich pekel vormt. De
peperkorrels er door doen en de kool overdoen
in een Keulsche pot. De kool bedekken met een
doekje, hierop een plankje en een steen leggen.
De kool moet onder de pekel staan.
Na 4 a 6 weken kan men ze gebruiken.
Citroenschillen conserveeren.
Wanneer men het sap van een citroen noodig
heeft bij de spijsbereiding, of om kwast te ma
ken, moet men de schillen niet weggooien. Men
moet ze afwasschen en met 'n scherp mesje heel
dun afschillen, zoodat er aan den achterkant
geen wit te zien is. De schilletjes doet men met
wat suiker in een jampotje en men kan ze latei-
voor allerlei doeleinden in de keuken gebruiken bv.
in pap en pudding, bij gestoofde abrikozen, prui
men en appeltjes, bij stoofperen enz. Vooral de
saus van deze laatste vruchten wordt er veel geu
riger door.
Paneermeel maken..
Paneermeel is niet duur, in de meeste winkels
koopt men voor 6 a 8 cent een pakje. Maar wan
neer de korstjes brood, die over zijn van een
broodschotetje of broodpudding bewaard worden
en op een bakblik in den oven gedroogd, dan heeft
men paneermeel voor niets. Het droge brood wordt
n.l. met een flesch of deegrol fijngerold, gezeefd
en in goed sluitende bus bewaard. Wanneer men
het oude brood dn den oven zet, als deze voor
iets anders gebruikt is, dus nog warm, kost liet
ook geen gas extra.
Vrouwenrubriek.
Maaltijd voor 4 personen, bestaande uit
stamppot van snijboonen met witte boo
nen en rookspek, appelmoes.
Benoodigd
V/2 pond snijboonen uit het zout
4 ons witte boonen
21/s ons rookspek.
V/2 K.G. aardappelen
zout enz.
1 pond moesappelen.
pond zoete appelen.
1 eiwit.
Inplaats van rookspek. kan men ook rookworst
bij dezen stamppot geven. Men neemt dan de
helft van de hoeveelheid witte boonen. De boonen
moesten het eiwit in dezen maaltijd aanbrengen;
daar rookworst meer eiwit bevat dan spek, levert
de worst nu een groot gedeelte eiwit. Alleen zal
er dan weer wat vet bij gevoegd moeten worden.
De hoeveelheden worden dan op
volgende manier berekend:
lVs pond snijboonen
2 ons witte boonen
3 ons rookworst
50 gr. vet,
2 K.G. aardappelen.
1 pond moesappelen
Vz pond zoete appelen
zout.
Bereiding:
De witte boonen wasschen en 24 uur weeken.
Ze met het weekwater opzetten en gaar koken
met zout.
De snijboonen afspoelen, opzetten met ruim
water en V2 uur laten koken.
De boonen afgieten, afspoelen, weer opzetten
met ruim water en zoonoodig het water nog
eens ververschen. De boonen uit de pan nemen.
Onder in de gewasschen geschilde aardappelen
leggen, hierop het rookspek of de worst en
hierop de snijboonen. Zooveel water toevoegen
dat de aardappelen voor 1/3 onderstaan. Alles
Kinderen Spelen
Paedagogische moeilijkheden van
een jeugdige tante.
ANNETJE en Fritsje komen diep ver
ontwaardigd op me af, als ik in een kil
herfstzonnetje in 't prieel zit te stop
pen: sokjes, kousjes en nog weer
sokjes, die voor den winter moeten worden op
geborgen.
„Tante, Bubbeltje stoort ons aldoor en we
hadden zoo'n prachtig spelletje!"
Ik kan begrijpen, dat Bubbeltje met z'n drie
jaren als een lastige vlieg de heele speelwereld
van de oudere kinderen in de war stuurt. Maar
toch: waarom niet een beetje geduld met het
kleintje?
„Nee, Tante, hij kan heusch niet meespelen",
zegt Annetje. „Hij maakt ons gewoon dol,
Tante".
„En kijk, daar staat Bubbel zelf ook al, in al
z'n dikte en machtelooze woede. Hij stottert met
een vuurroode kleur: „T....ante, waarom
m....mag ik niet meespelen?"
't Is niet gemakkelijk, in al dergelijke omstan
digheden Salomo's wijsheid ten toon te sprei
den, maar ik wil 't probeeren.
Ik vraag eerst: „Vertel me dan eens, wat voor
schuift m'n haar van m'n oor weg en fluistert:
„Mij hebt u 't liefste".
„Geen familieleden!" schreeuwt Frits, „en jij
begint toch niet met een Pe!"
„Kom, Bubbeltje, nog eens", zeg ik sussend.
En de kleine kerel vraagt: „Wat hebt u liever:
Em of Ef?"
„Ef!" raad ik.
Frits wendt zich af, als iemand, die onpasse
lijk geworden is van 't schommelen. Hij voelt
al wat er komt en stopt z'n ooren dicht. An
netje komt er nieuwsgierig bij staan: ze wil
dien onzin toch wel eens hooren.
„Bobbie hebt u 't liefste!" jubelt Bubbel en
klapt in de handen. (Bobbie is Bubbel's
vriendje).
„Waarom Bobbie?" vraag ik, „die begint toch
niet met Em of Ef!"
„Hè Tante!" zegt Frits, „wat dom toch, hè Hij
zal 't nooit begrijpen!"
„Maar Tante heeft het toch niet geraden!"
verdedigt zich Bubbel.
„En nu begrijpt u toch wel, waarom Bubbel
niet mee kan spelen, Tante", zegt Annetje
eigenwijs.
Ik begrijp het. Maar ik ben er nog niet af.
Een uur later zitten de grooten altijd nog sa
men te fluisteren en Bubbel staat altijd nog
wijdbeens voor me en schreeuwt steeds maar
weer, wat ik liever heb, dit of dat, waarbij hij
zich om geen beginletters of andere regels be
kommert. De sokjes blijven ongestopt en ik voel
me tenslotte zóó afgemat als en vlieg in den
herfst.
prachtig spelletje dat was!"
Annetje legt uit: „Wij vinden het prachtig,
want wij begrijpen het. Maar Bubbel kan het
niet begrijpen, hij is nog te jong".
„En te dom", komt Frits aanvullen.
„Ik speel mee, ik speel mee en jij bent dom!"
roept Bubbeltje er tusschen door.
Annetje let niet op hem en zegt: „Hoor eens
Tante, 't is zóó: wij vragen u iets en u moet
raden".
„Goed, vraag dan maar".
„Tante, wat heeft u liever. Em of Ef?"
„Dt begrijp ik niet. Wat is Em en wat is Ef?"
„Dat zijn twee beginletters. Raadt u dan".
„Nu, Em dan maar!"
De beide grootê kinderen lachen, dat ze schud
den en Bubbeltje valt zelfs met een plof op den
grond, omdat hij zich blijkbaar niet staande kan
houden van de pret. Als ze uit gegiebeld zijn,
legt Annetje uit:
„Tante u hebt dus Martha (dat is het dienst
meisje) liever dan Frits".
Maar Frits maakt direct aanmerking: „An
netje, we hadden toch afgesproken, dat we geen
familieleden zouden nemen".
„Nu dan wat anders", stelt Annetje voor. De
drie kinderen steken de hoofden bij elkaar,
fluisteren wat, en dan vraagt Frits: „Wat heeft
u liever, We of Pe?"
„We, verklaar ik plechtig. Wilde vreugde in
de gelederen. Verklaring: „Tante, u heeft wes
pen liever dan peren!"
O wat een prachtig, geestig spelletje! Maar
nu zal Bubbeltje een raadsel opgeven, hij is er
beslist niet van af te brengen. Hij gaat wijd
beens en gewichtig voor me staan en vraagt:
„Wat hebt u liever, we of Pe?"
„Dat hebben we toch pas gehad?" roepen
Annetje en Frits. „Ziet u nu wel, hoe dom hij
is?"
„Laat hem nu toch", zeg ik. „Pe, Bubbeltje,
Pe!" En dan klautert Bubbel op m'n schoot,
DE WETEN
SCHAPPELIJKE
VOORLICHTING
waarover
„ZOOREIN" kan
beschikken, om
vat zoowel 't ter
rein der textiel,
als de scheikun
dige samenstel
ling van wasch-
middelen en
waschwater. Door
nauwkeurige toe
passingen van de
verkregen aan
wijzingen, die ge
richt zijn op zéér
grondige reini
ging, bij vermij
ding van overtollige slijtage, bereikt „ZOOREIN"
buitengewone resultaten.
En toch is „ZOOREIN" niet duurder dan andere
wasscherijen. Een proefwasch bij „ZOOREIN"
leert U
Ulfl/CMT f UM
BROUWERSVAART 50—52 - TELEF. 14159.
Mangelwasch Perswasch Strijkwasch
20ct. p. K. G. 25ct. p. K. G. 30ct. p. K, G
(Adv. ingez. Med.)
Goedkoop en toch smakelijk
Een praatje over voor- of nagerechten.
Een half pond suiker in de week per persoon
is natuurlijk niet veel voor een huisgezin. Maar
als men de maaltijden zóó samenstelt, dat bij de
spijsbereiding niet zooveel suiker noodig is. kan
men er toch wel een eind mee komen. In een ge
zin waar men iederen dag toespijs eet wordt veel
suiker gebruikt: vla, pudding, gebak, al deze toe
spijzen vragen suiker.
Er zijn niet veel nagerechten, die zonder suiker
klaargemaakt worden. Dikwijls kunnen stroop
of jam deze vervangen, bijv. bij wentelteefjes,
pannekoeken, gort, grutjes. Door sommige men
schen wordt zelfs rijst met boter en stroop ge
geten. Rijstebrij met wat jam er door heen
wordt door kinderen zeker lekker gevonden.
Wat men dan ook als toespijs geven kan en
geen suiker kost, zijn creamcrackers of be
schuit met kaas. kastanjes met boter, en natuur
lijk vruchten. Nu de appelen, peren en druiven
zoo goedkoop zijn, kan men er wel wat royaler
mee zijn en ze als aanvulling van den maaltijd
beschouwen.
Li heel veel gezinnen, vooral waar kinderen
zijn, is die aanvulling noodig. Er wordt niet vol
doende gegeten van alleen „groente, vleesch en
aardappelen". In plaats van met een n a gerecht
moet men het dan eens met een voorgerecht
probeeren.
Men kan dan geven: tamelijk dikke soep, ma
caroni met ham of tomatensaus, een restverwer-
king van vleesch of visch, aardappelkoekjes of
puree opgedaan in schelpen of een vuurvasten
schotel vermengd met geraspte kaas, klein ge
sneden ham en goed luchtig geklopte rijst met
kerry, omelet met groente of de een of andere
ragout, kaas- of hani-sandwiches enz. enz.
Hieronder volgen nog eenige recepten:
Macaronisoep of vermicellisoep.
Benoodigdheden 4 personen: VA L. water. 30
gr. macaroni of vermicelli. 35 gr. boter (21 lepel),
35 gr. bloem (5 lepels), zout, foelie, noot, maggi
aroma.
Bereiding: De macaroni in stukjes breken 01
de vermicelli fijn maken. Ze opzetten met kokend
water, zout en foelie en V2 a -A uur laten koken.
Van het kookwater met boter en bloean een ge
bonden soep maken. Deze goed door laten koken
en de macaroni of vermicelli er weer in doen. De
soep met nootmuskaat en aroma afmaken.
Gekookte kastanjes met boter. Benoodigd
heden voor 4 personen: 1 K.G. kastanjes, 60 gr.
boter, zout.
Bereiding: De eieren los kloppen met melk
drijven weggooien, ze aan het stompe eind in
kruipen en in ruim water met zout gaar koken,
p.m. H uur. Ze pellen en voorzichtig met de boter
verwarmen of de boter er koud bij geven.
bij den vakman
DAT IS UW VOORDEEL!
Thans alléén
LEDERWARENFABRIEK ,ur(l.u. .0
^IB ANtbANh 4o
(Adv. Ingez. Med.)
CIJFERS EN ONZE SCHOONHEID
Wie van u Is „normaal", wie niet?
Ten gerieve van zijn cliëntele geeft een Parijsch
schoonheidsexpert de volgende ideaalmaten voor
verschillende leeftijden der vrouw.
Bij een lengte van 1 M. 50 behoort het gewicht
op i8-jarigen leeftijd te zijn 48.5 kilo, de buste
77.50. de taille 50, de heupen 81; op 25-jarigen
leeftijd: gewicht 51. buste 79.50, taille 51, heupen
82; met 30 jaar resp.: 52. 79.50, 51. 83; met 40
iaar: 53.5. 81, 52. 84; met 50 jaar: 55, 82, 53, 85.
Bij een lengte van 1 M. 55 is het ideaal: 18 jaar:
gewicht 50 kilo, buste 79.50, taille 60.50, heupen
83; 25 jaar: 53, 82, 61.50. 84.50; 30 jaar: 54, 82,
61.50, 85.50; 40 jaar: 56, 84, 63, 87; 50 jaar: 57.5
85, 64, 88.
Bij een lengte van 1 M. 60 is het ideaal: 18 jaar:
gew. 55.5 kilo, buste 82, taille 62.50, heupen 85; 25
jaar: 56, 85, 64, 87; 30 jaar: 57, 85. 64, 88; 40
jaar: 59, 88. 65,5, 89.5; 50 jaar: 60,5, 89.5, 67, 91.
Bij een lengte van 1 M. 65 is het ideaal 18 jaar:
gewicht 58,5 kilo, buste 84.5, taille 64,5, heupen
87: 25 jaar: 59, 87.5, 66, 89,5; 30 jaar: 60, 87,5
66, 90,5; 40 jaar: 62, 91, 67,5, 92.5; 50 jaar: 63.5,
92, 69. 94.
Bij een lengte van 1 M. 70 is het ideaal: 18 jaar:
gew. 58,5, buste 87,5, taille 66.5, heupen 89; 25 j.:
62,5, 90.5. 68.5, 926 30 jaar: 63.5, 90,5, 68,5, 93,5;
40 jaar: 65.5, 94. 70, 95.5; 50 jaar; 67.5. 95, 71,
97.5.
Bij een lengte van 1 M. 75 is het ideaal: 18 jaar:
gewicht 61.50 kilo. buste 90, taille 69.5, heupen 91,5;
25 jaar: 65, 93, 70,5, 94.5; 30 jaar: 66,5, 93, 70,5, 96;
40 jaar: 69, 97, 72, 98. 50 jaar: 71, 98, 73, 100.
Meet u nu maar eens na, of u „volmaakt" bent
of niet.