OEFENINGEN VAN HET VELDLEGER.
Echtpaar z.k.
Mr. Kea Bossers
Nadat van Duitsche zijde voor eenige maanden de Nieuwstraat te Nerkrade van een hooge atrastenng
was voorzien, worden thans ook van Nederlandsche zijde maatregelen getroffen tot afzetting van dezen
internationalen verkeersweg
Contact met de strijd
krachten in de lucht. Een
verbindingsafdeeling seint
met haar «U-lappen" naar
vliegtuigen bij de oefenin
gen van het Nederlandsche
veldleger
Kerstlammetjes. Op de boerderij van het landgoed van den heer van Beuningen
te Vught hebben twee schapen ieder het leven geschonken aan een lammetje
In de Waalhaven te Rotterdam wordt de laatste hand gelegd aan een aantal
stukken van de in aanbouw zijnde verkeerstunnel onder de Maas
De Nederlandsche weermacht paraat.
Een ultra korte golf station neemt,
gedekt achter een huizengroep, snel
de verbinding op tusschen den af-
deelingscommandant en de batterijen
Vuur! Veldartillerie
in actie tijdens de
jongste oefeningen
van het Nederland
sche leger, welke
dezer dagen «ergens
op vaderlandsch
grondgebied zijn ge
houden
Bij het eerste lustrum der «Stichting
tot bevordering van het schaken onder
de schooljeugd" wordt te Utrecht
een individueele wedstrijd voor alle
scholieren gehouden
Regeering'sgraan ingevioren. Te Enkhuizen zijn vijf schepen, komende van Emden met
bestemming Rotterdam, geladen met regeeringsgraan uit Hongarije, ingevroren m de buiten
haven
Een veldhouwitzer in stelling tijdens de groote oefeningen, welke het Nederlandsche
veldleger dezer dagen hield
door
30
De lage grijze auto stopte beneden voor het
bordes. Jimmy sprong er uit „Ik kom op zieken
bezoek. Hendrik" hoorden ze hem roepen. „De
Jonker thuis? Zeg maar. dat ik hem dadelyk kom
begroeten. Waar is het slachtoffer? Nee dank je
ik vind het wel."
„Zoo stomme ezel, dAt heb je hem geleverd, zeg.
Van harte, hoor! Dat heb je hem geleverd!" Hij
deed luidruchtig genoeg, Jimmy. „Zeg. ik heb zoo-
Juist pas in de krant gelezen. Ik schrok me lam,
zeg Lies, van harte, hoor." Hij stond maar dwaas
handen te schudden. „Kerel, kerel, dat jou nu
zooiets moest overkomen. Zoo'n akelig stuk voor
zichtigheid! Als ik het nu nog geweest was..."
Hij plofte in een stoel neer, sprong meteen weer
op, daasde rond. „Ik kan er gewoon niet by.
Vertel eens, is dat nou klets, wat er in de krant
staat over die remmen?"
„Wat er in de krant staat, weet ik niet" zei
Frank kort, „maar de remmen werkten niet, dat
heb ik zelf aan de politie verklaard."
Jimmy floot tusschen zijn tanden. „Da's leelyk,
zeg. Wat zegt de ouwe ervan?"
Frank haalde zjjn schouders op: „Dat weet ik
niet. Htf heeft me nog nergens over gesproken.
Alleen gevraagd, of ik pijn had en zoo. En hjj is
verschrikkelijk bezorgd, dat zie je wel aan de
mise-en-scène hier."
..En hoe voel je je? Erg beroerd? Kun je velen,
dat ik over boom?"
„Natuurlijk" zei Frank, „Ik wil niets liever, dan
er met jou over praten. Ik heb je raad hard ge
noeg noodig. Ik kan het je in twee woorden zeg
gen: De remmen deugden allahg niet meer. Ik had
je oom al herhaaldelijk gewaarschuwd, dat er on
gelukken van zouden komen, maar hij wilde nu
eenmaal geen kwaad hooren van 't ouwe ding."
„O-la-la" zei Jimmy.
„Nu zie je, hoe ik er inzit" ging Frank door.
„De andere wagen kwam van rechts, het uitzicht
was goed genoeg. Ik reed niet harder dan dertig,
dus als de remmen niet geweigerd hadden, was
er niets gebeurd, al reed de ander ook nog zoo
hard. Ik zou zeggen, driekwart van de schuld ligt
zeker bij mij, tenminste bij mijn wagen. En daar
draai ik in dit geval voor op, dat zie je zeker
wel in."
Jimmy dacht na, lang en diep.
„Een taaie kluif voor Oom Aernout" zei hij ten
slotte. „Moet hij daar voor de Rechtbank, want
't wordt natuurlijk een Rechtbankzaak gaan
zeggen: Heeren, hij heeft gelijk, 't was mijn
schuld?"
„Zal ik niet van hem vergen" zei Frank. „Maar
stel, dat ze mijn rijbewijs intrekken. Of nog erger,
dat ik hechtenis krijg. Daar werken ze tegen
woordig volop mee
,,'t Is een bedonderde geschiedenis" zei Jimmy
hartgrondig. „Of Oom Aernout's „noblesse oblige"
verder zal gaan. dan het betalen van de geldboete,
die jy eventueel zult krijgen 't Zou een lam
karwij voor hem zijn. Wat denk je? Zal ik hem
eens polsen?"
„Als je je mond maar houdt over wat ik je
verteld heb."
„Heb je dat dan niet aan de politie meege
deeld?"
„Ben je stapel? Ik kom daar uit mezelf niet
mee aandragen. Ook niet voor de Rechtbank."
„Maar dat iszei Jimmy, „dat Is nou
je snapt het wel." Hij kneep Franks linkerhand.
„Ik ga even naar heneden. Tot straks."
„Ziezoo" zei Jimmv na een halfuur, „de zaak is
In orde, hoor. De oude heer heeft een oplossing
gevonden, die lang niet gek is. Het ei van Colum
bus: Hy neemt een advocaat voor je, die aan de
Rechtbank moet vertellen, wat een brave jongen
en wat een onberispelijk chauffeur jy bent. Alleen
als de Officier nou héél onvrindelijk doet, komt de
aap uit de mouw, in casu een verklaring van Oom
Aernout, dat hy de auctor intellectualis oftewel
de eïgenlyke boosdoener is. Wat vind je ervan?"
„Schitterend" zei Frank opgelucht. „Maar je
hebt hem toch niet gezegd, dat je 't van my wist,
van die remmen?"
„Heeft hy me zelf onder tranen nou practisch
dan onder tranen, hy keek belabberd genoeg, hoor
gebiecht" zei Jimmy. „Ik heb mijn mond ge
houden zooals altyd. JA" zei Jimmy plech
tig, „zwijgzaamheid is een van mijn hoofddeugden.
Rij mij vergeleken was wijlen Vader Willem maar
een dilletant. Sal va omni reverentia. Hè Lies?"
hij knipoogde haar toe.
„Ik kom maar van de H.B.S." zei Lies. „En kijk
me niet zoo veelbeteekenend aan. Van mij hoef
je niets te verzwijgen."
„O niet? haalde Jimmy uit.
Frank schoof onrustig heen en weer.
„Wat is er Frankie9 Heb je pijn?" vroeg Lies.
,,'t Schuldig geweten" zei Jimmy.
„Nee Lies" weerde Frank af. „Ga door, Jimmy."
,,'t Lijkt wel chantage" zei Lies. „Kom maar op
met je verschrikkelijk geheim."
Jimmy greep haar pols bekeek ze om en om.
„Ongelooflijk" mompelde hy. „Als ik het niet met
myn eigen oogen gezien had
„WAt dan, vervelende jongen?" snibde Lies,
haar arm terugtrekkend. „Doe niet zoo interes
sant, 't maakt toch geen indruk."
„Drie weken geleden" vertelde Jimmy aan de
staande schemerlamp „zag ik èrgens iémand in
actie. Ik vraag mijn buurman: wie is die zus, die
zich daar zoo weert? O, zegt hij, dat is „Mrs X".
„O jawel" zeg Ik bij nadere beschouwing, dAAr
heeft ze gelijk In." Mijn buurman begreep niet,
wat ik bedoelde en ik heb hem niet ingelicht. Zie
je nu wel, dat ik zwijgen kan?"
„O" zei Lies onverschillig, „is 't anders niet?"
Jimmy schaterde. „Nee, 't was ook eigenlijk
doodgewoon. Je bent een koelbloedige jonge dame,
zeg. Mijn discretie is aan jou niet besteed ge
weest. Jammer, zeg. Ik had nog sensatie kunnen
wekken met mijn onthulling."
„Flauw ben je" zei Lies. „En hou er nu maar
over op. Ik heb al spijt genoeg gehad van die
zotte opwelling."
„Sorry" zei Jimmy. „Maar tennissen kun je, dat
moet ik je toch nog even zeggen."
Lies durfde Fra<,;< niet aan te kijken. Lamme
Jimmy, om die ellendige tennisgeschiedenis weer
op te rakelen. Ze had er geen moment aan ge
dacht, dat hij het daarover hebben zou. Ze praat
ten nu weer gewoon door, gelukkig. Over het
ongeluk. Lies herademde, voelde zich toch weer
angstig, toen Jimmy afscheid nam en vertrok.
Nerveus bladerde ze in een tijdschrift.
„Kom eens hier, kampioen" kwam Franks stem
uit den luien stoel. „Ik heb je nog altyd niet
gefeliciteerd met je overwinning"
Dien avond belde een Amsterdamsche medicus
een collega in Bussum op. Terwijl hy op de aan
sluiting wachtte, greep hy nog eens de krant, las
nog eens:
Gistermiddag omstreeks half vier had op
den Bussumer Grindweg eene ernstige auto
botsing plaats, waarby echter gelukkig geen
menschenlevens te betreuren zyn. De auto van
Jhr. d. G. t. L. te Hilversum, bestuurd door
den chauffeur F. R., kwam op het kruispunt
by Kilometerpaal 39 in botsing met een an
dere luxe-auto, die den rechterzyweg kwam
afrijden. Vermoedelijk door het weigeren der
remmen, slaagde eerstgenoemde er niet in, de
van rechts komende auto voorrang te verlee-
nen. Beide wagens werden zwaar beschadigd.
De bestuurder van de luxe auto, de Heer D.
uit Bussum werd met ernstige verwondingen
naar het ziekenhuis aldaar overgebracht. De
chauffeur R. liep o.m. een sleutelbeen frac
tuur op en werd door Dr. van Dam uit Bu#-
sum ter plaatse verbonden. De auto van Jhr.
de G. te L., een zespersoons Renault van zeer
verouderd type, werd in beslag genomen. Te
gen de bestuurder werd proces-verbaal opge
maakt.
't Was eigenlyk een absurde veronderstelling,
die bovendien op niets gebaseerd was. En tóch
De telefoon belde: Ja, hy wilde graag even inlich
tingen hebben over een patiënt. Hij had in de krant
het bericht over het auto-ongeluk van gistermid
dag gelezen wilde nu graag bijzonderheden we
ten omtrent het door zijn collega behandeld*
slachtoffer.
„Voor jou niets aan te verdienen" zei de Bus-
sumsche dokter.
Gerard Scholten werd vertrouwelijk: Hy wilde
liever niet bij de politie informeeren, maar hij ver
moedde uit de initialen, dat het misschien een
goeden vriend van hem betrof.
„Bestaat niet" zei de ander, ,,'t Is een beroeps
chauffeur. Hy is in dienst by Jonkheer de Goede-
laer tot Laeckhuyse. Zijn eigen naam weet ik niet
eens."
„Hoe ziet hij eruit?" wilde Gerard toch nog
weten.
„Een jonge kerel nog. knap, donker, bruinver
brand, 'n nette vent ook wel" beschreef de stem
aan den anderen kant. „Hij maakt 't overigens
uitstekend."
„Hoe is 't mogelijk, als jy hem behandelt?" zei
Gerard vriendelijk; dank je inmiddels wel voor de
moeite, 't Spijt me, dat ik je voor niets heb lastig
gevallen, Bonsolr."
„Tot je dienst. Bonsolr."
„En?" vroeg Tilly in spanning bij het toestel.
Gerard schudde peinzend het hoofd, keek nog
eens in de krant. „Ja" zei hij, „F. R. klopt. Ba
collega Van Dam zegt: een jonge kerel, knap,
bruin, fatsoenlijk. Dat klopt ook. Maar: beroeps
chauffeur Frank Hoe kom ik eigenlijk op het
idee? Wat denk je? Zou het Frank kunnen
zijn?"
xervolgdfc r