NEDERLAND WERKT AAN ZIJN INUNDATIE. Strijd om Atlantis door Willy Reese Alma zag haar vriendin aan, zonder er veel van te begrijpen, wat die wilde. „Maar Li, vertel me toch eens, hoe je hem zoudt willen helpen?" Li greep naar de hand van haar vriendin, en trok haai- naast zich op de canapé. „Ik heb je toch al meermalen over Frundsberg verteld". „Je bedoelt, den rijken man van jouw klant?" „Ja". „Nu en wat verder?" ,De fabriek, waarbij Herbert in dezen brief sol liciteert, behoort tot zijn concern". „En?" „Ik dacht nu, dat, wanneer Ik hem dezen brief zou geven en hem bovendien iets over Herberts plannen vertelde dat hy misschien „Maar Li, je denkt toch niet, dat Frundsberg veel om je woorden zou geven, als hij je tenmin ste aanhoort?" Li liet een koket glimlachje om haar lippen spelen. „Ik hoef maar één keertje zijn uitnoodiging voor een thee aan te nemen. Dan moet hij mij wel goedschiks of kwaadschiks aanhooren". Alma staarde Li ontzet aan. „Maar meisje, begrijp je dan niet, dat je dat hiet kunt doen?" „Waarom niet? Hij heeft bij zijn Invitaties altijd Uitdrukkelijk gezegd: alleen voor een thee en hij heeft menschenkennis genoeg om te weten, dat ik fatsoenlijk ben". Alma was opgestaan, had een paar stappen door de kamer gedaan en ging toen voor haar vriendin staan. Alma was gyranastiekleerares. En zoo als zij voor haar vriendin stond, was zij het type van een sportief meisje. Ze was groot en slank, had ech ter breede, een beetje hoekige schouders. De sport- jurk van wit katoen liet de gespierde armen vrij, die door de lucht en de zon gebruind waren. Ook de beenen, wier voeten in schoenen met platte hakken staken, verrieden, dat ze door sport goed geoefend waren. Alma had een vrij breed gezicht met bijna sterke jukbeenderen. De neus was iets te recht, het voorhoofd iets te hoog. De groote blauwe oogen onder de lichte wenkbrauwen sche nen naar een ver doel te zien wellicht naar het doel van een hordenloop of een weggeslingerde speer. Het dikke haar was blond en het blond was gebleekt tot stroogeel, niet door waterstof, maar door de zon. Ook over haar gezicht lag een laag je roestbruin. De wilskracht, de inspanning van alle spierkracht tot het uiterste, had aan de trek ken van haar gezicht een zekere hardheid gege ven. Alma ging geheel in haar beroep op. Zij leefde slechts voor de sport. Mannen was zij tot nu toe slechts tegemoet getreden als sportkameraad. Nu had haar vriendin haar om raad verzocht en haar verplaatst in een situatie, die zij zich niet kon indenken. Hoe zou zij haar nu raad geven? En daarbij kon zij slechts putten uit hetgeen nu en dan tot haar doordrong uit een wereld, die haar vreemd was. En dus kon ze niet anders dan ont steld zyn over de plannen, die Li koesterde. „Je gelooft toch niet, dat, als je dien Frunds berg tusschen de oesters en de champagne vraagt, zich voor je verloofde te interesseeren, dat hij je dadelijk zjjn hulp zal toezeggen?" Li vertrok haar mondhoek een beetje en draai de met haar hand de kwast van een leeren kussen in de rondte, en zweeg. Alma trok haar hoekige schouders een wei nig op en liet ze dan weer zakken. „Jjj moet ten slotte zelf weten, hoe ver je gaan kunt, Bedenk in ieder geval, dat de man getrouwd is." Li sprong verstoord op. „Nu word je nog be spottelijk, Alma. Ik wil geen toenadering tot Frundsberg. Wat zou Herbert daar wel van zeg gen? „Hij zou er waarschijnlijk heelemaal niets van kunnen zeggen, want dan is hij al heelemaal in de macht van dien man." „Ik hoef hem immers niet te vertellen, dat Her- bert mijn verloofde is". Alma kon niet nalaten te lachen. „Als wat wil je hem Herhert dan voorstellen?" „Als een neef, of een of ander familielid." Alma schudde het hoofd. „Kind, je bent toch werkelijk nog erg naïef voor een eerste verkoop ster in een modehuis. Die Frundsberg zal gauw genoeg in de gaten hebben, of Herbert je neef of je verloofde is". Li dacht na, maar slechts een oogenblik. „Dan zeg ik, dat hij mijn broer is mijn stief broer wegens den naam." „Maar dat moet je dan tevoren tegen Herbert zeggen." „Dat kan niet in geen geval hij mag nooit weten, dat ik me tot Frundsberg gewend heb. Ik zal ook aan Frundsberg vragen nooit tegenover Herbert over mij te spreken." „En je gelooft werkelijk, dat Frundsberg zich voor je stiefbroeder zal interesseeren, zal zwijgen, dien stiefbroeder een positie zal verschaffen en dat alles alleen maar, om een kleine, onbeteeke- nende verkoopster in een Berlijnsch modehuis, die nu en dan voor zijn vrouw een japon demonstreert, een plezier te doen?" „Hou nu alsjeblieft op", riep Li uit. „Die Frundsberg is de koning van Engeland of de kei zer van Japan niet, en ik op mij komt het daarbij heelemaal niet aan. Ik speel slechts een korte, tijdelyke rol. Myn eenige doel is, te berei ken, dat Frundsberg Herbert in de gelegenheid stelt, zijn plannen te verwezenlijken. Krijgt hij die gelegenheid, dan is Frundsberg zoozeer aan Herbert verbonden, dat mijn vei'houding tot Frundsberg niet van beslissenden invloed is. Voor mij is het slechts de hoofdzaak, dat Herbert niets merkt van wat ik van plan ben te doen". „Je hebt altijd al een zeer groot optimisme ten opzichte van Herbert's plannen getoond. Ik kan niet beoordeelen, wat er in werkelijkheid in hem steekt. En tenslotte mag je niet vergeten, dat geld toch altijd de grootste macht heeft ook over mensehen met groote ideeën. Want wat zijn ze waard zonder de macht van het geld? Ze zijn nog meer dan wij van het geld afhankelijk. Naar mijn overtuiging kan daarom ook Herbert met zijn groote ideeën slechts een slaaf van den kapitalist worden." „Je oordeelt verkeerd, Alma. Je oordeelt, zoo als het je wordt ingegeven door je haat tegen het kapitaal". Alma haalde weer even de schouders op. „Je bent bij me gekomen, om mijn opvattingen te vernemen. Ik kan je niet den raad geven, Frundsberg steun voor Herbert te vragen. Je schaadt jezelf en misschien ook Herbert. Laat hem zijn weg alleen gaan. Hij heeft je toch niet om hulp gevraagd, integendeel, je zegt zelf, dat hij nooit mag hooren, dat je je voor hem tot Frundsberg gewend hebt. Maar doe, wat je wilt, ik ben waarschijnlijk ook heelemaal niet de ge schikte persoon, om je goeden raad te geven. Zoo- als je weet, leef ik alleen voor mijn beroep de sport". Alle bezwaren en onaangename gedachten, die Li bij zich had voelen opkomen, omdat Alma haar plan niet goedkeurde, en het zelfs trachtte tegen te gaan, verdwenen nu weer. Alma was weer de lieve, beste Alma. Li legde haar arm om haar schouders. „Je moet niet boos zyn, Alma, wanneer ik je raad niet heelmaal kan opvolgen. Ik weet, dat je het goed met me meent en je kunt ervan op aan, dat ik mezelf noch Herbert aan dien Frundsberg zal overleveren". Alma trok haar vriendin naar zich toe en lachte vriendelijk. „Maar meisje, hoe zou ik boos op je kunnen zijn. Ik weet, dat je liefde voor Herbei't al heel wat bezwaren heeft overwonnen, en ook dat het dwaas zou zijn te probeeren, je van een eenmaal opgevat plan af te brengen, als je dat wordt voor geschreven door je liefde voor Herbert. Ik hoop alleen maar, dat het niet op een teleurstelling voor je uitloopt „Alma, ik heb altijd het gevoel, dat je rajjn oudere, groote zuster bent, die het goed met me meent." Nu moest Alma toch lachen. Het lachen klonk een beetje hard, maar het paste bij haar. „Oudere, groote zuster dat is werkelijk goed over onze lengte zal ik het niet hebben, maar ik meen toch altijd nog, dat jij de oudste van ons beiden bent, al scheelt het dan ook maar een paar maanden." „Zeker Alma, en toch ik bedoel, je bent ouder in optreden, in geheel je wezen Alma lachte weer. „Noem het maar bij zijn naam. Je bedoelt, dat ik een beetje ouderwetsch ben in myn opvattin gen". „Maar Al Drie keer klonk scher-p de bel in de kamer. „Herbert nu al?" Alma stond op, om de deur te openen. Li hield haar echter nog een oogenblik tegen. „Je belooft me toch, Alma, dat je Herbert nooit iets zult zeggen ik bedoel, dat ik met Frundsberg „Heb maar geen zorg, LI, ik beloof het je." Li trachtte met haar groote oogen een blik van haar vriendin op te vangen, die de belofte zou be vestigen, maar Alma was reeds naar de deur ge sneld. Li mocht niet zien, hoe zwaar de verlangde belofte haar viel. Wordt vervolgd]. Winterstemming In het Haagsche Bosch. Het smetteloos sneeuwkleed geeft aan het tafreel een bijzondere bekoring Kinderleed Ver van het ouderlijk huis worden de kinderen uit dy bedreigde Finsche streken naar Zweden in veiligheid gebracht. Een transport van meer dan 300 kleinen passeerde dezer dagen Haparanda, waar de Zweedsche Lotta's voor mondvoorraad hadden gezorgd welkome ijsbanen te zijn voor de jeugd van de Fransche hoofdstad De Fransche minister voor de bewapening Raoul Dautry, tijdens zijn bezoek aan Londen in gesp. ek met Leslie Burgin Wederom heeft een mijn-ontploffing te Huisduinen groote schade aangericht Het gat, dat door de explosie in den dijk geslagen werd Wintersport in de Limburgsche .Alpen Maastricht profiteert van de besneeuwde hellingen op den St. Pietersberg Wat te Huisduinen verwoest werd door de mijn-ontplofting welke Donderdag het plaatsje teisterde. Het zeebadhotel had het kwaad te verduren Nederland werkt aan zijn inundatie Een tot gemotoriseerde ijszaag getransformeerde zware trekker zaagt met groote snelheid en verbluffend gemak ijs van meer dan 30 c M dikte in reepen. die op elkaar gestapeld, tezamen met de nu weer opengemaakte inundatie en onoverkomelijke vechtwagen-hinderms vormen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 8