Russische spoorwegwezen staat voor tal van problemen. Thans niet gemakkelijk op te lossen. Noodweer veroorzaakt schade op Java. Texel geïsoleerd. MAANDAG 29 JANUARI 1940 H A "A R E E M'S DSSBCSC 5 E Sovjet-Unie heeft naast een zeer uit gebreid net van vaarwegen een spoor wegverkeer, hetwelk vooral op dit oogen- blik de bijzondere aandacht trekt. Per soonlijk heb ik niet de meest aangename herin neringen aan het reizen per trein in Rusland. Op menig traject ging het met een sukkelgan getje en waren de accomodatie en service be paald onvoldoende. In deze beschouwing gaat het evenwel niet over het personen-, doch in hoofdzaak over het goederenvervoer. Toen in 1917 het Tsarisme in Rusland verdwe nen was, bevond het spoorwegnet aldaar zich in weinig rooskleurigen toestand. In menig op zicht is het ook thans nog niet mogelijk belang rijke steden per spoor te bereiken zonder om wegen te moeten maken. Dat is grootendeels een gevolg van het feit, dat bijna alle belangrijke spoorlijnen naar Moscou, als het belangrijkste knooppunt leiden. Daarbij moge niet uit het oog verloren worden dat eerst in de laatste jaren meer aandacht is besteed aan de secundaire ver bindingen in de belangrijkste Russische provin cies. Siberië kreeg eerst in 1896 de eerste groote spoorwegverbinding, dat wil zeggen in een tijd, dat in West- en Midden-Europa het verkeers wezen op dit gebied reeds een hoogen trap van ontwikkeling had bereikt. Zelfs in 1913 beston den in Siberië slechts drie hoofdverkeerslij- nen en zes zijlijnen met een lengte van 8800 K.M. waarvan 6509 K.M. van den Trans-Siberischen spoorweg van Tschelj abinsk tot Wladiwostok. Turkestan wordt door den Transkaspischen en door den Turkestan-spoorweg met Europeesch Rusland verbonden. Een nieuwe spoorwegverbin ding is in voorbereiding van Krasnowodsk naar den oostelijken oever van de Kaspische Zee. naar Tasjkent. Deze zal een lengte hebben van 1864 KM. In laatstgenoemde stad wordt aansluiting verkregen op den Turkestan-spoorweg die van Tasjkent naar Orenburg, ten zuiden van den Oeral, loopt, een lengte van 1851 K.M. heeft en verbinding geeft op het Russische spoorwegnet. Nog gedurende den wereldoorlog werd de Moer- mansk-spoorweg aangelegd, van Leningrad naar Moermansk aan de Witte Zee over een afstand van 1451 K.M. Het Russische bewind stond na 1917 bij het overnemen van het spoorwegverkeer voor groote technische moeilijkheden. De burgeroorlog was oorzaak geweest, dat niet minder dan 4332 spoor wegbruggen met een totaal-lengte van circa 90 K.M. vernietigd waren. Het eerste Russische Vijfjarenplan stond niet alleen voor het herstel dezer ravage, maar diende zich ook bezig te hou den met den aanmaak van locomotieven en spoorwagens. Er werd een plan ontworpen voor den aanleg van nieuwe spoorlijnen tot een lengte van 6500 K.M.. waarvan ongeveer 80 procent zou komen in die gebieden, waar het spoorweg verkeer uiterst gebrekkig was. Indien de offi- cieele gegevens juist zijn, zou van dit pro gramma 99 procent uitgevoerd zijn. In den herfst van 1929 doorleefde de Sovjet unie een transport-crisis, welke van een dus- danigen omvang was, dat het productieplan der Russische regeering in groot gevaar kwam. Als jevolg daarvan werden onverwijld tal van reor- janisaties ingevoerd. Zoo besloot men tot een verbetering van het locomotievenpark, een dif- lerentiatie der loonen enz., ten einde het goede- ■envervoer te verbeteren. De resultaten bleven üet uit. In den aanvang van 1932 was dit ver voer met ongeveer één derde toegenomen verge leken bij de overeenkomstige periode van 1931. In 1933 zette deze vooruitgang zich niet voort, blijkbaar als gevolg van het feit, dat de kapitaal- Investatie in het Russische spoorwegbedrijf te gering zou zijn. Daardoor was ook het aanleggen van nieuwe spoorweg-banen in hoofdzaak be perkt gebleven tot de nieuwe industriegebieden, erwijl in het bijzonder Centraal Rusland in dat opzicht stiefmoederlijk bedeeld was. De positie demonstreert zich wel zeer duidelijk door [et feit, dat in die periode slechts twee derde gedeelte der spoorlijnen met zware locomotie ven kon worden bereden. Na het eerste Vijfjarenplan was de dichtheid an het Russische spoorwegnet en waren de irestaties van het spoorwegbedrijf beneden die an alle andere landen. In 1930 waren per 100 I.M2. oppervlakte in Rusland 0.35 K.M. spoorbaan egenover 12.4 K.M. in Duitschland. Dat daarbij le groote afstand in Rusland tusschen de be langrijkste grondstoffen-gebieden een ongun- tige factor is, spreekt wel van zelf. Deze af tanden bedragen dikwijls 1000 tot 2000 K.M. Het tweede Vijfjarenplan, tot aan het einde an 1935 stelde zich dan ook ten doel de bedrij- igheid op de Russische spoorlijnen zooveel mo slij k op te voeren, terwijl op vele plaatsen een tweede spoorbaan naast de reeds bestaande rerd aangelegd. Ten deele is dit tweeledige doei lereikt. Het gemiddelde aantal wagonladingen er dag steeg van 27.400 in 1913 tot 68.100 in 1935 a tot 89.800 in 1937 Op 7 September 1938 be- L'oeg het aantal geladen wagons 93.229 en het antal geloste wagons 98.453. Het gewicht der Dtale ladingen steeg aanmerkelijk. Een en an- ier leidde tot de noodzakelijkheid om te komen ot een een zekere rationalisatie van het goede- envervoer. De besparingen daardoor verkregen aren zeer beduidend, In 't bijzonder bij de hout- ransporten. Het derde Vijfjarenplan besteedde daarna neer zorg aan de technische uitrusting van het poorwegbedrijf. In tusschen had het spoor - regnet een lengte verkregen van meer dan 85.000 I.M. Het aantal directe verbindingen werd uit- [ebreid, of in uitvoering genomen. Daaronde- alt de verbinding Moscou—Tiflis en die van talingrad over Orsk naar Minussinsk. Voortgegaan werd met den aanleg van nieuwe poorwegverbindingen naar belangrijke indus- rie-centra, of gebieden met groote grondstoffen- oorraden. De beteekenis van het Russische spoor wegwezen is nog meer in de belangstelling komen staan na de totstandkoming van het Duitsch- tussische handelsverdrag. Het- is wel voldoende uidelijk geworden, dat een intensief goederen- ervoer tusschen beide landen juist, door het on- foldoende spoorwegverkeer groote moeilijkheden «dervindt. De Letlandsche ingenieur Piotrowski leeft daarover in de Belgische „Revue Econo- Biique In ter nation rle" belangwekkende mede- leelingen gepubliceerd, waarvan er op deze plaats Enkele mogen volgen. Zoo deelt deze schrijver mede. dat in de periode 16 Augustus 1914. dus in het begin van den wereldoorlog, de Duitsche spoorwegen 2.070.000 manschappen en 118.000 paarden ver- toerden en van 618 Augustus 3.112.000 sol daten en 860.000 paarden. In het Tsaristische Rusland reden in dezelfde tijdvakken dagelijks tusschen de 211 en 223 treinen van en naar het grensgebied in het Westen, waardoor de hooge druk gedemon- ttreerd wordt, waarmede de spoorwegen in een oorlogsperiode te maken hebben. Wat Rusland betreft, meent Piotrowsk:. dat de Regeering in haar plan wel de noodige aandacht besteedde lan het transportvraagstuk, doch dat de op bouw van het spoorwegnet achter is gebleven. Van einde 1918 tot begin 1938 zijn in totaal 25.000 K.M. rails gelegd, terwijl eind 1937 de lengte van het Russische spoorwegnet 36.600 K.M. bedroeg. Indien in hetzelfde tempo is voortge- werkt moet de lengte van dit net thans on- veer 90.000 K.M. zijn. Van de meergenoemde 86.600 K.M. was ruim 30 procent dubbelspoor. Voor het vervoer naar Duitschland komen in het bijzonder in aanmerking de spoorlijnen naar de Westgrens, die de verbinding vormen met de graanschuren der Oekraïne en het steenkolen bekken van de Don. Maar ook de petroleum- gebieden van den Kaukasus zijn door spoor lijnen ontsloten, terwijl Midden-Rusland een goede verbinding heeft gekregen door de lijn MoskouNj egoreloje Het groote bezwaar der Russische spoorwegen is de niet-solide constructie en het feit, dat op slechts 38 procent van het geheele net met een bepaald type zware locomotieven kan worden ge reden. De kwaliteit der gebruikte rails is in t algemeen slecht. Breuken komen veelvuldig voor; ongeveer 10 procent tegen normaal 2 tot 3 procent. Op de drukste trajecten moeten de rails reeds na drie of vier jaren worden vervan gen. Ook de dwarsliggers zijn in het algemeen van slechte kwaliteit, terwijl het aantal per K.M. in verband met gewicht en snelheid der treinen, onvoldoende is. Een en ander is oorzaak, dat Piotrowski in zijn meergenoemde beschou wing opmerkt, dat een intensiever spoorwegver keer in Rusland, slechts voor korten tijd moge lijk zal zijn. aangezien het slijtage-cijfer pro gressief stijgt. Bij dit ongunstige oordeel is reke ning gehouden met het rollend materieel. Einde 1937 beschikte Rusland over 22.918 Icoomotieven 740.910 goederenwagens en 32.065 personen en andere voertuigen, tegen respect. 23.000. 710.200 en 32.900 in 1936. Hieruit blijkt, dat in 1937 zelfs niet het normale afschrijvingspercentage van dat jaar werd bereikt. Constructiefouten, vooral bij de locomotieven, zijn niet zeldzaam. Ook de reserves voor het wagenpark zijn onvoldoende, waardoor reeds in normale tijden de Russische treinen veelal te zwaar belast worden. Uit alle gegevens welke uit den aard der zaak geen volledig beeld vormen blijkt ten dui delijkste, dat het Russische spoorwegwezen nog voor tal van problemen staat, welke vooral on der de huidige omstandigheden zeker niet ge makkelijk op te lossen zijn. MOLLERUS. Prinses Juliana woont lustrum der V. V. S. L. bij. Nadat Prinses Juliana Vrijdagavond in den Leidschen schouwburg een tweede voorstelling had bijgewoond van de comedie „Artisteningang", nam zij Zaterdagochtend als oud-studente deel aan den feestelijken intocht der leden en reünisten van de Vereeniging van Vrouwelijke Studgpten t.e Leiden, ter gelegenheid van haar achtste lustrum. De treinen uit de richting Amsterdam, Den Haag en Utrecht voerden tusschen half elf en elf uur ongeveer 450 reünisten naar Leiden, die daar wel kom werden geheeten door ongeveer zeshonderd leden van de V.V.S.L. en het Leidsche politie-mu- ziek'gezelschap, dat bij iederen binnenkomenden trein het clublied ten gehoore bracht. Ruim elf uur traden de reünisten naar buiten langs een bereden fraaie eerewacht van 24 V.V. S.L.-leden en begroet door het Io vivat. De Prinses was gekleed in een eenvoudigen zwarten mantel met zwarten hoed. Zij liep in de groep van haar studiejaren. Na een korte wandeling door de bevlagde bin nenstad, waarbij voor het clubgebouw het V.V.S.L.- lied en voor de academie het Io vivat werd ge zongen, scheidden de reünisten, onder wie de Prinses, zich op de Breestraat van den stoet af om in café-restaurant „In den vergulden Turk" den koffiemaaltijd te gebruiken. De leden deden zulks in café-restaurant „„Het Schippershof". 's Middags werd in de Gereformeerde Zuider- kerk het lustrum officieel geopend met een toe spraak van de praeses, mejuffrouw M. N. Ekker, die een overzicht gaf van de oprichting en ont wikkeling der V.V.S.L. en die uiting gaf aan de verknochtheid der leden aan het Oranjehuis. Ook daarbij was de Prinses tegenwoordig, terwijl zij zulks eveneens was bij de receptie in het clubge bouw en bij het officieele diner voor leden en reu- nisten, dat Zaterdagavond in de Stadsgehoorzaal is gehouden. H. VAN DER STOK GERIDDERD. Een veelzijdig kunstenaar, de heer H. van der Stok, is Zaterdagmiddag ter gelegenheid van zijn zeventigsten verjaardag in de Louis XV-zaal van het schilderkundig genootschap „Pulchri Studio" te 's-Gravenhage gehuldigd. Sinds 1905 is Van der Stok lid van den Haagschen Kunstkring en van Pulchri Studio. Van den kring was hij jarenlang voorzitter der eerste afdeeling en nu is hij eere-lid. Van Pulchri is' hij sinds vijftien jaar secretaris. Van der Stok behoort tot de oprichters van de Ver eeniging tot bevordering van Graphische Kunst. Tijdens de receptie in „Pulchri Studio" heeft mr. J. K. van der Haagen, die minister Bolkestein ver tegenwoordigde, medegedeeld, dat de heer Van der Stok onderscheiden is met het ridderkruis in de orde van Oranje-Nassau. Onder de zeer vele aanwezigen ter receptie wa ren o.m. de minister van Staat jhr. mr. dr. H. A. van Karnebeek en de heer H. van Borssum Buis man conservator van Teylers Museum te Haar lem. GEÏNTERNEERDE ENGF.LSCHE DAMES NAAR HUN VADERLAND VERTROKKEN. Een gezelschap van zeven Engelsche dames en een kind. dat na ln Duitschland te zijn ge- interneerd. Vrijdagavond via Oldenzaal in ons land is aangekomen, is met de „Batavier" naar Engeland vertrokken. NOODLOTTIGE VAL VAN GRIJSAARD. Zaterdagavond is in een pand aan de Vee marktstraat te Rotterdam de 68-jarige F. van Oers van de trap gevallen. Hij kwam met het hoofd op den steenen vloer van het trapportaal terecht en kreeg een schedelbreuk, alsmede eenige ernstige hoofdwonden. Hy werd per auto van den G.G.D. naar het ziekenhuis overge bracht. Daar is hij later aan zijn verwondingen overleden. LNAUGUREELE REDE PROF. DR. L. SEEKLES. Dr. L. Seekles, bij Koninklijk besluit van 14 November 1939 benoemd tot gewoon hoog leeraar in de medisch-veterinaire chemie aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, heeft vanmiddag zijn ambt aanvaard met het uitspreken van een rede. getiteld: chemie, biologie en diergenees kunde. Weer een brandstichtingszaak te Rotterdam opgehelderd. Goede slag van de politie. De gemeentepolitie le Rotterdam sloeg op 31 Augustus jl. een goeden slag door den 35-jarigen schilder P. B. te arresteeren onder verdenking dat hij met behulp van een tijdbom brand had gesticht in het perceel Statenweg 140 te Rotterdam, welk perceel dien avond zwaar door het vuur werd ge teisterd. Enkele dagen later arresteerde de politie nog een medeplichtige van B., den 32-jarigen J. J. C. van Z. Beiden hadden zich voor de rechtbank te verantwoorden en werden enkele weken gele den veroordeeld, respectievelijk tot vijf en twee jaar gevangenisstraf. In het voorjaar en in den zomer van 1939 waren in Rotterdam talrijke branden uitgebroken, waar van de oorzaak niet kon worden vastgesteld, doch waarvan de politie vermoedde dat zij gesticht wa ren. Er werd verband gezocht en gevonden tusschen deze branden en den brand in den Statenweg. Een en ander had tot gevolg, dat B. en zijn medeplich tige nogmaals aan een zeer streng verhoor werden onderworpen. Het succes bleef niet uit. Zoo is het de politie thans gelukt klaarheid te brengén in een brand Rubroekstraat te Rotterdam, welke in het voorjaar van 1939 plaats had. Een drietal perso nen zijn in verband daarmede thans gearresteerd. Het zijn de 38-jarige slager C. H., de 32-jarige huishoudster A. B. A. H. en de 55-jarige caféhou der J. G. van Z., vader van den reeds veroordeel den medeplichtige van B. Zij hebben allen inzake den brand in de Ru broekstraat een volledige bekentenis afgelegd en zijn naar het huis van bewaring overgebracht. De politie zet het onderzoek met kracht voort. Vijf overlevenden van de „Slie- drecht" weer thuis. De vijf overlevenden van het Nederlandsche tankschip „Sliedrecht", dat op 16 November ten Westen van de Schotsche kust door een Duitsche duikboot met kanonvuur tot zinken is gebracht, zijn Zaterdagmiddag met een KL.M.-vliegtuig van Shoreham in ons land teruggekeerd. Het was voor het vijftal, de stuurman Piet Brons en de matro zen H. Driessen, L. van der Knoop, H. de Jongh en P. Storm, vermoedelijk tengevolge van een mis verstand, wel een wat nuchtere aankomst, want noch de reederij, noch de families waren op het vliegveld vertegenwoordigd. Met een autobus van de K.L.M. zijn ze naar het hoofdkantoor van de K.L.M. in Den Haag gebracht en vandaar bereik ten zij per taxi hun woonplaatsen. De „Öttoland" vlot en te Sunderland aangekomen. De directie van de reederij Scheepvaart en Steenkoolmaatschappij heeft bericht ontvangen, dat het s.s. „Ottoland", dat op weg van Sluiskil naar Sunderland nabij deze laatste haven was ge strand, vlot is gekomen en Zaterdag in Sunderland Is aangekomen. Vier gewonden hij auto-ongeluk op Java. BATAVIA, 28 Januari. (Aneta-A.N.P.) Heden morgen is een vrij ernstig auto-ongeluk voorge vallen nabij Soekaboemi. Hierbij zijn gewond professor J. Zeylemaker, hoogleeraar aan de rechtshoogeschool te Batavia, zijn echtgenoote mevr. Zeylemaker, alsmede mr. J. Zeylemaker, referendaris van het boschwezen te Buitenzorg en J. Zeylemaker, leeraar aan de Carpentier Alting-stichting te Batavia. Alle vier gewonden zijn in het Sint Lydwina-ziekenhuis te Soekaboemi opgenomen. Het bleek daar dat prof. Zeylemaker acht rib ben, een sleutelbeen en een arm had gebroken. De overigen zijn minder ernstig gewond. Mevr. Zey lemaker lijdt echter aan een zenuw-schok. De in- 'neemsche chauffeur bleef ongedeerd. Het ongeluk schijnt te zijn veroorzaakt door te hard rijden in een bocht, waar het uitzicht minder goed was. Hierdoor slipte de atuo op den van re gen doorweekten weg en sloeg over den kop. De auto kwam in een thee-tuin terecht. Spoorbrug ingestort BATAVIA, 28 Januari. (Aneta-A.N.P.) Van erschillende plaatsen op Java wordt noodweer gemeld met als gevolg schade aan gewas en ver keersstremmingen. Zoo is de weg tusschen Batavia en Krawang op ier plaatsen ondergeloopen, tengevolge van de voortdurende regens. Het omliggende land is in één groote watervlakte herschapen. Nog ernstiger waren de gevolgen van het nood- veer in Oost-Java. Zaterdagavond om half tien is nabij Probolinggo ven voor Ngoeling een spoorbrug ingestort als ge- olg van onderspoeling. Hierdoor zijn een goederen trein en verschillende wagons ontspoord. Een rem mer werd hierhij gedood. De trein bestond uit een zware locomotief met 64 goederenwagens, beladen met rijst, huiden, tabak en 5 tankwagens met melasse. Tengevolge van de bandjirs was de rivier zeer zwaar gezwollen. De locomotief was reeds tien meter over de brug. toen het bruggehoofd bezweek. De zware locomo tief kapseide langzaam, waardoor de machinist en de beide stokers gelegenheid hadden om van de locomotief in de sawah te springen. Ook negen remmers wisten op deze wijze het leven te redden, doch een tiende remmer werd op slag gedood. Zijn loffelijk overschot kon eerst Zondagmorgen worden bevrijd, toen zuurstof-snij-apparaten uit Soerabaja aren aangekomen. Reeds Zaterdag te middernacht kwamen autori teiten van de staatsspoor uit Soerabaja aan, terwijl onmiddellijk een aanvang werd gemaakt met het opruimingswerk. De ravage is zeer groot. Over een ler.gte van 100 meter lagen aan beide zijden van den spoorweg de wagens op en over elkaar geschoven, terwijl enkele diep in de drassige sawah zijn weg gezakt. De S.S. autoriteiten doen thans een wissel leggen tusschen Ngoeling en de ingestorte brug, zoodat langs den dijk en via 'n noodbrug over de rivier een erbinding met de zijde van Probolinggo kan wor den verkregen, doch de stremming zal eerst over drie weken definitief zijn opgeheven. De rijweg van Banfil naar Probolinggo, die pa rallel loopt met de spoorbaan, stond Zaterdagavond een meter onder water. Uit Djombang meldt men dat de aanhoudende regens een overstrooming in de stad veroorzaak ten. VerschiUende stadskampongs zijn ondergeloo pen. Het water staat op de erven en in de hulzen tot een meter hoogte. Een kindje van vier jaren vordt vermist In de omgeving van Djombang is een groot com plex van rijstvelden ondergeloopen, waardoor groo te schade aan de gewassen is toegebracht Mr, dr. J. van Bruggen over sociale politiek en het Evangelie. HAARLEM. Maandag De Chr.-Historische Jongerengroep Haarlem en Omstreken hield een drukbezochte Jaarver gadering. Nadat de voorzitter de vergadering had geopend, kreeg de secretaresse het woord voor het uitbrengen van haar Jaarverslag, waar aan wij het volgende ontleenen. Naast de gebruikelijke avonden werd dit jaar overgegaan tot het organiseeren van ontspan ningsavonden voor Land- en Zeemacht. De mo bilisatie bracht ons land in een staat, waarin mo menteel geen plaats is voor het uiteenrafelen van aUerlei politieke verschillen. Nationale eenheid is nu voor alles het belangrijkste. Bovendien werd gemeend met deze avonden de Chr.-Histo- rische beginselen van samenhoorigheid en volks eenheid in het licht der publieke belangstelling te plaatsen. En tenslotte werd, behalve ontspan ning ook een sober en ernstig getuigend woord gebracht. Op de vergadering van 22 September 1939 viel het besluit deze richting in te slaan en 3 October werd begonnen met een reeks van kienavonden die werd voortgezet op 13 en 28 October. 3 Novem ber 9 en 15 December eri 20 Januari. Met behulp van velen, in het bijzonder van de C.H. Vrouwen groep, was men in staat 30 November 60 pakket ten te verzenden voor enkele mijnenvegers bij Vlissingen als verrassing op den St. Nicolaas- avond. Van de bemanning der mijnenvegers en van de M.K.W.-chef werden sympathieken bedankbrieven ontvangen. Nadat de agenda der jaarvergadering was af gewerkt, kreeg mr. dr. J. van Bruggen het woord, die sprak over sociale politiek en het Evangelie Hier worden, aldus spr. wel twee zeer heterogene elementen bijeengebracht. Tusschen beiden be staat een spanning zoo groot, dat er theologen zijn, die dan ook zeggen, dat het a priori fout is van het Evangelie uit een sociale politiek te willen bepalen. Spr. is het met deze gevolgtrek king niet eens, maar toch is het goed dat zij gemaakt wordt, want dat zal weerhouden van een goedkoope oplossing. Heeft het Evangelie wel meer dan een individueele boodschap te brengen? Gaat het ïn dat Evangelie niet altijd om den zondigen, verloren mensch? Is het „Wat baat het den mensch. zoo hij de geheele wereld gewint, doch schade lijdt aan zijn ziel", niet een oordeel over alle humanistisch streven? Ds. Eldering onderscheidt in zijn kritiek op Niemöller's preeken drieërlei godsdienstigheid: le Zelfzuchtige godsdienstigheid geen godsdienst maar zelfdienst), 2e. Persoonlijke godsdienstig heid (Hoe behoud ik mijn ziel?) en 3e. Universeele of socialistische godsdienstigheid (Hoe stichten wij op deze aarde een Nieuwe Gemeenschap? Deze onderscheiding gaat echter niet op. Een sprekend voorbeeld als tegenbewijs is de figuur van William Booth, den stichter van het Leger des Heils. In zijn lijfspreuk: „Gered om anderen te redden", komt tot uiting, hoe een der krachtigste sociale acties van onzen tijd wordt gedragen door persoonlijke godsdienstij heid. Na deze inleiding volgde nog een geanimeerde discussie. Het autoverkeer te Haarlem. Verbeteringen in voorbereiding. B. en W. van Haarlem hebben thans schrifte lijk geantwoord op de vragen van het raadslid J. A. Scholl over de verbetering der autobuslijnen te Haarlem. Daar B. en W. evenwel ook mede- deelingen daarover in de Memorie van Antwoord hebben gedaan, wordt nu niet veel nieuws ver teld. Het is reeds bekend, dat de Brockway bij wijze van proef op lijn 1 een 10-minutendienst heeft ingevoerd in plaats van een kwartierdienst. Met de lijnen 2 en 3 wordt van den Muiderslot- weg af tot de Turfmarkt en terug reeds een VA minutendienst onderhouden. Uit de praktijk is gebleken, dat dit voldoende mag worden genoemd behalve op Zaterdagen, Zon- en feestdagen. Het ligt in de bedoeling der directie op deze dagen op de spitsuren enkele diensten op de lijnen 2 en 3 in te lasschen. Bij de directie der N. Z. H. T. M. maakt de vraag in hoeverre op enkele lijnen op de spitsuren diensten moeten worden ingelascht, nog een punt van onderzoek uit. Wat het in exploitatie nemen eener nieuwe lijn betreft, hieraan zijn zoo schrijven B. en W groote risico's verbonden. Immers, daarvoor moet het wagenpark worden uitgebreid en personeel in dienst worden genomen, zonder dat de zekerheid bestaat, dat de lijn blijvend zal kunnen worden geëxploiteerd Het spreekt daarom vanzelf, dat de directie, die dat risico zal hebben te dragen, al thans eenige omzichtigheid in acht neemt. Bij een bespreking met de directie der Haarleinsche Brockway Bus Maatschappij over de uitbreiding van haar autobuslijnen met een vierde lijn, bleek zij daartegenover toch niet afwijzend te staan. In tegendeel, zij zal de mogelijkheid om binnen af- zienbaren tijd een vierde lijn in exploitatie te ne men overwegen. Zooals van zelf spreekt zal over de route dier lijn nog nader overleg moeten wor den gepleegd. Hiermede meenen wij tevens de tweede vraag voldoende te hebben beantwoord. Ten aanzien van het plaatsen van wachtgele- genheden bij de autobushalten merken B. en W. op, dat het aantal halten zóó groot is, alleen reeds voor de Brockwaylijnen zijn er 75 halte plaatsen dat het niet mogelijk is op die plaat sen wachtgelegenheden aan te brengen. Het zal dus altijd slechts op enkele, daarvoor bijzonder in aanmerking komende, plaatsen zijn. dat een wachtgelegenheid zal kunnen worden gemaakt en dan nog alleen, wanneer de omstandigheden ter plaatse het mogelijk maken. Dit zal dan in de eerste plaats taak van de ondernemers zijn, het geen niet wegneemt, dat de gemeente in voor komende gevallen, zooals b.v. op de Groote Markt, het initiatief er toe neemt. Bij de directies wordt ook op dit punt naar verbetering gestreefd. Zoo heeft b.v. de directie der N. Z. H. T. M. vergun ning gevraagd voor de plaatsing van een wacht huisje bij de Kwakel over de Leldschevaart en een op de Leidschevaart ter hoogte van den oprit. Ook de directie der Haarlemsche Brockway Bus Maatschappij zal trachten eenigszins aan het be zwaar tegenmoet te komen. Sneeuw belemmerde tramverkeer van Edam naar Monnikendam. De N. Z. H. T. M. heeft Zaterdag op 't traject MonnikendamEdam met zeer groote moeilijk heden te kampen gehad, tengevolge van den sneeuwval in den afgeloopen nacht. Vele uren kon de dienst naar Edam en Volendam niet on derhouden worden, doordat de trambaan geheel was ingesneeuwd. De sneeuw stoof van de naaste landerijen op de rails en kwam hier 80 cM. hoog te liggen. Ter vervanging van den dienst char terde de Maatschappij autobussen, doch niette min ontstond zeer veel vertraging. 's Middags om vier uur fungeerde de dienst weer normaaL Een halve eeuw geleden Uit Haarlem's Dagblad van I 890. 29 Januari Haarlem 27 Januari. De heer F. L. Kist alhier, herdenkt heden den dag waarop hij vóór vijftig jaar zijn loopbaan als procureur bij de arrondisse- ments-rechtbank alhier begon. Vele bewijzen van belangstelling onder vond de hooggeachte jubilaris. De heeren Mr. Th, de Haan Hugenholtz en Mr. N. G. Cnoop Koopmans, maakten hem heden als oudste procureurs bij de rechtbank alhier, hun opwachting. Nader vernemen wij, dat den jubilaris door zijn confrères een bij uitstek fraaie mand met bloemen is aangeboden geworden. Vijgencultuur in Nederland. Een melkwaardige cultuur in Hoorn. Een onzer medewerkers schrijft ons: Wanneer men over vijgen hoort spreken, dan is meestal de algemeene gedachte, dat deze vruchten afkomstig zijn uit tropische of sub tropische gebiedsdeelen, vanwaar zij aange voerd worden in matten of doosjes. In vrijwel ieders oog is ffe vijg een vrucht, onafscheidelijk verbonden aan landen met een ander klimaat dan wij hier kennen. Toch is de opvatting, als zou de vijg alléén maai* uit d'ie streken komen, en niet in Nederland groeien, niet juist. Ook in ons land worden deze vruchten gekweekt, zij het uiteraard dan ook niet op zulk een groote schaal als in het Oosten en in Z.-W.-Europa. Hier behoort zooiets tot de zeldzaamheden. Het is een ongetwijfeld een zeer merkwaardige cultuur, die wij in Hoorn zagen, waar vijgen in betrekkelijk groote hoeveelheid gekweekt worden op een kweekerij. Eigenlijk een cultuur, welke men in ons land niet zou zoeken en waarbij aanstonds toegevoegd dient te worden, dat men ze ook met een lantaarntje moet zoeken. Enkele weken geleden waren we in de 150 Meter lange kas, waar tegen den steenen muur deze bcomen groeien. De kas. waarin zjj groeien, is op zich zelf niets bijzonders, doch het eigenaardige is gelegen in de omstandigheid, dat deze boomen groeien en vruchtdragen in de schaduw van an dere planten. Deze schaduw is zelfs een on misbare factor. Aan den eenen kant in deze kas aan de glaszijde, groeien en dragen de druiven, daartegenover, tegen den steenen muur, gedijt de vjjg. De vijgeboomen vormen in de tropische ge westen een plantengeslacht (ficus), dat tot de familie der moerbezieachtigen behoort; zij dra gen de bloemen in een bloemkoek omsloten, die vleezig wordt en het eetbare gedeelte vormt. Hier in Nederland dragen deze vijgeboomen het geheele jaar door, hetgeen intusschen niet inhoudt, dat alle vijgen ook rijp worden. Dit laatste is 't geval in Juni, Augustus, September en October. In het algemeen kan men zeggen, dat de derde oogst hier niet rijp wordt, niet vol- roeit. hetgeen verband houdt met de tempera tuur. Want evenzeer als in de tropische en sub tropische landen, is in ons land een bepaalde temperatuur noodig om *ijpe vruchten te krij gen. Deze rijpe vruchten zijn uitermate teer. véél teerder zelfs dan een perzik, Bij de minste aanraking laat het velletje reeds las. Vandaar ook. dat de verpakking de uiterste zorg ver- eischt: in kleine doosjes met heel fijn papier wol. De rijpe vruchten moeten regelmatig van de boomen geplukt worden; zij zijn ongeveer 8 cM. lang en 5 cM. breed en hebben den vorm van een peer. Van een 15 tot 20-jarigen boom, krijgt men in Hoorn gemiddeld een paar honderd vijgen per jaar. Het snoeien der boomen is een zeer belang rijke handeling bij deze cultuur. De vijf draagt n.l. aan het jonge hout, het oude. afgedragen hout moet dan ook telkens weggesnoeid worden. De stam van den boom blijft dus bestaan. Wat gebeurt er nu met de rijpe vijgen, die geplukt zijn? Het meerendeel der vruchten welke slechts enkele centen per vijg opbrengen, gaat naar de veilingen in Amsterdam; een klein gedeelte naar die van Zwaag. Enkele uren later liggen ze in de étalages der fruitwinkels. In die vijgenkas in Hoorn waant men zich onwillekeurig even ln gedachten ln Italië, in de omgeving van Genua, waar de -vijg groeit in rotsachtigen bodem. Met dit verschil evenwel dat daar regelmatiger geoogst kan worden dan hier. Zondagmorgen hebben twee passagiersbooten van de Texelsche Stoombootonderneming te vergeefs getracht den dienst van en naar Den Helder te handhaven. Na vele uren werken gaven de beide resp. uit Den Helder en van Texel vertrokken booten in verband met de invallende eb den strijd op; zij waren toen op twintig meter afstand van elkaar gekomen. Aseli van Fokker in ons land. Met het stoomschip „Volendam" van de Hol- land-Amerika Lijn is Zondagavond de asch van het stoffelijk overschot van den vliegtuigbouwer An thony Fokker in ons land aangekomen. De urn heeft gedurende den overtocht vna New-York naar Rotterdam in een luxe hut gestaan, omringd door een weelde van zacht geurende versche bloemen. Met groote zorg en piëteit heeft men de hut in een kleine chapelle ardente herschapen. Eiken dag van den langen overtocht en ook ge durende het verblijf in de Downs heeft Willem van Neyenhoff, vriend van den overledene en directie lid van de Fokkerfabrieken, de bloemen eigenhan dig ververscht en om de twee dagen plaatste hij een verschen krans, de bladen nog parelend van het verblijf in de koelruimte, tegen de kleine ver hooging, waarop de eenvoudig gevormde urn rust. Zoo op dit stille plekje in het binnenste van den grooten Oceaanstoomer zal de asch van den groo- ten vliegtuigbouwer, wiens naam onuitwischbaar verbonden zal blijven aan de geschiedenis van de aviatiek, blijven rusten te midden van het woelige en bruisende leven van de Rotterdamschc haven tot het moment, waarop de details van de uitvaart, waaromtrent thans nog geen beslissing genomen is zullen zijn geregeld BUITENLANDSCHE PERS VEREENIGING. In de Zaterdag gehouden vergadering van de Buitenlandsche Persvereenlging is besloten om in verband met de huidige omstandigheden het bestuur uitsluitend samen te stellen uit onder danen van neutrale staten. Het bestuur ls als volgt samengesteld: P. Derjeu, voorzitter. P. v. t Veer. secretaris. F Canto, penningmeester al len te 's-Gravenhage en de heeren Baiasz ea Guasco, beiden te Amsterdam.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 5