Russische spoorwegwezen staat
voor tal van problemen.
Thans niet gemakkelijk op te lossen.
Noodweer veroorzaakt
schade op Java.
Texel geïsoleerd.
MAANDAG 29 JANUARI 1940
H A "A R E E M'S DSSBCSC
5
E Sovjet-Unie heeft naast een zeer uit
gebreid net van vaarwegen een spoor
wegverkeer, hetwelk vooral op dit oogen-
blik de bijzondere aandacht trekt. Per
soonlijk heb ik niet de meest aangename herin
neringen aan het reizen per trein in Rusland.
Op menig traject ging het met een sukkelgan
getje en waren de accomodatie en service be
paald onvoldoende. In deze beschouwing gaat
het evenwel niet over het personen-, doch in
hoofdzaak over het goederenvervoer.
Toen in 1917 het Tsarisme in Rusland verdwe
nen was, bevond het spoorwegnet aldaar zich
in weinig rooskleurigen toestand. In menig op
zicht is het ook thans nog niet mogelijk belang
rijke steden per spoor te bereiken zonder om
wegen te moeten maken. Dat is grootendeels een
gevolg van het feit, dat bijna alle belangrijke
spoorlijnen naar Moscou, als het belangrijkste
knooppunt leiden. Daarbij moge niet uit het oog
verloren worden dat eerst in de laatste jaren
meer aandacht is besteed aan de secundaire ver
bindingen in de belangrijkste Russische provin
cies.
Siberië kreeg eerst in 1896 de eerste groote
spoorwegverbinding, dat wil zeggen in een tijd,
dat in West- en Midden-Europa het verkeers
wezen op dit gebied reeds een hoogen trap van
ontwikkeling had bereikt. Zelfs in 1913 beston
den in Siberië slechts drie hoofdverkeerslij-
nen en zes zijlijnen met een lengte van 8800 K.M.
waarvan 6509 K.M. van den Trans-Siberischen
spoorweg van Tschelj abinsk tot Wladiwostok.
Turkestan wordt door den Transkaspischen en
door den Turkestan-spoorweg met Europeesch
Rusland verbonden. Een nieuwe spoorwegverbin
ding is in voorbereiding van Krasnowodsk naar
den oostelijken oever van de Kaspische Zee. naar
Tasjkent. Deze zal een lengte hebben van 1864
KM. In laatstgenoemde stad wordt aansluiting
verkregen op den Turkestan-spoorweg die van
Tasjkent naar Orenburg, ten zuiden van den
Oeral, loopt, een lengte van 1851 K.M. heeft en
verbinding geeft op het Russische spoorwegnet.
Nog gedurende den wereldoorlog werd de Moer-
mansk-spoorweg aangelegd, van Leningrad naar
Moermansk aan de Witte Zee over een afstand
van 1451 K.M.
Het Russische bewind stond na 1917 bij het
overnemen van het spoorwegverkeer voor groote
technische moeilijkheden. De burgeroorlog was
oorzaak geweest, dat niet minder dan 4332 spoor
wegbruggen met een totaal-lengte van circa 90
K.M. vernietigd waren. Het eerste Russische
Vijfjarenplan stond niet alleen voor het herstel
dezer ravage, maar diende zich ook bezig te hou
den met den aanmaak van locomotieven en
spoorwagens. Er werd een plan ontworpen voor
den aanleg van nieuwe spoorlijnen tot een lengte
van 6500 K.M.. waarvan ongeveer 80 procent
zou komen in die gebieden, waar het spoorweg
verkeer uiterst gebrekkig was. Indien de offi-
cieele gegevens juist zijn, zou van dit pro
gramma 99 procent uitgevoerd zijn.
In den herfst van 1929 doorleefde de Sovjet
unie een transport-crisis, welke van een dus-
danigen omvang was, dat het productieplan der
Russische regeering in groot gevaar kwam. Als
jevolg daarvan werden onverwijld tal van reor-
janisaties ingevoerd. Zoo besloot men tot een
verbetering van het locomotievenpark, een dif-
lerentiatie der loonen enz., ten einde het goede-
■envervoer te verbeteren. De resultaten bleven
üet uit. In den aanvang van 1932 was dit ver
voer met ongeveer één derde toegenomen verge
leken bij de overeenkomstige periode van 1931.
In 1933 zette deze vooruitgang zich niet voort,
blijkbaar als gevolg van het feit, dat de kapitaal-
Investatie in het Russische spoorwegbedrijf te
gering zou zijn. Daardoor was ook het aanleggen
van nieuwe spoorweg-banen in hoofdzaak be
perkt gebleven tot de nieuwe industriegebieden,
erwijl in het bijzonder Centraal Rusland in
dat opzicht stiefmoederlijk bedeeld was. De
positie demonstreert zich wel zeer duidelijk door
[et feit, dat in die periode slechts twee derde
gedeelte der spoorlijnen met zware locomotie
ven kon worden bereden.
Na het eerste Vijfjarenplan was de dichtheid
an het Russische spoorwegnet en waren de
irestaties van het spoorwegbedrijf beneden die
an alle andere landen. In 1930 waren per 100
I.M2. oppervlakte in Rusland 0.35 K.M. spoorbaan
egenover 12.4 K.M. in Duitschland. Dat daarbij
le groote afstand in Rusland tusschen de be
langrijkste grondstoffen-gebieden een ongun-
tige factor is, spreekt wel van zelf. Deze af
tanden bedragen dikwijls 1000 tot 2000 K.M.
Het tweede Vijfjarenplan, tot aan het einde
an 1935 stelde zich dan ook ten doel de bedrij-
igheid op de Russische spoorlijnen zooveel mo
slij k op te voeren, terwijl op vele plaatsen een
tweede spoorbaan naast de reeds bestaande
rerd aangelegd. Ten deele is dit tweeledige doei
lereikt. Het gemiddelde aantal wagonladingen
er dag steeg van 27.400 in 1913 tot 68.100 in 1935
a tot 89.800 in 1937 Op 7 September 1938 be-
L'oeg het aantal geladen wagons 93.229 en het
antal geloste wagons 98.453. Het gewicht der
Dtale ladingen steeg aanmerkelijk. Een en an-
ier leidde tot de noodzakelijkheid om te komen
ot een een zekere rationalisatie van het goede-
envervoer. De besparingen daardoor verkregen
aren zeer beduidend, In 't bijzonder bij de hout-
ransporten.
Het derde Vijfjarenplan besteedde daarna
neer zorg aan de technische uitrusting van het
poorwegbedrijf. In tusschen had het spoor -
regnet een lengte verkregen van meer dan 85.000
I.M. Het aantal directe verbindingen werd uit-
[ebreid, of in uitvoering genomen. Daaronde-
alt de verbinding Moscou—Tiflis en die van
talingrad over Orsk naar Minussinsk.
Voortgegaan werd met den aanleg van nieuwe
poorwegverbindingen naar belangrijke indus-
rie-centra, of gebieden met groote grondstoffen-
oorraden. De beteekenis van het Russische spoor
wegwezen is nog meer in de belangstelling komen
staan na de totstandkoming van het Duitsch-
tussische handelsverdrag. Het- is wel voldoende
uidelijk geworden, dat een intensief goederen-
ervoer tusschen beide landen juist, door het on-
foldoende spoorwegverkeer groote moeilijkheden
«dervindt. De Letlandsche ingenieur Piotrowski
leeft daarover in de Belgische „Revue Econo-
Biique In ter nation rle" belangwekkende mede-
leelingen gepubliceerd, waarvan er op deze plaats
Enkele mogen volgen.
Zoo deelt deze schrijver mede. dat in de
periode 16 Augustus 1914. dus in het begin van
den wereldoorlog, de Duitsche spoorwegen
2.070.000 manschappen en 118.000 paarden ver-
toerden en van 618 Augustus 3.112.000 sol
daten en 860.000 paarden.
In het Tsaristische Rusland reden in dezelfde
tijdvakken dagelijks tusschen de 211 en 223
treinen van en naar het grensgebied in het
Westen, waardoor de hooge druk gedemon-
ttreerd wordt, waarmede de spoorwegen in een
oorlogsperiode te maken hebben. Wat Rusland
betreft, meent Piotrowsk:. dat de Regeering in
haar plan wel de noodige aandacht besteedde
lan het transportvraagstuk, doch dat de op
bouw van het spoorwegnet achter is gebleven.
Van einde 1918 tot begin 1938 zijn in totaal
25.000 K.M. rails gelegd, terwijl eind 1937 de
lengte van het Russische spoorwegnet 36.600 K.M.
bedroeg. Indien in hetzelfde tempo is voortge-
werkt moet de lengte van dit net thans on-
veer 90.000 K.M. zijn. Van de meergenoemde
86.600 K.M. was ruim 30 procent dubbelspoor.
Voor het vervoer naar Duitschland komen in het
bijzonder in aanmerking de spoorlijnen naar de
Westgrens, die de verbinding vormen met de
graanschuren der Oekraïne en het steenkolen
bekken van de Don. Maar ook de petroleum-
gebieden van den Kaukasus zijn door spoor
lijnen ontsloten, terwijl Midden-Rusland een
goede verbinding heeft gekregen door de lijn
MoskouNj egoreloje
Het groote bezwaar der Russische spoorwegen
is de niet-solide constructie en het feit, dat op
slechts 38 procent van het geheele net met een
bepaald type zware locomotieven kan worden ge
reden. De kwaliteit der gebruikte rails is in
t algemeen slecht. Breuken komen veelvuldig
voor; ongeveer 10 procent tegen normaal 2 tot
3 procent. Op de drukste trajecten moeten de
rails reeds na drie of vier jaren worden vervan
gen. Ook de dwarsliggers zijn in het algemeen
van slechte kwaliteit, terwijl het aantal per
K.M. in verband met gewicht en snelheid der
treinen, onvoldoende is. Een en ander is oorzaak,
dat Piotrowski in zijn meergenoemde beschou
wing opmerkt, dat een intensiever spoorwegver
keer in Rusland, slechts voor korten tijd moge
lijk zal zijn. aangezien het slijtage-cijfer pro
gressief stijgt. Bij dit ongunstige oordeel is reke
ning gehouden met het rollend materieel. Einde
1937 beschikte Rusland over 22.918 Icoomotieven
740.910 goederenwagens en 32.065 personen en
andere voertuigen, tegen respect. 23.000. 710.200
en 32.900 in 1936. Hieruit blijkt, dat in 1937 zelfs
niet het normale afschrijvingspercentage van
dat jaar werd bereikt. Constructiefouten, vooral
bij de locomotieven, zijn niet zeldzaam. Ook de
reserves voor het wagenpark zijn onvoldoende,
waardoor reeds in normale tijden de Russische
treinen veelal te zwaar belast worden.
Uit alle gegevens welke uit den aard der
zaak geen volledig beeld vormen blijkt ten dui
delijkste, dat het Russische spoorwegwezen nog
voor tal van problemen staat, welke vooral on
der de huidige omstandigheden zeker niet ge
makkelijk op te lossen zijn.
MOLLERUS.
Prinses Juliana woont lustrum der
V. V. S. L. bij.
Nadat Prinses Juliana Vrijdagavond in den
Leidschen schouwburg een tweede voorstelling had
bijgewoond van de comedie „Artisteningang", nam
zij Zaterdagochtend als oud-studente deel aan den
feestelijken intocht der leden en reünisten van de
Vereeniging van Vrouwelijke Studgpten t.e Leiden,
ter gelegenheid van haar achtste lustrum.
De treinen uit de richting Amsterdam, Den Haag
en Utrecht voerden tusschen half elf en elf uur
ongeveer 450 reünisten naar Leiden, die daar wel
kom werden geheeten door ongeveer zeshonderd
leden van de V.V.S.L. en het Leidsche politie-mu-
ziek'gezelschap, dat bij iederen binnenkomenden
trein het clublied ten gehoore bracht.
Ruim elf uur traden de reünisten naar buiten
langs een bereden fraaie eerewacht van 24 V.V.
S.L.-leden en begroet door het Io vivat.
De Prinses was gekleed in een eenvoudigen
zwarten mantel met zwarten hoed. Zij liep in de
groep van haar studiejaren.
Na een korte wandeling door de bevlagde bin
nenstad, waarbij voor het clubgebouw het V.V.S.L.-
lied en voor de academie het Io vivat werd ge
zongen, scheidden de reünisten, onder wie de
Prinses, zich op de Breestraat van den stoet af om
in café-restaurant „In den vergulden Turk" den
koffiemaaltijd te gebruiken. De leden deden zulks
in café-restaurant „„Het Schippershof".
's Middags werd in de Gereformeerde Zuider-
kerk het lustrum officieel geopend met een toe
spraak van de praeses, mejuffrouw M. N. Ekker,
die een overzicht gaf van de oprichting en ont
wikkeling der V.V.S.L. en die uiting gaf aan de
verknochtheid der leden aan het Oranjehuis. Ook
daarbij was de Prinses tegenwoordig, terwijl zij
zulks eveneens was bij de receptie in het clubge
bouw en bij het officieele diner voor leden en reu-
nisten, dat Zaterdagavond in de Stadsgehoorzaal
is gehouden.
H. VAN DER STOK GERIDDERD.
Een veelzijdig kunstenaar, de heer H. van der
Stok, is Zaterdagmiddag ter gelegenheid van zijn
zeventigsten verjaardag in de Louis XV-zaal van
het schilderkundig genootschap „Pulchri Studio" te
's-Gravenhage gehuldigd. Sinds 1905 is Van der
Stok lid van den Haagschen Kunstkring en van
Pulchri Studio. Van den kring was hij jarenlang
voorzitter der eerste afdeeling en nu is hij eere-lid.
Van Pulchri is' hij sinds vijftien jaar secretaris.
Van der Stok behoort tot de oprichters van de Ver
eeniging tot bevordering van Graphische Kunst.
Tijdens de receptie in „Pulchri Studio" heeft mr.
J. K. van der Haagen, die minister Bolkestein ver
tegenwoordigde, medegedeeld, dat de heer Van der
Stok onderscheiden is met het ridderkruis in de
orde van Oranje-Nassau.
Onder de zeer vele aanwezigen ter receptie wa
ren o.m. de minister van Staat jhr. mr. dr. H. A.
van Karnebeek en de heer H. van Borssum Buis
man conservator van Teylers Museum te Haar
lem.
GEÏNTERNEERDE ENGF.LSCHE DAMES NAAR
HUN VADERLAND VERTROKKEN.
Een gezelschap van zeven Engelsche dames en
een kind. dat na ln Duitschland te zijn ge-
interneerd. Vrijdagavond via Oldenzaal in ons
land is aangekomen, is met de „Batavier" naar
Engeland vertrokken.
NOODLOTTIGE VAL VAN GRIJSAARD.
Zaterdagavond is in een pand aan de Vee
marktstraat te Rotterdam de 68-jarige F. van
Oers van de trap gevallen. Hij kwam met het
hoofd op den steenen vloer van het trapportaal
terecht en kreeg een schedelbreuk, alsmede
eenige ernstige hoofdwonden. Hy werd per auto
van den G.G.D. naar het ziekenhuis overge
bracht. Daar is hij later aan zijn verwondingen
overleden.
LNAUGUREELE REDE PROF. DR. L. SEEKLES.
Dr. L. Seekles, bij Koninklijk besluit van
14 November 1939 benoemd tot gewoon hoog
leeraar in de medisch-veterinaire chemie aan de
Rijksuniversiteit te Utrecht, heeft vanmiddag
zijn ambt aanvaard met het uitspreken van een
rede. getiteld: chemie, biologie en diergenees
kunde.
Weer een brandstichtingszaak te
Rotterdam opgehelderd.
Goede slag van de politie.
De gemeentepolitie le Rotterdam sloeg op 31
Augustus jl. een goeden slag door den 35-jarigen
schilder P. B. te arresteeren onder verdenking dat
hij met behulp van een tijdbom brand had gesticht
in het perceel Statenweg 140 te Rotterdam, welk
perceel dien avond zwaar door het vuur werd ge
teisterd. Enkele dagen later arresteerde de politie
nog een medeplichtige van B., den 32-jarigen J.
J. C. van Z. Beiden hadden zich voor de rechtbank
te verantwoorden en werden enkele weken gele
den veroordeeld, respectievelijk tot vijf en twee
jaar gevangenisstraf.
In het voorjaar en in den zomer van 1939 waren
in Rotterdam talrijke branden uitgebroken, waar
van de oorzaak niet kon worden vastgesteld, doch
waarvan de politie vermoedde dat zij gesticht wa
ren.
Er werd verband gezocht en gevonden tusschen
deze branden en den brand in den Statenweg. Een
en ander had tot gevolg, dat B. en zijn medeplich
tige nogmaals aan een zeer streng verhoor werden
onderworpen. Het succes bleef niet uit. Zoo is het
de politie thans gelukt klaarheid te brengén in een
brand Rubroekstraat te Rotterdam, welke in het
voorjaar van 1939 plaats had. Een drietal perso
nen zijn in verband daarmede thans gearresteerd.
Het zijn de 38-jarige slager C. H., de 32-jarige
huishoudster A. B. A. H. en de 55-jarige caféhou
der J. G. van Z., vader van den reeds veroordeel
den medeplichtige van B.
Zij hebben allen inzake den brand in de Ru
broekstraat een volledige bekentenis afgelegd en
zijn naar het huis van bewaring overgebracht.
De politie zet het onderzoek met kracht voort.
Vijf overlevenden van de „Slie-
drecht" weer thuis.
De vijf overlevenden van het Nederlandsche
tankschip „Sliedrecht", dat op 16 November ten
Westen van de Schotsche kust door een Duitsche
duikboot met kanonvuur tot zinken is gebracht,
zijn Zaterdagmiddag met een KL.M.-vliegtuig van
Shoreham in ons land teruggekeerd. Het was voor
het vijftal, de stuurman Piet Brons en de matro
zen H. Driessen, L. van der Knoop, H. de Jongh
en P. Storm, vermoedelijk tengevolge van een mis
verstand, wel een wat nuchtere aankomst, want
noch de reederij, noch de families waren op het
vliegveld vertegenwoordigd. Met een autobus van
de K.L.M. zijn ze naar het hoofdkantoor van de
K.L.M. in Den Haag gebracht en vandaar bereik
ten zij per taxi hun woonplaatsen.
De „Öttoland" vlot en te Sunderland
aangekomen.
De directie van de reederij Scheepvaart en
Steenkoolmaatschappij heeft bericht ontvangen,
dat het s.s. „Ottoland", dat op weg van Sluiskil
naar Sunderland nabij deze laatste haven was ge
strand, vlot is gekomen en Zaterdag in Sunderland
Is aangekomen.
Vier gewonden hij auto-ongeluk
op Java.
BATAVIA, 28 Januari. (Aneta-A.N.P.) Heden
morgen is een vrij ernstig auto-ongeluk voorge
vallen nabij Soekaboemi.
Hierbij zijn gewond professor J. Zeylemaker,
hoogleeraar aan de rechtshoogeschool te Batavia,
zijn echtgenoote mevr. Zeylemaker, alsmede mr.
J. Zeylemaker, referendaris van het boschwezen
te Buitenzorg en J. Zeylemaker, leeraar aan de
Carpentier Alting-stichting te Batavia. Alle vier
gewonden zijn in het Sint Lydwina-ziekenhuis te
Soekaboemi opgenomen.
Het bleek daar dat prof. Zeylemaker acht rib
ben, een sleutelbeen en een arm had gebroken. De
overigen zijn minder ernstig gewond. Mevr. Zey
lemaker lijdt echter aan een zenuw-schok. De in-
'neemsche chauffeur bleef ongedeerd.
Het ongeluk schijnt te zijn veroorzaakt door te
hard rijden in een bocht, waar het uitzicht minder
goed was. Hierdoor slipte de atuo op den van re
gen doorweekten weg en sloeg over den kop. De
auto kwam in een thee-tuin terecht.
Spoorbrug ingestort
BATAVIA, 28 Januari. (Aneta-A.N.P.) Van
erschillende plaatsen op Java wordt noodweer
gemeld met als gevolg schade aan gewas en ver
keersstremmingen.
Zoo is de weg tusschen Batavia en Krawang op
ier plaatsen ondergeloopen, tengevolge van de
voortdurende regens. Het omliggende land is in
één groote watervlakte herschapen.
Nog ernstiger waren de gevolgen van het nood-
veer in Oost-Java.
Zaterdagavond om half tien is nabij Probolinggo
ven voor Ngoeling een spoorbrug ingestort als ge-
olg van onderspoeling. Hierdoor zijn een goederen
trein en verschillende wagons ontspoord. Een rem
mer werd hierhij gedood.
De trein bestond uit een zware locomotief met 64
goederenwagens, beladen met rijst, huiden, tabak
en 5 tankwagens met melasse. Tengevolge van de
bandjirs was de rivier zeer zwaar gezwollen.
De locomotief was reeds tien meter over de brug.
toen het bruggehoofd bezweek. De zware locomo
tief kapseide langzaam, waardoor de machinist en
de beide stokers gelegenheid hadden om van de
locomotief in de sawah te springen. Ook negen
remmers wisten op deze wijze het leven te redden,
doch een tiende remmer werd op slag gedood. Zijn
loffelijk overschot kon eerst Zondagmorgen worden
bevrijd, toen zuurstof-snij-apparaten uit Soerabaja
aren aangekomen.
Reeds Zaterdag te middernacht kwamen autori
teiten van de staatsspoor uit Soerabaja aan, terwijl
onmiddellijk een aanvang werd gemaakt met het
opruimingswerk. De ravage is zeer groot. Over een
ler.gte van 100 meter lagen aan beide zijden van den
spoorweg de wagens op en over elkaar geschoven,
terwijl enkele diep in de drassige sawah zijn weg
gezakt.
De S.S. autoriteiten doen thans een wissel leggen
tusschen Ngoeling en de ingestorte brug, zoodat
langs den dijk en via 'n noodbrug over de rivier een
erbinding met de zijde van Probolinggo kan wor
den verkregen, doch de stremming zal eerst over
drie weken definitief zijn opgeheven.
De rijweg van Banfil naar Probolinggo, die pa
rallel loopt met de spoorbaan, stond Zaterdagavond
een meter onder water.
Uit Djombang meldt men dat de aanhoudende
regens een overstrooming in de stad veroorzaak
ten. VerschiUende stadskampongs zijn ondergeloo
pen. Het water staat op de erven en in de hulzen
tot een meter hoogte. Een kindje van vier jaren
vordt vermist
In de omgeving van Djombang is een groot com
plex van rijstvelden ondergeloopen, waardoor groo
te schade aan de gewassen is toegebracht
Mr, dr. J. van Bruggen over sociale
politiek en het Evangelie.
HAARLEM. Maandag
De Chr.-Historische Jongerengroep Haarlem
en Omstreken hield een drukbezochte Jaarver
gadering. Nadat de voorzitter de vergadering
had geopend, kreeg de secretaresse het woord
voor het uitbrengen van haar Jaarverslag, waar
aan wij het volgende ontleenen.
Naast de gebruikelijke avonden werd dit jaar
overgegaan tot het organiseeren van ontspan
ningsavonden voor Land- en Zeemacht. De mo
bilisatie bracht ons land in een staat, waarin mo
menteel geen plaats is voor het uiteenrafelen van
aUerlei politieke verschillen. Nationale eenheid
is nu voor alles het belangrijkste. Bovendien
werd gemeend met deze avonden de Chr.-Histo-
rische beginselen van samenhoorigheid en volks
eenheid in het licht der publieke belangstelling
te plaatsen. En tenslotte werd, behalve ontspan
ning ook een sober en ernstig getuigend woord
gebracht.
Op de vergadering van 22 September 1939 viel
het besluit deze richting in te slaan en 3 October
werd begonnen met een reeks van kienavonden
die werd voortgezet op 13 en 28 October. 3 Novem
ber 9 en 15 December eri 20 Januari. Met behulp
van velen, in het bijzonder van de C.H. Vrouwen
groep, was men in staat 30 November 60 pakket
ten te verzenden voor enkele mijnenvegers bij
Vlissingen als verrassing op den St. Nicolaas-
avond.
Van de bemanning der mijnenvegers en van de
M.K.W.-chef werden sympathieken bedankbrieven
ontvangen.
Nadat de agenda der jaarvergadering was af
gewerkt, kreeg mr. dr. J. van Bruggen het woord,
die sprak over sociale politiek en het Evangelie
Hier worden, aldus spr. wel twee zeer heterogene
elementen bijeengebracht. Tusschen beiden be
staat een spanning zoo groot, dat er theologen
zijn, die dan ook zeggen, dat het a priori fout
is van het Evangelie uit een sociale politiek te
willen bepalen. Spr. is het met deze gevolgtrek
king niet eens, maar toch is het goed dat zij
gemaakt wordt, want dat zal weerhouden van
een goedkoope oplossing. Heeft het Evangelie
wel meer dan een individueele boodschap te
brengen? Gaat het ïn dat Evangelie niet altijd
om den zondigen, verloren mensch? Is het „Wat
baat het den mensch. zoo hij de geheele wereld
gewint, doch schade lijdt aan zijn ziel", niet een
oordeel over alle humanistisch streven?
Ds. Eldering onderscheidt in zijn kritiek op
Niemöller's preeken drieërlei godsdienstigheid:
le Zelfzuchtige godsdienstigheid geen godsdienst
maar zelfdienst), 2e. Persoonlijke godsdienstig
heid (Hoe behoud ik mijn ziel?) en 3e. Universeele
of socialistische godsdienstigheid (Hoe stichten
wij op deze aarde een Nieuwe Gemeenschap?
Deze onderscheiding gaat echter niet op.
Een sprekend voorbeeld als tegenbewijs is de
figuur van William Booth, den stichter van het
Leger des Heils. In zijn lijfspreuk: „Gered om
anderen te redden", komt tot uiting, hoe een
der krachtigste sociale acties van onzen tijd
wordt gedragen door persoonlijke godsdienstij
heid.
Na deze inleiding volgde nog een geanimeerde
discussie.
Het autoverkeer te Haarlem.
Verbeteringen in voorbereiding.
B. en W. van Haarlem hebben thans schrifte
lijk geantwoord op de vragen van het raadslid
J. A. Scholl over de verbetering der autobuslijnen
te Haarlem. Daar B. en W. evenwel ook mede-
deelingen daarover in de Memorie van Antwoord
hebben gedaan, wordt nu niet veel nieuws ver
teld.
Het is reeds bekend, dat de Brockway bij wijze
van proef op lijn 1 een 10-minutendienst heeft
ingevoerd in plaats van een kwartierdienst.
Met de lijnen 2 en 3 wordt van den Muiderslot-
weg af tot de Turfmarkt en terug reeds een VA
minutendienst onderhouden. Uit de praktijk is
gebleken, dat dit voldoende mag worden genoemd
behalve op Zaterdagen, Zon- en feestdagen. Het
ligt in de bedoeling der directie op deze dagen op
de spitsuren enkele diensten op de lijnen 2 en 3
in te lasschen.
Bij de directie der N. Z. H. T. M. maakt de vraag
in hoeverre op enkele lijnen op de spitsuren
diensten moeten worden ingelascht, nog een punt
van onderzoek uit.
Wat het in exploitatie nemen eener nieuwe lijn
betreft, hieraan zijn zoo schrijven B. en W
groote risico's verbonden. Immers, daarvoor moet
het wagenpark worden uitgebreid en personeel in
dienst worden genomen, zonder dat de zekerheid
bestaat, dat de lijn blijvend zal kunnen worden
geëxploiteerd Het spreekt daarom vanzelf, dat de
directie, die dat risico zal hebben te dragen, al
thans eenige omzichtigheid in acht neemt. Bij
een bespreking met de directie der Haarleinsche
Brockway Bus Maatschappij over de uitbreiding
van haar autobuslijnen met een vierde lijn, bleek
zij daartegenover toch niet afwijzend te staan. In
tegendeel, zij zal de mogelijkheid om binnen af-
zienbaren tijd een vierde lijn in exploitatie te ne
men overwegen. Zooals van zelf spreekt zal over
de route dier lijn nog nader overleg moeten wor
den gepleegd. Hiermede meenen wij tevens de
tweede vraag voldoende te hebben beantwoord.
Ten aanzien van het plaatsen van wachtgele-
genheden bij de autobushalten merken B. en W.
op, dat het aantal halten zóó groot is, alleen
reeds voor de Brockwaylijnen zijn er 75 halte
plaatsen dat het niet mogelijk is op die plaat
sen wachtgelegenheden aan te brengen. Het zal
dus altijd slechts op enkele, daarvoor bijzonder in
aanmerking komende, plaatsen zijn. dat een
wachtgelegenheid zal kunnen worden gemaakt en
dan nog alleen, wanneer de omstandigheden ter
plaatse het mogelijk maken. Dit zal dan in de
eerste plaats taak van de ondernemers zijn, het
geen niet wegneemt, dat de gemeente in voor
komende gevallen, zooals b.v. op de Groote Markt,
het initiatief er toe neemt. Bij de directies wordt
ook op dit punt naar verbetering gestreefd. Zoo
heeft b.v. de directie der N. Z. H. T. M. vergun
ning gevraagd voor de plaatsing van een wacht
huisje bij de Kwakel over de Leldschevaart en
een op de Leidschevaart ter hoogte van den oprit.
Ook de directie der Haarlemsche Brockway Bus
Maatschappij zal trachten eenigszins aan het be
zwaar tegenmoet te komen.
Sneeuw belemmerde tramverkeer
van Edam naar Monnikendam.
De N. Z. H. T. M. heeft Zaterdag op 't traject
MonnikendamEdam met zeer groote moeilijk
heden te kampen gehad, tengevolge van den
sneeuwval in den afgeloopen nacht. Vele uren
kon de dienst naar Edam en Volendam niet on
derhouden worden, doordat de trambaan geheel
was ingesneeuwd. De sneeuw stoof van de naaste
landerijen op de rails en kwam hier 80 cM. hoog
te liggen. Ter vervanging van den dienst char
terde de Maatschappij autobussen, doch niette
min ontstond zeer veel vertraging.
's Middags om vier uur fungeerde de dienst
weer normaaL
Een halve eeuw geleden
Uit Haarlem's Dagblad van I 890.
29 Januari
Haarlem 27 Januari.
De heer F. L. Kist alhier, herdenkt heden
den dag waarop hij vóór vijftig jaar zijn
loopbaan als procureur bij de arrondisse-
ments-rechtbank alhier begon.
Vele bewijzen van belangstelling onder
vond de hooggeachte jubilaris. De heeren
Mr. Th, de Haan Hugenholtz en Mr. N. G.
Cnoop Koopmans, maakten hem heden
als oudste procureurs bij de rechtbank
alhier, hun opwachting. Nader vernemen
wij, dat den jubilaris door zijn confrères
een bij uitstek fraaie mand met bloemen
is aangeboden geworden.
Vijgencultuur in Nederland.
Een melkwaardige cultuur in Hoorn.
Een onzer medewerkers schrijft ons:
Wanneer men over vijgen hoort spreken, dan
is meestal de algemeene gedachte, dat deze
vruchten afkomstig zijn uit tropische of sub
tropische gebiedsdeelen, vanwaar zij aange
voerd worden in matten of doosjes. In vrijwel
ieders oog is ffe vijg een vrucht, onafscheidelijk
verbonden aan landen met een ander klimaat
dan wij hier kennen. Toch is de opvatting, als
zou de vijg alléén maai* uit d'ie streken komen,
en niet in Nederland groeien, niet juist. Ook in
ons land worden deze vruchten gekweekt, zij
het uiteraard dan ook niet op zulk een groote
schaal als in het Oosten en in Z.-W.-Europa.
Hier behoort zooiets tot de zeldzaamheden.
Het is een ongetwijfeld een zeer merkwaardige
cultuur, die wij in Hoorn zagen, waar vijgen in
betrekkelijk groote hoeveelheid gekweekt worden
op een kweekerij. Eigenlijk een cultuur, welke
men in ons land niet zou zoeken en waarbij
aanstonds toegevoegd dient te worden, dat men
ze ook met een lantaarntje moet zoeken. Enkele
weken geleden waren we in de 150 Meter lange
kas, waar tegen den steenen muur deze bcomen
groeien. De kas. waarin zjj groeien, is op zich
zelf niets bijzonders, doch het eigenaardige is
gelegen in de omstandigheid, dat deze boomen
groeien en vruchtdragen in de schaduw van an
dere planten. Deze schaduw is zelfs een on
misbare factor. Aan den eenen kant in deze kas
aan de glaszijde, groeien en dragen de druiven,
daartegenover, tegen den steenen muur, gedijt
de vjjg.
De vijgeboomen vormen in de tropische ge
westen een plantengeslacht (ficus), dat tot de
familie der moerbezieachtigen behoort; zij dra
gen de bloemen in een bloemkoek omsloten, die
vleezig wordt en het eetbare gedeelte vormt.
Hier in Nederland dragen deze vijgeboomen
het geheele jaar door, hetgeen intusschen niet
inhoudt, dat alle vijgen ook rijp worden. Dit
laatste is 't geval in Juni, Augustus, September
en October. In het algemeen kan men zeggen,
dat de derde oogst hier niet rijp wordt, niet vol-
roeit. hetgeen verband houdt met de tempera
tuur. Want evenzeer als in de tropische en sub
tropische landen, is in ons land een bepaalde
temperatuur noodig om *ijpe vruchten te krij
gen. Deze rijpe vruchten zijn uitermate teer.
véél teerder zelfs dan een perzik, Bij de minste
aanraking laat het velletje reeds las. Vandaar
ook. dat de verpakking de uiterste zorg ver-
eischt: in kleine doosjes met heel fijn papier
wol. De rijpe vruchten moeten regelmatig van
de boomen geplukt worden; zij zijn ongeveer
8 cM. lang en 5 cM. breed en hebben den vorm
van een peer.
Van een 15 tot 20-jarigen boom, krijgt men in
Hoorn gemiddeld een paar honderd vijgen per
jaar.
Het snoeien der boomen is een zeer belang
rijke handeling bij deze cultuur. De vijf draagt
n.l. aan het jonge hout, het oude. afgedragen
hout moet dan ook telkens weggesnoeid worden.
De stam van den boom blijft dus bestaan.
Wat gebeurt er nu met de rijpe vijgen, die
geplukt zijn? Het meerendeel der vruchten
welke slechts enkele centen per vijg opbrengen,
gaat naar de veilingen in Amsterdam; een klein
gedeelte naar die van Zwaag. Enkele uren later
liggen ze in de étalages der fruitwinkels.
In die vijgenkas in Hoorn waant men zich
onwillekeurig even ln gedachten ln Italië, in
de omgeving van Genua, waar de -vijg groeit in
rotsachtigen bodem. Met dit verschil evenwel
dat daar regelmatiger geoogst kan worden dan
hier.
Zondagmorgen hebben twee passagiersbooten
van de Texelsche Stoombootonderneming te
vergeefs getracht den dienst van en naar Den
Helder te handhaven. Na vele uren werken
gaven de beide resp. uit Den Helder en van
Texel vertrokken booten in verband met de
invallende eb den strijd op; zij waren toen op
twintig meter afstand van elkaar gekomen.
Aseli van Fokker in ons land.
Met het stoomschip „Volendam" van de Hol-
land-Amerika Lijn is Zondagavond de asch van het
stoffelijk overschot van den vliegtuigbouwer An
thony Fokker in ons land aangekomen. De urn
heeft gedurende den overtocht vna New-York naar
Rotterdam in een luxe hut gestaan, omringd door
een weelde van zacht geurende versche bloemen.
Met groote zorg en piëteit heeft men de hut in
een kleine chapelle ardente herschapen.
Eiken dag van den langen overtocht en ook ge
durende het verblijf in de Downs heeft Willem van
Neyenhoff, vriend van den overledene en directie
lid van de Fokkerfabrieken, de bloemen eigenhan
dig ververscht en om de twee dagen plaatste hij
een verschen krans, de bladen nog parelend van
het verblijf in de koelruimte, tegen de kleine ver
hooging, waarop de eenvoudig gevormde urn rust.
Zoo op dit stille plekje in het binnenste van den
grooten Oceaanstoomer zal de asch van den groo-
ten vliegtuigbouwer, wiens naam onuitwischbaar
verbonden zal blijven aan de geschiedenis van de
aviatiek, blijven rusten te midden van het woelige
en bruisende leven van de Rotterdamschc haven
tot het moment, waarop de details van de uitvaart,
waaromtrent thans nog geen beslissing genomen is
zullen zijn geregeld
BUITENLANDSCHE PERS VEREENIGING.
In de Zaterdag gehouden vergadering van de
Buitenlandsche Persvereenlging is besloten om
in verband met de huidige omstandigheden het
bestuur uitsluitend samen te stellen uit onder
danen van neutrale staten. Het bestuur ls als
volgt samengesteld: P. Derjeu, voorzitter. P. v.
t Veer. secretaris. F Canto, penningmeester al
len te 's-Gravenhage en de heeren Baiasz ea
Guasco, beiden te Amsterdam.