CaCifimüë Jij het heengaan van /an Loghem. Het mooiste deel der wereld? Nee, niet waar... IN ENGELAND. Twee auto's op IJselmeer in botsing. België verliest één van zijn grootste schilders. 'J rÖENSD'AG 28 FEBRUARI 194Ö H A A R E E M'S D A G B E A D Het Haarlemsche Sportfondsenbad in het Frederikspark. Van der Vlug't, Duiker en nu v. Loghem. Drie markante figuren, leidende persoonlijkheden i de avantgarde van onze architecten-wereld. Ze jn heengegaan en laten een leege plaats, waarvan {twijfeld mag worden of deze door gelijkwaardige rachten ingenomen kan worden. Drie collega's met verschillende karakters en met èmeenschappelijk ideaal, een ideaal verworven na Sierlijken strijd; geen aangewaaid modevernis Óch een zelf verworven levensovertuiging. iAlle drie begonnen zij hun werk in aansluiting iet de meer traditioneele inzichten en ontwikkel en zich min of meer geleidelijk tot de vooruitstre- ende idealen, die overal in de wereld na den we- jldoorlog opkwamen en die men aanduidt met de fceuwe zakelijkheid" of zooals deze groep zich zelf ever noemt: die van het „nieuwe bouwen". V. d. lugt was de naar binnengekeerde stille werker, liiker de goedmoedige zeer begaafde man en v. faghem de strijdbare natuur. •Van Loghem was Haarlemmer en een belangrijk eel van zijn werk is in onze stad te vinden: zijn itwikkelingsgang is daarin af te lezen. Zijn eerste erk toont een voortgaan op de principes, die Ber- tge ontwikkelde van een gezonde constructie naar En aard van het materiaal. Hij is daarbij nog ge- fiden aan de karakteristiek van de gezonde tra- ie en bouwt zijn drie aaneen gesloten woningen in de Oosterhoutlaan, het groote woonhuis aan de iilhelminalaan in het Westerhoutpark, de bekende jij staande woonhuizen in het Zuiderhoutpark aan Middenlaan en het charmaftte huis dat aan den jjver nog steeds een voorbeeld van zuivere archi- fctuur is, die het door de tijden zal uithouden en jven de tijdelijke vormgevingsidealen is verheven, ok zijn eigen woonhuis aan de Zonnelaan (waar l de directeur van 't Frans Halsmuseum woont) >mt in dezen tijd tot stand.Een heerenhuis aan den agenweg en een dood simpel landhuisje in Bloe- endaal naast hotel Duin en Daal zijn ook typische jorbeelden uit deze periode. Zijn ideëele en strijd- ire natuur is niet voorbestemd om zich tevreden I stellen met deze evenwichtige en aan de traditie ibonden vormen. Uit den aard der zaak is hij ge- jelig voor het nieuwe, het baanbrekende en hij |at verder. De grondgedachte van Berlage dat dere tijd zijn eigen architectonische vormgeving laakt, welke een gevolg moet zijn van de cultu- Iele en technische stroomingen dringt hem voor- it en doet hem bewust de traditioneele architec- jur, de» meer evolueerende ontwikkeling verlaten n hij wordt gedurfd in zijn oplossingen. Daarmede erliest hij de waardeering van den doorsnee urger en zijn werk staat nu in dienst van de plossing van de problemen die de tijd opwerpt, zoo- iel de materieele problemen van de nieuwe jaterialên als van de geestelijke stroomingen. Tuin- •ijk Zuid ontstaat met den gemeenschappelijken sin en andere merkwaardige huizen in het Zuider- outpark waarin cubistische tendensen sterk voel- ear zijn. Zij ideëele levenshouding moest nood- Ikelijkerwijze tot teleurstellingen leiden in zijn (erk, teleurstellingen even groot voor hem zelf als Dor anderen. Het zoeken naar nieuwe wegen gaat tpaard met struikelen, met tegenslagen. Hij zeide lij eens dat men niet het recht had iemand te wan- jouwen voor dat men er de bewijzen van had. Deze rachtige stelling is die van een enthousiast- frhjk en oprecht mensch. In de practische toe- assing er van stoot men dan automatisch op teleur- jellingen. Steeds is hij dit ideaal getrouw geble- en, hij bleef vertrouwen hebben en schenken en jl maakt dat al zijn uitingen steeds dat hoog lenschelijke hebben, dat zijn persoonlijkheid ook hen die in architectonisch opzicht zijn tegen- landers waren respect afdwong. Soms liet zijn jtirieke geest zich wel verleiden tot een scherpte, ie voor de betrokkenen niet aangenaam was en bornamelijk propagandistische tendensen had, fant hij gevoelde voor propaganda en vertrouwde ie eens toe, dat hij wel wist dat er twee zijden sn de medaille waren doch dat men om vooruit te omen soms bewust eenzijdig moest zijn De meer cubistische woonhuizen dragen een per- oonlijk artistiek karakter. Ze waren hem niet Uiver genoeg en na Tuinwijk Zuid, na de typische foningen met houten onderdeelen in het Zuider- loutpark na de woonhuizen aan de Kleverlaan van woningbouwvereniging Huis ter Kleef en na Ie woningen van „Rosehaghe"- komt Tuinwijk foord tot stand aan den Kleverparkweg, de Ael- iertsbergstraat en de Kleverparkstraat, waarin Ear grooter eenvoud en rust wordt gezocht. Ik acht ze woningen tot zijn beste werk te behoor en om- lat hierin de grootste eenvoud met zuivere ver- ioudingen is betracht en alle tendens zoek is. Een faardige rust, die door natuurlijke afwisseling van loogere en lagere groepen toch sprankelend blijft hier tot stand gekomen. Prachtig van kleur zijn deze huizen die een sieraad vormen van deze wijk. Doch ook hierin blijft hij niet staan. De moderne materialen waren tot nu toe niet verwerkt en in zijn ontwerpen die hierna worden uitgevoerd, past hij deze bij voorkeur toe. Een gereede aanleiding tot deze toepassinig vormde de opdracht lot den bouw van het Sportfondsenbad, in samenwerking met den architect Muylaert gebouwd. De vormgeving hier van is door v. Loghem bepaald en toont zijn lust tot het uitbuiten van de mogelijkheden, die kunnen ontstaan als men de nieuwe materialen beton, glas en ijzer naar hun aard gebruikt. Openheid, licht en lucht zijn de uitgangspunten voor zijn nieuwe op dracht waarvan zijn laatste werk blijft getuigen. Landhuizen, vereenigingsgebouwen, fabrieken heeft hij in dezen geest gebouwd en vormen de afsluiting van een zeer vruchtbaar leven, een leven dat geen stilstand kende, een leven dat rijk is aan variatie en toch een eenheid vormt in zijn streven naar het ideaal dat hij zich steeds stelde. Teleurstellingen zijn hem niet bespaard. Een bloeiende praktijk in de jaren toen zijn werk waardeering vond in de oogen van velen ging verloren, toen zijn idealen slechts door een kleineren kring werden begrepen en aanvaard. Dit was voor hem geen aanleiding om toe te geven aan een gemakkelijk succes, zijn" ideaal bleef voor hem het eenig mogelijke levensdoeL Zijn tijd besteedde hij dan meer aan studie en aan zijn kleine groep van enthousiaste collega's, die in hem een geestelijk hoogstaand voorganger zagen. Een markante persoonlijkheid is van ons gegaan, zijn plaats blijft open. maar zijn werk blijft en daarom zijn er verschillende bouwwerken die we tot in lange jaren ook zullen kunnen blijven bewon deren omdat ze boven het persoonlijke en boven het tijdelijke probleem zijn uitgegaan. Ir. G. FRIEDHOFF. Minister Van Boeyen ongesteld. Naar wij vernemen is de minister van Binnen- landsche Zaken, de heer H. van Boeyen, verplicht in verband met zijn gezondheidstoestand drie of vier weken rust te nemen. SLACHTOFFER VAN DEN ONBEWAAKTEN OVERWEG. Op den onbewaakten overweg „Rondom 6" (onder de gemeente Hoogland) van de spoorlijn AmersfoortZwolle is een ongeveer zestigjarige man, een kostganger van het gezin Van den Ak ker te Hoogland, door een trein gegrepen en op slag gedood. AMERICAN BLEND (Adv. Ingez. Med.) Maar dat er heel veel moois ook is, dat verze ker ik u. Zoo heb ik de zoogenaamde Mission- trail, een langen autotocht langs oude kloosters uit den Spaanschen tijd. voor een groot deel af gereden. En dat is heel mooi en bijzonder inte ressant. Daarvan wil ik u graag in mijn volgende brie ven wat vertellen. De ongetemde. (Nadruk verboden). Mr. E. ELLAS Veel van wat ge in Europa over Amerika hoort s niet waar. Maar dat de Amerikanen nogal eens opscheppers zijn is wel waar. De zucht naar het record en naar de overtreffende trap krijgt de Amerikaan bij zijn geboorte mee. Hij heeft groo- ten eerbied voor de mooiste, de grootste, de duur ste en voor alle ste's die achter alle bijvoegelijke naamwoorden geplaatst künnen worden. Die eer bied ontaardt dan nog al eens in jokkebrokke- rijen, waar je je in het begin blauw aan ergert. Maar op den duur wordt dat blauw lief licht blauw en later onschuldig-wit. Het wit der aan vaarding en der gewoonte. Zoo is er veel dat door de gewoonte zijn kleur en zijn smaak verliest. En wanneer nu een meneer in San Francisco zegt dat zijn baai de grootste baai van de wereld is, dan schenk ik hem de sereene verbazing, waarmee hij gelukkig is. Wanneer hij zegt dat zijn stad de schoonste van de wereld is, zeg ik als een be leefde gast: „Sure, San Francisco is de mooiste stad van de wereld" en dan gaan mijn glim lachende gedachten naar Amsterdam, naar Mid delburg, naar Rome, naar Stockholm. Ik blijf beleefd-verbaasd als hij voor het nietige molentje in het Golden Gate Park, brallend van trots, ver klaart: „de grootste molen ter wereld", of als hij, wanneer we over de Marketstreet wandelen, heel hard uitroept: „Nou loopen we door de drukste straat op aarde". Ach ja, ik ben er aan gewend. De taaie Amerikaansche biefstuk is de sappigste biefstuk van beide halfronden en de kalkoen, waar alle Amerikanen hun hoogste culinaire ge- genoegen in vinden, en die meer naar bordpapier smaakt dan de magerste Hollandsche kip zeker, 'tuurlijk, Okay Johndie kalkoen is de heerlijkste, geurigste, lekkerste vogel in alie we- relddeelen En zoo is het ook met Californië. Nietwaar, alle San Franciscanen zeggen het: „Nee, hier hebt u nooit een winterjas noodig". Maar intusschen ben ik heel blij dat ik m'n oude dikke Hollandsche jas niet heb weggedaan. Ik kan hem op zoo'n kouden Januari-avond best velen. En u denkt allemaalCalifornië, da's eeuwige zon uit een eeuwig-blauwe lucht; dat is een para dijs waar het altijd warm is, waar de heerlijkste vruchten, de sappigste, geurigste sinaasappelen en mandarijnen aan de boomen hangen, wiege lend op de zoete zephyr. Ja, kijkt u eens tot 20 December dacht ik dat óók van die zon en die blauwe lucht. Maar toen is het regenseizoen begonnen en ik schrijf dit den 20sten Januari. Het heeft die heele maand vrijwel voortdurend geregend uit een loodgrijzen hemel en het is kil en vochtig, en de palmen, die er op een plaatje zoo warm en zoo tropisch uit zien, staan nu naargeestig te druipen. En die heerlijkste, sappigste vruchtenNee, ziet u eens.... dat is ook niet heelemaal waar. De sinaasappelen zien er prachtig goudgeel uit, de mandarijntjes, diep-oranje met fel groene blaadjes, zijn een schilderijtje, de appels zijn groot en dik en rood en glimmen en glanzen als de wangen van mijn Hollandsche buurmeisje vroeger; en de aardbeien zijn zóó groot; en de peren zien er zoo prachtig uit en al die overda dige vruchten kosten haast niets. Maar moeder natuur heeft zich uitgeleefd aan het uiterlijk dei- dingen en voor het binnenwerk heeft zij geen kracht en geen inspiratie meer gehad. De man darijnen en de sinaasappelen zijn droog. De ap pelen zijn een beetje te zacht om niet te ver- flangen naar een heerlijke Hollandsche goudreinet of naar zoo'n knap-knapperig bellefleurtje, de perenals u niet heel goed oppast dan koopt u ze erg melig. De radijsjes zijn een tikkeltje voos als ik 't zoo zeggen mag en geeft u mij maar de geurige aardbeien van Beverwijk en Breda, de kersen van de Betuwe, de asperges van Bergen- op-Zoom en Loosduinen U moogt het niet verder vertellen maar in dit vruchtenparadijs eten de meeste menschen ingeblikte vruchten. En in dit groentenparadijs eten we asperges en erwtjes en boonen uit blik, want die zijn onder ons veel lekkerder dan de versche. Wanneer u mij belooft er niet over te zullen spreken, dan wil ik u ook wel vertellen dat Cali fornië voor het grootste gedeelte eigenlijk geen paradijs is, maar eerlijk gezegd een woestijn met hier en daar groote vruchtbaar-gemaakte stuk ken. Ik heb hier het mooiste strand van de wereld bezocht en een Scheveninger of een Katwijker zou me uitlachen. En in de steilste, rotsachtigste kust van de we reld zou ik gelooven als ik niet op de kust van Normandië had gestaan. Waarmee ik heel bescheiden en zacht-fluiste- rend zeggen wil dat 't niet allemaal heelemaal- precies waar is, wat ze van Californië zeggen. Dinsdagmiddag omstreeks drie uur kwam de vrachtauto van den heer Slump, die over het ijs een geregelden vrachtdienst tusschen Lemmer en Urk onderhoudt, ongeveer 5 K.M. buiten Lemmer in botsing met de postauto van Url: naar Lemmer. De auto van den heer Slump zakte door den schok terstond door het ijs. Daar op deze plek het water tamelijk diep is, stond de ca bine spoedig onder water, waardoor de heer Slump in levensgevaar geraakte. De heer Rippen uit Urk, die tot de inzittenden van de postauto behoorde wist hem te redden. De postauto schoof in de richting van den dijk en zakte daar op een vrij ondiepe plek door het ijs. Een gedeelte van den wagen steekt nog boven het ijs uit. De post heeft men verder te voet naar Lemmer vervoerd. Ook de heer Slump is naar Lemmer gegaan. "Men zal trachten de auto's te bergen. i Woningcomplex van Tuinwijk-Noord in het Kleverpark te Haarlem. In de vorige week is, ruim vijf en zeventig jaar oud, de Belgische schilder Laermans gestorven Eugène Laermans of, officieeier, Baron Eugène Laermans. In België heeft men, evenals in Enge land. de voor een kunstenaar hoogst mogelijke waardeering meenen te vinden in een verheffing tot den persoonlijken adelstand. Men is er wel zuinig mee natuurlijk: van de schilders onzer generatie waren het slechts Laermans en Ensor, wien die eer te beurt viel en heel kort geleden heeft men nu ook Isidore. Opsomer baron ge maakt. Het is een vriendelijkheid waar men in ons land denkelijk niet veel voor voelen zou; wij kunnen ons een Baron Breitner of graaf Sluyters moeilijker voorstellen, maar dat is meer een quaestie van gebrek aan fantasie dezerzijds. Baron Laermans werd uit zeer eenvoudige ouders in de Brusselsche voorstad Molebeke gebo ren. Pol de Mont vertelt ergens dat de familie eigenlijk Laeremans heette, maar die e tenslotte overcompleet vond en Laermans welluidender Eugène's moeder was een boerendochter uit Berg- hem Ste Agathe en daar de vader vermoedelijk ook uit den boerenstand stamde, wortelt onze schil der wel hecht en sterk in den Vlaamschen bodem Een trieste bijzonderheid in dit rijke kunste naarsleven is wel het feit dat de schilder van zijn elfde of twaalfde jaar af doofstom was en in zijn ouderdom aan de oogen sukkelde; ik geloof niet dat er de laatste vijftien jaar iets van belang uit zijn handen gekomen is. En ondanks dat alles is Laermans een figuur van groote beteekenis in de kunst van België kunnen worden. Leerling van iemand is hij eigen lijk nooit geweest: hij teekende in het ouderlijk huis alles wat los en vast was Eenzelvig door zijn doofstomheid. en ernstig van aard vond hij in dat werk vergoeding voor wat hem ontbrak: Dan gaat hij op de Brusselsche Akademie een paar jaar"— van '87 tot '89 bij Portaels werken en in laatst- re75 ct 6°0ct^. "i.t..„~~.no rncheh. teaen (Adv. Ingez. Med.) genoemd jaar vindt hij zijn technische opleiding voldoende om zelfstandig verder te kunnen gaan. Hij is dan vijf en twintig en zijn oeuvre kan men rekenen van dan af te beginnen. De geest van den tijd is dan die van een in vol len bloei staand realisme. Manet en Courbet, Zola en Steinlenmen behoeft enkele namen maar neer te schrijven om een bepaalde periode in de kunstproductie vóór zich te zien. Ze houdt verband met nieuwe levensinzichten: intenser be langstelling voor het lot der misdeelden, in arbei- dersstrijd en arbeidsconflicten, rampen en tegen spoeden in den landbouw; het socialisme "ten slotte. Laermans schildert na een paar minder op merkelijke, meer algemeene sujetten de men schen en de gebeurtenissen van zijn dorp, de zwoegers in de zware vette klei van Vlaanderen, de prachtige boerenvrouwen, de ongelukkigen die langs de wegen trekken: bedelaars, mismaakten, vechtersbazen en landverhuizers. Liefst ziet hij ze in groepen, en als massa (zie b.v. ons plaatje). Dan vult hij daarmee zijn vlak op decoratieve wijze en bereikt een expressie van kracht en forschheid in de bewogenheid die ongewoon is. En nu mag Paul Colin in het groote plaatwerk over Laermans wel vertellen dat het den schilder in al die werken uitsluitend om de picturale waar den dier voorstellingen te doen is geweest, dat de lineaire opbouw der compositie hem meer gold dan de sociale kant van het voorgestelde."J behoeven dat nu niet dadelijk voetstoots aan té nemen. Bij een man uit het volk als Laermans was, kunstenaar bovendien, is het ondenkbaar dat een zijner groote doeken .Avónd in Stakingstijd" zonder meegevoel voor den strijd die in de Bori- nage gevoerd werd, ontstaan kon. Men behoeft, op geleerden-trant, niet te verzekeren dat een an der groot werk, de „Emigranten" het gevolg was van een aardappelziekte in Vlaanderen, die dui zenden boeren ruïneerde en van hun plaats ver joeg, maar men mag bij een artist als Laermans evenmin de emotie, het meegevoel uitschakelen, die tusschen gebeurtenis en uitbeelding ageerden Zonder die zou de artist foto-toestel of hoogstens illustrator zijn. In Laermans' werk is wel degelijk een humanitair-socialistische inslag, buiten het picturale om. voorhanden en misschien is in het feit dat Coün's boek juist een jaar nadat Laer- Oppasser door aap aangevallen. Man ernstig gewond. Dinsdagmiddag is in de Rotterdamsche dier gaarde de vijftigjarige oppasser H. Schilt door een aap aangevallen en gebeten. De man liep ernstige verwondingen aan het achterhoofd en aan de rechterhand op en werd per auto van den G.GD. naar het ziekenhuis aan den Cool- singel overgebracht, waar hij ter verpleging moest worden opgenomen. Ook herwaar deer in g van den goud voorraad der Javasche Bank. Op een desbetreffende vraag van den heer Joe- kes heeft minister Weiter Dinsdagmiddag bij de be handeling van de Indische begrooting in de Tweede Kamer medegedeeld, dat het in de bedoeling li^t een gelijk wetsontwerp als is ingediend omtrent de herwaardeering van den goudvoorraad der Neder- landsche Bank ook ten aanzien van den goudvoor raad van de Javasche Bank in te dienen. BANDEROLLENPRIJS VAN SIGAREN. Naar aanleiding van den verwarrenden en on- zekeren toestand in den sigarenhandel, als ge volg van de nog niet volledig doorgewerkte prijsverhooging van sigaren waartoe onlangs werd besloten, hebben verschillende belang hebbende sigarenfabrikanten besloten den mi nister van Financiën te verzoeken den mini- mumbanderollenprij's van sigaren te brengen van 3'op 4 cent en van senoritas van 1 3/4 op 2 cent. mans baron geworden was (1927) verscheen, een verklaring te vinden voor de neiging die geestes houding te verdoezelen.Doch per slot is ook voor ons hier en nu het picturale vait overwegend belang Wij bewonderen dan in Laermans de hoekige kracht van zijn teekenwijs, het massale, het sa- menklonten van een groep, waarin toch het leven in volledige actie blijft. Iets later zal een Kathe Kollwitz datzelfde op nog heftiger wijze willen ge ven. Hoe goed is, met enkele lijnkronkels, op het etsje van Laermans, dat hierbij gereproduceerd wordt, het ingespannen kijken naar een schilderij door een groepje boeren uitgedrukt. Het is een absolute typeering van een menschensoort, zon der ook maar in het minst in caricatuur te ver vallen. Wie in de Belgische musea een enkel schilderij van Laermans tegen komt, zal misschien geneigd zijn hem manierisme te verwijten: an deren zien in hem te veel den modernen volge ling van Breughel. Het eerste is onjuist, daar men manierisme met stijl verwart. Het andere slechts betrekkelijk juist daar alleen in den grondtoon van het werk eenige samenklank te hooren valt. Na 1901 komen in Laermans' werk die prach tige naakten voor die hem mijns inziens onder de allereersten der moderne schilders rangschik ken. Kerngezonde, schoon gebouwde \Haamsche vrouwen, zonder erotische spitsvondigheid, maar toch teeder in de eerlijke kracht van hun licha men, boerenmadonna's zonder weerga. Zeer heeft deze in zichzelf opgesloten artist zyn volk liefge had, hun karakteristieke verwording door zwaren arbeid gezien en hun primitieve ongerepte schoonheid bewonderd! J. H. DE BOIS Oxfordshire, Februari. Ergens in Zuid-Frankrijk stroomt In den zo mer. heel beneden in een hol rivierbed, een kalm, vriendelijk water. Een karper vindt er nog net genoeg gelegenheid voor wat vertier in de schaduw van de brug. En stroomafwaarts, waar het in de haast om de bocht om te komen een dieper bed heeft uitgesleten en aan den rand wit kiezel heeft opgestapeld, hurken vrouwen en wrijven de wasch tot ze verblindend wit ziet, De menschen die daar wonen, noemen de ri vier ,La Furieuse", in erkentenis van haar vrouwelijk, onberekenbaar en .onstuimig karak ter en houden zóó van haar, dat zij den naam trots op de brug hebben geschreven. Als een troetelwoord laat die zich daar lezen en tevens als een soort weest-op-uw-hoede voor wie er in den zomer voorbij komt en in dat rustige hel dere water niets dan lieflijkheid weerspiegelt ziet en niet let op den ruigen uitgeholden oever. In andere jaargetijden jpoet ze daar duchtig te keer gaan en er bandeloos omsprin gen met het water dat uit de bergen toevloeit: roekeloos, alsof het niet óp kan, als de zon en droogte haar niet temmen. Ik hoop haar zoo nog eens terug te vinden, in volle furie, ook al weet ik niet meer waar het was en staat het op geen Michelin-kaart vermeld. Omdat het driftige woord zich zoo vleiend laat uitspreken en in herinnering aan de men schen daarginds, die in het bestel der dingen aan alles een eigen karakter gunnen: aan den wind, aan een onwillige koe en ook aan het water; heb ik heimelijk het kleine stroompje hier „La Furieuse" willen noemen. Wat natuur lijk niet ging! Want niets is zoo bestendig en goed gehumeurd als het water, dat halverwege den breed uitgespreiden Oxfordshire-heuvel plotseling uit den grond te voorschijn komt. Tusschen gras als elk ander gras, altijd op dezelfde plaats en altijd gelijkmatig, winter en zomer, jaar in jaar uit. Het zoekt zich ijlings de laagste plekken uit, kronkelt en kronkelt, haas tig aan "de schuur voorbij, waar het over een ouden eikenstam naar beneden valt en dan re gelrecht en onopgemerkt naar het dorp toe, waar het eens tevreden langs de hoofdstraat vloeide, een levend klein ding, in kalme bewe ging. Nu nog hangt er aan het begin van het dorp een bord met nog leesbare letters, dat een ieder verbiedt dat water te verontreinigenl. Maar het water is niet meer; is niet meer in de hoofdstraat. In de twintigste eeuw had het Engelsche dorp geen geduld meer voor het- geduldigste water. Het wilde vooral niet achter blijven. Er moest asphalt komen in plaats van de ruwbe- steende straat en daarbij was voor water, waar kinderen papieren bootjes laten varen, geen plaats meer. Een pijpleiding voert het nu on gezien tot buiten het dorp. waar het weer aan zichzelf wordt overgelaten. Men had natuurlijk ook van den nood een deugd kunnen maken niet ieder dorp is fortuinlijk genoeg om over helder stroomend koel water te kunnen be schikken en een paar vijvers voor forellen kunnen maken. Zooals in een ander Fransch dorp, waar alleen de dorpelingen mogen vis- schen en één vijver bewaard wordt voor het plezier van de forellen alleen, die er vet en heel wijs worden en zich van uit het raam laten voe ren. Dat was misschien nog wel gemakkelijker geweest dan pijpleidingen. Maar er zijn maar weinig dorpen waar wijsheid niet meer ge spaard wordt dan moeite en in het dorp hier is zeker geen moeite te veei. Het stroompje draagt de onvriendelijke be handeling zonder verzet. Het blijft bekoren waar het mag: een trouw glinsterend water, be stemd voor een ander en niet minder schoon be staan dan La Furieuse. Of maakt het toch nog aanspraak op dien naam? Eens heeft het zich namelijk tegen de saaie pijpleiding verzet. Miss Radford, die met Mrs. lies het postkantoor heeft beheerd, heeft er me over verteld. Niet zoozeer om den roem van dat kleine water te bezingen als om te be wijzen, hoeveel beter het rioleerlngssysteem nu is dan in die dagen. In 1910 moet het zoo on geveer zijn geweest. Tijdens een zware onweers bui, op zichzelf al genoeg om het water over den drempel van het laaggelegen postkantoor te drijven, brak het stroompje plotseling over den duiker heen, daar waar het gedwee in de leiding had moeten verdwijnen en stoof brui send de dorpsstraat in. Zoo snel kwam het aan zetten, dat Mrs. Hes nog maar net tijd had om de geldkist onder één arm te nemen en haar rokken onder de andere en een hooger punt op te zoeken. Zoo hoog rees het water, dat een buurvrouw uit de eerste verdieping moest wor den ontzet, omdat het ook daar niet meer vei lig was. Onbeschrijflijke tafreelen ontrolden zich: Miss Radford moest in de armen van een postbode het huis uit worden gedragen en mid den in het water dreigde hij, haar te laten val len als ze hem niet steviger vasthield. Oogen- blikken van frivoliteit, die Miss Radford won derbaarlijk goed te boven is gekomen. Stoe len, leege flesschen, allerlei huisraad begon rond te drijven en toen het water tenslotte kal meerde zag de dorpsstraat er uit ,.als het strand bij laag water". Miss Radford heeft blijkbaar geen lieflijke herinneringen aan het Engelsche strand. Meer nog dan de overweldi gende watermassa is haar de toestand in het postkantoor, na afloop van het avontuur, bijgebleven: hoe het- water er bij emmers uit moest worden gedragen en alles met een nare modderige viezigheid was bedekt. Want alles wat loodgieters in dat vooruitstrevende dorp tot stand hadden gebracht, was blijkbaar in dien korten tijd vernield. „You see", zegt Miss Rad ford met afgrijzen", alles, ik bedoel alles werd eenvoudig opgespoeld". Het is lang geleden na tuurlijk, negentien-tien, zooiets ongepast komt nu niet meer voor. Technici hebben dat alles keurig in orde gemaakt zoodat nu ook bij den ergsten wolkbreuk het stroompje netjes in de pijpleiding verdwijnt. Ik kan niet helpen me af te vragen of van daag de postbode dat tanige, magere, opgewekte menschje even schalks door het water zou heb ben gedragen en Miss Radford moet ook aan zulke dingen hebben gedacht, want zij begint over den ouden tijd te spreken en die was, on danks de overstroomingen, niet slecht te noe men en over den tijd nog verder terug, toen zij een ondeugend klein ding was, dat met losse handen per fiets de steilste heuvels afreed.... Vr. S. Handelsbesprekingen met Engeland Nederlandsche delegatie naar Londen teruggekeerd. Naar Reuter uit Londen meldt, is de Nederland sche handelsdelegatie, die in het Vereenigd Ko ninkrijk onderhandelingen heeft gevoerd en onlangs een bezoek heeft gebracht aan de Nederlandsche handelsdelegatie in Frankrijk, thans te Londen te ruggekeerd. Verwacht wordt, dat zij daar zal blij ven hangende het resultaat der besprekingen tus schen Londen en Parijs over vraagstukken, welke verband houden met den Nederlandschen handel met de geageerde

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 5