Russen aan het Petsamo-front
drie kilometer teruggetrokken
Duitsche onderzeeër
vernietigd?
Krijgsgevangenen in Engeland
Belangrijke arbeid van het
Internationale Roode Kruis
DINSDAG 5 MAART 1940
HAARLEM'S DAGBLAD
3
HET FINSCHE LEGERBERICHT:
Sovjet legerbericht meldt vorderingen op de
Karelische Landengte.
Het Finsche legerbericht van Maandag heeft denf
volgenden inhoud:
„Te land: De vijand heeft Zondag gepoogd het ijs
van de Baai van Viborg over te steken, doch deze
poging werd verijdeld. Tusschen de Baai van Viborg
en de Vuoksi werden een aantal aanvallen afgesla
gen, evenals aanvallen in de riching van Ayrapaa.
Op het oostelijk deel van de landengte levendig
artillerievuur aan beide zijden, vooral bij de
Taipale.
Ten noordoosten van het Ladogameer werden
aanvallen van de Russen in de richting van Pitka-
ranta afgeslagen. Bij Kollanjoltille duurde de strijd
den geheelen dag, de vijand verloor 1200 man. In
de richting van Kuhmo hebben de Finnen een
steunpunt van de Russen veroverd. Bij Petsamo
heeft de vijand zich uit Nautsi ongeveer 3 K.M. in
noordelijke richting teruggetrokken.
In de lucht: Gedurende den dag heeft de Fin
sche luchtmacht de verkennings- en bombarde-
jnentsvluchten vooral boven de landengte van Ka-
relië voortgezet, Sovjet Russsiche colonnes en con
centraties werden gebombardeerd. De activiteit van
de Sovjet Russische luchtmacht concentreerde zich
boven de Landengte van Karelië en ten noord
oosten van het Ladogameer. Kouras en Patkaselka
werden gebombardeerd, evenals Wilmanstrand,
waar verscheidene gebouwen werden vernield.
In het binnenland was de activiteit van de Rus
sische luchtmacht het meest levendig boven de val
lei van de Kymene, waar Kotka, Myllykoski, Kau-
sala en Inkeroinen werden gebombardeerd. Tot nu
toe is geen melding gemaakt van slachtoffers.
Volgens bevestigde mededeelingen zijn vier
Sovjet Russische vliegtuigen omlaag geschoten, ter
wijl vermoedelijk nog twee zijn vernield. Verder
heeft men het wrak gevonden van een toestel,
waarvan het vermoedelijke verlies op 29 Februari
was gemeld."
Het Maandag uitgegeven Sovjet legerbericht
luidt: „Op 4 Maart bezetten de Sovjettroepen op de
Karelische landengte in het gebied van de Baai van
Viipuri (Viborg) het eiland Uuraansaari met de
ttad en het fort Trongsund (Uuraa) en het eiland
Tejkarinsaari, benevens de steden Hejnlathi, Vila-
joki en Muhulahti op de westkust van de Baai van
Viipuri.
In het fort van Trongsund maakten de Sovjet
troepen drie batterijen marinegeschut voor den
langen afstand buit en een groot aantal machinege
weren, munitie en patronen.
In de overige sectoren van het front heeft zich
niets van belang voorgedaan.
De Sovjetluchtmacht bombardeerde vijandelijke
troepen en militaire doelen. Er verschenen geen
vijandelijke vliegtuigen."
Sterfte onder geëvacueerde kinderen.
Blijkens een rapport, opgesteld voor het Hoover-
fondscomité, is 46 procent der kinderen, die van het
uiterste oostelijke front in Finland zijn terugge
trokken, lijdende aan mazelen, bronchitis of long
ontsteking, terwijl 755 kinderen, d.w.z. 11 procent,
gestorven zijn. Er wordt op gewezen, dat dit percen-
age hooger is dan dat der sterfte onder de soldaten,
die deze geëvacueerde gebieden aan het front ver
dedigen. Het Hoover-comité heeft plannen opge
steld voor de onmiddellijke beschikbaarstelling van
zes ambulances en geneesmiddelen teneinde het lot
dezer kinderen te verzachten.
Door Engelsch vliegtuig
aangevallen.
Naar officieel uit Londen wordt medege
deeld, is waarschijnlijk een Duitsche duikboot
tot zinken gebracht.
De U-boot werd op een Duitsche reede door
:een Britsch vliegtuig aangevallen. Het toestel
i liet vier bommen vallen, waarvan er een de
duikboot tusschen den commandotoren en den
achtersteven trof.
Na den aanval werd gezien, dat de duikboot
gehuld was in een grauwzwarte rookwolk. Al-
leen het bovendeel van den commandotoren
stak nog boven water uit.
Engeland verloor twee schepen in de
afgeloopen week.
Duitschland vier.
De Britsche Admiraliteit heeft een commu
niqué uitgegeven, waarin verklaard wordt dat de
week, die op 3 Maart is geëindigd een bijzondere
week is geweest voor de Britsche vloot en haar
optreden ten aanzien der koopvaardij. De
eenige Engelsche schepen, die tot zinken ge
bracht werden in die week waren de „Albano".
groot 1176 ton, en de „Cato", groot 710 ton, zoo
dat het totale Engélsche verlies slechts 1886 ton
bedroeg.
Aan den anderen kant brachten vier Duit
sche schepen zich zelf tot zinken in diezelfde
week om te ontkomen aan buitgemaakt te wor
den. Het waren de „Wolfburg", 6201 ton, de
„Heidelberg" 6330 ton, de „Troja" 2390 ton en
de „Arucas", 3869 ton, in totaal 18490 ton.
De „Arucas", die een waardevolle lading kwik
aan boord had. was het laatste van de zes Duit
sche schepen, die twee weken geleden uit Vigo
waren vertrokken. Van die zes schepen zijn drie
buitgemaakt door de Engelsche en de Fransche
vloten, een bracht zichzelf tot zinken, een
strandde in het noordelijke deel van den Noor-
schen territorialen corridor en slechts één slaagde
er in naar Duitschland te komen.
De vorige week verloor de Britsche vloot van
haar enorme totaal aan zeevarende schepen
nauwelijks een tiende deel van het verlies, dat
toegebracht werd aan de paar Duitsche schepen,
die in dezelfde periode het waagden de zeeën te
bevaren.
Van de in totaal 10782 Britsche geallieerde
en neutrale schepen, die veilig naar hun be
stemming werden geëscorteerd in de laatste
zes maanden, zijn slechts 25 schepen verloren
gegaan. Van de 1075 geconvoyeerde neutrale
schepen gingen er slechts twee verloren.
De gemiddelde kansen zijn 430 tegen 1. dat
een geconvoyeerd Engelsch schip tot zinken
wordt gebracht en 537 '2 tegen 1 dat aan een
neutraal schip iets overkomt.
Amerikaansch expeditieleger naar
Finland?
Kapitein Albert Sternberg, leider der Finsche
oudstrijders in de Vereenigde Staten, heeft vol
gens Reuter medegedeeld dat hij voornemens is
een Amerikaansch expeditieleger voor Finland,
ter sterkte van 3000 man, op te richten.
Volgens mededeeling van het Canadeesche
parlementslid Fraser zullen binnenkort 950 vrij
willigers naar Finland vertrekken.
De regeering van Zuid-Afrika heeft in ant
woord op de oproeping van den Volkenbond be-
besloten 50.000 pond sterling ter beschikking
te stellen van Finland voor den aankoop van
goederen.
Wrak van Schotschen trawler
aangespoeld.
Negen man bevond zich aan boord.
Aan de Schotsche kust is het wrak aange
spoeld van den trawler „Ben Attow" uit Dun
dee. Men was van meening dai het vaartuig na
een ontploffing aan boord met alle negen opva
renden was gezonken.
Otto van Habsburg in de
Ver. Staten.
De aartshertog verwacht na den oorlog een
Statenfedcratie in Europa.
De Oostenrijksche troonpretendent. Otto von
Habsburg, is te Baltimore aangekomen uit
Europa in gezelschap van zijn broer Felix, met
het doel een bezoek te brengen aan de Vereeng-
de Staten om de Amerikaansche democratie te
bestudeeren als model voor een Europeesche Sta-
tenfederatie, die naar hij zeide
automatisch zal komen".
Hij zeide te droomen van „De Vereenigde Sta
ten van het Donaubekken" welke Bohemen, Mo-
ravië, Slowakije. Joego-Slavië. Oostenrijk en
andere kleine naties of minderheden zouden
groepeeren.
De aartshertog verklaarde voorts: „Er is geen
sprake van dat de Duitschers den oorlog zullen
winnen de moreele factor alleen reeds maakt
een overwinning der geallieerden zeker".
Otto van Habsburg heeft den overtocht per
clipper gemaakt.
Duifsch leedwezen te Brussel
betuigd.
Ambassadeur bij minister Spaak
naar aanleiding van het incident.
Toezegging inzake eventueele
verzoeken om schadevergoeding.
In een officieel te Brussel gepubliceerd com
muniqué wordt verklaard: ,,De ambassadeur van
Duitschland heeft Maandagochtend een bezoek
gebracht aan minister Spaak. De Duitsche re
geering geeft van het incident van Zaterdag de
volgende lezing: Een Duitsch vliegtuig was uit
Frankrijk teruggekeerd,, waar het een zeker
aantal Engelsche jachtvliegtuigen slag had ge
leverd. De bestuurder gaf er zich geen reken
schap van dat hij boven België vloog (St. Hu-
bert ligt op ongeveer zes minuten vliegens van
de grens). Toen hij een patrouille van drie vlieg
tuigen van Engelsch type opmerkte, meende hij
te doen te hebben met vijanden en' bond hij
den strijd aan.
De rijksregeering betuigt de Belgische
regeering wegens dit incident haar oprecht
leedwezen en geeft de verzekering dat aan
de bestaande instructies waarbij het vlie
gen boven neutraal gebied verboden is, met
kracht zal worden herinnerd. De rijksregee
ring is bereid ieder verzoek om schadever
goeding, dat haar vanwege de Belgische
regeering zal worden gedaan onverwijld te
onderzoeken en te regelen".
„Vredesvoorwaarden" van de
Duitsche regeering.
Lord Tavistock had geen enkele machtiging
van de Britsche regeering.
i i MM
Tal van vragen over z.g. vredesvoorwaarden,
welke Lord Tavistock van de Duitsche legatie in
Ierland beweerd te hebben ontvangen. zijn,
naar Reuter meldt, gisteren in het Lagerhuis ge
steld.
De onderstaatssecretaris van buitenlandsche
zaken, Butler, heeft verklaard: „Aan Tavistock
zijn geen speciale faciliteiten verleend voor een
bezoek aan Dublin. Bij zijn terugkeer heeft hij
zekere voorstellen gepubliceerd, waaromtrent
beweerd werd dat zij de voorwaarden vormden,
waarop de Duitsche regeering vrede wilde slui
ten.
Deze voorstellen waren tevoren door Tavistock
aan den minister van buitenlandsche zaken Lord
Halifax medegedeeld. Afgezien van hetgeen de
gunstige of ongunstige zijden van deze voorstellen
„na den oorlog zouden kunnen zijn, was er geen bewijs dat zij van
de Duitsche regeering afkomstig waren of als
authentiek zouden kunnen worden beschouwd. Ik
merk op dat de Duitsche regeering en de Duitsche
legatie te Dublin deze voorstellen officieel heb
ben gedesavoueerd".
Strauss en Davidson (Labour) gaven beide uit
drukking aan hun verbazing over het feit dat
een particulier persoon zich voor een dergelijk
doel naar een Duitsch legatie kon begeven, doch
Butler antwoordde hierop slechts: „In deze aan
gelegenheid is Lord Tavistock in geen enkel op
zicht opgetreden namens de regeering".
OVERZICHT VAN DE FINSCHE FRONTEN TOT
OP HEDEN.
Deze kaart geeft een duidelijk beeld van de
acht Russische aanvalsfronten in Finland.
Petsamo-front: Door de overmacht der Rus
sische troepen moesten de Finnen dit gebied
in het liooge Noorden, langs de Noorsche grens
prijsgeven.
Eenige dagen geleden hebben de Finnen om
strategische redenen Nautsi opgegeven; vóór
dien tijd hadden zij echter nog kans gezien
pl.m. 200.000 rendieren naar Zweden te eva-
cueeren. Thans zijn de Russen aan het Pet-
samofront weer 3 kilometer teruggetrokken en
hebben zij Nautsi wer verlaten.
Salla-front: Hier is de druk der Russen zeer
gering. Op 18 December 1939 en 5 Januari j.l.
zijn ten noorden van Salla twee groote veldslagen
geleverd, waarbij den Russen zware verliezen
werden toegebracht.
De Finnen wisten Salla te heroveren en hun
front tot Kuusamo te consolideeren.
Het Suomussalmi-front: Op 30 December
werd ten noorden van Suomussalmi de 163e Rus
sische divisie omsingeld en*vernietigd; bij Raate
led op 10 Januari de 19e Russische divisie een
ernstige nederlaag.
Het front is hier thans in rust.
Het Kuhmo-front: Hier doen de Russen ern
stige pogingen dor te breken om Kajaani te be-.
reiken teneinde zoodoende het Finsche leger in
tweeën te splitsen; tot op heden houden de Fin
nen hier dapper stand.
Het Lieksa-front: Sinds de Russen bij Nur-
mes en ten noorden van Lieksa eenige maanden
geleden teruggeworpen zijn, is op dit front geen
actie van beteekenis geweest.
Het Pitkaranta-front. De aanvallen, die
de Russen ten noord-oosten van het Ladoga
meer ondernamen, stonden in nauw verband
met die van de Karelische Landengte. Beide
legers trachtten contact te krijgen door een om
trekkende beweging rondom het Ladogameer,
bijna was het gelukt bij Kitela door te breken
De Finnen wisten echter bij Syskyjarvi een
wig in het Russische front te drijven. De 164e
divisie werd omsingeld en later, op 3 Maart
leed de 18e divisie eveneens een ernstige neder
laag.
Veel oorlogsbuit viel den Finnen in handen.
Het Karelische front: Het voornaamste Fin
sche front, waar de Mannerheimlinie gelegen is.
De frontlijn, die op het kaartje is aange
geven, loopt van Taipale, langs de Suvanto en
verder langs den spoorweg van Valkjarvi, tot
ten noord-oosten van de stad Vipuri (Viborg)
Op de kaart vindt men verder de steden, die
het meest gebombardeerd werden door de Rus
sische luchtmacht, alsmede het gebied waar de
Russische parachutisten neerkomen.
Onze Londensche correspondent schrijft:
ENGELAND herbergt op het oogenblik
de meeste krijgsgevangenen van den
Britsch-Fransch-Duitschen oorlog. Het
zou misschien anders zijn geweest als
de Altmark behouden in een Duitsche haven
had kunnen aankomen. In dit stadium van den
krijg telt men het aantal krijgsgevangenen nog
in honderden. Het aantal hier groeit met kleine
toevoegingen, hoogstens tien man tegelijk. Het
zijn allemaal bemanningen van duikbooten en
vliegtuigen die veelal hun leven aan hun vijan
den te danken hebben.
Men hoort hier verklaren dat de Duitschers,
die in handen vallen van de Britten, de wreed
ste en onmenschelijkste behandeling vreezen.
Hun superieuren zouden hun dit hebben ver
zekerd, klaarblijkelijk om hen te bewegen tot
den dood toe weerstand te blijven bieden. Zij
krijgen, terstond als zij in Britsche handen val
len, een ander begrip van de Britsche krijgsop-
vattingen en het effect op hun gemoed is vaak
zoo hevig, dat zij in tranen uitbarsten. Het zijn
tranen van dankbaarheid en verlichting.
De meer dan 300 Britten aan boord van de
„Altmark", dat men hier het helsche schip heeft
gedoopt, heeten onmenschelijk te zijn behan
deld door den kapitein en de bemanning. Mis
schien kan dat worden verklaard uit de ver
keerde voorstellingen, die van Duitsche kant
van de behandeling van Duitsche krijgsgevan
genen in Engeland worden gegeven. Als dat zoo
zou zijn dan zou de slechte behandeling van de
gevangengenomen Britsche zeelieden op dat
Duitsche schip de toepassing zijn geweest van
het beginsel „oog om oog, tand om tand".
De mist en de verwarring van den oorlog maken
dat men vaak alleen in veronderstellingen kan
spreken. Er zijn bewijzen genoeg dat de Britsche
krijgsgevangenen in Duitsche kampen even
goed behandeld worden als de Duitsche in Brit
sche. Misschien weet het Duitsche volk en
weten de mannen in de verschillende wapens der
Duitsche strijdmacht dit niet. Wisten zij het wel
dan zouden zij nauwelijks geloof kunnen hech
ten aan het beeld van pijn en ontbering, dat hun
in de schildering van het leven der Duitsche ge
vangenen in Engeland voor oogen wordt gesteld.
De Duitschers, die door Engelsche vaartuigen
uit de zee opgepikt zijn, voelen zich al heel
gauw op hun gemak gesteld. Hun aankomst in
Britsche havens maakt uiteraard de nieuws
gierigheid van de bewoners daar gaande. En als
de gevangenen onder hun geleide door de straten
naar den trein gaan roepen de toekijkende
menschen hun vragend toe: „Ben je niet blij
dat de oorlog voor jullie voorbij is?". Veel klinkt
het antwoord: „Ja", en soms sterker „en of".
De bemanningen van de duikbooten en de vlieg
tuigen weten dan al dat het gruwelijk lot,
waaraan zij aanvankelijk hadden leeren ge-
looven, hun niet beschoren zal worden.
De meeste Duitsche krijgsgevangenen hier zijn
ondergebracht ergens in een kamp in Schotland.
Het was aanvankelijk een fabrieksterrein; en
het groote fabrieksgebouw is ingericht voor logies
met slaapkamers, eet- en ontspanningszalen.
Een groot deel van den grond in den omtrek
is voetbalveld of ander sportterrein geworden.
Taak van het Roode Kruis.
OEZE Duitschers „voor wie de oorlog voorbij
is" mogen briefwisseling onderhouden met
hun naaste familieleden. Zij schrijven hun brie
ven op sneeuwwit en glanzend papier dat een
bijzondere behandeling heeft ondergaan, welke
een censor in staat stelt terstond waar te nemen
of het met onzichtbaren inkt beschreven is.
Hun families weten dus waar zij zich bevin
den en hoe zij het maken. Het Internationale
Roode Kruis controleert in elk oorlogvoerend
land de behandeling der krijgsgevangenen en de
omstandigheden waarover zij leven. Het Roode
Kruis zorgt ook het eerst voor voorlichting aan
familieleden. In het hoofdkwartier van deze in
stelling, in Genève, worden alle inlichtingen
verzameld over de dooden, gewonden, vermisten,
gevangenen, geïnterneerden en vluchtelingen
der landen in oorlog. Uit de gegevens kan bijv.
een door den oorlog uiteengeslagen gezin
met heel wat gezinnen in Polen is dat o.a. ge
beurd op papier weer bijeen worden gebracht
en de leden hooren vroeg of laat van elkaar en
vernemen waar elk hunner zich bevindt of wat
er van elk hunner geworden is
O" ET Roode Kruis heeft voor dit werk zijn
afdeelingen en afgevaardigden in alle oor
logvoerende landen. In Engeland is de arbeid
van het Roode Kruis geconcentreerd in het
bureau van den Lord Chamberlain, dat is de
zelfde functionaris, die censuur uitoefent op het
tooneel van Engeland, die censuur uitoefent op 't
gelijksoortig werk in zijn taak vereenigt. Een
bureau in Piccadilly, waarin uitsluitend gegevens
over krijgsgevangenen worden verzameld, staat
hem ten dienste. De Lord Chamberlain hier, of
zijn vertegenwoordiger, bezoekt de krijgsgevan
genen- en interneeringskampen om na te gaan
of de bewoners worden behandeld overeenkom
stig de duidelijk omschreven normen van de
Conventie van 1929, die in dezen oorlog voor het
eerst moet worden toegepast
Die Conventie is een document van grooten
omvang en bevat niet minder dan 97 artikelen.
Een van deze artikelen bepaalt dat een krijgs
gevangene, die zich tegen de tucht heeft ver
grepen, geen zwaardere straf mag krijgen dan
gevangenschap. Uit deze bepaling blijkt wel dat
iemand, die krijgsgevangen is. feitelijk niet in
gevangenschap verkeert, anders zou gevangen
schap geen straf kunnen zijn in zijn geval. Hij
geniet bijna evenveel vrijheid als een vrij bur
ger en zeker even veel als een soldaat in dienst.
Het eenige wat hij niet mag doen afge
scheiden van de dingen, die niemand mag doen
is ontvluchten. Eenige zeer jonge Duitsche
krijgsgevangenen hebben dat hier wel eens be
proefd. De eenige drijfveer zal wel zijn geweest
het verlangen wat meer te zien van het land
dat de oorlogsfortuin tijdelijk hun woonoord
had gemaakt, dan wat hun kamp te zien kon
geven.
De Conventie bepaalt ook dat krijgsgevange
nen de soldij of het traktement ontvangen ver
bonden aan hun rang. Engeland betaalt dus een
duikboot-kapitein het zelfde geld, dat Duitsch
land hem voor zijn diensten betaalde. Duitsch
land moet het terugbetalen wanneer de oorlog
voorbij is. Enkele Duitsche officieren waren plat
zak toen zij gevangen genomen werden en kreij
gen geld ter leen van Britsche officieren op de
belofte, dat zij het terug zouden geven op den
betalingsdag. Brieven en pakketten van krijgsge
vangenen worden portvrij verzonden en invoer-
of uitvoerrechten behoeven er niet voor te wor
den betaald. De Conventie verlangt dat aan de
gevangengenomen krijgers zooveel mogelijk
gelegenheid voor lichamelijke en verstandelijke
ontwikkeling zal worden gegeven evenals voor
nuttige en prettige ontspanning. Daarom zijn er
sportvelden om het fabrieksgebouw ergens in
Schotland en daarom zijn er boeken en piano's
in de zitkamers.
Een aanzienlijk deel van de Duitsche krijgs
gevangenen in Engeland houdt zich bezig met
de studie of de verhooging van hun kennis van
de Engelsche taal. De kleeding laat wat te wen-
schen over. De uniformen der meeste krijgsge
vangenen hier zijn verloren gegaan of bedor
ven gedurende het treffen dat tot hun gevangen
neming leidde. Zij dragen tweedehansch kleeren,
waarin zij er niet bijzonder netjes uitzien. De
Lord Chamberlain heeft dezer dagen over Genève
aan de Duitsche autoriteiten verzocht nieuwe
uniformen voor deze menschen te sturen. Het
is hier bekend geworden dat Duitschland de
Conventie even nauwgezet inachtneemt als
Groot-Brittannië.
A. K. VAN R.
Nederlandsch schip redt Finsche
schipbreukelingen.
36 opvarenden van de „Wilja" in veiligheid.
Havas verneemt uit New York dat 36 opva
renden van het Finsche s.s. „Wilja", dat getor
pedeerd was op drie uur afstand van de Engel
sche kust in New York zijn aangekomen aan
boord van het Nederlandsche s.s. „Maasdam",
dat de schipbreukelingen had opgepikt.
PROGRAMMA
WOENSDAG 6 MAART 1940.
HILVERSUM 1875 en 414.4 M.
VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. en
7.30—8.00 VPRO.
8.00 Berichten ANP. 8.10 Orgelspel. 8.45
Gramofoonmuziek. 9.30 Keukenpraatje. 10.00
Morgenwijding. 10.20 Voor de arbeiders in de
Continubedrijven. 11.30 Voor de vrouwen. 12.00
Gramofoonmuziek. 12.45 Berichten A. N. P.,
gramofoonmuziek. 1.001.45 VARA-orkest. 2.00
Causerie „Naadverbindingen". 2.30 VARA-or
kest. 3.15 Voor de kinderen. 5.30 Gramofoon
muziek. 6.00 Orgelspel; 6.30 Causerie „De
boekenweek' 6.50 Pianoduetten. 7.00 VARA-
Kalender 7.05 Felicitaties. 7.10 Causerie „Or
dening van het bedrijfsleven". 7.30 Bijbelvertel-
lingen 8.00 Herh. SOS-berichten. 8.03 Ber. A.
N. P.. 8.15 Uitz. voor het Joodsch Nat. Fonds;
8.25 Rosian-orkest. 9.10 Radiotooneel. 9.30 Zang
en piano. 9.55 VARA-Varia. 10.00 Causerie
„Schuldig of onschuldig?" 10.10 Fragmenten
uit de operette „Rose Marie". 10 40 Medische
vraagbaak. 11.00 Berichten A. N. P., 11.10 De
Ramblers. 11.4512.00 Orgelspel.
HILVERSUM II, 301,5 M.
NCRV-Uitzending 6.307.00 Onderwijsfonds
voor de Scheepvaart.
8.00 Berichten A.N.P., 8.05 Schriftlezing en
meditatie. 8.20 Gramofoonmuziek. (9.309.45
Gelukwenschen). 10.30 Morgendienst. 11.00
Gramofoonmuziek. 11.15 Viool, piano en gra
mofoonmuziek. 11.15 Viool, plano en gramo
foonmuziek. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoon
muziek. (Om 12,30 Berichten ANP), 12.45 Or
gelspel en gramofoonmuziek. 1.45 Consonan
ten. 2.30 Voor postzegelverzamelaars. 3.00
Consonanten en gramofoonmuziek. 4.00 Zang
piano en gramofoonmuziek. 4.404.55 Felici
taties. 5.00 Voor de jeugd, 5.45 Gramofoon
muziek. 6.30 Taalles en technisch onderricht.
7.00 Berichten. 7.15 Land en tuinbouw-uit-
zending. 7.35 Gramofoonmuziek. 8.00 Berich
ten ANP herhaling SOS-berichten. 8.1o Arn-
hemsche Orkestvereeniging. 8.55 Causerie over
de Wereldzendingsconferentic te Tambaran.
9.25 Vervolg concert. 10.10 Berichten ANP.,
actueel halfuur. 10.40 Gramofoonmuziek. Ca.
11.5012.00 Schriftlezing.
ENGELAND 391 cn 449 M.
11,20 Stedelijk orkest van Eastbourne. 11.50
BBC-Variété-orkest. 12.20 Berichten. 12.30
Dansmuziek. 12.50 Phil. Cardew en zijn orkest.
2.20 BBC-Harmonie-orkest. 2.50 Sim Cross
man en zijn orkest. 4.20 Viool en piano. 3.50
Gevarieerd programma. 4.20 Berichten
iWelsch). 4.25 Korte Kerkdienst 'Welsch).
4.40 Kinderuurtje. 5.20 Berichten. 5.35 Va
riété. 5.50 Actueele uitzending. 6.20 Mede
deelingen. 6.40 Radiotooneel met muziek. 7.20
BBC-Symphonie-orkest en solist. 8.20 Berich
ten. 8.40 Actueele causerie. 8.55 Liedjes. 9.10
Pianovoordracht, 9.20 Gevarieerd programma.
9.50 Schotsch concert. 10.20 Phil. Cardew. en
zijn orkest. 11.05 Declamatie. 11.20 Berich
ten.
RADIO-PARIS 1648 M.
11.10 Pianovoordracht. 11.20 Féllx Raugel-
koor en pianospel: 12.05 Cello-voordracht. 12.35
Zang. 1.05 en 1.30 Pianoduetten. 2.20 Viool en
piano. 2.50 Radio-tooneel. 3.50 Zang. 4.20
Chansons. 4.35 Piano, viool en cello. 5.35 Cello
en piano. 6.50 Radiotooneel. 8.05 „Phryné",
opera. 9.05 Koor .La Manécanterie des Petits
Chantexirs a la Croix de Bois". 9.35 Zang. 10.05
Gentil-kwartet en solist. 11.0511.20 Gramo-
foonplaten.
KEULEN. 456 M.
5.50 Omroeporkest. 7.40 Gramofoonmuziek.
9.309.50 Pianovoordracht. 10.50 Gramofoon
muziek. 11.20 Concert. 12.25 Bont programma.
I.15 Muzikaal tusschenspel. 1.35 Populair con
cert. 3.45 Muzikaal tusschenspel. 3.20 Voor sol
daten. 5.20 en 7.05 Gramofoonmuziek. 7.35 Ra
diotooneel. 8.45 Gramofoonmuziek. 9.50 tot
sluiting: Zie Deutschlandsender en Berlijn.
BRUSSEL 322 cn 484 M.
11.20 Gramofoonmziek. 11,50 en 12.30 Omroep-
dansorkest. 12.50—1.20 Gramofoonmuziek. 4.55
Brusselsch trio. 5.35 Zang (met toelichting).
6.20 Gramofoonmuziek 7.20 Voor soldaten. 7.50
Gramofoonmuziek. 8.25 Omroep-Symphonie-or-
kest en solist. 9.30 Omroep-symphonie-orkest.
9.5010.20 Gramofoonmuziek.
BRUSSEL 484 M.
11.20 Gramofoonmuziek. 11.50 en 12.30 Ger-
maine Ego's orkest. 12.501.20 Gramofoonmu
ziek. 4.35 Vereeniging voor blaasinstrumenten.
5.05 Gramofoonmuziek. 6.05 Vioolvoordracht.
7.20 Voor soldaten. 7.50 Omroepkoor, strijkorkest
en solisten (met toelichting). 8.25 Zie Brussel
322 M 9.50—10.20 Gramofoonmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
7.35 W. Libiszowski's orkest. 8.20 Radiotoo
neel. 9.20 Berichten. 9.50 Hans Busch'orkest.
10.20 Politiek overzicht. Hierna: Omroeporkest.
II.20 Berichten. Hierna tot 12.20 Nachtconcerfc
12.50—1.20 Militair programma.