Mimsckouw ■■■a Hoe Walt Disney „Pinocchio" maakte. „Jteec hab&y dan weck". SCaveniacfU. 2)e vexCaieu zoon. Verbeter Uw Schrift 2a Za RAtIC Een oude man en een jong meisje. KLOPVEEGZUIGERS Litteraire K antteekeningen. ZATERDAG ï<5 MAART 1940 HAARLEM'S DAGBLAD De animators hebben het 'f moeilijkst. EEN groot deel van het geheim van Walt Disney's succes ligt in zijn kunst om in ieder van ons de kinderlijke natuur wakker te roepen. Zoo doet hij in zijn korte filmpjes, zoo deed hij in de eerste getee- kende hoofdfilm „Sneeuwwitje en de Zeven Dwergen" en zoo zal hij ook in „Pinocchio" de elementaire sentimenten van den toeschouwer doen herleven. Voor Disney ligt in dit opzicht nog een onafzienbaar terrein braak. Men komt tot de conclusie, dat de onderwerpen, die hij verfilmde, Walt Disney wel zeer dierbaar moeten zijn geweest, dat hij met die boeken moet zijn opgegroeid, dat ze hem ontroerd en verblijd moeten hebben omdat hij de fundamenteele emo ties, die zij oproepen, zoo duidelijk blijkt te ver staan. Een verkeerde conclusie! Hij had ze nog nooit gelezen! Hij had zelfs nog nooit van „Pinocchio" gehoord tot kort voor hij besloot er een groote tee kenfilm van te maken. En toen hij het boek las zag hij meteen, dat het de universeele beginselen bezat, die hij in ieder van zijn films tracht waar te maken. Disney schrijft zijn ideeën nooit op. Er is noch een scenario ook geen conceptie er van noch een draaiboek om mee te beginnen. Hij zegt bij voorbeeld eenvoudig: „Laten wij Pinocchio maken". En dit zet zijn beste teekenaars aan het lezen van het boek, het maken van duizenden schetsen, ideeën voor het uitwerken van bepaalde onderdeelen, en vooral het trachten om uit elk karakter een figuur te creëeren, die straks op het witte doek zal leven. De 15 menschen in de af deeling, waar men zich belast met het -nasnuffelen van gegevens, verdiepen zich in 'n 12000 boeken groote bibliotheek om duis tere punten aan het licht te brengen, om afbeel dingen van walvisschen en marionetten en krekels te vinden. Let wel, men werkt zonder scenario. Dan komt een algemeene conferentie. Disney be kijkt de schetsen (hij maakt er zelf geen), kiest de conceptie van Pinocchio van dezen artist en de visie van dien teekenaar op den koetsier of Geppetto, den houtsnijder, maakt ondertusschen kleine veran deringen en oppert voorstellen. De figuren beginnen te leven. Vervolgens gaat de modelleer-afdeeling aan den slag, boetseerders en houtsnijders beginnen model len van hout en van klei te vervaardigen naar de geteekende ontwerpen. Deze modellen worden ge kleurd en nu beginnen de figuren gestalte te krij gen. Nog is er geen scenario. Dan komen de „animators" en hun werk is waar schijnlijk het moeilijkst en in ieder geval het meest tijdroovend. Want zij moeten de actie aan de ont worpen figuurtjes geven, niet al de fijne details, die bijvoorbeeld een wisselende gelaatsexpressie met zich meebrengt. Iedere figuur wordt door een aparten teekenaar uitgewerkt en deze wordt eigen lijk net als een tooneelacteur voor een bepaalde rol uitgekozen, wegens zijn geschiktheid voor het tee kenen van een bepaalde figuur. Hij bestudeert de origïneele ontwerpen en model len, maar evenals bij een acteur is het resultaat af hankelijk van zijn mimisch vermogen en meer in het bijzonder van zijn eigen gelaatsexpressies, die hem via een spiegel tot leiddraad dienen bij het teekenen van zijn sujet. Het moet grappig zijn deze teekenaars aan het werk te zien, terwijl ieder de figuur speelt, die hij teekent. Nog steeds geen scenario. Maar langzamerhand komt er teekening in het verhaal. De hoofdmomenten staan nu vast en de Robert Taylor. In „Slavenjacht" vinden wij Wallace Beery In een rol, die als het ware „op maat" voor hem is gemaakt. Daar in het onherbergzame berg land van het Zuidelijke Amerika, waar hij aan het hoofd staat van een diligence-onderneming het stuk speelt in de vorige eeuw daar is hij als een van die ruige figuren, die hij zoo prachtig weet weer te geven, voortreffelijk op zijn plaats. Wallace Beerv, hier captain Starkey geheeten, is echter niet alleen de leider van ge noemde maatschappij. Hij staat ook in zijdelings verband met een van de duisterste bedrijven van zijn tijd, den slavenhandel. Hij heeft om aan de concurrentie van den Luxor opkomst zijnden ..spoorweg het hoofd te bieden, contact ge zocht met de mannen van de onderwereld en verzorgt het vervoer van slaven. Echter moet tot zijn eer worden gezegd, dat hij in de veronderstelling verkeert dat on gelukkige kleurlingen naar het noorden worden vervoerd, waar zij. zooals veel geschiedde, door filantropische genootschappen worden vrijge kocht. Zoo is het echter niet: de negers worden onderweg verkocht voor slavernij en bij hun poging om te ontvluchten zonder pardon neer geschoten. daar zij anders door de justitie als „bewijsmatrïaal" tegen de slavenhandelaars kunnen worden gebruikt. Bij dit alles is de jonge Blake, eenmaal bezit ter van een groot landgoed, maar door finan- cieele slagen thans functionaris bij de spoorweg maatschappij. zijn groote tegenspeler. Captain Starkey en Blake zijn in voortdurend duel, waar bij nu eens de een. dan weer de ander succes boekt. Die tegenstellinfg vooral is het. die de groote spanning aan de film geeft. Wallace Bee ry en Robert Taylor als Blake zijn in die scènes prachtig op dreef en het is tenslotte een verade ming, wanneer zij eenmaal elkaar de broeder hand reiken. Men begrijpt dat ook de romantiek in deze spannende film niet ontbreekt. Daarvoor zijn er Florence Rice en Helen Broderick, die voor twee liefdeshistories zorgen, waarbij ook de hu mor op haar tijd niet ontbreekt. Journaals en een kluchtig filmpje van „Our pang" gaan aan den hoofdschotel vooraf. „animators" zijn bezig de tusschen-phasen in te vul len. Er zijn talrijke conferenties en dan, ineens, komt men tot de ontdekking dat het verhaal-in- beeld gereed is. Het heeft zichzelf „gebouwd". Nu komt de muziek, want er moet een nauwe sa menwerking tusschen den muzikalen leider en de „animators" zijn. Immers een onverwacht accoord. kan dikwijls een totaal ander stemmingsbeeld ge ven dan de teekenaar bedoelt. Dialoog en geluidseffecten volgen snel op het werk der „animators". Op dit punt beland zijn er legio lijnteekeningen zonder achtergronden, wat muziek ter illustratie, gedeelten van dialoog en verschillende geluidseffecten. Met deze elementen wordt de, wat men noemt, ruwe copie samengesteld, een film, die de actie in opeenvolgende scènes weer geeft, doch geen décors of afgewerkte teekeningen bevat. Iedereen in de studio komt de ruwe copie zien en den toeschouwer wordt gevraagd zijn of haar com mentaar op de film te geven, waarbij dikwijls waardevolle denkbeelden naar voren gebracht worden. Moeten er veranderingen gemaakt worden dan is hier nog de gelegenheid. De film is nu het onderwerp van een grondige en leerzame studie ge worden. Hier weet Disney ook of de film op het vereischte peil staat. Eventueel wordt alles goed gekeurd en worden de schetsen naar een andere afdeeling doorgegeven. Daar wordt het werk van den „animator1" in inkt overgetrokken op transpa rant celluloid en daarna met groote nauwkeurig heid en voorzichtigheid geverfd, want dit zijn de uiteindelijke teekeningen. Achtergronden worden op aparte celluloidvellen geteekend. Muziek en ge luidseffecten worden opgenomen en gecoördineerd. De camera, die tenslotte de film opneemt is de multiplane camera, een vernuftig instrument van Disney's eigen vinding. Door middel hiervan kun nen achtergrond en actie op drie verschillende be weegbare plannen gelijktijdig worden gefotogra- feert. Het resultaat is een diepte-effect, dat op geen andere wijze kan worden bereikt. Het laatste stadium van de productie der film is de combinatie van muziek, dialoog en geluidseffect met het bewegende beeld, zoodat alles op één film strook voorkomt en dan is „Pinocchio" klaar. Klinkt het niet eenvoudig? Wel, het heeft twee jaar ge duurd om „Pinocchio" te maken en er zijn buiten de voorloopige schetsen, achtergronden enz. 450,000 teekeningen voor noodig geweest. Maar iedereen, die er aan gewerkt heeft, heeft het leuk (evonden„meer een hobby dan werk", zegt Disney. FILMA Cinema James Cagney als: De programma's van Cinema Palace brengen ons nogal eens in'aanraking met misdaad en vergelding en ook deze week krijgen we weer volop ons deel. In The Oklahoma Kid gaan woeste paardenritten door onherbergzaam bergland, revolvergevechten, overvallen op goudzendingen en op een postkoets en al dergelijke avontuurlijke dingen in razende vaart aan ons voorbij. Er zit in deze film een tempo een bliksem trein. Jagen, jagen, jagen! De held van dit alles is James Cagney, die door zijn vader en zijn broer beschouwd wordt als de ver loren zoon. Hij kan zich nie,t in het gareel schik ken, heeft voor de wet minachting en erkent alleen het recht van zijn revolver. Zijn vader en zijn broer willen niets meer met hem te maken hebben en toch is hij ten slotte de man, die de bende, die de stad terroriseert onschadelijk maakt en den dood van zijn vader op afdoende wijze wreekt. Hij is de meest sportieve, meest onver schrokken en moedigste kerel, dien je je denken kunt. Met zijn linker hand schiet hij even feilloos als met zijn rechterhand. Elk schot is raak. Nu heeft hij wel het fabelachtige geluk, dat zijn tegenstanders, die in het schieten even bedreven zijn als hij, hem blijkbaar nooit kunnen raken. Achilles de beroemde held uit de Grieksche oudheid, was door zijn moeder, toen hij nog een baby was, in het water van de Styx ondergedompeld om hem onkwetsbaar te maken. Ze had hem bij zijn hieltje vastgehouden en dat was de eenige plek, waar hij kwetsbaar was, hetgeen later ook zijn dood werd. Misschien dat de moeder van the Oklahoma Kid dat verhaal kende en er haar voordeel mee gedaan heeft, waardoor hij heelemaal onkwetsbaar is geworden Hoe het zij, voor avontuurlijke geesten valt er heel veel te genieten. Het publiek wil nu eenmaal, dat het den-held door alles heen naar den vleeze gaat en dat hij aan het eind heelhuids en ongeschonden uit den strijd komt. Er wordt fantastisch goed paard gereden en er wordt over de geheele linie met overtuiging en toewijding gespeeld. Een film waar èn publiek èn spelers plezier in hebben. De tweede hoofdfilm „Bedekte Oogen" geeft de geschiedenis van een jongen beeldhouwer „Richard Dix" die om eenige brieven waarmede een bende bij zijn zuster chantage wil plegen, machtig te wor den uit Parijs naar New-York vertrekt. Hij weet, dat ze met een zending, waar ze bij toeval in terecht zijn gekomen, naar een museum in New- York zijn meegegaan. Om in het museum onge hinderd zijn nasporingen te kunnen doen, simu leert hij blindheid. Hij verkrijgt toestemming om het museum te werken (hij geeft voor pas sinds kort blind te zijn geworden en zijn kunst te willen blijven beoefenen)zijn hond vergezelt hem steeds. Die hond. Age, een prachtbeest! Hij bereikt zijn doel, en de manier hoe, moet u zelf gaan zien. Een extra vermelding verdient het bijzonder aardige teekenfilmpje. ZONDAG OCHTENDVOORSTELLINGEN. Zondagochtenr zijn in Haarlem de volgende filmvoorstellingen Luxor: „Orkaan" met Dorothy Lamour en John Hall. Cinema Palace: Sneeuwwitje. Rembrandt: „Het Kruger nationaal Wildpark". Een spionnagegeschiedenis. In het Moviac-theater wordt een spionnage- film vertoond. „Ik was een spion", waarin we Conrad Veidt zien als een commandant van het Duifcsche bezettingsleger in België. De film is zeer spannend. Woensdag, Zaterdag en Zon dagmiddag worden speciale voorstellingen voor kinderen gegeven van de film „Dik Trom". H.H. MIDDENSTANDERS HET STaaT BETERKwitanties, nota's, be stellingen.. Uw boekhouding, Uw prijsopgaven., welk een ONAANGENAMEN INDRUK maakt het op Uw cliënten, wanneer dit alles lomp en onregelmatig is geschreven. Dag- en Avondlessen. - Privé- en Clublesscn. INST. REIBER—NAN, Anno 1899 - KL. HOUTWEG 8 - Telef. 17655 (Adv. Ingez. Med.) Claudeffe Colbert als PROGRAMMA Het is niet alles goud wat er blinkt in de wereld! Dat ondervindt ook Zaza (Claudette Colbert), het actricetje in de film van dien naam vervaardigd naar een bekend tooneelstuk. Zij treedt op in het theater Alcazar" te St. Méry. Als kind moest zij al haar brood verdienen met straatliedjes zingen. En daar in St. Méry ontmoet ze Bernard Dufresne, de rijke Parijzenaar (ge speeld door Herbert Marshall), die haar groote liefde wordt. Dufrense voelt ook voor haar en zij beleven samen een korten tijd van geluk. Door toedoen van Cascart (die met Zaza op treedt) -komt ze tot de ontdekking dat Dufresne getrouwd is. Maar ze kan dit niet gelooven en gaat zich in Parijs zelf van de waarheid over tuigen. Aanvankelijk zeer verbitterd op Du- fresne's vrouw, wordt Zaza in een gesprek met diens dochtertje verteederd en gaat zij heen zon der zich verder aan mevrouw Dufresne bekend te maken. Drie jaar later is Zaza een eerste ster ge worden in een groot theater te Parijs en daar ziet ze Bernard Dufresne nog eenmaal terug om dan met een lied voorgoed afscheid van hem te nemen. Claudette Colbert speelt de rol van deze vrouw, die zoo dapper haar led weet te verbergen voor treffelijk, met al het sentiment, charme en raf finement daarvoor vereischt. Herbert Marshall speelt zeer aannemelijk de rol van Bernard Dufresne. Ook de bijrollen, waarvan we vooral Zaza's stiefmoeder en haar partner Cascart wil len noemen, zijn in goede handen. De regie werd gevoerd dor George Cukor. In het voorprogramma' behalve eenige jour naals, twee kleine filmpjes getiteld: „Zaken zijn zaken" en „Klaar voor onder water". Frans Hals In het voorprogram van Rembrandt wordt een alleraardigste Micky Mouse-film vertoond. Het stille spel, dat deze geteekende filmheld ons hierin te zien geeft is treffend! Voorts trekt een film over de Spaansche rijschool in Weenen onze belangstel ling. We -zien hier prachtige staaltjes van paarden- dressuur, die vooral de aandacht van paardenlief hebbers zullen opwekken. Op het tooneel zien we Retala, die ons op velerlei instrumenten en ten laatste zelfs met doodgewone glazen met sohoone muziek verrast. D'e hoofdfilm heet „De dwaze maagd". De tot nog toe onbekende naam van den regisseur Berger Diamant zal na deze film wel zelden of nooit meer op het witte doek prijken. Hij heeft de op zichzelf zeer interessante overigens niet onbekende geschiedenis verfilmd Rembrandt van een ouderen rechts geleerde, die getrouwd met een eerzuchtige vrouw, liefde onder vindt van een jong meisje. Hij gaat er met haar vandoor, maar haar broer reist het stel achterna en weet hét op te sporen. Een vechtpartij tusschen de twee mannen ontstaat en zij manoeuvreeren net zoolang met de revolver totdat 't meiske, de dwaze maagd in, casu, binnentreedt, zich voor den loop posteert in de kogelbaan terecht komt, dood neer stort, en op die wijze de mogelijkheid opent voor een zielig maar bevredigend slot. De film mist continuïteit, men kan als het ware de momenten speuren, waarop de regisseur van achter zijn camera tot de spelers zegt: „Nou begin nen hoor", maar daar tegenover zijn er ook goede momenten; we denken aan het afscheid door de te lefoon. Annie Ducaux en Victor France vervullen de hoofdrollen en hun namen roepen herinneringen op aan meesterwerken van de Fransche filmindus trie. De dwaze maagd gaat dood. Maar Ducaux en Francen overleven haar. Met de schoonmaak Een Nieuwe Lamp? Koopt deze dan bij de grootste Speciaal zaak in Haariem. LEEFLANG Lange Veerstraat Speciaal adres voor het opnieuw bekleeden van Uw oude lampen. (Adv Ingez. Med.) DE OPRICHTING DER OOST-INDISCHE COMPAGNIE. Op Dinsdagavond 19 Maart zal de minister van koloniën, de heer Welter, vooic de A.V.R.O.- microfoon een rede houden getiteld „De Ver- eenigde Oost-Indische Compagnie". Dit zal dus zijn op den vooravond van den twintigsten Maart, den datum, waarop in het jaar 1602 de Oost-Indische Compagnie werd opgericht. Sinds 1930 wordt ieder jaar door een steeds groeiend aantal personen in Indië, Nederland en het buitenland op dien dag de oprichting der com pagnie herdacht, daar men in dat feit de grond legging ziet van het groote Nederlandsóhe rijk en de basis van de rijkseenheid. ZONDAG 17 MAART 1940. HILVERSUM, 1875 en 414,4 M. 8.55 VARA, 10.00 VPRO, 12.00 AVRO, 5.00 VPRO, 5.30 VARA, 8.00—12.00 AVRO. 8.55 Gramof o on muziek9.00 Berichten. 9.05 Tuinbouwpraatje. 9.30 Gramofoonmuzieik. 9,40 „Van Staat en Maatschappij", Causerie. 9,59 Be richten. 10.00 Zondagsschool. 10.30 Vrijzinnig Pro- testantsche kerkdienst. 12.00 Cyclus „Onze Weer macht". 12.25 Viool en orgel. 12.45 Berichten ANP, Gramofoonmuziek. 1.10 Causerie „Het zil veren lustrum van het Koninkrijk der Nederlan den". 1.30 Concertgebouworkest, koren en solis ten. 5.00 Gesprekken met luisteraars. 5.30 Voor de kinderen. 6.00 Bravour en Charme. 6.30 Sport- praatje. 6.45 Sportnieuws ANP, gramofoonmuziek. 7.00 VARA-Kalender. 7.03 Schuldig of onschuldig? 7.28 Rosian-orkest. 8.00 Berichten ANP, repor tage. 8.20 AVRO-Amusementsorkest en solisten 8.50 Radiotooneel met muziek. 9.50 Omroeporkest en solist. 10.30 Gramofoonmuziek met foelichtinL 11.00 Berichten ANP. 11.10 AVRO-Dansorkest. 11.4012.00 Gramofoonmuziek. HILVERSUM II, 301,5 M. 8.30 NCRV, 9.30 KRO, 5.00 NORV, 7.45—11.15 KRO. 8.30 Morgenwijding. 9.30 Plechtige Hoogmis. 11.15 Gramofoonmuziek. 12.15 Causerie „Palm zondag en folkloristische gebruiken van dien dag". 12.3-5 Gramofoonmuziek. 12.45 Berichten ANP. 1.00 Boekbespreking. 1,20 KRO-Melodisten, (1.351.45 Gramofoonmuziek). 2,00 Vraag en antwoord. 2.45 Radiotooneel. 4.455.00 Gramo foonmuziek. 5.05 Nederlandseh Hervormde Kerk dienst. Hierna: Gewijde muziek (gr.pl.). 7.45 Be richten. 7.50 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP, mededeelingen. 8.15 Groninger Orkestver- eeniging, Toonkunstkoor „Bekker", jongenskoor en solisten (opn.). 9.30 Causerie „Palmzondag'" 9.45 KRO-Kamérorkest. 10.20 Gramofoonmuziek. 10.30 Berichten ANP, 10.40 Epiloog. 11.00—11.15 Esperantonieuws. ENGELAND 391 en 449 M. Na 10.20 n.m. ook 342 M. 11.50 Orgelspel. 12.20 Berichten. 12.30 Troise en zijn Mandoliers. 1.00 Darvel Burgh-orkest. 1.35 Voor tuinliefhebbers. 1.50 BBC-orkest. 2,35 Cau serie „March in the Country". 2.50 BBC-orkest. 3.50 Programma ter gelegenheid van de St. Pa trick's Dag. 4.20 Berichten (Wels). 4.35 Kinder uurtje. 5.20 Berichten. 5.35 Causerie „Under Nazi Rule". 6.00 Orgelspel. 6.20 Radiotooneel. 6.50 Pianovoordracht. 7.15 Kerkdienst. 8.00 Liefda- digheidsoproep. 8.05 Zang. 8.20 Berichten. 8.40 Programma gewijd aan de „Irish Guards". 9.20 BBC-Theater-orkest. 10.05 Epiloog. 10.15 Regi nald King's kwartet. 10.40 BBC-Schotsch orkest. 11.20 Berichten. RADIO-PARIS, 1648 M. 7.207.35 Gramofoonmuziek. 8.50 Radiotooneel. 9.50 Zang. 10.05 Piano, zang en cello. 11.35 Viool- voordracht, 12.05 Solistenvoordracht. 12.35 Quatre-mains. 1.05 en 130 Saxofoonkwartet. 1.50 Rose Cornaz'gitaarensemble. 2.20 Vastenpreek. 3.20 Zang. 3.35 Chansons. 3.50 Radiotooneel. 4.50 Symphonieconcert. 6.50 „Les Saltim'banques" operette. 9.05 Radiotooneel. 9.35 Quatre-malns. 10.05 en 11.0511.50 Raymond Legrand's jazz orkest. BRUSSEL 322 M. 8.20 Gramofoonmuziek 9 20 Vrooliik program ma. 11.20 en 12 301.20 André Felleman's orkest. I.50 Gramofoonmuziek. 2.10 Reportage voetbal wedstrijd. (3.053.20 Gramofoonmuziek). 4.05 4.20 Zang. 5.2-0 Vereeniging voor blaasinstrumen ten en gramofoonmuziek. 6.20 Gramofoonmuziek 7.20 Gevarieerd programma. 9.30 Kamerorkest 6.20 Gramofoonmuzieik. 7.20 Gevarieerd program ma. 9.30 Kamerorkest van Antwerpen en soliste, lowii gn To -"muziek (gr.pl.). BRUSSEL 484 M. 8.20 Gramofoonmuziek. 9.20 Belgisch program ma. 10 20 Koorconcert. 10.35 Gramofoonmuziek. II.05 Pianovoordracht. 11.35 Gramofoonmuziek 11.50 en 12.20 Radio-orkest. 12.501.10 en 1.50 Gramofoonmuziek. 2.15 Zie Brussel 322 M. om 2.10. 4.10 Gramofoonmuziek. 4.50 Militair concert 6 15 en 6.35 Gramofoonmuziek. 7.20 Voor solda ten. 7.50 en 8.35 Radio-orkest, soliste en gramo foonmuziek. 9.30 Omroepdansorkest en soliste. 10.2011.20 Gramofoonmuziek. DETTTSCHLANDSENDER 1571 M. 7.35 „L'elisire d'amore", opera. 9.20 Berichten. 9.50 Fans Bund's orkest, accordeonduo Schrnder en solist. (Om 10.20 Politiek overzicht). 11.20 Be richte" Hierna tot 12 20 Nac'htconcert. 12.26 I,2-0 Militair programma. MAANDAG 18 MAART 1940. HILVERSUM I. 1875 en 414.4 M. Algemeen programma verzorgd door de AVRO. 8.00 Berichten ANP. 8.10 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonmuzik. 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Ensemble Jetty Cantor. (11.00 Causerie „Zijlichten". In een pauze: Gramofoonmu ziek). 12.15 Ensemble Spezialetti. 12.45 Berichten ANP. Hierna: Ensemble Spezialetti. 1.30 Lyra-trio. 2.15 Disco-variété. 3.10 „Met oog en oor", causerie. 3.30 Omroeporkest. 4.30 Disco-causerie. 5.30 AVRO Amusementsorkest en s-olist. 6.15 Gramofoonmu ziek. 6.35 AVRO Dansorkest. 7.05 Pianovoordracht. 7.40 Toespraak „Een beroep op de vrouwen van Nederland: Nederlandsche volkskracht". 8.00 Be richten ANP., mededeelingen. 8.15 Omroeporkest en solisten. 9.30 Reportage. 9.45 Twilight Serena- ders, een klein koor en solist. 10.30 Viool en orgel. II.00 Berichten ANP. 11.10 Dansmuziek (gr.pl.) HILVERSUM H, 301.5 M. NCR V-Uitzending. 6.30—7.00 Onder wijsfonds voor de Scheepvaart. 8.00 Berichten ANP. 8.05 Schriftlezing, medita tie. 8.20 Gramofoonmuziek. (9.30 Gelukwenschen). 10.30 Morgendienst. 11.00 Christ, lectuur. 11.30 Gramofoonmuziek. 12.00 Berichten. 12.15 Gramo foonmuziek. 12.30 Berichten ANP., 1.00 Orgelspel en gramofoonmuziek. 2.00 Voor de scholen. 2,35 Gramofoonmuziek. 3.00 Kookpraatje. 3.30 Gramo foonmuziek. 3.45 Bijbellezing. 4.45 en 5.00 Gramo foonmuziek. 5.15 Voor de kinderen. 6.30 Taalles en technisch onderricht. 7.00 Berichten. 7.15 Vragen uurtje. 7.45 Gramofoonmuziek. 9.30 Causerie „Spionnen en spionnage". 10,00 Berichten ANP., actueel halfuur. 10.30 Zang, piano en gramofoon muziek. 11.00 Gramofoonmuziek. C.a. 11,50 Schrift lezing. ENGELAND, 391 en 449 M. Na 10.20 n.m. ook 342 M. 10.40 Alfredo Campoli en zijn orkest. 12.20 Be- ichten. 12.30 Dansmuziek (gr.pl.) 1.00 Zang. 2.20 Geiger en zijn orkest. 2.50 BBC-Zangers. 3.20 Cau- 'e „Women in Ulster". 3.35 BBC-Schotsch or kest. 4.20 Berichten en causerie (Welsh). 4.40 Kin deruurtje. 5.20 Berichten. 5.35 Radiotooneel. 5.55 Pianovoordracht. 6.20 Mededeelingen. 6.40 Radio tooneel. 7.05 Causerie „The Economie War". 7.20 Gevarieerd programma. 8.20 Berichten. 8.40 Cau serie. 8.55 BBC-Symphonie-orkest. 9.35 Radiotoo neel. 10.20 Henry Hall en zijn orkest. 10.50 Het Leighton strijkkwartet. 11.20 Berichten. RADIO-PARIS 1648 M. 11.10 Zang. 11.20 Jane Evrard's damesorkest. 12,05 Piano voordracht. 12.35 Zang en harp. 1.05 Viool en piano. 1.30 Hoorn voordracht. 2.20 Orgel concert. 3.20 Radiotooneel (Engelsch), 3.50 Piano voordracht.. 4.35 Het Parijsche instrumentale kwin tet, 5.35 Cello en piano 6.20 Gevarieerd concert. 6,50 Radiotooneel. 8.05 Solistenkwintet van de Garde Républicaine. 9.05 Zang. 9.35 Radiotooneel. 10.05 en 11.05 Nationaal orkest. KEULEN 456 M. 5.50 Leo Eysoldt's orkest. 7.55 Gramofoonmuziek 9.30 Zang en piano. 10,50 Gramofoonmuziek. 11.20 Nedersaksenorkest. 1.45 Populair concert. 3.20 KEUZE UIT 10 VERSCHILLENDE MERKEN. DE STOFZUIGER CENTRALE HAGEMAN, GED. O. GRACHT 52 - Tel. 12762 - HAARLEM (Adv. Ingez. Med.) Mijnwerkersorkest en -koor. 5.05 Folkloristisch programma. 5.45 Omroeporkest en solist. 7.05 Gra mofoonmuziek. 7.45 Bonte avond. 9.50 tot sluiting: Zie Deutschlandsender. BRUSSEL 322 en 484 M. 322 M.: 11.20 Gramofoonmuziek, 11.50 en 12.30 Omroeporkest en solist. 12.50 Pianovoordracht. 1.05 4,55 5.50 en 6.35 Gramofoonmuziek. 7.20 Voor sol daten. 7.50 Zang. 8.20 Omroepsymphonie-orkest en solist. 9.30 Omroepsymphonie-orkest. 9.50 Omroep dansorkest. 484 M.: 11.20 Gramofoonmuziek. 11.50 en 12,30 José Schnyders' orkest. 12.50 Gramofoonmuziek, 4.20 Zang en piano. 5.05 Gramofoonmuziek. 5.35 Orkest „Phalange Royale Artistique". 6.05 Gramo foonmuziek. 7.20 Voor soldaten. 7.50 Belgische Na tionaal orkest en solist. 9.05 Gramofoonmuziek. 9.30 Jazzmuziek (gr.pl.), 9.50 Gramofoonmuziek. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 7.35 Gevarieerd programma, 8,20 Berlijnscih Philharmonisch orkest. 9.20 Berichten. 9.50 B. Derksen's orkest. 10.20 Politiek overzicht. Hierna: Concert. 11.20 Berichten. Hierna tot 12.20 Nacht concert. 12.26 Militair programma. Saliv Salminen. De lange lente. Uit het Zweedsch vert, door Ch. G. Behrens. Amsterdam Andries Blitz. Sally Salminen is een dier jeugdige auteurs, die met één slag een litterairen roem verwor ven hebben. Zij kwam met haar eersten roman „Katrina" als prijswinster in een wedkamp te voorschijn en Katrina werd in zestien talen ge drukt en in een half millioen exemplaren ver spreid. De lange Lente is haar tweede geestes kind en belooft een even groot succes. Zij en haar boeken vormen tezamen geen uitzonde ring. in de uitgeverswereld verschijnen te genwoordig vrij regelmatig nieuwe auteurs en boeken die daar als „best-sellers" gewaardeerd en aangeprezen worden. Oplaag-cijfers en re censies steken elkaar in grootte en pracht naar de kroon en er is geen reden aan de juistheid en welgemeendheid van een dier beide categorieën te twijfelen. Rest dus de vrij logische gevolgtrekking dat lliet werken zijn, die aan de wenschen en behoef ten van een meerderheid van het lezend! menschdom beantwoorden, dus: een nuttige functie vervullen en tenslotte: qualiteiten zullen bezitten, die dien werken aanspraak geven op zuiver litteraire waardeering. Immers, de han digste publiciteit vermag het niet klaar te spe len, aan een waardeloos product zelfs maar een tijdelijke reputatie te bezorgen. Er moeten dus aanwijsbare gronden zijn waarop de belangstel ling en genegenheid der lezers en nu bepalen wij ons tot den Hollandschen lezerskring alleen - voor de Scandinavische en Amerikaansche ro mankunst zich laat verklaren. Het zijn toch in hoofdzaak die regionen der wereldlitteratuur, die de „best-sellers" opleveren. Nu mag een enkele maal een factor van per soonlijken of tijdelijken aard daarbij op den voorgrond treden of aan het succes meebouwen, daar moet toch een element in het werk zitten, waardoor de duizenden er zich toe aangetrokken gevoelen. Dat Sally Salminen dienstmeisje bij een Amerikaansch millionnaïr was, toen zij voor Katrina bekroond werd, kan men niet zoo mysterieus meer vinden, nu men geen littré be hoeft te zijn om letterkundige te worden. Dat Finsche schrijvers de laatste maanden reeds door hun nationaliteit een streepje vóór had den kan ook toegegeven worden. En het een noch het ander verklaart de sympathie, waarmee de groote schare der boekenlezers deze romans ontvangst. Men zal het behalve dan misschien in de materieele faciliteiten der auteursrechten moeten zoeken in de onbevangenheid, den ro- mantischen eenvoud, de weinig gecompliceer de psyche der figuren in deze romans. Inner lijke conflicten worden er niet tot op het naadje van de kous in uitgesponnen en zelfs het dra matische krijgt er iets zachts, hoogstens iets weemoedigs mee, waarover tenslotte steeds het „gezonde hart, een sterk geloof en omgang met eenvoudige, oprechte menschen" triumfeeren. Welke drie ingrediënten (volgens een geciteerde kritiek in de Nieuwe Gids) voldoende zijn voor het scheppen van een litterair kunstwerk. Aan die genoemde en feitelijk bescheiden eischen beantwoordt de Scandirtaafsche roman litteratuur in ruime mate en daardoor heeft ze de menigte in haar ban geslagen, zooals die ook door het dïrect-zakelijke, het nuchter-consta- teerende van veel Amerikaansche lektuur ge pakt is. De schrijvers wier eigen eruditie een zich daarbij aansluitend quantum bij him lezers verondersteld, moeten het uit den aard der zaak tegenover de menigte afleggen en behooren zel den tot de „best sellers". Hetgeen noch voor deze noch voor de andere groep iets beteekent ten opzichte hunner relatieve, artistieke waarde. In haar soort is de Lange Lente weer een uit stekend boek. De jeugd van Mariana; haar ver blijf in het huis dei' koopmansfamilie Nijman (zelve is zij van zeer eenvoudigen stand) haar omgeving met de lieden in Nijman's huis de conflicten die niet diep gaan waarin zij door de tegenstelling: geboorte en positie ge raakt, dat alles wordt zeer zuiver-eenvoudig ver teld. Ook haar verdere leven, dat mindervlot ver loopt, houdt den lezer voldoende bezig om voor de vertelkunst van Sally Salminen een eerlijk respect te behouden. Al kan de Noordsche geest van rechtschapenheid, natuurlijkheid en ver droomde illusies, hoe prachtig ook, soms bij al deze auteurs wel eens naar een beetje ondeu gendheid doen verlangen. Een klein pietsie zout in de soep kan het maal niet bederven. Ludwig Renn. Hoe het begon. Uit het Duitsch (Vor grossen Wand- lungen). Vertaald door I. Carvalko. Amsterdam W. L. Salm Co. Hoe het begon. „Het", is het huidige Duitsche regiem en het is niet onwaarschijnlijk dat er voor een dergelijk werk, dat „Hoe het eindigde" tot titel voerde, nog oneindig veel meer belang stelling zou bestaan dan voor het knap geschre ven en boeiende boek van Renn, dat nu in Hol- landsche vertaling voor ons ligt. Er begint nu zoo langzamerhand een stapeltje roman-litteratuur te groeien, waarin de opkomst van Hitier, de Münchensche revolutie, het geval Roehm, de Rijksdagbrand met Van der Lubbe, enz., enz', in levendige kleuren geschilderd worden. In het boek van Renn treft in de voornaamste plaats diens scherp beeldende schrijfwijs, waardoor de lezer, ook waar hij reeds bekende, ja. zelfs over bekende feiten geschreven vindt, toch doorleest en zich om het knappe romantisch verdichtsel, dat de historische feiten verbindt, om den tech- nischen bouw van het verhaal dus, gewonnen geeft. J. H. DE BOLS.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 12