k Oud kinderschoeisel en overbodig metaal gevraagd. Maatschappelijk hulpbetoon in Spanje flinke winkeljuffr. Alles voor üw tuin Gevraagd en Aangeboden Algemeen Verkooplokaal Bijzonder Belangrijke Veiling Aank. Chauffeur-monteur gevraagd, Behanger of halfwas actieve colporteurs WOENSDAG 3 APRIL" 1940 HAARLEM'S DAGBLAD 11 Stemmen uit de Duitsclie hoofdstad. De eene inzameling volgt op de andere. HITLER'S VERJAARSCADEAU. Onze Berlijnsche correspondent schrijft ons: E barre winter met zijn vele vleeschlooze dagen en ontelbare inzamelingen voor de Winterhulp schijnt thans definitief voorbij te zijn. De lente staat voor de deur en als de natuur haar normalen weg weer terugvindt, dan moet er toch ook voor de bevol king der oorlogvoerende landen weer eens een betere tijd aanbreken. Kleine voorteekenen konden wij reeds vaststellen. Zoo werden er in de week voor Paschen voor iederen burger drie eieren be schikbaar gesteld en men had de keuze tusschen een bus met geconserveerde groente of twee busjes geconserveerde melk. Bussenmelk wordt bij ons zelden of nooit gebruikt maar in Duitschland was het een veel begeerde „Ersatz." voor room, die allang niet meer voor de gewone huishouding ver krijgbaar was. Maar nu de verkoop van koffie al eenige maanden met groote strengheid is stopge zet, zal de aftrek der nog restecrende busjes wel niet heel groot zijn geweest. Des te sterker was de vraag naar busgroente, want nu er voor elke huishouding weer een paar pondjes aardappelen verkrijgbaar waren, wilde men met Paschen zoo al niet een feestmaal, dan toch een volledig menu, dat wil zeggen, een bordje soep, vleeseh, groente en aardappelen en een toetje verorberen. Onder normale omstandigheden zou met den winter het tijdperk der inzamelingen definitief achter ons liggen. We leven echter -in tijd van oor log en mochten we zulks waar deze oorlog volgens ouderwetsche opvattingen eigenlijk nog steeds niet begonnen is zoo nu en dan maar wat graag vergten, dan komen er van min of meer officieele zijde telkens weer vermaningen, welke ons midden in de nuchtere werkelijkheid terug plaatsen. Zoo vonden we in onze brievenbus dezer dagen een gedrukte brief van dr. Lippert, den Eersten Burgemeester van die Rijkshoofdstad Ber lijn. In den goeden ouden tijd een uitdrukking die eigenlijk niet meer gebezigd mag worden, want men hoort er alleen nog maar kwaad van vertel len kregen wij zulk soort brieven vrij ge regeld. Het waren dan zeer hoffelijk geformu leerde uitnoodigingen voor de een of andere ont vangst ten stadhuize en men had toen nog zelfs echte thee of koffie met natuurlijke melk of room ter keuze. Gedragen kinderschoenen gevraagd. Ditmaal is het ook wel een uitnoodiging, maar van heel anderen aard. Wij worden zeer nadruk kelijk verzocht eens te willen nakijken, of we gedragen kinder schoenen over hebben grootte 20 tot 39 die men voor eigen kroost niet meer noodig heeft, om er dan andere kinderen vrijwil lig mee te helpen. Ook pantoffeltjes en gymnastiek schoenen schijnen gretig begeerd te worden. Aan de keerzijde van dezen brief vindt men niet min der dan 72 adressen van schoenwinkels aange geven, welke de twintig stadswijken van Berlijn omvatten, waar men dit gedragen schoenwerk kan afgeven. Met deskundigen blik wordt dan de waarde van het meegebrachte' schoenwerk vastge steld en men kan dan een quitantie verlangen, welke ten allen tijde het recht geeft, om een ander paar gedragen schoenen van dezelfde waarde terug te verlangen. Met zwart gedrukte letters be sluit dr. Lippert zijn beroep op de goedgeefschheid der Berlijnsche bevolking met de woorden: „Ge ziet dat da vervulling van mijn wensch weinig moeite met zich meebrengt. Getroost u die moeite en breng zoo gauw mogelijk alle schoenen, die ge voor uw eigen kinderen niet meer noodig hebt". Het zal ons niet verbazen, wanneer we binnen afzienbaren tijd in de Berlijnsche bladen een berichtje te lezen krijgen, waaruit blijkt, dat dit schrijven van Berlijn's „Oberbürgemeister" in het hart van vele vrouwen weerklank gevonden heeft. Want in zulke huishoudelijke aangelegen heden laten wij immers de beslissing maar het liefst aan onze betere helft over! Zij kent de waarde van het zoogenaamde waardelooze in ieder opzicht beter dan wij. Houten schoeisel. Trouwens, het „schoenprobleem" schijnt in het Derde Rijk, een grootere plaats in te nemen dan wij beseffen, toen we over dit thema begonnen te vertellen. Men verdenke ons niet van een misplaatsten Aprilmop, want het is bittere ernst: binnenkort zal houten schoeisel in den handel worden ge bracht. Geen klompen, maar keurige schoenen met houten zolen! Het nieuwste of zooals we een spotlustige kennis hoorden zeggen: de ver vanging van een vervangsel! Dit splinternieuwe schoeisel met houten hakken en houten zool zal bij wijze van attractie bonvrïj verkrijgbaar worden gesteld en er behoeft geen af gedragen paar schoenen in ruil voor te worden meegebracht. De schoenindustrie zoo verzekerde men ons van bevoegde zijde is hard aan het werk om met deze Aprilverrassing bijtijds voor den dag te komen. In plaats van leer wordt zoo veel mogelijk stof gebruikt en dit nieuwe oorlogs snufje wordt dan nog aantrekkelijk gemaakt door een veelvuldige toepassing van levendige kleuren. Mocht deze nieuwe schoensoort aftrek vinden, dan is men voornemens, ook soortgelijke huisschoenen dus geen pantoffels in omloop te brengen. Die zullen gefabriceerd worden uit de afval uit de kunstzijde-industrie en de textielnijverheid. Voor zoover dat noodig mocht blijken, mag er dan ook nog gebruik worden gemaakt van stukjes leer, dat van afgedragen schoeisel afkomstig is. Wij lieten ons tenslotte ook nog vertellen, dat voor liefheb bers kaplaarzen in den handel gebracht zullen worden, waarvan de schaften uit vilt bestaan. In den vorigen oorlog sprak men in zulke gevallen veelal van „Ersatz", van surrogaat, maar in het huidige Duitschland beschouwt men zulks als een disqualificatie en spreekt men alleen nog maar van kunstzijde, kunstleder wat dies meer zij! Hitler's verjaardagscadeau. De door ons geciteerde oproep van Berlijn's Eersten Burgemeester ter zake van den ruilhandel in gedragen schoeisel schijnt aanstekelijk gewerkt te hebben. Want reeds eenige dagen later vonden wij ditmaal niet in de brievenbus, maar op de voorpagina van alle Berlijnsche kranten een oproeping van generaal-veldmaarschalk Hermann Göring, den hoogsten economischen leider in het Derde Rijk, waarbij de bevolking wordt opgewekt, zijn Führer op diens 51sten verjaardag op 20 April a.s. een waardevolle verrassing te bereiden. Iede ren burger wordt zeer nadrukkelijk op het hart gedrukt eens na te gaan, wat er in zijn huishouding nog als overbodige luxe beschouwd zou kunnen worden aan koper, messing, brons, tin, lood en nikkel. De nadruk wordt ditmaal gelegd een soortgelijke inzameling heeft namelijk reeds een half jaartje geleden plaats gevonden op het woordje overbodig, dat wil zeggen: men moet geen verbruiksvoorwerpen gaan inzenden in de hoop, dat men dan bij wijze van ruilhandel weer iets soortgelijks zal kunnen inslaan. Want daar valt niet aan te denken. Men zou dan immers van den wal in de sloot komen, want de metaal industrie staat voor een belangrijk deel nog slechts in den dienst van het staatsbelang. Tijdens een ontvangst van de pers zulk soort ontvangsten zijn tegenwoordig een zeldzaamheid geworden vertelde de generaal-veldmaarschalk dat men voornemens is in de kantoorlokalen der openbare diensten eens na te gaan, wat daar nog voor deze nieuwe inzameling kan worden bijeen gebracht. Er wordt vast op gerekend, dat daar nog heel wat bruikbaar materiaal opgesnuffeld zal kunnen worden. Het Duitsche volk weet dat het in een met grondstoffen niet erg rijk gezegend land deeft en voorts, dat men in tijd van oorlog groote hoeveelheden metaal noodig heeft. Een oud Duitsch spreekwoord luidt: „Der kluge Mann baut vor!" en met deze inzameling wordt dan ook naar een reserve gestreefd, die pas aangesproken zal worden als het hoog noodig is! Van ministerieele zijde werd er dan nog onze aandacht op gevestigd dat ook in andere landen den laatsten tijd in Engeland en Frankrijk - zulke inzamelingen ge organiseerd worden en men behoeft ze dus niet als een speciaal Duitsche mode te karakteriseeren. Waar het in dezen een verjaardagscadeau betreft, dat voor Hitier als het ware een nieuw bewijs der offervaardigheid van zijn volk moet zijn, be hoeft er niet aan getwijfeld te worden, dat ook deze inzameling aan de van hooger hand gekoes terde verwachtingen zal voldoen. Ook het bedrijfsleven moet meedoen. Trouwens, een fiasco is vrijwel onmogelijk. Want in een nieuwe aanvullende verordening heeft men deze uitgebreid over vrijwel alle Duitsche be drijven, waarvan verwacht kan worden, dat zij het gewenschte materiaal kunnen opleveren. En uit de zeer nauwkeurig geformuleerde bepalingen valt af te leiden dat men hier een nauwgezette naleving van die voorschriften verwacht. Vóór 3 April moet de zaak voor elkaar komen en uitzondering kan er alleen gemaakt worden met voorwerpen van artistieke of historische beteeke- nis! Overal moet een bedrijfsleider scherp toezien of men zich nauwkeurig aan "de bepalingen houdt en bovendien vallen de kosten voor de inlevering van het eindresultaat niet zooals bij de burgerij op den staat, maar op de bedrijven zelf. Bij wijze van belooning kan men dan echter een officieele oorkonde aanvragen, waarop de ingeleverde voor werpen en hun gewicht staan aangegeven! (Nadruk verboden.) Arbeid van de Auxilio Social. De Spaansche vrouw in hef sociale leven. MADRID, Maart 1940. (Van onzen correspondent.) De journalist behoort altijd blij te wezen wan neer hij eens een onderwerp tegenkomt, waar van hij niets dan goeds kan vertellen. In het „Nieuwe Spanje" is zulk een onderwerp de „Auxilio Social" (Maatschappelijk hulpbetoon, zouden wij zeggen). Auxilio Social is bovendien nog een belangwekkend verschijnsel met ver scheidene origineele kanten. De faam ervan is dan ook terecht reeds geruimen tijd geleden tot in het buitenland doorgedrongen. De Spanjaarden, die aan A. S. een kleine persoon lijke schuld van dankbaarheid hebben, zijn legio. In de eerste dagen, volgend op de inneming van hun stad door de troepen van generaal Franco, hebben bijv. de Madrileencn allen, nagenoeg zonder uitzon dering te eten gekregen van A. S., voor het eerst sedert vele maanden weer brood en warme.maal tij den. Op het te Madrid gevestigde bureau van deze reusachtige instelling toonde men ons een rijke collectie van zorgvuldig verzameld fotomateriaal, waaronder ons als bijzonder karakteristiek trof een opneming, waarop men naast elkaar lange colonnes tanks van het nationale leger en proviandwagens der A. S. de hoofdstad zag binnenrijden. Ontelbare vuisten, die zoo menigmaal, bij wijze van groet, ge bald omhoog waren geheven, grepen daar wijd en gretig geopend naar de hompen brood, welke door ijverige, goedlachsche „chicas" gul werden uitge deeld. Den derden dag na de inneming van de stad speelde de organisatie het klaar aan de uitgehonger de Madrileensche bevolking, behalve honderddui zenden broodrantsoenen, ruim een millioen maal tijden te verstrekken. Dat was het hoogtepunt; naar gelang de bakkerijen, de groenten- en comesti- bleswinkels zich weer min of meer konden bevoor raden, was de bevolking minder op de voedselvoor ziening van A. S. aangewezen. Wat A. S. in die dagen te Madrid had gepresteerd was evenwel echter slechts de zooveelste herhaling geweest van wat zich in vele andere steden, welke Franco's troepen in handen waren gevallen, reeds eerder had afgespeeld, Valencia, Barcelona, om slechts de twee grootste te noemen. „Hulp aan de bevrijde bevolkingen" heette dit onderdeel van het werk van A. S. Deze „heroieke tijd" van de instelling behoort nu tot het verleden. De zedelijke en stoffelijke ellende, waarin de burgeroorlog tienduizenden en tiendui zenden Spanjaarden heeft gestort, is echter nog al tijd onoverzienbaar groot, al neemt zij dan ook al van dag tot dag af, naarmate de normaliteit van het leven terugkeert, d.w.z. naarmate er steeds meer lieden in slagen weer voor zichzelf en de hunnen den kost te verdienen, en naarmate ontelbare uit elkaar gerukte families zich weer vereenigen. Dit laatste in het bijzonder voor zoover mogelijk; want de dooden keeren nooit meer terug en de gevangenen moeten hun tijd uitzitten, die vaak zeer lang is. Leerzaam zijn de laatste statistische cijfers, die A. S. van haar wérk te onzer beschikking kon stel len. Zij loopen over October van het vorig jaar. In die maand werden in het land 23.878.546 maaltijden verstrekt aan 496.637 behoeftige kinderen in 2847 kindereetzalen; en 28.532.160 maaltijden aan 548.331 volwassenen in 1561 „broederschapskeukens". In de kindereetzalen, waarvan wij er te Madrid eenige konden bezoeken en het zag er overal frisch en vroolyk uit worden de maaltijden door de kinde ren gemeenschappeli jk gebruikt, terwijl aan de broe derschapskeukens de maaltijden geheel toebereid worden afgehaald om thuis te worden genuttigd, zoodat het gemeenschappelijk eten rond den eigen familiedisch behouden blijft. Ontstaan der organisatie. De groei van de instelling kan men daaraan af meten. dat zij haar intrede in het maatschappelijk, leven van het land deed, den dertigsten October 1936 te Valladolid, met de opening van een kindereetzaal, waar honderd der armste kinderen van de stad ge spijzigd werden. Het initiatief tot de oprichting was uitgegaan van een jonge Spaansche vrouw, weduwe van een der gesneuvelde leiders van de „Falange", Donna Mercedes Sanz Bachiller. Het werk droeg toen nog den aan Duitschland ontleenden naam van „Winterhulp", welke na de uitvaardiging van het de creet van het Franco-bewind tot unificatie van alle politieke partijen en stroomingen omgedoopt werd tot „Auxilio Social", maatschappelijk hulpbetoon A. S. is geboren uit de overtuiging dat „de opstan digheid der massa slechts overwonnen kan worden door de redenen tot die opstandigheid weg te ne men. Omdat geen mensch den ondergang van zijn gelijke mag zien zonder een helpende hand toe te steken, omdat .niemand zonder wroeging mag eten. terwijl een evenmensch van honger sterft". Temid den van den bloedigen broedertwist en 't oorlogsge weld was deze overtuiging een geestelijke en zede lijke oase. Zooals de instelling nu uitgegroeid is, zegt de be naming „Auxilio Social" niet volledig haar betee- kenis. Men dient vooral op de officieele toevoeging: „nationaal-syndicalistisch werk tot bescherming van moeder en kind" te letten. In dit werk zal A. S. ove rigens in de toekomst haar voornaamste en blij vende taak vinden. Spanje is een der landen in Europa met het hoog ste geboortecijfer, maar ook de kindersterfte is er schrikbaren groot. De voornaamste oorzaken van deze kindersterfte zijn onwetendheid met elemen taire hygiene, armoede en slechte woningtoestanden. Om dit kwaad nu te lijf te gaan heeft A. S. een „af- deeling van maatschappelijke voor- en inlichting" in het leven geroepen, die eind October van het vo rig jaar reeds met een kleine twaalf duizend „huis bezoeksiers" werkte. Deze „huisbezoeksters" hebben tot taak de gezinnen op te sporen, waar de toestan den beneden een zeker minimaal peil van volksge zondheid zijn, die gezinnen aan Auxilio Social te signaleeren en ze tegelijk reeds zooveel mogelijk met raad en daad bij te staan. Volledigheidshalve en om een juist beeld te geven van den geheelen omvang van dit werk tot bevordering der volksgezondheid dient vermeld te worden, dat de vrouwelijke sectie van de Falange, de Spaansche eenheidspartij, een soortgelijken dienst heeft, die speciale aandacht wijdt aar. de gezinshygiene op het platteland. Aan één millioen twaalfhonderd en vijftig duizend personen heeft het werk van bescherming aan moe der en kind van de A. S. ïh de Octobermaand van het vorig jaar aldus zijn goede zorgen gewijd. Boven dien waren aan het einde van die maand ruim twee honderd kindertehuizen, kinderbewaarplaatsen, kin dertuinen, vacantiekolonies. poliklinieken en kraam- verplegingen geopend, waar in den loop van die maand ruim honderdzesentwintig duizend personen, moeders en kinderen, waren verzorgd. Het doel van dit werk van A. S. is te bereiken dat er in Spanje niet slechts veel kinderen worden geboren, doch veel gezonde kinderen, die het leven aan kunnen en die daartoe in hun jeugd een goed gezinsmillieu moeten vinden. De staat, en hier komt de politiek ook om den hoek kijken, heeft dit noo dig voor zijn macht, waar hij niet buiten kan, wil het „Nieuwe Spanje" zich in het concert der naties doen gelden en respecteeren. Geen onderscheid. Auxilio Social maakt geen onderscheid tusschen „rooden" en „witten"; het meerendeel der door haar verzorgde kinderen te Madrid behoort tot de voormalige roode milieux der stad. Bij ons bezoek aan een der kindertehuizen, welke A. S. te Madrid houdt, ondergebracht in de prachtige villa van een bankier, wees men ons een spelend meisje van drie iaar. dochtertje van zekeren Pedrero, die aan hel hoofd had gestaan van een der Tsjelca's van Madrid en tegen wien juist den voorgaanden dag door het militair gerecht het doodvonnis was uitgesproken. Geval van tragiek, zooals ze in het naoorlogsche Spanje zeker met duizenden geteld zouden kunnen wordon en A. S. heeft niet de middelen om zich over allen te ontfermen. Belangwekkend aan Auxilio Social is dat de in stelling een som van organisatie en van maatschap pelijke activiteit vertegenwoordigt, als Spanje tot dusverre zeker nog nooit te zien had gekregen. Ori gineel eraan is in het bijzonder dat zij de Spaan sche vrouw en het Spaansche meisje uit haar in huis opgesloten bestaan gebroken en volop in het maatschappelijk leven geplaatst heeft: hetgeen voor het land reeds een ï-evolutie op zichzelf mag hee- ten. Veel spontane geestdrift en naastenliefde heeft aan A. S. de noodige vrouwelijke arbeidskrachten toegevoerd; maar opdat men nimmer gebrek aan werkkrachten zou hebben heeft de regeering een zeer interessanten en afdoenden maatregelen be dacht. waarvan zij in Duitschland in den „Arbeids dienst" tot op zekere hoogte een voorbeeld had ge vonden. De maatregel bepaalt dat geen meisje of vrouw een academischen graad kan behalen, een overheidsbetrekking kan bekleeden. of, indien ge huwd met 'n ambtenaar, recht op weduwenpensioen kan doen gelden, indien zij niet gedurende zes maan den „servicio social" hebben gepresteerd. Het Duitsche Witboek over Polen. Onderzoek naar de authenticiteit gevraagd. WASHINGTON, 3 April. (Havas) De repu- blikeinsche afgevaardigde Fish heeft het Huis van Afgevaardigden verzocht een commissie in te stellen, die de authenticiteit zal moeten onderzoe ken van de in het Duitsche witboek gepubliceerde documenten. Voorts zou senator Reynolds verzocht hebben sommige vertegenwoordigers der Vereenigde Sta ten in Europa door een commissie te doen hooren met betrekking tot de verklaringen, die de Duit sche propaganda hun toeschrijft Staatssecretaris Huil heeft verklaard dat hij niet aan deze verzoeken kon voldoen zonder het vertrek van ambassadeur Bullitt naar Parijs uit te stellen. Huil wees er op dat Bullitt overigens reeds formeel de hem toegeschreven verklaringen had tegengesproken en dat het staatsdepartement het dementi van Bullitt volkomen had goedge keurd. DUITSCHE PERS OVER CHAMBERLAIN'S REDE. „Elke vijandelijke actie zal prompt beantwoord worden NEUTRALEN HET ZWAARST GETROFFEN. BERLIJN, 3 April (D.N.B.) De gisteren door Chamberlain gehouden rede wordt door de Duit sche pers in het kort besproken. Als antwoord op den Eersten Oorlogsraad met Reynaud, schrijft „Deutsche Allgemeine Zeitung", kunnen wij slechts vaststellen dat wij elke vijan delijke actie even prompt en nadrukkelijk zullen beantwoorden. De „Berliner Borsenzeitung" zegt dat Chamber lain onder de grondstoffen, welke aan Duitschland dienen te worden onthouden, ook het vet noemde, waarmede hij opnieuw bevestigt dat de blokkade van Duitschland bedoeld is als een hongerblok- kade. Alleen daardoor reeds ontnemen Engeland en Frankrijk zich de mogelijkheid, de voorgenomen actie tegen de neutralen met een schijn van recht te omkleeden. De „Völkischer Beobachter" schrijft: De vraag doet zich voor: Tegen wien voert Engeland eigen lijk oorlog? Duitschland voelt zich heel zeker niet getroffen. De besluiten van den Oppersten Oorlogs raad richten zich uitsluitend tegen de neutralen, want een verwezenlijking van de plannen van Chamberlain zou niet alleen de volledige knechting beteekenen van den handel der neutralen met de op een na grootste industrieele mogendheid ter wereld, doch ook een noodlottige verlamming meebrengen van het Europeesche bedrijfsleven, dat zonder deze industriemogendheïd niet denk baar is. Zweedsch pleidooi voor samengaan der neutralen. STOCKHOLM, 3 April (Zw. Tel. Ag.) Bij een beschouwing van de rede van Chamberlain stelt „Stockholms Tidningen" (liberaal) vast dat deze jegens de neutralen niet zoo dreigend was als sommigen hadden verwacht. Wanneer Chamberlain echter verlangde, op straffe van beperking of zelfs stopzetting van hun invoer uit het Britsche rijk, dat de neutralen htm uitvoer naar Duitschland beperken, dan beteekent dit, aldus het blad, het uitoefenen van krachtigen en dreigenden druk. Het blad herinnert aan de bezorgheid van Ne derland, dat een gehoor geven aan de Engelsche eischen zou neerkomen op een retoucheeren van de neutraliteit jegens Duitschland, en vervolgt: De Nederlandsche opvatting is ook die van de andere buren van Duitschland. Wij moeten ons allen er op voorbereiden van de zijde der oorlogvoerenden blootgesteld worden aan druk, die grooter is dan ooit. Doch het is niet de moeite waard, ons te be klagen, want de toestand is zoodanig geworden, dat de oorlogvoerenden de neutraliteit zoo uitleggen, dat deze uitsluitend verplichtingen en geen rech ten meebrengt. Wat de neutrale landen het beste kunnen doen, Is zich te vereenigen in nauwere samenwerking en een gemeenschappelijke basis te vinden voor hun politiek en daadwerkelijk hun onderlinge hulp tot ontwikkeling te brengen. De druk zal misschien niet overal gelijk zijn en wij moeten elkaar helpen om hem gelijk te maken. De samenwerking der Oslo-groep is tot dusver slechts in woorden geschied. Thans moet zij tot werkelijkheid gemaakt worden, alvorens de gevol gen van een steeds felleren strijd tusschen de groote mogendheden zich geheel en al doen ge voelen. Itallaansch commentaar. ROME, 3 April (Stefani). Tn zijn commentaar op de gisteren door Chamberlain in het Lagerhuis gehouden redevoering, schrijft de „Popoio di Roma" dat Engeland, alles wel beschouwd, er de voorkeur aan geeft voorloopig tegen Duitschland alleen een economischen oorlog te voeren, waarbij het poogt Duitschland onder druk en door handels overeenkomsten van de neutrale landen te isoleeren en op deze wijze, mede door verwerving van grond stoffen op de Europeesche markten, voor Engeland het leeuwendeel te reserveeren. Ilaliaanscli standpunt ongewijzigd. Niet-oorlogvocrend, ook na de conferentie op den Brenner. De „Critica Fascista", die onder leiding van den Italiaanschen minister van onderwijs, Bottai, staat, schrijft dat het standpunt van Italië ten aanzien van het Europeesche conflict onveranderd blijft. Zelfs na de samenkomst op den Brenner, aldus het blad, blijft Italië krachtig vasthouden aan zijn positie van niet- oorlogvoerende. Sedertdien heeft zich geen enkel feit voorgedaan, dat tot wijziging van pplitiek, in de richting van oorlog of vrede zou kunnen manen. Wij doen al het mogelijke om den oorlog binnen zijn onvermijdelijke grenzen te houden, zooals het geval was voor Abessinie, Spanje en München, terwijl wij natuurlijk rekening houden met onze belangen. Dat is alles. De non-belligerentie van Italië is volkomen vereenigbaar met de verdragen en de bepalingen van het Italiaansch-Duitsch bond genootschap: de spil blijft dus de grondslag van het bestaande Europeesche evenwicht en function- neert in samenhang met de gebeurtenissen, die zich hebben voorgedaan met de tegenwoordige vormen van oorlog en met de krachtsverdeeling. De spil functionneert in overeenstemming met haar doeleinden: de revisie van Europa, die haar eigenlijke taak vormt. Tot dat doel behoort de handhaving van de orde op den Balkon, onlangs bevestigd bij het bezoek van Teleki aan Rome en door de telegramwisseling tusschen de ministers Ciano en Markowitsj. In dezen sector, die zijn stabilisatieproces volgt en moet volgen, gebeurt dus niets van sensationeelen aard. Al hetgeen kan bij dragen tot bevordering van dit proces en tot waar borging van de veiligheid in dit deel van „onze levensruimte" aldus het blad kunnen wij aanvaarden, maar ook niets meer en niets minder. WANDELSPORT WANDELTOCHTEN VOOR O. EN O. De R.K. Wandelsportvereeniging „St. Bonifacius** te Haarlem organiseert op 8 en 9 Juni eenige wan deltochten ten bate van het O. en O.-werk te Haarlem. INDIEN V EEN le kl. 2de h. merkrijwiel zoekt, dan is ons adres het uwe. Wij hebben Fongers, Burgers, Sim plex, B.S.A., Raleigh, Humber, Rover, Gazelle in verschillende uitvoeringen, alle als nieuw c-n solide gegarandeerd. Wij verrui len en emailleeren. A.Koclemeijcr Breestr. 3, tel.12647. gev. sed.1912 Dr. Otto Klipp's T alenschool ONDERWIJS in DUITSCH FRANSCH ENGELSCH NEDERLANDSCH STENOGRAFIE Opl. voor alle Praktijk examens en „Akte L.O." Vraagt GRATIS prospectus! Kleverpark weg 142, Haarlem TELEFOON 13269 Bij HEEXK Buitengewone collecties in: GRASMACHINES TUINGEREEDSCHAP MEUBELEN PARASOLS FIGUREN (Kabouters, Dieren) „ASEF" KUNSTMEST Moderne slijp- en herstel- inrichting v. grasmachines. Vraagt prijscourant 1940 GROOTE HOUTSTRAAT HAARLEM Geopend 8 tot 18 uur. Zaterdags tot 21 uur. vr. dienstpersoneel o.m. keuken werkmeisjes, 2de, alleen, werk sters en dagmeisjes v. g. g. v. Adr. te vernemen Boogaard's Plaat singbureau, Jansstr. 56, Tel. 14170 Gevraagd flinke Banketbakkers leerling Leeftijd ca. 16 jaar. Aanmelden vóór 5 uur Smit's Luxe Bakke rijen, Smedestraat 43-45 Nieuwe Gracht 74, Mak. P. Hoogeveen Lz. m van een IMPORT ZENDING, bestaande uit: ALLER EERSTE PERZISCHE TAPIJTEN, KARPETTEN, SALON- en FOYER KLEEDJES, TAFELKLEEDEN, DIVANKLEEDEN enz. enz., welke GEHEELE ZENDING publiek zal worden geveild op ZATERDAG 6 APRIL 1940, des middags uur. KIJKDAGEN morgen (DONDERDAG) 4 en VRIJ DAG 5 APRIL van 10 tot 4 uur. De lijst der te veilen nummers met benaming en afmeting is verkrijgbaar aan het ALGEMEEN VERKOOPLOKAAL Juffrouw die gisterenav. Vergierdeweg 197 kwam sollicit. wordt verzocht vandaag terug te komen. Voor direct gevraagd buffetbediende ongeli., leeft. 20-25 j„ met het vak bekend. Aanm. Stationsres tauratie 2de klasse Kleine reparaties kunn. verrich ten. Br. met verl. loon no. 3567 bur. van dit blad Voor direct gevraagd bij C. AUGUSTINUS. Van Zegge- lenplein 6, Haarlem Oost Per 1 Mei gevraagd een flinke zelfst. Dienstbode voor d. en n., en voor direct een werkster voor 1 of 2 dagen per week. Br. no. 3563 bur. van dit blad of tele fonisch 18024. Bontenbal's Boekhandel en Bi bliotheek, Jansweg 51, vraagt goede verkoopster, met vakken nis. Aanmelden 's av. na half 9. Wegens uitbreiding gevraagd eenige Vast loon 10 per week; plus provisie en premie. Aanmelden Donderdagmorgen 10-10.30 uur N.V. Electr. App. Mij., Lange Be gijnestraat 20 (ingang portiek).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 3