en kteut ^Lhhhz Gevoel voor humor T)at bcenqfr Jlatifs! aaai den Zaaier1 Menu aan de meek VRIJDAG 5 APRIL 1940 HAAREEM'S DAT,BEAD' Weet je waar ik weieens bang voor ben. dat het meisje van mijn zoon geen gevoel voor humor heeft, vertelt zijn moeder met een bezorgd gezicht aan een vriendin. Dingen waar wij om lachen, doen haar zoo dui delijk zichtbaar heelemaal niets, dat ik zelfs wei eens moet denken dat ze een onbewogen natuur heeft, en wat moet zoo'n huwelijk dan worden! De vriendin protesteert, zij vindt dat het meisje erg veel zin voor humor heeft en allerminst een onbewogen indruk maakt, integendeel, blijk geeft van een warmen aard. Is die moeder nu zoo overmatig critisch of ziet de vriendin het mooier dan het is? Geen van beiden vermoedelijk, maar de zin voor humor en daarmee de zoogenaamde bewogenheid liggen bij de moeder op een heel ander terrein dan bij haar vriendin en bij het meisje van haar zoon. Eigenlijk kan men daarom nooit zeggen: die of gene heeft geen gevoel voor humor, als het ten minste niet over een houten klaas gaat, die inder daad nooit lacht en die op geen enkel grapje rea geert. Maar gevoel voor humor hebben is zoo'n rekbaar begrip, en wat de een humor noemt vindt een ander intens flauw en omgekeerd, terwijl zelfs een goede definitie van het woord humor allerminst in staat is om precies uit te drukken waar de hu mor ophoudt en waar de flauwheid begint. Natuurlijk, een stel giechelende meisjes, die om niets lachen, hebben met humor op dat oogenblik niet het minste verband, maar wie durft zeggen: dat is fijne, humor, terwijl een ander er misschien geen lach om krijgen kan? Natuurlijk zijn er ook grove grappen, maar wie zal nauwkeurig durven beweren, waar de scheidingslijn precies ligt, het hangt immers vaak van de omstandigheden af, hoe het gezegd wordt, door wie het gezegd wordt en wat er wordt bijgefantaseerd, of zelfs wat er soms wordt bijgedacht. Wij lachen om dezelfde dingen, daarom kun nen wij goed met elkaar opschieten heb ik eens een paar menschen hooren zeggen en dit is werke lijk in den omgang van menschen onder elkaar een belangrijk ding. Daarom is het omgekeerd ook best mogelijk, dat het meisje van dien jongen man op den duur hem overhaaalt tot haar eigen gevoel voor humor, zonder dat zij er overigens veel moeite voor behoeft te doen. Ook ons gevoel voor humor kan ontwikkeld worden, en een heef anderen kant uit gaan, dan waar het oorspronkelijk naar toe scheen te leiden. Daarom is het niet alleen kortzichtig om te bewe ren, dat een ander gevoel voor humor mist, maar het is ook onwaar, het is eenvoudig, dat wat wij zelf grappig vinden, door een ander heelemaal niet als zoodanig wordt gewaardeerd. Maar dan moeten wij niet zoo êigengereid zijn om te meenen, dat ons gevoel voor humor nu juist het eenige ware is, want dat is zeker en vast niet het geval. Men kan hoogstens denken: ik vind dat grappig, jammer voor jou dat je het niet vindt. Hoogstwaarschijnlijk denkt de ander op haar beurt dat weer van ons bij een andere gelegen heid, en daar is niemand dan iets minder om. E. E. J.—P. ANEGANG34- ANEGANG 34- HAARLEM (Adv. Ingez. Med.) HOEDJES VOOR DEN ZOMER Een ware bloemenweelde wordt over onze hoofden uitgestort! Als we dit schrijven, kan niemand bekijken, of u op den eerstvolgenden Zondagmorgen met een jubelkreet naar uw nieuw voorjaarshoedje zult grijpen ofblij zult zijn, dat de bontmuts nog niet is opgeborgen! Maar eens zal 't toch zeker weer zomer worden. Laat ons dus gauw iets vertellen over de komen de hoedenmode. Dat 1940 staat in het teeken der bloemen, hebt u natuurlijk zelf allang opgemerkt. Een overvloed van bloemen zal in letterlijken zin over onze hoofden worden uitgestort en veldbloe men, anemonen en viooltjes zullen hierbij een groote rol spelen. Camelia's, rozen en andere „klas sieke bloemen" blijven evenwel niet achter. De mode zal dan ook weer een bijzonder jeugdig as pect vertoonen. Kenmerkend voor deze hoedenmode is verder, dat lint, sluiers en andere garneering aan den achterkant van den hoed worden gedragen. Som mige echt fleurige zomerhoedjes lijken met hun tros gekleurde lintjes, die in den nek van de draagster wapperen, wel een beetje op de roman tische mandolines van zéér populaire tokkelaars. En zelfs op het breede elastiek, dat de hoedjes om het hoofd vasthoudt, wonden toefjes bloemen ge stoken. Een versiering, die meestal verschuifbaar is en nu eens links, dan weer rechts of in 't midden worden gedragen. En dan zijn er de gekleurde haarnetjes: een nouveauté, die stellig opgang zal maken, vooral omdat zij kleurig en tegelijkertijd keurig is en het haar feilloos bijeenhoudt. En nu nog een woord over de kleuren van onze hoedjes? Ziedaar dan: we krijgen allerlei pastel tinten: een kleurengamma van rood, blauw, lila. waarsdoor elke feeërieke jurk de finishing touch ontvangt. En de vormen? U begrijpt, dat er door die ach terkant-garneering een heele omwenteling in den vorm van onze hoedjes heeft plaats gehad. De typische voorjaarshoed is het kleine „dopje" dat voorover in de oogen wordt vetrok-ken. En dan verder: matrozenhoeden met tamelijk grooten, rechten rand en kleine, rechte bol, die eenigszlns „getailleerd" is. De echte „bloemenhoedjes" prijken voor op het hoofd en maken een capricieus-vroolijken indruk De „babyhoeJen'' met van voren neergeslagen rand worden daarentegen aohter op het hoofd ge dragen. De mode kenmerkt zich door groote soberheid Nog gieren gure vlagen door straten en langs wegen, maar iedere rechtgeaarde vrouw zit reeds met haar hunkerende gedachten midden in den heerlijken zomer! En.... natuurlijk verwijlen deze gedachten ook bij de zomermode. Parijs heeft zich in zooverre bij de tijdsomstan digheden aangepast, dat de modellen, die de „Maisons de haute couture" toonen, niet bijzonder talrijk zijn. Maar dit is misschien alleen maar een beetje jammer voor de dames met het onbeperkte budget, die ervan houden te zwelgen in buiten sporigheden; voor de bescheidener georiënteerde en zelfs vor haar, die er prijs op stelt zeer chique gekleed te gaan, is er nog keuze in overvloed. De nieuwe mode vertoont dus geen buitensporige raffinementen en weinig „knal-effecten": zij is zeer practisch van samenstelling. De silhouet is weinig veranderd. Voor de rokken wordt nog altijd veel stof gebruikt, hoewel ze niet meer zóó wijd zijn als bij de wintermodellen. De rokken der gewone dagjaponnetjes de beroemde „petites robes", waarmee de Parisienne wonderen doet! zijn heel interessant.er zijn er die in ver scheidene baantjes verloopen en voorts ziet men een serie pantalon-rokken. Een zekere luxe vertoonen de namiddag-toiletjes, hoewel ook deze binnen bescheiden grenzen is gehouden. De japonnetjes hebben frissche witte garneering en kraagjes. Stoffen zijn: wol, tweed, jersey, meest effen en weinig imprimés voor het voorjaar. Enkele nouveautés: de verwerking van zachte haarsoorten en de gar neering met zakken. De taille is bizonder smal, waardoor de mode-1940 een wel zéér vrouwelijk, elegant cachet krijgt. Kleuren zijn: grijsgroen, koningsblauw, scharlakenrood met tal van bijtinten. Onze teekening laat u (van links naar rechts zien: Een jersey- japon, versierd met groote zakken en ceintuur van ander materiaal. Een wollen jurkje in marineblauw met witte strik (Let op den elegan- ten vorm der zakken en de plooitjes aan de taille). Een aardig voorjaarsjurkje in groen met grijze ge ruite stof, versierd met zwart. 't Figuurtje op den achtergrond draagt een parelgrijs toiletje met breede Scbotsche ceintuur en wit kraagje. (Recepten Levermaaltijd. Benoodigdheden: Om voor 4 personen een levermaaltijd samen te stellen, die alle voedings stoffen in voldoende hoeveelheid bevat, dus vol ledig is te noemen, hebben we noodig: 1 pond lever (varkenslever is heel goed en goedkoop), 2*/2 a 3 K.G. aardappelen (deze koken), 1 K.G. uien. ruim 100 gram vet. Bereiding: De lever in het water zetten, zoodra deze van den slager komt. Wasch de lever, snijd hem in plakken en wrijf ze in met peper en zout. Wentel ze door bloem en bak ze in de koekepan aan beide kanten mooi bruin. Voeg wat water toe en laat de lever dicht- gedekt nog 15 minuten zachtjes stoven. Schil de uien, wasch ze en snijd ze in plakken. Bak deze ook in de koekepan mooi goud bruin (vooral niet te donker, daar uien gauw bitter gaan smaken). Laat de uien met lever even mee stoven. N.B. Het beste kunnen eerst de uien gebakken worden en dan in dezelfde koekepan de lever. Hutspot half rauwkost (4 personen). Benoodigdheden: 1 K.G. winterwortelen, 1 pond uien, 2 K.G. aardappelen, zout, 80 gram vet. Bereiding: Maak de wortelen, de uien en de aardappelen schoon en wasch ze. Snijd de wortelen (op 2 na) in plakken, evenals de uien, de aard appelen in vieren. Zet de wortelen en de uien op met weinig water. Voeg na >4 uur koken de aard appelen en het zout toe. Laat alles gaar en droog koken. Stamp de hutspot goed dooreen. Voeg het vet toe en stoof de stamppot 10 minuten. Rasp de overgebleven wortelen, roer deze er door en laat ze even goed mee door warmen. Dien d stamppot dan direct op. IN DEN SPIEGEL!" Als U snel gefietst of geloopen hebt, moet U eens in den spiegel kijken, dan ziet U pas hoe noodig sous-bras zijn. De Groot's nieuwe, verbeterde sous-bras zijn het behoud van Uw japon. Prijzen: 2 paar voor een kwartje en hooger. GR. HOUTSTRAAT 98 HAARLEM (Adv. Ingez. Med.) Oude, fijn-gekleurde prenten brengen haar reeds tot ons EEDS sedert eeuwen en eeuwen heeft het Oosten een bijzondere aantrekkingskracht op het Westen uitgeoefend. Nieuwsgierig en geïntex-esseerd lazen onze voorouders in de 13e eeuw de reisbeschrijvingen van Marco Polo, die wonderverhalen over het Hemelsche rijk wist te vertellen en slechts een honderdtal jaren later verschenen reeds de sensatïoneele mededeelingen van den Franciskaan Odorik in druk. Deze mon nik. die van 1322 tot 1328 in China reisde, weet zelfs reeds te vei-tellen van de ontzettend lange nagels der voorname Chineezen en van de onmo gelijk kleine voetjes der dames. In de Middeleeuwen bestond slechts een landver binding tusschen Indië en China en op deze wijze kwamen ook soms de Chineesche waren als zijde, porcelein en lak als vurig bewondei'de sprookjes gaven naar Europa. De handel kwam echter eerst tot bloei toen de zeeweg naar het Oosten door de Poi'tugeezen werd ontdekt. Dit was in 1515. In de 17e eeuw beheerschten daarna de Hollanders de Oost-Aziatische markt, totdat ze in de 18e eeuw door de Engelschen verdrongen wei'den. Onze eerste degelijke kennis van Chineesche toe standen danken wij aan de Jezuïten, die in 1581 naar China trokken, waar zij dank zij de groote godsdienstige verdraagzaamheid, die daar heersch- te, weldra vasten voet kregen en zelfs aanzienlijke posities aan het Hof bekleedden. Na hun eerste brieven volgen dan de uitvoerige beschrijvingen van Hollandsche reizigers, die in 1665 en 1675 ver schenen en de eerste vertalingen van Chineesche klassieken. 't Lag voor de hand, dat tengevolge van dezen stortvloed van „sprookjeslectuur" de mode in de 18e eepw een uitgesproken Chineesch stempel droeg. De kunstenaars in den rococotijd grepen in hun scheppingen als tuinen, paviljoens en binnen huiskunst onwillekeurig naar Chineesche motieven. Zeer populair waren de Chineesche tapijten, die in alle deftige huizen prijkten. En uit den rijken schat der Chineesche schilderkunst waren het bloemen en diervoorstellingen. fantastische bouwwerken, krijgsvoorstellirgen. demonen, geesten en feeën, die de salons sierden of in mappen werden bewaard. Op deze oude prenten wordt ook de Chineesche dame op velerlei wijze aan de vergetelheid ont rukt. Talloos zijn de waaiers, kakemono's en wand schilderingen die haar uitbeelden in haar fijnge- tinte kleeding en met haar kunstig geschminkt ge laat en meer dan iets anders brengen die oude prenten de ziel der Chineesche vrpuw tot ons. Wat hierbij het meest opvalt, is de popperige fijnheid van de gelaatstrekken, die volgens een vast cliché gemodelleerd schijnen. Alle Chineesche vrouwen hebben amandelvormige oogen, haar fijne gepenseelde wenkbrauwbogen, kleine, vuurroode mondjes: van individualiteit is weinig te bespeuren Het kapsel van de Chineesche dame, dat lang niet .cderen dag wordt overgemaakt, is doodeenvoudig Het haar wordt in een „knoedeltje" boven op het hoofd vastgestoken, terwijl soms een puntige lok, over het voorhoofd gelegd, de richting van den neuswortel uitwijst. Eenige kammen en haarnaal den, een diadeem en in den zomer enkele levende bloemen, die nauwkeurig met de kleuren van de kleeding harmonieeren, vormen de versiering. De klassieke kleeding der Chineesche dame be staat uit een zeer wijde pantalon met breede ge borduurde randen, cUe door een sjerp, vaak met franje aan de einden, om het middel wordt vastge houden. Daarover draagt zij een tot over de knieën reikend jak van zachte stof met enorme mouwen. De bewoonsters van Mandsjoekwo dragen panta lons die om de enkele worden vastgebonden en korte jakjes zonder mouwen. Op straat wordt meestal een geplooide ondeirok en een langer, wij der jak gedragen. Bij vrouwen uit het volk wordt de kleeding meest gemaakt van blauw katoen, terwijl bij de voorname dames zijden kleedingstukken in fijn op elkander afgestemde tinten een groote rol spelen. Als sieraad draagt de Chineesche dame bij voor keur oorringen met lange hangers, verder armban- den en ringen in groote verscheidenheid. Ook de knoopen van het opperkleed, volgens oude ongeschreven wetten steeds ten getale van vijf, worden tot de juweelen gerekend. Koraal, turkoois en nefriet worden 't meest gebruikt. Door zichtige edelsteenen vallen bij den Chinees niet in den smaak. Een eigenaardige versiering vormen ook soms de acht tot tien centimeter lange foudralen die de lange, welvex-zorgde vingernagels beschermen. De ze uitzonderlijke verfijningen worden echter voor degelijke gehuwde dames als niet passend be schouwd Hoewel ook in China de mode steeds wisselt, verandert de snit van het traditioneele Chineesche costuum zeer weinig. Des te meer echter stof en versiering! Het gebruik van het insnoeren der voeten be gint heel langzamerhand onder de meer ontwik kelde Chineezen uit te sterven. Toch zijn er in het onmetelijke Hemelsche rijk nog millioenen kleine meisjes, die hierdoor bitter moeten lijden. Twee verschillende manieren van voetbehande ling beter gezegd mishandeling zijn in ge bruik: In de lagere volksklassen worden enkel de vier kleinere teenen van de meisjes onder de voet zool gebonden, waarna de voet stevig wordt om zwachteld, De andex-e manier, die meest in Zuid- China en onder de voorname klasse wordt toege past, is zeer langdurig en pijnlijk; hierbij wordt onder de holte der voetzool een metalen cylinder vastgebonden, waardoor de bovenste voetteentjes uit hun verband worden gerukt en omhoog ge duwd, totdat ze afsterven of uitzweren, waarbij de moeders soms „meehelpen" door de beentjes stuk te slaan. Deze gruwelijke „schoonheidsbehande ling" duurt meest van het vierde tot het zesde le vensjaar. 't Is overigens bijna onbegrijpelijk, hoe de Chineezen bij hun tegenwoordige ontwikkeling deze mismaakte voetjes nog mooi kunnen vinden. Immers weliswaar wordt de lengte tot 7 a 8 c.M. gei'educeerd, maar daar staat tegenover, dat de gang afschuwelijk wordt. Het lichaamsgewicht komt voornamelijk op de hakken te rusten en de meeste Chineesche vrouwen loopen dan ook alsof de rest van den voet niet bestaat. Gelukkig komen in den laatsten tijd in China ook millioenen vrou wen met normale voeten voor. Met de voeten is in China overigens hetzelfde fatsoensbegrip verbonden, dat wij ons denken bij het decolleté. Te lage halzen gelden bij ons als ze deloos of tenminste on-gedistingeerd, in China is het vertoonen van de blootei voeten, zelfs aan den echtgenoot, een regelrechte schande. Wanneer op een pi-entje van een Chineesche dame de voeten zichtbaar zijn, dan kunt u er van op aan, dat die dame „niet veel bijzonders" is. Een fatsoenlijke vrouw verbergt haar voeten onder de randen van de pantalon, en zeer zeker als ze zich laat ver eeuwigen. Natuurlijk gelden deze fatsoensbegrippen uitslui tend voor de traditioneele Chineesche dracht; bij Westersche kleeding zijn ook de zedelijkheids- maatstaven veranderd. Hoewel natuurlijk in het moderne China allerlei Westersche begrippen zijn doorgedrongen, zouden wij ons stellig verbazen over de opvattingen van de echte Chineesche dame, die in wezen eigenlijk nog precies dezelfde zijn als 2000 jaar geleden. In de gegoede standen krijgen de meisjes een zeer zorg vuldige opvoeding. Ze leeren lezen, schrijven, een of meer instrumenten bespelen en worden ook in de beginselen der wijsbegeerte ingewijd. De „geschiedenis der deugdzame uit ouden en nïeuwep tijd", een werk, dat stamt uit de le eeuw v. Chr., welks schrijver de beroemde Lin Hiang is en zijn „Anecdoten van deugdzame vrouwen", een boek in vier dikke deelen, bevinden zich in het be zit van alle welopgevoegde Chineesche dames. De huwelijken worden zeer jong gesloten, hoofd zakelijk door de wederzijdsche ouders. Toch zijn huwelijken uit liefde in China geen zeldzaamheid en het merkwaai'dige is, dat ook de conventioneele huwelijken dikwijls heel gelukkig worden Dit \indt zijn oorzaak in het collectivistisch denken van deh Chinees, die in de eerste plaats denkt aan het belang van zijn nageslacht en allerlei indivi dualistische gevoelens, die dit voor hem allerhoog ste belang in gevaar zouden kunnen brengen, stel selmatig onderdrukt en negeert. Heel merkwaardig is, dat wij Westerlingen, na een lang tijdperk van tot in het overdreven voort gezet individualisme in huwelijksaangelegenheden, nu weer eenigszins hiervan beginnen terug te ko men. Er zijr oogenblikken, dat de opvattingen van de Chineesche dame, die het zich eenvoudig tot een eerste plicht rekent, haar man lief te hebben, ons niet meer zóó vreemd voorkomen als.... nu laat ons zeggen vijf-en-twintig jaar geleden. Waarmee we maar willen zeggen, dat er niets nieuws is onder de zon! L. S. Zondag. Vermicellisoep, Roastbeef, Snijboonen uit blik, Aardappelen Chocoladevla met stekelvarken. Maandag. Koude roastbeef, Gestoofde prei, Aardappelen Havermoutpap. Dinsdag. Gestoofde varkensnier, Andijvie, Aardappelen Ma izenap udding, met gedroogde vruchten. Woensdag. Varkensschijf, Hutspot half rauwkost, Rijst met krenten. Donderdag. Macaroni met varkensvleesch en haas, Spercieboonen (uit blik) Fruit. Vrijdag. Gebakken schol, Sla, Aardappelen Beschuit met bessensap. Zaterdag. Gebakken lever, Gebakken uien. Aardappelen, Griesmeelpap. EEN GOEDE RAAD UIT BOEKELO (O.) Uit hygiënisch oogpunt gebruike men voor alle spijzen JOZO of NEZO. Zuiverder keukenzout bestaat er niet. (Adv. Ingez. Med.) Bij de opening van het tennisseizoen, plaatse» we nog eens een eenvoudig maar goed sluitenj tennisvest. Het vest is voor maat 42 tot 44 en gei breid van witte bouclé wol in patroon 1 recht, averecht. We gebruiken hiervoor 250 gr. wol, 2 pennei no. 21/2 en 2 pennen no. 3y2. We beginnen met den rug en zetten hiervoor o) pennen no. 2\/2 70 st. op. We bi'eien 15 pennen li la. en gaan dan over op pennen no. 3y2. We ven volgen met hetzelfde patroon maar meerderen om de 6 pennen links en rechts een steek bij, zoo dat we na 60 pennen 90 st. hebben. Nu kanten w| voor het armsgat 11 st. af (4322). Als wj 100 pennen boven den boord gebreid hebben, latei we aan weerskanten 20 st. staan voor den schoude; de rest steken we op een reservepen voor den haU Den schouder bi-eien we schuin op, door van dei hals af 15 st. te breien, dan 10 st., daarna 5 st, waarna we alles afkanten. Voor het linkervoorpand zetten we 46 st. op el breien dan weer 15 pennen lr. la. op pennen 2\k Nu rijgen we 10 st. op een draadje (deze zijn vod de voorbies en worden later afzonderlijk op pennei no. 2i/2 dooxgebreid) en de rest breien we door oj pennen no. 3y2, maar aan den zijnaadkant meer deren we om de 6 pennen weer 1 st. bij. Na 60 toerei kanten we voor het armsgat 11 st. af, als boven, ei na 95 toeren laten we aan den voorkant, voor di halsuitsnijding, eerst 5 st. en dan nog 5 keer st. staan. De overgebleven 20 st van den schoudel breien we evenals boven schuin op en kantel ze af. Het rechtervoorpand breien we evenzoo maa» in den boox'd maken we na 10 toeren een knoops gat van 4 steken, 3 st. van den kant af. Nu nemen we de 10 st., die zijn blijven staal van het linkervoorpand en breiexx op pennen 2M een bies van lr. la. die evenlang wordt als hej voorpand, tot waar de hals begint. Voor het rechteri voorpand doen we dat evenzoo, maar telkens n| 22 pennen breien we een knoopsgat van 4 st., 3 si van den kant ai. We nemen nu bovenaan bij dl 10 st. van de bies de steken van den hals op, dl schouders, den rug en zoo door tot we bij de li st. van de andere bies komen; alles op pennen na 21/2. Waar groote gaten komen, nemen we extrl stekén op, zoodat we in totaal 115 sl. hebben ei breien dan een boordje van 10 toeren, dat we tame lijk strak afkanten, en waarin we na 5 toeren ooi weer een knoopsgat breien. Nu stikken we op de machine de biezen aan hel voorpand, en de schoudei*s en de zijnaden aal elkaar. Voor de mouw zetten we, aan den kop te be ginnen 40 st. op en breien lr. la. op pennen na 3\2Nu meerderen we elke derde pen een steek voor en achter, tot er 70 st. op de pen staan. Daj in een keer voor en achter 7 st. bijmaken en met deze "84 st. 4 pennen breien. Nn elke derde pei 1 st. voor en achter afminderen, tot we van dei kop af 60 pennen hebben gebreid. We breien nu nog een boordje van 10 pennen oj pennen no 2y2. De mouw wordt boven stijf ingehaald en ool| weer op de machine ingestikt. Het vest sluit met 7 knoopen naar keuze af stekend of in de kleur van de stof SP.—TH HUISMIDDELTJE. Een goedkoop en afdoend middel om kunstge bitten van zwarten aanslag te reinigen Is het vol gende: Een theelepel bleekpoeder in een bakj« lauw water oplossen en hierin het gebit gedu rende een half uur laten staan. Daarna goed na spoelen en borstelen en het gebit is als nieuw- Het slaat dan ook niet zoo spoedig meer aaa.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 14