ngeland's handelspolitiek richt zich naar den Balkan. Vrouwen in het Zwitsersche Lesjer. r—ii R IJ D "A" G 5 A" PRIL' '1940 HÏÏRL'EM'S DAGBLAD Maatschappij gesticht. Naar officieel uit Londen wordt medegedeeld eeft de Britsche regeering het wenschelijk ge fit dat een speciale handelsmaatschappij wordt tgericht voor de ontwikkeling van den handel iet zekere neutrale landen. Lord Swinton. Het besluit tot oprichting van een dergelijke jaatschappij is door den minister van financiën, Ir John Simon, medegedeeld in een schriftelijk itwoord op een vraag uit het Lagerhuis. In dit antwoord zegt Simon: ..Deze maatschap- Ij zal zich in de eerste plaats bezighouden met >n handel met Bulgarije, Griekenland, Hon- irije, Roemenië, Turkije en Joego-Slavië. Bij [schikte gelegenheden kan zij echter ook el- Ers optreden". L maatschappij zal „English Commercial Cor- ition Ltd." heeten. Haar kapitaal wordt door de Btkist geleverd. Zij zal optreden als onafhanke- jhandelsorgaan en met de regeering overleg ple- |over de groote lijnen harer politiek. Het is niet [edoeling dat de maatschappij de bestaande han- kanalen vervangt: zij moet daarvan, aldus Si- I, juist een zoo groot mogelijk gebruik maken, iesident-directeur wordt de oud-minister van tvaart Lord Swinton. Van de directie maken Ier deel uit Chester Beatty, Beasley, Lister, (wen, Hambro en Nixon. klister Simon zeide te verwachten, dat de nieu- handelmaatschappij op 15 April te Londen zal den ingeschreven. ilgens den parlementairen redacteur van Reu- noet de maatschappij als een permanent lichaam houwd worden. Men hoopt, dat zij een alge- ne uitbreiding van het handelsverkeer met de tanlanden zal kunnen bewerken. [j zal de handelsondernemingen waarschijnlijk hen bijstaan door financieelen steun en door het [trekken van inlichtingen. De maatschappij is in )ODSTRAF OP VERSPREIDING VAN COMMUNISTISCHE PROPAGANDA. D eer eet der Fransche regeering SCENTRATIEKAMPEN IN NOORD-AFRIKA. [vereenkomstig een besluit van den Fran- jen ministerraad heeft de minister van bin- jlandsche zaken. Roy, een decreet uitgewerkt irbij zij, die in bepaalde gevallen propganda- Jerieel van de Derde Internationale hebben irbereid. verspreid of bewaard, schuldig zijn i landverraad en dus met den dood kunnen tden gestraft. Bovendien zullen de prefecten officieren van de recherche machtiging krij- i des nachts huiszoeking te verrichten bij ver- ihte personen. )e concentratiekampen uit de omgeving van iijs zullen worden overgebracht naar Noord- ika. jovendien zal de minister van Binnenlandsche ten de afdeelingen van de politie, welke moe- toezien op het optreden van communisten nationaal-socialisten, versterken. allieerden kunnen in ruimer mate ïlkander's goederen betrekken. neenschappelijke politiek op buitenlandsche markten. Het Engelsche ministerie van handel heeft ledegedeeld dat 1 April een nieuwe, meer uit- ebreide algemeene toestemming voor den in- oer van bepaalde goederen uit Frankrijk en (jn koloniën is verleend. Een gelijke machti- ing is verleend voor den invoer uit Engeland l Frankrijk en de Fransche koloniën ferder is een overeenstemming tot stand ge nen tusschen de regeeringen van Frankrijk en (eland over den verkoop van cacao uit West- ika. Op buitenlandsche markten wordt een ge- inschappelijke verkooppolitiek toegepast. Men t dit een resultaat van de besprekingen tus- en den Britschen minister van Koloniën, Malcoln (Donald en zijn Franschen collega Mandel. Ministerie van Voorlichting in Frankrijk. ii het Fransche staatsblad is een decreet ge- |liceerd. waarbij een ministerie van voorlich- I in het leven wordt geroepen en georgani- rd. Iet decreet groepeert onder een gezag, volgens herhaaldelijk in het parlement en het land tot firukkig gebrachte wenschen, de diensten van i commissariaat-generaal van de voorlichting het bestuur der nationale radio-uitzending. I permanente centrum voor algemeene inlich ten en den dienst der controle op de radio- Bendingen. fen einde minister Frossard in zijn taak te pen. is besloten hem een oppersten raad van (dichting en een technische commissie ter zij- ,te stellen, welker samenstelling eerlang zal rden bekend gemaakt. 'de eerste plaats een financieele instelling, doch zal ook de vrijheid hebben zaken te doen. Men acht het waarschijnlijk, dat zij ook eenige overeenkomsten voor handel met gesloten beurzen zal sluiten. Men gelooft, dat het de eerste maal is dat het ka pitaal van een handel-maatschappij geheel door de Britsche regeering verstrekt wordt. Italiaansche stem over de blokkade. Engelsche uitspraken geciteerd. De diplomatieke redacteur van het Italiaansche persbureau Stefani merkt ten aanzien van de ver scherping van de blokkade tegen Duitschland op dat de economische blokkade blijkbaar door de geallieerden niet als een beslissend element voor de overwinning wordt beschouwd, want anders zouden zij geen systeem hebben toegepast, dat ernstige complicaties mee moet brengen. De geal lieerden rekenden niet alleen op de blokkade ter zee doch ook op hulp van Rusland bij de omsing- ling van Duitschland. Nu deze hulp is uitgebleven is de blokkade onvoldoende, want Duitschland kan zich vrij van vooiTaad voorzien in Rusland. Ook moet men in Engeland de illusie opgeven verdeeldheid te kunnen brengen in de openbare meening in Duitschland. Een invloedrijk Britsch tijdschrift heeft moeten toegeven dat de geest van tegenstand en, het prestige van het nationaal-socia- lisme in Duitschland grooter zijn dan ooit en dat dat derhalve alleen door een militaire zege Duitsch land zou kunnen worden overwonnen. Deze over winning schijnt niet gemakkelijk te verwezenlijken. De bekende militaire criticus captain Liddell Hart is daarom van meening dat de eenige oplossing voor de geallieerden zou zijn over den vrede te onder handelen. Duitschers bezetten steunpunt bij Saarlautern. Volgens het Duitsche legerbericht 15 dooden bij den vijand. BERLIJN, 5 April. (D.N.B.) Het opperbevel der weermacht deelt mede: ,,In het Westen heeft een patrouille de bezetting van een vijandelijk steunpunt in het grenspebied ten zuidwesten van Saarlautern verjaagd. De vijan delijke verliezen bedroegen ongeveer 15 dooden. Overigens geen bijzondere gebeurtenissen". De Fransche legerberichten. „In het gebied ten oosten van den Moezel plaat selijke bedrijvigheid van infanterie en artillerie. Eer.ige activiteit aan den Rijn". Vrijdagmorgen: „Niets te melden". Engelsche trawlers uit de lucht aangevallen. Een der schepen door de bemanning verlaten. Een Duitsch bombardementsvliegtuig heeft op de Noordzee Britsche vischtrawlers aange vallen. Er viel een bom in de nabijheid van den trawler „Gorspen" uit Aberdeen. De bemanning verliet het schip en werd door een anderen trawler uit Aberdeen opgenomen. Een der op varenden was aan den voet gewond. Later zag men de „Gorspen" nog drijvende. Er is volgens Reuter geen enkel ander schip beschadigd of ge zonken. Ook de trawler „Corennie" uit Aberdeen werd aangevallen met bommen, luchttorpedo's en ma chinegeweervuur. Hij beantwoordde met zijn ka non en twee geweren. Engeland wenscht de Japansche rechten te respecteeren. Maar buiten de drie-mijlszöne geldt de internationale wet. LONDEN, 5 April. In antwoord op de Ja pansche protesten van den laatsten tijd naar aanleiding van activiteit van de Britsche marine in de nabijheid van Japan wordt van gezagheb bende zijde verklaard dat Engeland van plan is haar wettelijke rechten als oorlogvoerende mo gendheid ten volle uit te oefenen, wanneer dit ook maar noodig is, hoewel Engeland graag de Japansche gevoelens wil respecteeren. Er was onthuld dat de Japansche regeering herhaalde lijk uitdrukking gegeven had aan de hoop, dat Engeland activiteit der marine in de omgeving van de Japansche kusten en voornamelijk in de Japansche zee zou vermijden. De Britsche woord voerder legde er den nadruk op dat Engeland absoluut geen bedoeling heeft een illegale daad te begaan en dat men rekening wil houden met de Japansche wenschen. doch de woordvoerder verklaarde tevens dat de Britsche marine geen Japansche maritieme rechten buiten de drie mijls-zóne erkent behalve in gevallen volgens de internationale wet. (United Press.) Vraag over Nederlandsch schip in het Lagerhuis. Schout-bij-nacht Sueater, conservatief afgevaar digd, in het Engelsche Lagerhuis, zal den minister president op 10 April in het Lagerhuis vragen of het hem bekend is dat een Nederlandsche kolen boot te Velsen aan het Noordzeekanaal onder mi litaire bewaking is geplaatst, nadat men had ont dekt dat het schip electromagnetische mijnen aan boord had met het doel deze in de vaargeul van een Engelsche haven te leggen en of op een volle dig ondrzoek zal worden aangedrongen. (Blijkbaar heeft schout-bij-nacht Sueater het oog op het geval van de „Vrede" te IJmuiden, welk schip na onderzoek door de marine-autoriteiten is vrijgelaten, aangezien geen grond voor langere aanhouding aanwezig was. Red. A.N.P.) ENGELAND ZIET DE TOEKOMST MET KALMTE TEGEMOET, ZEGT CHAMBERLAIN. ,,/n zeven maanden zijn de zwakheden weggenomen VERTROUWEN IN DE BLOKKADE. In de rede, die hij Donderdag voor het algemeen bestuur van de Conservatieve Partij te Londen heeft gehouden in een deel van onze vorige op laag is hier reeds melding van gemaakt zeide de Britsche premier Chamberlain o.a.: dat hij niet wilde beweren dat de regeering vrij moest zijn van critiek. Wel was hij van gevoelen, dat „wanneer wij. zooals het geval is, het allen eens zijn over hetgeen wij willen van dezen oorlog, de aan het bewind zijnde regeering het recht heeft algemeenen steun te eischen voor haar oorlogspolitiek. Ik zou het toe juichen. wanneer de partijstrijd gestaakt werd voor dezen tijd, omdat er niets is, dat zoo berekend is op de ontmoediging van onze vijanden en op de aan moediging van onze vrienden, dan aan te toonen dat wij deze binnenlandsche geschillen kunnen laten vallen om den gemeenschappelijken vijand te be strijden en dat er voor hen geen kans is te rekenen op eenigerlei verdeeldheid onder ons tot de oorlog voorbij is." Chamberlain ging accoord me.t de voorgelegde resolutie, volgens welke het optreden der vredes organisaties „zooals zij bestaan, schadelijk is, maar meer ik kijk naar de recente tusschentijdsche verkiezingen, moet ik zeggen, dat ik het moeilijk vind ze heel ernstig op te nemen of een groote on gerustheid te gevoelen over haar succes in het ver krijgen van vat op de kiezers." Voorts zeide de eerste minister: „Toen de oorlog utibrak waren de Duitsche voorbereidingen, die van ons ver vooruit en toen was het natuurlijk te verwachten dat de vijand zijn voordeel zou doen met deze aanvankelijke meerderheid om te trachten ens en Frankrijk te overweldigen, voor wij tijd zouden hebben gehad onzen achterstand in te ha len. Is het niet iets zeer bijzonders dat een derge lijke poging niet is ondernomen? Wat daarvan ook de reden moge zijn, of het nu was, dat Hitier dacht er af te kunnen komen met wat hij had verkregen zonder er voor te vechten, of dat tenslotte de voor bereidingen niet volledig genoeg waren, een ding is zeker: hij heeft zijn kans gemist. Die zeven maanden, die wij gehad hebben, hebben ons in staat gesteld onze zwakheden te herstellen en weg te nemen, ons te consolidee- ren, ieder wapen, offensief en defensief, in orde te brengen en onze gevechtsterkte zoo enorm op te voeren, dat wij de toekomst met kalmte en een rustigen geest tegemoet kunnen zien, wat zij ook moge brengen. Ik zou de laatste willen zijn in onderschatting van de kracht van den vijand of van zijn vastbesloten heid om die kracht te gebruiken zonder scrupule en zonder genade, wanneer hij denkt dat te kunnen doen zonder zijn slagen met interst terug te krijgen, en dit zeg ik ook juist de volledigheid van zijn voorbereidingen heeft hem een zeer geringe marge van kracht gelaten, waar hij nog een beroep op kan doen." In de genoemde zeven maanden, aldus de eerste minister verder, zijn „de gevoelens te onzen gunste onder de neutrale landen toegenomen. Er is ver schil, en de neutralen weten dat, tusschen hetgeen wij gedaan hebben waardoor levens noch eigen dommen zijn vernield en dat brute, ongevoelige, gemeene optreden van den kant der Duitschers, die neutrale schepen zonder waarschuwing tot zinken hebben gebracht en de bemanningen, wellicht voor heele dagen, hebben blootgesteld aan de gevaren van de zee en de stormen. Een feit is, dat heden ten dage Duitschland geen werkelijken vriend in de we reld heeft. Ofschoon er velen mogen zijn en er zijn er velen die nog overheerscht worden door vrees voor zijn militaire macht. Ofschoon wij nooit zoo laag zullen zinken, dat wij den neutralen letsel of verliezen zouden toebrengen, ofschoon wij er naar streven alle regels in acht te nemen, kan niet verwacht worden dat wij Duitschland zouden toe staan voor onbepaalden tijd profijt te trekken van onze nauwgezetheid en hulp en steun te trekken uij de neutralen, die niet vrij zijn in hun handelen en die in hun hart weten, wat zij ook mogen zeggen, dat onze overwinning vrijheid voor hen beteekent, terwijl onze nederlaag hen tot slavernij zou doe men. In het verleden is de blokkade het machtigste wapen geweest dat dit land ooit ter hand heeft genomen, en heden ten dage is het niet minder doel treffend dan het placht te zijn. Juist het feit, dat wij pogen consideratie te hebben met de rechten en belangen der neutra len, beteekent dat wij tot zekere hoogte belem merd worden in onze operaties en dat er lekken en achterdeurtjes blijven. Gij kunt van my aannemen, dat deze lekken en achterdeurtjes, de een na de ander, gedicht zullen worden en dat bij het voortduren van den oorlog dat wur gende effect van de blokkade meer en meer het levensbloed van onzen vijand zal aftappen." Sprekende over de recente Fransch-Britsche ver klaring zeide de premier: „de bepalingen van die verklaring vormden de beste verzekering, die gij kondt krijgen, dat wij niet weer beroofd zullen wor den van de vruchten der overwinning en dat de wezenlijke elementen van de Europeesche veilig heid voor ons beschikbaar zullen zijn, wanneer de oorlog voorbij is. Dit is een oorlog van wilskrach- ten en de wil om te overwinnen moet ons in staat stellen om, of wel weerstand te bieden aan een in tense oorlogvoering met alle tegenslagen en teleur stellingen welke zich ook mogen voordoen tegen over onze triumfen, of wel ook opgewassen te zijn tegen een langen en vervelenden oorlog, waarin het gedurende vele maanden voor een van beide par tijen onmogelijk zou kunnen lijken om een beslis send voordeel te verwerven. Dit is het alternatief en welk van de twee ook mag blijken werkelijk heid te worden, ik stel mijn vertrouwen op den moed en de hardnekkigheid van ons ras, dat ons in het verleden nooit in den steek heeft gelaten." De kaart in Reynaud's werkkamer. Verklaring van Sumner Welles. In een officieele verklaring heeft Sumner Welles de veronderstellingen in de Italiaansche pers om trent de afbeelding in „'1 Illustration" (de foto, waarop Sumner Welles met Reynaud voor een kaart van Europa staan afgebeeld) „fantastischen onzin" genoemd, zoo meldt Reuter uit Washington. Hij voegde hieraan toe dat noch tijdens zijn ver blijf te Parijs noch elders gesproken is over kaar ten Hij heeft niet gekeken naar eenige kaart, welke in het bureau van Reynaud aanwezig zou zijn ge weest. Op de .Normandie' is in de haven van New York een bevei tot be slaglegging gedeponeerd wegens niet betaling van 281 000 dollar door de Compagnie Generale Transatlantique aan 103 Amerikaansche firma's, wier lading bij den brand van de .Paris" verloren ging De organisatie van de militaire hulpdiensten voor vrou» wen. Aanmelding volstrekt vrijwillig, doch na de aan melding gebonden tot het einde der mobilisatie. Aanmelding ongewenscht voor moeders van onvolwassen kinderen en voor vrouwen met een vasten burgerlijken werkkring. Onze correspondent in Zwitserland schrijft ons: Onder de tegenwoordige Zwitsersche staatslie den is wellicht niemand zoo veelzijdig in talenten en belangstelling als de vertegenwoordiger van het kanton Vaud (Waadtland), Kolonel dr. Henry Vallotton. Hij is niet slechts verleden jaar een voortreffelijk voorzitter der Zwitsersche Kamer geweest, wier werkwijze hij belangrijk wist te verbeteren, doch hij staat ook als een der scherp zinnigste rechtsgeleerden en advocaten en boven dien als een bekwaam hoofdofficier van het Zwit sersche volksleger bekend. Daarbij toont dit onge veer vijftigjarige parlementslid een ondernemings lust en een initiatief, zooals slechts weinigen be zitten. Dit bleek weer tijdens den Finsch-Russischen oor log, toen de heer Vallotton, met geestdrift voor den strijd der* Finnen vervuld, niet rustig in Zwitser land kon blijven, maar zich in Finland op de hoog te ging stellen hoe het Zwitsersche volk, onder inachtneming zijner neutraliteit, het best den Finnen eenige hulp zou kunnen verleenen en welke lessen voor de zaak der Zwitsersche landsverdedi ging uit de ervaringen van den oorlog in Finland te trekken zouden zijn. In een met groote aandacht aangehoorde rede voering in de Zwitsersche kamer heeft de heer Vallotton in Februari een aantal raadgevingen ge uit. die de regeering beloofde in ernstige overwe ging te zullen nemen. Een dezer raadgevingen betrof de diensten, die de vrouwen aan de zaak der landsverdediging zouden kunnen bewijzen. Het was niet de bedoe ling van Vallotton, dat de Zwitsersche vrouwen moderne Kenau Hasselaar» zouden worden, die met de wapenen in de hand den binnendringenden vijand zouden te lijf gaan. Ook zonder dat de vrou wen behoeven te leeren met moordende werktui gen om te gaan kunnen zij tot versterking der weerstandskracht van een land bijdragen, zooals de Finsche vrouwen, in haar „Lotta'-organisatie, hebben doen zien. Tal van niet-militaire werkzaamheden in het leger, die thans door mannen verricht worden, kunnen toch even goed, zoo niet beter, door vrou wen worden volbracht. In de administratie, den telefoondienst, de verzorging der kleeding, voed selvoorziening enz. zouden vrouwen zeer goed de thans in deze militaire hulpdiensten werkzame sol daten kunnen vervangen, waardoor een groot aan tal mannen den zuiver militairen dienst aan het front zou kunnen versterken. Al voordat de Finsch-Russische oorlog was uit gebroken en de Finsche „Lotta's" de algemeene aandacht in dit opzicht tot zich trokken, had de Zwitsersche regeering dit zelf ook reeds ingezien. Op 5 April 1939 had zij een oproep tot de Zwitsers van beiderlei geslacht gericht om, voor zooverre zij niet militair dienstplichtig waren, zich vrijwil lig voor de militaire hulpdiensten aan te melden, juist met het doel daardoor lichamelijk sterke ar beidskrachten voor den dienst aan het front zelf vrij te maken. Duizenden mannen en vrouwen gaven aan dezen oproep der regeering verleden jaar gehoor. In den loop van den zomer werden toen de militaire hulpdiensten voor mannen georganiseerd. Bij het begin van den oorlog traden duizenden mannen dan ook hiervoor in dienst. Wat de vrouwen betreft, bepaalde de regeering zich voorloopig er toe slechts diegenen te mobiliseeren, die zich in het bijzonder hadden aangemeld voor ziekenverple ging en het besturen van motorvoertuigen. In overeenstemming met de regeering heeft Ge neraal Guisan, de opperbevelhebber van het Zwit sersche leger, thans besloten ook tot de organisatie der overige militaire hulpdiensten voor vrouwen over te gaan. De voorzitter van het Zwitsersche Roode Kruis, kolonel von Muralt, is tot leider der militaire hulpdiensten voor vrouwen benoemd en zal met den meest mogelijken spoed er voor heb ben te zorgen, dat een zoo groot mogelijk aantal Zwitsersche vrouwen (buitenlandsche worden na tuurlijk volstrekt buiten het Zwitsersche leger ge houden) in militairen hulpdienst in het leger zal treden. Een oproep tot de Zwitsersche vrouwen zal al len, die verleden jaar aan de roepstem nog geen gehoor hadden gegeven, opwekken zich thans tot militaire hulpdiensten bereid te verklaren. Na een streng geneeskundig onderzoek zullen de goed- gekeurden dan over de verschillende hulpdiensten voor vrouwen in het leger verdeeld worden, waar bij zooveel mogelijk met ieders persoonlijke wen schen en geschiktheid zal worden rekening gehou den. In het bijzonder zullen de vrouwen, zoolang Zwitserland buiten den oorlog blijft, zelf kunnen verklaren, of zij haar hulpdiensten slechts op be paalde uren per dag en slechts in haar eigen woonplaats kunnen verrichten dan wel haar ar beidskracht den ganschen dag en onverschillig waar ter beschikking stellen. Hoe gaarne regeering en legerleiding ook de be schikking zouden verkrijgen over een veel groo ter aantal vrouwelijke hulpkrachten dan zich ver leden jaar reeds had aangemeld, toch behoeven de Zwitsersche vrouwen althans voor het oogenblik niet te vreezen, dat er ook voor haar een verplich ting tot militaire dienstverrichtingen zal worden ingevoerd. Van burgerlijke en militaire zijden heeft men dezer dagen bij de toelichting tot het besluit tot organiseering der militaire hulpdiensten voor vrouwen voorop gesteld, dat de aanmelding hier toe een geheel vrijwillige zal blijven. Met evenveel nadruk maakt men de vrouwen echter er op opmerkzaam dat voor diegenen, die zich vrijwillig aanmelden zullen, de verplichting bestaan zal het leger ook inderdaad te blijven die nen tot aan het einde der tegenwoordige mobili satie. Het is duidelijk dat het legercommando er op moet kunnen rekenen, dat de vrouwen die zich vrijwillig voor deze militaire hulpdiensten zullen aanmelden, ook werkelijk haar dagelijkschen plicht bij de troepen vervullen zullen. De toetreding van vrouwen tot de militaire hulpdiensten zal (naar men hoopt) als eerste belangrijke gevolg hebben, dat vele duizenden mannen uit die hulpdiensten zullen kunnen verplaatst worden naar het front. De legerleiding mag niet het gevaar loopen, dat plotseling een verslapping van den dienstijver der vrouwen weder een terugroeping der frontsoldaten naar de hulpdiensten zou noodig maken. Hoezeer de aanmelding der vrouwen voor het hulpdienst werk in het leger volstrekt vrijwillig blijven zal, na de aanmelding zullen zij, die zich hiervoor heb ben aangegeven even streng aan de militaire tucht en aan de verplichting tot dienstverrichting onder worpen zijn als de manlijke soldaten. Ook van de zijde der Zwitsersche vrouwenbeweging wordt den Zwitserschen meisjes en vrouwen dan ook voor gehouden, dat zij zich niet lichtvaardig in een op welling van vaderlandsliefde zullen moeten aan melden. doch slechts in het volle bewustzijn van de verantwoordelijkheden, die zij daardoor tegen over het leger en tegenover zichzelf op zich nemen. De oproep tot aanmelding voor de militaire hulpdiensten voor vrouwen zal niet voor alle Zwit sersche vrouwen bestemd zijn. Kolonel von Mu ralt, de leider dezer hulpdiensten, heeft onmiddel lijk bij de uiteenzetting zijner plannen verzekerd dat het niet de bedoeling is, dat vrouwen met een vasten burgerlijken werkkring of die regelmatig als vrijwilligsters op het land werken ter vervan ging van een gemobihseeróen landarbeider, haar arbeid zullen prijs geven voor hulpdiensten in het leger. De Zwitsersche regeering heeft steeds van den aanvang der mobilisatie af verkondigd, dat zooveel mogelijk het normale economische leven in Zwitserland zal moeten worden voortgezet. De generaal werkt hiertoe ook mede door de regeling van zakenverloven op vrij groote schaal, voor zoo verre de militaire belangen dit veroorloven. Het is dan ook geheel oveerenkomstig de regeerings- politiek in dezen, dat aan vrouwen, die reeds nut tige economische arbeidskrachten zijn, te kennen wordt gegeven, dat zij het land het beste zullen dienen, indien zij op haar plaats in het burgerlijke leven blijven. De oproep zal evenmin bestemd zijn voor moe ders van onvolwassen kinderen. Het algemeene landsbelang bij een goede opvoeding der jeugd is te groot, dan dat men van deze moeders zou mo gen verlangen dat zij haar hoogst belangrijke taak in haar eigen huis zouden verwaarloozen. Al sluiten dus regeering en legerleiding zelf bij voorbaat een groot aantal vrouwen van dienstne ming in het leger uit, des te talrijker zullen, naar men vertrouwt, de meisjes en vrouwen zijn, die zich het recht zullen veroveren zich te tooien met den blauwen band om den arm met het Zwitser sche kruis, het onderscheid ingsteeken van allen die als onderdeel van de militaire hulpdiensten mede in het belang der landsverdediging werk zaam zijn. B. DE JONG VAN BEEK EN DONK. Geheime zitting van liet Lagerhuis. Economische oorlogsvoering wordt besproken. In het Engelsche Lagerhuis heeft Cham berlain gisteren medegedeeld, dat de vol gende week Donderdag een geheime verga dering van het Lagerhuis zal worden gehou den ter bespreking van de economische oor logvoering. RADIO PROGRAMMA ZATERDAG 6 APRIL 1940, HILVERSUM I, 1875 en 414,4 M. KRO-Uitzending. 4.00—5.00 HIRO. 8.00 Berichten A. N. P. 8.05—9.15 en 10.00 Gra- mofoonmuziek. 11.30 Godsdienstig halfuur. 12.00 Be richten. 12.15 Musiquette. 12.45 Berichten A. N. P., gramofoonmuziek. 1.10 KRO-orkest. 2.00 Voor de jeugd. 2.30 Gramofoonmuziek. 2.45 Kinderuurtje. 4.00 Gramofoonmuziek. 4.05 Lezing „Brengt de theosofie vrede voor de ziel". 4.20 Gramofoonmu ziek. 4.25 Lezing „Organisatie een kleinood. Houdt haar in waarde". 4.40 Gramofoonmuziek. 4.45 Le zing „Het wordt lichter". 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15 Internationale Sportrevue. 5.30 Hawaiian- gitaar (opn.) 5.45 KRO-Nachtegaaltjes. 6.15 Gra mofoonmuziek. 6.20 Journalistiek weekoverzicht. 6.45 Gramofoonmuziek. 7.00 Berichten. 7.15 Gods dienstige causerie. 7.35 Actueele aetherflitsen. 8.00 Berichten A N .P., mededeelingen. 8.15 Overpein zing met muzikale omlijsting. 8.35 Gramofoonmu ziek. 8.45 KRO-orkest en KRO-Melodisten en so listen. In de pauze Gramofoonmuziek, 10.30 Berich ten A. N. P. 10.40 Causerie: „Het Onvergankelijke Rijk" (met muzikale omlijsting). 11.1012.00 Gra mofoonmuziek. HILVERSUM n. 301.5 M. VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. en 7.30—8.00 VPRO. 8.00 Berichten A. N. P., gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor arbeiders in de continu bedrijven. 11.50 Gevarieerd concert. 12.20 Gramo foonmuziek. 12.45 Berichten A. N. P., gramofoon muziek. 1.00 Orgelspel, zang en gramofoonmuziek. 2.00 Esperanto-uitzending. 2.20 Gramofoonmuziek. 2.30 Muzikale causerie (met gramofoonmuziek). 2.00 Reportage. 3.30 Gramofoonmuziek. 4.30 Vragen- bus. 4.50 Residentie-orkest (opn.). 5.42 Gramofoon muziek. 5.506.10 Orgelspel. 6.15 Drentsche uit zending. 6.45 Kinderleesclub. 7.00 VARA-Kalender. 7.05 Felicitaties. 7.10 Politiek radio-journaal. 7.30 ..Mobilisatie-probleem", toespraak. 8.00 Herhaling SOS-berichten. 8.03 Berichten A. N .P. 8.15 Puzzle- uitzending. 8.30 Rosian-orkest. 9.05 „Met man en macht", toespraak. 9.10 VARA-Varia. 9.15 Radio- tooneel. 9.30 VARA-Harmonie-orkest. 10.00 En nu.... Oké. 11.15 Berichten A. N. P. 11.2512.00 VARA-Strijkorkest. ENGELAND. 391 en 449 M. Na 10.20 n.m. ook 342 M. 11.20 Variété. 11.50 Pianoductten. 12.20 Berich ten. 12.35 Causerie. 12.50 Gramofoonmuziek. 1.20 Orgelspel. 1.50 BBC-orkest. 2.20 Toespraak. 3.10 Gramofoonmuziek. 3.20 Radiotooneel. 3.50 Orgel spel. 4.20 Berichten. 4.40 Kinderuurtje. 5.20 Berich ten. 5.35 Nieuws van het Westelijk front. 5.50 Va riété. 6.05 Actueel programma. 6.50 Gevarieerd en actueel, programma. 7.20 Variété. 8.20 Berichten. 8.40 Causerie „American Commentary". 8.55 Het BBC-Theaterorkest. 9.35 Avondwijding. 9.50 Schotsch programma. 10.10 Cello en piano. 10.40 Jack Payne en zijn Band. 11.20 Berichten. RADIO PARIJS. 1648 M. 8.05 Gramofoonmuziek. 8.20 Radiotooneel. 9.20 Gevarieerd concert. 11.10 Cembalo-voordracht. 11.20 Gevarieerd concert. 12.05 Zang. 12.35 en 1.00 Viool duetten. 1.30 Pianovoordracht. 2.20 Muzikale cau serie met illustraties door het F. Raugelkoor. 2.50 Gevarieerd programma. 3.50 Vioolvoordracht. 4.45 Cello-voordracht. 5.20 Opera-uitzending. 9.20 en 10.00 Radiotooneel. 10.20 Chansons. 10.35 Radiotoo neel. 11.2011.50 Lichte muziek. KEULEN. 456 M. 4.50: 6.40 en 8.05 Gramofoonmuziek. 8.308.50 Kamermuziek. 9.50 Gramofoonmuziek. 10.20 Solda- tenkoor en -orkest. 11.20 Omroepkleinorkest. 12.35 Gramofoonmuziek. 1.45 Gevarieerd programma. 3.50 Folkloristisch programma. 4.10 en 5.50 Gramo foonmuziek. 6.35 Pianoduetten en trompetvoor dracht. 8.509.20 Zie Deutschlandsender. BRUSSEL. 322 M. 11.20 Gramofoonmuziek. 11.50 en 12.30 Omroep- dansorkest. 12.501.15 Gramofoonmuziek. 1.25 Gramofoonmuziek met toelichting. 2.00 Pianoduet ten. 3.20 De Orkestvereeniging van het Koninklijk Vlaamsch Muziekconservatorium te Antwerpen, solisten en het Caecilia-koor. 5.10 Omroep-orkest en gramofoonmuziek. 6.35 Gramofoonmuziek. 7.20 Radiotooneel met muziek. 8.35 Kolkloristische uit zending. 8.55 Pianovoordracht. 9.30 Gramofoonmu ziek. 10.2011.20 Jazzmuziek (gr.pl.) BRUSSEL, 484 M. 11.20 Gramofoonmuziek. 11.50 en 12.30 Radio orkest. 12.501.15 en 1.55 Gramofoonmuziek. 2.50 Pianovoordracht. 3.05 Dansmuziek (gr.pl.). 3.20 Ra diotooneel met muziek. 4.35 en 5.05 Gramofoonmu ziek. 5.35 Viool en piano. 6.05 Gramofoonmuziek. 7.20 Voor soldaten. 7.50 Omroepkoor (met toelich ting). 8.20 Radio-orkest en soliste. 9.30 Radio orkest. 9.50 Dansmuziek (gr.pl.) 10.3511.20 Gra mofoonmuziek. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 6 35 „Zigeunerliebe", operette. 8.20 Berichten. 8.50 Hans Busch' orkest, en solisten. 10.20 Berichten. Hierna tot 11.20 Nachtconcert. 11.26—12.20 Militair programma.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 9