KEPS Intrekking van verloven ■FT a :A R t E M'S D A G BEAD AGENDA. V&ikcdk Ochtenfibeurs Amsterdam N.V. „G RAN ITO" W O E N S r> G 8 M E I 1940 2 Als voorzorgsmaatregel met het oog op den on- zekeren toestand is gistermiddag overgegaan tot het intrekken van de verloven van land- en zee macht. van welken maatregel we nog in een groot deel onzer vorige oplage melding hebben kunnen maken, hoewel ons blad bij het binnen komen van het bericht reeds ter perse was. Het desbetreffende bericht, van den regeerings- persdient afkomstig, luidde: Periodieke, vacantie-, buitengewone-, kleine-, zaken- en studieverloven worden voor zee- en landmacht ingetrokken. Bovendien worden inge trokken de weermachts industrieverloven van het personeel, ingedeeld bij de luchtdoelartillerie, luchtdoelmitrailleurs, de luchtstrijdkrachten en de zoeklichtafdeelingen en de zeemacht. De verlofgangers moeten onverwijld naar hun ne onderdeelen terugkeeren. Zij aan wie buitengewoon verlof is verleend we gens ernstige ziekte of overlijden van gezinsleden, keeren na afloop van dit verlof naar hunne on derdeelen terug. Later in den middag ontvingen we nog de vol gende communiqués- „Om misverstand te voorkomen, wordt nader medegedeeld, dat onder de ingetrokken kleine verloven mede zijn begrepen de visscherij- en scheepvaartverloven van hen, die niet varende zijn, en de aan mijnwerkers verleende verloven. Voorts is onder de ingetrokken kleine verloven mede begrepen het onbepaald klein verlof ver leend aan de dienstplichtigen der landmacht van de lichting 1924 (van de cavalerie bovendien van de lichtingen 1925 en 1926). Voorts wordt er de aandacht op gevestigd, dat zij, die in het genot van uitstel van eerste oefe ning of van uitstel van het onvervuld gedeelte van eerste oefening zijn, of aan wie vrijstelling is verleend, niet behoeven op te komen". De zeemiliciens. „De zeemiliciens van de lichtingen 1927 en 1923, die in het genot van groot verlof zijn, moe ten onverwijld in werkelijken dienst komen. Zij moesten zich daartoe in afwijking met hetgeen vermeld staat in hun zakboekje met hun mili taire uitrustig per eerstvolgende reisgelegen heid begeven naar het marinedepöt te Rotter dam met uitzondering van de zeemilicien-kust-: wachters die zich moesten melden bij de marine kazerne te Amsterdam. Op vertoon van de last geving, welke achterin het zakboekje is ge plakt kan per spoor worden gereid. Mocht een lastgeving niet in het zakboekje aanwezig zijn dan behoorde de zeemilicien zich ter verkrijging van een vervoerbewijs te vervoegen bij het bu reau voor militaire zaken ter gemeente-secre tarie zijner woonplaats." In aansluiting op de berichten betreffende de Intrekking der verloven maakt het departement van defensie bekend, dat de vrijwilligers van de landstormkorpsen, motordienst en vaartuigen- dienst, aan wie onbepaald klein verlof is verleend op grond van de omstandigheid, dat zij te goeder- trouw meenen niet verplicht te zijn tot opkomst bij mobilisatie, thans niet behoeven op te ko men. Beperkte spoorwegdienstregeling. Met ingang van heden is op de lijnen der Ne derlandsche Spoorwegen weer de beperkte dienstregeling ingevoerd, zooals die o.a. ook op 10 April is geschied. Er wordt nog gestreefd naar enkele aanvullingen. Zooveel als eenigszins mogelijk is, heeft de di rectie der Nederlandsche Spoorwegen op ver schillende trajecten busdiensten georganiseerd. Hedenochtend was op alle stations de beperkte dienstregeling voor het publiek verkrijgbaar. In afwijking van de beperkte dienstrege ling zullen de bootdiensten EnkhuizenSta voren niet varen. Deze dienst wordt tot na der order gestaakt. De treinen Leeuwarden- Stavoren en AmsterdamEnkhuizen in aansluiting op deze booten, blijven rijden, zooals op het dienstregelingsbiljet aangege ven De dienstregeling op enkele trajecten is als volgt: üaarlemRotterdam: Van 6.20 uur af om de twee uren tot en met 18.20 uur, 19.20 en 21.20 uur. Haarlem—Amsterdam Van 8.09 af om de twee uren tot en met 18.09, 19.09, 21.09 en 23,09 uur. Op dit traject wordt des morgens met het oog op het forensenverkeer een extradienst onder houden, echter onder alle voorbehoud. De treinen vertrekken om 6.45. 7.15, 7.30, 7.55, 8.20. 8.30, 8.45, 9.15. 9.30 en 9.50. HaarlemZand voort: Om 8.28, 10.23, 16.28 en 19.28 uur. HaarlemUitgeest: Om 8.26, 10.26. 16.26 en 19.26. HaarlemIJmuiden Om 8.31, 10.31, 16.31, en 19.31. Des avonds worden tusschen 17 en 19 uur extra treinen voor de forensen ingelegd tusschen Am sterdam en Haarlem v.v. De gewone dienst met België is thans weer her- „HOLLYWOOD-CAVALCADE" de verrassende lachfilm met Alice FAYE, Buster K.EATON. Don AMECHE. Vrijdag a.s. in REMBRANDT (Adv Ingez Wed.) Heden WOENSDAG 8 MEI De Nijverheid: Tentoonstelling van schilderwer ken door „Harmonia", 8.15 uur. Café-Rest. Brinkmann, Groote Markt: Bazar Lu- thersehe wijkverpleging. 25 en 811 uur. Frans Hals Theater: „Hotel Imperial", 2.30. 7 en 9.15 uur. Palace: „De Held van Kokoma 2 en 8.15 uur. Luxor Theater: „Ninotchka", 2.30. 7 en 9.15 uur. Rembrandt Theater: „Brand op den Oceaan". Op het tooneel: Bruseloffs. Russische dans. 2.30. 7 en 9.15 uur. Frans Hals Museum: Tentoonstelling werken van Haarl. schilders en beeldhouwers. 104 uur. Palestina Diorama's, Schotersingel 117a. Geopend behalve Vrijdags, eiken werkdag van 35 en van 79 uur. DONDERDAG 9 MEI Groote Kerk: Orgelbespeling 3—4 uur. Begijnhofkapel: Rede ds. C. J. Hoekendijk. 8 uur Café-Rest. Brinkmann, Groote Markt: Bazar Lu- thersche wijkverpleging (laatste dag) 25 en 8—11 uur. Bioscoopvoorstellingen 's middags en s avonds (Palace 2 en 8.15 uur.) Palestina Diorama's, Schotersingel 117a. Geopend behalve Vrijdags, eiken werkdag van 35 en van 79 uur. Haarlemmermeer: Gemeenteraad, 2 uur. steld. Van Amsterdam uit vertrekken dagelijks drie treinen naar België. Hedenmorgen kwamen op liet perron te Haar lem, in weerwil van de aangekondigde beperkte dienstregeling, vele forensen, blijkbaar in de hoop dat ook ditmaal de extratreinen zouden rijden. Zij werden niet teleurgesteld, want alle extra- treinen konden in dienst worden gesteld. Het locale verkeer voor de stations tusschen Haar lem en Den Haag wordt onderhouden door de N.Z.H.T.M. M. Loosjes 70 jaar. Heden viert de heer M. Loosjes, vroeger lid der directie van den Boekhandel en Drukkerij „De Er ven Loosjes" te Haarlem, zijn 70sten verjaardag. Op 1 Januari 1898 ging de heer P. Loosjes, eige naar der firma „De Erven Loosjes" aan de Ged. Oude Gracht een vennootschap aan met zijn zonen, de heeren Vincent en Martinus, met behoud van den firmanaam. De heer Vincent beheerde boekhandel en uitgeverij, de heer Martinüs de drukkerij. In 1901 trad Vincent uit de vennootschap; hij zette onder eigen naam de uitgeverij voort tot 1909, toen hij zijn fonds verkocht (behoudens de Hollandsche Re vue). De boekhandel en de drukkerij werden onder den alouden naam voortgezet door M. Loosjes tot 1920. Boekhandel en drukkerij werden omgezet in een N.V. onder directie van den heer A. van Weer den, met behoud van den naam, die ging luiden: „N.V. Boekhandel De Erven Loosjes", waarvan de heer M. Loosjes president-commissaris werd en nog is. De drukkerij ging een paar jaar later in andere handen over en werd voortgezet onder den naam „Drukkerij voorheen de Erven Loosjes". Op 24 April 1920 werd de boekhandel verplaatst naar Groote Houtstraat 100. De heer Loosjes is ook eerelid van Neêrland's oudste voetbalclub H.F.C. In het gedenkboek van deze vereeniging heeft J. S. een artikel aan hem gewijd, waaraan we het volgende ontleenen: „Zoo hielden we ons ondanks alle misère staande, maar het was duidelijk- dat het zoo in de toekomst niet kon blijven gaan en dat de innerlijke toe stand van de club ondanks alle pogingen hard achteruit ging. Er waren zelfs pessimisten, die beweerden dat Haarlem een te kleine stad was voor twee groote voetbalvereenigingen; dat het met H.F.C. niet meer ging en dat we ons maar met „Haarlem" moesten vereenigen! Toen het zoover gekomen was, in het jaar 1899, stelde Martinus Loosjes zich beschikbaar voor het ambt van secretaris-penningmeester. Wel had hij zich altijd voor H.F.C. geïnteresseerd, maar toch niet in zoo bijzondere mate, en ik vraag me af, wat hem toen zoo de zaak der H.F.C. ter harte .deed nemen. Men kreeg toen een kijk op zijn groot organisatie talent en op den grooteu ijver en werkkracht, die hij daarbij toonde. Eiken middag, bijna Zonder uitzondering, kon men hem langs de Dreef zien fietsen naar het H. F. C.-terrein om daar een uurtje met ouderen en jongeren clubzaken te bespreken en onderwijl te controleeren of alles op het veld en in het huisje in orde was en of de terreinknecht zijn werk behoorlijk deed. Hij bracht verband in de heele club. Het gaf een idee van gezelligheid voor de ouderen, als Loosjes bij de wedstrijden was. Het gaf een gevoel van ver trouwen aan het elftal, als het buiten de stad speelde en een idee van zich op hun gemak voelen aan de jongeren. Want dat was juist het aardige: hoewel Loosjes veel ouder was. dan de meeste spelers, voelde hij zich nooit te oud voor hen; hij deelde volop in hun belangen en genoe gens. Nadat hij het secretaris-penningmeesterschap had neergelegd, in de overtuiging dat het goed was als jongeren dit werk overnamen, is hij nog een tijd lang vice-voorzitter geweest". Tot zoover J. S. M.(ulier) schreef het volgende rijmpje: Martinus, Martijntje, we mogen je wel- Aan 'n gedempt oud grachtje daar woon je. Rechts om de hoek ligt 't archief van ons spel, Trouw ben je Tinus, dat toon je. In die dagen, zeg beste, werd 't jou eens te zwaar, Nietwaar, zeg Martinus,, Martijntje? Uw clubliefde eeren we. Ze was mooi, ze was waar! Salve, jong! Ernst hoor! geen geintje! Hoewel aan dezen verjaardag van den heer Loosjes geen ruchtbaarheid was gegeven, is die toch niet onopgemerkt voorbij gegaan. De jubilaris ontving behalve een groot aantal schriftelijke ge- lukwenschen ook vele bloemstukken, o.a. van het Hofje van Gratie, waarvan hij regent is, van H.F.C. en van vrienden. MIJ. TOT NUT VAN 'T ALGEMEEN. In de Dinsdagavond onder voorzitterschap van den heer S. Rijkes gehouden ledenvergadering van het Departement Haarlem der Maatschappij Tot Nut van 't Algemeen werd tot bestuurslid gekozen mevr. W. M. M. Wentholt'Köler. Tot afgevaardigde naar de op 14 en 15 dezer te houden algemeene vergadering van de hoofd maatschappij werd gekozen de heer H. W. Ko renstra en tot plaatsvervangend afgevaardigde de heer S. Rijkes. Besloten werd voor de verkiezing van twee le den van het hoofdbestuur stem uit te brengen op de heeren J. Welling te Groningen en dr. H. G. W. van der wielen te Bakkeveen. Goedgekeurd werd de door den penningmeester ingediende begrooting voor het dienstjaar 1940- 1941 SADLER'S WELLS BALLET. Men schrijft ons: Het succes van het optreden van het Sadler's Wells Ballet in den Haag is zóó groot geweest, dat bij den schouwburg te Haarlem aanvra gen om plaatsen voor de voorstelling van Vrijdag uit Den Haag binnenkomen. Het feit. dat Haar lem tot de zeer weinige plaatsen behoort, waar dit beroemde ensemble optreedt is vleiend voor onze stad, maar het zou wel zeer teleurstellend zijn. als het publiek niet toonde, dat goede dans kunst in Haarlem zeer gewaardeerd wordt. Dat dit zoo is, hebben de drie avonden van Harald Kreutzberg wel bewezen. De Haagsche persbeoordeelingen waren vol enthousiasme en bewondering. Men sprak o.a. van „een openbaring van plastiek en rythme", „een virtuose ontplooiing van danskunst". M. T. S. en Ambachtsschool te Haarlem. Gebouwen niet voor onderwijs beschikbaar. Naar wij vernemen zijn de gebouwen van de Mid delbaar Technische School en de Ambachtsschool te I-Iaarlem voorloopig niet voor onderwijsdoeleinden beschikbaar. Naar het zich laat aanzien zal dit vermoedelijk voor langen tijd het geval zijn. Er is momenteel nog geen beslissing genomen over de voortzetting van het onderwijs aan beide in richtingen. Vermoedelijk zal hieromtrent morgen een besluit kunnen worden genomen. Wij herinneren er aan dat toen cenigcn tijd ge leden de scholen ook niet voor onderwijs beschik baar waren, de lessen in andere gebouwen gegeven werden. MINTA Verfijnde pepermunt. Neem ze in huis. 2 ons voor 27 cent en in fleurige doo- zen van 38 cent. (Adv. Ingez. Med.) Verwachting geldig van hedenavond tot morgen avond ongeveer 19 uur: Ti.idelijk helder, met kans op nachtvorst. Overdag iets warmer. Droog weer, zwakken tot matigen Noordelijken tot Oostelijken wind. THERMOMETERSTAND. Hoogste heden F 50 Hoogste gisteren F 52 Laagste hedennacht F 48 In de algemeene luchtdrukverdeeling komt slechts weinig verandering. Het maximum over de randsta ten, waarin hooge temperaturen voorkomen trekt naar Rusland weg. Het nieuwe maximum, dat zich over de Britsche eilanden en de Noordzee moet be vinden, breidt zich langzaam over onze omgeving uit. Zwakke tot matige winden uit noordelijke rich tingen transporteeren koude lucht naar ons land. In het Middellandsche Zeegebied blijft de lucht druk betrekkelijk hoog. In den Balkan vielen hiel en daar aanzienlijke hoeveelheden regen, plaatselijk vergezeld van onweer. In Italië, Spanje en Portugal is de lucht vrijwel onbewolkt en komen vooral in den middag hooge temperaturen voor. BAROMETERSTAND: Vorige stand 767 m.M. Stand van heden 768 m.M. Neiging: Stilstand. Opgave van Fa. KUIPERS en Zn., Opticiens. Zijlstraat 97 Tel. 12726 BELANGRIJKE TELEFOONNUMMERS: Politie 11850. Brandweer 15333. Ongevallendienst (Brandweerkazerne) Ged Oude Gracht 14141. Nederlandsche voorzorgen in het buitenland. WASHINGTON, 8 Mei (Reuter). —De Neder landsche regeeririg heeft dr. A. Loudon den Ne- derlandschen gezant te Washington benoemd tot algemeen betaalmeester voor al haar ambte naren in het buitenland „in geval van nood". Verklaard wordt, dat indien Nederland door eenigen aanval zou worden getroffen, de heer Loudon zou optreden als tresorier en de ver antwoordelijkheid op zich zou nemen voor de uitbetaling aan Nederlandsche vertegenwoordi gers in het buitenland. Er bevinden zich groote Nederlandsche cre- dieten in de Vereenigde Staten, welke zouden kunnen worden aangewend voor de betaling van de vertegenwoordigers in het buitenland. Bij informatie te bevoegder plaatse merkte men naar aanleiding van boveöstaande telegram het volgende op: Natuurlijk neemt- een neutrale staat in een in ternationaal conflict van dezen omvang op elk gebied alle voor de hand liggende voorzorgs maatregelen, voor het geval, dat door wiens toe doen dan ook. zijn regeering tijdelijk van het normale verkeer met zijn vertegenwoordigers in het buitenland verstoken zou geraken. De keus is op de Vereenigde Staten gevallen als zijnde een neutraal land met vrij .betalingsverkeer. De journalist Webb Miller verongelukt. LONDEN. 8 Mei (Reuter). De vooraanstaande Amerikaansche journalist Webb Miller werd van morgen vroeg dood aangetroffen op de spoorlijn nabij het knooppunt van Clapham met Londen. Miller genoot groote bekendheid als oorlogscor respondent en als speciale berichtgever in Europa. (In ons blad verschenen reportages van zijn hand voor United Press). Webb Miller bevond zich op weg naar huis te Walton aan de Theems, nadat hij gisteren verslag had gemaakt van de debatten in het Lagerhuis. Zijn gezondheid liet niets te wenschen over en hij ver keerde ook in een uitstekenden gemoedstoestand. Men gelooft dat hij per ongeluk uit den trein ge vallen is, kort na het vertrek van het station Clapham. Catastrofale brand in Columbia. Honderden slachtoffers. BOGOTA, 8 Mei. Uit Sandona, in het de partement Narino, wordt gemeld dat honder den personen, waaronder vijf-en-zestig kinde ren. gedood werden, toen het stadhuis, waarin een filmvoorstelling gegeven werd afbrandde. De brand is waarschijnlijk het gevolg van kortsluiting. Honderden personen werden ge wond. Uit de plaatsen in de omgeving worden snol ziekenauto's en medische hulp naar de plaats van de ramp gedirigeerd. (United Press). WISSELKOERSEN AMSEERDAM. 10.15 uur. Londen 6.39 Berlijn 75.57'^ Parijs 3.62 Brussel 31.48 Zwitserland 42.23% New-York 1.88 3/8 12.uur. Londen 6.38 Berlijn 75.60 Parijs 3.62. Brussel 31.47 Zwitserland 42.23'/o Stockholm 44.90 New-York 1.88 3/8 Vrije lire 9.56 Reislire 7.95 Bankpapier 0. k De nieuwe minister van Landbouw en Visscherij. (Vervolg van pag. 1.) De nieuw benoemde minister is in 1892 te Gro ningen geboren. Zijn vader was hoogleeraar in de theologie aan de universiteit aldaar. Minister van Rhijn studeerde aan de Groningsche universiteit rechtswetenschappen. Zijn candiciaats- en doctoraal examen geschiedde cum-laude. Aan de universiteit te Utrecht studeerde hij later staatswetenschappen. De heer van Rhijn begon zijn loopbaan in 1918 als plaatsvervangend secretaris bij het scheidsge recht voor spoorwegpersoneel. Daarna was hij van 19181928 werkzaam als secretaris der Werk gevers-organisaties in het Boekdrukkersbedrijf. In 1928 werd de heer van Rhijn benoemd tot referen daris bij het departement van sociale zaken, af- deeling volksgezondheid. Twee jaar later werd hij benoemd tot administrateur, daarbij belast met het ontwevpen van de bedrijfsradenwet. Ter gelegen heid van het totstandkomen van deze wet werd de heer van Rhijn benoemd tot ridder in de orde van den Nederlandsehen Leeuw. In verband met de splitsing van het departement van economische zaken en arbeid in de departe menten van economische zaken en sociale zaxen werd de heer van Rhijn in 1932 benoemd tot secre taris-generaal van het departement van economi sche zaken. Als secretaris-generaal van het departement van economische zaken was hij tevens voorzitter van het college van regeeringscommissarissen in zake de landbouwcrisispolitiek, voorts voorzitter van de centrale commissie landbouwcrisiswet en waarnemend regeeringscommissaris voor de vis scherij. In deze functies heeft de heer van Rhijn bijzondere bemoeiïenissen gehad met landbouw en visscherij. Op sociaal en economisch terrein publiceerde de hoer van Rhijn een geschrift over vrije concur rentie en collectieve arbeidsovereenkomst, voorts tal van prae-adviezen, o.a. voor de vereeniging voor de bestudeering van het werkloos heidsvraagstuk, artikelen in de Emonomist, waarvan hij vaste medewerker is, in de Econo mische Statistische Berichten enz. Verder is de heer van Rhijn lid van de redactie van het Alge meen Weekblad voor Kerk en Christendom. Minister van Rhijn is reeds jaren lid van het cjagelijksch bestuur en penningmeester van de Christelijk Historische Unie. Gedurende den tijd, dat de heer van Rhijn in Amsterdam heeft gewoond, had hij .voor de Chris- telijk-Historische Unie zitting in de Provinciale Staten van Noord-I-Iolland. In 1932 werd hij be noemd tot lid der Tweede Kamer in de vacature Snoeck Henkemans. De heer van Rhijn nam deze benoeming niet aan in verband met het pas be- kleeden van zijn nieuwe functie als secretaris generaal van het departement van economische zaken. Ook op sociaal terrein heeft de heer van Rhijn veel gewerkt. De geallieerde vloten in de Middellandsche Zee. Britten in het Oosten, Franschen in het Westen. De bewegingen der Engelsche en Fransche eska ders in de Middellandsche Zee worden te Saloniki met aandacht gevolgd, zoo meldt het Duitsche Nieuwsbureau. Naar aldaar vernomen wordt is de Engelsche vloot, na aanvankelijk te zijn gecon centreerd in de buurt van Alexandrië in hoofdzaak bezig met de waarneming van belangrijke punten in het oosten van de Middellandsche Zee, terwijl de Fransche oorlogsschepen klaarblijkelijk hef westelijk deel van de Middellandsche Zee als voor naamste operatieterrein hebben gekregen De for maties zijn, naar in deskundige kringen vernomen wordt vrij gelijkmatig en zonder duidelijk doel verdeeld. Een eskader lichte Engelsche torpedobooten is ter hoogte van Kreta, voor de versterkte bocht van Suda, gezien. In de wateren van den Griekschen archipel is door Engelsche torpedobootjagers een patrouilledienst ingericht. Koersen van de Ochtendbeurs te Amsterdam van heden van 10.30 tot 11.25 uur. Kon. Olie 190—195. H. V. A. 330 Philips 108 AKU. 39—41 3/4. Unilever 773/4 Beth. Steel 63 5/8—7/8 U. S. Steel 45 Republic Steel 16 1/8—3/16. Anaconda 22% Amer. Car 22 1/8—1/4. De Fransche legerberïchten. Dinsda gavond: „Optreden der artillerie ten westen van de Vo gezen". „De activiteit de. wederzijdsche artillerie heeft in den loop van den nacht op verscheiden punten van het front voortgeduurd". Sir Roger Keyes. Vlootaanvoerder tijdens den wereldoorlog. Tot degenen die gisteren in het Lagerhuis hun bezwaren tegen het oorlogsbeleid van de Britsche regeering kenbaar maakten men zie elders in dit nummer behoorde admiraal Sir Roger Keyes, die zich in uniform had gestoken en zeide namens de vloot te spreken. Sir Roger Keyes werd in 1872 geboren en is dus 68 jaar. Reeds op 13-jarigen leeftijd begon hij zijn opleiding bij de Britsche vloot. In 1905 werd hij kapitein. Gedurende den wereldoorlog in 1917 werd hij bevorderd tot schout bij nacht, in 1921 tot vice- adnhvaal en in 1926 tot Admiraal. In 1930 volgde zijn benoeming tot „Admiral of the fleet", d.i. opper bevelhebber der Britsche Marine. In 1935 werd hij gepensioneerd, doch behield diverse hooge functies. Uit zijn verzoek aan Churchill blijkt intusschen dal hij in den tegenwoordigen oorlog weder in actieven dienst was getreden. Zijn naam verlevendigt de herinnering aan diverse raids, die de Engelsche vloot in 1918 op Zeebrugge en Oostende ondernam. Van 19191921 commandeerde hij het eskader slagkruisers van de Atlantische Zeevloot. Daarna was hij tot 1925 onderchef van den Marinestaf en Lord Commissioner bij de Admiraliteit. Vervolgens diende hij Engeland als opperbevelhebber der Mid dellandsche Zeevloot tot 1928, verbleef vervolgens drie jaar in Portsmouth, gedurende welke periode hü in 1930 benoemd werd tot .Admiral of the Fleet". Tot de door hem geschreven publicaties oehooren marineherinneringen (Naval Memoirs) en „Adven tures ashore and afloat", (voorvallen te water en te land). Sir Roger toonde intusschen ook politieke aspira ties te bezitten, tot de vervulling waarvan zijn zetei in het Lagerhuis voor de Conservatieve partij hem in staat stelde. Dat iemand van zijn positie intusschen het Lagerhuis uitkoos als de plaats, vanwaar hij zijn critiek deed hooren bewijst wel, hoe hoog hij Chur chill's weigering, hem een eskader toe te vertrou wen, heeft opgenomen. N. BOERKOEL Aelbertsbergstraat 80 Teief. 14028 - Zaak: Ged. Oude Gracht 46 Alle GR AN IT O- en TEGELWERKEN „Strak van lijnsoepel van prijs** (Adv. Ingez. Med.) Haarlemsche hedendaagsche Kunst in het Frans Hals-Museum. In een vorig verslag konden reeds een paar por tretten genoemd worden, die aan deze tentoonstel ling een deel van haar belangrijkheid verleenen. Aan het schilderen van figuur, al dan niet als por tret bedoeld, zit toch altijd nog meer vast dan aan landschap of stilleven. Dat er van die laatste zijn, die honderdmaal interessanter zijn dan een wille keurig portret, verandert aan dat inzicht niets en het is niet zonder reden dat de studie van de figuur niet gemist kan worden, door wie in eenig genre der schilderkunst iets gaafs bereiken wil. Het reeds vermelde portret in figuurwerk kan nog met eenige nummers worden aangevuld, die den bezoekers in het geheugen zullen zijn gebleven. Daar behooren de „Rookende man" door Lourijsen en Wesseling's Zigeuner onder gerekend te worden evenals de gipsen kop van „Bernhard" door de beeldhouwster Nel Bakema, werken, die zoowel algemeen-bevattelijk als goed van qualiteit zijn. Het is jammer dat Albert Arens ditmaal geen figuur inzond: hij is een dier Haarlemsche schilders die het „kunnen" en zijn winter en stilleven, die hem thans vertegenwoordigen, zijn een weinig bloedloos. Se rieus teekenwerk is in het heerenportret van Van der Weiden en de naaktfiguren van De Ru te vinden. Het dubbel-kinderportret met den hond in het midden, door S. de Heer, mist symphonisch verband; het zijn drie koppen naast elkaar gebleven; de op gaaf die de schilder zich stelde, zou door een Lawrence of Gainsborough opgelost zijn, in een meer bevredigenden zin. Doch het is reeds veel zoo iets aan te durven en verdient erkenning. Voor het kinderportret door Alb. Loots hebben we reeds waardeering geuit, toen we het op een Amsterdam- sche tentoonstelling tegen kwamen; met de wel triest-expressieve „Vischvrouw" van Van Egmond vertegenwoordigt hij het moderne element in de portretkunst. Bloemen zijn er van de schilders dezer streken altijd in ruime mate te verwachten. Er ze worden er op vele manieren bekeken, bewonderd en afge beeld. Een „Amarillis" door Doeser is als een vuur werk met knalpotten in het midden van een vuur- Gerbrands maakt van zijn „Amarillen" en „Came lia's" prachtig-rustig voorgedragen voorstellingen met een zuiver decoratief gevoel voor de plaatsing zijner sprekendste kleuren (rood en wit in de Ca melia's); Van der Colk concentreert weer zijn aan dacht meer op de zeldzame bloem-an-sich, hier de ..Lilïum regale" of componeert in de „oppottafel" een droom van werkelooze bloempotten. Voor Grootens zijn „Seringen" een aanleiding om een gestyleerden confetti regen te doen neerdalen; Schrier voelt in „Orchideeën" feilloos hun bereidheid te dienen in een evenwichtige vulling van een glas raam. Jan Groenink voedt zijn „Fantasie" met Redontische herscheppingen, Rees keert zich in zijn Duizendschoon op verheugende wijze van een ge forceerd modernisme af en waardeert weer de na tuurlijke pracht der bloemenkinderen. De schilde ressen van Flora's kroost hebben zich over het algemeen zelden van de uiterlijke bekoring der bloemen afgewend om abstracties na te streven. I Bessen en Herfstbloemen van mevrouw Dingemans Numans zijn het tegendeel van abstracties zelfs; Maria Rompelman laat, behalve de reeds geroemde figuur, ook een sterke aquarel met blauwe bloemen zien en Mies Deinum is met de "Irissen heel geluk kig geweest, meer dan met de potbegonia. Het eerste is vloeiend geschilderd en de fluweelen pracht der bloemkelkbladen is stevig vastgehouden. Een pret tig en pittig schilderij Tulpen, door Eling en een fijn schilderijtje met Oost Indische kers door Heiloo komen ten slotte nog in mijn herinnering. Landschap. In deze rubriek moge men ditmaal den schilder Verboog niet voorbijgaan. Zoowel zijn groote doek „Dooi langs een stadssingel" als het kleinere „Voorjaar" zijn uit een echt sehilderessen- tiroent ontstaan. Het „Voorjaar" is werkelijk zeer goed en aantrekkelijk bovendien; heel zuiver staat alles, het iele bruggetje en wat daaromheen ligt, in de athmospheer. Een winterstemming in de Duinen van Savrij suggereert inderdaad de grootheid van dat landschap, als het ontdaan is van de liefelijk heden, die de lente en de zomer er plegen rond te strooien. Een in blauwgrijzen toon gebonden „Herfst" door Petri heeft wel sterke kanten maar ook het gevaar dat er een procédé, een manier groeit uit een te aangenaam ontdekt schema. Petri wordt aan weerszijden geflankeerd door twee doe ken van Han Boskamp, waarin vooral diens zuiver doorgronden van het licht en het athmospherische opvalt. Hij heeft vaak neiging tegen, den toon aan te zingen, om voor de variatie eens een muziekterm te gebruiken. In het „Landschap met laantje" van Dr. Hooge- veen is juist een klare zuiverheid van den toon aan te voelen, die het werk een te waardeeren gaafheid verschaft. Dank daarnaast aan een onbeheersehte, leuk-wilde dooistemming door J. Rusman. Wij heb ben diens werk al vaker opgemerkt: het blijft bij die wildheid, die echter vol oprechten schildergeest zit. ,,'t Spaarne bij sneeuw" door W. Steyn valt te onthouden, landschappen door Miolée, Groeneveld zijn reeds vaker gekarakteriseerd: beiden zonden zij eenig nog niet geëxposeerd werk, dat gezien mag worden. Een nieuw exposant is voor Haarlem, de Haarlemmer Jhr. De Savornin Lohman. In een „Rustende jongen met geit" een verfijnd schilde rijtje vol bekoring, zou men den geest van Allebé en de moderne voorstellingstrant van Röling, ge combineerd zich kunnen voorstellen. Het werk be vat vele, zeer vele mogelijkheden, waaronder ook die van gemakkelijk overschat te kunnen worden. Nu hebben de ruim honderd Haarlemsche inzen ders nog slechs voor een deel hun woordje in de krant gehad. De lezer heeft bemerkt dat deze expo sitie de moeite van een bezoek loont, want ook onder het niet besprokene schuilt nog vee) dat zijn aan dacht waard is en waarop wij misschien nogwel eens terugkomen. Voorloopig echter blijft nu den lezer de beurt zich op te maken ten Klein Heiliglande. J. H. DE BOIS. Gem. Concertgebouw te Haarlem. Voorloopig geen concerten en vergaderingen. Het Gemeentelijk Concertgebouw te Haarlem is voorloopig niet voor publieke vermakelijkheden be schikbaar Hoe lang dit zal duren, is nog niet be kend. maar het wordt vrijwel zeker geacht, dat het concert van de R.K. Oratoriumvereeniging daar a.s. Vrijdagavond zou geven niet zal kunnen door gaan. De mogelijkheid bestaat dat over eenige dagen het Concertgebouw weer beschikbaar komt. Ook het gebouw van den' Haarlemschen Kegel bond is niet voor vermakelijkheden beschikbaar. Er zijn ook nog andere moeilijkheden voor de R.K. Oratoriumvereeniging. De dirigent, de heer Ed. van Beinum, is namelijk onder de wapenen ge komen Er zouden door het bestuur heden stappen gedaan worden om voor hem verlof te krijgen de generale repetitie en het concert te leiden. Toen het bestuur daartoe besloot was nog niet bekend, dat er ook moeilijkheden waren met de zaal.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 2