'liet JOcent
Jan Otie&ot.
v R TT DAG 14 JUNI 1940
Dakloozen uit Rotterdam
worden geëvacueerd.
Huwelijk met modern
Comfort.
HAÏREEM'S DAGBEAD
De St. Bavo te Haarlem.
Maatregelen tegen brandgevaar.
Zooals men weet werd' reeds vele jaren de be
veiliging van de Groote Kerk te Haarlem tegen
ba-and onvoldoende geacht. Nu eenigen tijd
allerwege maatregelen genomen werden om his
torische gebouwen te beschermen tegen gevaar
van luchtaanvallen, werden in samenwerking
tusschen Kerkvoogdij, gemeente en rijk ook
plannen uitgewerkt voor dit voor Haarlem 200
belangrijke gebouw.
Men is reeds eenige maanden bezig met de uit
voering van deze werken. In de Lepelstraat is
een pomp geslagen die een capaciteit heeft van
8500 L. per minuut. Die pomp levert het water
voor een watergordijn, dat automatisch een be
gin van brand in de kerk zal blusschen. Verder
wordt er water naar den toren gebracht om ook
daar het vuur met kracht te kunnen bestrijden.
Hoewel het werk in de kerk goede vorderingen
maakt, zal het toch nog wel eenigen tijd duren
voor alles voor gebruik gereed is. Het wachten
is o.a. nog op de pomp. Er wordt evenwel Neder-
landsch fabrikaat gebruikt, zoodat geen vertra
ging in de verzending te vreezen is.
Als de pompinstallatie klaar is kan de
brandweer, als onverhoopt de waterleiding
defect zou zijn branden bestrijden op de ge-
heele Groote Markt. Dus niet alleen de
Groote Kerk, maar ook de Vleeschhal, het
Stadhuis en de Hoofdwacht zijn bij deze
voorziening gebaat.
Met 8500 L. water per minuut is zoo ver
zekerde ons de Commandant van de Brandweer
veel te doen.'De grootste motorspuit dei-
Brandweer geeft slechts 2000 L. Er kunnen even
tueel op de Groote Markt aanjagers in de brand
slangen gekoppeld worden, zoodat ook op een
afstand over voldoenden druk beschikt kan wor
den.
FRAUDE DOOR RIJKSONTVANGER.
De rijksontvanger te Barneveld is dezer dagen
volgens het A.N.P. gearresteerd, verdacht van
fraude. Er is eenkastekort van j 6500. Het moet
niet uitgesloten zijn, dat nog meer personen bij
deze zaak zijn betrokken. De ontvanger is inmid
dels overgebracht naar Utrecht waar hij voor den
officier van justitie is geleid en na verhoor opge
sloten is in het huis van bewaring.
DE MOORD TE LEIDSCHENDAM.
Mr. R. P. Kokosky te Amsterdam, die de ver
dediging heeft gevoerd van R. A., die door de
Haagsche rechtbank is veroordeeld tot levens
lange gevangenisstraf in zake den moord te
Leidschendam, deelt ons mede dat hij zich ge
noodzaakt heeft gezien de verdediging neer te
leggen. De behandeling van de zaak voor het
Haagsche Hof, welke heden zou plaats hebben,
wordt in verband hiermee een week uitgesteld.
Intusschen zal mr. J. H. Rolandus Hagedoorn te
's-Gravenhage op verzoek van het Hof de verde
diging op zich nemen. (A.N.P.).
DE OUDE COMPAGNONS.
door J. P. BALJé.
TOEN Kasper Jannings om één uur des
nachts zijn woonkamer binnentrad, bleef
hij aarzelend op den drempel staan en
hij snoof de lucht op als het wild, dat de
jager meent te ruiken. „Sigarettenrook", schoot
het onmiddellijk door zijn hoofd en hij kreeg een
gevoel van dreigend gevaar. Zijn eerste impuls
was, zijn revolver te trekken, maar op het mo
ment, dat hij dit doen wilde, klonk een zacht
lachje door de kamer en een aangename vrou
wenstem zei:
„.Steek het licht op, Kasper, dan kunnen we
elkaar beter zien."
Onzeker tastte zijn hand naar den schakelaar.
Hij kende die stem, dat was
.Lilly!" riep hij, toen het licht aanflitste,
„Lilly, hoe kom jij hier?"
Ze zat in een makkelijken fauteuil en rookte
een sigaret. Om haar mond was een lachje.
„Maar Kas, ben je dan vergeten, dat we eens
compagnons waren? En dat ik nog altijd een
sleutel van dit huis heb? Ofbedoel je, dat
ik eigenlijk nog niet vrij had kunnen zijn? Vier
jaar hadden ze me immersgegeven en er zijn er
nog maar twee van om. Dat hoor je straks."
Ze ging wat verzitten en wierp de sigaret in
een aschbakje. Langzaam liep hij op haar toe,
maar plotseling'was er in plaats van een siga
ret een kleine revolver in haar hand. Het lachje
om haar mond was verdwenen.
„Nee, Kasper, jongen", zei ze sarcastisch, „ik
had liever dat je op een afstandje bleef. Blijf
daar staan, wil je?"
Ze monsterde hem van het hoofd tot de voe
ten.
„Je ziet er piekfijn uit, amice. Toen ik je van
avond zoo zag loopen, dacht ik bij mezelf:
„Sjonge-sjonge, die goeie, ouwe Kasper is weer
op het pad. Als die een slag gaat slaan, is hij
altijd tip-top gekleed dat ken iik nog van
vroeger. En toen ben ik maar vast hierheen
gegaan, om op je te wachten. Want, Kasper, lie
ve jongen, je moet weten, dat ik in ontzettende
geldverlegenheid zit. En daar ik weet, dat jij je
nooit met 'bagatelletjes ophoudt, veronderstelde
ik, dat je me wel aan vijfduizend gulden zou
kunnen helpen, als je thuiskwam."
Kasper Jannings grijnsde.
„Je bent gek, Lilly! Je weet toch ook wel, dat
ik zooveel geld nooit in huis heb. En wie zegt je
dat ik van avond een kraak gezet zou hebben?
Er is geen sprake van. 'k Ben naar den schouw
burg geweest, dat is alles."
„Zoo-zoo? Dus jij laat je oude compagnon in
den steek? Trouwens, dat is niets ongewoons
voor je. Want twee jaar geleden, toen ik ge
knipt werd, heb je niets anders gedaan. Je hebt
mij er in laten vliegen, Kasper, om jezelf te
redden."
Hij maakte een afwerende beweging. „Onzin.
Lilly, ik kón je niet redden. Anders had ik het
wel gedaan. Maar ik zag geen middel."
„Jij zag een middel om van me af te komen.
Kasper, en dat is verleden, en ik veronderstel,
dat je daar liever niet over spreekt. Laten wij
dus tot het heden overgaan. Jij beweert, dat je
VOOR DE KINDEREN
De boot, waarmee de reis ondernomen zou
worden, vertrok een week later, zoodat profes
sor Knap met koortsachtige haast zijn voor
bereidingen moest treffen. De Dikke en Krent
gingen natuurlijk ook mee en hadden het dus
eveneens druk om hun benoodigdheden bij
elkaar te pakken.
geen kraak hebt gezet van avond. Wel. as
mag ik je dan verzoeken, je zakken leeg tel
en alles op tafel te deponeeren? Dan zal we!
ken of je de waarheid sprak. Ongetwi
komt dan je toegangsbewijs voor den sch
burg te voorschijnZe lachte sarcast;
„En ik neem aan, Kasper, dat dit revolvertj
een klein, maar bijzonder goed wapen,
verzoek geen kracht behoeft bij te zetten'
Kasper Jannings glimlachte zuurzoet. „Jc
een slang, Lilly. Welnu, ja, ik héb een slag g
gen van avond. Je had gelijk."
Lilly floot zachtjes tusschen de tanden. 2
lijk vroeg ze:
„Goeie buit? En wien heb je een beetje lit
gemaakt?"
„Acht mille bankpapier", zei Kasper
chalar.t, „verder juweelen. Misschien vij!
twintigduizend. Er is zeker de helft van te
ken."
Bewonderend keek ze hem aan. Ei-ei!
moet ik je nageven. Kas, je bent altijd
uiterst gewiekt gentleman-inbreker gei
Hoe heb je 't hem geleverd?" Er was ber:
nieuwsgierigheid in haar stem en een tiï
zijn ijdelheid gestreeld vertelde hij:
..'t Was Boersma. je weet wel, die rijke
dief. Ken je de situatie daar een beetje? Ja?
hadden hem al eens eerder op het oog. W
heb het zóó aangelegd."
En hij vertelde hoe hij de „kraak" gezet I
„Handig" prees ze, toen hij klaar was.
Toen veranderde ze plotseling van ho»
Resoluut stond ze op. „Inspecteur Geers", a
„je kunt nu wel te voorschijn komen."
„Wat beteekent datstamelde
Jannings verbaasd, „waar heb je 't over....
Maar hij zag al een portière bewegen en
kleine man trad te voorschijn. Met een iro:
lachje stelde ze hem voor aan Jannings,
„Inspecteur Geers. Aan hem heb ik he:
danken, dat me twee jaar straf werden kw;
scholden. Hij vond me wel handig en ik kon
baantje bij de politie krijgen. Inspecteur,
u genoeg gehoord om onzen vriend Kasp
arresteeren?"
Inspecteur Geers rammelde veelbeteeke
met de handboeien. Met een verbeten ge
liet Jannings zich die stalen dingetjes aa
gen.
„Verraadster!" zei hij nijdig tot Lily.
„Ieder op z'n beurt, Kas! We zijn nu quit!;
Inspecteur Geers haalde intusschen Janit
zakken leeg. Een kerncollectie juweelen kwat
voorschijn en een dikke portefeuille, gevuld
bankbiljetten. De inspecteur bromde tevri
„Een goeie vangst" zei hij, „maar ik wil
wel eens even verder kijken in deze woning
zullen onzen vriend Kasper even moeten
sluiten". Hij keek rond en knikte tevreden,
kast daar! Meneer Jannings, wilt u maar
instappen?"
Jannings protesteerde", maar onder veel
wegen duwde de inspecteur hem er in.
verliet hij met Lilly de kamer.
Doch inplaats van de woning te inspect®
liepen ze de gahg door en verlieten door de
deur het huis.
Op straat keek inspecteur Geers het rc
aan.
„Dat had je prachtig bekeken, Lilly. Ik
gin werkelijk bewondering voor je te krijge
Lilly lachte tevreden. „Ik kén Kasper. E:
zijn gewoonten. En ik had hem immers ii
buurt van Boersma's woning zien schar»
waarvan ik wist, dat hij allang op zijn kostte
heden loerde".
„Maar waarom", vroeg Geers, „moest ik el?
lijk voor inspecteur doorgaan?"
„Omdat", zei Lilly we dan de minste
met Kaspertje konden krijgen. Nü meende
dat zijn spel uit was. Als hij geweten had, di
mijn nieüwe compagnon bent. was hij te
gegaan. En in ieder geval zou hij dan nü al
keel opzetten, die de heele buurt bij elkaai
brengen. Nü daarentegen zit hij rustig in
kast en hebben wij tijd om er kalm met den
vandoor te gaan."
EXAMENS.
Academische opleic
Geslaagd aan de Gem. Universiteit te Ami
dam voor het doctoraal examen geneeskunde:
J. C. Altes, mej. E. Smit en de heer M. Yo:
Geslaagd voor het cand. examen economi;
heer A. Pfeifer.
Bewaarsclui
Utrecht, 13 Juni. Geslaagd (Vereen!?
van Chr. Bewaarsch. onderwijzeressen in Ned
voor het theoretisch gedeelte examen hoofci
de dames W. Cassel en A. M. Visser, te Haat
Rijkskweekschool voor Onder
zers(essen).
Eindexamen: 1939'40. 13 Juni: Gecxamini
6 candidaten. Geslaagd de dames: N. v. d.
H.J. Kubabz. M. C. Leijdekkers, J. A. Mailt
P. K. Meijer.
WEEKABONNEMENTEN
dienen uiterlijk Wo e n sd a gs avo:
betaald te zijn, daar de bezorgers
Oonderdag moeten afrekenen
OE ADMINISTRATIS
Nog vijftigduizend personen hebben
geen woning.
ROTTERDAM, 14 Juni (A.N.P.) Rotterdam
telt thans nog vijftigduizend personen, die geen
woning hebben, waarvan een gedeelte bij familie,
vrienden of kennissen worden verzorgd, ofwel in
de verschillende nood tehuizen, die overal in de
stad zijn opgericht, tijdelijk werden ondergebracht.
Het meerendeel hunner moet naar andere plaat
sen worden geëvacueerd, waar zij beter dan hier
kunnen worden verzorgd. Aldus luidde de mede-
deeling op een persconferentie in het centraal eva
cuatie bureau aan den Stadhoudersweg, dat onder
leiding staat van den heer H. van Dijk, waarbij
cok de wethouder voor onderwijs en volksontwik
keling, de heer L. de Groot tegenwoordig was.
Deze gaf een beknopt overzicht van hetgeen on
middellijk na de ramp door vrijwillige helpers was
igedaan.
EERSTE EVACUATIE.
Reeds op Woensdag 15 Mei begon men met het
evacueeren van diegenen, die dakloos waren en den
vorigen nacht onder den blooten hemel ofwel in
kelders hadden doorgebracht. De leiding hiervan
berustte bij den heer P. de Bruin te Schiedam,
lid van de Ged. Staten, die contact zocht met ge
meentebesturen van omliggende plaatsen. Van alle
kanten verleende men medewerking, zoodat de
eerste vluchtelingen in Schiedam, Delft, Vlaar-
dingen en nog enkele andere gemeenten onderdak
vonden. Niet zoodra was de eerste schrik' ver
dwenen of de stroom van vluchtelingen slonk.
Blijkbaar verkoos men een bekrompen en onmoge
lijk verblijf te midden van de puinhoopen boven
een behoorlijke huisvesting elders. Ook waren er,
die bij de eerstvolgende gelegenheid weer terug
keerden om te trachten bij familie of vrienden
onderdak te vinden. De heer De Groot bracht hulde
aan de vrijwilligers ,die ongeveer gedurende drie
weken zooveel tot verlichting van den nood heb-
bij bijgedragen. Toen evenwel bleek, dat het hier
geen zaak van korten duur gold is men van ge
meentewege overgegaan tot het instellen van een
evacuatiedienst onder leiding van den heer Van
Dijk.
Na een goede telling kwam men tot slotsom, dat
er nog meer dan 50.000 personen dakloos waren te
wier behoeve maatregelen moesten worden genomen.
De heerDe Groot zeide ervan overtuigd te zijn dat
binnen een half jaar het probleem der dakloozen
zal zijn opgelost, zoodat men den winter met ver
trouwen kan tegemoet gaan.
NOG GEEN OFFICIEEL SCHEMA.
De heer Van Dijk kon thans nog geen officieel
schema van evacuatie voorleggen, waaraan de
autoriteiten in Den Haag hun goedkeuring hebben
gehecht. Ook hij zeide getroffen te zijn door de
snelle hulp door particulieren, blokleiders en wijk-
comités geboden. In korten tijd waren overal scho
len en leegstaande lokalen ingericht, en werd er
voor kleeding, dekking en voedsel gezorgd. Vele
eigenaren van automobielen stelden him voertuig
ter beschikking en men werd getroffen door zoo
veel blijken van menschlievendheid. Gedurende
de eerste weken werden 20.000 personen geëvacu
eerd, aanvankelijk in wilde vlucht: later volgden
duizendtallen in een geregelde organisatie, waar
aan evenwel nog gebreken kleefden.
Men heeft daarop contact gezocht met bureau
„Afvoer burgerbevolking" in Den Haag.
VREES VOOR EVACUATIE.
De evacuatie gaat met groote moeilijkheden ge
paard, mede omdat de achtergeblevenen die voor
evacuatie in aanmerking komen, eerst moeten
worden overtuigd van de noodzakelijkheid onder
de huidige omstandigheden niet in de stad te blij
ven. Daarom heeft men ook den gemeentelijken
woningdienst in het plan ingeschakeld. Zij die nog
arbeid of een redelijke kans daarop hebben kun
nen in Rotterdam blijven en voor hun wordt voor
een onderkomen in minder dichtbevolkte wijken
gezorgd.
Hoewel er reeds aanbiedingen van medeburgers
inkwamen is het aantal .bij lange na niet voldoende
om in de behoefte te voorzien, zoodat men waar
schijnlijk binnenkort tot gedwongen inkwartiering
zal moeten overgaan, zooals reeds op verschillende
plaatsen in de omgeving is geschied. Er wordt
zooveel doenlijk naar gestreefd personen van een
zelfden stand bij elkander te brengen. Er bestaan
plannen tot het oprichten van een aantal nood
woningen, terwijl met de militaire autoriteiten
onderhandelingen worden gevoerd over het af
staan van een aantal barakken, welke tot kampen
zullen worden ingericht.
DE NOODTEHÜIZEN.
Ook hierbij zag men zich vaak voor moeilijk
heden geplaatst zoowel met betrekking tot de in
richting als met het personeel. Velen die in de
eerste dagen zich hiermede hadden belast moesten
weer tot hun normalen arbeid terugkeeren, zoodat
men menschen tekort kwam. Langzamerhand kon
den deze moeilijkheden worden opgelost en kon de
voedselvoorziening worden geregeld. Mr. H. Wil-
lemse, een bekende figuur uit het Rotterdamsche
scheepvaart bedrijf, belastte zich met het toezicht.
De leiding berust bij een aantal gymnastiekonder-
Mr. CORRT STOLZ-VAN DEN KIEBOOM.
15)
Zwijgen. Weg is de stemming, verdwenen de ver
trouwelijkheid. Stommeling, scheldt Frank zichzelf.
Een dag, die zoo goed is geweest, zóó te bederven.
Hoe komt hij zoo ezelachtig? Alsof Lies alsof
één vrouw dat zou kunnen begrijpen, hoe dat al
lemaal vast zit aan je werk, aan de practijk. Hoe
je je af en toe wel eens een beetje moét uitsloven.
Dat je 't graag doet, dat jc wel eens méér doet,
dan strikt noodig, nu ja. dat is een tweede
Waarom is hij er in 's hemelsnaam over begon
nen? Had hij bij Lies troost willen zoeken voor
Westhove's gebrek aan waardeering0 Beetje veel
gevergd, juist van Lies juist In dit geval. Die
critiek van Westhove moet hij maar op den koop
toe nemen. Lieske.Hij wil haar toch geen ver
driet doenOver de tafel grijpt hij haar hancl
Lieveling, zullen we eens opstappen, het is al
over tienen. Hij kijkt haar aan schuldbewust,
denkt Lies. Alsof hij iets wil goed maken
Zwijgend beginnen ze de terugreis. Lies legt haar
hoofd tegen Franks schouder. Vasthouden, denkt
ze. Vasthouden ditzij beider, samen, daar kan
toch niets of niemand ter wereld tusschen komen.
Frank voelt, hoe de wind door het open raampje
telkens haar krullen tegen zijn wang blaast. En
dat brengt hem. sneller dan de gang van zijn mir
of meer verwarde gedachten, tot de slotsom, dat
misschien de carrière van meester Frank Robberts
toch niet van een zoo allesoverheerschende belang
rijkheid is. als hij zelf soms wel meentEn dat
LiesHij trapt het rempedaal in.
Ongelukken maken wil ik riet, zegt Frank.
En ik moet je nog even iets vertellen.
Kan dat niet wachten tot we thuis zijn?
Beslist niet. Want zie je. je vroeg me van
middag, of ik nog evenveel van je hield als vroe-
wijzers. De geneeskundige verzorging geschiedt
door verpleegsters van het voormalige ziekenhuis
aan den Coolsingel, onder leiding van dr. J. H. E.
van Dijk.
KINDERUITZENDING.
Ook de kinderuitzending staat onder leiding van
het evacuatiebureau. De eerste groep vertrok reeds
naar het Bio-vacantieoord te Bergen aan Zee. Ook
kinderen uit niet-getroffen gezinnen zullen zoo
noodig worden uitgezonden.
AFLEIDING EN ZAKGELD.
Het comité is in staat met behulp van het rijk
aan volwassenen een klein zakgeld toe te kennen.
Voor voldoende afleiding wordt gezorgd en ook
op dit gebied is er veel medewerking o.a. van den
radiodistributiedienst, theaterdirecteuren en de
bevolking, die voor boeken en couranten voor
ouderen en voor speelgoed ten behoeve van kinde
ren zorg dragen. Reeds hebben vluchtelingen in
hun nieuwe verblijfplaats werk gevonden.
De vluchtelingen comités zorgen naar beste ver
mogen dat ook de familieband gehandhaafd blijft.
De hulpactie onder de burgerij vindt voortgang
maar er komt nog steeds veel aan kleeding en
meubilair te kort. Er is vooral gebrek aan onder
en bovenkleed] ng voor mannen.
Tenslotte heeft men een overzicht gekregen van
de organisatie van het vluchtelingenwerk in onder
scheidene gemeenten en er was slechts één roep
over de goede verzorging.
Ergerlijke vorm van oplichting.
AMSTERDAM. 13 Juni. Bij de politie van
het bureau Stadhouderskade deed vanmiddag
een vrouw aangifte van een wel zeer ergerlijke
vorm van oplichting.
De echtgenoot van de vrouw vocht als soldaat
in den oorlog en wordt thans vermist. Enkele
dagen geleden vervoegde zich [bij haar een 22-
jarige man. die beweerde, dat hij er voor ikon
zorgen dat haar man spoedig weer thuis zou zijn.
Hij had haar man in een ziekenhuis „ergens in
Nederland" aangetroffen, waar hij verpleegd
werd voor een schampschot en voor een zenuw
instorting. Zijn toestand was echter niet ernstig
en hij zou den vermiste Woensdag weer thuis
brengen. Uiteraard waren daaraan eenige kosten
verbonden en de verheugde vrouw offerde graag
enkele guldens om haar echtgenoot weer thuis
te krijgen. De Woensdag verstreek evenwel zon
der dat er iemand kwam. Donderdag wachtte de
vrouw nog af, doch aan ihet einde van den mid
dag begreep zij. dat zij bedrogen was. Gelukkig
kon zij de politie een uitvoerig signalement van
den oplichter geven. Het luidt: Lang ongeveer
1.70 meter, middelmatig postuur, zwarte achter
overgekamde haren, donkere oogen en uiterlijk,
donkere hoornen bril, draagt grijs colbert costuum
en hoed. Zwarte lage schoenen, een geelachtig
overhemd met rood gestippeld vlinderdasje en al
of niet een donkerblauwe regenjas. Aan den
recht-erringvinger draagt de man een verchroom
de ring met zwarte vierkante steen. Vermoede
lijk is hij in het bezit van een rijwiel, voorzien
van een versnelling en twee handremmen. Daar
gevreesd wordt dat hij zal trachten zich nog
maals aan soortgelijke praktijken schuldig te
maken, zij een ieder gewaarschuwd. (A.N.P.).
NIEUWE UITGAVEN.
De Algemeene Vereeniging „Radio Omroep"
heeft een Belastinggids 1940 doen verschijnen.
Deze practische gids, een uittreksel uit de lezin
gen, voor de .A.V R.O." gehouden door J. Pelser
Jr. accountant te Amsterdam, geeft uitvoerige
inlichtingen omtrent Rijksinkomsten, Personeele
en Gemeentefondsbelastingen; ook zijn enkele
bladzijden gewijd aan het ingediende wetsontwerp
op de Winstbelasting 1940. Tevens bevat de gids
een vergelijkend overzicht van den belasting
druk in ongeveer 100 belangrijke plaatsen in ons
land.
„De Armenwet in vragen en antwoorden"
(derde druk) door J. W. A. C. van Loenen, oud
secretaris der gemeente Beverwijk, heeft het licht
gezien bij N. Samson N.V., te Alphen aan den
Rijn. Eenige wijzigingen en aanvullingen zijn in
dezen druk aangebracht.
Bij de N.V. Uitgevers Mij. A. Rutgers te Naar-
den is versohenen, in de Bibliotheek voor Ge
slacht- en Wapenkunde, onder redactie van C.
Pama: Afstamming en erfelijkheid" en „De
kwartierstaat", door prof. dr. J. F. van Bemme-
len. Op verzoek van den auteur werden beide
deeltjes tot een boekje gecombineerd, waardoor
er tevens gelegenheid was, den omvang wat te
vergrooten.
Voor wie zich voor familie-onderzoek interes
seert, is dit een zeer belangwekkende uitgave.
„Leer uzelf beter Nederlands", is de titel van
een boekje, geschreven door R. Kuitert, docent
aan de Volksuniversiteit te Amsterdam en uit
gegeven door Bosch en Keuning N.V., te Baarn,
in de Libellen-Serie.
Dit boekje is bestemd voor hen, die de school
jaren achter den rug hebben en voor wie het wel
gewenscht is, de kennis van hun eigen taal weer
eens wat op te frisschen. Het bestaat uit theo
retische en practische gedeelten en houdt zich
aan de tegenwoordige schoolspelling. Men kan
deze handleiding zelfstandig, zonder verdere
hulp, gebruiken.
ger. En dat is niet zoo. Ik hou veel meer van je.
Ik heb nog nooit zooveel van je gehouden als van
daag.
Ik van jou ook niet, zegt Lies. En zoolang
als we in Amsterdam wonen, heb ik niet zoo'n
heerlijken dag gehad.
Ondanks de confidenties? plaagt Frank.
Misschien ook wel dank zij de confidenties,
zegt Lies. En laten we nu alsjeblieft naar huis
gaan. Ik bibber als ik aan de garagerekening denk.
Streep haal krulletje streep krulletje
streep streep. Zonder ophouden vliegt Nicks
potlood over het stenoblok. Nog twee dagen. Streep
krulletje haal stx-eep.... Als ze er maar
komt. Zelfs voor haar doctoraal heeft ze niet zoo in
angst gezeten, als voor dit simpele examentje. Om
dat er zooveel var afhangt. Alles de kans om hier
weg te komen. Als ze maar eenmaal hier weg is,
weg van hier, waar 't toch rooit iets wordt. Waar
niemand haar voor honderd procent au sérieux
neemt, waar iedereen haar werken min of meer als
een aardigheid schijnt te beschouwen, als een 'n
beetje eigenaardige tijdpasseering voor een jong
meisje. Waar de vriendelijksten uit haar omgeving
altijd schijren te denken: kind. waar -vermoei je
jc mee, zie liever, dat je aan den man komt. En
de onvriendelijksten de jonge confrères, die zelf
ploeteren om een beetje practijk bij elkaar te krij
gen, 't lijkt wel, of ze haar verwijten wat doe je
hier op ons terrein, jij, die het niet noodig hebt.
En het aarzelend wantrouwen var de cliënten, die
meestal geen blad voor hun mond nemen ook. Hoe
dikwijls heeft ze 't niet moeten hooren van een
orodeaan: Ja, de juffer zal er'ook wel'voor ge
leerd hebben.ja, de juffer zal 't misschien wel
net zoo goed weten als een echte avvekaat
maar zie je. jufferEn dan kon ze zelf de rest
wel aanvullen: Als we hadden mogen kiezen, wa
ren we nooit bij jou gekomen. Echt bemoedigend
zoo'n appréciatie.
Daardoor heeft ze zeker zelf ook van den eersten
dag af het gevoel gehad, dat dit nog niet het echte
was, dat ze nog ergens op wachtte. Spielerei
i klungelwerk, meer is het op de keper beschouwd
Hij verklaarde dat hij bereid was de reis te
ondernemen. Alles werd nauwkeurig bespro
ken, de reis zoowel als de opdracht en toen
alles geregeld was verliet professor Knap,
onder hartelijke afscheidswoorden, den direc
teur.
niet. Ja, ze heeft wel wat geleerd. Ze kent nu in
de perfectie de techniek en de etiquette van een
rolzitting. Ze heeft een paar echt lieve pleidooitjes
gehouden voor zielige boefjes en niet zoo erg ver
dorven dieven en dievegges. Ze kan, in een zaak
met niet te veel haken en oogen. een dagvaarding
of conclusie in elkaar krutselen. Ze durft zoo maar
voor de vuist weg adviezen te geven, met meer of
minder aplomb, naar gelang van de op het oog ge
taxeerde intelligentie van den cliënt en de meer
dere of mindere ingewikkeldheid van de zaak. Ze
kan lijsten van schuldvorderingen, uitdeeli"gslijs-
ten en een verslag van den curator over den stand
des boedels opmaken. Ze kent. eigenlijk een
schijntje, alles bij elkaar, eigenlijk niets, waar je
practisch wat aan hebt. En al blijft ze hier nog
jaren, dan nog zal ze nooit heelemaal voor vol wor
den aangezien dan nog zal zc nooit iets defini
tiefs bereiken. Als Frits, de „echte" neef van Oom
Victor, afstudeert, komt hij als medewerker en
toekomstig associé op kantoor, dat is al lang in
kruiken en kannenStreep haal krulle
tje streep streep voor jezelf zorgen, Nick.
Je eigen weg zien te maken eer weg alléén
De laatste brief van Han zit al veertien dagen
onbeantwoord in haar taschje. Ze kan er niet toe
komen, terug te schrijven. Want bij dien brief, in
dezelfde enveloppe, zit een ander briefje, een ge
typt memorandum, met een volslagen onbelang
rijke mededeeling over een zaak, die veertien da
gen aangehouden is, geadresseerd aan Oom Victor
nog bovendien. Dat briefje heeft ze, een paar we
ken geleden, toen ze toevallig een uurtje alleen op
kantoor was, gestolen uit een dossier. Gestolen als
een halfgare bakvisch, omdat het zijrr handteeke-
ning droeg. Toen had ze 't. nog als een schat kun
nen bewaren en telkens weer kunnen lezen: eerst
de gedrukte naam bovenaan het brievenhoofd en
dan de handteeker.ing. En heelemaal onderaan die
letters F. R.-d. W. dat betèekende, wist ze van de
tiklessen, de voorletters van dengene, die een brief
dicteerde en van de typiste. En dan had ze zich
zelf telkens bekend, dat ze er graag heel haar
mooie Mr.-titel en de rest voor over zou hebben, als
haar voorletter daar achter dat streepje stond. Ty
piste op zijn kantoor.... zóó heeft ze het te pak
ken gehad toen. Ze moet er nu werkelijk om
lacher. Gelukkig, dat zulke bevliegingen wel al
tijd weer van zelf overgaan. Twee jaar geleden is
ze een avond wèg geweest van den praeses van
de lustrumcommissie. En tóen hg haar drie weken
later op straat groette, hei-kende ze hem niet eens.
Een nieuwe omgeving, nieuw werk, nieuwe men.
schen zie, dat je 't klaarspeelt. Streep haal
krulletje streep.
Examen. Nu in de nuchtere klasselokalen van de
Handelsschool. Griezelig nuchter, vindt Nick en
denkt terug -aan de bijna plechtige entourage van
haar doctoraal: het academiegebouw met zijn tra
ditie van eeuwen.
Nu stormt er bij den uitgang geen stoet vrienden
op haar af met angstig belangstellende vragen. Ze
gaat alleen tusschon enkel vreemde meisjes en
jongens, bijna allemaal veel jonger dan zij.
Dc uitslag zal' schriftelijk bekend gemaakt wor
den.
En nu liggen de mooie diploma's voor haar op
tafel en Nick, van achter haar schrijfmachine, be
kijkt ze nog eens, tuurt weer op het vel papier in
de machine. De aanhef staat er:
„Den Hoogwelgeb. Heer
Jhr. mr. B. de Laet van Neerduynen
Nieuwe Gracht 394,
Utrecht".
„Beste Boy.
Maar verder komt ze niet. Ze had den brief op
zettelijk willen typen om daarmee makkelijker het
examenverhaal en de rest op het tapijt te kunnen
brengen. Maar 't gaat heelemaal niet makkelijk.
Driftig trekt ze het papier er uit, gooit het in de
prullemand, duwt de machine opzij en krabbelt
haastig met haar vulpen op een carte:
Beste Boy,
Ik zou zoo graag jou als een van mijn oude
vrienden om raad en hulp vragen in een aan
gelegenheid, die mijn toekomst betreft, Ik heb ge
probeerd, het schriftelijk af te werken, maar zie
geen kans het allemaal op papier te krijgen. Nu
moet ik toevallig a s. Woensdag in Utrecht zijn
(dat is een schandelijke leugen, maar als ze dat
er niet bij schrijft, staat Boy misschien moi 1
hier Lr Doornenburg voor haar neus) en k
maar, dat je nog niet naar huis vertrokken b
Ik weet niet, hoe laat ik precies met mijn
klaar ben, maar ik kan in elk geval tusschen
één en één uur in het Jaarbeursrestaurant zijr-
hoop vooral, dat je mijn vraag niet erg gek vi
ik vind het geheel nogal griezelig om mee 1
den dag te komen.
Tot ziens,
je Nid
Wat nu nog? Naar huis schrijven, dat ze gesis
is voor examen typen en stenografie? Maar
'Rob over een paar weken weer zakt voor zijn 4
de deel, krijgt hij vast en zeker nog meer op
kop, als de Pipa er die examens van haar bij I
sloepen. Ze voelt er niets voor om als maar!'
tot voorbeeld gesteld te wordenzoo erg vo
beeldig is ze immers niet. De brief naar huis I
-og wel wachten, op dat punt zijn ze niet
wend.
Han? Ja Han moet ze nu toch eindelijk ter
schrijven, het wordt te gek, vijf weken al. M
wat moet ze in vredesnaam antwoorden op Hi
altijd eendere vragen? In zyn laatsten brief i»
hij het over een huis, dat vrijkomt. „Zoo'n B
gerieflijk huis. Nikker, geknipt voor een dokt
huis. E:- zoo'n geschikt punt. Een zitkamer
ten erker, ik zie jou al voor het raam zitten,
heeft geen moed. het allemaal nog eens over
lezen. Eerlijk zijn! Ronduit schrijven: Han, ik i
niet met je trouwen, nu nog minder dan ooit.
ik ben zoo stem geweest om razend verliefd
worden op iemar.d, die ik één keer, op de Re;
bank, heb ontmoet en die, zooals ik nu pas ff
dekt heb, getrouwd of minstens verloofd is. Als
geduld wilt hebben, tot ik er overheen ben-
Kan dat? Zou dat niet een beetje te veel geve: i
zijn van Han's alles-begrijpende, alles-accept*
rende vriendschap? Misschien bereikt ze er
mee. dat Han i"ecns genoeg van haar heeft. Ms
wat wil ze dan? Han toch nog aan het lijntje h«
den? Jasses, wat berekenend klinkt dat. Ze ziR
Ze zal er eerst nog maar eens over slapen.
(Wordt vervolgd)"