MAANDAG 5 AUGUSTUS 1940
HAXREEM'S DAGEESD
5
In Amsterdam inspecteerde de Duitsche Rijkscommissaris dr. Seyss-Inquart
persoonlijk den Reichsarbeitsdienst, die Zondag een marsch door de stad
maakte. Tijdens de inspectie door dr.Seyss-Inquart.
Duitsch legerbericht van Zaterdag:
2 Engelsche vliegtuigen boven
Nederlandsch gebied neerge
schoten. - Duitsche luchtaanvallen
op de Britsche Oostkust.
BERLIJN, 3 Aug. (D. N.B.). Het opperbevel
van de weermacht maakt bekend
„Een duikboot onder bevel van luitenant ter
zee eerste klasse Kretschmer heeft op een lang
durige reis zeven bewapende vijandelijke koop
vaardijschepen met een inhoud van 56.118 bruto
registerton' tot zinken gebracht, waaronder drie
in convooi varende tankschepen. Daarmede heeft
deze boot tot dusver in totaal 117.367 bruto
registerton vijandelijke koopvaardijscheepsruimte
en den Britschen torpedojager „Daring" tot
zinken gebracht.
Aan de Oostkust van Engeland voor Harwich
en de monding van den Theems, alsmede voor de
Hebriden, werden op 2 Augustus verscheidene
bewapende vijandelijke koopvaardijschepen met
bommen bestookt. Drie der aangevallen schepen
met tezamen 16.C00 bruto registerton inhoud wer
den tot zinken gebracht.
In den nacht van 2 op 3 Augustus werden
enkele aanvallen op benzine-opslagplaatsen en
luchtdoelstellingen in Engeland ondernomen. In
de bezineopslagplaats van Thameshaven werden
hierbij groote branden waargenomen.
Eenige overdag in Nederland en Noord-Frank
rijk binnengevlogen vijandelijke vliegtuigen ont
moetten overal krachtig vuur van jachttoestellen
en luchtdoelgeschut, zoodat zij hun bommen luk
raak in het veld wierpen. Bij luchtgevechten
boven het IJselmeer en het zeegebied van IJmui-
den gelukte het twee Bristol-Blenheim vliegtui
gen en bij Le Havre een ander toestel van het
zelfde type door de luchtdoelartillerie neer te
schieten.
In den nacht van 2 op 3 Augustus vlogen Brit
sche vliegtuigen Noord- en West-Duitschland
binnen en wierpen hun bommen weer uitsluitend
uit op niet-militaire doelen. Zij vernielden
woonhuizen en doodden en verwondden burgers.
In Ehra (district Gifhorn), in welks wijde om
geving' geenerlei militaire doelen liggen, is een
boerenhoeve door een aantal brisantbommen
vernield. Het uit vier personen bestaande boeren
gezin, waaronder twee kinderen in den ouderdom
van 1 en 2 jaren werd gedood. Twee andere per
sonen werden zwaar gewond."
Italiaansch legerbericht van Zaterdag:
Luchtaanvallen op Port-Soedan.
In Kenya troepenconcentraties
gebombardeerd.
ERGENS IN ITALIë, 3 Augustus (Stefani).
Legerbericht no. 57 van het Italiaansche hoofd
kwartier luidt als volgt:
„Zooals kon worden vastgesteld woedt de te
Hail'a als gevolg van ons jongste bombardement
uitgebroken brand na drie dagen tijds nog voort.
In den Soedan hebben onze vliegtuigen de spoor-
wegwerken van Port Soedan gebombardeerd en
een opslagplaats alsmede het vliegveld van Ge-
beit in brand geschoten. Op het vliegveld werd
zware schade aangericht pn werd een tiental op
den grond staande toestellen getroffen. In Kenya
werden nabij Buna troepenconcentraties en auto
mobielen gebombardeerd en met machinegeweren
beschoten.
In Noord-Afrika vlogen vijandelijke vliegtuigen
naar Bardia zonder schade aan te richten. Aan
de troepen werden verliezen toegebracht. Tijdens
een aanval van den vijand op hot vliegveld van
Cagliari, waarbij een persoon werd gedood en drie
gewond en zeer lichte materieele "schade werd
aangericht, zijn twee vijandelijke vliegtuigen
neergehaald. De bemanning van een dezer ma
chines werd krijgsgevangen gemaakt."
De Italiaansche oorlogvoering in Afrika.
De oorlogscorrespondent van het D.N.B. in net
Middellandsche Zeegebied bericht over den alge-
meenen militairen toestand in Afrika o.a. het
volgende
„Voor de eerste maal hebben Italiaansche vlieg
tuigen de haven van Port Soedan aangevallen.
Een groote opslagplaats geraakte hier in brand.
Op het vliegveld Nva Sjeheit werd ernstige schade
aangericht, waarbij een twaalftal vliegtuigen
werd getroffen.
Van Port Soedan uit gaat een straatweg en een
spoorweg naar Khartoem en naar de grens van
Erithrea en Ethiopië en vervolgens naar het on
langs door de Italianen veroverde Cassala. Via
Port Soedan voerden de Engelschen versterkingen
aan. die een offensief van de Soedan uit naar
Abessynië moesten trachten uit te voeren. Nadat
de Italianen deze Engelsche poging tot een offen
sief in het tegendeel hadden doen verkeeren
voerden de Engelschen via Port Soedan ijlings
versterkingen aan uit Indië en Zuid-Afrika.
De strategie van de Italiaansche strijdkrachten
in Noord-Abessynië ontwikkelt zich geheel syste
matisch. Eerst worden de belangrijkste straat
wegen, karavaanknooppunten, spoorwegstations
en waterplaatsen in het bereik van de Engelsche
grenstroepen veroverd of vernield, daarna werd
via deze wegen dieper in het Zuidelijk deel van
den Soedan, in de richting van de hoofdstad
Khartoem en langs de Ahbara-rivier opgerukt.
Vervolgens werd de eenige bruikbare haven voor
de ravitailleering d#r Engelschen aan de Roode
Zee aangevallen, zoodat deze ravitailleering een
waar vraagstuk werd.
Van Port Soedan gaat een spoorlijn naar de
stad Atbara, gelegen aan de monding van de ge
lijknamige rivier, en een spoorlijn naar het Zui
den, naar de Abessynische grens. Deze laatste lijn
is reeds door de verovering van Cassala verbro
ken. Voor de ravitailleering blijft den Engelschen
thans alleen nog maar de lijn naar Atbara over.
Hierdoor is aan de Britsche leiding der operaties
een zware slag toegebracht, die slechts vergeleken
kan worden met de vernieling van het Fransche
spoorwegnet in den rug van de Fransche troepen
tijdens het offensief in Juni. met dit verschil
echter dat de Franschen nog over een dicht
spoorwegnet konden beschikken, terwijl de En
gelschen in het Zuidelijk deel van den Soedan
slechts over twee lijnen beschikken, waarvan de
eene reeds is verbroken.
Zoo komt uit de oorlogsgebeurtenissen aan de
grens van Italiaansch-Oost Afrika steeds meer
het feit naar voren dat de Italianen op twee
groote fronten oprukken, n.l. aan de Noordweste
lijke grens van Ethiopië in algemeene richting
naar Khartoem, de hoofdstad van den Soedan, en
aan de Zuidelijke grens in de richting naar het
binnenland van Kenya."
Italiaansch legerbericht van Zondag:
Operaties der luchtmacht in
Oost-Afrika.
ERGENS IN ITALIë, 4 Aug. (Stelani) Communi-
qué no. 56 van het Italiaansche hoofdkwartier luidt
als volgt:
„Onze escadrilles in Oost-Afrika hebben in den
Soedan Erkowit en het vliegveld van Summit, waar
een groote hangar in brand werd gestoken, gebom
bardeerd. Voorts is het kruispunt van spoorwegen
te Haiya bestookt. In Kenya is ten zuiden van Vaija
een autopark gebombardeerd.
Bij het gevecht bij Debel, waarvan melding is ge
maakt in Legerbericht no. 54, heeft de vijand voor
onze stellingen 64 dooden achtergelaten, onder wie
die officieren. Een vaandel van het zesde bataillon
K. A. A. werd buit gemaakt.
In Britsch Somaliland heeft men doeltreffend de
haven van Zeila gebombardeerd. Een van onze vlieg
tuigen is niet teruggekeerd. Een vijandelijke lucht
aanval op de haven van Derna in Noord-Afrika ver
oorzaakte zeer lichte schade. Een van onze duikboo-
ten keerde niet op haar basis terug.
De toestand in Engeland.
De „Berliner Börsenzeitung" over het defensie
systeem der Britten.
Het D.N.B. deelt mede: „Engeland's positie is
hopeloos" aldus schrijft de Berliner Börsenzei
tung boven een lang verslag van speciale zijde
over de oorlogsgebeurtenissen der laatste week.
Het verslag geeft eerst een opsomming van de
successen der Duitsche marine en van het lucht-
wapen in de afgeloopen week en gaat dan verder:
„Van toonaangevende Britsche zijde is den laat-
sten tijd vastgesteld dat het Britsche luchtwapen
met zwaartepunt vormt van het Britsche verdedi
gingssysteem, d.w.z. dat het de laatste hoop van
Engeland vormt om een Duitschen aanval te
kunnen afslaan. Dat weet het Engelsche volk
ook. Daarom wordt succes na succes verzonnen.
De werkelijkheid ziet er anders uit, zooals het
Britsche volk op een goeden dag tot zijn ont
zetting zal inzien.
Engeland vormt voor het Duitsche luchtwapen
een betrekkelijk klein doelwit, dat van alle kan
ten gemakkelijk kan worden bereikt. Het Britsche
luchtwapen daarentegen moet in aanvalsvluch-
ten over een ontzaglijk uitgebreid gebied zijn
krachten versplinteren. Van Noorwegen tot West-
Frankrijk strekken de objecten zich uit, die het
moet vernietigen, wanneer het den tegenstander
op de knieën wil krijgen. De kaart toont aan dat
een dergelijk voornemen volkomen zinneloos is.
Het Britsche luchtwapen kan dus steeds slechts
afzonderlijke vluchten maken in de reusachtige
ruimte, die Engeland omgeeft. Een concentrische
aanval op den tegenstander, die alleen tot een
succes zou kunnen leiden, is bij de gegeven si
tuatie niet denkbaar. Daar komt bij dat aanvals-
vluchten naar Duitschland over reusachtige af
standen gaan. die mogelijk zijn voor enkele vlieg
tuigen tijdens den nacht, maar die steeds aan
zienlijk veel gevaarlijker moeten zijn dan de
vluchten van het Duitsche luchtwapen naar En
geland. Stelt men daarnaast de geweldige supe
rioriteit in aantal en kwaliteit van het Duitsche
luchtwapen. dan kan men zich slechts verwon
derd afvragen, waarom Groot Brittannië een
zinneloozen tegenstand voortzet. Het schijnt dat
ieder militair denken aan gene zijde van het
Kanaal is uitgeschakeld.
Denzelfden indruk moeten de berichten wek
ken, die uit Engeland ontvangen worden over de
overige voorbereidingen ter verdediging van het
eiland. Dat men klaarblijkelijk gelooft in korten
tijd een massaleger van militair ongeoefende
lieden te kunnen opstellen en daarvan vertrouwt
dat het in staat zou zijn de geweldige gracht te
weerstaan van de Duitsche weermacht, die een
ongehoorden zegetocht achter den rug heeft, is
reeds ongelooflijk. Alleen als misdaad kan het
in den strijd brengen van de geheele burger
bevolking gezien worden. Het is militair volkomen
doelloos en zet het leven van millioenen men-
schen zinneloos op het spel. Wat ontvanger wordt
aan berichten over de opleiding van franc-
tireurs is zoo ongelooflijk dat men het alleen
maar er mede verklaren kan dat in Engeland
geestelijke verwarring is ontstaan onder den in
druk van het gevaar der Duitsche invasie."
Berlijnsche pers keert zich tegen
Engelsche berichtgeving.
Het leven in Hamburg gaat normaal zijn gang.
Het D.N.B. meldde Zaterdag: De Berlijnsche
avondbladen brengen heden in zeer grooten op
maak het valsche bericht van New-Yorksche
bladen, volgens welke officieel uit Londen ge
meld is, dat de Britsche luchtstrijdkrachten
Hamburg „tot puin gemaakt zouden hebben". De
Amerikaansche bladen zeggen zelfs op grond van
Engelsche berichten nog dat de Engelschen al
leen militaire doelen hadden aangevallen, als
mede dat er slechts een enkel Britsch vliegtuig
vermist wordt.
De Berlijnsche bladen verklaren eenstemmig
dal Churchill en Duff Cooper aan de domste
leugen zijn begonnen, die zij tot dusver in dezen
oorlog verspreid hebben. Het is symptomatisch
voor de Engelsche oorlogvoering dat zij altijd,
wanneer het hun erg slecht gaat, de onbe-
scliaamdste leugens beginnen te verkondigen en
den werkelijken stand van zaken verdraaien. In
dit verband herinneren de bladen er aan dat de
Engelschen het zelfs klaar gespeeld hebben de
geweldigste en schandelijkste nederlaag, die de
geallieerde troepen konden beleven, nJ. de slag
in Vlaanderen, in een, naar hun Reuterbureau
meldde, „prachtige overwinning" om te zetten.
Het bericht over de z.g. vernietiging van Ham
burg heeft in die stad verbazing en medelijden
met een dergelijke domme Engelsche propaganda
verwekt. Het leven gaat in Hamburg normaal
zijn gang, en de tijd der vacanties is sterk te
bespeuren. Op alle stations is het een groote
drukte van naar buiten trekkende menschen en
op de Alster is het vol van zeilbootjes en kano's.
Journalisten bezoeken Hamburg.
Een D.N.B.-bericht van Zondag meldt: Ironisch
bespreken de Berlijnsche bladen van vandaag
nogmaals de Engelsche beweringen betreffende
de z.g. „verwoesting" van Hamburg door de En
gelsche luchtmacht. Reeds gistermiddag is een
heele reeks Duitsche en buitenlandsche journa
listen uit Berlijn naar Hamburg gevlogen om zich
zelf te overtuigen van den omvang dezer „ver
woesting". De verslaggever van de „Deutsche All-
gemeine Zeitung" schrijft:
„Drie uur lang hebben wij kris en kras door de
stad gereden. Wij zijn geweest in de woonwijken
der arbeiders in Nord Barmbek, wij reden door de
U'hlenhorst, de villawijk aan den Buiten-Alster,
wij bezochten de volkrijke buurt Rothenburgsort,
overal aanschouwden wij het beeld van vreed
zaam leven, zooals een wereldstad dat in het
weekeinde pleegt te bieden. Ook in de haven van
Hamburg, konden wij niets constateeren dat op
eenigerlei wijze buiten het kader van alledag
viel".
Verder meldt de verslaggever dat hij op drie of
vier plaatsen van Hamburg de sporen heeft ge
zien van vroegere bomaanvallen van Engelsche
vliegers. Deze sporen waren in alle gevallen te
vinden midden in dicht bevolkte wijken, waarin
de verslaggever een verder bewijs ziet voor de ge
wetenloosheid der Engelsche vliegers.
„Wij hebben sedert 16 Mei 54 luchtaanvallen
meegemaakt", zoo verklaarde een Hamburger,
„maar gezien deze inspanning der Engelschen
was het succes zoo goed als nihil. In de afge
loopen nachten is alleen in den nacht van Vrij
dag op Zaterdag luchtalarm gemaakt. Geen en
kele der aanvallende machines, die de stad ver
woest zouden hebben, is vannacht bij Hamburg,
zelfs niet bij een der voorsteden aangekomen.
Geen enkele bom is op Hamburgsch gebied ge
vallen".
De correspondenten der Amerikaansche bladen,
die aan den tocht naar Hamburg hebben deel
genomen bevestigen eenstemmig dat zij geen
spoor van verwoesting gezien hebben. De haven
en de Elbetunnel zijn onbeschadigd, het stads
beeld is in elk opzicht normaal. Rij de fabrieken
van Blohm en Voss is niets beschadigd. De cor
respondenten verklaren een uitstekend uitzicht
te hebben gehad van den toren der Michaelsfcerk,
waarbij zij niets hebben gemerkt van een „in puin
liggen" der stad.
Terugroeping van den Japanschen
ambassadeur te Londen?
Verontwaardiging in Japan over verrichte
arrestaties.
Het D. N. B. meldt uit Tokio: Het Japansche
ministerie van buitenlandsche zaken heeft gisteren
het officieele bericht van den Japanschen ambassa
deur te Londen over de arrestatie van de Japansche
zakenlieden ontvangen. Zij zouden gearresteerd zijn
wegens een vergrijp tegen de bepalingen op buiten
landers. Ambassadeur Sjigemitsoe heeft opdracht
gekregen nadere bijzonderheden in te winnen over
de vergrijpen, die ae gearresteerden zouden hebben
begaan.
Volgens Domei zou het ministerie van bui
tenlandsche zaken van plan zijn in Londen
een scherp portest in te dienen.
Het is waarschijnlijk dat Japan de onver
wijlde vrijlating zal eischen van de gearresteer
de Japansche onderdanen, en tegelijkertijd alle
in Engeland vertoevende Japansche staatsbur
gers, met uitzondering van dc Japansche
ambtenaren, zal opdragen onmiddellijk naar
Japan terug tc reizen. Naar de meening van de
„Osji Sjimboen" moet de Japansche ambassa
deur te Londen onmiddellijk worden terug
geroepen.
Het Japansche volk zou het noch begrijpen, noch
toelaten, indien de regeering in deze kwestie geen
voet bij stuk houdt. „Wij zijn er van overtuigd"
zoo vefklaart dit blad „dat er geen andere weg
is dan den ambassadeur terug te roepen en de diplo
matieke betrekkingen met Groot Brittannië af tt
breken.
Ook de andere Japansche bladen slaan een onge
woon scherpen toon aan tegen Engeland, welks
daden tegen Japansche onderdanen worden ge
brandmerkt als „een gemeene wraak". De „Tokio
Asahi Sjimboen" vermoedt dat achter de arrestatie
van de Londensche vertegenwoordigers van groote
Japansche handelsconcerns bepaalde bedoelingen
verborgen gaan. welke verband houden met de
relaties, welke deze concerns in Engeland en Ame
rika bezitten. Het blad eischt, dat de Japansche
regeering tegenover Engeland za! handelen naar
het beginsel „oog om oog. tand om tand". De
„Tokio Nitsji Nitsji" bestempelt het Engelsche op
treden als een provocatie en als een kenmerkende
uiting van de gewelddadigheden van de heerschen-
de klasse in Engeland. Alleen reeds uit overwegin
gen van prestige dient Japan energiek terug te slaan,
daar dit de eenige taal is. die Engeland verstaat.
Het Japansche persbureau Domei meldt voorts:
De sensationeele aanhouding van twee Japansche
zakenlieden te Londen heeft aan het licht gebracht
dat twee andere Japansche onderdanen, onder het
zelfde voorwendsel als bij deze laatste arrestaties
opgegeven, ai sedert het begin van verleden maand
in arrest zijn. Deze beide Japansche onderdanen
zijn een bediende van de Bank van Formosa, die
sedert 10 Juli is opgesloten in dc gevangenis te Pan-
tonville en mevrouw Milley Yosjii, de Duitsche
vrouw van een Japanschen schilder, die op 13 Juli
gevangen is genomen. Suemasa Okamoto, raadsman
van den Japanschen ambassadeur heeft bij 't Foreign
Office stappen gedaan om mevrouw Yosjii in vrij
heid gesteld te krijgen, doch zijn pogingen zjjn tot
dusver zonder resultaat gebleven.
Belgische Koningskinderen weer te
Brussel.
Het D. N. B. deelt mede
De drie kinderen van den Belgischen Koning,
die na het uitbreken van de vijandelijkheden in
het Westen eerst naar Frankrijk en later naar
Spanje in veiligheid gebracht waren, zijn thans
naar van betrouwbare zijde vernomen wordt,
weer naar Brussel teruggebracht.
De Nederlandsche Gezant
te Boedapest.
Het overlijden en de bijzetting
van het stoffelijk overschot van
mr. G. W. baron de Vos van
Steenwijk.
Onze Boedapester correspondent schrijft ons
d.d. 22 Juli:
Voor de tweede maal binnen een kort tijds
bestek heeft men in het Nederlandsche gezant
schapsgebouw aan de Ullöi-ut te Boedapest de
zwarte rouwvlag naar buiten moeten steken om
dat er een Gezant gestorven was. Eerst op den
16en Maart is onze vorige Gezant, de heer Roos-
male Nepveu, die zich wegens een ernstige hart
kwaal met zijn echtgenoote en dochter naar
Nederland had begeven, in het vaderland over
leden. De heer Roosmale Nepveu was vroeger
gezant te Madrid en later te Weenen geweest en
was zich na den „Anschluss" van Oostenrijk aan
het Duitsche Rijk te Boedapest komen vestigen.
Tijdens zijn langdurige ziekte werden de zaken
waargenomen door M. W. F. C. baron Bentinck
van Schoonheeten, die zich thans te Cairo be
vindt.
Omstreeks middeii April was mr. G. W. baron
de Vos van Steenwijk die te voren gezant te
Peking was, als opvolger van den heer Roosmale
Nepveu naar Boedapest gekomen en kort daarop
heeft hij zijn geloofsbrieven aan het Hongaarschc
staatshoofd Horthy overhandigd. Men herinnert
zich misschien nog hoe hij tezamen met den
nieuwbenoemden Gezant te Bern op sportieve
wijze per auto uit het vaderland was vertrokken
om zich naar de nieuwe plaats van zijn werk
zaamheden te begeven. Er heeft toen een foto
van hun beider vertrek in de Nederlandsche bla
den gestaan. Op Vrijdag den 14en Juni heeft
baron de Vos van Steenwijk met zijn echtgenoote
voor de eerste maal de leden van de Nederland
sche kolonie in zijn nieuwe woning ontvangen
Op Vrijdag den 12en Juli moest hij zich in een
sanatorium laten opnemen ten einde daar een
blindedarmoperatie te ondergaan en op Don
derdag den 18en Juli is hij aan de gevolgen daar
van overleden.
Vertegenwoordigers van den Hongaarschen mi
nister-president graaf Teleki en van den minis
ter van buitenlandsche zaken graaf Csaky, tal
van leden van het corps diplomatique, verschil
lende Hongaarsche grootwaardigheidsbekleeders
en bijna alle leden van de Nederlandsche kolonie
waren bij de teraardebestelling, welke op het
Kerepesi-kerkhof plaats vond, aanwezig. Er wa
ren tal van prachtige bloemstukken, o.a. van het
Hongaarsche ministerie van buitenlandsche za
ken, van graaf Csaky persoonlijk, van het corps
diplomatique, van de leden van de Nederlandsche
kolonie, van het personeel van het Gezantschap
en van het Consulaat-Generaal en van enkele
bekende Nederlandsche wereldfirma's. Een Hon
gaarsche Protestantsche predikant, ds. Jöo, die
indertijd in ons land gestudeerd heeft, sprak ln
de chapelle ardente enkele indrukwekkende
woorden in de Nederlandsche taal en sprak een
gebed uit. Daarna werd de kist met het stoffe
lijke overschot, welke met de Nederlandsche drie
kleur bedekt was, waarop de steek en de degen
van den overledene lagen, in een met vier paai
den bespannen rouwkoets naar den grafkelder ge
reden, waar het provisorisch werd bijgezet. De
echtgenoote van den overleden gezant (die
slechts den ouderdom van 45 jaren heeft mogen
bereiken) schreed met haar twee kindertjes en
haar moeder, barones von Richthofen, die uit
Duitschland was overgekomen, vlak achter de
koets.
Onder de tonen van het Wilhelmus, op indruk
wekkende wijze door een muziekcorps van de
Boedapester politie in gala-uniform ten gehoore
gebracht, werd de kist in de groeve neergelaten.
Later zal het stoffelijke overschot in den fami
liegrafkelder in Nederland bijgezet worden.
W. M. BEKAAR.
Deze brief heeft ons eerst heden bereikt. - Red.
Fraiisch-Britsche incidenten te
Kameroen.
Bevelhebber der Fransche Atlantische
vlootstrijdkrachlen greep in.
GENèVE 4 Augustus. Het Duitsche Nieuws
bureau doet mededeeling over incidenten, welke
zich in Kameroen hebben voorgedaan. Zulks naar
aanleiding van het communiqué, dat na de jongste
bijeenkomst van den Franschen ministerraad werd
gepubliceerd en waarin over deze incidenten ge
sproken wordt.
Volgens een bericht uit Vichy is hier sprake van
een uitdagend optreden van de bemanning van den
Britschen kruiser „Dragon". Gewapende patrouil
les van den Engelschen c-orlogsbodem waren te
Doeala aan land gegaan en door de straten van de
stad getrokken. De bevelhebber der Fransche At
lantische vlootstrijdkrachten greep in, waarna de
Engelschen zich terugtrokken.
Volgens het blad „Progrès" staan de incidenten
in Kameroen en Marokko in duidelijk verband met
de nieuwe blokkademaatregelen, die door de regee-
ring-Churchill zijn aangekondigd. De ministers heb
ben den toestand, zooals deze door de incidenten i;
ontstaan, onderzocht, evenals de blokkademaatre
gelen, die tegen Frankrijk worden toegepast. Aan
genomen moet worden, dat de Fransche tegenmaat
regelen noodzakelijkerwijze een vrij ernstig
karakter zullen hebben.
De gouverneur-generaal van Fransch-Marokko
generaal Noguès, is. naar de „Nouvellistc" meld'
Zaterdagmorgen te Vichy aangekomen om bespre
kingen met de regeering te voeren.
De leden van het Engelsche consulaire corps in
Fransch-Marokko, die door de autoriteiten waren
uitgenoodigd om op grond van de verbreking
de diplomatieke betrekkingen tusschen Frankrijk
en Engeland het gebied binnen 24 uur te verlaten,
zyn te Tanger aangekomen.
Dc algemeene dienstplicht in de
Ver. Staten.
Oud-minister Woodring tegenstander.
Het D.N.B. meldt uit Washington: De uit het
kabinet getreden minister van oorlog. Woodrlng.
heeft in een brief aan den republikeinschen sena
tor Vandenberg gezegd, niet de noodzakelijkheid
m te zien voor het invoeren van den algemeene.n
dienstplicht. Het thans bestaande leger van sol
deniers 's in overeenstemming met de grondsla
gen en o 'erleveringen der Vereenigde Staten.
Deze vestie is echter op het oogenblik be
ïnvloed door het feit dat de recruten van het
leger minder soldij krijgen dan de matrozen en
zells minder dan de leden van den arbeidsdienst,
die zich slechts voor een jaar behoeven te ver
binden. Hij zou slechts kunnen instemmen met
een invoering van den algemeenen dienstplicht,
wanneer na het oplossen van de soldijkwestie zou
blijken dat dc politiek van de regeering der Ver
eenigde Staten de zedelijke kracht en de manlijke
deugden van de Amerikaansche jeugd zou hebben
ondermijnd.
Met brandhout naar Stockholm. Reusachtige
houtvlotten worden thans uit het Noorden van
Zweden naar de hoofdstad des lands getranspor
teerd, om in de behoefte aan brandstof te
voorzien.
Japansche nota aan de Ver. Staten.
Het D. N. B. meldt uit Washington
De Japansche ambassadeur alhier, Horlnoetsjl,
heeft Zaterdag op het ministerie van buiten
landsche zaken een nota van zijn regeering
overhandigd.
Volgens Associated Press wordt in deze nota
formeel geprotesteerd tegen het onlangs door de
Amerikaansche regeering uitgevaardigde em
bargo op den uitvoer van vllegtulgbenzine naar
landen, die niet op het Westelijk Halfrond liggen.
De Engelsche oorlogsberichten.
Het D.N.B. deelt mede: Volgens mededeelingen
uit Londen zal het Britsche ministerie van ma
rine In de toekomst geen nieuwe berichten over
de zoogenaamde vernietiging van Duitsche of
Italiaansche duikbooten meer publiceeren.
Naar aanleiding hiervan schrijft de „Berliner
Börsenzeitung" dat in werkelijkheid de voor
naamste ooi-zaak voor dit opmerkelijke afzien van
de dagelijksche overwinnlngsbferlchten is, dat
men de cijfers van de beweerde successen lang
zamerhand al te fantastisch heeft opgevoerd.
Tenslotte schrijft dit blad „natuurlijk onderschat
niemand in Duitschland of Italië de Engelsche
afweer voor duikbooten, want het bedreigde
eiland wendt alle strijdmiddelen aan. die maar te
bedenken zijn om de actie der duikbooten op de
verbindingslinies van het Imperium te verhinde
ren. Wij weten ook dat de schitterende successen
van onze duikbooten niet zonder verliezen ver-
gekregen worden. De verliezen zijn ook bij het af
sluiten van afzonderlijke strijdperiodes van dezen
oorlog geregeld in de legerberichten vermeld.
Voor Churchill echter is het een boos teeken, dat
hij thans zelfs moet afzien van het geliefde ge
goochel met cijfers over de zoogenaamde Britsche
successen tegen de Duitsche duikbooten.
Churchill heeft dus niet de controle over de
duikbooten gekregen, doch de duikbooten contro
leeren thans dc convoolen van Churchill en wel
met aanhoudende successen."
Canadeescli expeditiecorps in
in Engeland aangekomen.
Een D.N.B.-bericht uit Lissabon deelt mede:
Bij de aankomst van de tweede divisie van het
Canadeesche expeditiecorps in Engeland heeft
een der generaals verklaard dat de Canadeezen
met eerzucht naar Europa zijn gekomen, teneinde
het offensief naar het continent te verplaatsen
en den oorlog op Duitsch gebied te voeren. Der
gelijke verklaringen verstrekte ook de Engelsche
generaal Sir Hubert Gough, die tijdens den we
reldoorlog het bevel voerde over het vijfde Brit
sche leger.
Deze generaal schrijft in een artikel dat hij,
evenals millioenen Britten, zoolang hoopt te leven
dat hij zal kunnen deelnemen aan de parade der
geallieerden troepen in de straten van Berlijn
en Rome.
Bijeenkomst van het Engelsche
Lagerhuis.
Reuter meldt: In parlementskringen te Londen
erwacht men met spanning de rede van Green
wood, die Woensdag in het Lagerhuis zal spreken.
De rede, die op de economische politiek der regee
ring betrekking zal hebben, wordt van groote be-
teekenis geacht. Greenwood, die voorzitter van den
raad voor de productie is, houdt zich voornamelijk
met economische vraagstukken bezig.
Donderdag beginnen de debatten over een wets-
ntwerp van finnncieelen aard.
GADM
PROGRAMMA
DINSDAG 6 AUGUSTUS 1040.
JAARSVELD 414.4 M. N.C.R.V.-uitzending.
8.Berichten A.N.P. 8.10 Schriftlezing en medi
tatie. 8.25 Gewijde muziek (Gr.pl.) 8.45 Gramo-
foonmuziek. 9 30 Hobo, piano en gramofoonmuziek.
10.Gramofoonmuziek. 10.30 Morgendienst. 11.
Gramofoonmuziek. 11.30 Quatre mains en gramofoon
muziek. (12.no12.15 Berichten). 12.35 Gramofoon-
muziek. 12.45 Berichten A.N.P. 1.Canzonetta
sextet en gramofoonmuziek. 2.30 Gramnfoonmuziek.
3 Zang en pianobegeleiding en gramofoonmuziek.
3.45 Gramofoonmuziek. 4.Bijbellezing. 4.45 Gra
mofoonmuzick. 6.30 V.P.R.O. Jeugduitzending 6.45
Gramofoonmuziek. 7.vragen van den dag A.N.P.
7.15 Berichten. 7.30 Reportage of muziek. 8.Be
richten A N.P. 8.15 Revida-sex'.et. 9.Causerie
„De paarse hei". 9.20 Utrechtsch Stedelijk Orkest
(opn.) 10.05 Gramofoonmuziek. Hierna: Schriftle
zing. 10.1510.30 Berchten A.N.P.
KOOTWIJK 1875 M. KRO.uitzending.
7.Berichten (Duitsch). 7.15 Berichten .Engelsch).
B 30 Wij beginnen den dag 8.Berichten A.N.P.
3,15 Gramofoonmuziek. 11.15 Berichten (Engelsch)
11.30 Gramofoonmuziek. 12.30 Berichten (Duitsch)
12.45 Berichten A.N.P. 1.Gramofoonmuziek.
(2.00—2.15 Berichten Duitsch). 3.15 Berichten
Engelsch) 5.30 Gramofoonmuziek. 6 15 Berichten
Engelsch). 6.30 R.V.U.: Cyclus „Het voorkomen
van ziekten". 7.— Vragen van den dag (A.N.P.)
7.15 Gramofoonmuziek. 7.45 Reportage. 8.— Berich
ten (Duitsch). 8.15 Berichten A.N.P.) 8.30 Berich
ten (Engelsch), 8 45 Gramofoonmuziek. 9.Con
certgebouworkest (Gr.pl.) 9.15 Berichten (Engelsch)
9.30 Concertgebouw-orkest (gr.p!) 9.40 Gramofoon
muziek. 9.55 Wij sluiten den dag 10.— Berichten
(Duitsch). 10.15 Berichten (A.N.P.) 10.30—10.45,
11.15' 11.30, 0.15—0.30, en 1.15—1.30 Berichten
(Engelsch).