De Lotgevallen van een Collier Als de tomaten rijp zijn Het menu van den dag. TOMATEN INMAKEN. EEN KINDJE SCHREIT... NEKKIE-RAF ZATERDAG 31 AUGUSTUS 1940 HAARLEM'S DAGBLAD door MARTINE WITTOP KONING, aan door wat fijngesneden groene kruiden: ook voegen we er naar smaak wat zout bij. De mogelijkheden voor het gebruik van tomaten zijn hiermee nog bij lang na niet uitgeput; in een volgend artikeltje hoop ik u wat te vertellen over warme tomatengerechten, die in het middagmaal dienst kunnen doen. VOOR DE VROUW WIJ PRATEN OVER ETEN. In tijden van distributie van. levensmiddelen Wordt er veel over „eten" gepraat. Als alles gewoon is en er dus overvloedig van alles wat noodig is, is te krijgen, praten eigenlijk alleen de lekkerbekken graag en lang over schotels zus en schotels zoo, en omdat wij vrouwen toch al- dagelijks met het menu moeten omgaan, vinden wij die pratende lekkerbekken' over het algemeen meer bij het sterke geslacht dan bij ons vrouwen. De menu's vain eiken dag bieden immers geen bij zondere moeilijkheden, en alleen als wij elkaar een bijzonder handig of smakelijk gerecht kunnen door geven, komen de gesprekken op dit onderwerp, maar zij gaan er ook spoedig weer af. Nu is dat anders geworden, goede menu's samen stellen is een grootere kunst geworden en het eischt bovendien meer verbeeldingskracht op culi nair ge-bied, omdat er voedingsstoffen of genot middelen zijn uitgeschakeld, die vroeger natuurlijk waren. We praten wéér over eten, zei de eene huis vrouw tegen de andere, nadat zij juist een tijdje geleden geconstateerd hadden, dat zij dat zoo dik wijls deden en daarmee nu toch eens moesten op houden. Overigens is het heel begrijpelijk, lang niet elke huisvrouw heeft voldoende vakkundige fantasie op het gebied van de kookkunst om goede en smake lijke maaltijden samen te stellen, wanneer de grondstoffen er voor beperkt zijn. Zoo kan een meer vindingrijke vriendin of een kennis die van probeeren houdt op dit gebied soms allerlei raad gevingen aan de hand doen, die zoo'n heel gezin ten goede komen. Want meer dan ooit is koken een kunst in tijden waarin de distributiemaatregelen de mogelijkheden zoo sterk hebben verminderd. Hoezeer dus die raadgevingen en hun versprei ding daarvan zijn toe te juichen, zij bergen het gevaar in zich, dat zij ons op den duur zouden doen gelooven, dat er niets belangrijkers in de heele we reld bestaat dan eten, waardoor wij ons sluiten voor alle geestelijke waarden, er wellicht ook hee- lemaal geen tijd meer voor over houden. In elk tijdschrift, in elke krant staan tegenwoor dig goede recepten en raadgevingen die door ter zake kundige menschen zijn. samengesteld en ge probeerd, wij kunnen ze dan ook met een gerust hart overnemen en zelf toepassen. Natuurlijk zal daar weieens een recept onder zijn, dat ons om een of andere reden tegenvalt, maar dat gevaar loopen wij bij de culinaire producten van onze vriendin nen en kennissen natuurlijk ook. Bovendien hebben wij hierbij nog het voordeel dat de recepten gedrukt en wel voor ons staan: neemt u eens krant of algemeen tijdschrift op en u zult zien, dat er bijna altijd wel een kort stukje betreffende dit onderwerp in voor komt. Daarmee zouden dus de lange gesprekken over eten, die soms worden gehouden, overbodig zijn, en dat niet alleen, maar wij zouden, als wij een gewoonte maakten van dat snuffelen naar nieuwe recepten, ook vaak genoeg iets tegen komen, dat niet met onze maag te maken heeft, maar dat onze geest eens aan het werk weet te zetten, dat ons de materieele zorgen doet vergeten en ons er aan helpt herinneren, dat er ook nog andere waarden zijn, die een belangrijke rol in het leven spelen. Natuurlijk zouden wij dom zijn, als wij de be langrijkheid van goede voeding niet wilden erken nen, maar het zou niet minder dom zijn om er meer tijd aan te besteden dan noodzakelijk is, want'die tijd ontnemen wij aan de hoogere waanden die het leven ons biedt, juist in moeilijke tijden. Het kost niet veel moeite en tijd om op zoek te gaan naar goede recepten- en raadgevingen, maar het wordt wel een tijdroovende bezigheid om er met anderen over te praten: de eene weet dit, de ander wat anders, een derde juist iets heel bijzon der goeds, een vierde herinnert zich no-g weer een goed recept uit de vorige distributie-periode en zoo blijft het gesprek op dit onderwerp, omdat ieder haar visie er op wil luchten. Houd ooren en oogen wijd open voor nieuwe din gen, die de maaltijden verbeteren, maar sluit ze daarbij niet voor al het andere, dat er iin de wereld te zien en te hooren valt, want dan zou het wel eens kunnen zijn, dat wij, als het onderwerp eten niet meer van belang is, geen enkele andere inte resse meer over hadden. En wat zou het leven dan taai en oppervlakkig zijn geworden. E. E. J.-P. Magere groentesoep. Gebakken visch. Tomatensla. Aardappelen. Vruchten-koek. Magere groentensoep. Maak de groenten die het seizoen oplevert, zorgvuldig schoon, wasch ze en hak ze in kleine stukjes. Kook intusschen wat rijst in water met zout of water met een paar opgeloste bouillon blokjes gaar. voeg tenslotte de groenten toe, laat ze een paar minuten meekoken en voeg er van het vuur af een eetlepel fijngehakte pe terselie bij. Gebakken visch. Maak de visch schoon (bot, schol, snoek, door NORMAN FRAZER. (Nadruk verboden). 32) Toch voelde Kilner zich niet zeer op zijn gemak toen hij zijn gevangene had opgesloten met de whisky, het sodawater en de sigaren. Hij stuurde zijn bediende onder een voorwepdsel weg en posteerde zich als een soort waakhond voor in de gelagkamer. Hij was als de dood dat het rare heer schap onder één deken speelde met de politie. Maar in dat geval zouden ze natuurlijk een oogje op hem houden en weten dat hij het café was binnenge gaan en het zou hem niet verbaasd hebben als hij bezoek had gekregen van iemand, die zich als een vermomde rechercheur zouontpoppen. Doch. toen de middag verstreek en alleen de ge wone klanten er waren geweest, week zijn angst 'n beetje, maar dat nam niet weg dat hij erg blij was toen, tegen het vallen van den avond Claye kwam binnenstappen. Er was op dat oogenblik niemand in de gelagkamer en Kilner volgde zijn gast onmiddel lijk naar het daar achter gelegen vertrek. Toen hij de deur sloot en zich met een ernstig gezicht naar zijn vriend wendde, wist deze direct dat er iets gebeurd was. „Hoor eens, Jim", hij sprak den pseudo- Claye altijd met zijn eigen naam aan, „het spijt me maar ik ben bang dat je moet uitkijken, ze zijn je op het spoor". Mr. Claye schrok zicthlbaar. „Hoe weet je dat, Joe?", vroeg hij. „Is er iemand hier geweest?" „Er zit een vent opgesloten in een kamertje in het achterhuis", was het antwoord, „die de heele Dublinsche politie op mijn dak stuurt als hij los komt. Hij heeft, zijn naam niet genoemd en ik heb hem die oolc niet gevraagd, want er was niet veel fantasie voor noodig om uit, wat hij allemaal ver baars), zout ze, wentel ze in bloem met paneer meel vermengd en bak ze vlug in boter gaar en lichtbruin van kleur. Presenteer bij de aardappelen een groene saus, die weinig boter eischt; verwarm wat water met zout met een klontje boter, voeg er twee eetle pels gehaakte tuinkruiden, als peterselie, kervel, bieslook, en dergelijke bij en bindt de saus met wat aangemengde sago. Tomatensla. Deze kan van enkel tomaten of van tomaten met kropsla gemaakt worden. Meng het sausje voor de sla aan met de roomig geklopte vellen van de melk, wat azijn en de gewone verdere in grediënten: slaolie behoeft er dan niet aan te pas te komen, Vruchtenkoek. 100 gr. tarwebloem. 100 gram gruttemeel. 1 ei. IY2 dL. melk. Iets zout. 5 gram gist. 1 pond pruimen of moesappelen. Maak van de bloem met het ei de lauwe melk, het zout en de gist een stevig beslag, laat dit éen uur rijzen en bak er vlug twee pannekoeken van. Kook intusschen van de vruchten moes, maak ze op smaak af met suiker, leg de helft van het moes op een helft van een pannekoek, sla de an dere helft er overheen en doe met de andere hetzelfde. Presenteer de koek warm of koud. September is de maand, waarin de tomaten goed en goedkoop aangeboden worden. Ze kun nen op de volgende manieren ingemaakt en dan in den winter gebruikt worden voor soep en saus. Ie In gezwavelde flesschen. De tomaten wasschen, in stukken snijden en met een heel klein beetje water gaar laten ko ken. Door een haren zeef zeven en de puree verder inkoken tot men ongeveer de helft over heeft. De flesschen schoonmaken met sodawater naspoelen, uitzwavelen (met de kurk) en de pu ree er in doen door een trechter die men uitge kookt heeft. De flesschen sluiten en lakken. 2e Pasteuriseeren. Op bovengenoemde manier tomatenpuree ma ken. Deze doen in uitgekookte flesschen, en met de kurk er los op zetten in den Weckketel of er een groote pan met lauw water gevuld, waarin men op den bodem een doek of rooster gelegd heeft. De fleschjes pl.m. 20 minuten pasteuriseeren bij een temperatuur van 80 gr. C. De kurken er stevig inslaan, en de fleschjes lak ken. 3e In Week's flesschen. De tomaten wasschen, in plakken snijden en de Week's flesschen hier mee vullen tot 2 cM. onder den rand van de flesch. Zooveel water toevoegen dat de tomaten geheel onder staan. De flesschen sluiten met ring, deksel en knip en 20 minuten steriliseeren bij 100 gr. C. VOOR DE KINDEREN Daar zitten honderden beesten in galakostuum op heer Raf, den zan ger, te wachten. Klinknagel, de smid, brengt hem naar het podium. Even bibbert Raf wel, want vlak voor hem zitten de koning en de koningin van het dierenrijk. Manus, die nu weer alles zien kan, stelt zich een fijnen avond voor. De koning en koningin zijn de eersten die den zanger Raf begroeten door in hun handen te klappen, weldra nagevolgd door alle dieren, die aanwezig zijn. Raf wordt er warm van en zakt haast door zijn knieën. Waar blijft nachtegaaltje nu? telde, af te leiden, dat het dat vriendje van je is, die jonge deugniet van een Bexendale". Claye schrok weer bij het hooren van dezen naam. „Bexendale", herhaalde hij: „hoe kwam die in vredesnaam hier?" „Hij was toegetakeld als een baliekluiver, met een roode pruik en een lap voor zijn eene oog. Het was die vent die in de gelagkamer een glas bier zat te drinken toen jij wegging". „Was hij dat?", riep Claye onthutst. „Dat zou ik in geen honderd jaar vermoed hebben! Ik vraag me af wie hem zoo handig vermomd heeft...." „Ja", zei Kilner, „zijn identiteit was beter ver borgen dan de jouwe. Dat is natuurlijk het werk van Davidson nog een grooter kunstenaar in het vak dan jij, Jim. Jij herkende de jongen niet, maar hij deed het jou direct. Wil je weten hoe? Kijk!" Hij pakte Claye's rechterhand, tilde die op en wees naar den vinger, waaraan het eerste lid mankeerde en naar de getatoueerde plek op den pols. „Je moest voortaan handschoenen dragen. Jim, vervolgde hij half-verwijtend. Dergelijke ken teekenen zijn te verraderlijk". „Je hebt eigenlijk gelijk", gaf Claye toe. „Maar ik had nooit gedacht dat Bexendale genoeg hersens bezat om dat op te mei-ken. En wat zei of deed hij?" Kilner gaf een nauwkeurig verslag van wat er tusschen hem en den gevangene in het achter huis was verhandeld en vergat niet er bij te ver tellen, dat mi'. Ninian Bexendale zoo edelmoedig was geweest hem, Kilner, een aandeel te beloven in het fortuin van vijftigduizend pond. „Maar het kwam geen seconde bij me op jou te verraden, Jim", eindigde de caféhouder. „Ik geef altijd verre de voorkeur aan een ouden kameraad boven een nieuwen kennis. En daarom heb ik dat ventje maar veilig opgeborgen tot je terug was". „Wat moeten we doen?", vroeg Claye na een korte, gespannen pauze. „Als we hem laten gaan, hebben we meteen de politie op onzen hals. En hier houden kunnen we hem óók niet hij zou op een reuze manier de boel op stelten zetten, daar kun je van op aan! Ik heb daarnet Teresa O'Con nor ontmoet in druk gesprek met Davidson. Ze keek nog naar me, maar herkende me natuurlijk niet". I. Is het eigenlijk nog wel noodig om voor de to maat een aanbeveling te schrijven? Die tijd is er geweest. Het „eet meer tomaten" heeft de gewensdhte aanmoediging gegeven tot kennismaking met de oorspronkelijk voor ons, Hol landers, vreemde vrucht, een aanmoediging, die haar grond vond in de overtuiging, dat de tomaat, in verband met haar groote vitaminewaarde, een belangrijke hulp kan geven bij het op peil houden (of brengen) van de gezondheid. Baby begint al met een paar lepeltjes tomaten sap per dag; de kleuter zet die goede gewoonte voort door op zijn boterhammetje de in schijfjes gesneden tomaat te eten en zoo is de grondslag gelegd voor een blijvende vriendschap met de to maat, het geheele leven door. Feitelijk zouden we tegenwoordig, dank zij to matenpuree en tomatensap, in alle seizoenen van de nuttige vrucht kunnen profiteeren: het is nl. ge bleken, dat een juiste manier van conserveer en weinig afbreuk doet aan de waarde van het pro duct. Echter vallen deze conserven niet' binnen het bereik van ieders beurs en het is daarom, dat we de huisvrouw aanraden om in elk geval dezen tijd van overvloed (en dus van lage prijzen!) niet on gebruikt voorbij te laten gaan, maar er dubbel en dwars gebruik van te maken. Hoe? Op de boterham vormen de sappige schijfjes een smakelijk belegsel, vooral nu het laagje boter niet dik kan zijn. Een schaaltje met per persoon een gewasschen hééle tomaat maakt, dat ieder zichzelf kan verzorgen bovendien komt deze manier van opdienen aan het vitaminegehalte ten goede, om dat nu de vruchten niet lang van te voren gesne den worden. Wilt u liever van de tomaten een slaatje maken, dat óók goed bij den broodmaaltijd past, dan zou ik u voor het aanmaken een schepje hangop of kwark aanraden, of wel de bij het koken van melk opgezamelde „vellen", die (goed geklopt) een roomachtige massa vormen, waardoor dan een ietsje azijn kan worden geroerd. Over sla-olie, mayonnaise en slasaus missen we voorloopig de beschikking, maar de hier genoemde vervangings middelen smaken niet minder goed, vooral als we door een tikje mosterd, wat fijngesneden geurige tuinkruiden (peterselie, bieslook of dragon) het aroma van de seus verhoogen. Als een handig en ook smakelijk! smeersel voor de boterham kunnen tomaten dienst doen, die we, in stukken gesneden, even in de koekenpan', zonder toevoeging van water, hebben laten gaar koken en die we dan vermengen met eenige lepels geraspte kaas, tot alles met elkaar een smeuig ge heel vormt, 't Lékkerst wordt dit „broodbelegsel", als we er onder voortdurend roeren ook nog een goed geklopt ei doormengen, maar zelfs zonder dat vormt 't tomaten-kaasmengseltje een ware tracta- tie. Natuurlijk geven we er weer den nodoigen geur Manus krijgt medelijden met Raf, Wacht, denkt de maan, ik zal hem een handje helpen. Ik vind het wel prettig om eens heerlijk te lachen. En zij verschuilt zich gauw achter een wolk, zoodat het vreeselijk donker wordt in het bosch. Plotseling komt het nachtegaaltje aanvliegen en glijdt vlug in het kachelpijpje. Ziezoo, heer Raf is gered. Ongeduldig begint het publiek al te klappen en te stampen met de voeten. Raf neemt zijn man doline en begint deze te stemmen. „Het is door je hand gekomen, dat Bexendale je; herkend heeft, Jim", merkte Kilner op. „Verder was de vermomming meesterlijk". „Nu", vroeg Claye voor de tweede maal, „wat moeten we doen?" De twee mannen keken elkaar scherp aan, uit saamgeknepen oogen. Wel een halve minuut sprak geen van beiden. Ten laatste verbrak Kilnea- de stilte. „Zijn ze het waard, Jim? Absoluut?", vroeg hij met ernstigen nadruk. „Dubbel en dwars", bevestigde Claye met niet minder klem. „Dus dan zijn ze óók waard er een beetje risico voor te loopen", oordeelde de caféhouder. „Heb je ze bij je, als dat geen onbescheiden vraag is?" Mr. Richard Claye voelde dat deze vraag gelijk stond met een verklaring van voorgenomen com pagnonschap van Kilner's zijde, en zijn antwoord klonk lichtelijk geprikkeld. „Ik heb ze bij me, Joe", en hij sloeg op zijn romp in de buurt van zjjn lever, een beweging die te kennen moest geven, dat de schat in zijn gox-del bewaard was. „En je zult je deel krijgen. Joe, als ret zaakje goed afloopt. Maar wat moeten we met dien kerel daar achter in huis beginnen?" Kilner stelde het probleem met ijskoude logica „Het is jouw leven of zijn vrijheid, Jim. Als we hem loslaten, gaat hij regelrecht naar Davidson; als jijzelf er vandoor gaat, heb je groote kans dat hij ze op je spoor brengt". Claye zuchtte. Hij begreep volkomen de onuitge sproken bedoeling van Kilner's redeneering. „Dat is een karwei, dat ik niet graag opknap", be kende hij. „Maar is het een rustige kamer, waar je hem heengebracht hebt, dat wil zeggen, rustig gelegen?" „Zoo rustig en stil als het graf. Niemand kan iets hooren van wat daar gebeurt". „Ga dan mee en laat het gauw gebeuren", ver zocht Claye. „Zou je de voordeur niet eerst op slot doen?" ,„Goed; er komt om dezen tijd toch nooii iemand". En hij ging naar voren en schoof de knippen op de deur. Daarop keerde hij terug en bracht Richard Claye naar zijn slachtoffer. Kilner sloot de deur van de kamer achter den en een plechtig gebouw raakt in opschudding! In de vestibule van een groot en plechtig officieel gebouw, waar men den heelen dag door niets hoort dan schuilende voetstappen op marmeren treden, het klappen van deuren en een zacht, bijna eer biedig praten, is opeens de grootste opschudding: een kindje schreit! 't Is een heel klein kindje, liggend in een wagen, die de moeder in die vestibule heeft laten staan voor ze de trap opging naar een van de vele zalen. Eerst was 't erg zoet. 't Lag rustig in den wagen en 't speelde met z'n vingertjes, lief en gezellig om te zien. Maar toen het eene groote mensch na het andere lachend in den wagen keek voor het de trappen opliep, is het onrustig geworden: en nu schreit het wanhopig! 't Schreit, gilt, brult. Dan snikt het met een bevend geluidje na, haalt diep adem en schx-eit op nieuw. 't Kan heelemaal niet meer tot bedaren komen, zelfs niet als een man met een grooten baard, een echt goedige opa, zich over den wagen buigt en het vriendelijk probeert te sussen. De concierge van het groote en plechtige gebouw wordt er zenuwachtig van. Dat mag niet, weet u: in dit huis past geen kindergeschrei. Hier wordt gewerkt, en de menschen, die hier in- en uitgaan, moeten zich kalm houden. Maar het kindje weet dit niet en stoort er zich ook niet aan. De congierge probeert tevergeefs het kindje tot bedaren te brengen. Hij klapt met de tong, hij wuift met de handen en eindelijk hurkt hij zelfs naast den wagen en trekt gekke gezichten over zijn bril. Eén oogenblik is 't kindje stil. Verbluft kijkt het naar dat wonderlijke kleine mannetje, zoo dat deze zijn moeite al beloond waant en zich tei-ug wil trekken. Maar dan begint het kindje eerst recht te schreien, nu uit teleurstelling. Steeds meer menschen komen om den wagen heen staan, allemaal vervuld van medelijden met het kindje. Allemaal weten ze wat je doen moet. Maar 't kindje schreit door. En dan komt eindelijk de moeder de trap af. Ze zegt geen woord, ze strijkt, het kindje alleen maar zachtjes over de wangen. De oogjes vallen toe, uitgeput van de inspanning. Het kindje, dat het heele groote en plechtige gebouw in opschudding- heeft gebracht, is nu opeens een engeltje gelijk. Het slaapt. En dix-ect daarna ligt het gebouw weer rustig en stil. Men hoort er niets dan het schuifelen van voetstappen op marmer, het klappen van deuren en het zacht spreken van menschen, die uit- en in gaan Het nachtegaaltje voelt hij boven op zijn hoofd tusschen zijn horentjes. Ba, wat kriebelt dat beest hem. Zit toch stil. Nu, vooruit, nu moet ze toch beginnen. Maar o, groote grutjes, nu hebben we vergeten af te spreken, wat we zullen zingen. Gelukkig be grijpt het nachtegaaltje wat er aan de hand is. Hij slaat een paar fluit tonen aan, waarop Raf een paar tonen op de mandoline laat hooren. vermoorde en het tweetal ging door de smalle gan gen en langs de donkere trap terug naar het be woonde gedeelte van het huis. Toen ze de laatste treden afdaalden, hoorden ze een heftig kloppen op de voordeur. Als aan den grond genageld bleven ze staan en ze staarden elkaar vol ontsteltenis aan. Claye was de eerste die sprak. „Wat is dat?", vroeg hij argwanend. „Waarschijnlijk een klant", sprak Kilner op ge forceerd-geruststellenden toon. „Wie zou het anders zijn?" „Ga je opendoen?", informeerde Claye. „Het zou verdacht zijn als ik het niet deed", was het wederwoord. „Ik ben altijd tot tien uur open en het is nu nog acht". „Wel, ik houd me gedekt", zei de ander weer „Geef het sein als er iets niet in den haak is". Hij glipte in een van de andere vertrekken van het achterhuis en zijn metgezel liep niet zonder een gevoel van angst de gelagkamer binnen en opende de straatdeur. Daar stond een breedgeschouderd man, in burgex-kleedïng weliswaar, maar het on miskenbare type van dexx politieman: Sergeant Davidson. „Goedenavond. Mr. Kilner", begon hij vriendelijk „Het verbaasd me dat u zoo vroeg gesloten bent". „Het is ook tegen de gewoonte", gaf de dikzak toe, „maar mijn bediende is weg en daar ik wat achter in huis te doen had, heb ik de deur maar zoolang op slot gedaan. Het is nu toch de stille tijd. Vanmiddag heeft iemand mijn toonbank-la leegge haald", vertelde de caféhouder met een klank van vex-ontwaardiging in zijn stem, „en ik ben niet ver langend naar nog zoo'n klant". „Hoe gebeurde dat dan?", vroeg Davidson op een toon van direct-opgewekte professioneele belang stelling. „Wel", vertelde Kilner, „vanmiddag stapte hier een havelooze singel met een lap over zijn oog binnen en bestelde een flesch bier. Toen ik zijn glas ingeschonken had vx-oeg hij of ik geen boterham met kaas voor hem had; hij rammelde van den honger, zei hij. Nu, ik wilde het den axrnen slokker niel weigeren en ging naar de keuken om brood en kaas te halen en toen ik terugkwam was het heerschap vex-dwenen met het geld dat in de toonbank-la zat. Het was wel niet zooveel, twee pond, vier GOEDE RAAD VOOR SCHAARSCHEN TIJD. Gooi geen oude sandalen wt\ doch maak er nieuwe vai Als u oude sandalen hebt, waarvan het bove 'eer versleten is, kunt u er gemakkelijk nieij van maken, precies passend bij één of mi japonnetjes uit uw zomergarderobe. Veel kui en vliegwerk komt er niet aan te pas, alle een beetje lak, wanneer de houten zool er wat te verfomfaaid uitziet, wat restjes gewone bit katoen in vier zonnige kleuren, bijv.: 40 grt lichtblauw, 40 gram oranje, 40 gram geel 70 gram wit. Deze kleurencombinatie doet het zeer goed een geel geverfd houten onderstuk. Met breikatoen gaan wij nu mooie ge!; koorden haken, die ijzersterk, ja, schier odü woestbaar zullen blijken te zijn, zoodat us; licht over een paar jaar eerder een nieuwea dan een nieuwexi „opbouw" noodig zult hebb Een haaknaald no. 5 komt eraan te pas en h:: mede haken wij 11 lossen, die met een ha) vaste gesloten worden tot een ringetje. Op ic: re losse wordt een vaste gehaakt; is de toeri dan nemen wij het voorste lusje van de ha! 1 vaste op, waarmede de ring van lossen gesloi werd, en haken hierop eveneens een vaste, i alle hieropvolgenden vasten gebeurt van nu aan dezelfde handeling: steeds het voorste ln alleen opnemen voor de nieuwe vaste, zoodat! achter lusje aan de binnenzijde blijft liggen, fl de toeren zijn nu niet meer afzonderlijk, zooi het koord er eigenlijk als een spiraal van vast I uit gaat zien, hetgeen het aardige karakter i van juist ten goede komt. Dergelijk koord doet het in vele gevallen in goed ter vervanging van het gedraaide,: voor velen moeilijkheden op blijft leveren i het) te maken, als dat zoo eens uitkomt. Ook i garneering van kussens, japonnen, enz. is! smaakvol toe te passen, terwijl wij er prach onze restjes materiaal in kunnen verwerken, Van iedere kleur breikatoen als boven! noemd maken wij nu twee koorden meti lengte van 54 c.M. Van de witte breikatoen! vendien nog twee extra, ieder van 30 c.M. leng Het is aan te bevelen niet te los te haken, di de koorden dan minder sterk worden. Ondertusschen hebt u eens goed uw oude sand len herzien. Alle versleten bovenwerk is tots verwijderd de eventueele spijker- of schoefgai jes zijn netjes volgestopt met wat vloelbs hout, een pracisch middeltje om in huis te hl ben, omdat het in duizend-en-één gevallen u komst brengt. Het is per tube te koop in hu vlïjtwinkeLs. Daarna komt het lilliput-busje er aan te pas, waarmede wij netjes het afgeil ten hout van zool en hak wegwerken, zoodati er weer als nieuw uitziet. Na één of anderhah dag is de verf droog en kunnen de koord aangebracht worden. Tien stuks hebben hiervan dus in totaal klaar liggen: twee blain twee oranje, twee gele, twee witte en te korte witte. Met behulp van (in totaal 18 stul kleine verchroomde schroefjes worden ongerj vooraan, aan de binnenzijde van de saxxdaaU blauw, één oranje, één geel en één wit kot naast elkaar op het hout geschroefd. Het is ras zaam om alle koorden met het opzetsel hier vs te maken. De voet wordt op de zool gezet, koorden achter om den hiel naar voren getro ken, nu naar de buitenzijde, om te passen o!' lengte wel voldoende is of dat deze mogelijk veel kan zijn. Komen wij te kort, dan kunnen' er rustig een stukje aan haken en zijn de kW den te lang, dan is het een kleine moeite het veel uit te trekken. Daarna worden deze uiteinden op dezelli wijze vastgezet als de eerste. De korte witte koorden komen nu aan' beurt; ieder van hen wordt onmiddellijk na! de hak onder de zool doorgetrokken en int midden vastgezet met een schroefje. De uiteb den verbinden nu de binnenzijden van de te den met elkaar, terwijl zij op deze wijze tevens hak vasthouden aan den opbouw. Het belw wel geen betoog, dat de steekjes waarmede montage hiervan geschiedt, aan de voorzit j niet zichtbaar mogen zijn. NORA HANA, shilling en wa kopergeld, maar toch altijd te V om voor bestolen te worden". „Zoo, zei sprffnnPo -a. on. Hie met zichtte belangstelling naar het verhaal had geluisterd: is wel eigenaardig, maar ik kom juist hierheen: naar den kerel te informeeren, dien jij beschrij Een van mijn mannen moest hem vanmiddag in' oog houden en zag hem hier binnengaan. Hij ka een tijd gewacht tot hij naar buiten zou kon)! maar hij vertoonde zich niet meer". „Dat klopt", verklaarde Kilner droog. „Het heel begrijpelijk dat uw mannetje hem niet he zien weggaan, omdat hij door deze zijdeur snapt moet zijn door de steeg. Ik rende de v(X deur uit, terwijl hij zich inmiddels door de ste uit de voeten maakte, want hij was in geen vele of wegen meer te zien. Als Roberts de man is1 een oogje op den vent moest houden", besloot I „heb ik hem aan den overkant zien staan toen schooier binnenkwam, maar toen ik het heersch achterna wilde gaan, zag ik hem niet meer anders had ik hem er wel bijgehaald" „Het was Roberts", lichte de sergeant in. j liep naar de zijdeur, opende die en keek de steeg „Ik denk niet dat Roberts op de hoogte was het bestaan van deze uilgang", hernam hij, toen! in de gelagkamer terugkwam. „Hoogstwaarschijnlijk niet", viel Kilner henri „je kunt die van de straat af haast niet zien". „Onze vriend zal wel oppassen om zich hier ft in de buurt te vertoonen", meende sex-geant Davi son, „maar ik krijg hem wel te pakken en A zal ik zorgen dat je je geld - terugkrijgt 1 er tenminste nog wat van over is". „Dat zou wel een wonder zijn", oordeelde Kite met een zuur gezicht. „Maar ik dank u in ieder S val bij voorbaat voor de moeite, sergeant". Toen Davidson vertrokken was en Kilner voordeur weer had gesloten, bereidde hij zich 8 whisky en soda en nam er ook een mee voor S gast. En op zijn sloffexxden tocht naar 't achterh'J hield zijn geest zich bezig met een plan, dat daï in langzaam omhooggerezen was en steeds duid lijker omtx-ekken had aangenomen. (Wordt vex-volgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 6