De Lotgevallen van een Collier
KONIJN.
Het menu van den dag.
SLABOONEN.
Gezellig werkje voor
handige vingers.
PUNTEN.
NEKKIE-RAF
ZATËRÜXG 7 SEPTEMBER T94Ö
H AAR E E M'S D" 'A G BE AG
VOOR DE VROUW
Dit keer eens een stukje kinderspeelgoed van
restjes wol, die we niet weg willen gooien. De
kleuren zijn bruin en wit en we breien steeds recht.
Het konijn wordt in verschillende stukken gebreid,
dichtgenaaid en met watten opgevuld.
Bruin.
30 st. opzetten, 6 ribbels breien, 9st. afkanten,
weer 6 ribbels breien, dan 4 maal de laatste 2 st.
tezamen breien, aan denzelfden kant waar de st.
afgekant zijn. Op de overgebleven 17 st. als volgt
doorbreien: 7 ribbels, 7 st. bijmaken, weer aan den
zelfden kant, 4 ribbels breien, 7 st. afkanten. Ver
volgens in 2 ribbels 2 st. minderen, daarna in 7
ribbels 7 st. meerderen (telkens aan het eind). Nu
nog 2 pennen recht breien/ hierna 7 ribbels aan
weerszijden en in het midden minderen tot 8 st.:
5 aan weerszijden en in het midden 4. Dan afkan
ten en nog eenzelfde stuk van bruin breien.
Wit.
Voor den buik zetten we 34 st. op en breien 6
ribbels. Aan weerskanten 9 st. afkanten, 4 ribbels
breien, dan afminderen tot 7 st. in 5 ribbels, daar
na 7 ribbels zonder afminderen en in 1 ribbel 3 st.
meerderen. Nu aan weerskanten 7 st. bijmaken, 4
ribbels breien, aan weerszijden 10 st. afkanten, en
de overgebleven steken in 2 ribbels wegminderen
tot 1 st.; afkanten.
Staartje, wit en bruin.
9 st. opzetten en 1 pen recht, 1 rp. aver, breien,
15 toeren. Daarna in 3 toeren afminderen tot 3 st.
Onderstuk, bruin. 12 st. opzetten, 12 ribbels
breien, daarna in 3 toeren afminderen tot 4 st.
Oortjes, bruin. 12 st. recht breien, dan 12 rib
bels, afminderen in 3 ribbels tot 3 st.
Oortjes, wit. 10 st. opzetten. 7 ribbels, 5 toeren
recht en averecht. In deze 5 toeren 6 st. wegmin
deren.
Het snuitje wordt er met een borduurnaald op
gewerkt.
Sp. Th.
Versche champignonsoep.
Roastbeef.
Stoofperen.
Aardappelen.
Vanillevla met biscuit en jam.
Versche champignonsoep.
Maak de champignons schoon door van den hoed
en het steeltje het buitenste velletje af te pellen
en bovendien het onderste deel van he steeltje af
te snijden, Wasch ze en kook ze vlug gaar in wa
ter met zout. en desgewenscht wat citroensap voor
de blanke kleur (6 a 8 minuten). Maak op de
bekende wijze een saus van boter en bloem met
bouillon, voeg hieraan de champignons met het
kooknat toe en maak de soep af met een eidooier
en wat melk.
Roastbeef.
Roastbeef wordt gewasschen, gezouten en in vet
of boter vlug mooi bruin gebakken, namelijk 25
minuten per pond. Maak de jus op de bekende
wijze met een scheutje water af.
Stoofperen.
Schil de peren, snijdt ze in vieren, neem de
klokhuizen eruit en kook ze in weinig water met
wat suiker, bessensap of azijn of citroensap gaar.
Maak het sap met wat aangemengde sago aan.
Vanillevla met biscuits en jam.
1 L. melk.
stokje vanille.
1 ei.
40 gr. maïzena.
80 gr. suiker.
1 ons zachte biscuits.
Wat marasquin of madera.
1 lepel jam.
Maak van de melk de vanille, de eidooier, de maï
zena en de suiker een vanillevla, leg in dien tijd de
biscuits op een bord of platte schaal en bedruppel
ze met het smaakje.
Leg op de helft van de koekjes onderin een vla-
kom, schep er wat van de afgekoelde vla overheen
leg er weer biscuits op en bedek ze met de rest
van de vla. Sla 't eiwit zeer stijf en schep er voor
zichtig de jam doorheen. Bedek hiermee de vla.
Eén groente, maar telkens verschillend bereid
MARTINE WITTOP KONING.
Het is voor de huisvrouw altijd een gelukkige
greep, als ze deze groente in het middagmaal te pas
brengt. Iedereen houdt er van; of de slabooren nog
jong en dun zijn, zoodat de groene peul hoofdzaak
is en de kleine witte boontjes nog bijna niet te
onderscheiden zijn, dan wel of in verder gerijpten
toestand de flink gevormde witte boonen al door
het koken uit de peul zijn losgeraakt, zooals dat in
de laatste helft van Augustus meestal wel het ge
val zal zijn.
Er zijn twee redenen, waarom we juist bij deze
dikkere boonen de bereiding met een smakelijk
sausje aanraden. Ten eerste bereiken we zoodoen
de een beteren samenhang van de uit elkaar ge
splitste boonen en maken we van de groente een
beter gehéél; ten tweede hebben wij daarmede be
reikt, dat we aan dezelfde groente met behulp van
verschillende sausjes telkens een anderen smaak
kunnen, geven.
Welk sausje we ook kiezen, we bereiden de boo-
nen-zelf altijd voor door ze na het afhalen en het
breken op te zetten met slechts een bodempje ko
kend water (een paar vingers hoog) met wat zout;
we laten ze daarin vlug aan de kook komen, tem
peren dan de warmte en koken de boonen verder
gaar en ongeveer droog (14 uur).
Intussehen bereiden we een van de volgende
sausjes, die berekend zijn voor 4 personen en die
dus gelden voor 1 KG. boonen.
PETERSELIESAUS.
20 Gr. (1 afgestreken eetlepel) boter, 20 Gr. (2
afgestreken eetlepels) bloem, 1/4 L. melk, 1 volle
eetlepel fijngesneden peterselie, snuifje zout.
Verwarm op een zacht vuur (in een klein panne
tje) roerende de boter met*de bloem tot een gelijk
mengsel; giet daarbij in kleine scheutjes tegelijk,
steeds roerende, de melk en laat het sausje even
doorkoken tot het goed gebonden is. Maak het op
smaak af met zout, roer er de peterselie door en
meng dan de saus door de gaargekookte boonen.
KAASSAUS.
20 Gr. (1 afgestreken eetlepel) boter, 20 Gr. (2
afgestreken eetlepels) bloem, 1/4 L. melk, 50 Gr.
(14 ons) kaas, snuifje zout.
Bereid dit sausje op dezelfde wijze als het vo
rige, maar vervang de peterselie door de geraspte
kaas en laat die met de saus even flink warm wor
den, zoodat ze smelt.
TOMATENSAUS.
20 Gr. (1 afgestreken eetlepel) boter, 20 Gr. (2
afgestreken eetlepels) bloem, 1 volle eetlepel dikke
tomatenpurée, snuifje zout, wat fijngesneden pe
terselie.
Bereid de saus op dezelfde wijze, die in het eer
ste recept is aangegeven; meng er echter, voordat
de peterselie wordt togevoegd, de tomatenpurée
door en laat die even mee warm worden.
(Gebruik als tomatenpurée b.v. een voor dat doel
overgehouden restje gestoofde tomaten van een vo-
rigen maaltijd; of wel, neem een,gedeelte van een
klein blikje purée en gebruik de rest den volgenden
dag om er sla mee aan te mengen, jus mee af te
maken of een paar bordjes soep mee te bereiden.
Breng in dat geval het restje tomatenpurée over
in een kopje, zoodat het niet in het open blikje
blijft staan).
Hoe we zelf een sterk en practisch haarnetje
kunnen maken.
Netjes om weerbarstige lokken bijeen te houden
zijn dit seizoen bijzonder populair. Erg leuk is het
zelf zoo'n sterk, practisch netje te maken.
We gebruiken hiervoor de gezellige steek, die u
op de teekening ziet. 't Beste is, te beginnen met
een ris losse steken van iets meer dan de hoofd
wijdte en dan in het midden hiervan beginnend,
telkens aan de kanten meerderend, een rond netje
op te bouwen door heen en weergaande toeren.
Later kan door die losse steken nog een elastiek
je worden geregen, waardoor het netje stevig om
het hoofd sluit.
De vorige week schreef ik over de belangrijkheid
van het eten, maar dat is niet het eenige dat ons
huisvrouwen weieens. wat al te sterk bezighoudt,
daarnaast staan de gesprekken over: de punten. Het
is soms, alsof wij de textielgoederen cadeau krijgen,
zoo uitgebreid wordt er over de aantallen punten
gediscussieerd, waarna in de tweede plaats pas, en
dan veel later, de kwestie van de prijzen in aan
merking schijnt te komen.
Gelukkig voor de winkeliers, en gelukkig ook voor
de huisvrouwen, is dat maar scijn, want dan zou
onze handel er raar beginnen uit te zien.
Wie wat organisatorisch talent bezit is met de
behandeling van haar puntenkaart het best af,
want nu de aankoopen beperkt zijn is het meer dan
ooit noodig, dat er met overleg wordt te werk ge
gaan. Nu kunnen wij niet zonder meer zeggen: ik
heb dit of dat stuk huishoudgoed of het een of
andere ldeedingstuk noodig, dus moet het maar
van mijn puntenkaart af, want dan zou het kunnen
zijn, dat later bij een nieuwen noodzakelijken aan
koop, waarvan de onmisbaarheid nog veel grooter
is, de benoodigde punten niet meer op de kaart te
vinden zijn.
Evenmin is het goed om te overwegen: die en die
kleinigheid kan ik er best voor koopen, want dat
is maar vijf punten, en dat andere zijn er maar
acht, en dan kan een derde dingetje er ook nog best
bij, want dat zijn er maar drie waarbij vergeten
wordt dat dit al zestien punten bij elkaar zijn, en
dat vele kleintjes een groote maken, zoodat er voor
een groot stuk ineens niet voldoende meer over
blijft.
Met geen mogelijkheid is het te zeggen, waaraan
men het beste zijn punten kan besteden; elk lijstje,
hoe goed ook opgezet, geldt misschien voor een of
twee menschen, maar voor een derde zal er al direct
iets op voorkomen dat nu juist heelemaal niet noo
dig of totaal ongeschikt is. Bij de eene zal het lin
nengoed meer aanvulling behoeven, bij een ander het
lijfgoed en bij een derde het huishoudgoed, dat hangt
er van af, hoe de voorraad van deze verschillende
categorieën was op het oogenblik dat de distributie
werking trad.
Maar bij de beoordeeling van de verdeeling der
punten komt nog iets anders: het is niet alleen de
vraag hoeveel er op dit oogenblik noodig is, maar
men moet ook onderzoeken hoe de toestand over
twee maanden zal zijn. Het kan immers zijn, dat
enkele stukken nu zeer gewenscht lijken om te koo
pen, terwijl over enkele maanden groote stukken om
aanvulling vragen die dan veel noodzakelijker
blijken te zijn, dan die aankoop van vandaag.
Stelt u eens voor, dat u op dit oogenblik een
nieuw herfstjurkje koopt, omdat u het best kunt
gebruiken, maar over zes weken blijken uw tafel
lakens in een zoodanig deplorabelen'toestand te zijn,
dat aanvulling dringend noodig is. Of andersom
koopt u nu een paar beddelakens, die immers altijd
te pas komen, terwijl in den winter blijkt, dat de
winterkleeren van verleden jaar eigenlijk allemaal
zoowat versleten zijn en dringend om aanvulling
vragen.
Daarom is het voor alles noodzakelijk om bij de
verdeeling van de punten niet alleen op het ont
brekende te letten, maar ook de mate van slijtage
in aanmerking te nemen van goed dat men heeft.
Iedere huisvrouw die haar huishouden met overleg
drijft, kan wel schatten hoe lang zij nog toe kan
VOOR DE KINDEREN
Na afloop van den prachtigen zang
staat de koning op. Geroerd dankt
hij Raf voor het genot dat hij hem
heeft verschaft.
„Al wat ge wenscht aan geld of
goed, dat zal ik u sturen."
Maar het nachtegaaltje in zijn
kachelpijpje hoort dat. Haastig steekt
het zijn kopje uit het eindje pijp en
fluistert Raf in om direct de beloo
ning mee naar huis te nemen. Dit
alles ziet en hoort nog ons Reintje.
Heer Raf denkt er over om de kost
baarheden voor een gedeelte mee te
nemen. Nadat hij van allen afscheid
heeft genomen, gaat hij naar buiten.
De gouden koets staat voor hem ge
reed, om hem vliegensvlug naar huis
te rijden. Hooghartig noodigt hij'heer
Langbeen uit, oo.k in het rijtuig plaats
te nemen. Lakeien volgen met han
den vol geschenken. Afgunst staat
den vos op het gezicht te lezen. Maar
Manus heeft nog nooit zooveel pret
Het nachtegaaltje heeft .in al die
drukte ongezien uit Raf's hooge
hoedje weten te komen. En Raf, wiens
geweten toch niet zuiver is, meent
aldoor nog het stemmetje van zijn
redder uit den nood te hooren. Hij
luistert ingespannen. Zit het nachte
gaaltje nog in zijn hoed? Hij durft
hem niet af te nemen en te kijken.
Die Langbeen bevalt hem niet. Zou
die soms iets weten? O, hij moet zijn
hoofd even buiten het raampje hou
den! Wat heeft hij het benauwd!
met goederen die al beginnen te slijten en die alee:
een paar keer gerepareerd zijn.
Ook is het zaak om zich er goed van op de hoog!
te stellen of er artikelen zijn die niet van de punte;
kaart behoeven te worden afgenomen, zooals b.(
voorbeeld natuurzijden kousen. Dit laatste is j
wel een artikel dat voor menigeen niet geldt, omd;
zij zulke dunne kousen nooit draagt, maar de met
schelijke geest is zeer vindingx-ijk en wat er in dt
nood der tijden wordt uitgevonden als surrogaat
meestal lang niet weinig en soms zelfs heel goed,
De huisvrouw die dus op haar stoel blijft zittf
en meent, dat ex- toch niets meer. te koopen is, hee
het bij 't verkeerde eind: het is goed om zich gere
geld door het lezen van kranten en tijdschriften v;
alle nieuws goed op de hoogte te stellen, en o.
tevens de etalages van de winkels goed in het
te houden, die ons op een idee kunnen bi
waaraan wij thans op onzen stoel nooit gedacht zó:
den hebben en die onze puntenkaart wellicht on:
lasten.
E. E.
JUISTE COMBINATIE DER PRODUCTEN VAK
ONZEN BODEM BEVORDERT VOLWAARDIG!
VOEDING.
Een goede toepassing voor de groentt
van het seizoen.
Evenals zoovele andere landen is Nederland ii.
dezen tijd aangewezen op de producten va;
eigen bodem en meer dan ooit dienen wij dat
ook te waardeeren welk een voorrecht het is, dat
juist de bodem van ons land zoo rijk met na
tuurlijke hulpbronnen is gezegend. Hoeveel bj.
ter immers zijn wij er er aan toe met onze k
telijke groenten en vruchten. Onze vruchtbar!
akkers en ons beroemd vee, dan de bewonen
van de vele andere streken waar al het g
der aarde moet worden ingevoerd!
Door het vochtige klimaat en den vruchtbare;
grond is ons land vrijwel ideaal voor de groen-
tenteelt, want beide factoren zijn noodig opdai
er zich waar het bij de meeste groentesoorten
om gaat in korten tijd veel bladeren kun
nen vormen en hiervoor wordt uiteraard een
groote hoeveelheid plantenvoedsel verbruik:
Het uitgebreide waterwegennet van Nederlanj
is bovendien voor een economisch vervoer vai
groote beteekenis. want de talrijke vaarten bij
den een doeltreffende gelegenheid om de vo:;
de teelt benoodigde grondstoffen aan te voe
ren en de producten zelf af te voeren.
Als we slechts een greep doen uit wat ons is
ons in dit opzicht biedt, denken we bijvoor
beeld onder meer, aan de Betuwe, die met haar
bloeiende boomen in het voorjaar honderden be
wonderaars trekt en ons voorziet van de heer
lijkste vruchten, en ook de druiven en de vei!
andere producten van het Westland mogen a
zijn met haar fijnen smaak en goede voedings
waarde.
En dan zijn er niet te vergeten de sap
pige weiden, die zoo karakteristiek zijn vos:
voor het Nederlandsche landschap en meer da:
de helft van onzen eutuurgrond beslaan; hierdoor
ins ons land als het ware door de natuur zelvs
aangewezen om hèt zuivelland bij uitnemendhe;:
te zijn. Beroemd zelfs zijn de Nederlandscb
veerassen en niet minder de bolronde Edamma
t.jes en de groote Goudsche kazen, die onsir
goudgele kleur en aantrekkelken vorm bijni
alle voedingswaarden bieden, die het menschelij!
lichaam noodig heeft.
Zoo kunnen wij, Nederlanders, door de schat
ten van onzen bodem, zelfs in dezen tijd nog va
uitnemend voedsel profiteeren, het geen nu w
meer dan ooit onmisbaar is voor de gezondheid
weerstand en energie.
Deze onschatbare waarden komen evenwi
eerst dan geheel tot haar recht, wanneer we óf
producten, die ons land ons levert, op de juist;
wijze combineeren, waardoor onze maaltijde:
volledig en onze voeding volwaardig kan zijn.
Een voorbeeld van een uitnemende combinati1
van groente en zuivelproducten is:
Zomerstamppot van andijvie.
(Maaltijd voor 45 personen).
2Vs K.G. aardappelen.
1 K.G. andijvie.
3 Kopjes water.
200 gram (2 ons) belegen kaas.
1 eetlepel zout.
1O0 gr. (1 ons) boter.
3 kopjes melk.
Boen de aardappelen goed schoon of schil a
dun. Kook ze gaar met het water en het zout
Maak intussehen de andijvie schoon en si'
ze zeer fijn. Stamp de gare aardappelen fijn, v
meng ze met de gekookte melk, de fijngesnefe
andijvie en de boter. Roer er van het vuur bi
geraspte kaas door. (Desgewenscht kan men
de boter bruine boter jus maken in plaats vanzl
door den stamppot te mengen).
RECEPTEN.
Rhabarberjam en -limonade.
1 K.G. rhabarber, 2 K.G. glucose-stroop, 1 ta«
bietje benzoëzure natron van 1/4 gram.
Maak de rhabarber schoon, snijd ze in 1
stukjes, verwarm ze met weinig water, voeg erft
glucosestroop bij en laat deze geheel oplosset
zeef het mengsel door een haren zeef zondert!
wrijven, doe de limonade in flesschen en kook hel
vaste gedeelte dat op de zeef achterbleef tot jan-1
dikte in. Los het conserveer-middel op en c"
-m de bekende manier in potjes
door
NORMAN FRAZER.
38)
(Nadruk verboden).
„Onschuldigen worden dikwijls valsch beticht,
mr. Davidson", meende de zieke. „Maar daarom
is het nog niet altijd zoo gemakkelijk zijn onschuld
te bewijzen. Het idee dat een fatsoenlijk, respectabel
man als ik, die op het punt stond oudei-üng te wor
den, van moord wordt beschuldigd! Ik heb er
eenvoudig geen woorden voor
„Wel, mr. Kilner", was het wederwoord, „wan
neer u zelf van uw onschuld overtuigd bent, zal
het u weinig moeite kosten u van alle blaam te
zuiveren".
Joe Kilner's vingers plukten zenuwachtig aan de
bovenste deken. Hij keek van uit zijn ooghoeken
naar den bezoeker.
„Wat ik graag zou weten, mr. Davidson", zei
hij, „is wat mij precies ten laste wordi gelegd en
waarop de beschuldiging berust?"
„De aanklacht luidt, mr. Kilner, dat u twee man
nen hebt vermoord: Ninian Bexendale en James
Creighton, alias Richard Claye en wel in uw huis
in Lower Abbey Street in Dublin. Door middel
van deze moorden zoudt u in het bezit zijn gekomen
van het diamanten collier, dat deze mannen ont
vreemd hadden ten nadeele van miss Teresa O'Con
nor".
„Wel hoor me dat nu eens aan!", riep Joe Kil
ner met goedgeveinsde verbaasde verontwaardiging
uit. „Iedereen, u inbegrepen, mr. Davidson, weet dat
ik uit Dublin ben weggegaan, omdat mijn hart niet
in orde was en met een reputatie zoo goed als een
mensch maar hebben kan. Wat zou ik uitstaande
hebben met dieven en dergelijk gespuis?"
Mr. Kilner", hernam de inspecteur, de lijken
yan deze beide mannen zijn gisteravond in den kel
der van uw huis in Dublin gevonden. Ze hadden
allebei een kogel in den schedel".
Joe Kilner toonde thans géén emotie. Hij was
hierop voorbereid geweest.
„Ik zie niet in, dat hieruit iets in mijn nadeel
kan worden afgeleid, mr. Davidson", zei hij na
eenige oogenblikken van nadenken. „Dat kan im
mers allemaal gebeurd zijn nadat ik het huis ver.
laten had je kunt op geen maand, op geen jaar
zeggen hoe lang een doode ergens gelegen heeft.
Waarom zou ik dan in een dergelijke afgrijselijke
geschiedenis betrokken moeten zijn?"
Davidson kon niet nalaten te glimlachen en er
trok een vurig rood over Joe Kilner's gezicht.
„Ik verbaas mij over u, mr. Davidson", protes
teerde hij „om mij in zulke verschrikkelijke om
standigheden nog uit te lachen! Terwijl warempel
mijn goede naam en en mijn leven op het
spel staan.... Ik moet u ernstig verzoeken
er klonk onmiskenbare waardigheid in de stem
„om mij werkelijk serieuze argumenten te noemen,
waarom ik onder verdenking sta".
„Het spijt me als ik gelachen heb", verontschul
digde Davidson zich. „Maar mr. Kilner, het komt
me voor, dat u aardig in staat is tot een gesprek
en daarom zal ik u precies vertellen wat u verlangt
te weten. We zijn op de hoogte van uw connectie
met Claye, zoowel in Leeds als in Bradford; het is
ons bekend, dat u over geen noemenswaardige mid
delen bescliikte, toen u zich in Dublin vestigde;
we weten dat Claye een schuilplaats in uw huis
heeft gevonden, nadat hij zich van de diamanten
van miss O'Connor had meester gemaakt en we
weten ook, dat de jonge Bexendale uw huis is
binnengegaan en het niet meer verlaten heeft. Ver
der dat u direct daarna uit Dublin bent weggegaan
na uw zaak verkocht te hebben en dat u hier on
der een aangenomen naam leeft als een zeer wel
gesteld man. Tenslotte, dat de lichamen van Claye
en Bexendale in uw vroegere woning zijn gevon
den, mr. Ki]$ier, en dat ze vermoord moeten zijn.
Kortom", eindigde hij, het advies van den dokter
glad vergetend, „we beschikken over genoeg be
wijsmateriaal om u aan de galg te brengen. En
daarom geef ik u in ernstige overweging, mijn beste
man, dat vertoon van onschuld te laten varen.
Wees verstandig en spreek de waarheid dan heb
je vrede met jezelf".
Kilner zat een paar seconden met glazige oogen
naar den bezoeker te staren en hijgde eenige malen
naar adem. Maar een flauwte of instorting, waar
voor Davidson vreesde, bleef uit en toen Joe Kilner
eindelijk begon te spreken, klonk zijn stem rus
tig.
„Mr. Davidson", zei hij, „Ik zou graag den dok
ter een oogenblikje hier hebben. En nadat ik hem
gesproken heb, wil ik nog even met u praten".
De inspecteur ging naar de eetkamer en stuurde
den dokter, die op het resultaat van het onder
houd in de ziekenkamer was blijven wachten,
naar boven. Na een poosje kwam hij terug, met
een brief en een sleutel in de hand.
„Mr. Keene'', zei hij, „had graag dat een van u
bij voorkeur mr. Davidson, met dit briefje en deze
sleutel naar den directeur van zijn bank in de
stad ging het adres staat op de enveloppe. Als
de directeur den brief gelezen heeft, zal hij u toe
staan mr. Keene's safe-loket te openen en daarin
zult u een gezegeld pakket vinden. U geeft er een
bewijs van ontvangst voor en komt er dan hier
mee terug. Wilt u dat doen, mr. Davidson?"
„Natuurlijk", antwoordde de inspecteur en hij
nam de enveloppe en den sleutel aan.
De dokter liep met hem mee den tuin door naar
het hek.
„Denk u erom", waarschuwde hij, „dat de man
hoogstens tot middernacht te leven heeft. Het is
geen gevolg van 'n nieuwen schok zijn krachten
nemen langzaam maar zeker af. Dus hoe eerder
u terug bent hoe beter. Maar wat ik zeggen wil
- is hij werkelijk schuldig?"
„Zonder een schaduw van twijfel, verklaarde
Davidson en haastte zich weg.
Binnen het uur was hij weer op „Aboukir Lodge"
en hoorde dat Kilner gevraagd had of hij direct
boven kwam.
De dokter had den patiënt juist een injectie
gegeven. Joe Kilner keek den inspecteur vragend
aan.
„Hebt u het gekregen, mr. Davidson?", klonk
het met een zwakke stem.
Davidson haalde een klein pakje uit zijn binnen
zak in bruin papier en met een paar grootc-
lakken en overhandigde het den zieke. Kilner's
vingers sloten zich er, bijna 'oegeering omheen; toen
legde hij het vóór zich op het bed en zijn hand
gleed er als liefkoozend. overheen.
„Mr. Davidson", liet de zwakke stem zich weei
hooren, „de dokter heeft mij gezegd dat mijn eindt
snel nadert en ik wil dat het een goed einde zal
zijn, zooals", voegde hij er met een vleug van zelf
spot bij, „het een man van aanzien past. Als u
mr. Nicholson even zoudt willen roepen, dan heb
ik u beiden wat te zeggen".
Davidson haalde zijn collega en Joe Kilner be
antwoordde Nicholson's begroeting met de deftig
heid die hij zich als inwoner van Denbigh had
eigen gemaakt.
„Ik draag u volstrekt geen wrok toe, mr. Ni
cholson", begon hij. „Als u mij niet onlangs op
straat had ontmoet, zouden al deze onaangenaam
heden achterwege zijn gebleven, maar ik koester
jegens niemand wrok zelfs teg:n u niet".
„Praat niet te veel", vermaande de dokter. „U
hebt de heeren iets mede te deelen, nietwaar?"
„Inderdaad", bevestigde Kilner, „en ik wil
het direct doen ook. Wanneer een van de heeren
van de politie, met wie ik altijd op goede voet
stond, zoolang ik ertoe in staat was, zoo vriende
lijk zou willen zijn het op te schrijven
„Dat zal ik wel doen", bood Nicholson aan. Hij
nam aan een tafeltje naast het bel plaats en haal
de een notitieboek en een potlood te voorschijn.
„Er valt niet zoo heel veel te vertellen", vervolg
de Kilner, maar wat er te vertellen is, zult u
hooren alles. Schrijf alstublieft nauwkeurig op
wat ik zeg.
Joe Kilner zweeg even, bevochtigde zijn lippen
en begon zijn bekentenis.
„Dit is de waarheid omtrent hetgeen plaats vond
in mijn vroeger café in Lower Abbey Street in
Dublin. Richard Claye, of James Creighton, onder
welke beide namen ik hem kende, kwam op een
morgen bij mij en zei, dat hij zich een tijdje wilde
schuil houden. Ik wist dat hij dikwijls allerlei
zaakjes aan de hand had, maar wat het nu weer
was, wist ik niet. Hij vennomde zich, zooals ik
hem wel vaker had zien doen hij was een bolle-
ooos in de itunsl van het zich onkenbaar makes
en ging Dublin in. Zijn eigen moeder zou
niet herkend hebben!
Hij lunchte in het hotel waar hij de diefstal n;_
gepleegd hij zat recht tegenover de dame die bij
bestolen had en geen spoor van herkenning
er bij haar, zoo meesterlijk had hij die maskeradi
klaar gespeeld! Maar ik wist niets van de dian
'en hij had er geen woord over losgelaten ti
me. Den tweeden dag kwam er een man bij ia*
binnenstappen met een lap over zijn eene oog
na een poosje er om heen draaien vertelde hij nft
dat Claye en hij hadden afgesproken om di
diamanten in te pikken, maar dat Claye hem «a
kool had gestoofd en er in zijn eentje mee van:
door was gegaan. Ik had al gauw in de gaten dat
hij niemand anders dan de deugniet van een zooa
/an notaris Bexendale kon zijn, en. hij zei datfcj
Claye bij mij in de gelagkamer had herkend d»'
de tatoueering op zijn pols en doordat hij es
stuk van een zijner vingers miste. Bexendale vtó
zoo ziedend op Claye, dat hij mij voorstelde n
hem samen te doen, Claye uit den weg te ruimen
ons meester te maken van de diamanten. Ik id
aem dat ik erover zou denken, sloot hem op in een
■earner in het achterhuis en gaf hem een voldoend!
hoeveelheid whisky en sigaren om zich beh
te voelen. Daar liet ik hem en wachtte tot Clay!
zou komen en toen die eindelijk kwam opdageJ
bracht ik hein van de situatie op de hoogte".
Hier werd Kilner door een inzinking overvalt
en vroeg om een nieuwe injectie. Het duurde nis
lang of hij herstelde zich weer en zette zijn relaal
voort.
(Wordt V'£rvo]gd)i