De Amerikaansche vlag op Engelsch gebied VRIJDAG 13 SEPTEMBER 1940 H'A'AETEM'S DA'GBIIA' 15 5 Duitscli legerbericht der Veertien dooden en 41 gewonden tengevolge Britsche bombardementen Duitsche luchtmacht bestookt haven werken, fabrieken en electrische centrales in Engeland. BERLIJN, 12 September (D.N.B.) Het opper bevel van de weermacht maakt bekend: „Opnieuw hebben Britsche vliegtuigen in den nacht van 11 op 12 September in Noord-Duitsch- land de woonwijken van verscheidene steden, waaronder Hamburg, Bremen en Berlijn, met brisant- en brandbommen bestookt. Er ontstonden talrijke branden en veel schade werd aangericht in woonhuizen en arbeiderswijken. Veertien personen werden gedood en 41 gewond. Welgericht afweervuur, gedisciplineerd optreden van de bevolking en doeltreffend ingrijpen van den luchtbeschermingsdienst verhinderden in de rijkshoofdstad en in andere plaatsen dat grootere Schade werd aangericht. Duitsche gevechts-, jacht- en torpedo-eskaders hebben dag en nacht hun vergeldingsaanvallen tegen Londen voortgezet. Inrichtingen van „docks" en havens, welke door branden hel verlicht waren, gasfabrieken en electrische centrales, een kruit- en een wapenfabriek werden zwaar getroffen. Andere aanvallen in den lo®p van den dag golden een vliegtuigfabriek in Southampton, Waarin zes hallen vernield werden, alsmede de petroleum- opslagplaatsen van Port Victoria. Nachtelijke aanvallen werden verder gericht gen Liverpool en andere havenwerken aan de West- en Zuidkust van Engeland. In de monding van de Theems hebben gevechts. vliegtuigen een convooi aangevallen. Een torpedo jager en vier koopvaardijschepen werden getrof fen en geraakten in brand. Twee andere koopvaar dijschepen kregen treffers. In het verloop van de aanvallen op Londen ontstonden er verschei dene verbitterde luchtgevechten, waarbij 67 vijan delijke vliegtuigen werden neergeschoten. Des nachts werden zes andere Britsche vliegtuigen boven Duitsch gebied door luchtdoelartillerie omlaag gehaald. De artillerie der marine heeft zes vijandelijke bombardementstoestellen aan de kust van de Noordzee en een ander toestel aan de kust van het Kanaal neergeschoten, zoodat de totale verliezen welke de vijand gisteren geleden heeft 80 vlieg tuigen bedragen. Twintig eigen toestellen werden vermist. Een duikboot onder het bevel van den luitenant ter zee tweede klasse Jenisch, wiens gedeeltelijke resultaat van 21.000 br.t. reeds gemeld is, heeft op een tocht in totaal 40.000 br.t. aan vijandelijke scheepsruimte uit krachtig beschermde convooien tot zinken gebracht. Een andere duikboot heeft een bewapend vijandelijk koopvaardijschip van 7.000 br. t. eveneens uit een convooi tot zinken ge bracht". Frontbericht. Het Vrijdag gepubliceerde frontbericht van het D.N.B. luidt als volgt: „Daar het na de Engelsche luchtaanvallen op Hamburg, Bremen en Berlijn duidelijk is dat de Britsche 'oorlogvoering niet wil afzien van het middel van terreurdaden tegen de burgerbevol king, wordt de vergeldingsactie van het Duitsche luchtwapen tegen Londen en andere Britsche steden voortgezet. De Duitsche practijk onder scheidt zich van de Engelsche hierdoor dat het Duitsche luchtwapen principieel slechts militair belangrijke en voor den oorlog belangrijke doelen aanvalt, waarvan er eenige in het legerbericht van vandaag worden opgenoemd. Dat b.v. de dok en haveninstallaties van Londen of de gas- en electriciteitsbedrijven van groote steden als voor den oorlog belangrijke installaties gelden, is zoo wel door de Amerikaansche pers als van Engel sche zijde uitdrukkelijk erkend. Pas goed geldt dit voor kruit- en wapenfabrieken, voor vliegtuig fabrieken of olieopslagplaatsen. Daar een ge deelte van de Duitsche aanvallen tegen Londen reeds in den laten namiddag van den elfden September, dus nog bij helder daglicht werd uit gevoerd, kon ook de uitwerking van dezen aanval worden waargenomen. Voornamelijk was vast te stellen dat alle bommen zonder eenigen twijfel de bevolen doelwitten hadden getroffen. Zoo werden in het Westen en in het centrum van het Lon- densche stadsgebied, van Waterloo Bridge af tot aan de bocht van de Theems als gevolg van de nieuwe aanvallen nieuwe groote branden, voor namelijk in de dokken, veroorzaakt. Stroomaf waarts woedden sedert 8 en 9 September in de olieopslagplaatsen aldaar nog branden. In Port Victoria aan de monding van de Theems werd «en van de grootste Britsche tankinstallaties in brand geworpen. De bomaanvallen van de Duitsche gevechts vliegers duurden ononderbroken den geheelen nacht door tot aan den ochtend van den twaalf den September. Het industrieele leven aan beide oevers van de Theems is ongetwijfeld zeer zwaar getroffen. Hand in hand met de bomaanvallen op de Brit sche hoofdstad gingen nieuwe succesvolle acties van de Duitsche gevechtseskaders tegen de West en Zuidkust van Engeland. In het haven- en industriegebied van Liverpool en Birkenhead, van Cardiff en Bristol werden overal oude, nog smeu lende brandhaarden opgemerkt, waaraan thans nieuwe en grootere zijn toegevoegd." Italiaansch legerbericht: Spoorwegwerken aan de Egyptische kust aangevallen. Begin September verloren de Britten twee torpedojagers. ERGENS IN ITALIë, 12 Sept. (Stefani.) In het weermachtsbericht nr. 97 deelt het Ita- liansche hoofdkwartier het volgende mede: „De spoorwegwerken aan de Egyptische kust en de vijandelijke militaire werken te Solium en Sidi-Barranï werden opnieuw onderworpen aan luchtbombardementen des nachts en,over dag,, welke branden, ontploffingen en vernielin gen teweegbrachten. Vijandelijke pantserwagens werden gebombar deerd en beschoten. De vijand heeft gepoogd een luchtaanval te onder nemen op Dema, maar werd door onze jagers en ons luchtdoelgeschut op de vlucht gedreven. Een vijandelijk vliegtuig van het type Blenheim werd neergehaald. Een ander toestel is waarschijnlijk neergehaald. Een Italiaansch vliegtuig is niet teruggekeerd. Uit nadere inlichtingen blijkt dat tijdens het bom bardement van Aden op 1 en 2 September twee vijandelijke torpedojagears tot zinken zijn ge bracht. Onze luchtformaties hebben het vliegveld van Khartoem gebombardeerd, waar een hangar ge troffen werd. Ook werd een aanval gedaan op het Bpoorwegknooppunt van Hayia, waar de rails, wa De oorlog ter zee. Een Duitsche onderzeeër verlaat een Fransche haven voor een inspectietocht op den Atlantischen Oceaan. (Foto Weltbild.) gons en magazijnen getroffen werden. Op het vlieg veld van Atbara werden drie hangars getroffen en brak brand uit. Al onze vliegtuigen zijn terug gekeerd. De vijand heeft geprobeerd een aanval te onder nemen met pantserwagens en artillerie van klein kaliber op 't bruggehoofd van Kassala. Onze artille rie heeft den vijand op de vlucht gejaagd na een ge vecht, dat een uur duurde. Wij leden geen verliezen. Een andere aanval op onze Dubat-afdeelingën te Gherilli 'werd eveneens zonder verliezen aan onzen kant na twee uren strijden afgeslagen. Een Engelsch vliegtuig bombardeerde het woon- centrum van Assab, waarbij burgerwoningen be schadigd werden. Een inlander werd gedood en twee gewond. Een andere vijandelijke aanval op de kampen van Chachaman ten zuiden van Addis Abe ba vëroorzaakte lichte schade. Een vijandelijk vlieg tuig werd neergeschoten. De uit drie personen be staande bemanningwerd krijgsgevangen ge maakt. Vijandelijke vliegtuigen trachtten een aanval te ondernemen op de vlootbasïs van Massaoea, waar het afweergeschut terstond in werking trad, zoodat de toestellen hun bommenlast in zee moesten laten vallen. Tijdens een vijandelijken luchtaanval op Dessië, waarvan melding gemaakt is in het weer machtsbericht no. 95, werden twee vijandelijke vliegtuigen neergehaald. Een duikboot is in haar basis teruggekeerd na in den Atlantischen Oceaan 27.000 ton vijandelijke scheepsruimte tot zinken te hebben gebracht." Ford stemt republikeinsch. Wendell Willkie aanbevolen. Het A.N.P. verneemt uit New-York: In een schriftelijke verklaring aan de pers heeft Henry Ford zich formeel voor Wendell Willkie, den republikeinschen candidaat voor het presidentschap, uitgesproken. Deze, aldus Ford, is een „zakenman" die weet, wat de Vereenigde Staten in de eerste plaats en het meest dringend noodig hebben". NEDERLANDSCHE JOURNALISTEN IN DE OSTMARK. Het D.N.B. meldt uit Linz': Op uitnoodiging van gouwleider Eigruber is Donderdag een gezelschap Nederlandsche journalisten te Linz aangekomen. Tijdens een receptie stelde de gouwleider in een toespraak de belachelijke sprookjes van de pluto cratische propaganda over de Ostmark tegenover de onwankelbare trouw der hier wonende menschen jegens Führer en rijk. De heer Hotke van de Nieuwe Rotterdamsche Crt. sprak namens de Ne derlandsche journalisten een woord van dank. Op de receptie volgde een bezichtiging der stad en van de Fiïhrergedenkstatte te Leonding nabij Linz. IN HET BUITENLAND. Na het aftreden van koning Carol ten gunste van zijn zoon en de benoeming van Antonescu tot staatsleider is er haast geen dag voorbijgegaan, of hij bracht ingrijpende wijzigingen in de politieke constellatie van Roemenië. Nieuwe ministers de den hun intrede, een aamital diplomatieke vertegen woordigers werd vervangen, evenals eenige gene raals en binnenlandsche autoriteiten. Drastische maatregelen werden genomen] op financieel gebied en de staatsleider gelastte een onderzoek naar de operaties der Roemeensche Nationale Bank gedu rende de laatste vijf jaar. Thans is bekend gemaakt dat Antonescu uitvoe rige richtlijnen heeft aangegeven voor den weder opbouw van het economische leven. Bijzonderhe den hierover zijn nog niet gepubliceerd, doch het is duidelijk dat zij volkomen zullen passen in het ka der van de nieuwe economische orde, die Zuid-oost Europa zal beheerschen nadat de territoriale rege lingen zich voltrokken hebben. Wat betreft de binnenlandsche reorganisatie ■dient nog te worden vermeld dat generaal Anto nescu een nieuw dienststatuut voor de hovelingen vastgesteld heeft. In de toelichting zegt de staats leider dat de gebeurtenissen ook een hervorming van het Hof noodig hebben gemaakt. De nieuwe orde wil het aanzien van de kroon slechts vergroo- ten. Politiek en intriges moeten voor altijd van het Koninklijke Hof verdwijnen". Met uitzondering van enkele hoogwaardigheidsbekleeders zullen alle ho velingen na elk half jaar een andere functie aan het Hof krijgen. De benoemingen geschieden in overleg met den staatsleider. Hedenmorgen heeft het bureau van den minister president nog bekend gemaakt, dat na het ontslag aan eenige generaals, die niet het vertrouwen van het officierencorps bezaten en door hun houding het oude regime steuiniden, de buitengewone maat regelen in het leger thans voltooid zijn. Mexico voert den algemeenen dienstplicht in. Mannen van 18 tot 45 jaar dienstplichtig. Het D.N.B. meldt uit Mexico, 12 September: In het staatsblad wordt de invoering van den alge meenen dienstplicht aangekondigd, welke betrek king heeft op alle manlijke inwoners tusschen 18 en 45 jaar. Tevens wordt de wet over de oprichting van den oppersten raad voor de nationale verdedi ging gepubliceerd. Verliezen ter zee en in de lucht. Officiëele Italiaansche statistiek. Het D.N.B. bericht uit Rome: In de eerste drie oorlogsmaanden heeft Italië, volgens een officieele statistiek, bij elkaar 63 vlieg tuigen verloren, terwijl de Engelschen er 373 dus zes maal zoo veel verloren hebben. De verliezen der Engelsche oorlogsmarine bedragen in hetzelfde tijdvak 31 tot zinken gebrachte en 58 beschadigde eenheden, waaronder tot zinken gebracht twee kruisers, zeven torpedojagers, 12 duikbooten, en tien koopvaardijschepen. Zwaar beschadigd werden vijf linievaartuigen, 13 kruisers, tien torpedojagers, drie duikbooten, drie vliegtuigmoederschepen en 24 koopvaardijschepen. De Italiaansche vloot heeft in dezelfden tijd den kruiser „Colleoni", drie tor pedojagers, acht duikbooten en drie kleinere een heden waaronder twee motortorpedobooten ver loren. Acht Noren bij explosie gedood. Ontploffing in dynamietfabriek. OSLO 12 September. Volgens het Noor- sche telegraaf-agentschap zijn tè Engene bij Drammen door een ontploffing in een dynamiet fabriek aldaar acht personen om het leven ge komen. (D. N. B.) Newfoundland: viermaal zoo groot als België, maar met slechts 250.000 inwoners. (Van een V.P.B.-correspondent). NEW YORK, September 1940. Wij laten hier een kort overzicht volgen van de Engelsche gebieden, waarop Amerika zich door de met Groot-Brittannië getroffen overi eenkomst steunpunten van strate gisch belang heeft verzekerd. Om te beginnen: Newfoundland, dat in het Noorden van Amerika ligt, ten Oosten van Labra dor. Dit eiland bezit een aanzienlijke oppervlakte, want het is bijna vier maal zoo groot als België. Het is evenwel zeer dun bevolkt. Dit is grooten. deels een gevolg van het ruwe klimaat. De rots kusten rijzen steil uit zee omhoog en worden doorsneden door bochten en inhammen. Newfound land telt verscheidene goede havens, die echter hoofdzakelijk voor 'visscherijdoeleinden dienen. De omgeving van het eiland behoort tot de rijkste vïs- scherijgebieden ter wereld. Het land op zichzelf is echter woest en eenzaam; de geheele bevolking telt nauwelijks 250.000 zielen. Landbouw wordt er slechts in zeer beperkte mate beoefend, even als de mijnbouw, hoewel het land rijk is aan bodemschatten. De export beperkt zich tot visch, erts, hout en papier, deze laat ste twee artikelen dank zij de bosschen, welke men op het eiland aantreft. De groep der Bermuda's, welke uit 360 eilanden bestaat, ligt aan de oude door de zeilschepen ge volgde zeeroute tusschen Europa en West-Indië, in den Atlantischen Oceaan, op een afstand van 1000 kilometer van Kaap Hatteras. Pas in den laatsten tijd heeft Engeland oog gekregen voor de strategische ligging van deze eilanden en ze krach tig versterkt. De bodem is sterk vulkanisch. Van de 360 eilanden en eilandjes zijn er slechts 20 be woond. Het klimaat is er vochtig, met heete zomers en zachte winters. De bevolking beoefent den land en tuinbouw; Amerika is de voornaamste afnemer van groenten en fruit. De geheele bevolking be staat uit 30.000 zielen, voor de helft Europeanen. De Bermuda's vormen een belangrijke aanwinst voor de V.S., daar hier door de Engelschen uitge- strekae verdedigingswerken zijn aangelegd, met arsenalen, dokken, depóts en forten. JAMAICA, HET EILAND VAN DE RUM. ,Van groote beteekenis zijn ook de Bahama- eilanden, die een lengte van 1100 kilometer be slaan en zich uitstrekken van Florida over Cuba tot aan Haïti. Deze groep bestaat uit een groot- aantal kleinere en grootere eilanden, waarvan on geveer 30 bewoond zijn. Zij zijn omringd door zandbanken, koraalriffen en ondiepten, welke de scheepvaart zeer bemoeilijken. Buitendien liggen de eilanden op den weg, dien de cyclonen en „hurricanes" nemen, welke van eind Augustus tot begin October groote verwoestingen aanrichten. Vooral de tuinbouw wordt hier druk beoefend en werpt rijke vruchten af; de export naar Amerika bestaat dan ook hoofdzakelijk uit fruit en aardappelen. De bevolking bestaat voor het grootste deel uit nakomelingen van in vroeger" eeuwen hier ingevoerde negerslaven. Gedurende de drooglegging in Amerika werd hier een leven dige sluikhandel in alcoholische dranken gedre ven. Het aantal inwoners van de gezamenlijke eilanden bedraagt ongeveer 55.000. Van alle Engelsche gebieden in West-Indië is het eiland Jamaica ontegenzeggelijk het voor naamste. Het ligt ten Zuiden van Cuba en ten Westen van Haïti. De bevolking van 90.090 zielen bestaat voor drie kwart uit negers: er zijn slechts ongeveer 1500 blanken op het 12.000 vierkante K.M. groote eiland. Er wordt voornamelijk koffie, suiker riet en tropisch fruit verbouwd; groote opper vlakten van het eiland zijn bedekt met bosschen. De uitvoer omvat de reeds genoemde producten, specerijen, hout, cacao en rum; deze laatste vormt den roem van het eilland. Voor Engeland beduidt Jamaica een sleutelstelling in West-Indië. SANTA LUCIA, DE PAREL DER ANTILLEN. Tot de groep der Kleine Antillen behoort Santa Lucia, door zijn schoonheid bekend als de Parel der Antillen. Een derde van 6000 vierk. K.M. welke het eiland meet, is bedekt met bosschen. Ook hier wordt op groote schaal land- en tuin bouw uitgeoefend. Engelschen, Franschen en Spanjaarden hebben hier om de opperheerschappij gestreden, doch ten slotte heeft Engeland over zijn tegenstanders gezegevierd. Het eiland Trinidad behoort eveneens tot de groep der Kleine Antillen. Het is dichter bevolkt dan de andere eilanden,, daar het 409.000 inwoners telt op een oppervlakte van 5009 vierk. K.M. De bevolking, hoofdzakelijk bestaande uit negers en mestiezen, houdt zich bezig met tuinbouw. Daar- Jamaica: Engelsche sleutel positie en rijk van de rum. naast worden echter ook steenkolen, asfalt en petroleum gewonnen. De Amerikanen zullen niet alleen op Trinidad een basis oprichten, doch ook op Antigiia. Hier kunnen zij profiteeren van de uitstekend bevestig de Engelsche oorlogshaven aan de Westkust van dit eiland. De uitvoer van deze eilanden bestaat uit vruch ten, rum, suiker, katoen en vee. Ten slotte volgt nog Britsch Guyana, op het vasteland van Zuid-Amerika, dat de Engelschen, Franschen en Nederlanders onder elkaar verdeeld hebben. Britsch Guyana is ongeveer 250.000 vierk. K-M. groot; het is gelegen in het Noord-Oosten van Zuid-Amerika, tusschen den Atlantischen Oceaan en de Amazone en Orinoco. Het telt 300.000 inwoners. De oerwouden in het binnenland leveren kostbare houtsoorten, aan de kust worden rijst en suikerriet verbouwd; de bodem bevat diaman ten, aluminium, bauxiet en goud. Dit zijn, in korte trekken geschetst, de Engelsche gebieden, waarin Amerika voortaan het recht zal hebben, steunpunten te vestigen. (Nadruk verboden). Engeland en de Middellandsclie Zee. Het oordeel van de „Giornale d'Italia". Het D.N.B. meldt uit Rome: De beweringen van leden der Engelsche regeering over de overheer- sching van Groot Brittannië in de Middellandsche Zee geven de „Giornale d'Italia" aanleiding tot het leveren van een uitvoerig commentaar. Het semi-officieele blad constatert dat de toonaan gevende mannen in Engeland zichzelf voort durend tegenspreken bij hun vergeefsche pogingen de openbare meening in hun land, alsmede in het ververwij derde Amerika te beïnvloeden. Meer dan honderdmaal hebben zij verzekerd de heerschappij in de Middellandsche Zee te bezitten en dat zij slechts op een ontmoeting met de Italiaansche oorlogsmarine wachtten. In feite zijn zij steeds een strijd uit den weg gegaan en zijn zij er nog veel minder in geslaagd hun hoogdravende be weringen te doen uitkomen dat zij de Italiaansche strijdkrachten in 24 uur zouden wegvagen. In de plaats hiervan versterkt Engeland thans zijn strijdkrachten in de Middellandsche Zee. Zooals eerst Churchill en thans ook de Eerste Lord der Admiraliteit, Alexander, aanduidingen. De in groote hapst gevolgde versterking van de Engelsche vloot in de Middellandsche Zee is beslist geen be wijs voor de veiligheid en zoogenaamde overheer- sching van Engeland in deze zee. Hoe moeilijk de positie van Engeland in de Middellandsche Zee is geworden, blijkt overduide lijk uit berichten uit Engelsche bron, zooals o.a. uit het bericht van de Londensche radio over een voorziening van Malta, die slechts geprobeerd kan worden onder de bescherming van de sterkste een heden van de oorlogsmarine, alsmede uit een Reuterbericht, waarin de scherpe daling van het scheepvaartverkeer in het. Suezkanaal stilzwijgend wordt toegegeven. Duitsch commentaar op Churchill's jongste rede. Gevaar voor invasie erkend. Uit Berlijn 12 September. Semi-officieel wordt gemeld: De gisteren gehouden rede van Churchill wordt in politieke kringen alhier in zooverre als een echt product der mentaliteit van den Engelschen pre mier beschouwd, dat 'haar inhoud bestond in troost voor het Engelsche volk met leugens, d.w.z. met vervalsching van de cijfers der verliezen. Men acht het hier interessant dat Churchill thans het gevaar voor een invasie erkent. Als hij daarbij, naar men hier verder opmerkt, den oorlog der franctireurs proclameert, dan zou dus naar de meening van Churchill alles aan en in Engeland militair object zijn. Overigens wijst men er hier op dat Churchill alle gelegenheid gehad heeft om Londen het noodlot te besparen, dat zich op het oogenblik voltrekt, doch dat hij al deze gelegenheden bewust en cynisch van de hand gewezen heeft. Voorts acht men hier typeei'end voor de clique der plutocraten, die in Engeland heerscht, dat Duff Cooper in zijn rede van Woensdag het En gelsche volk aanspoorde den oorlog tot de uitputting voort te zetten, nadat hij zelf, zooals men weet, zijn zoon in veiligheid gebracht heeft. Tenslotte heeft men in politieke kringen alhier ook kennis genomen van een Reuterbericht uit Boekarest, dat op een verslag van een reiziger ge baseerd is en zegevierend meldde dat door de En gelsche bomaanvallen- op Berlijnsche woonwijken vijfhonderd Berlijners gedood zijn. Men ziet in de hoonende vreugde, die in dit valsche Engelsche bericht tot uitdrukking komt, een bekentenis wien de Britsche luchtaanvallen op Duitsche steden gelden. PHOGBAMMA Een gelukkig weerzien. Een Duitsch gevechts vliegtuig, dat van een vlucht naar vijandelijk gebied over tijd was, keerde eerst na gerui- men tijd van spanning op zijn basis terug. De begroeting door de ka meraden was er des te hartelijker om. (Foto Weltbild) ZATERDAG 14 SEPTEMBER 1940. JAARSVELD, 414,4 M. AVRO-uitzending. 8.00 Gramofoonmuziek. 12.00 Berichten. Hierna: AVRO-Aeolianorkest. 12.45 Nieuws- en economische berichten A. N. P. 1.00 The Twilight Serenaders en solist. 1.50 Orgelspel. 2.10 Gramofoonmuziek. 3.15 Pianovoordracht en declamatie. 4.00 Omroeporkest en solist. 5.15 Nieuws- en economische berichten A. N. P. 5.30 Kinderkoor „Zanglust" met pianobege leiding. 6.00 Ensemble „De jonge acht" en soliste. 6,30 Gramofoonmuziek. 7.00 Vragen van den dag (A. N. P.) 7.15 Berichten. 7.20 Gramofoonmuziek. 7,40 Reportage. 8.00 Nieuwsberichten-A. N. P. 8.15 AVRO-Amusementsorkest. de „Melody Sisters" en een klein mannenkoor. 9.00 Radiotooneel. 9.20 Gra mofoonmuziek. 10.00 VPRO: Avondwijding. 10.15— 10.30 Nieuwsberichten A. N. P., sluiting. KOOTWIJK, 1875 M. KRO-uitzending. 7.00 Berichten (Duitsch). 7.15 Berichten (En gelsch). 7.30 Wij beginnen den dag. 8.00 Nieuws berichten A. N. P. 8.15 Gramofoonmuziek. 11.15 Be richten (Engelsch). 11.30 Gramofoonmuziek. 12.00 Rococo-octet. 12.30 Berichten (Duitsch). 12.45 Nieuw- en economische berichten A. N. P. 1,00 Gra mofoonmuziek. 1.15 KRO-orkest en solist. 2.00 Be richten (Duitsch). 2.15 Gramofoonmuziek, 3.30 Be richten (Engelsch). 3.45 Gramofoonmuziek. 5.00 Be richten (Duitsch). 5.15 Nieuws- en economische be richten A. N. P. 5.30' Musiquette. 6 15 Berichten (Engelsch). 6.30 Reportage. 7.00 Vragen van den dag (A. N. P.) 7.15 Gramofoonmuziek. 7.40 „In de schijnwerpers" (opn.). 8.00 Berichten (Duitsch). 8.15 Nieuwsberichten A. N. P. 8.30 Berichten (En gelsch). 8.45 KRO-Groot Amusmentsorkest en so list. 9.15—9.30 Berichten (Engelsch). 9.55 Wij sluiten den dag. 10.00 Berichten (Duitsch). 10.15 Nieuws berichten A. N. P. 10.30—10.45 Berichten (Engelsch). sluiting. 11.1511.30; 8.15—0.30 en 1.15—1.30 Be richten (Engelsch).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 9