Haarlem's Dagblad Op 6 October AcHJketeu~ Wat blijft. De Duitsche luchtaanvallen. BERICHT Nieuw Duitsch—Italiaansch contact. Von Ribbentrop naar Rome Zondag weer voetbal. Wintervoorspelling. Haarlem wordt beter verlicht. 58e JAARGANG No. 17563 Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courant- Uitgaven en Algem Drukkerij N.V Bureaux: Groote Houtstraat 93, bijkantoor Soendapleln 37. Postgiro- dienst 38810. Drukkerij: Zulder Builen Spaarne 12. Telefoon: Directie 13082, Hoofdred 15054, Redactie 10600, Drukkerij 10132, 12713. Administratie 10724, 14825 Soendaplein 12230. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM Donderdag 19 September 1940 Abonnementen per week ƒ0.25, per maand 1-1CV per 3 maanden 3.25, franco per post 3.55, losse nummers 6 cent per ex. Advertentiën: 1-5 regel» ƒ1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames ƒ0.60 pel regel. Regelabonnementstarieven op aanvraag. Vraag en aanbod 1-4 regels ƒ0.60, elke regel meel ƒ0.15. Groentjes zie rubriek. de klok een uur terug. De „Deutsche Volkswirt" deelt mede, dat in het geheele Duitsche rijk op 6 October des ochtends te 3 uur de klokken een uur achteruitgezet zullen worden. Hiermede zal een einde worden gemaakt aan den zomer tijd, welke in het voorjaar werd ingevoerd, teneinde langer van het daglicht te kunnen genieten. Deze maatregel zal ook gelden voor het bezette Nederlandsche gebied. imiiiiiiiiiiiiiminiiuiniaiiiiiq R. P.: Wat blijft. pag. 1 Flitsen: Boodschap aannemen, pag. 3 Laatste Berichten pag. 2 Hooge onderscheiding voor den Duitschen militairen bevelhebber De maandelijksche aflevering van De Kern is weer verschenen. Het is een blad bevattend tijd schrift-artikelen van blijvend belang uit binnen- en buitenland. Natuurlijk kan het in zijn keus nog lang niet volledig zijn. Maar wel vol afwisseling. Als gij de reeks op het titelblad leest komt ge van zelf onder den indruk van de verscheidenheid van het blijvende belang in dit aardsche leven. Een4 Amerikaan opent de reeks met een verhandeling over Moderne Mormonen, een Duitscher heeft het over Kleurenblindheid een Nederlander over Bijen gif tegen Rheumatiek. En daarnevens vindt men beschouwingen vermeld over: Het lot der bescha ving, Wat is worst?, Lichtgevende stoffen, Marion Anderson, Een boekenwurm, Planten-symboliek, Het geheim der astrologie, De jeugd van Vincent van Gogh, Zelfportret van Uncle Sam en meer, ver-uit-elkaar liggende onderwerpen. Het lijstje stemt tot bescheidenheid. Het moet iedereen, die beseft dat de mensch maar een zeer klein deel van de geheimen des heelals ontdekt heeft, doen ge voelen dat hij zelf van dat ontdekte nog maar weer een heel klein deel weet en dat zelfs hét bestudee- ren van alle tot dusver verschenen jaargangen van De Kern (de negende nadert haar voltooiing) hem nog niet veel verder zou brengen. Want wat er in staat roept allerlei gedachten wakker aan hetgeen er in ontbreekt.niet alleen aan onderwerpen maar ook aan diepgaander kennis van de onder werpen die er wel en die er niet in behandeld zijn. Bedenkt hij daarbij, dat de meesten dezer schrijvers op een of meer punten ongetwijfeld door andere kenners-van-zaken bestreden zullen zijn of nog worden dan duizelt het hem heelemaal bij dezen rijstebrijberg van wetenschap. Hij geeft, zoo hij die ooit gekoesterd mocht hebben, de gedachte op dat hij zich daar ooit doorheen zou kunnen eten en -het luilekkerland der waarlijk algemeene ken nis bereiken en bepaalt zich tot zijn eigen beroep en de onderwerpen, die bij wijze van liefhebberij zijn bijzondere belangstelling hebben. Uit de rest kan hij dan hier en daar misschien nog bij geluk wat opdiepen, dat hem eenmaal nog eens te stade zal komen bij de oplossing van een kruiswoord raadsel. In het laatste artikel van blijvend belang in dit Kern-nummer stelt de schrijver, die een bekend auteur is en den leeftijd der sterken heeft bereikt, zich eenige weemoedige vragen over den ouderdom, eindigend met deze zinsneden: „De ouderdom, op zichzelf genomen, is dus voor het individu geens zins aangenaam. Men kan er zich slechts mee ver zoenen, wanneer men iets heeft achter te laten: de nieuwe levens van kinderen en kleinkinderen of anders de herinnering aan goede werken, aan iets dat ons wellicht het recht zou geven te zeggen: „non omnis moriar", ik zal niet geheel en al ster ven". Wie in dezelfde aflevering het artikel van dr. Annie Romein-Verschoor over de jeugd van Vin cent van Gogh gelezen heeft, waarin zij uitweidt over de 652 brieven, door den grooten kunstenaar aan zijn broeder Theo geschreven brieven die bewaard gebleven zijn en in 1914 uitgegeven heeft een geval bij de hand van iemand die veel heeft nagelaten. Niet alleen zijn schilderijen en tee- keningen maar ook de nog steeds voortlevende be langstelling voor zijn wonderlijken, zelfopofferen- den tenslotte tragischen levensloop Zulke sterve lingen zijn zeer zeldzaam. En Van Gogh heeft bij zijn leven wel de armoede en de onverschilligheid voor zijn kunst maar nimmer den roem ervaren. Hij is jong gestorven. Maar de gedachte dat hij een der weinigen zou zijn, wier werken en zelfs wier beproevingen en persoonlijke uitingen-in-brieven onder de massa zouden voortleven zal wel niet bij hem opgekomen zijn. Hij was in zijn latere jaren een eenzaam mensch, eenzamer misschien dan vele ouden, hij had geen kinderen, hij had slechts voor zichzelf de herinnering aan goede werken. Maar blijft er niet van veel meer menschen iets in de wereld? Van veel meer dan die enkele bege nadigden, die tot groote werken geroepen zijn en ze hebben volbracht? Ja, ook van de duizenden, die nooit voor het voetlicht der openbaarheid versche nen zijn? Hebben zij in den kring van hun familie en in den kring van hun werk, de een meer, de an- de rminder, niet iets blijvends nagelaten? Het be hoeft nooit vermeld te worden in een krant, het behoeft zelfs niet geuit te worden door degenen die hen gekend hebben en toch kan het blijven voort leven. Het kan een enkele kleine goede daad ge weest zijn, of een bemoedigend woord, of een uiting van helder inzicht, of een bepaalde houding in moeilijke omstandigheden. Het kan een kleine of groote reeks van zulke dingen zijn. Het heeft zijn invloed op de omgeving, het werkt door, het blijft Voortleven. Wij zijn geen onderling-onafhankelijke individuen, wij behooren tot een menschelijke ge meenschap, wij dragen tot haar toekomst bij al zijn we geen groote kunstenaars of geleerden of staats lieden. Er blijft iets van ons achter. De zeventig jarige schrijver in De Kern behoeft zich niet af te vragen of hij wat achter heeft te laten. Hij kan er zich hoogstens in gaan verdiepen wat het is. Mis schien is het niet hetgeen bij zijn leven hem roem bracht. Dat sterft misschien al voor hem. Maar dan zal er iets anders zijn. Hetgeen de bemoedigende gedachte is voor ieder, die tegenover den rijstebrijberg van kennis duizelt en beseft dat hij er zich nimmer doorheen zal kun nen eten. R. P. Zware verwoestingen in de „docks" van Tilbury. Duitsche gevechtsvliegtuigen hebben, naar het D.N.B. verneemt gisterochtend opnieuw de „docks" van Tilbury aangevallen en met bommen bestookt. De later komende verkenningsvliegtui gen hebben zware verwoestingen en groote bran den waargenomen, die zich snel uitbreidden. Een groot aantal bommen trof den spoorwegdriehoek bij Thurstenroad, waarvan de installaties blijvend zijn vernield. Reuter meldt over de luchtaanvallen van Woensdag: Nadat des nachts te Londen alarm was gemaakt en aanvallen op de hoofdstad waren ondernomen, is in den loop van den ochtend weder driemaal voor korten tijd alarm gemaakt. Men hoorde schieten in de buurt van de Theems. Na het tweede alarm hoorde men zwaar geschut en granaten, die boven het centrum van Londen ontploften. Kort daarop zag men rookwolken opstijgen en talrijke Londenaars, die op weg naar kantoor waren, konden een enkel Duitsch vlieg tuig zien vliegen. Tijdens de laatste nachtelijke aanvallen werden vele bommen op het gebied rond Londen geworpen, alsmede op het centrum der hoofdstad en op het Westend, dat reeds in den voorgaanden nacht hevige bombardementen had moeten verduren. Bij den derden luchtaanval'op Londen hoorde men uit alle richtingen groepen Duitsche vlieg tuigen aankomen, in de richting van den Theemsmond. De batterijen openden het vuur op de vliegers. Op groote hoogte, uit het gezicht, werden hevige gevechten geleverd. Op eenigen afstand vielen bommen. Voorts vielen bommen aan de monding van de Theems. Blijkens berichten van het D.N.B. is gisteren in het gebied van Londen achtmaal lucht alarm gemaakt. Het laatste werd gisteravond om 18.57 uur gegeven. Zaken in Oxfordstreet getroffen. Naar volgens United Press te Londen bekend gemaakt werd zijn verschillende groote zaken in Oxfordstreet door bommen getroffen, waaronder het warenhuis John Lewis, waar ongeveer hon derd personen in de kelders een toevlucht gezocht hebben en ongedeerd zouden zijn, verder Bourne en Hollingworth's waar verscheidene brandweer lieden bij de bestrijding van een brand gedood werden, en W. H. Evans. Alle drie zaken liggen in Oxfordstreet in de nabijheid van Oxford Square. Ook op de beroemde „Lambeth Walk", die den naapa gaf aan den beroemden dans zijn bommen neergekomen. Een bom is in de nabij heid van Westminster Abbey neergekomen, dus niet ver verwijderd van Big Ben, Houses of Par liament, Scotland Yard, 10 Downing Street en het Foreign Office. De actie in den afgeloopen nacht. STOCKHOLM, 19 September (D.N.B.) Volgens een Engelsch radiobericht deelen het Engelsche ministerie van luchtvaart en dat van binnenlandsche veiligheid mede dat de Duitsche luchtaanvallen ook gedurende den afgeloopen nacht voortgezet zijn. Weer wordt toegegeven, dat door bommen „vaak van het zwaarste kaliber" in vele wijken schade aan gericht werd, waarbij de officieele Engelsche berichten evenwel klaarblijkelijk trachten te verbloemen, dat de Duitsche aanvallen objec ten golden, die voor den oorlog van belang zijn. Voorts blijkt uit de Londensche berichten dat de Duitsche aanvallen niet tot het gebied van Londen beperkt bleven, doch ook op doelen van militair belang in andere steden gericht waren. Er worden bomaanvallen in Hertfordshire, Essex, Kent, Berkshire, Sussex, de Midlands, alsmede „in het noordoosten en Zuidwesten" gemeld. Kenmerkend voor de onnauwkeurigheid van de Engelsche opgaven respectievelijk de verwar ring, die door de censuur in de Engelsche versla gen gesticht wordt, is een ander radiobericht uit Londen, waarin aanvankelijk gezegd wordt, dat bij de aanvallen van gisteren voortdurend bri santbommen jn het hart van de City gevallen zijn. terwijl twee zinnen verderop in hetzelfde bericht te kennen gegeven wordt dat volgens een mededeeling van het ministerie van lucht vaart bij de zeven aanvallen, die gisteren overdag gedaan werden, geen bommen in de City gevallen zijn. Zij, die zich met ingang van 1 October per kwartaal abonneeren, ontvangen de in September nog te verschijnen nummers gratis. DE ADMINISTRATIE. Aanklacht tegen Daladier en Gamelin ingediend. GENèVE, 19 September (D.N.B.) Het departe ment van justitie deelt mede, zoo wordt uit Vichy gemeld, dat het openbaar ministerie van het staats- gerechtshof thans de aanklacht tegen Daladier en Gamelin, die zich in het kasteel Chazeron bevinden, heeft ingediend. vinden. De Zondagcompetitie van de onderafdeeling Haarlem van den N.V.B. zal dus eveneens begin nen; echter met eenige wijzigingen in het pro gramma. Het Juniores-tournooi om den v. d. Aart beker is verschoven tot het voorjaar. De Zaterdag middag-competitie zal normaal aanvangen met uitzondering van de adspiranten-competitie. Naar wij vernemen zal ook het Spaernebeker- tournooi van „Haarlem" doorgaan. Textielkaarten-puzzle of het cusiitiun-probleem van jong Y'olendam in distributietijd. .(Foto Pax Holland.), Het is weer beukennootjestijd. Overal waar beukeboomen staan ziet men ook de jeugd bezig met het verzamelen van de smakelijke nootjes. Op ons plaatje is een viertal aan het werk in den Haarlemmer Hout. HEDEN: 8 PAGINA'S Het D.N.B. meldt: De Duitsche minister van Buitenlandsche Zaken, Von Ribbentrop, is Woensdagmorgen voor een kort verblijf naar Rome vertrokken. In officïeuse politieke kringen te Rome wordt ten aanzien van dit bezoek verklaard, dat, hoewel dit een karakter van groote poli tieke strekking draagt, het niettemin valt binnen het normale kader der nauwe samen werking tusschen Italië en Duitschland, al dus een Stefani-bericht. Opgemerkt wordt dat het doel tweeledig is, t.w. een onderzoek naar alle politieke kwesties, welke voor beide landen van beteekenis zijn en een beantwoor ding van het bezoek, dat de Italiaansche mi nister van Buitenlandsche Zaken, graaf Ciano, onlangs aan Duitschland gebracht heeft. Officieus wordt voorts uit Berlijn gemeld: In politieke kringen te dezer stede merkt men omtrent de reis van den minister van Buitenland sche Zaken naar Rome op dat deze voortvloeit uit den bijzonderen aard van de Duitsch-Italiaan- sche verhoudingen. Men constateert dat derge lijke besprekingen tusschen de ministers van Buitenlandsche Zaken van de beide as-mogend- heden, die nu en dan op Duitsch- of Italiaansch grondgebied gehouden worden, dengene niet kunnen verrassen die begrepen heeft, dat de as een politiek instrument van de grootste homoge niteit is. Hieruit volgt dat bij alle politieke vraag stukken, die de belangen van beide mogendheden raken, gemeenschappelijk geraadpleegd, gemeen schappelijk besloten en dienovereenkomstig ge meenschappelijk opgetreden wordt. Deze besprekingen vormen dan telkens een openhartige behandeling van al die problemen, die met het ook op de toekomstige reorganisatie van Europa voor de beide verbonden mogend heden, die gemeenschappelijk in den levensstrijd staan, van bijzondere beteekenis zijn of kunnen worden. Een dergelijke bespreking, zooals bij vo rige gelegenheden reeds meermalen gehouden is, is thans aan de orde. Commentaar der Duitsche pers. Berlijn, 18 Sept. (D.N.B.). Het bericht over de reis van den rijksminister van Buitenlandsche Zaken, Von Ribbentrop, naar Rome wordt door de Berlijnsche avondbladen in grooten opmaak vermeld. De militaire samenwerking van de spil, zoo schrijft de „Deutsche Allgemeine Zeitung", vindt haar sluitstuk in de gemeenschappelijke politiek van de beide verbonden landen. Midden in den oorlog worden de telkens opkomende vraagstuk ken opgelost. De „Berliner Börsenzeitung" schrijft: Bespre kingen tusschen de leidende staatslieden van de spil plegen tot positieve resultaten te leiden, die door de vrienden van een rechtvaardige ordening begroet, door de vijanden gevreesd worden. De „Angriff" is van meening dat nu rijksminister Von Ribbentrop naar Rome is vertrokken, het hier niet gaat om een bestudeering van den toe stand en ook niet om een bespreking over loopen- de kwesties. De reis beteekent meer. Het „Ham burger Fremdenblatt" schrijft: Bij het begin van de Duïtsch-Italiaansehe leiding op het Europee- sche vasteland is ook een nieuw soort diploma tieke bedrijvigheid in zwang gekomen, die zich kenmerkt door het feit, dat zij doet en resultaten bereikt, waar anderen genoegen zouden nemen met fraaie redevoeringen. Men kan er ook nu van overtuigd zijn dat de besprekingen te Rome geen leege geste beteekenen. Er bestaat geen enkel vraagstuk, waarbij de verbonden mogendheden gescheiden van elkaar optreden. Haar gemeen schappelijke belangstelling en haar gemeen schappelijk werken is in het bijzonder gericht op die vraagstukken, die voor de toekomstige nieuwe ordening reeds actueel zijn geworden of nog ac tueel kunnen worden. De voor a.s. Zondag door den N.V.B. en zijn onderafdeelingen vastgestelde competitie wedstrijden kunnen wederom doorgang (Uit Zwitserland, komt de voor spelling dat gerekend mag worden op de zeer groote waarschijnlijk heid, dat wij een zochten zoo niet zelfs zeer zachten winter zullen krijgen.) Ha, daar komen de profeten Voor den winter weer op stoot, Zij die de geheimen weten Van wat heet de toekomstschoot, Door hun tijd vooruit te snellen Weten zij van 't koud seizoen Met vertrouwen te voorspellen, Wat het met ons denkt te doen. Ook al krijgen ze tenslotte Steeds de kous haast op den kop, Ze verduren alle spotten En ze geven het niet op. D' eerste heeft n^ diep beschouwen Nu zijn stem al uitgebracht En voorspelt ons vol vertrouwen. Dat een zacht seizoen ons wacht. Nimmer (zegt hij onder ander), De historie toont dat wel. Zijn twee winters na elkander Extra lang en extra fel. Nou, da 's prettig om te lezen. Want geen mensch of hij hoopt zeer, Dat de winter niet zal wezen, Net zooals de laatste keer. Ik hoef dus niet te vertellen, Waar *k op dit punt naar verlang, Maar het feit dat zij 't voorspellen Maakt me wel een beetje bang. P. GASUS. Nu de richtlijnen zijn verschenen voor da eischen waaraan de straatverlichting moet vol doen in verband met de verplichte verduistering is te verwachten dat binnen zeer korten tijd da straatverlichting te Haarlem, die thans wel uiterst spaarzaam is, uitgebreid zal worden. De Commissaris van Politie, de heer E. H, Tenckinck, Hoofd van de Luchtbescherming ta Haarlem, deelde ons mede, dat hier ter stede ver schillende proeven zijn genomen zoowel wat gas als electriciteit betreft. Door de directeuren van de lichtbedrijven wordt thans, als leiders van de technische diensten, met den rijksinspecteur der Luchtbescherming overlegd welke ontwerpen kunnen worden toegepast. Als de vereischte goed keuring verkregen is zal zoo spoedig mogelijk met de toepassing begonnen worden. Hoe de verlich ting in de naaste toekomst zal worden is nog niet te zeggen, maar wel staat vast, dat de thans geldende zeer spaar zame straatverlichting te Haarlem verbeterd zal worden, ook zonder dat de eischen van de verplichte verduistering daarbij in het ge drang komen. Voor de veiligheid van het verkeer is dat ook wel noodig, hoewel niet ontkend kan worden zoo besloot de heer Tenckinck dat er te Haar lem in de duisternis weinig ongelukken gebeuren. Natuurlijk werkt daartoe mede het feit dat heb autoverkeer zeer sterk verminderd is; vooral na 10 uur 's avonds zijn er slechts zeer weinig wagens op den weg. Dan zijn er trouwens ook bijna geen voetgangers meer. Het is de bedoeling van de rijksinspectie lucht bescherming dat op verschillende wegen 4 M. boven het wegdek en boven daarvoor in aanmer king komende kruispunten lampen worden aan gebracht met een of twee spleetvormige horizon tale openingen, één spleet wanneer zij het beloop van den weg aangeven en twee spleten, wanneer zij boven kruispunten van wegen hangen. Ter geleiding van het voetgangersverkeer zullen op een hoogte van 1.20 M. a 1.70 M. lichten wor den aangebracht als een bakening aan den kant van den rijweg. Al deze lichten zullen van gele of witte kleur zijn. Waar verkeersobstakels zijn als herstelwerk zaamheden, beschadigingen e.d. zullen de z.g. obstakellichten komen. Deze worden natuurlijk laag geplaatst en zijn wit of rood. Volgens de be staande regeling zal men zulk een obstakellicht als het wit is rechts en als het rood is links moe ten passeeren. Al deze hulpmiddelen zijn, als gezegd, door de rijksinspectie luchtbescherming aangegeven. Het wordt aan 'de burgemeesters der gemeente over gelaten, ze naar behoefte toe te passen. Het wit maken van gedeelten van den open baren weg vordert flink. Zooals men weet bestaat dit vooreerst uit het aangeven van hoeken van straten op de voornaamste punten. Ofschoon op deze wijze al heel wat hoeken zijn bewerkt zal men hiermede doorgaan naar gelang van be hoefte. Voorts worden punten, waar wegen en straten op water uitkomen, waardoor gevaar zou kunnen ontstaan dat men in het duister te water geraakt, van witte paaltjes of hekjes voorzien. Vrijwel alle plaatsen, die daarvoor in aanmerking komen, zijn thans gemarkeerd. Voorts worden, waar dit noodig blijkt, de hoo rnen langs de trottoirs-, wit gekalkt. O.m. is dit in de Wilhelminastraat het geval, waar het ge vaar immers niet denkbeeldig is, dat men des avonds er is daar ter plaatse voor en na een schouwburgvoorstelling een vrij druk verkeer in onzachte aanraking met een boom zou komen. Voor het overige wordt aandacht geschonken aan alle plaatsen, waar door het duister verkeers gevaren zouden kunnen ontstaan, Men kan hier toe bijvoorbeeld viaducten e.d. rekenen. in Nederland. De Rijksmaarschalk van het Groot-Duitscha rijk, Hermann Göring, heeft den Duitschen mili tairen bevelhebber in Nederland, generaal der vliegers Fr. Christiansen, het gouden vlieger- kenteeken met briljanten verleend. Deze onderscheiding is tot dusverre in slechts weinig gevallen verleend.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 1