Haarden en HaardkacheSs BEWAAR UW VOEDSELAFVAL VOOR HET VEE. FLITSEN low tand UwRadio defect? V b Effecten, Coupons, Lips Safe inrichting Met Brein en Browning. Litteraire Kantteekeningen. ZATERDAG 26 OCTOBER 1940 HAAREEM'S DAGBEAD 3 Carter wel zou hebben bijgehaald. Als de oude hee- ren dan tot op het rimpelige vel vermagerd zijn en het geboefte met vlijmscherpe dolken begint te werpen naar den paal, waaraan het levend ge raamte is vastgebonden, hoort men plotseling in het voorhuis geraas. De aanvoerder sist eenige bevelen en twee onverlaten plaatsen zich met voorhamers gewapend aan weerszijden van de eenige deur, die toegang geeft tot den folterkelder. De deur gaat open, een hoed verschijnt, de aterlingen staan toe, maar Nick Carter is ongedeerd. Op zijn wandel stok heeft hij zijn beroemde flambard voor zich uitgestoken. Hoed en stok rollen over den grond en twee blinkende revolvers houden de galgenbrok ken in bedwang. De mindere goden, agenten en zoo, sleepen de Belialskinderen met de paternosters om naar het cachot, terwijl Nick den rampspoedi- gen Croesus bevrijdt, die middelerwijl van honger en blijdschap bewusteloos is geworden. Natuurlijk onttrekt hij zich aan elke huldiging, misschien steekt hij nonchalant een pak bankbiljetten in zijn zijzak, maar hij is wars van alle openbaarheid en bovendien: juist is hem bericht dat zijn hulp ge zocht wordt in een nieuwe geheimzinnige zaak, waarvan de ontknooping de 32 pagina's van de vol gende aflevering zal vullen. Nick Carter, Pinkerton, de oude en de jonge Wil son, Sexton Blake, Lord Lister en Buffalo Bill, zij appelleeren aan de primitiefste instincten van de groote massa. De deugd wordt in deze verhalen steeds beloon, de waarheid zegeviert, de misdaad wordt gestraft en de onschuld gered uit de klauwen der boosheid. En onveranderlijk geschiedt dit alles door middel van veel knallende revolvers, veel val luiken, veel goed geplaatste kaakstooten en zonder eenig hersenwerk. Er is een leeftijd waarop men van al de heerlijke krachtpatserij smult; kinder lijke zielen zullen ervan blijven smullen. (Adv. Ingez. Med.) INVENTA ook in huurkoop Hageman - Ced. Oude gracht 52 Telefoon 12762 Haarlem (Adv. Ingez. Med.) Slechts in bijzondere gevallen, namelijk wanneer een veestapel een sterke wijziging zal hebben on dergaan, kan de provinciale voedselcomrnissaris andere maatstaven toepassen. De toewijzingen zullen worden verstrekt per melk- of kalfkoe, per stuk hoogdrachtig jongvee en per stier, alle voor zoovef zij ouder zijn dan een jaar. Ten behoeve van vrouwelijk jongvee boven een jaar wordt de halve norm toegewezen. Bovendien is bepaald, dat die consumptiemelk- bedrijven, welke in 19381939 een gemiddelde win- terproductie van 9 L. per koe per dag hebben be haald, een extra-rundveevoedertoewijzing zullen ontvangen, groot 20 KG per melk- of kalfkoe en per stuk hoogdrachtig jongvee. De kleine bedrijven, dit zijn bedrijven met min der dan drie stuks melk- en/of kalfkoeien, terwijl de oppervlakte niet grooter is dan 5 HA, ontvangen een extra-toewijzing van 30 KG per melk- en/of kalfkoe en per stuk hoogdrachtig jongvee. Bovengenoemde toeslagen worden niet gegeven ten behoeve van jong vee en stieren. Van de toegewezen hoeveelheid rundveevoeder per bedrijf wordt de veehouder in kennis gesteld door middel van een briefkaart. Indien hij deze briefkaart voor 27 October 1940 ontvangen heeft, kan hij op de registratiekaart kenbaar maken, hoe veel rundveevoeder hij wenscht af te nemen in de eerstvolgende distributieperiode, met dien ver stande echter, dat hij nooit meer dan 1/4 gedeelte van de hem toegewezen hoeveelheid rundveevoeder per periode kan afnemen. Indien hij deze brief kaart na 27 October heeft ontvangen, kan hij zich wenden tot den plaatselijken bureauhouder, onder wiens ambtsgebied hij ressorteert, ten einde ken baar te maken, welke hoeveelheid rundveevoeder hij in de eerstvolgende distributieperiode wenscht af te nemen. Door het rundveevoeder op deze manier toe te wijzen is de veehouder in de gelegenheid, al naar de behoefte is, in de eene periode meer en in de andere minder rundveevoeder te betrekken. Daar de totale hoeveelheid beperkt is, zal de veehouder het voor hem -beschikbare rundvee voeder zoo economisch mogelijk over de geheele winterperiode moeten verdeelen en in die perioden, dat het rundvee met ruwvoeder gevoederd kan worden, zooveel mogelijk krachtvoeder moeten sparen. Door het indeelen in verschillende klassen heeft men beoogd de bedrijven met een dichte bezetting, bedrijven dus, welke gemiddeld minder ruwvoeder kunnen winnen, maar krachtvoeder te verstrekken! Gezien het vorenstaande en gezien het feit, dat. behoudens zeer bijzondere omstandigheden, in geen geval meer krachtvoeder kan worden toegewezen dan de hoeveelheid, welke door den provincialen voedselcommsisaris aan de veehouders wordt toe gedeeld, wordt er nogmaals op gewezen, dat de uiterste zuinigheid dient te worden betracht, daar, ook indien er door een strengen winter een tekort aan ruwvoeder zou ontstaan, in het voorjaar in geen geval een extra hoeveelheid rundveevoeder zal kunnen worden verstrekt. (A.N.P.) P. H. SCHRÖDER. Sleutel weg? Tel. 11493 DeSleutelspecialist. L.Veerstr. 10 door P. v. d. HEM. nieuwe serie No. 137 Losse tand 0PRD0PP.-GR0ENTE -VLEESCH EEN REEKS VflN SCHOTELS. OVERTREFT I OLIES! GEEN FOOIEN. BEDIENING 10% (Adv. Ingez. Med.) Bel op 14609 RADIO-MOORS N.V. KRUISSTRAAT 38 VAN OUDS BEKEND (Adv. Ingez. Med.) voorloopig de aandacht gevestigd om er binnenkort op terug te komen. A. M. de Jong schreef een Brabantschen roman „De vreemde Broeders", bij Querldo verschenen. „Menschen tusschen wad en wouden" is. docht mij, een debuut van R. Brolsma (250 pag. Leopold, Den Haag), terwijl de Amsterdamsche Uitg. mij H. J. Spruyt ons een Leven van Milton zond, waarvan Mr. Dr. M. Visser de auteur is. J. H. DE BOIS het Fransche spoorwegnet hebben Duitsche beambten de bediening der seinhuizen overgenomen (Foto Weltbiid) Het distributiekantoor in Haarlem-Noord. Ben lezer in Haarlem-Noord beklaagt zich, dat hij, om zijn bescheiden in ontvangst te nemen bij het Distributiekantoor een wandeling van drie kwartier moet maken van zijn woning in de Gijsbrecht van Aemstelstraat naar het ge bouw van den Ned. Protestantenbond en dan de kans loopt, daar nog geruimen tijd te moe ten wachten. Hij bepleit daarom de vestigiing van een bijkantoor van den Plaatselijken Dis- tributiedienst in de omgeving van de Jan G-ij- zenkade. Wij hebben de klacht van den heer B. ter- ken nis van het hoofd van den Distributiedienst ge bracht. Het gemis van een lokaal in de buurt van de Jan Gijzenkade wordt inderdaad gevoeld, doch tot dusver is men er niet in geslaagd, een passend: gebouw te vinden. Intusschen'heeft deze kwestie de voortdurende aandacht van de leiding van het bedrijf. De kaasdistributie. Van bevoegde zijde wordt de aandacht erop gevestigd, dat bon „39" van het algemeen distri butiebonboekje is aangewezen voor het verkrij gen van 100 gram kaas gedurende het tijdvak van Maandag 28 October tot en met Zondag 10 November a.s.. maar dat voor het tijdvak van 4 tot en met 17 November a.s. wederom een bon zal worden aangewezen ter verkrijging van 100 gram kaas. Het ligt n.l. in het voornemen iedere week voor kaas een bon aan te wijzen, welke bon dan twee weken geldig blijft, evenals dit het geval is met bonnen voor vleesch. Dit beteekent dus. dat het rantsoen kaas 100 gram per persoon per week bedraagt. Voorts wordt erop gewezen, dat bon „39" ge durende de tweede week van den geldigheidsduur, dus van 4 tot en met 10 November as niet ge bruikt mag worden ter verkrijging van kaas in hotels, restaurants en dergelijke. 2. Zet het voor de variatie voort met een vinger. 6. Schuift tand heen en weer om het ef fect ook te zien. 3. Gaat naar boven om in den spiegel naar zijn tand te kijken. 7. Zoekt zuster op en demonstreert tand zonder veel succes. 8. Blijft lezen en tandschuiven voor de rest van den dag. NASSAU-BAN H N V~ ZIJLSTRAAT 61 (Loketten van f 5.- per jaar af) (Adv. Ingez. Med.) De rundveevoedertoewijzing. Bedrijven in drie klassen verdeeld. Het rijksbureau voor de voedselvoorziening in oorlogstijd maakt ten vervolge op het persbericht en de publicatie betreffende de rundveevoedertoe wijzing voor de periode van 11 November 1940 26 Mei 1941, het volgende bekend: De bedrijven, welke in klasse 1 vallen, krijgen 110 KG mengvoeder toegewezen voor bovenge noemde periode; voor bedrijven, welke kl. 2 vallen, wordt in voornoemde periode 140 KG mengvoeder toegewezen, terwijl de bedrijven, welke in klasse 3 vallen, 165 KG mengvoeder krijgen toegewezen. Bij de classificatie is uitgegaan van het aantal stuks vee, aanwezig per 21 Januari 1940. Ook de toewijzing van het rundveevoeder zal geschieden op de basis van het aantal stuks vee, op dien da tum bij de veehouders voorradig. Nick Carter. Ik zie een klein jongetje eenigszins schichtig door een achterstraatje van mijn geboortestad loo- pen en nadat hij voorzichtig eerst naar links en daarna naar rechts gekeken heeft, een winkeltje binnensluipen. Op het raam staat geschilderd: Tweedehandsoh Boekhandel en Antiquariaat en voor het venster liggen stapels onooglijke, uit de band hangende boekjes en tijdschriften. Het jon getje zie ik nu duidelijker. Hij draagt mijn petje, mijn jasje en mijn gezicht. Uit de diepte van zijn binnenzak haalt hij een pakje beduimeld drukwerk te voorschijn en overhandigt dat aan een knorrige, piefeharige vrouw. Dan duikt hij in een gansche berg van 32 bladzijden tellende geschriftjes. Ja, ze moeten 32 bladzijden tellen, maar hier en daar ont breken er wel een paar. Die worden terzijde gelegd, want een verhaal waaraan het slot, het adem beklemmende slot ontbreekt is slechts een mond- terging. Complete verhalen wil het jongetje lezen, complete wonderdaden van Buffalo Bill, den held van het Wilde Westen, afgeronde heldhaftigheden van Nick Carter, den grooten detective, volledige sluwe streken van Raffles, den grooten Onbeken de. Elke week komt hij een stapeltje prikkellectuur terugbrengen en ruilt het a raison van drie koperen centen per exemplaar in tegen nieuwe sensaties die thuis haastig, gretig en angstig worden verslon den. Tientallen, misschien wel honderdtallen heeft hij er gelezen, maar de keus blijft altijd groot ge noeg. Zijn weekgeld rinkelt in de hand der eigena res van het „antiquariaat" en met een dikke bobbel order zijn jasje schuift het jongetje naar buiten. Wat heeft hij bij zich? „Aan de Martelpaal der Dakota's", „De geheimzinnige Professor", „Het Rood Spook", „De Mysterieuze Erfenis", „Het ge heim van de Zwarte Hand" en nog meer fraais dat heerlijke huiveringen belooft, in verstolen hoekjes genoten. Toen Sherlock Holmes nog niet was geboren, de wereld nog niet droomde van Arsène Lupin of Father Brown en eigenlijk de geheele detective literatuur nog in de windselen lag, werd Nick Car tel- aan een leesgraag publiek voorgezet. John Rus sell Coryell, oud-consul in het Verre Oosten en daarna journalist, begon in den jare 1884 in The New York Weekly de serie verhalen die nog steeds geen einde gevonden heeft: de verhalen van Nick Carter. Het succes was overweldigend. Zooals de Engelsche lezers vijftig jaar vroeger den postbode tegemoet liepen, die hun het vervolg van Dickens' Pickwick Papers kwam brengen, zoo verdrong zich nu het Amerikaansche publiek voor het bureau van de New York Weekly om maar zoo spoedig moge lijk te kunnen smullen van den nieuwsten Nick Carter. De handige uitgever publiceerde nu de reeds verschenen avonturen ads „dime-novels", kwartjesromans van twee vel druks met een aan trekkelijke plaat aan de buitenzijde en op aller gemeenst papier. In die gedaante zijn ze uitgeflad- derd over de United States en over de wereld. Toen na eenige jaren John Russell Coryell er genoeg van kreeg, of uitgeput raakte of stierf of zijn schaapjes op het droge had, verving een zekere Thomas C. Harbangh hem, die op zijn beurt werd opgevolgd door Frederick van Rensselaer Day. Deze laatste is in 1922 aan de gevolgen overleden, maar Nick Carter leeft nog steeds. Hij leeft in de volle glorie van zijn flambard, zijn onderkaak en zijn upper cut. Tienduizenden malen heeft hij zich door gewe- tenlooze professoren laten gevangen nemen om als object te dienen voor hun verfoeilijke proefnemin gen en evenzoovele keeren heeft hij, zonder ook maar eens met de oogen te knipperen, den Dood in het aangezicht gekeken. Deze voor het grootste gedeelte waanzinnige hoogleeraren waren hyp notiseurs subsidiair alchemisten subsidiair dooden- de-straal-uitvinders, maar Nick Carter heeft een stokje gestoken voor hun afschuwelijk bedrijf. Zon der een moment te aarzelen heeft hij de daken hunner geheimzinnige laboratoria beklommen en de wilde jacht van den eenen wolkenkrabber op den andere is steeds geëindigd op pagina 32 met een misstap van den bloeddorstigen geleer de. Zijn laatste. „Met een woesten schreeuw wierp de professor, wiens met bloed beloopen oogen uit hunne kassen puilden, zich op den detective. Han dig ontweek deze den aanval. Hij zag het baardige gelaat met de door waanzin vertrokken trekken vlak voor zich. De professor deed nog eenige schre den, wankelde en stortte toen met een gil, die niets menschelijks meer had, van het dak naar beneden." Nick Carter stoft zijn broek af, zet zijn flambard op en gaat kalm naar huis. In New Yoi-k wonen vele Chineezen. Omdat zij Chineezen zijn munten zij uit door arglist, leven zij uitsluitend in opiumkitten en dragen zij manda- rijnencostuums. Doordat zij beschikken over vele motorbootjes kunnen zij een onnoemlijk aantal beeldschoone dochters van bankiers ontvoeren en zij zouden uit deze jongedames aardige slaatjes slaan, als Nick Carter niet op zijn post was en der boosheid paal en perk stelde. Hij immers is de eenige blanke, die in de duistere Chineezenwijk even thuis is als in zijn eigen kamer en bovendien heeft hij er steeds bijtijds voor gezorgd, een ouden Zoon van het Gele Ras in zijn buurt te hebben, die hem bij springt als de gestaarte sohurken hem door een valluik in de Hudson laten verdwijnen. Want Chi neezen zijn ondanks hun scheeve oogen en hun sluipenden gang ontzettend dankbaar voor bewezen diensten en vergeten die nooit. Zelfs voor dat het woord „gangster" bestond, wemelden New York en Chicago al van bloed dorstige benden, levend in krochten en kelders en onmiddellijk herkenbaar aan hun zwarte snor en hun geruite pantalon. Deze lieden legden zich in het bijzonder toe op het doodmartelen van standvas tige oude millionnairs, die hardnekkig weigerden het woord te noemen waarmee het letterslot van hun uitpuilende brandkasten kon worden geopend. Door de bank waren het magere grijsaards in jacquet en hun standvastigheid ontleenden zij aan de wetenschap, dat hun verdwijning niet onopge merkt zou zijn gebleven en dat de familie er Nick 1. Ontdekt dat hij een losse tand heeft en schuift hem heen en weer met zijn tong. 5. Haalt moeders handspiegel en slaagt nu beter. 4. Slaagt er niet in, er een goeden kijk op te krijgen. lederen morgen trekken de garnalenvisschers, weer of geen weer, er op uit, om op zee, dicht onder de kust, ter vangst te gaan. De schuiten dobberen in de deining. (Foto Schimmelpenning!!.) De lezer begrijpt na het voorafgaande gemakke lijk dat voor een gewiekste romancière als mevrouw Van Ammers hqt leven dezer ietwat wilde dame gesneden koek bevat, die ze dan ook meesterlijk ge bruikt om er haar historisch verhaal mede te vul len. De schrijfster weet er den gang in te houden en boeit, de vele hoofdstukken door. haar lezers door haar vlotten verteltrant, waardoor die. als bij een film, de meest bewogen tafereelen uit een. al lerlei vreemde mogelijkheden hiedende neriode uit de historie voor oogen gerold krijgen. Elzelina zal gelezen, vertaald en herdrukt worden en men zal dat der knappe schrijfster gaarne gunnen, wier veelzij dige talenten ook in dit nieuwe boek ten volle ont plooid worden. Pietro di Donato. Mensen en Mortel. Vert. uit het Amerikaansch door Al- bert Helman. Amsterdam A.R.B.O. Jo van Ammers Küller. „Elzelina". A'dam, J. M. Meulenhoff. Men kan zonder eenige overdrijving van dezen nieuwen roman van mevr Van Ammers zeggen dat het een boek van formaat is. (550 pagina's!). De schrijfster heeft gedurende hare studies voor haar romans uit den patriottentijd een ontdekking ge daan, die zij begrijpelijkerwijs niet ongebruikt zou laten. Had zij reeds in een vorig werk de gelegen heid gehad, door een knappe jonge Hollandsche vrouw een rol te doen vervullen in het Parijs der Sans-culotten, hoe verrassend moest het dan niet zijn nog een tweede exemplaat. van Bataafsche af komst in de Parijsche archieven te ontdekken, wier buitengewone zucht naar avontuur en gemakkelijk heid van levensopvatting voorbestemd schenen, haar in de los geslagen wereld der revolutie naar een plaats terug te dringen waar de dochter van een Limburgschen dominé in. rustiger tijden niet zou zijn terecht gekomen. Inderdaad is Ida Saint Elme, de schrijfster van Mémoires, die voor velen' com- promitteerende zaken bevatten, een Hollandsch- Limburgsche van oorsprong, wier moeder Alida de Jogh heette, terwijl de naam van den predikant- vader hier verzwegen mag blijven, om zijn nog levende nakomelingschap niet onaangenaam te zijn. Het leven van Elzelina is uiterst romantisch, doch op zichzelf weinig belangrijk. Zeer jong nog mei een Amsterdamschen koopman gehuwd, loopt zij spoedig met generaal Moreau weg en wordt zijn maitresse met trouwbelofte. Die de overigens nog niet zoo kwade generaal niet behoeft in te lossen: voor het zoover komt maakt Elzelina promotie en wordt de geliefde van maarschalk Ney. Daarmee be reikt haar carrière een hoogtepunt. Wel faalt haar poging ook als tooneelspeelster te schitteren: haar debuut onder leiding van den grooten acteur Tal- ma is een volslagen mislukking, doch haar schoon heid en haar positie in de Parijsche mondaine we reld maken haar tot een beroemdheid in het leven der wereldstad. Na de terechtstelling van Ney verdwijnt Elzelina van het tooneel. Jarenlang want zij zal bijnaj zeventig jaar oud wbrden. Tegen het einde van haar leven woont zij in Londen. Zij heeft haar memoires uit haar gulden tijdvak geschreven, Talleyrand be schuldigd en uit de school geklapt. Als oude vrouw wordt zij instrument der partijen en uitgevers ver dienen aan haar kopij. En als verlaten troetelkind der uitzinnigste vrouwenvereering zal de zeventig jarige, die misschien alleen voor Ney iets gevoeld heeft dat men liefde kan noemen, kort na haar Mé moires uitgegeven te hebben, in een Brusselsch klooster sterven. Zoo helpt de stad het land en omgekeerd Onder de buitenlandsche werkkrachten, die in de Vereenigde Staten arbeid vinden, vormen de Ita- liaansche bouwvakarbeiders een kolonie op zich zelf. Onderling door hun afkomst verbonden, ne men zij in eikaars leed en vreugde deel. trouw en aanhankelijk. Zii worden voor het meerendeel niet als Amerikaansche staatsburgers beschouwd en vooral in dagen van tegenspoed merken zij dat aan den lijve. De Italiaansche auteur heeft in „Mensen en Mortel" in felle kleuren en in niet immer ge- kuischte beeldspraak leven en zwarigheden dier werkers geschilderd. Ondanks de soms wel wat ge zwollen taal van hun Amerikaansch schrijvenden landgenoot (in het origineel heet het boek „Christ in concrete") laat de lezing een schrijnenden indruk achter van de levensomstandigheden, waarin deze menschen aan den arbeid gezet en daarna aan hun lot overgelaten worden. Di Donato verheerlijkt in dichterlijke opwinding het ambacht der metselaars en beschrijft met warmte de saamhoorigheid zijner vrienden bij rampen als die waarmee het verhaal aanvangt: als een braaf en geestig huisvader en voorman van zijn ploeg bii het instorten van een muur bedolven wordt en den dood vindt. Een onge luk dat slechts te wijten is aan de onvoldoende voor zorgen. door de aannemers genomen tegen de ge varen die op een groot karwei het leven der arbei ders bedreigen. Een zekere mate van eenzijdigheid in de visie van den schrijver op het leven in zijn sociale geledingen verhindert niet dat „Mensen en Mortel" een kleurrijk, bovenal levend boek is, dat door Albert Helman met kennelijke sympathie ver taald is. Op enkele oorspronkelijke Hollandsche werken zij

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 5