De vreemde Erfenis KORT EN BONDIG. AB'S AVONTUREN Uit de Pers. DTNSDAG 29 OCTOBER 1940 De IJselmeervisschers hebben in deze dagen een goed loonend bedrijf, daar bij den huidigen geringen vischaanvoer voor de aal- en snoekbaarsvangst goede prijzen worden betaald. Een kijkje in de haven van Lemmer, waar thans groote drukte heerscht. (Foto Pax Holland.) Steun aan slachtoffers van den strijd in Mei. En aan de door hen nagelaten betrekkingen. Aangezien de mogelijkheid bestaat, dat de van rijkswege verstrekte uitkeering aan verminkten en nagelaten betrekkingen van gesneuvelden in den strijd van Mei 1940 niet voor alle betrokkenen, in verband met hun verschillende levensomstandig heden, toereikend zijn, heeft het Fonds voor oud- militairen. opgericht te Amsterdam op 9 November 1815, daarin bijgestaan door vrijwel alle organi saties van en voor militairen en oud-militairen van land- en zeemacht, zich tot taak gesteld daaraan zooveel mogelijk tegemoet te komen door het ver- leenen van moreelen en materieelen steun, welke bijv. kan bestaan uit het geven van hulp bij het zoeken van betrekkingen, het betalen van oplei- dingskosten voor eenig beroep, het geven van een renteloos voorschot tot het beginnen of voortzetten van eenige nering of beroep, het geven van perio dieken geldelijken steun enz. Bijstand of raad zal ook verstrekt worden aan die verminkten of nagelaten betrekkingen, die niet uit sluitend of hoofdzakelijk geldelijke ondersteuning behoeven, doch die door omstandigheden in moei lijkheden verkeeren van bijzonderen aard op voeding der kinderen, huur- en verzekerings kwesties enz. Zij, die woonachtig zijn in de gemeente Haar lemmermeer kunnen voor eventueele steunverlee- ning bij de districtscommissie Amsterdam van het fonds voor oud-militairen. Enge Lombardsteeg 4, aanvraagformuliren, zoowel schriftelijk als in per soon. halen of doen halen. Het ingevulde formulier moet aan hetzelfde adres worden teruggezonden, liefst voor 15 November 1940. FAILLISSEMENTEN. (Opgegeven door afd. Handelsformaties v. d. Graaf en Co. N.V. Amsterdam). Uitgesproken: 23 Oct.: Antonius Jetten, molenaar te Uden, Moleneind B 39. R.-C.: Mr. J. M. Hui- zinga, Cr.: Mr. F. Baron van Hugenpoth te Den Bosch. 23 Oct.: Jacobus Faassen, adj. commies der Reg. en Domeinen te Eindhoven, Bilderdijklaan 6. R.-C.: als voren, Cur.: Mr. L. Peeters, te Eindhoven. 23 Oct.: M. J. C. Johanns, fabrikant en koopman te Rotterdam, Claes de Vrieselaan 100. (Na afge wezen surséance). R.-C.: Mr. J. Overwater, Cur.: Mr. A. Wolfsbergen te Rotterdam. 24 Oct.: A. H. van Rijsirgen, timmerman te Am sterdam, van Speykstraat 119. R.-C.: Mr. C. J. Heemskerk, Cur.: Mr. W. M. Pronk, Heerengracht 498 te Amsterdam. 24 Oct.: P. Zechner, schilder te Amsterdam, Hoogte Kadijk 151 huis. R.-C.: Mr. B. ce Gaay Fortman, Cur.: Mr. J. Th. Stakenburg, Minerva- plein 3 te Amsterdam. 24 Oct: Hendrik Willem de Vries, stoffeerder, te Amsterdam, Witte de Withstraat 160-III. R.-C.: Mr. J. E. Hoekstra, 'Cur.: Mr. H. J. Boelen, Keizers gracht 678. Amsterdam. 24 Oct: Mej. M. C. Wouters, te Amsterdam, Jo- hannapark 6-II. R.-C.: Mr. W. M. A. Weitjens, Cur.: Mr. F. Ph. Küthe, Heerengracht 357 te Amsterdam. Vernietigd op grond van verzet: 23 Oct.: H. Roxs-van Dijk te Eindhoven. Opgeheven wegens gebrek *aan actief: 23 Oct: P. .H. Colmbijn te Utrecht. 23 Oct.: de Coöp, Ver. Verzekeringsbank de Unie te Utrecht. 23 Oct.: M. Bijnen te Eindhoven. 23 Oct.: Cor van Veghel te Uden. 23 Oct. J. M. Bodaan te Amsterdam. 23 Oct.: H. R. Bosman (Lubema) te Amsterdam. Gedeponeerde uitdeelingslijsten: 14 Oct.: de Coöp. Ver. R.-K. Land- en Tuinbouw- ver. „De Eendracht" te Rijswijk. Geëindigd door het verbindend worden der uid. lijst. Uitk. 3.91317 pet. conc. 14 Oct.: J. P. Zonneveld te Den Haag, Idem. Uitk. 1.14 pet. core. 15 OctJ. van der Hoeven G.Lzn. te Wassenaar. Idem. Uitk. 100 pet. conc. 15 Oct.: J. W. Cornegoor te Den Haag. Idem. Uitk. 3.937 pet. conc. 19 Oct.: P. de Reus, hand. o. fa. Poot te Delft. Idem. Uitk. nihil conc. 23 Oct.: N.V. Melkinr. „Rhijnland" te Den Haag. Idem. Uitk. 20.163 pet. conc. 14 Oct.: Maarten Bakker, te Grootebroek. Ge ëindigd door het verbindend worden der eenige Uitd. lijst. Uitk. 3.78 pet. 18 Oct. C. van der Heiden te Nieuwpoort. Idem. 18 Oct.: P. Zanen, te Alblasserdam. Idem. 19 Oct.: H. Groeneveld te Utrecht. Idem. Uitk. 2.692 pet. 21 Oct. A. Berbers te Veldhoven. Idem, Uitk. nihil. 21 Oct.: W. C. de Rooy te Tilburg. Idem. Uitk. nihil aan conc. en pref, cred. 23 Oct.: A, J, van Eyk te Zwolle. Idem. Uitk. nihil. Steun aan getroffen middenstanders. Het Centraal Comité Middenstandsoffer 1940, gevormd uit de drie Nederlandsche Middenstands bonden, heeft onlangs besloten een aanvang te maken met het uitkeeren van geldelijke tegemoet komingen aan de middenstanders, die in hun zaken direct getroffen zijn door oorlogsgeweld. Aanvragen om voor een uitkeering vanwege dit comité in aanmerking te komen moeten ten spoe digste worden ingediend. Roman van HERBERT STEINMANN. Bewerkt door LIZZY VEEN. (Nadruk verboden). 0) Op dezen avond is de wagen onder toezicht van den zoogenaamden bedrijfsraad door een notaris uit Denver geopend. Hans Wenger bladert in de acten en papieren, die hij overvloedig op de schrijftafel en in de kast vindt. Zelfs het smalle rustbed is bedekt met bundels papieren. Daartusschen liggen dozijnen foto's van arties ten en allerlei buitengewone dingen, zweepen, oli- fantshaken. een geheele verzameling wapens. Terwijl Hans in de papieren bladert, ziet hij tel kens in gedachten de gebeurtenissen van dezen avond. De officieele voorstelling van het perso neel. De parade der paarden. De rondgang door de stallen, dan de voorstelling. Hij met zijn vader en Gertrude in een loge. Beneden Dorothy Keeler mooier en koeler dan ooit op een prachtig paard. Juanlta's stralende oogen. die nog stralender worden als Higgens, na afloop, haar met een bos rozen geluk komt wenschen. Klop, klop! Hans vliegt op. Achter hem is de deur openge gaan. Een man staat op den drempel, seconden- lang onbewegelijk. Dan komt hij in de lichtkring. Het Is Higgens. Zijn donkere regenjas is nat. Hoe onvoorzichtig van u»om de deur niet te grendelen, mr. Wenger. zegt hij met kalme stem. Er moet werkelijk op u gelet worden. Hans kijkt den Amerikaan met een klein lachje aan. Ik ben niet gewend in avontuurlijke om standigheden te leven. Zegt u liever in gevaarlijke omstandigheden. Higgens kijkt rond. Ziet u. zoo hebben wij indertijd ook gezocht, in Frisco zelfs, met de beambten, maar alles te Op 65-jarigen leeftijd is Maandag te 's-Graven- hage overleden de heer B. J. van Stapele, oud pen ningmeester van den Centr. Ned. Ambtenaarsbond, aldus meldt Het Volk. Maandag is aan de Waalkade te Nijmegen bij het rijksveer een man van middelbaren leeftijd te water geraakt en jammerlijk verdronken. In de duisternis kon men moeilijk reddingspogingen doen. Bij een loonconfectiewerker in de Leliestraat te Amsterdam hebben dieven een mantel en coupons van stoffen, voldoende voor de vervaar diging van 7 mantels, gestolen. De Amsterdamsche politie heeft Maandag drie personen aangehouden, verdacht van rijwiel diefstal. Te Wemeldinge is bij een brand in het pak huis van den heer Ar. 90.900 K.G. hooi en stroo verloren gegaan. In een aangrenzend pakhuis wer den levensmiddelen ter waarde van f 1500 een prooi der vlammen. VOOR DE KINDEREN Spoedig was deze noodvlag door de spleet gestoken en wapperde het witte doek in het volle licht van de hel witte lichtbundels. Zouden zij de vlag zien? Zouden zij ons kunnen redden? En zouden onze bewakers dit alles niet merken? Allemaal vragen die Ab en Dib elkaar angstig afvroegen. vergeefs. Wie zou ook uit zooveel papieren en acten wijs kunnen worden. Gezocht? vroeg Hans, die het niet begreep. Ja, naar de plek, waar uw oom Rolf zijn geld heeft gedeponeerd. Maar wij hebben het niet gevonden. Het bestaat waarschijnlijk niet, dit fantastische half millioen. Hans knikt bevestigend. Ik geloof er ook niet meer aan. Oom wilde ons bepaald voor den gek houden met dezen rijkdom. Dat zegt vader ook. Maar daar gaat het tenslotte niet om. Het gaat om iets hoogers, om het levenswerk van mijn oom. De Amerikaan lacht spottend. U bent een groot idealist, mr. Wenger, maar toch zou men in uw belang wenschen, dat het geld bestond. Dit zaakje hier. ziet dat er uit als van een man. die een half millioen nalaat, ik zeg neen. Mismoedig schuiven de vingers van den Ame rikaan de papieren ter zijde en plotseling ziet men op een der papieren staan „constructies". Hans wordt opmerkzaam, hij trekt de map naar zich toe en slaat haar open. Hij ziet een wirwar van lijnen, maatberekeningen, haastig neerge schreven opmerkingen, een op het eerste ge zicht onbegrijpelijk iets. Wat kan dit zijn, mr. Higgens? Deze trekt een verdrietig gezicht. Dat weet ik niet, zegt hij. Wij hebben het ook bestudeerd, maar konden er geen wijs uit worden. Het moet een constructie zijn. Uw oom ontwierp vaak zoo iets. Dat was een liefhebberij van hem, waar schijnlijk kwam zijn ingenieursinstinct dan boven. Hij was in vele opzichten een groote fantast, als zoo menig prachtmensch is. Hans Wenger knikte peinzend. Higgens legt de hand op zijn schouder. Begin nu niet te piekeren, Mr. Wenger. Dat bekomt iemand nooit goed Ik was juist onderweg voor een controle door het circus, toen ik hier licht zag. Hij lacht zwakjes. Eigenlijk is het uw plicht om dit nu te doen. Hans begrijpt het verwijt van den ouderen man. U hebt gelijk, ik sluit mij bij u aan. Hij schuift de papieren bij elkaar en legt er een zeldzamen steen op, die hem juist in de hand valt. hij legt hem zorgvuldig op de constructiemap en Politieke incidenten in Den Haag. Het A.N.P. meldt: Gedurende het afgeloopen weekeinde hebben zien te 's Gravenhage politieke incidenten voorgedaan. De autoriteiten zijn hierom trent ingelicht. Zij verzamelen thans nadere ge gevens, waaruit de noodige conclusies zullen wor den getrokken. AUTO OP ONBEWAAKTEN OVERWEG VERNIELD. Op den overweg in de spoorlijn Boxtel-Eind- hoven onder Liempde is Zaterdagavond een ernstig ongeval gebeurd, waarbij de heer D. L. W. baron van Hardenbroek van de Kleine Lindt, directeur van de N.V. Houthandel Hardenbroek en Langen- huysen te Nuenen, het leven verloren heeft. Per auto terugkeerend van een drijfjacht op het landgoed Velderen, kwam hij bij het passeeren van den onbewaakten overweg in botsing met een paaL Hierdoor sprong de wagen op de spoorbaan terug en bleef daar staan, juist op het oogenblik. dat een trein uit Eindhoven aankwam. De trein greep den auto en vernielde dezen volkomen. De heer Van Hardenbroek, die aan het stuur zat, was op slag dood. Aan boord van het schip stond een breedgeschouderde man in kapiteins uniform, door een kijker te staren. Hij volgde hiermede het schelle licht op den steilen bergketen. Het zoek licht draaide heen en weer, hield hier en daar soms even stil en schokte dan weer verder. Aan boord was alles muisstil. Geen mensch sprak. Toch waren alle manschappen aan dek en het machinepersoneel was in de stookplaats op zijn post. Plotseling uitte kapitein Flink want deze was het een zachten kreetzijn hand ging omhoog Het zoeklicht bleef nu strak en star'op dezelfde plaats schij nen. trekt dan zijn jas aan. Zij gaan, de sleutel knarst in het slot. Het duurt wel een uur eer de rondgang be ëindigd is. Higgens brengt den jongeman naar den woonwagen terug. Het heeft opgehouden te regenen. Higgens' humeur is veel beter geworden, hij fluit een vroolijk wijsje. Als hij afscheid heeft genomen en zijn gestalte uit het gezicht is ver dwenen, blijft Hans plotseling staan, zijn hand glijdt van de klink, die hij reeds omvat houdt. Dat hij daar nu pas aan denkt. Hij heeft het licht in den werkwagen laten branden. Snel springt hij van de trapjes en gaat naar den werkwagen. Maar opeens blijft hij staan. De ramen van den wagen zijn donker. Doch een vergissing is uitge sloten, dat weet hij stellig. Hij had het licht niet uitgedraaid en Higgins deed het ook niet. En nu is het donker. Wie heeft het licht uitgedraaid? De deur van den wagen was immers gesloten? Zoekend kijkt hij rond. Niets is te zien en toch komt het hem voor alsof iets in de omgeving is veranderd. Hij kijkt naar de schrijftafel. Daar ligt nog de map met het opschrift „Constructie", maar de vierkante steen, dien hij, zooals hij zich heel goed herinnert, precies op het opschrift heeft gelegd, ligt nu nauwelijks nog op den rand van de map. Ook onder de papieren had men ge zocht, een stapel mappen schijnt verschoven te zün. t Opeens overvalt Hans weer het gevoel van on zekerheid en geheimzinnigheden, die over het circus „Excelsior" rusten. Nogeens glijdt zijn blik over de schrijftafel. Daar in een open vak sche mert iets, onwillekeurig haalt hij het te voor schijn, het is een legerrevolver. Hij trekt nog een tasch mede en zes gevulde patronen. In gedachten verzonken ontlaadt hij het wapen, spant de haan en probeert. Hij ziet de letters op de kolf „R.W.". Rolf Wenger dus. Men kan zien, dat hij het wapen verzorgd heeft tot zijn dood toe, daarna schijnt het echter niet meer geolied te zijn. Hans probeert nog eens. Een beetje zwaar gaat het wel. maar het is een goed wapen. Morgen zal hij het uit elkaar nemen en smeren. Hij laadt het wapen en gordt het om, maar tegelijk bemerkt hij. dat hij dit onwille keurig doet. Was hij bang? Hij drukt de lippen De Zilvervlootverloting. Het zeiljacht viel op nr. 1902. Maandagmiddag rn het gebouw van den Haarlem- schen Kegelbond. Een aantal belangstellenden heeft in de groote zaal plaats genomen, ten einde te vernemen, of misschien juist op hun lot i»n de verloting ten bate van „Brederodeduin" de eerste, de tweede, de derde of anders een van de andere 397 prijzen zal vallen. Er komen telkens nog meer merschen binnen. De stemming is rustig. Wij heb ben ons laten vertellen, dat er anders wel meer beweging en deining in de zaal is bij deze gelegen heid. Dan gaat er een optocht met muziek vooraf en er zit ook meer spanning in den verkoop van de laatste loten. Maar ja: de tijd is nu eenmaal anders! Het valt toch nog mee. De ijverige administrateur van de Haarlemsche Vereeniging tot Bestrijding der Tuberculose, de heer G. van Waard, vertelt ons. dat er van de 10.000 loten 200 over zijn. Het had erger gekund! Op het podium is alle keurig in orde: hetzelfde aspect van andere trekkingen: een groote bus voor de lotennummers, en kleinere bus voor de prijzen- nummers, bij elke bus een dame: mevrouw Pfaff- Reudler bij de lotenbus, mevrouw Strick van Lin- schoten bij de prijze"bus. En daartusschen in zit notaris J. Wildschut, die de nummers zal oplezen. Notaris Wildschut spreekt een kort woord ter inleiding. Hij zegt dat alles wat anders gaat dan anders: geen muziek, geen toespraken dezen keer Ik heb geen opdracht van het bestuur, zegt de no taris, maar derk toch wel namens het bestuur te spreken als ik hier hartelijk dank betuig aan allen die tot het welslagen van deze loterij hebben me degewerkt. Dan begint het oplezen van de nummers en de prijzen door den notaris, die de lotennummers van mevr. Pfaff en de prijzennummers van mevr. Strick van Linschoten krijgt. Al spoedig komt een der drie hoofdprijzen er uit: een zilveren cassette. Het is de 3e prijs; hij is gevallen op nr. 6023. Dan volgen verschillende zilveren servetringen, couverts en dan, eindelijk, de tweede hoofdprijs: een zilveren theeservies, (nr. 3119). „Als er nu maar thee is!" zegt notaris Wildschut en gaat weer ver der. Tusschen twee haakjes: deze gelukkige win naar was ook niet onder de aanwezigen. We hooren weer van zilveren horloges en couverts en servetringen en vele andere zilveren dingen en dan plotseling: „1902!" zegt de notaris. En als hij het correspondeerende prijsnummer leest, roep hij: „Daar is nr. 1!" Het zeiljacht „Piet Hein" wordt eigendom van den gelukkigen be zitter van het lot 1902. „Bravo, bravo, bravo!" buldert een forsche man nenstem achter in de zaal. Ha, denken we daar is de prijswinnaar. Maar het blijkt, dat het bravo geroep moet worden opgevat als een uiting van enthousiasme of van gebroken spanning. Ook de nieuwe jachteigenaar is er niet. Notaris Wildschut deelt mede, dat nu alle houders van nummers, die eindigen op 02, (zooals dat waarop het zeiljacht gevallen is) een extra premie krijgen: een zilveren theelepel. Het duurt nu niet lang meer. Weldra komt het laatste nummer uit de bus. „Brederodeduin" heeft weer een aardig steuntje in den rug gekregen! Een motorsloep maakte zich los van het groote schip en schoot met een zachtzoemend geronk over het water. Een felle lichtstraal schoot naar voren uit een electrische koplamp. In de boot zaten kapitein Flink, ge wapend met zijn kijker, mijnheer Speurneus, de stuurman en twee ma trozen. Niemand sprak een woord. Snel voer de spitse boot door den donkeren nacht. op elkaar. Ach wat, wie weet waar het goed voor is. In dezen strijd in het duister moet men op alles voorbereid zijn. Den anderen morgen vertelt Hans Higgens on der vier oogen van de nachtelijke ontdekking. De bankier is heelemaal niet zoo verrast. Ik dacht wel, dat er vannacht weer iets gaande was. Brouwers is er niet zoo gemakkelijk afgekomen als u. Men heeft hem, toen hij zijn wagen wilde binnengaan, eenvoudig neergesla gen. Is de kas beroofd? Neen, maar Brouwers heeft een leelijken klap gehad. Hij heeft den kerel, die hem neer sloeg, niet herkend. Eerlijk gezegd, de kwestie geeft mij zorg. mijnheer Wenger. Zulke dingen zijn tot nu toe nog niet gebeurd. Higgens schijnt erg ongerust. Hans fronst het voorhoofd. Alles is in het heldere zonlicht, dat over de circusstad ligt, minder griezelig. Wij moeten een goeden nachtdienst van ver trouwde menschen instellen, stelt hij voor. Higgens lacht. Een goede gedachte, mr. Wen ger, er is echter een fout bij. Wie is hier werke lijk vertrouwd? De komst van den ouden Wenger en Gertude maakt een einde aan het onderhoud. Karei Hen drik Wenger is in een goed humeur, hij glim lacht zijn zoon toe. Zeg Hans. het komt mij voor, dat ik nog een massa te leeren heb. Zooeven heeft Brouwers een kleine voordracht voor mij gehouden over wat men allemaal moet weten om te kunnen be oordeel en hoe de reisroute van een circus moet zijn. Reis- en bevrachtingskosten, ja. dat begrijp ik nog. Maar de dieren en de artiesten spelen ook een rol en daarbij komt dan nog de concurrentie en dan nog wat de burgemeester er mee te ma ken heeft. neen. het duizelt me. Dat geloof ik graag vader, het is nog niet zoo eenvoudig. Overigens. Brouwers is een flinke vent. alleen moest hij een bril nemen. Vannacht is hij met zijn hoofd tegen zijn eigen wagen geloopen. vertelde hii mij en hij ziet er ook naar uit. Hans knikt. Hij vindt het erg prettig, dat Brou wers zoo tactvol is geweest om niet dadelijk den ouden heer Wenger den schrik op het lijf te jagen NEDERLANDSCHE WINTERHULP Het Alg. Handelsblad schrijft: „Het initiatief van den rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied, met als gevolg de Stichting „Winterhulp Nederland", wier taak het zijn zal „om den in het bezette Nederlandsche ge bied levenden behoeftigen Nederlandschen staats burgers zonder aanzien des persoons hulp en onder steuning te verschaffen", zal grif worden begiepen en met erkentelijkheid worden begroet. Ons volk zal het zich tot een waarlijk Nederlandschen ge-, meenschapsplicht rekenen om op eigen kracht. uit| eigen middelen, zich het lot aan te trekken van landgenooten. die in hun strijd om het bestaan, on-i danks den inzet van hun zelfwerkzaamheid en on danks hetgeen de overheid met haar algemeenej maatregelen voor steun, schadevergoeding en sti- muleerende hulp kan verrichten, het hoofd niet bo-i ven water kunnen houden. De Nederlandsche gemeenschapsgedachte zal zich hier in een practische daad willen omzetten. Ge meenschapszin begint en eindigt niet met het beta len van belasting, al komt ook die aan het algemeen belang ten goede. Hij vraagt meer dan dat, iets spontaners en warmers dan het nakomen van wet telijke verplichtingen alleen. En meer dan ooit, nu! het lot ons, als volk, in een toestand heeft gebracht! waarin wij meer dan ooit zijn aangewezen op elkan ders wil om het Nederlandsche saamhoorigheids-! besef te handhaven, hetgeen beteekent dat wy ook onze landgenooten afzonderlijk waar noodig moeten helpen zichzelf te handhaven". DUURDER LEVEN Het Volk schrijft na een lange opsomming van goederen, waarvan de prijs aanzienlijk is gestegen: „Een van de gevolgen van de distributie is beper king van het verbruik, zoodat men in totaal minder voor deze goederen kan uitgeven. Drs. P. de Wolff heeft voor de Nederlandsche Stichting voor Statis tiek berekend (publicatie ia het laatste kwartaal overzicht van de Amsterdamsche Bank) dat de Ne derlander gemiddeld zijn verbruik van koffie en thee met 57 pCt. heeft moeten beperken, van brood, vleesch en vet met resp. 13l/2, 18 en 10 pCt. Het verbruik van zeep is met ongeveer 70 pCt. vermin derd. Ook voor schoeisel en textielwaren is de be perking aanzienlijk. Het is echter moeilijk hierover betrouwbare cijfers te berekenen, aldus de heer De Wolff. Dat mindere verbruik leidt tot geringere uitgaven, hoewel ook voor deze gedistribueerde goederen de prijzen zijn gestegen. De prijs van zachte zeep is in een jaar tijds van 8 a 9 cent per pond tot 15 cent opgeloopen. Zeeppoeder (er waren vele soorten) kostte in April j.l. gemiddeld 7V2 cent per pakje; men betaalt thans voor dezelfde hoeveelheid 12V2 cent. Kaas, vetgehalte 40-f, April 9 a 10 cent per ons, thans 13 cent. Rijst, eerste soort, van 16 cent per pond naar 2025 cent. De meer-gegoeden houden dan toch nog geld over en besteden dat aan niet-gedistribueerde artikelen". AUTARKIE De Standaard is van oordeel, dat autarkie zonder straffe economische leiding tot de volstrekte onmogelijkheden behoort. Tusschen autarkisch ideaal en gebonden of geleide economie bestaat een onverbrekelijk verband. „We hebben zoo het gevoel, dat velen dat ver band niet al te helder zien en zich zeker geen dui delijke voorstelling hebben gemaakt van wat dit zou beteekenen, indien gestreefd werd naar zelfvoorzie ning voor een gebied, dat meer dan een der tegen woordige Europeesche Staten omvat, b.v. West- Midden- en Z.O. Europa. Zulk een autarkie, d.w.z. een zelfvoorziening, die op omvatting van zulk een uitgebreid gebied gericht is, is bloot materieel ge zien dichter bij de mogelijkheid van vervulling, dan wanneer men zich beperkt tot de grenzen van één enkel land. Maar wat de leiding van het eco nomisch leven betreft, nemen de moeilijkheden toe met de vergrooting van het gebied, dat men zich autarkisch gedacht heeft. Van een directe centrale leiding kan in zulk een geval geen sprake zijn. Uebermenschen van zulk een gestalte bestaan niet en zullen er ook wel niet komen. Men zal dus tusschen de verschillende lan den coöperatief te werk moeten gaan, d.w.z. veel vuldig een nauw contact moeten onderhouden tus schen de nationale dirigeerende economische organi saties; öf in elk geval een geprononceerde functio- neele decentralisatie moeten toepassen. We behoeven wel niet nadrukkelijk uiteen te zetten tot welk een grenzenlooze verbureaucratiseering van het econo misch leven dit zou moeten leiden. En het is daar om maar gelukkig, dat de landen, die in elk geval na den oorlog den grootsten invloed op het econo misch leven van het continentale Europa zullen uitoefenen, heel wat nuchterder over deze dingen oordeelen dan sommige heet gebakerde Nederlan ders. Terecht hebben de Duitsche minister Funk en zijn Italiaansche collega dezer dagen, naar luidt van een persbericht, verklaard, dat meerdere or dening in eigen huis niet meebrengt afkeering van de wereldeconomie. Een dergelijk streven zou ook! schade doen aan het streven naar een hooger levens-1 peil. In dit persbericht vonden we een tweede gedachte die ons trof. Deze n.l„ dat men aan de gedachten^ omtrent wat na den oorlog dient te gebeuren, thans nog geen definitieven vorm geven kan. Wat nu ge-j daan wordt op dit gebied, is oorlogswerk en veel' daarvan zal, mèt den oorlog, verdwijnen. Met deze twee gedachten zijn we weer op den; be.eanen grond. Ons eigen standpunt was nimmer een ander". en den aanval op deze wijze heeft ingekleed. In dit oogenblik ziet hij Juanita, die met een paar pakjes onder den arm naar haar wagenl gaat. Juist verliest zij een pakje en het valt op den doorweekten grond. Neem mij niet kwalijk, vader. En reeds is Hans weggerend. Hij hoort juist nog. dat Higgens; Gertrude een rondgang door de stallen voorstelt.! Hans heeft haastig het pakje opgeraakt. De' jonge man kijkt hulpeloos naar het „iets", datj hij in de hand heeft. Over Juanita's ernstig ge-i zicht vliegt een lachje. Het is maar een doosje schoen crème, senor Wenger, troost zij. IB dank u wel. Hoe kunt u zooveel pakjes dragen, signoral Juanita? Mag ik u helpen dragen? Het lachje is van haar gezicht verdwenen. J Ik dank u wel. senor Wenger. maar ik heb maan een paar stappen te doen naar mijn wagen. En., u moet voorzichtig zijn. Zij heeft de laatste vier woorden slechts geJ fluisterd. Hans kijkt haar onzeker en verrast aanj En weer dempt zii haar heldere stem iets anestigs klinkt er in. Heel erg voorzichtig, senor Wen4 ger. Ik kan en durf u niet alles te zeggen. Maan gisteravond, toen u met mr. Higgens den werk-j wagen verliet, is daar een man bezig geweest. IB sliep nog niet en heb het gezien Wie was het? Laat u toch niet merken, dat wij over deze dingen praten, doe alsof wij het over iets on-j schuldigs hebben. Ik heb hem niet herkend, hijj bleef in de schaduw. Quito herkende hem ooB niet. zooals hij mij vanmorgen vertelde. Quito? Ik smeek u lacht u hartelijk, doet u alsof i» u een grap vertel. Wees ervan overtuigd, dat men ons beloert,. Natuurlijk zag Quito het ook. hij ziet! altijd alles Maar hii mag niet weten, dat ik hen u nu vertel. Haar donkere oogen kijken Hans vleiend aan. Dan ls het erg moeilijk niet te vragen; Waarom waarschuwt u mij. waarom zegt u min dit alles, terwijl u toch niet mag? (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 6