rnrr^AzuN Soact m Spel j Theorie en practijk in de voetbalrechtspraak DONDERDAG 31 OCTOBER 1940 HAARLEM'S DAGBLAD 8 Jill»'» ««Illlifc I.I.!.: ii:.s irr j, 11i iüüll^ Voetbal Wat een goed scheidsrechter wel en niet zal doen Het begrip voor het feit, dat er tusschen de theorie en de practische toepassing van het voetbal reglement een groot verschil bestaat, maakt van een gewoon scheidsrechter dikwijls een uitstekend arbiter. De regels dient men als richtlijnen te zien. Er zijn natuurlijk richtlijnen, die uitsluitend zijn aangegeven om als grens of als beperking van het geheel te dienen, zooals de duur van een wed strijd, de afmetingen van het terrein en de doel palen, de aftrap, het ingooien, het aantal spelers, enz. Maar zeer veel andere regels moeten uiterst soepel worden toegepast, wil men het verloop van de match en het logisch verband in het spel niet nadeelig beïnvloeden. Een goed scheidsrechter, d.w.z. een fluitist, die het spel aanvoelt, de situaties overziet en uit er varing weet te beoordeelen, welke overtredingen naar de letter van het regelement hij niet moet straffen en welke beslissingen naar den geest daarvan aan bizondere omstandigheden moeten worden aangepast, zal steeds voor een vlot verloop van den strijd en voor het „onder appèl houden" van de spelers kunnen zorg dragen. Het een hangt met het andere ten nauwste samen; het be straffen van futiliteiten in een belangrijken en enerveerenden kamp werkt prikkelend op de spelers die daar door uit hun concentratie en hun even wicht worden gebracht. Laat ons eens een greep doen uit de vele voor beelden van „naar de letter" van het reglement, te nemen beslissingen, die door het-publiek meestal als juist worden gekwalificeerd, doch die dit in feite niet zijn. Daar is dan allereerst de speler die zich omdraait en daarbij den bal tegen zijn met 't lichaam meezwaaienden arm of hand krijgt. „Hands", roepen de toeschouwers en de tegenstanders appèlleeren, waarop maar al te vaak het fluitje ten onrechte klinkt. Dan is er de speler, die „gehaakt" wordt; maar desondanks in het bezit van den bal blijft. Gaat het fluitje, dan wordt daardoor de overtredende partij bevoordeeld. Een derde veel voorkomend geval, heeft betrekking op den buitenspelregel; via den linkervleugel belandt de bal bij den middenvoor, die het net weet te vinden, op het moment, dat de rechtsbuiten ergens bij de hoekvlag en der halve niet hinderlijk buitenspel staat. Hoe dik wijls wordt het geldige doelpunt dan toch geannu leerd? Tenslotte de in de hittte van den stijd begane, niet moedwillige, overtreding, zooals een lichte duw in den rug in den verst van het doel verwijderden hoek van het strafschopgebied. Indien de arbiter naar de letter van het reglement straft, dan geeft hij een penalty, die de match beslissend kan be ïnvloeden: straft hij naar de ernst van de overtre ding en dus naar den geest van het reglement, dan geeft hij den vrijen schbp op den rand van het. beruchte gebied. Een traditie werd deze week te Amsterdam hersteld, toen in „De Zon" een collectie oude meesters geveild werd. Een Wilhelm Truebner komt onder den hamer. (Foto Pax Holland.) Twee doelpunten bij V.S.V.Xerxes. Geldig of niet Voor den scheidsrechter is het niet altijd gemak kelijk in een bepaald geval een beslissirg te nemen. Onze medewerker Criticus heeft in zijn beschou wing over den wedstrijd V.S.V.Xerxes een der gelijk geval naar voren gebracht. De bedoelde si tuatie deed zich toevallig bij beide doelen voor en beide malen was een goal het gevolg. Juist omdat het resultaat van de match er dus niet door werd beïnvloed, is het een goede gelegenheid om er hier iets dieper op in te gaan. Wij willen daarbij op den voorgrond stellen, dat noch de spelers, noch de toeschouwers, noch wij iets aan te merken hadden op de wijze, waarop Van der Kuyl aan de eene zijde en kort daarop Kok aan der1 anderen kant het doelpunt scoorde. Men weet, dat het niet geoorloofd is, naar den bal te trappen, die in het bezit van den doelverdedi- ger is. Als de keeper het leer dus klemvast heeft of met zijn lichaam op den bal ligt. mag hij niet met den voet worden aangevallen. Dat alles is lo gisch en volkomen juist. Maar hoe ging het nu Zon dag jl. toe? De Xerxes-doelman stopte een zeer hard schot van Sterk, kon echter .den bal niet in zijn macht houden en het leder rolde langs de doel lijn, alvorens de keeper, zich languit werpend, er in slaagde, zijn linkerhard boven op den stillig- eenden bal te leggen. Onmiddellijk liep Van der Kuyl toe en trapte den bal in het net. Hetzelfde gebeurde een kwartier later, toen Kok een fout van Michel benutte. Het wil ons voorkomen, dat men de theorie te ver voert en de practijk geweld aandoet, indien men zou verlangen, dat een aldus gescoord doel punt ongeldig zou worden verklaard. Want waar blijft dan de grens van het begrip klemvast hebben of in het bezit van den bal zijn? Men kan toch on mogelijk van den scheidsrechter vergen, dat hij in dat onderdeel van een seconde constateert, of de keeper zijn hand boven of op het leder heeft of mogelijk er nog slechts naar grijpt. Te minder logisch lijkt ons het betoog van den theoreticus wanneer blijkt, dat het op bovenstaande wijze ge scoorde doelpunt wel geldig zou zijn, als de kee per zijn hand in plaats van op den bal, tegen of achter het leder hield. Zoo verder theoretiseerende, zou tenslotte een fotografisch apparaat op de doellijn en een ver grootglas voor den arbiter noodzakelijk zijn. De bekende scheidsrechter Ch. Boeree, wien wij dit geval voorlegden, was het volkomen met onze mee- nling eens, zoodat Van der Kuyl en Kok zich kun nen blijven verheugen, een geldig doelpunt te heb ben gescoord. GOEDE OEFEWEDSTRIJD VAN DE POLITIE. Het Haarlemsche politie-voetbalelftal speelde Woensdagmiddag een oefenwedstrijd tegen een sterk elftal van de voetbalclub Haarlem. Nadat Braafhart voor de politie een goed doelpunt had gemaakt, kwam Haarlem onder leiding van Vree ken los. Koning en Groeneveld brachten voor de rust den stand op 21. In de tweede helft werd doelman Vermeer danig op de proef gesteld, maar hij wist voorloopig stand te houden, tofilat Groeneveld er 31 van maakte. Bij de twee volgende doelpunten van Kamminga en Koning maakte Vermeer fouten. Braafhart zag nog eenmaal kans om te scoren uit een corner van Bultje. Even nadat Koning den stand op 62 had gebracht, kwam het einde. Handbal HET PROGRAMMA VOOR ZONDAG. In de eerste klasse hebben de damesploegen van Rapiditas en Concordia beide een thuiswedstrijd aan de van Oosten de Bruynstraat. De zwart-witte dames kunnen het tegen Vriendschap ongetwijfeld tot een overwinning brengen, hetgeen na de 10 nederlaag van Zondag j.L tegen A. D. A. ook nood zakelijk is, willen zij tot de kopgroep blijven be- hooren. Coneordia krijgt in Simson een gelijkwaardige tegenpartij en kan, mits de rood-witten nu eens voltallig verschijnen, een overwinning behalen. Ook de Rapiditas-heeren zullen na hun fraaie overwinning op D. O. S. wel kans zien Vriendschap met een nederlaag naar huis te sturen, waardoor de zwart-witten hun positie op de ranglijst zeer zouden verbeteren. In de tweede klasse belooft de dames wedstrijd B. G. V.O. S. S. zeer spannend te worden en een uitslag valt hier moeilijk te voorspellen. De S. S. H.-dames en -heeren krijgen Vooruit op bezoek, waartegen zij het waarsohynlijk nog wel niet tot een overwinning zullen kunnen brengen De Rapiditas-reserves ontvangen Vriendschap II en het zou ons verwonderen, wanneer de thuis club twee punten niet in Haarlem zou weten te houden. De Zandvoortsohe heeren gaan in Aalsmeer tegen Olympia II een zwaren wedstrijd tegemoet, doch gezien de verrichtingen van O. S. S. gedurende de laatste twee weken, achten wij een overwinning niet uitgesloten. Concordia II is tegen Aalsmeer II tot een over winning in staat, al zal de nog jonge Concordia- voorhoede het tegen de stugge Aalsmeer-verdedi- ging niet gemakkelijk krijgen. vastgesteld: le klasse Dames: RapiditaisVri endschap 11.15 uur ConcordiaSimson 2.30 uur TurnoA. D. A. 11.30 uur ZeeburgNiloc 2.30 uur le klasse Heeren: RapiditasVriendschap 10 uur AalsmeerD. O. S. 10.45 uur OlympiaV ooruit 10.45 uur Kr. en Vlugh.—A. H. C. 11.45 uur NilocLijnden 2 uur 2e klasse Dames: B. G. V.—O. S. S. 2.30 uur S. S. H.Vooruit 10 uur Rapiditas IIVriendschap II 9.15 uur 2e klasse Heeren: S. S. H.—Vooruit II 11.15 uur Olympia IIO. S. S. 9.30 urn- Concordia IIAalsmeer II 3.30 uur (Adv. Ingez. Med.) Boksen Boksclub „De Ring" heeft nieuw oefenlokaal. Sedert we vorige week over de boksclub „De Ring" en haar uitstekend geoutilleerde trainings lokaal aan den Burgwal schreven, kwam ons ter oore, dat deze oefengelegenheid niet meer beschik baar is. Het bestuur is er echter in geslaagd te be reiken, dat voortaan in de bovenzaal van Stoop's Bad te Overveen de oefeningen kunnen worden gehouden. Derhalve een geluk bij een ongeluk! CONFERENTIE OVER HET KATHOLICISME Te beginnen met a.s. Zondag, 3 November, zul len er in de Kathedrale Kerk aan de Leidschevaart op zes achtereenvolgende Zondagmiddagen confe renties worden gehouden over het katholicisme. Als conferencier zal optreden de professor in de Wijs begeerte aan het Philosophicum van Warmond P. Heskes, die juist een dezer dagen benoemd werd tot rector der Mariastichting te Haarlem. Zoowel katholieken als niet-katholieken worden tot het bij wonen van deze causeries uitgenoodigd. Zij begin nen om drie uur. HAARLEMSCH CABARET- EN REVl'E- GEZELSCHAP. Zondag 3 November a.s. zal door het Haarlemsch Cabaret- en Revuegezelschap in het gebouw „St. Bavo" de eerste opvoering plaats vinden van de Cabaret-Revue „Met volle zeilen.... vooruit!", sa mengesteld door Martin van Delden. Medewerkers zijn o.a.: Lou Marti, Jan van Tongeren, Peddy Stone, Eva de Lange, Nellie v. d. Veldt, „The two Paris-sisters", Frans Eykhof, „The Korslev-Acro- baten" enz. Het muzikale gedeelte wordt verzorgd door „The Marinucci's". De voorstelling begint om 3 uur. GEVONDEN VOORWERPEN. Inlichtingen aan het Bureau van Politie, Smede- straat te Haarlem, uitsluitend tusschen 11 en 13 u. Boodschappenboekje, Hoogeboom, Kamperstraat 50: broche. Belastingkantoor, Klein Heiligland 84; idem, idem, idem: distributiebonnen, de Boer. Pre sident Steijnstraat 71; boek. Bureau van Politie, Smedestraat: broek m. sloof. J. Siebelï-g, Vaart straat 7 zw., doos m. i„ Schaap. Ben Viljoenstraat 46: horloge. Prins, v. Zeggelenstraat 25; horloge, Oomen, Nieuwe Gracht 9: regenjas, B. J. Banhorn, Begijnesteeg 1; winterjas, Schoorl, Anthoniestraat 1; portemonnaie m. i., M. Bosch, van Loostraat 14; portemonnaie, W. Lammers, Rijksstraatweg 485; passer, Lebbirg, Croessenstraat 32 te Overveen; portemonnaie, N. v. Geijtenbeek, Lange Annastraat 33; ring, Rozenhart, Leidschevaart 568; rijwielbe- lastingmerk, de Graaf, Zijlweg 46 rood; rijwielbe- lastingmerk, Kraak, Potgieterstraat 36; schortje, v. d. Broek, Karolingenstraat 27; zak m. i., de Mooy, Burgwal 55. PROGRAMMA VAN DE HAARLEMSCHE RADIO CENTRALE OP VRIJDAG 1 NOVEMBER Progr. 1: Jaarsveld. Na sluiting der zenders gramofoonplatenconcert voor de Radio Centra les tot 11.00 uur. Progr. 2: Kootwijk. Idem. Progr. 3: Duitsch station. Progr. 5: Idem. 7.008.00 Eigen gramofoonplatenconcert. 7.30 Distr ibutiepraa t j e. .Muzikale Beroepen". 1. Tiroler Holzhacker- buab'n, Acc. Melodiker; 2. Mannequin's Parade, L. P. A. Band; 3. Pullman Porter Sam, Krakajax; 4. Een goeie zeeman, Bob Scholte; 5. Beim Dorfs- barbier, Jean Steurs; 6. De Olieman, Louis Davids; 7. Umbrella Man, Organ, danceband, me; 8. The Gondoliers, Reginald Dixon; 9. Fragm. uit Der Vogelhandler, Sol., Koor en Orkest; 10. Ouv. Dich ter und Bauer, Berl. Philharmoniker; 11. Aufzug der Stadtwache, Ens. Pierre Palla; 12. In a clock- maker's shop, Black Diamonds Band; 13. Die Schmiede im Walde, Dajos Bela; 14. Lied v. d. slangenbezweerder, Johnny and Jones; 15. Choir Boy, Joe Petersen; 16. Der Barbier von Bagdad, H. E. Qroh; 17. A sailor's adventures, Int. Nov. Orch. BAAS BOVEN BAAS. Jack Dickson was slim, de „verdedigingsclub" was slimmer, maar 't Gebeurde in Amerika, waar zoals je weet erg veel milionnairs en nog veel meer bedriegelijke rovers en misdadigers zijn. Minstens tweemaal op een dag gebeurt het daar. dat een bank springt, niet met een harde knal, maar heel stilletjes. Dan is de directeur er met de kas van door en de men sen kunnen naar hun geld fluiten. Ze hebben eenvoudig niets meer, behalve het nakijken. Nu dan: in Amerika, ik geloof, dat 't in Chicago was. gebeurde 't eens, dai een bankdirecteur stil letjes een millioen dollar uit de kas had ontvreemd, zooals dat met een fatsoenlijk woord heet. Kalmpjes nam hij een spoorkaartje voor de nachttrein naar New York en reisde lachend de wijde wereld in. Maar nauwelijks had hij de slaapwagen betreden, of hij kreeg al „nieuws van huis". Dat ging zo: „Hebt u nog een bed vrij?", vroeg Jack Dickson aan den conducteur van de slaap wagen. De conducteur knikte. Dickson trad binnen, greep een stuk zeep om z'n handen te wassen, enschrok zich een ongeluk! Vlak boven de handdoek was een lat aangebracht waarop in blauwe letters de woorden stonden: „Was uw handen niet in onschuld. Men is u op 't spoor!" Dodelijk verschrikt wierp de bankdirecteur zich met drijfnatte handen op z'n bed. En.... op zijn hoofdkussen was een papier geprikt, met de woor den: „Zouden uw klanten, wier geld u hebt ge stolen, nu ook zo rustig kunnen slapen?" En toen hij doodsbleek van z'n bed overeind vloog en de dekens wegrukte, voelde hij onder het laken inplaats van een matras een harde plank. Daarop stond geschreven: „In de gevangenis ligt u nog veel harder!" Je begrijpt, dat Jack Dickson de volgende morgen meer dood dan levend uit de slaapwagen te voor schijn kwam. De kellner overhandigde hem de spijskaart. Met rode inkt stond dwars over de gerechten geschre ven: „Keer berouwvol naar Chicago terug. U bent ontdekt en uw spoor wordt gevolgd". Jack Dickson bestelde een kop koffie en dronk hem bevend en rillend uit. Enop de bodem van de kop las hij: „Uw signalement is naar alle stations geseind". De bankdirecteur sprong zonder verder te eten of te drinken op, en vroeg de rekening. Onder het bedrag stond een stempel waarop hij las: „Zo ver kwist u het geld van andere mensen!" Nog steeds bevend over al zijn leden kwam Dick son in de coupé terug en de trein stopte. Om die ellendige gedachten te verzetten kocht hij een boek. Maar nauwelijks had hij 't opgeslagen of er viel een rood strookje uit met de woorden: „Leest u liever het wetboek van strafrecht". En toen de conducteur de coupé binnenkwam om de kaartjes te controleren, las Jack Dickson op de achterkant van zijn kaartje de waarschuwing: „Keer terug! U moet het zelf weten. Aan 't volgende station wacht u reeds de politie!" De bankdirecteur sprong de trein uit en vluchtte een bos in. Voor de ingang van het bos stond een bord, waaarop met reusachtige letters: „De politie zal u ook hier wel vinden!" In zijn wanhoop vluchtte Jack Dickson een boom in. Maar zelfs in de hoogste top hing nog een bordje: Klauter maar gerust omhoog! De tak ken zijn sterk. Weldra wordt u eraan opgehan gen." Toen hij dat zag liet Jack Dickson zich met een plof uit de boom vallen, holde veertien dagen en veertien nachten door tot hij in Chicago was, legde het gestolen millioen weer in de kas en ging aan zijn bureau zitten of er niets gebeurd was. Een paar weken later had de eerste algemene vergadering plaats van een gloednieuwe maatschap pij met een zonderlinge naam, de „verdedigings club". Toen alle leden op him plaatsen zaten, nam de voorzitter het woord en sprak: „Waarde mede leden van de verdedigingsclub, reeds na de eerste maanden van zijn bestaan heeft onze maatschappij een groot succes geboekt. Sedert vier weken zijn in Chicago geen gevallen van verduistering meer voor gekomen en geen enkele bankdirecteur is er met de kas van door gegaan. We hebben dit succes te danken aan ons geëerd medelid den heer Bob Williams, die het geniale idee heeft gehad, met toestemming van de spoor wegen overal kleine waarschuwingsbordjes, pa piertjes en opschriften te laten aanbrengen, die de boeven zo zenuwachtig hebben gemaakt, dat het gesteel en geroof van onze gelden nu wel voor goed uit zal zijn. We kunnen nu voortaan weer rustig ons geld aan de banken toevertrouwen. En mag ik nu den heer Bob Williams verzoeken, verantwoording af te leggen over de som van 1 millioen dollar, die hij voor de onkosten heeft ge bruikt?" Er kwam echter geen antwoord. De heer Bob Williams was afwezig en op zijn plaats stond de kas van de club. De kas was leeg. Op de bodem lag een briefje, waarop stond: „Een uitzondering bevestigt de regel. Dit millioen heb ik meegenomen!" DE AANHOUDER WINT. Broertje (die al een uur in z'n bedje ligt en niet slapen kan): „Moeder, moeder!" Moeder: „Nu moet je stil zijn, hoor!" Broertje: „Ja maar, ik heb zo'n dorst". Moeder: „Je hebt al zo veel gedronken, nu moet je gaan slapen" Broertje: ..Hè, lieve Moeder, brengt u me eerst nog een beetje water". Moeder: „Nee. nee. nee. Als je nu niet stil bent, kom ik met de mattenklopper hoor!' Broertje: „Och, als u dan tóch komt, brengt u dan een beetje water mee?" EIGENAARDIGHEDEN VAN GROTE MANNEN. Men zegt wel eens, dat niemand groot is in de ogen van zijn kamerdienaar. Nu, dit kan ik me best indenken: immers de mensen, die 't dichtst bij ons leven zien het best onze kleine tekort komingen en zo gaat het met grote mannen natuurlijk ook. Wil ik je eens enkele eigenaardig heden van grote mannen vertellen? Luister dan maar: Keizer Augustus was vreselijk bang voor on weer. Als er zwaar weer kwam opzetten, vluchtte hij onmiddellijk naar de diepste kelder van zijn paleis en wikkelde zijn hoofd in een deken om maar niets te horen. De grote humanist Desiderius Erasmus kreeg koude rillingen, als hij een vis zag. Frederik de Grote had een afschuw van nieuwe uniformen en andere kledingstukken. Als hij voor 't eerst een nieuwe wapenrok moest aantrekken, viel hij bijna flauw van ellende. De componist Mozart liep hard weg als hij een trompet of een hoorn hoorde weerklinken. Carlysle, de Engelse filosoof, heeft van zijn prille jeugd tot zijn dood nooit een voet in een winkel durven zetten. Guy de Maupassant, een bekend Frans schrijver, had een vreselijke angst voor open deuren. Als Napoleon diep in gedachten verzonken was, sneed hij met zijn zakmes de armleuningen van zijn stoel kapot. De dichter Lenau kon alleen maar werken als hij zó hevig met z'n ene been slingerde, dat de houten vloer tenslotte helemaal was uit gehold. Milton, de blinde dichter, verborg zijn hoofd in een kussen, anders kan hij niets goeds bedenken. EVENTJES NADENKEN! Wie wandelt het vlugste? Een vraag: als je in een rijdende trein gaat lopen, verplaats je je dan sneller dan de trein zelf? Denk hier eens goed over na en kijk dan naar 't antwoord, dat hieronder volgt: Als je loopt in de richting, die de trein volgt, luidt het antwoord: ja. Als je echter in tegenge stelde richting loopt, verplaats je je langzamer dan de trein zelf. Ik zal je dit ook bewijzen. Stel je eens voor, dat twee mensen, A. en B. tegenlijk in de trein stappen, in de laatste coupé. Nu vertrekt de trein; A. blijft zitten waar hij zat, maar B. wandelt de hele trein door tot de voorste coupé toe. De trein stopt en beide stappen uit. B. is nu veel meer naar voren op het perron dan A. Hy heeft dus precies zoveel meter méér afgelegd dan de trein lang is. Ik ga je nu nóg meer vertellen: De aarde ver plaatst zich ook, en als de trein rijdt in dezelfde richting als de draaiing der aarde, dan beweegt de trein zich dus sneller door de wereldruimte dan de aarde zelf. Als jij nu door de trein wandelt van de laatste tot de eerste coupé, verplaats je je sneller dan de trein èn sneller dan de aarde. En als er, gedurende je wandeling, een vlieg op je gezicht komt zitten en die wandelt in dezelfde richting van je oor tot je neus, dan verplaatst zij zich het snelst van allemaal ten opzichte van de wereldruimte. Zij wandelt mee met de aarde, met de trein met jou, en dan nog een eindje op eigen houtje! Leuk idee hè? DE HAMSTERAAR EN DE KAASJES. Mijnheer Ludovicus is een rashamsteraar. Toen we nog geen distributie hadden liep hij de hele dag te slepen met een reus van een boodschappen tas. En wie zal zegggen wat hij allemaal op zijn zolder en in zijn kelder heeft? Nou ja, dat is nog het ergste niet. Veel erger, ja ergerlijker is, dat mijnheer Ludovicus zelfs nu nog probeert te hamsteren. Als je goed oplet, kun je hem in alle grote comestibleszaken zien opduiken. Hij vraagt dan eerst niets, maar sluipt om alle wachtende men sen heen om alle vakken af te speuren en als de mensen uit de winkel zijn vraagt hij fluisterend: „Zeg, heb je niet wat goeds voor mij? Een ham metje zonder bon, een stuk spek of zoiets?" Maar het antwoord is onveranderlijk hetzelfde: „Alléén op bon zoveel, mijnheer Ludovicus, en dat weet u zo langzamerhand wel!" Sobs zucht mijnheer Ludovicus hoorbaar en jammert: „Maar is er dan niets meer zonder bon?" „O ja, mijnheer! kaas (1 pond), mar dat hebt u vanmorgen al gehad, koek, bruine bonen...." Mijnheer Ludovicus echter begint nog zwaarder te zuchten. Dat wéét hij allemaal wel, maar wat hij bedoelt met „iets lekkers voor mij" is: een har tigheid je, maar dan zonder bon. Want al zijn bonnen zijn natuurlijk al lag in hartigheidjes omgezet! Eens op een dag was mijnheer Ludovicus bij een melkhandel en hij meende daar een reuze slag te slaan. Voor het raam stonden drie prachtige, kogel ronde Edammertjes, met vuurrode korst. Mijnheer Ludovicus watertandde en hij fluisterde tegen den melkslijter: „Zeg eens, wat moet u heb ben voor die drie kaasjes? Zeg het maar, ik koop ze onmiddellijk, wat ze ook kosten! Die zijn toch zeker zonder bon?" „Ja, mijnheer, zonder bon, maar.... „Wat maar? Als ik ze nu dubbel betaal! Nou mag ik ze meenemen?" „Als u er bepaald op staat!, zei de man en er speelde een bijna onmerkbaar glimlachje om zijn mond, „nu dan En mijnheer CUdovicus nam de drie vette, glim mende kaasjes mee naar huis. De melkslijter vroeg zich af hoe lang het nu wel zou duren voor hij den hamsteraar terug zag. Het duurde precies tien minuten. Toen stond mijnheer Ludovicus weer in de winkel, ziedend van woede. Hij schold den baas uit voor alles wat lelijk was en de kaasjes keilde hij alle drie achter elkaar over de grond. 't Klonk dof. Ze warenvan hout! Eigen schuld mijnheer Ludovicus. Geen behoor lijk mens zal medelijden met hem hebben, want hij probeert elke dag zijn land te benadelen en dat is het ergste wat je doen kunt. IK WEET WAT LEUKS! Er was eens een boerenknecht, die door zyn baas werd uitgestuurd om appels te plukken "in een boomgaard, aan de overkant van een sloot. Hij moest binnen een half uur terug zijn, maar de dichtst bijliggende brug was een half uur lopen. Wat moest hij doen? Weten jullie het niet? Luister dan: Hij maakte een plan en liet dat in duigen vallen. Toen zocht hij spijkers op laag water en met die spijkers timmerde hij de duigen aan elkaar tot een bruggetje. Vervolgens legde hij het bruggetje over de rivier en liep eroverheen. Maar toen hij in de boomgaard kwam, had hij nog geen ladder om bij de bomen te klimmen. Toen lachte hij zich een aap en die stuurde hij de bomen in om appels te plukken. Zoo vervulde de slimme knecht zijn opdracht! POSTZECELRUBRIEK AANVULLING III. ITALIë. Bij de 2000ste herdenking van de geboortedag van den dichter Horatius in 1936 verscheen een serie zegels, welke afbeeldingen dragen die be trekking hebben op enkele van zijn bekende ge dichten en ook van het Kapitool te Rome uit zijn tijd. Op de eerste twee zegels staan schapen onder een vruchtboom en een bloeiende boom in de weide, voorstellend de vruchtbaarheid en lente. Op alle zegels staat: BIMILLENARIO ORAZIANO S I N (is Dantevereeniging) De waarden zijn 10 ct. (groen) 20 ct. (karmijn) 30 ct. (d. bruin) 50 ct. (violet) 75 ct. (karmijn) 1 L. 25 en 1 L. (blauw) 1.75 L. en 1 L. (karmijn) 2.50 L. en 1 L. (blauwgrijs) Groote 45 x 28 mm. Voor dit doel verschenen ook nog vliegzegels met afbeeldingen van .vliegtuigen boven land schappen en dezelfde onderschriften als de vo rige serie. De waarden zijn 25 ct. (groen) 50 ct. (d. bruin) 60 ct. (karmijn) 1 en 1 L. (violet) 5 en 2 L. (blauwgrijs). Grootte 45 x 28 mm. Zie voor de plaatsing der zegels onderstaand schetsje. 1936 2000 j. HORATIUS. 30 50 1.75 1 L. 1 L 25 2.50 L. 75 1 L. 1 L. Rustenburgerlaan 29.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 10