Asmrin
FLITSEN Afgezant
Promotie H. F. Tillema
MAANDAG 11 NOVEMBER 1940
HAARLE M'S D A G B 13 A B
3
Omdat U geen
kattenoogen hebt
is het moeilijk 's avonds in het
donker 'n apotheek of drogisterij
te vinden. Bespaar U zoo'n
tocht en zorg dat er ASPIRIN
NIEUWE SERIE No. 150 5
Elfjarige menschenredder
van den hygiëischen toestand in Indië verricht,
maar veel is er nog te doen overgebleven, want het
werk is zeer omvangrijk en zeer moeilijk. Moge het
u gegeven zijn, zoo besloot Prol. Kapsenberg, nog
vele jaren, op uw wijze, de belangen van. Kromo's
groote land te dienen.
Een hartelijk applaus weerklonk aan het slot van
deze beschouwing over den mensch Tillema en zijn
werk.
In de pauze was er gelegenheid om de boeken en
geschriften van den heer Tillema, die in een an
dere zaal waren tentoongesteld, te bezichtigen. Het
is wel overbodig'om te zeggen, dat er van de. ge
legenheid om met het interessant en uitgebreid
oeuvre de kennismaking te hernieuwen, een druk
gebruik werd gemaakt.
Na de heropening der bijeenkomst sprak professor
Kapsenberg als volgt:
„Thans is het plechtige oogenblik aangebroken,
dat mij de eer te beurt valt u, geachte heer Tillema,
tot doctor honoris causa te bevorderen.
Gaarne aanvaard ik de taak, mij door den rector-
magnificus opgedragen om, krachtens de bevoegd
heid ons bij de wet toegekend, volgens het besluit
van den Rector-magnificus en Senaat, u, Hendrik
Freerk Tillema, te bevorderen tot doctor honoris
causa in de geneeskunde en u alle rechten te ver-
leenen, die door wet of gewoonte aan dezen titel
zijn verbonden".
Spreker overhandigde tenslotte als bewijs van
deze promotie het eere-diploma.
De volgende spreker was de rector-magnificus,
prof. dr. J. M. N. K a p t e y n. Deze wees op de
beteekenis van het woord doctorandus. Een docto
randus is iemand, die gediplomeerd kan worden
ofmoet worden krachtens den wil van zijn fa
milie. In het laatste geval getuigt het uiteraard van
weinig idealisme.
De heer Tillema is doctor kunnen worden krach
tens een bepaling in de wet een bepaling welke
de Senaat als een bijzonder voorrecht beschouwt
dat menschen met een groot wetenschappelijk
idealisme en kennen, menschen ook, die zich jegens
de Maatschappij en het Vaderland zeer verdienste
lijk hebben gemaakt, deze onderscheiding deel
achtig kunnen worden.
Namens den Senaat gaf spr. de uitdrukkelijke
verzekering, dat hij het een groot .voorrecht acht,
dat deze onderscheiding aan den heer Tillema kon
worden uitgex-eikt.
Professor Swellengrebel uit Amsterdam
bracht den nieuwen doctor de gelukwenschen over
van de ver. „Oost en West", het Koloniaal Instituut
te Amsterdam en van „Simavi". En ook, zoo ver
klaarde spreker er uitdi-ukkelijk bij. van hem zelf.
Wanneer een jonge doctor voor het eerst wox-dt toe
gesproken, is het „mos" in Amsterdam en in Gro
ningen zal het wel even zoo zijn dat men hem
er op wijst, dat deze waardigheid den gepi-omoveer-
de verplichtingen oplegt. Dat hij den titel heeft ge-
lu-egen als wissel, op de toekomst.
Bij den heer Tillema is dat juist anders om. Hij
heeft al aan zijn verplichtingen voldaan en niet
op een krenterige manier.
Zijn geheele leven, zijn persoon in bijzonderen
en uitgebreiden zin, heeft hij er voor in dienst ge
steld. Spr. releveerde de werkzaamheden op di
verse gebieden van den heer Tillema, herinnerde
ook aan de liefde - en zorg van mevrouw Tillema,
als haar man weer op ven-e en gevaarlijke x-ei-
zen was.
Wien moet ik thans feliciteex-en, .aldus riep spre
ker uit. U of veeleer de wetenschap en het vader
land, die zich in staat zien gesteld om een gedeelte
van de schuld welke zij jegens U hadden, in te
lossen.
Spreker besloot met een woord van gelukwensch
zoowel aan den nieuwen doctor als aan de Alma
Mater Groningensis.
De plechtigheid, welke hiermede beëindigd was,
werd gevolgd door een druk bezochte receptie.
DIEFSTAL IN EEN ZWEMINRICHTING.
Zatex-dagavond werd een zestienjarige jongen in
het Sportfondsenbad te Haarlem op heeterdaad be
trapt, toen hij uit de kleedhokjes bezig was geld te
stelen. Hij werd overgegeven aan de politie, die
proces-vex-baal tegen hem opmaakte.
Haalde reeds drie kinderen
uit het water!
Het viel soms niet mee, om door het overstroomde gebied langs de Waal naar
zijn werk te komen.
(Foto Pax Holland.)
Druk bezochte plechtigheid
te Groningen
Buitengewooxi groot was de belangstelling, die
Zaterdagmiddag bleek te bestaan voor de promotie
van den heer H. F. Tillema, den bekenden hygië
nist, tot doctor honoris causa in de geneeskunst,
welke onderscheiding hem door den Senaat van de
Rijksuniversiteit te Groningen is verleend om zijn
groote verdiensten en mede ter gelegenheid van
zijn 70-sten verjaax-dag.
De Senaatskamer was amper in staat, het pu
bliek te bergen. Daar waren in de eerste plaats de
leden van het Curatorium, baron E. van Weideren
Rengers, président-curator, mr. dr. R. H. baron de
Vos van Steexxwijk, mr. P. W. J. H. Cort van der
Linden en mr. dr. E. J. Beumer, alsmede de secre
taris van het College van Curatoren, mr. J. L. H.
Cluysenaer, tal van hoogleeraren, vertegenwoor
digers van "den Senaat van „Vindicat atque Polit",
van de Gron. Vroxxwelijke Studentenclub „Magna
Pete", leden van het hoofdbestuur en van het af-
deelingsbestuur der ver. „Oost en West", een ver
tegenwoordiger van het Hoofdbestuur van de Ne-
derlandsche Maatschappij ter bevordering der Phar-
macie. Mevrouw Tillema kon helaas niet aanwezig
Zijn op het oogenblik, dat haar echtgenoot de wel
verdiende hulde en onderscheiding van wetenschap
pelijke zijde in ontvangst mocht nexnen.
Te ruim drie uur betiraden de rector-magnificus,
prof. dr. J. M. N. Kapteyn, de heer Tillema, de
secretaris van den Academïschen Senaat, prof. dr.
J. G. van den Corput, en de promotor prof. G.
Kapsenberg de zaal.
Na een inleidend woord van den rector-rnagnifi-
eus, hield de promotor zijn rede.
De promotor Prof. G. Kapsenberg, ving zijn rede
aan met er op te wijzen,' dat op dezen hoogtijdag
voor den heer Tillema en diens familie een blij ge
voel allen doorstroomt, die in Indië of in het
Moederland met den nieuwen eere-doctor hebben
samengewerkt aan de verwezenlijking van het
grootste doel, dat den heer Tillema steeds voor
oogen gestaan heeft en ook nu nog zijn leven
bezielt, n.l. sympathie voor Indië's bevolking op
te wekken en ex- de aandacht op te vestigen van
hoe groote beteekenis de vex-betering van de volks
gezondheid in het groote Indonesië is; niet alleen
voor het schoone eilandenrijk zelf, maar ook voor
het Moederland, ja voor geheel Europa.
Allen, wien het lot van tropisch Nederland, van
„Kromo's groote land" ter harte gaat en die be
seffen, hoe zegenrijk de ax-beid van den heer Til
lema voor de inheemsche en Europeesche
bevolking geweest is, verheugen zich met
hem en met ons in de hulde, aldus spr., die onze
Universiteit hem bewijst. Immers in die hulde be
trekt zij als van zelf pok het groote aantal noeste
werkers, dat voor den heer Tillema en met hem,
en na hem op eenigerlei wijze, elk naar de mate
van zijn vermogen, de volksgezondheid van Indo
nesië gediend hebben en nog dienen. Ook voor.de
eigenlijke vakgenooten van den heel Tillema gaat
er van dezen dag een groote bekoring uit.
Spr. gaf vervolgens een uiteenzetting van de
beweegredenen, waaraan de Universiteit de hoogste
onderscheiding, welke zij kan vexleenen, aan den
heer Tillexna heeft uitgereikt, er daarbij op wijzen
de, dat deze een hygiënist is, die zeer belangrijk
wetenschappelijk werk geleverd heeft, vooral
maar niet uitsluitend op het gebied der tro
pische hygiëne. Hij heeft het namelijk niet bij
de bestudeering weten schappelijke- en hygiënische
de bestudeering 'wetenschappelijk van hygiënische
misstanden gelaten, doch er met inzet van alles
naar gestreefd om vex-beteringen, waarvan hij op
grond van zijn studie overtuigd was, dat zij nut
tig en noodig en tevens voor verwezenlijking vat
baar waren, tot stand te doen komen.
Dat hij op het gebied der hygiëne zoo veel heeft
weteix te bereiken, zag spr. het gevolg van een
viertal eigenschappen, welke in gelijke mate dr.
Tillema's deel zijn. 1. zelfkepnis. 2. een gevoelig
hart. 3. een helder gezond verstand en 4. een
onuitbluschbare wex-kkracht.
De onvolledige karakteristiek illustreexde spr.
met een klein voorval in het leven van den heer
Tillema en met enkele door hem geuite opvattin-
gen.
Spr. gaf vervolgens een beknopt overzicht van
hetgeen door den heer Tillema al of niet in
samenwerking met anderen bereikt is. Prof.
Kapsenberg dacht daax-bij niet alleen aan de tot
standkoming van gi-oote practisch-hygiënische wer
ken, zooals de waterleiding van Semarang, die
vooral op aandringen van den heer Tillema haar
water en wel kosteloos ook in de kampongs
brengt en aan de verrijzenis van Nieuw-Tjandi,
maar ook en vooral aan zijn wetenschappelijk-
hygiënischen arbeid, dien hij in zijn grootere wer
ken in „Van wonen en bewonen, van bouwen huis
en erf" in „Kromoblanda"" is „Zonder Tropen geen
Europa", ja zelfs ook in het meer ethnographisch
getinte „Apa-Kajan" heeft neergelegd.
Al is de heer Tillema een bekwame ethnograaf,
vóoar alles is hij toch hygiënist en de hygiëne is
een tak van de geneeskundige wetenschap. Daar
om moest de vei-leende ondex-scheiding noodzake
lijk een eei-e-doctoraat in de geneeskunde zijn.
Na eraan herinnerd te hebben, dal de heer
Tillema van zijn als groot industrieel vex-diend geld
een zeer aanzienlijk deel voor de verwezenlijking
van hetgeen hij op hygiënisch gebied betoogde, be
steedde, mex-kte prof. Kapsenberg op. dat de heer
Tillehxa in zijn leven veel tegenkanting heeft on
derwonden, dwazen hebben hem zelfs uitgelachen.
Ook heeft zijn werk niet steeds die waardeering
gevonden, waarop het toch aanspraak mocht maken.
Dat alles deerde hem echter weinig. Hij bleef bij
zijn standpunt: Bij hygiënische maatregelen geldt
het „doe wel en zie niet om" in hooge mate.
Men 'zii heilig overtuigd van het nut in geeste
lijk en stoffelijk opzicht van het werk en „doet".
Wordt het gewaardeerd, zooveel te beter, maar men
„doet".
Veel is er in den loop der jaren ter verbetering
De heer J. Dikmans, eigenaar .van de jachtwerf
„Het Hoekje" aan den Harmenjansweg 87 te Haar
lem, heeft een zoontje, waar hij trotsch op mag
zijn. De elfjarige Joop Dikmans heeft namelijk,
hoewel hij' niet zwemmen kan, reeds drie kinderen
uit het water gex-ed!
Zondagmiddag vier uur vroeg hij aan zijn vader
verlof, met de roeiboot een eindje over het Noorder
Buitenspaarne met zijn tienjarig broertje Jan en
nog een paar kleine meisjes te varen.
De vader stond dit toe, maar omdat er een ste
vige Kfries woei en er een sterke golfslag stond, wil
de hij niet hébben, dat de meisjes mee gingen.
Joop vroeg of hij een volgepompten auto-binnen
band mee mocht nemen, „want", zei hij, „het zou
wel eens noodig kunnen wezen om er kinderen mee
uit het water te halen!" Hij sprong met zijn broer
tje in de boot en ging er mee, zooals hij x-eeds zoo
dikwijls gedaan heeft, hefSpaarne op. Nauwelijks
had hij eenige slagen gedaan _of zijn aandacht
werd getrokken door gebaren en geschreeuw van
twee Duitsche militairen, die aan den waterkant op
den Spaarndamschweg stonden, en die hem op iets
wezen. Hoewel Joop hen niet verstond, ging hij toch
hun richting uit en weldra zag hij aan den overkant,
bij den aanlegsteiger voor de eacaofabx-iek van
Droste, een wit mutsje drijven.
Hoewel' zeer gehinderd door den hevigen golf
slag roeide hij er zoo snel mogelijk naar toe. In
middels stonden daar een paar jongens, die hem
tot den grootst mogelijken spoed aanmaanden.
„Vooruit, Joop, trekken! Er ligt een meisje in het
water!"
Weldra kwam de stevige boy ter plaatse. Onge
veer acht meter uit den kant zag hij het kind in
het water liggen. Hij greep het bij de haren, om
zoo snel mogelijk het hoofdje boven water te krij
gen en toen wist' hij het meisje met inspanning
van al zijn krachten in de boot te hijsChen. Toen
roeide hij zoo snel mogelijk naar den kant, waar de
genoemde Duitsche militairen in afwachting van
de komst van leden van den Ongevallen dienst al
vast de eerste hulp verleenden. Gelukkig keerde
spoedig het bewustzijn terug. Per ziekenauto werd
zij voor verdere behandeling naar het Sint Elisa
beths Gasthuis vérvoex'd.
Terwijl mevrouw Van Epschcuten thuis onge
duldig zit te wachteix op de oude school
vriendin die zou komen logeeren, is Van
Epscheuten, die haar niet kende, maar volgens
afspraak zou komen halen, in de stationswacht
kamer in den dut geraakt.
„Hoewel hij elf jaar is, heeft hij nu al het derde
kind uit het water gehaald. Hij redde één keer zijn
eigen zusje en toen nóg een ander kind. Hij houdt
van het water.
Uit het politie-rapport vernamen we, dat het vijf
jarig meisje Jozefientje Stegmarxs, wonende aan de
Luzacstx-aat, met eenige andex-e meisjes aan den
waterkant aan het spelen was. Zij had het onge
luk in het water te geraken. De meisjes liepen luid
schreeuwende weg.
Gelukkig was Joop in de nabijheid.
A^n het Sint Elisabeths Gasthuis vernamen we,
dat men daar over den toestand van het drenke-
lingetje zeer tevreden was.
hunne volksgenooten op hetzelfde te doen.
Voor een sterk en vrij Nederland!
Tot de onderteekenaren van het manifest be-
hooren: ir. H. A. van Baak. Bussum: arts A. A.
P. Ferket, Tilburg; dr. C. L. Binsbergen. den
Haag; drs. B. de Jong, Hattem; jhr. mr. J. D.
Quintus, Arnhem; A. van Rijckevorsel, Zand-
voort; mr. J. A. Wolthuis, Groningen; H. Th. H.
Wijdeveld, Lage Vuursche, J. C. Wienecke, Bilt-
hoven; E. Wagner, den Haag: Jan Koert Mzn.,
Middelharnis; dr. G. F. Gezelle Meerburg. Am
sterdam; H. R. E. L. Kettlitz. Bilthoven; J. P. A.
de Monye, Utrecht; P. Stordiau, den Haag; Henri
Bruning, Nijmegen en vele honderden anderen,
teveel om hier allen te noemen.
Het Verdinaso vereenigt
zich met de N.S.B.
Pers-Samenkomst
in het Willem de Zwijgerhuis
Het A.N.P. meldt d.d. 9 Nov. uit den Haag: In
het Willem-de-Zwijgerhuis, het Haagsche hoofd
kwartier van de Nationaal-Sociajistische Bewe
ging, is Zaterdag een landelijke pers-samenkomst
gehouden, waarin belangwekkende mededeelingen
zijn gedaan.
Dr. Goedewaagen, leider van de afdeeling pers
zaken der N.S.B. deelde mede, dat de leiding en
de leden van het Verbond van Dietsche Natio-
naal-Solidaristen, het Verdinaso, zich op voor
stel van den leider, den heer E. Voorhoeve, met
de Nationaal-Socialistische Beweging, leider ir.
A. A. Mussert, hebben vereenigd.
De heer E. Voorhoeve gaf in aansluiting hierop
een uiteenzetting en deelde mede, dat bij bespre
kingen is gebleken, dat het programma van de
N.S.B. en Verdinaso op hetzelfde doel is gericht.
„Gezien deze overeenstemming van doelstelling,
gezien het feit, dat de verdeeldheid der grooten-
deels gelijk gerichte politieke groepen onder de
huidige omstandigheden uiterst gevaarlijk is,
gezien het onderling gegroeide vertrouwen, heb
ben wij besloten het Verdinaso in Nederland met
de N.SB. te vereenigen", aldus wordt in een dooi
de heeren E. Voorhoeve, J. F. van As, J. J. van
der Horst onderteekende bekendmaking gezegd,
welke bekendmaking de instemming van ir. Mus
sert heeft..
Een manifest is uitgegeven van den volgenden
inhoud:
Manifest.
Meer dan ooit is de eenheid van alle nationaal-
socialisten in Nederland plicht.
Een krachtig Nederlandsche nationaal-socialis-
tische organisatie is in staat de zelfstandigheid
van het vaderland te verzekeren en Nederland als
onmisbaar element te doen medewerken aan de
samenwerking binnen het herordende Europa van
morgen.
De eenheid van alle Nederlandsche nationaal-
socialisten kan het best verwerkelijkt worden in de
N.S.B. onder de leiding van Mussert. De N.SB.
immers is de centrale, meest omvangrijke natio-
naal-socialistische figuur in Nederland, die lange
jaren voor onze gemeenschappelijke zaak met
grooten moed op de bres heeft gestaan. Door
onderlinge aanvulling van kracht en inzicht kan
die figuur geschapen worden, die in steeds toene
mende mate het vertrouwen van ons volk ver
dient.
On derge te ekenden vatten hun streven samen
in de volgende 3 punten:
1. De hiërarchische en organische orde worde
verwerkelijkt in een vrijen Nederlandschen gezag-
staat, waarin de personen, de groepen, de volks
gemeenschap en het staatsgezag (met hun bezit)
elkander dienen; waarin de vrijheid en de be
scherming van den christelijken godsdienst ge
waarborgd worden door het staatsgezag; waarin
het volk en de staat ieder op de eigen gebieden
zooveel mogelijk zelfstandig werken, maar in
overleg en hechte samenwerking met elkander.
Het onderwijs wordt door gemeen overleg van
alle betrokken groepen zoo geregeld, dat de een
heid der natie en de godsdienstige belangen dei-
leerlingen het best worden gediend.
2. De hereeniging van het volk der Nederlanden
en van zijn grondgebied in en buiten Europa
worden krachtig bevorderd.
3. Samenwerking en bondgenootschap van Ne
derland vooral met eender-gefundeerde staten,
die ras-verwante volkeren omsluiten, wordt uit
alle macht nagestreefd.
Deze drie punten zijn ook de grondslag van de
beginselen en de politiek der N.S.B.
Daarom hebben ondergeteekenden het lidmaat
schap der N.S.B. aangevraagd en wekken zij
Ir. A. A. Mussert spreekt.
De leider der Nationaal-Socialistische Bewe
ging, ir. A. A. Mussert, sprak hierna de vele jour
nalisten als volgt toe:
Ik ei-ken dat het waarlijk niet eenvoudig is, in
dezen tijd aan de pers verbonden te zijn.
Vroeger was dit wel eenvoudig, want toen wist
iedere journalist tot welke partij hij behoorde of
tot welke politieke richting hij zich wensehte te
rekenen.
In de toekomst zal het voor hen allen wel weer
eenvoudig worden.
Thans heeft zich een gx-oep menschen bij de
N.S.B. aangesloten, die wist wat zij wilde.
Het is begrijpelijk, dat men eigen belangen niet
zoo gauw opgeeft, doch Verdinaso heeft zulks
gedaan, omdat het noodig was in het belang van
ons volk, en omdat ieder lid van de groep
daarvan overtuigd was geworden.
Misschien klinkt het nog wat arrogant, maar
wij, nationaal-socialisten mogen zeggen dat wij
de eenige werkelijke vaderlanders zijn. Begrijpe
lijk is het, dat anderen eveneens goede vadei-lan-
ders willen zijn, doch zij kunnen dit dan slechts
toonen door aansluiting bij de N.S.B. Het is niet
aan te nemen dat Nederland een landje in Europa
zal worden, waar het nationaal-socialisme niet
de leiding heeft.
Indien Engeland zou winnen dan zouden wij in
Nederland een toestand krijgerx veel erger nog dan
in de dagen van 1015 Mei toen 6000 nationaal-
socialisten gevangen werden gehouden en tien
hunner werden vermoord. Spi-eker is niet van plan
een dei-gelijken toestand voor den tweeden keer te
dulden. Meer dan 5000 leden van de W.A. getuigen
in Amsterdam hoe onze opvatting over tucht en
orde zijn. Het is mijn vaste overtuiging dat niet
Engeland doch Duitschland zal winnen.
De groep van mannen die weten wat zij willen
en die zich heden bij de N.S.B. hebben aangeslo
ten is op zichzelf niet zoo heel groot, zij is kleiner
dan het aantal pei-sonen dat per week tot de
N.S.B. toetreedt. De leden der N.S.B. hebben in
de afgeloopen jaren zeer veel ondervonden en al
het onaangename dat zij hebben ervaren moet
worden gerekend tot het werk van het grootste
gedeelte der Nederlandsche pers, van vele predi
kanten, vele pastoors, bestuurders van vakorgani
saties enz. Zij hebben haat gekweekt tegen
Duitschland en tegen den Führer. Indien de
Führer een gewoon ménsch was dan zag het er
voor hen thans niet prettig uit want indien hij
slechts een tiende zou doen met het Nederland
sche volk van hetgeen men hem heeft toegedacht
dan bleef er van het Nederlandsche volk geen
spaan heel.
Het is echter de grootheid van den Führer dat
dit niet zal geschieden en dat het Nederlandsche
volk zijn zelfstandigheid zal mogen behouden.
Onze taak is het thans daarmede in overeen
stemming ons te gedragen. Ik zal mijn best daar
voor doen en eens zal het tijdstip komen waarop
het lot van Nederland zal worden uitgemaakt door
den Führer en den Duce. De democratische regee
ring van Nederland is gevlucht en heeft ons volk
achtergelaten zonder regeering zonder goud en
zonder leger. Op een herhaling van 1813 toen de
bark te Scheveningen landde valt niet te rekenen.
Wij allen hebben slechts dit eene voor oogen
te houden: denkt om uw volk. Dit volk heeft
ieder van u noodig om te begrijpen wat thans
moet geschieden. Daaraan zullen wij de noodige
leiding geven.
Na een korte pauze was er gelegenheid tot het
stellen van vragen.
Op de vraag hoe het staat met het Vei-dinaso in
België deelde de heer Voor-hoeve mede, dat het
Verdinaso in België niet bij deze aansluiting Is
inbegrepen aangezien de N.S.B. niet in België
werkt, doch wel nauw contact daarmee houdt.
Op de mededeeling van een blad dat het nimmer
aan de legendevorming, als zou de N.S.B. verraad
gepleegd hebben, heeft meegedaan verklaarde dé
leider der conferentie dat hij aanneemt, dat
menig blad hetzelfde zal kunnen zeggen. Noch-*
tans bestond de fluistercampagne alsmede de in
vloed van pers en radio. De leider der N.S.B. heeft
terzake een algemeen oordeel uitgespi-oken dat
door niemand in zijn algemeenheid zal worden:
weersproken.
Joop Dikmans.
(fotobureau De Haas)
Joop stapte toen weer rustig in zijn boot en
ï'oeide naar de jachtwerf van zijn vader terug. Hier
vertelde hij zonder vêêl omhaal zijn wedervaren.
„Dat heb je kranig gedaan, jongen!", aldus prees
zijn vader hexn. En deze zei ons later:
(Adv. higez. Med.)
De stukgoederen op de kaden langs de groote rivieren moesten wegens den water
stand hoogerop gebracht worden, om ze tegen schade te vrijwaren.
(Foto Pax Holland.).