Haarlems Dagblad HAARLEM IN CIJFERS. De Rijkscommissaris spreekt op een „Richtfest" De nieuwe vleeschbon 10 dagen geldig. Steunt Winterhulp Zware luchtaanval op Southampton ActlkeCen enz. Zeevrouwen. Brochure over den Führer 58e JAARGANG No. 17620 Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courant- Uitgaven en Algem. Drukkerij N.V. Bureaux: Groote Houtstraat 93, bijkantoor Soendaplein 37 Postgiro- dienst 38810. Drukkerij: Zuider Buiten Spaarne 12, Telefoon: Directie 13082, Hoofdred 15054, Redactie 10600, Drukkerij 10132, 12713. Administratie 10724, 14825. Soendaplein 12230. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen DirectieP. W. PEEREBOOM eo ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur; ROBERT PEEREBOOM Maandag 25 November 1940 Abonnementen per week ƒ0.25, per maand ƒ1.10, per 3 maanden f 3.25 franco per post 3.55, losse nummers 6 cent per ex Advertentiën: 1-5 regels ƒ1.75, elke regel meer ƒ0.35 Reclames ƒ0.60 pel regel Regelabonnementstarieven op aanvraag. Vraag en aanbod 1-4 regels ƒ0.60, elke regel meel ƒ0.15 Groentjes zie rubriek. De voorzitter van het Mannenkoor „Die Spaerne-Sanghers", de heer J. M, H. van der Wateren, neemt op een Zondag in „Lido" gehouden receptie afscheid van den dirigent, Lieven Duvosel, die naar Brussel vertrekt. Links mevrouw Duvosel. (fotobureau De Haas) De secretaris-generaal, wnd. hoofd van het departement van Landbouw en Visscherij maakt bekënd, dat in de distributie van vleesch en vleeschwaren een wijziging is gebracht. Door verschillende omstandigheden is het aanbod van slachtvee dezer dagen gering. In verband hiermede is de duur van de eerst volgende distributieperiode gesteld op tien dagen terwijl het rantsoen ongewijzigd is gebleven. Men dient derhalve- het gebruikelijke rantsoen over tien dagen in plaats van zooals tot dusverre het geval was over een week te verdeelen. Gedurende het tijdvak van Maandag 25 Novem ber t/m Woensdag 4 December a.s. geeft elk dei- vier met „tien vleesch" gemerkte bonnen recht op het koopen van 100 gram vleesch, been inbe grepen, óf een rantsoen vleeschwaren. De met „tien worst vleeschwaren" gemerkte bon geeft gedurende dat tijdvak uitsluitend recht op het koopen van een rantsoen vleeschwaren. De bonnen welke op 4 December a.s. nog niet gebruikt zijn, blijven nog geldig t/m Zondag 8 De cember a.s., met dien verstande, dat zij gedurende het tijdvak van 5 December t/m 8 December a.s. niet gebruikt zullen mogen worden voor het koo pen van vleesch of vleeschwaren in hotels, restau rants e.d. Het rantsoen vleeschwaren, dat per bon kan worden gekocht, bedraagt 75 gram voor gerookt of gekookt varkens-, rund- of kalfsvleesch en voor gerookte worstsoorten, 100 gram voor gekookte worstsoorten, rolpens en knakworst, 125 gram voor leverartikelen, tongenworst en nierbrood en 150 gram bloedworst. De vleeschvoorziening. Maatregelen ter verbetering. In de laatste dagen heeft de vleeschvoorziening moeilijkheden opgeleverd, doordat de aanvoer van slachtvee niet voldoende was om aan de behoeften te voldoen. Ook te Haarlem hadden de slagers niet genoeg vleesch om alle koopers tevreden te stellen. Daardoor kwam het dat Zondag verschillende huis moeders moesten zeggen: „wij moeten het vandaag zonder vleesch doen, ik had bonnen, maar de slager had geen vleesch". Een slager te Haarlem had al het vleesdh wat hij had tot gehakt verwerkt, zoo kreeg iedere klant zoo veel mogelijk zijn deel, hoewel er dus geen keus van vleesch was. De directeur van het Openbaar Slachthuis te Haarlem deelde ons mede, dat die vleeschschaarsch- te vermoedelijk nog wel eenige dagen zal duren. Hij kreeg nu wel wat varkens om te slachten, maar het is nog niet te zeggen wanneer er koeien zullen komen. Hij hoopte in het laatst van de week. Men weet dat intusschen het vleesohrantsoen practisch verminderd is. Nu moet men 10 dagen in plaats van 7 dagen met een bon doen. Er worden maatregelen genomen om te bereiken, dat er genoeg vleesch komt om elk in staat te stel len vleesch voor zijn bonnen te koopen. PREMIER VAN NOORD-IERLAND GESTORVEN LONDEN, 24 Nov. (DNB) Burggraaf Craigavon, de minister-president van Noord-Ierland, is op 69- jarigen leeftijd overleden. Postgiro voor Haarlem 395300 De burgemeester van Amsterdam, dr. W. de Vlugt, heeft het kernachtig gezegd: „De on gunst der tijden heeft ontelbaar velen diep getroffen en de nooden in allerlei geledingen zijn dienovereenkomstig gestegen. Hierin te helpen voorzien is gewetensplicht en natio nale plicht." Het postgiro-nummer van Winterhulp Haarlem is 395300, ten name van den pen ningmeester D. Andréa, gemeente-ontvanger van Haarlem. De Postgiro-nummers van de bureaux van Winterhulp in de omstreken zijn: Heemstede: 397216 Bloemendaal: 396828 Bennebroek: 287195 Zandvoort: 40020 Haarlemmermeer: 39530 Haarlemmerliede: 66797. Het Postgiro-nummer van de Landelijke organisatie „Winterhulp Nederland" is 5553, Hofweg 7, den Haag. Het D.N.B. meldt: Het zwaartepunt van de Duitsche lucht aanvallen in den nacht van Zaterdag op Zondag lag op de havenstad Southampton aan de zuidkust van het Britsche eiland. Ongeveer 250 vliegtuigen vielen de havenin stallaties, de Docks en opslagplaatsen van deze stad aan en wierpen ongeveer 300.000 kilogram dynamietbommen van allerlei soort en alle kalibers en meer dan 12.000 brandbommen neer. Het wolkendek was hier en daar open, zoodat de aanvallende vliegtuige,n hun doelen goed konden herkennen. De uitwerking was zeer groot. Talrijke branden, van allerlei grootte, ontploffingen en steekvlammen werden waar genomen. Verscheidene branden breidden zich in den loop van den nacht aanzienlijk uit en waren van verre zichtbaar. De aanvallen duurden den geheelen nacht. Terwijl de eerste vliegtuigen reeds kort na zonsondergang start ten, keerden de laatste pas Zondag in de vroege morgenuren terug. .Terwijl dus de voornaamste aanvallen in den nacht van Zaterdag op Zondag tegen Southampton waren gericht, werden naar het D.N.B. nader verneemt, Londen en eenige andere steden door minder sterke afdeelingen van het Duitsche luchtwapen en afzonderlijke vliegtui gen met bommen bestookt. In Londen lagen de doelen in de City, in de regeeringswijk en in en kele oostelijke stadsdeelen. Er werden opnieuw een aantal groote en vele kleine branden, alsmede instortingen veroorzaakt, Behalve Londen werden Liverpool, Birkenhead en Bristol aangevallen. De wapenfabriek Grantham werd in brand geworpen. De vuurgloed was nog op verren afstand te zien. Evenzoo werden de tank installaties in Pembroke doeltreffend met bom men bestookt. Naar het door Reuter gepubliceerde com muniqué van het Engelsche ministerie van luchtvaart en van het ministerie voor openbare veiligheid mededeelt, werden in de eerste uren van den nacht van Zaterdag op Zondag in vele deelen van Groot-Brittannië bommen gewor pen. Een stad in Zuid-Engeland had een aanval van verscheidene uren te verduren, waarbij vele bommen werden geworpen. Door explosieve en brandbommen werd talrijke schade aange richt, aldus wordt gezegd. Een aantal personen werd gedood of gewond. DE LUCHTACTIE IN DEN AFGELOOPEN NACHT. NEW-YORK, 25 Nov. (D.N.B.) De Lon- densche correspondent van de United Press maakt melding van nieuwe Duitsche vergel- dingsaanvallen op Engelsche industriecentra. In den afgeloopen nacht en Maandagochtend vlogen Duitsche bommenwerpers, aldus dit be richt, verscheidene uren lang. in een bijna on afgebroken „parade" boven een stad in West- Engeland en bestookten haar met brisant- en brandbommen. De eerste aanvallers wierpen bo ven een uitgestrekt gebied lichtfakkels, daarna volgden vliegtuigen, die brandbommen lieten vallen, welke te zamen met de lichtfakkels de doelen kenbaar maakten voor een permanenten stroom brisantbommen. Deze brisantbommen richtten in de geheele stad geweldige schade aan. Uit een tweede bericht van den United Press-correspondent blijkt dan, dat deze West- Engelsche stad de hevige aanvallen van het Duitsche luchtwapen aanzienlijk langer heeft moeten verduren dan het aanvankelijk scheen. Ook de Londensche correspondent van de Asso ciated Press maakt hedenochtend van dezen grooten aanval op een stad in West-Engeland melding. Hij meldt echter tevens, dat ook Lon den in den afgeloopen nacht „vrij ernstig" is aangevallen. Grooter gedeelte iler voorraden kaas mag worden verkocht. Het rijksbureau voor de voedselvoorziening in oorlogstijd deelt het volgende mede: In verband met de op 28 Augustus 1940 getrof fen kaasregeling werd aan houders van voorraden kaas, grooter dan 500 K.G. de verplichting opge legd, deze niet te verhandelen of af te leveren dan met toestemming der Nederlandsche Zuiveleer, trale, afd. zuivel te 's-Gravenhage. Inmiddels heeft genoemde centrale een gedeelte van 25 pet. met een minimum van 500 K.G. voor het verhandelen en afleveren vrijgegeven. Dit ge deelte wordt met ingang van Maandag 25 Novem ber 1940, met 10 pet. tot 35 pet. verhoogd, met een min. van 1000 K.G. zoodat dan nog 65 pet. (ver minderd met den indroog op den totalen oorspron- kelijken voorraad) van den op 28 Augustus 1940 aanwezigen voorraad geblokkeerd blijft. Uiteraard mag de aflevering uitsluitend geschieden tegen toe wijzingen op grond der bepalingen van de kaas- distributiebeschikking 1940 1. De werkloosheid is belangrijk verminderd Omzetten van de gemeentebedrijven werden beïnvloed door den zomertijd. Het gemeentebestuur van Haarlem heeft de Sta tistische Gegevens over het 2de kwartaal van dit jaar thans gelijk uitgegeven met die over het 3de kwartaal. Daarin zijn belangrijke cijfers te vinden over den gang van zaken in Haarlem. W erkloosheid. Het aantal werklooze mannen bedroeg op de nader genoemde tijdstippen: Januari 5776, April 4216, Juli 5312 en October 3721. Hieruit blijkt dus dat de eerste maanden na den oorlog een stijging van het aantal werkloozen brachten. Na Juli is er een belangrijke vermindering te constateeren. Het aantal is daarna sterk ver minderd. Thans zijn er 3721 werkloozen tegen 4666 in October van het vorige jaar. Daarop heeft natuurlijk het feit dat er veel Haarlemmers naar Duitischland vertrokken zijn om daar te gaan werken veel invloed. Wij geven hier het aantal werkloozen verdeeld over de verschillende vakken. Oct. '39 Oct. '40. Handels- en kantoorbedienden 552 522 Metaalbewerkers 580 530 Bouwvakarbeiders 1157 797 Grafische vakken 117 159 Fabrieks- en transportarb. 1534 1046 Land- en tuinbouw 143 87 Andere beroepen 583 580 Het aantal werkloozen in het bouwvak is dus sterk gedaald evenzoo het aantal werkloozen onder de fabrieks en transportarbeiders. In October 1940 waren te Haarlem 247 vrouwen werkloos, dit aantal was een jaar geleden 284. Ook hier dus een vermindering. De geldelijke uitkeering aan valide arbeiders is, bij 1939 vergeleken, ook afgenomen. Nu werd uit gekeerd f 129.268 tegen f 166.447 in October van het vorige jaar. Bij de tijdelijke werkgelegenheid geheel of ge deeltelijk voor rekening van de gemeente geboden waren in September 1640 arbeiders aangesteld. Dit aantal was een jaar geleden slechts 500. De gemeentebedrijven. Nadat aanvankelijk na het uitbreken van den oorlog een vermindering van het verbruik van gas te constateeren was (tengevolge van het verzoek aan de burgerij om te bezuinigen) is in de laatste maanden weer een hooger verbruik voorgekomen dan verleden jaar. Dat de omzet van het electrici- teitsbedrijf sterk verminderde is vooral eëh gevolg van de invoering van den Midden-Ëürópeeschen zomertijd. - De cijfers zijn: gas electriciteit April 1939 1.963.937 M3. 3.499.769 KWU. April 1940 2.151.024 M3. 3.900.450 KWU. Mei 1939 Mei 1940 Juni 1939 Juni 1940 Juli 1939 Juli 1940 1.918.443 M3. 1.828.747 M3. 1.777.417 M3. 1.717.733 M3. 1,855.459 M3. 1.911.881 M3. 1.843.400 M3. 2.000.231 M3. 3.369.201 KWU. 2.837.751 KWU. 3.068.766 KWU. 2.508.322 KWU. 3.005.840 KWU. 2.694.616 KWU. 3.182.521 KWU. 2.787.273 KWU. Augustus 1939 Augustus 1940 September 1939 1.836.433 M3. 3.327.270 KWU. September 1940 2.072.270 M3. 2.925.182 KWU. Het feit dat de straatverlichting practisch ver vallen is heeft natuurlijk ook bijgedragen tot de vermindering van het electriciteitsverbrui'k. In October 1940 werden voor straatverlichting 735 KWU aangegeven, tegen 130.714 KWU in Septem ber 1939. Voor verlichting werden in Sept. 1939 210.838 M3. gas verbruikt tegen slechts 324 M3. in Sep tember van dit jaar. Het aantal gasverbruikers is sterk gestegen om dat er nu geen petroleum meer te koop is. Op 1 October 1939 waren er 34299 gasmeters ge plaatst, tegen 36845 op 1 October van dit jaar. Een vermeerdering dus van 2546. Het waterverbruik is. vergeleken bij verleden jaar wat verminderd. Blijkbaar is dit in het bij zonder een gevolg van bezuiniging. In September was het verschil zelfs 26442 M3. (186.888 M3. tegen 213.330 M3.)wat dus een achteruitgang van meer dan 12% beteekent. De scholen. Het aantal leerlingen bij het openbaar lager onderwijs te Haarlem daalde van 6781 in Septem ber 1939 tot 6767 in September van dit jaar. Een vermindering dus slechts van 14. Maar daartegen over staat dat het aantal leerlingen bij het bij zonder onderwijs toenam van 11299 tot 11392, een stijging dus van 93. Het aantal leerlingen op de Middelbare en Hoo- gere Scholen te Haarlem verminderde van 3429 in September 1939 tot 3404 in September 1940.. Het aantal leerlingen op de 5 gemeentelijke in stellingen was: leerlingen uit Haarlem van buiten Gymnasium 152 139 H.B.S. A 316 82 le H.B.S. B 220 163 2e H.B.S. B 275 44 Meisjesschool 187 92 Totaal 1150 520 Opbrengst belastingen. Op het kohier 1939'1940 der opcenten van de Gemeentefondsbelastingen te Haarlem was uit getrokken f 1.058.811. Op dit oogenblik is aan de gemeente door den ontvanger der rijksbelastingen reeds afgedragen f 859,750, terwijl vermoedelijk nog ontvangen zal worden f 92.000. Dan zou dus totaal binnen komen f 951.750 of meer dan een ton minder dan het kohier vermeldde. Het kohier 1939 1940 opcenten der Vermogens belasting vermeldde f 67.302. Er is al afgedragen Bijzetting van het stoffelijk overschot van Codreanu. BOEKAREST, 25 November (D.N.B.) De legionnairsbeweging heeft medegedeeld, dat het stoffelijk overschot van Codreanu en van de 13 legionnairs, die met hem vermoord werden, op 27 November in de kerk der beweging te Boekarest op de baren zal worden geplaatst. De bijzetting volgt op 30 November in het z.g. Groene huis, het hoofdgebouw der beweging te Boekarest. f 57.000, terwijl nog op f 8500 gerekend wordt. Dan zou het totaal zijn f 65.500, of ruim f 2000 min der dan geraamd was. Wat de politie deed. De Haarlemsche politie maakte in de maanden Augustus en September 2075 en 1464 bekeuringen ter zake van overtreding der verkeersvoorschrif- ten en de lichtafscherming. HEDEN; 10 PAGINA'S. P. Gasus: Zeevrouwen. pag. 1 Haarlem in cijfers. pag. 1 J. B. Schuil: „Mijnheer Pim...." door de Haarlemsche Tooneelclub. pag. 2 „Tooneelspeelster" door het Nederlandsch Tooneel. pag. 2 Het Centraal Tooneel met „Hamlet". pag. 2 K. de Jong: Bij het afscheid van Lieven Duvosel. pag. 2 D.: Maanpraatje. pag 3 Laatste Berichten op pagina 6 (Te Bakoe, aan de Kaspische Zee is de Russische petroleumboot „Emba'4 binnengeloopen met een equipage geheel uit vrouwen bestaande.) Overal, ook hier te lande, Gold steeds dat men 't schip bemande, Maar hier werd een schip bevrouwd, En waarom niet, welbeschouwd. Waarom waarlijk zou men vrouwen Niet een stoomschip toevertrouwen, D'arbeid dien de zeeman doet, Ligt de zeevrouw, dunkt me, goed. Niemand hoeft een vrouw te leeren, Hoe ze 't roer heeft te hanteeren, Zij gevoelt zich van natuur Zeer behagelijk aan 't stuur. Over dekken dweilen, schrobben, Hoeft ze zeker niet te tobben, Ook dat kent ze wel zoo goed, Als een simpel man het doet. Scheepskok ze kan zeker koken, Stoker hm, ze kan soms stoken, Ze klimt soms graag in den mast, Wat is er dat haar niet past? 't Zal haar stellig niet bezwaren, Om een rechten koers te varen, En vertrouw maar bovendien, Dat ze heel goed uit zal zien. Nu behoeft u niet te vreezen, Dat ik ooit zoo dwaas zou wezen, Dat ik zonder meer maar zeg, Stuur den zeeman nou maar weg, Laat de vrouwen verder varen Op de ongewisse baren, Neen, want buiten noodgeval, Blijv' de vrouw maar aan den wal. Ik wou enkel maar beweren, Ook dit vak kan ze best leeren, Want men weet, ze schippert goed, Als ze wil en als het moet. Eeuwen heeft ze dat voor deze In de huw'lijksboot bewezen, 't Sturen van een schip op zee, Valt daarnaast, bij storm zelfs, mee. P. GASUS. Rijksmaarschalk Goering bracht een bezoek aan de oorlogs-tentoonstclling, welke te Weenen geopend is. (Foto Weltbild.) De arbeid, niet het geld moet in het middelpunt van het leven staan. Het A.N.P. meldt: Tijdens het Vrijdag te Maas tricht gehouden „Richtfest" ter gelegenheid van de voltooiing van den bouw van het nieuwe dienst gebouw van zijn gevolmachtigde voor de pro vincie Limburg, heeft de Rijkscommissaris de volgende redevoering uitgesproken: Partijgenoot Schmidt, partijgenooten en Neder landsche arbeidskameraden. Het verheugt mij dat ik vandaag hier ben Ln een kring, dien ik schat op 290 personen en waar van men kan zeggen, dat het grootste deel uit Nederlanders bestaat. Wij huiden een „Richtfest". Het is een oud gebruik van onze voorvaderen. Wanneer een bouwwerk gereed was, kwam nog eenmaal aales bij elkaar. Dtn kwamen de bouw meester, alle meesters, helpers, gezellen en leerlingen om in een vroolijk uur het mensche- lijk einde aan dit werk te vieren. Ziet gij, dat is een gebruik, dat alleen dan mogelijk is, wan neer men het werk, dat men verricht heeft, be schouwt als het toonaangevende doel, en wanneer niet de winst of het loon, kortom het geld, een rol spelen. Toen dan later de kapitalistische orde kwam. is dit gebruik in vergetelheid geraakt. Want toen werd het werk niet meer gedaan om der wille van het werk, maar de arbeid was, zooals iedere andere waar, te koop. De eene dat is de on dernemer trachtte zooveel mogelijk arbeid voor weinig geld te koopen, de ander trachtte zijn ar beidskracht zoo duur mogelijk te verkoopen. Het resultaat was de klassenstrijd. Geld is niet het belangrijkste begrip voor den mensch; het es- sentieele begrip voor den mensch is de arbeid. De arbeid is het groote „kapitaal" zooals wij het wil len noemen, dat ons de natuur of de Schepping of God heeft geschonken, en daarom, kameraden, zooals ik u thans allen wil noemen, moeten wij anders gaan denken, onze gedachten moeten zich van het geld afkeeren. Wij in Duitschland doen dat. Wij stellen den arbeid van den mensch en den arbeidenden mensch in het middelpunt van ons geheele leven. Thans zult gij wellicht begrijpen, waarom wij juist in de werkloosheid een ongeluk zien, niet omdat men dan uit de begrooting van den staat ondersteuning moet betalen, maar omdat dit bij zondere goed van den mensch nïet wordt ge bruikt. Wat iemand presteert moet voor de ge meenschap waardevol zijn. Dat is juiste en waar devolle arbeid. Op dezen arbeid komt het aan en eerst deze geeft den mensch de waardigheid van zijn arbeid. Het gaat er heelemaal niet om dat een werk looze slechts een klein inkomen heeft, bij wijze van spreken een aalmoes, het gaat erom, dat de mensch eerst door den arbeid de waardigheid ver werft. Wanneer wij ons voorstellen dat een volk, zoowel het Duitsche als het Nederlandsche, leeft in een lotsgemeenschap, dan is het duidelijk, dat iedere hand, die zich niet roeren kan, een ver lies is voor het geheele volk, en dientengevolge hebben wij in het middelpunt van ons doel de eer van den arbeid geplaatst. Kameraden, gedachten van dezen aard komen op wanneer men bijeenkomt na de voltooiing van een bouwwerk, wanneer degenen elkander nog eens begroeten, die hier maandenlang bijeen waren en die iets gewrocht hebben. Zij hebben allen medegewerkt tot een groot gemeenschappelijk werk gereed was. Dit is een schoone gelegenheid om de kameraadschap in den arbeid te gevoelen. Nu moet gij niet denken, dat dit slechts een enkele gelegenheid is, die wij aangrijpen. Het is niet als een op den kalender van tevoren aan gegeven feest, waarvoor men nettere kleeren aan trekt, er heengaat en wacht tot het voorbij is. Tenminste zoo zouden wij dat niet willen. Wij gelooven dat wij steeds weer bijeen moeten komen. Men moet iedere gelegenheid aangrijpen, waar dit mogelijk is, opdat allen die gemeenschappelijk iets tot stand hebben gebracht, ook buiten dezen arbeid in blijde uren te zamen zijn. Ik acht het zeer belangrijk, dat juist diegenen, die de ver antwoordelijkheid dragen, steeds tot het volk gaan en steeds midden in het volk staan. Tenslotte moeten zij uit het volk opgegroeid zijn, want alleen zoo weten zij waar zich de nooden bevinden. Maar nog meer, wij moeten tot het volk gaan en iederen medemensch in de oogen zien, wiens lot wij in handen hebben. Het is slecht gesteld met den leider, die slechts aan een groene tafel zit. De juiste leiding moet midden in het menschelijke leven gaan staan. Zij moet het gevoel hebben: ik heb getracht te doen wat juist en werkelijk nood zakelijk was en ik zal thans in hun oogen lezen, of het mij gelukt is, dan wel of ik mij nog meer moet inspannen. (Men zie ook pag. 2

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 1