Prof. van Dam houdt radiorede. Familiefeest" Fa Gebrs Vermeulen MAANDAG 2 DECEMBER 1940 HA'A RE EM'S DAG BE A' D 2 Dringend beroep op ouders, opvoe ders en leerlingen mede te werken aan de toekomst. Zondagavond heeft over de zenders Hilversum 1 en Hilversum 2 prof. dr. J. van Dam, secretaris generaal van het departement van opvoeding, weten schap en cultuurbescherming een rede uitge sproken, waaraan het volgende is ontleend: „Wij leven in moeilijke tijden. Maar is dat niet vrijwel'altijd zoo geweest? Was de glorïethijd van de 17e eeuw met zijn talrijke oorlogen en rampen soms eenvoudig om te beleven? Iedere tijd is moei lijk voor ieder denkend en levend mensen en het verschil zit in het algemeen slechts in den graad der moeilijkheid, en ik geef gaarne toe, dat de moei lijkheden, die ons volk thans doormaakt, de groot ste zijn sinds een eeuw, grooter dan die, waarvoor ons de wereldoorlog van 1914 tot 1918 plaatste. Deze moeilijkheden zijn niet uitsluitend en zelfs niet in de eerste plaats van materieelen aard. Het zijn vooral moeilijkheden van geestelijken aard. Het is uitermate bezwaarlijk te midden van deze het geestelijk evenwicht te bewaren, afstand te houden tegenover de vele indrukken, ervaringen, meenin gen, geruchten en alarmeeringen, die wij dagelijks in ons opnemen. Dat uit zich in allerlei symptomen, die ook ons onderwijs bedreigen: onrust, misver standen, gebrek aan concentratie, opwinding over geruchten, gewilde of ongewilde verkeerde uitleg van maatregelen en voorschriften, zijn aan de orde van den dag. Daarbij komt natuurlijk voor allen, die verantwoordelijk zijn voor het welzijn van kin deren, de zorg voor het dagelijksch leven en de zorg voor hun toekomst. Om ons zelf uit dezen toestand te bevrijden, is in de eerste plaats noodig het inzicht, dat deze tijd van verwarring en chaos voorbijgaat. Dat inzicht schenkt ons in de eerste plaats de geschiedenis. Wat wij beleven, is het noodlot, of, zoo men wil, het voorrecht, van slechts enkele generaties van menschen. Wij beleven niet een oorlog, maar een omwenteling, 'n revolutie, die uiteindelijk aan onze wereld een uiterlijk zal geven, dat in vele essen- tiëele dingen afwijkt van dat van de vroegere. In dit licht bezien, mag ik u erop wijzen, dat het nogal meevalt. Deze revolutie is volstrekt niet zoo bloedig en heftig als vroegere wel waren, omdat zij voltrokken wordt door den wil van een macht, die in de eerste plaats op ordening, niet op wanorde en chaos is gericht. Wij Nederlanders kunnen aan de ontwikkeling van die revolutie niets af of toe doen. Het eenige, wat wij kunnen en naar mijn overtui ging moeten, is, ervoor zorgen, dat de gevolgen van deze revolutie voor ons volk, voor onze kinderen zegenrijk worden. Want dit is het, wat ik vooral tot de Nederland- sche ouders zou willen zeggen: wij, ouders, moeten er ons van bewust zijn, dat wij de maatschappij niet voor ons zelf bouwen, maar voor onze kinde ren, en dat die maatschappij in hun belang een gelukkigen vorm moet krijgen. Wij mogen nooit ver geten, dat onze kinderen de eerste Nederlandsche generatie vormen sinds ruim een eeuw, die de oorlog in eigen land heeft gekend. Zij moeten er van worden doordrongen, dat de nooden van dezen tijd niet vergeefsch zijn gweest, dat er na dezen tijd een voor Europa, gelukkiger periode zal aanbreken. Daartoe moeten zij worden opgevoed in een geest, waarbij het Nederlandsche element met allen behoorlijken nadruk wordt geaccentueerd maar die niet wil, dat de verhouding tot andere volkeren, met name het Duitsche volk, en de verhouding van de verschillende volksgroepen on derling, die immers alleen in de middelen, niet in het doel verschillen, wordt vertroebeld. Wij zijn allen Nederlanders en willen dat blijven. Wie bij zijn kind thans in plaats van liefde en saamhoorig- hèidsgevoel haat en onverdraagzaamheid kweekt, schaadt daarmede niet alleen zijn eigen kind, maar ook de Nederlandsche volksgemeenschap, waarvan het later deel zal uitmaken. „VERBODEN" BOEKEN. In dit licht moet men ook een maatregel zien, die onder alle betrokkenen veel opwinding en mis verstand heeft veroorzaakt, de kwestie van de z.g.n. „verboden" schoolboeken. In werkelijkheid zijn er geen schoolboeken verboden. Er zijn twee groepen van boeken uit het verkeer genomen: die boeken, die één of meer in de tegenwoordige situatie onge schikte of, wat meer voorkomt dan men aanvanke lijk zou meenen, voor het Duitsche volk en zijn leiders kwetsende passages bevatten en daarnaast die boeken, die de daartoe ingestelde controle-com missie tengevolge van tijdgebrek op den daarvoor gestelden termijn nog niet had kunnen contro leeren. Deze boeken zullen zoo spoedig mogelijk aan het onderwijs worden teruggegeven, zoo noodig nadat de noodzakelijke wijzigingen met medewer king van de uitgevers en het docerend personeel der scholen zijn aangebracht. Ik ben ervan over tuigd, dat ik op de medewerking van deze beide groepen geen vergeefsch beroep doe. Tot de opvoeders in meer specialen zin, tot hen dus, die aan een Nederlandsche school onderwijs geven, kan mijn raad en dringende bede geen andere zijn: bederft de resultaten van uw onderwijs niet door af te breken inplaats van op te bouwen, en duldt niet, dat anderen bijv. sommige van uw leerlingen, dat onderwijs ondermijnen. Ik heb het ambt van secretaris-generaal op mij genomen in de overtuiging, dat het Duitsche bestuur, dat thans ons land regeert, wenscht, dat ons onderwijs in strikt Nederlandschen zin wordt gegeven en naar behoefte wordt uitgebreid en verbeterd. Het streven naar verbetering van het onder wijs in het Nederlandsch en naar verdieping van ons besef van Nederlanderschap zal door hen niet worden belet, wel, uit den aard der zaak en voor lederen weldenkende volkomen begrijpelijk: een onderwijs, dat vijandschap en wanbegrip kweekt tegenover het Duitsche volk en zijn leiders. Tegen dit laatste moge ik u zoo nadrukkelijk mogelijk waarschuwen! Uitwisseling van denkbeelden en methodes op het gebied van het onderwijs tusschen Nederland en Duitsehland, verbetering ook van het onderwijs in de Duitsche taal en cultuur zal voor ons volk zoo wel geestelijk als materieel heilzame gevolgen heb ben. Maar vooral zal het onderwijs in Nederland sche taal en cultuur een aanzienlijke uitbreiding en vernieuwing ondergaan, wil het bijdragen tot de vorming van een vernieuwd en doelbewust Neder landsch volk, dat bereid is zijn volle energie in de wereld in te zetten. Ik denk aan een vorm van onderwijs, waarbij taal en letterkunde, cultuur- en kunstgeschiedenis, aardrijkskunde en volkskunde zullen worden vereenigd tot een heemkunde, als ik dit betrekkelijk nieuwe woord mag gebruiken, die de kennis omtrent de schatten der Nederlandsche cultuur zal kunnen verspreiden. Dat naast deze uitbreiding het thans reeds over belaste onderwijs een zekere versobering zal moeten ondergaan, spreekt dunkt mij vanzelf. Van u, Ne derlandsche leeraren en onderwijzers, moet het Nederlandsche volk het offer vragen, zoo noodig met terzijdestelling van uw persoonlijke gevoelens en overtuigingen ten aanzien van leerstof en me thode, de aan uw zorg toevertrouwde kinderen mede op to voeden tot Nederlanders, die in staat zijn, zich harmonisch in te passen in de nieuwe wereld, die door dezen oorlog zal ontstaan. DE LEERLINGEN. Thans nog een woord tot hen, die opgevoed wor den, de leerlingen der Nederlandsche scholen, uni versiteiten en hoogescholen. Tot de leerlingen der lagere scholen wil ik kort zijn, omdat zy, gelukkig voor hen, nog weinig be grip hebben van de grootc gebeurtenissen van het heden. Ik weet, dat er onder jullie veel over politiek, over den oorlog en over al het nieuwe, 'wat er op straat te zien is, wordt gepraat en ge ruzied. Laat dat, en praat over de dingen van je eigen leven. Ik kan jullie beloven, dat we wat meei tijd gaan geven aan gymnastiek en sport! Jullie, leerlingen van de middelbare scholen, ben; er lang niet het slechtst aan toe! Jullie hebt het voorrecht, om, wanneer jullie over eenige jaren de maatschappij binnenstapt, een, naar wij allen hopen en verwachten, vredige en bevredigende wereld open te zien staan, een wereld, die plaats biedt aan een ieder, die zijn handen uit de mouwen weet te steken, zijn hoofd weet te gebruiken en de kunst verstaat te profiteeren van al wat jullie thans leeren Maarjullie bent je van dat voorrecht maai nauwelijks bewust. De leerlingen van de middel bare scholen zijn verdeeld in tal van groepen en gewikkeld in tal van politieke twisten en harre- warrerijen. Ik geef jullie den goedgemeenden raad. houdt daaromee op. Weet, dat jullie samen eens de wereld moet opbouwen, kweekt die gezindheid reeds nu in jullie binnenste aan. Weest ervan over tuigd, dat zij die jullie opzetten tot dien strijd geenszins het welzijn van het Nederlandsche volk beoogen en wellicht zijn ondergang veroorzaken. Geeft elkaar ook bij ernstige verschillen van mee ning de hand en weest, wat in een tijd als deze noodzakelijk is. kameraden! DE STUDENTEN. En dan een woord tot de studenten! Het valt mij gemakkelijk tot u te spreken, omdat ik door jaren lange practijk gewend ben met u om te gaan en in dien omgang nooit eenigen wanklank heb ervaren, ja, uit den omgang met u steeds weer nieuwe kracht heb geput! Maar het valt mij ook moeilijk, omdat het experimenteele beeld dat ik mij van u, studen ten, heb gevormd, zoo weinig schijnt te kloppen met de werkelijkheid, zooals ik die uit mededee- lingen van de meest verschillende universitaire cen tra meen te moeten opmaken. (Het heeft geen zin struisvogelpolitiek te spelen: er zijn reeds hoogescholen door de Duitsche over heid gesloten, en er zullen meer volgen, wanneer gij niet na de Kerstvacantie tot bezinning bent geko men). Gij zijt ontevreden en gij uit dat op een wijze, waarmede gij niemand in het land, ook niet dege nen voor wie gij optreedt, eenig goed doet en waar mee gij niemand in het land meer schaadt dan juist u zelve! Want de sluiting der universiteiten betee- kent niet slechts dat aan u het voorrecht ontnomen wordt aan onze voeten te zitten, en aan ons om u wijsheid mede te geven. Dat ware te verdragen. Vooral omdat u in dat opzicht aan lange vacanties bent gewend Maar het heele werk staat stil, het practische werk dat voor velen den weg naar de maatschappij beteekent. Uw eigen ontwikkeling wordt ernstig geschaad! Uw houding is negatief en afbrekend. Kijk eens, in rustige tijden wil ik graag aan stu denten het recht toekennen ontevreden te zijn met den gang van zaken. Als gij dat niet was, zou er van u later in de maatschappij geen vernieuwing uit gaan. Gij moogt ook nu nog gerust aan ons ouderen verwijten dat wij ons te weinig hebben verzet tegen de sleur die de dingen liet komen zooals ze kwa men. Maar dit is geen tijd voor mopperen en op standigheid. Het is een tijd, waarin veel werk moet worden verzet waarin opgebouwd moet worden Daartoe is tucht noodig, en tucht is verreweg het best te verdragen in den vorm van zelftucht!! Ik hoop en verwacht van u, Nederlandsche studen ten, dat u in deze vacantie den weg naar deze mooi ste men«chelijke eigenschap zult vinden. Velen van u zijn soldaat geweest. Sommigen van u, voortreffelijke specimina van het genus studioso- rum, heb ik in de mobilisatie zelf van nabij leeren kennen. De soldaat kankert totdat hij zijn handen uit de mouwen moet steken. Dan wordt hij flink en laat het mopperen. In dat stadium bevindt gij u thans ook: de maatschappij wacht op u, zij heeft u noodig om mede te werken aan den opbouw van Nederland, van Europa, ja, van geheel de wereld. Dit geldt voor ons allen, ouders en kinderen, op voeders en opgevoeden. Wij allen, Nederlanders, moeten ons voorbereiden op een wereld die anders zal zijn dan zij vroeger was, en die, naar wij vuris hopen, beter zal worden dan de wereld die in Ver sailles werd geconstrueerd. Ik doe daarom een be roep op u allen, Nederlanders, om posiitef te willen zijn en mede te werken aan ons aller toekomst! Ne derlanders, het moet voor Nederland!" (A.NP.) Wanneer zijn fle postkantoren open' De directeur van het Post- en Telegraafkan toor te Haarlem brengt het navolgende ter ken nis: Met ingang van 2 December wordt de open stelling voor het publiek der navolgende post- inrichthingen tot nader order als volgt: Van-de bijkantoren Aerdenhout, Schoterweg, Tempelier&straat en van alle postagentschap pen van 1017 uur. Van de bijkantoren Bloemendaal en Heem stede van 820 uur. Van het bijkantoor Overveen van 818 uur. De openstellingsuren van de hulpkantoren worden als volgt: Bennebroek: 9—12, 14—15.30, 17.30—19. Santpoortdorp: 1017. Spaarndam: 1012, 1417. Santpoort-Statnon: 8.3012.30. 13.3016. 1819.30 en die van h'et Post-, Telegraaf en Te lefoonstation Vogelenzang 919 uur. SCHAAP OP DE WEI GESLACHT. Een landbouwer aan de Zomervaart te Haar lem heeft aan de politie medegedeeld, dat onbekenden een schaap op zijn weiland, dat daar Zaterdag nog liep te grazen, geslacht heb ben. Het vleesch hadden zij meegenomen; de landbouwer vond alleen de vacht en wat afval terug. PLECHTIGE INWIJDING NIEUW GEBOUW VRIJE EVANG. GEMEENTE. Zondagmorgen 1 December j.l. had de plechtige inwijding plaats van het nieuwe gebouw der Vrije Evang. Gem. aan den Jansweg te Haarlem. De eerste Godsdienstoefening was een bijzondere wijdingsdienst. Na het votum en de plechtige ope ning van den kanselbijbel las de voorganger, ds. D. J. D. du Fossé, het schriftgedeelte, Psalm 118. Het zangkoor zong toepasselijke liederen. Als tekst voor dezen wijdingsdienst noemde ds. Du Fossé Ps. 118:25: „Och Heere, geef nu heil, Och Heere, geef nu voorspoed!" Wij verwachten, aldus zeide spr. o.a., geen won deren in de gemeente, maar wel verdieping van he; geestelijk leven. Moge God het zoo maken dat ons aller hart worde geheiligd en onze wegen wor den gerechtvaardigd, om Zondag aan Zondag te komen om naar Gods Woord te luisteren. Na den wijdingsdienst had in de bovenzaal de officieele opening plaats. Vele leden, vrienden en afgevaardigden waren aanwezig. De voorganger ds. Du Fossé, opende dit samen zijn, heette de afgevaardigden hartelijk welkom en dankte allen voor de goede samenwerking, bij de totstandkoming van dezen dag. Als afgevaardigden spraken de heer Zwankhuizen namen den Kerkeraad en het Bouwfonds, dr. Adriani namens de Gemeente, de heer Alink na mens de V. E. Gem. te Amsterdam, de heer Nele mans namens de V. E. Gem. te Bussum, mr. P. E. Barbas namens het bestuur van den Armenraad, de heer Brussee namens de Baptisten Gemeente Haar lem, de heer Lam naméns het bestuur van hel Chr. Mil. Tehuis en zendeling br. Bos namens de Samosirzending der V. E. Gem. in N.O.I. Tenslotte dankte ds. Du Fossé de afgevaardigden en de aanwezigen en sloot met dankgebed. De eerste groote straatcollecte van de stichting „Winterhulp Nederland" is Zaterdag gehouden. Een foto van de collecte in de hoofdstad, welke evenals alle andere steden in het land op dezen dag geheel het kenmerk van de „Winterhulp" droeg. De Zilvertram op haar tocht door Amsterdam's straten. (Foto Pax Holland.) Na afloop van de eerste groote straatcollecte der stichting „Winterhulp Neder land", waren Zaterdagavond in het gebouw Bellevue te Amsterdam vele nijvere handen bezig met het tellen van den inhoud van de collectebussen, welke de gaven der Amsterdammers bevatten. (Foto Pax Holland.) De inzameling voor „Winterhulp Nederland". De opbrengst in Haarlem en Omstreken. Elders in dit nummer deelen wij mede dat de collecte te Haarlem voor Winterhulp Nederland 6402.47 y2 heeft opgebracht. De opbrengst van de collecten was: te Bloemen daal 2692 en te Heemstede 3008.96 De gegireerde bedragen zijn hieronder dus niet begrepen. Met deze bedragen mee was het tot he den totaal ontvangen bedrag te Heemstede onge veer 4225 en te Bloemendaal ongeveer 10.000. Hoeveel het totaal bedrag te Haarlem wordt is he den nog niet mede te deelen. Priesterjubilea. Zondag herdacht de weleerw heer kapelaan M. H. der Togt van de R.K. kerk Onze Lieve Vrouw van z smarten en de H. Bavo aan den Rijksstraatweg te Haar lem Noord zijn 12» .-jarig priesterjubileum, 's Morgens werd door den jubilaris een plechtige H. Mis. opgedra gen. geassisteerd door den vroegeren pastoor, den zeer- eerw. heer Tahman en door den kapelaan Van der Togt, een neef van den jubilaris. De feestpredlcatie werd uit gesproken door den zeereerw pastoor A. P. van Eden, 's Middags was er een plechtig Lof met Te Deum. Voor beide plechtigheden was de belangstelling groot. Na af loop hield de jubilaris een receptie, die o.a. bezocht werd door afgevaardigden van den R.K. Volksbond, vai R.K. Propagandaclub. de R.K. Verkenners „St. Huber- tus" en van de verschillende Maria-congregaties. Vandaag is ook de weleerw. heer kapelaan W. Blok 121^, jaar priester. Dit is Zondag op een hartelijke wijze gevierd, 's Morgens negen uur heeft de jubilaris In de Kathedrale Kerk St. Bavo een plechtige Hoogmis op gedragen, geassisteerd door den weleerw. heer J. Verhoe ven als diaken en den weleerw. heer P. Bottelier subdiaken. De hoogeerw. heer Plebaan Filbry hield de feestpredikatie. Van 1—3 was er een druk bezochte recep tie. De jubilaris kreeg veel bloemen en geschenken. Het feest werd te half vijf besloten met een plechtig Danklof. KIN/T IN UITEREN^j HET TOONEEL HET MASKER" speelt Het bleek een gelukkige keuze van de afdeeling Haarlem van Het Nederlandsch Tooneelverbond, dit Familiefeest van Dodie Smith, dat voor de tooneel- groep „Het Masker" Zaterdagavond een zeer groot en volkomen verdiend succes is geworden. De goed gevulde zaal heeft met blijkbaar genoegen dit fa- milistuk gevolgd en aan het slot de artisten van Het Masker op de hartelijkste wijze er moest zelfs zes maal worden „gehaald" gehuldigd. Dit „Familifeest" is een stuk in den trant van Afkloppen" en „Een Lentedag". Dodie Smith die ook de schrijfster is van deze twee stukken bezit het zeldzame geheim om met een minimum intrige ons toch een heelen avond niet alleen bezig te houden maar te boeien ook. Wanneer men mij vraagt, wat er eigenlijk in dit stuk gebeurt, dan moet ik antwoorden: bijna niets, althans niets be langrijks. Het geeft enkel een familiefeest, de gou den bruiloft van Charles en Dora Randolph, maar wij worden door Dodie Smith opgenomen in de familie Randolph, die zich op dezen dag om het gouden paar vereenigt. Het is een gouden feest zonder schokkende gebeurtenissen, zooals u en ik, wij allen wel een hebben meegemaakt, en daarom misschien volgen wij dit spel met zoo'n genoegen. Want wij herkennen er veel in van ons eigen leven en de schrijfster geeft ons deze familie met zulk een charme, dat wij er met vreugde te gast zijn. De oude heer en mevrouw Randolph zijn dood gewone menschen, zonder groote gebreken en zon der groote deugden' en zoo zijn al de kinderen en kleinkinderen. Bepaalde hoofdpersonen zijn er in dit stuk niet zelfs het gouden paar kan er geen aanspraak op maken het is de familie, waarom het de schrijfster te doen was en waaraan dit stuk feitelijk gewijd is. Welle een bekoring bijvoorbeeld gaat er uit van die kinderkamer, waar allen kind zijn geweest en die dus vol herinnering is. Is het niet een charmant tooneeltje, als de ouderen de plaats van de kleintjes innemen en aan 't „kleuren" gaan, precies zooals zij dat vroeger in hun kinderjaren heb ben gedaan. Er was de sfeer van de kinderkamer met al haar intieme geheimen, die niet alleen dit speciale gezin, maar ons allen bekend is. Het ver leden herleeft voor al deze menschen, behalve bij de kinderen, die nog geen verleden hebben, maar zich later zullen herinneren zooals nu de ouderen al deze geheime hoekjes van het ouderlijk huis. Elk lid der familie brengt zijn geschiedenis en verleden mee en wanneer het gouden feest voorbij is, zal het leven voor allen weer gewoon door gaan, behalve voor Nicholas Randolph en Grace Fenning, die elkaar gevonden hebben en aan dit feest hun mooiste herinneringen zullen bewaren. Met deze blijde gebeurtenis eindigt dit gezellige, prettige, bekoorlijke stuk, dat, meer novelle dan tooneel, ons een schildering geeft van de familie Randolph, zoo treffend-juist, alsof wij er niet drie uren, maar drie weken te gast zijn geweest. Een stuk als dit Familiefeest eïscht een fijn afge stemde vertooning en die hebben wij van Het Masker in alle opzichten gekregen. Qua ensemble- spel gaf de opvoering zeer veel te genieten en dit was te opmerkelijker, omdat verschillende actrices zooals Hetty Beck. Rini Otte. Sophie de Vries, Jetty van DijkRïecker en Nelly Ernst voor het eerst bij Het Masker speelden. Het groote succes van de opvoering was dan ook voor een belangrijk deel aan de regie van Ko Arnoldï te danken. Wij zouden dit keer dan ook eigenlijk kunnen volstaan met evenals bij een orkest het ensemble te roemen, maar dat zou toch niet billijk zijn tegen over mevrouw Royaards. die de oude mevrouw Randolph met zoo verfijnde distinctie hoe prach tig zag zij er uit met haar sneeuwwitte pruik en geestig speelde voortreffelijk bijvoorbeeld die stekelige, door jalouzie opgewekte opmerkingen over haar schoonzuster Bella, Hetty Beck, die zoo raak en gevoelig elk gezegde over het voetlicht bracht. Georgette Reyewski. die zoo overtuigend en beheerscht Docit Jiet zwarte schaap" speelde, Nelly Ernst, die zeer zuiver en gevoelig was als Grace Fenning zij vooral bleek een groote aanwinst voor „Het Masker", Nini Bergsma, alleraardigst in haar travesti van het enfant terrible „Bill", Sophie de Vries, die na 10 jaar niet te hebben gespeeld, als Bella Schlessinger bewees van de goede, oude school te zijn. Ko Ar- noldi, die een grootvader van even groote distinctie als de grootmoeder gaf, Gobau, sympathiek als de opgewekte, vroolijke Nicholas, Jan Retel en Lies de Wind, frisch en jeugdig als het jonge, ge lukkige paar, Adolphe Rijken, gezellig en gemoe delijk als Kenneth Harvey, Rini Otte, levendig als het wat lastige meisje haar rol was dankbaar der dan die van Kathleen, welke door Heieen Pi- mentel onnoodig wat al te nadrukkelijk werd ge speeld en Lize Servaes als de oude getrouwe dienstmaagd. Bloemen waren er aan het slot voor mevrouw Royaards. Het applaus gold het geheele ensemble, de tooneelgroep „Het Masker", die ook in de dé cors en requisieten dit stuk met zooveel smaak en zorg ten tooneele heeft gebracht. Wij vernamen, dat Het Masker spoedig met Fa miliefeest in Haarlem terugkomt. Het zou mij te oordeelen naar de door mij opgevangen gesprek ken by de vestiaire niet verwonderen, dat onze schouwburg dan vol zou zijn. J. B. SCHUIL 1600 Slag bij Nieuwpoort U behoeft geen slag te leveren om datgene te koopen wat U noodig heeft. Dat gaat gemak kelijk! Een natuurzijden Pyjama kost U slechts 20 punten. Pyjama van poplin of flanel 30 punten Wel is het belangrijk te zorgen, dat U kwali teit krijgt. Dat ga ut langer mee en spaart dus punten. BESTEED UW PUNTEN GOED BIJ GROOTE HOUTSTR. hoek GR. MARKT. (Adv. Ingez. Med.) AERDENHOUT'S TOONEEL ENSEMBLE. Dilettanten, die, „Hij, Zij en Hottentot", op hun repertoire nemen, zijn altijd verzekerd van een lachsucces. Voor dat succes zorgt in de eerste plaats wel William Maples, de schrijver van deze Amerikaansche klucht. De komische situaties, waarin hü Sem Harrington brengt, den man, die doodsbang voor paarden is en door de liefde gedwongen wordt aan een gevaarlijke steeple chase deel te nemen, missen nooit hun effect. Wij hebben dit Zondagmiddag weer gezien bij de opvoering, welke Aerdenhout's Tooneel Ensemble in het zaaltje van De Leeuwerick heeft gegeven. Het publiek heeft tranen gelachen om Sem, eiken keer, als ook maar de schim van een paard hem de stuipen op het lijf joeg en ook Cweek, de buttler mocht in dit succes deelen. Het voornaamste doel van deze voorstelling, het pu bliek een vroolijken middag verschaffen, is dus bereikt. Toch meenen wij, dat ook met minder zware paardenmiddelen de spelers den lach uit de zaal zouden hebben gehaald. De regisseur, de heer Van Dongen, heeft het er wel wat erg dik op la ten leggen, wat in deze klucht werkelijk niet noodig is. De kracht van Aerdenhout's Tooneel- Ensemble lijkt mij meer te liggen in werken van Fabricius dan in zoo'n Amerikaansch stuk, dat lichter gespeeld dient te worden, vooral in een kleine zaal als De Leeuwerik, waar de spe lers dichter bij hun publiek staan dan bijvoor beeld in den Stadsschouwburg. Ook het kleinere tooneel dwingt daar als het toe. Wanneer bijvoorbeeld Sem van schrik opsprong, vloog hij het heele tooneel over en Cweek volgde dit voor beeld, wat natuurlijk op een grooter tooneel niet gebeurd zou zijn. Ook eischt dit milieu van Amerikaansche geld- menschen een anderen speelstijl. De situaties waarin Sem Harrington komt, zijn op zich zelf al koddig genoeg en het is werkelijk niet noodig deze door al te kluchtig spel nog extra aan te zetten. Deze opmerkingen gelden voornamelijk de regie. De heer R. Hengeveld lijkt mij een speler, die ook met eenvoudige middelen succes zou kunnen be halen. Hij wist bijvoorbeeld zijn tekst aardig te lanceeren en hij is ook niet van komisch talent ontbloot. Zoo speelde hij de scène van de gefin geerde race op de sofa zeer geanimeerd en mej. Scholte stond hem daarbij zeer goed ter zijde. Mej. Scholte beweegt zich gemakkelijk op het tooneel en was als Peggy Fairfax lang niet slecht. De heer Loppersum chargeerde wel heel sterk in de rol van Cweek en vergat te veel. dat hij ten slotte toch een butller is. Wie den heer Jan van Eden om nu maar eens een dilettant te noemen indertijd deze rol heeft zien spelen, zal zich her inneren, dat Cweek ook met soberder middelen de lachers op zijn hand kan hebben. Mevrouw Koning en de heer Van Holland voe len zich op het tooneel thuis, maar ik heb hen beiden toch wel eens beter gezien. Alex Fairfax en Larry Gilford waren niet bepaald de Ameri kaansche jockeys, die zij moesten zijn. Mej. C. Houtakkers speelde Mrs. Carol Chadwich eenvou dig en natuurlijk. De beste van allen was de heer J. van Dongen, die als Perkins, de stalknecht goed op dreef was. Aerdenhout's Tooneel-Ensemble is wel eens ge lukkiger geweest dan gisterenmiddag. Maar Wil liam Maples heeft toch weer de overwinning be haald, zoodat er veel en hartelijk gelachen is. Heb publiek heeft zich blijkbaar uitstekend geamu seerd en een lachsucces is ook dit keer Hij, Zij en Hottentot geworden. J. B. SCHUIL. „DE KLIEK" REVUE. „Amusement zonder end"- „Davoka" is een club, die zich in gewone tijden op ander gebied dan tooneel en revue beweegt, maar zich door net „dansverbod" gedwongen ziet haar leden thans op andere wijze te amuseeren. Zij heeft dat Zondagavond in den Stadsschouwburg gedaan met een revue „Amusement zonder End" en lang niet zonder succes. Het is een vroolijke avond geworden en de revue is bij de volle zaal dan ook terdege in den smaak gevallen. Natuurlijk was het van jongelui, die niet gewoon zijn op de planken te staan, niet te verwachten, dat alles reeds dadelijk klopte, maar er zat varia tie en ook vaart in deze revue en dat is reeds heel wat. Fr er waren enkele nummers, die zelfs heel geslaagd genoemd kunnen worden. Zoo was de Afrikaansche Show „Ons ga trou" een alleraardigste finale voor de pauze. Hier had de regisseur de heer Henk van Loenen heel wat bereikt. De Afrikaansche liederen werder met Schwung gezongen niet alleen, maar ook het spel was in dit nummer ongedwongen en los. En wat was dit goed van groepeering. Dit was verreweg het beste rummer van den avond. Een aardig effect maakte eveneens het oud-Hol- landsche .schilderij", waarop de figuren levend werden en zeer goede kwartetzang ten gehoore ga ven. Qua costumeering en grime was dit schilderij zeer geslaagd. De opera-parodie „Amore di Sevilla" mocht er ook zijn. Vooral F garo wist het parodistische ka rakter raak te treffen en zong zijn Figaro-aria lang niet onverdienstelijk. En een koddig effect maak ten de stier en de daaropvolgende ..Toreador-scène". Van de sketches noem ik „Het Radicale Middel" en „Het Systeem", die het meest in den revue-stijl waren en ook in dezen trant het best werden ge speeld. De „kliek"-girls dansten niet onverdienstelijk „in American style", zooals het programma aangaf, en een danspaar had succes met show-dansen. Zoo werd het een geheel, dat afwisseling bood en zooals ik schreef bij het publiek veel succes had. Davoka heeft met deze revue zeker haar le den aati zich verplicht. J. B. SCHUIL.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 2