len „wintersche wandeling'' aan den haard Nieuws in het kort HA AR L' EM'S DAGBEXD' 7 Wegens ijs is de veerdienst tusschen Enkhuizen en Stavoren gestaakt, waarvan op de stations aan de reizigers per bord kennis wordt gegeven. (Foto Pax-Holland) Leert van Uw schilders en dichters en trekt er in den winter op uit! bij De wind is losgebroken over de lage landen. Hij regóet de hooge populieren om de eenzame boerde- mi jen heen en weer zwalpen, hij striemt elk voor werp, dat zich in het wijde land verheft, hij doet de Jplven tegen boulevards en dijken beuken en in "de eden fluit en buldert het om de huizen. De storm over Holland gekomen, en om Theun de Vries' oorden te gebruiken de nachten dreur.en on- z^uimig om het weerloos huis". Hoe hebben de dichters onzen winter gezien? Ter- felle regen en kagel, die van tijd tot tija door geh(indvlagen worden voortgezweept, tegen de ruiten etsen, met een geluid alsof deze door honderden line naalden bewerkt worden, zoeken wij, dicht bij rrïjdjen haard gekropen, het antwoord. De storm, waartegen de Nederlanders de eeuwen j>or gevochten hebben hij was aanleiding tot de emrijke bladzijden, die in onze geschiedenis aan m reddingwezen mochten worden gewijd, nij was _t»k oorzaak van den strijd, die voortdurend aan onze ijsba iken moet worden gevoerd vindt men behalve ;eied >or Theun de Vries, ook door Adama van Schel- u$ma bezongen: De wind sluipt door den donkeren nacht Hij woelt door doode blaren, Luister: die lange bange klacht De wind zal niet bedaren. De wind huilt door het dorre hout Hij rukt aan alle ruiten, 't Is binnen stil, 't is binnen koud. Hoor: hoe de wind kan fluiten! g0(De Nederlandsche winter vertoont zich echter leeds weer in een anderen vorm waardoor het onzer landen een steeds wisselend aspect j-ygt. De wind is één van die vormen, „graauw vriej Uw hemel en stormig Uw strand" de regen is •ijvo<kn ander verschijnsel en ook in dit opzicht zou van ock^s lancl te spreken zijn als van een „land van wind 3 water". Plotselinge plensbuien wisselen af met mjne motregen, die alles maakt „oud en droomerig i vertrouwd". En dan niet te vergeten, de nevels, met de regens, De Genestet deden schrijven: ]ancj van mjst en mest, van vuilen kouden regen, JDoorsyperd stukske grond, vol killen dauw en I damp »JVol vuns onpeilbaar slijk en ondoorwaadbre wegen Vol jicht en parapluies, vol kiespijn en vol kramp! poch behoeven wij ons niet alleen door onaange- jrne herinneringen te laten leiden. De dichters s pen het evenmin, want diezelfde nevel Kan de Inleiding zijn, tot de vorming van een bij uitstek aariif00verenc* schouwspel, als in het nevelige land de N. irst zijn intrede doet. Dan zijn de takken 'der boo- en, het riet langs de slootkanten en het gras in de bezet met 'myriaden fijne ijsnaaldjes, die tooverachttig kantwerk vormen. En hiermede B Jen wij onze intrede in die wereld van wondere fioonheid en winterstilte die Jacqueline v. d. ve„ pais het volgend vers in het hart en in de pen gaf: De grond is wit, de nevel wit. De wolken, waar nog sneeuw in zit, Zijri wit, dat zacht vergrijzelt. Het fijngetakt geboomte zit Met witten rijp beijzeld. De wind houdt zich behoedzaam stil, Dat niet het minste takgetril 't Kristallen kunstwerk breke, De klank zelfs van mijn schreden wil Zich in de sneeuw versteken. Dc grond is wit, de nevel wit. Wat zwijgend tooverland is dit? Wat hemel loop ik onder? Ik vouw de handen en aanbid Dit grootsche stille wonder. !n hiermede zijn wij gekomen tot het aspect van winter, dat altijd het meest tot de menschen ge- iken heeft en waarvoor wij vooral in de dagen d Kerstmis en Oudjaar zoo ontvankelijk zijn: land door een donzen vacht bedekt. Wanneer de euw in een milde overdaad uit den grijzen win- ïemel is gevallen en de zon haar goudglanzen r het landschap strooit, dan tintelt alles in een ilderige schittering. Dan krijgen de stammen boomen. wier twijgen doorbuigen onder het ge ilt der pas gevallen sneeuw, een wonderlijk rsc en bruine tint en de spaarzame takken der twilligen teekenen zich donker af tegen de grij- jucht. De boerenbehuizingen, stoer in het land- :p oprijzend, alsof zij met den bodem zijn ver- :id, zoeken beschutting onder het geboovnte, dat omgeeft, en onder de dikke sneeuwvacht, die de en toedekt, en in de steden zijn de gevels met melijn omzoomd. Dan zijn wij gekomen in het waarin Felix Timmermans zich „het Godde- verhaal van het Kindeken Jezus, zijn zoete ider en zijn goeden voedstervader (heeft ver- d. en met wat letterkunde in groot genoegen •ierd". Dit is het land zou het niet overal in erland kunnen zijn waarin hij zijn Kerstge- edenis laat spelen: „Onder een bleeke wasgele it lag de wereld stil in sneeuw. Dik lag de ïuw op de kap va- den houten molen, die boven ie wallen zijn trage wieken keerde; en hel inge- leemen hutteken, van onder tegen de wal ing. zat er diep in verdoken, lijk een kieksken pluimen van zijn moeder inder lag het stedeken nistig en vredig, ondei witten daken, en achter de hooge wallen waar relden waren, stippelden wemelende ;chaatsen- ers op de bevroren wateren van de Nethe en de Sref; overstroomde beemden; er kwam blij geluid van daan en smoutebollenreuk. 't Was op een Donder dagmiddag. zoodat er veel kinderen waren, die on baantjes slibberden of zich in ijsstoelen amuseerden" Timmermans bevindt zich hier in het goede ge zelschap van onze middeleeuwsche schilders, die nimmer geaarzeld hebben het Kerstgebeuren in het Vlaamsche land te laten spelen. Eerst is de heilige geschiedenis hoofdzaak en ziet men het landschap voornamelijk in het fond van het schilderij (zooals een winterlandschap bij Jeroen Bosch), maar later gaat het meer en meer het gansche paneel beheer- schen. Wie Breughels „Volkstelling in Bethlehem" bekijkt, ziet heel de doening van een Vlaamsch dorp voor zich. den arbeid en het vermaak, de wijde verten, met de boomen in de ijle vrieslucht, en daar in Jozef en Maria, die hun Kindeke laten inschrij ven. Onze Oud-Nederlandsehe schilderkunst kende de liefde voor het détail, zij vertelde op uitvoerige en geestige wijze. Later doet het romantische ele ment zijn intrede (Jacob van Ruysdael). komt het Hollandsche landschap, met zijn subtiele sfeer en atmosfeer en zijn ijsvermaken op den voorgrond (Hendrik Avercamp en Aert v. d. Neer), dan ook treft ons meermalen een 17de eeuwsche boertigheid, en nog later bij de wisseling van onze- eeuw zou Breitner zijn onvergetelijke doeken wijden aan den Amsterdamschen winter en ons daarvan verhalen in een kleur en sfeer, zooals alleen Amsterdam, die heeft Van de schilderkunst nog een oogenblik terug naar de literatuur. Trouwens is het niet of men een doek van één onzer Oud-Hollandsche meesters voor zich ziet, als men in Demolders schildersroman „De Bloeiende Weg" leest: „Een bonte menigte in Zondagskleeren rumoerde op de Maas: een pratende en uitgelaten menigte, die om hun schouders het fluweel en de zijde van Dordrecht droegen en wier gezichten boven de zwarte, roode en groene mantels van de koude rood glansden. Op de oevers brandden vuurkens om zich te war men: tenten waarop de driekleur wapperde wacht ten naar klanten. Van de dorpen kwamen sleden, voortgetrokken door witte paarden, wier bellen lustig klonken; een der sleden droeg een zeil en werd door den wind •oortged reven. De vastgeankerde schepen droegen vaantjes in de spits hunner masten: om den kiel sloegen de schip pers met bijlen het. ijs aan stukken; verder weg trokken dt visschers een bark op het land Op een inham van de rivier begonnen knapen met het kolfspel: ze poogden de kogels over het gladde ijs voort te schuiven. Aan den kant stonden de ver welkte biezen lijk rijp koren: achter de berijmde iepenstammen, wier kruinen als bevroren bloem tuilen waren, stonden vogelaars op den loer Wie die op deze wijze aan den haard een winter sche wandeling heeft gemaakt zou er niet naar ver langen. zelf te gaan genieten van de schoonheid van den winter? Welnu: er ziin dagen genoeg, enk in dit jaargetijde, die er zich bij uitstek toe leenen de schoonheid van stad en land te gaan bewonderen Ook in dit opzicht kunnen wij leeren van onze schilders en dichters. Doet als zij. gaat er op uit en geniet als zij. Te lang hebben wij de pracht van ons wintersche landschap verwaarloosd. Heide, bos- schen en duinen, rivieren en weilanden hebben in den winter een heel aparte schoonheid en in het koele licht van den winter hebben ook onze oude steden en onze intieme dorpjes, met hun fraaie en sierlijke silhouetten, een geheel eigen bekoring. Waarom zullen we dan nog aarzelen? Omdat wij niet gewend zijn in den winter uit te gaan? Maar dat kan immers nooit een werkelijk bezwaar zijn Als wij den weg niet weten in het wintersche sei zoen, dan is er het V. V. V.-wezen, met meer dan driehonderd vereenigingen over het land verspreid die gaarne en kosteloos alle gewenschte inlichtingen zullen verschaffen. Daarom: trekt er op uit, ook in dit seizoen. Ge niet als onze schilders en dichters van de kleuren en het bonte gewemel als de wateren zijn gekluis terd, van de ongerepte blankheid en de verre ver schieten, van den arbeid en de vreugde in het win tersche land, kortom van heel die ijle. subtiele en soms ook dreigende sfeer, en zeg met Kloos lot den winter: „Kom dan, ook gij zijt schoon". - Door kortsluiting is de boerderij van den veehouder Blauw te Opeinde afgebrand. Een veulen kwam in de vlammen om. De 58-jarige heer K. Pels is door de duis ternis misleid van de Emmakade te Woerden in de Singelgracht geloopen en verdronken. De Hengelosche politie heeft bij den land bouwer L. aan de Bornschestraat twee fraudu- deus geslachte varkens in beslag genomen. Te gen L. en diegenen die vleesch van hem hadden gekocht is proces-verbaal opgemaakt. - De Amsterdamsche politie heeft een 20- jarige iongeman aangehouden die werkgelden van zijn kostbaas had gemd en ten eigen bate had aangewend en bovendien goederen van zijn kostbaas naar „Oome Jan" had gebracht. Belangrijke aanwinsten in het Artis^-aquarium. Aan de zoetwaterzijde, rechts bij het binnen komen in :e groote zaal van het „Art;s"-aquarium te Amsterdam, ziin een:ge bijzonder mooie en merk waardige aanwinsten te bewonderen. Groote, dieoroode „kasteelgoudvisschen". prach tige matguktei- of oranje-rood overwaasde goud zeelten. glanzende slanke goud- en zilverwinden, karmijn-flonkerende „rosettes" (een kruisingspro duct tusschen goudwinde en blankvoorn), verder nog forsch edel-, spiegel- en lederkappers, alle af komstig uit de vischkweekerij „De Zwaansprerg" bij Apeldoorn, verleenen een bijzonder en indruk wekkend cachet aan de toch al rijk bevolkte zoet waterbassins rpet hun stemmige clair-obscuur- werking. Bovendien zijn er dan nog de mooi uitgegroeide Gh;t eesehe goudkarpers of higoi's (indertijd uit Oost-Ine'ië geïmporteerd), witte paling en goudaal, een merkwaardige goudbaars en tenslotte een ko lossale, nagenoeg meterlange reuzenkarper, destijds in de Vinkeveensche plassen aan den reep gevan gen en aar „Artis" geschonken. De forellen-eieren in „beek" van de kleine zaal zijn gedeeltelijk nog in ontwikkeling en voor een deel al uitgekomen, yele larven met 'hun rose dooierzakjes liggen al zijdelings op den bodem van de beek of zwemmen met wrikkende beweginkjes een eindje tegen den stroom in. Tevens zijn er nu de groote, doorschijnende sa lamander-eieren van den Amerikaansohen axolotl te zien, door de in het aquarium aanwezige wijfjes vastgekleefd aan de stengels der waterplanten. Wat speciaal den liefhebbers var, kameraquaria zat opvallen is, afgezien van de soortenrijke col lectie exotische siervisschen en -vischjes, de koste lijke planter rijkdom in verschillende tafelaquaria van de kleine zaal, die onder de kunstmatige be lichting niet alleen bijzonder mooi uitkomt, maar ook voortreffelijk gedijt. Welhaast elk afzonderlijk aquarium is een wonder van schoonheid, zoowel wat de flonkerende kleurenpracht der tropische visscher. als wat de weelde van sierlijk zich ont vouwende of droomstil oprijzende en uitstaande waterplanten betreft. Het aquarium zal ook na Nieuwjaar nog eenigen tijd verlicht en tegen gereduceerden prijs toegan kelijk zijn. Zware brand in Den Haag. St. Vincentiusschool verwoest. In het oude gedeelte van de Haagsche bin nenstad. de wijk tusschen Westeinde en het Kor- tenbosch. heeft Vrijdagavond een zware uitslaan de brand gewoed. Omstreeks 10 uur ontdekten de inwonende broeders van de St. Vincentiusschool, Westeinde 99, dat aan de achterzijde van dit ge bouw brand was uitgebroken op de eerste verdie ping in een der lokalen van de lagere-school- afdeeling. De brandweer was spoedig met twee motorspui ten ter plaatse, doch het vuur bleek zoo hevig te zijn, dat reeds op dat oogenblik wel vaststond, dat het blusschingswerk geruimen tijd zou vor- deren. Een groot aantal slangen werd van verschillende kanten op de vuurzee gericht; geweldige massa's water werden daarin geworpen, doch de inven taris. grootendeels bestaande uit schoolbanken, houten kasten, voorraden boeken enz., bevatte zooveel brandbaar materiaal, dat de vlammen weldra door de ramen naar buiten sloegen en tevens de plafonds en op deze wijze de hooger gelegen verdieping aantastten. Toen eenmaal de tweede verdieping in vlammen was gehuld, werd de vuurzee, thans gevoed door een groote verza meling materiaal van de sjloyd-afdeeling. die op deze verdieping was ondergebracht zóó fel. dat tenslotte, ondanks den met de uiterste krachts inspanning voortgezetten strijd der brandweer ook het dak niet meer te houden bleek. Een aanhoudende vonkenregen verspreidde zich over de daken van de omliggende woningen. Met hevig gekraak stortte het dak van het groote gebouw in de vlammenzee. De bewoners van de aangrenzende woningen hadden zich inmiddels in veiligheid weten te stellen. Een belangrijk gedeelte van het schoolgebouw brandde uit. De aangerichte schade viel 's avonds ndg niet te ramen. Omtrent de ooi-zaak van den brand valt nog niets met zekerheid te zeggen. De nabhissching duurde na middernacht nog geruimen tijd voort. Amsterdam op de schaats. De vijvers in het Vondelpark hebben voor den Amster dammer een bijzondere aantrekkingskracht. (Foto Pax-Holland). Opbouwers maakten zieli aan diefstal schuldig. Vijf in arrest gesteld. De Zeister-politie heeft in samenwerking met de Utrechtsehe recherche een aar tal diefstallen bij den Opbouwdienst te Zeist en Austerlitz geheel opge helderd. Men herinnert zich dat reeds een heler uit Utrecht onder verdenking van heling werd gear resteerd. dat deze man voor de Utrechtsehe politie een volledige bekentenis aflegde en daarna raar het Huis van Bewaring weid overgebracht. Thans heeft de Zeister-politie ook de hand kunnen leggen op vijf werkers van den Opbouwdienst, die gele gerd waren in de kampen te Zeist en Austerlitz en die zich schuldig maakten aan diefstal van goede ren. welke den Opbouwdienst toebehoorden. Eenigen tijd geleden weiden bij den Opbouw dienst te Zeist de opgeslagen goederen geïnventari seerd en toen kwam uit, dat er een betrekkelijk groote hoeveelheid schoenen, uniformen, dekens en vooral ook ondergoed weiden vermist. De com mandant van den Opbouwdienst deed bij de Zeis ter-politie aangifte van de ontvreemde goederen en weldra was het onderzoek in vollen gang Er kwam toen vast te staan dat de gestolen goe deren voornamelijk waren weggehaald uit goeie- rensopslagplaatsen welke zich bevonden nabij de slaapplaatsen van de werkers van den Opbouw dienst. Deze opslagplaatsen waren wel bewaakt, doch als een der leden van den Opbouwdienst bij zijn superieur verzocht om zijn oude schoenen voor nieuwe in te ruilen, mocht hij vrijelijk in de op slagplaatsen een keus doen. Daarbij was meestal geen controle en zoo was het mogelijk, dat een werker van den Opbouwdienst. het plan opvatte, om plaats van één paar schoenen in te ruilen, te vens een of meer stellen schoeisel mede te remen. In het begin ging dit goed, later hebben verschil lende andere Opbouwers dezelfde praktijk toege past. Het bleef evenwel niet bij schoenen, doch ook dekens en andere goederen werden ontvreemd. Aanvankelijk werd van al deze diefstallen niets bemerkt, doch toen men eenmaal een hoeveelheid goederen had ontvreemd, stond men voor de moei lijkheid het ontvreemde kwijt te raken. Hiervoor werd een Utrechtsch opkooper in den arm geno men. Toen het evenwel de politie gelukte den op kooper te ontmaskeren konden ook de dieven zich niet langer schuil houden. Thai's zijn vijf man schappen van den Opbouwdienst in arrest gesteld. (A.N.P.) DISTRIBUTIEBONNEN VF.RVALSCHT. Voor de Amsterdamsche rechtbank stond Vrijdagmiddag terecht een 27-jarige timmerman, beschuldigd van de vervalsching van petroleum- distributiezegels. De man had op petroleumbon- nen. welke reeds verloopen waren in Augustus j.l. het aangebrachte nummertje gewijzigd en ze aan een buurvrouw die op reis ging medegegeven. Bij inwisseling kwam de vervalsching aan het licht. De officier van justitie achtte deze handelwijze zeer ernstig. Daar op die manier de distributie in haar geheel in gevaar gebracht wordt. Als ver zachtende omstandigheid wilde hij het feit in aanmerking nemen, dat verd. de daad gepleegd had om anderen te helpen en niet om zichzelf te verrijken Hij requireerde een gevangenisstraf van een maand. De president mr. J. Boon, bepaalde de uitspraak op 17 Januari as. Het marktwezen te Barneveld in 1940. De aanvoer op de eiermarkt te Barneveld be droeg in 1940 in totaal 68.552.000 eieren tegen 102.000.000 stuks in 1939. In de tweede helft van het jaar vertoonden de aanvoercijfers, tengevolge van de voederschaarschte voor pluimvee, een in snel tempo gaanden terug gang. De prijzen gingen evenwel tot aan 14 Novem ber steeds in opwaartsche richting, tot aan deze stijging, die abnormale vormen begon aan te ne men door het vaststellen van maximumprijzen, een einde kwam. Op de pluimveemarkt was de totale jaaraanvoer, ondanks groote afslachting van het pluimvee, niet grooter dan in 1939. Dit vond zijn oorzaak in het wegblijven van de jonge slacht- haantjes, die andere jaren een groot percentage van den aanvoer uitmaakten. Thans bedroeg de aan voer in ronde cijfers 1.250.000 stuks. De prijzen voor pluimvee waren de laatste maanden buitengewoon hoog, zoodat ook hier prijs zetting noodzakelijk werd. De handel op de pluimveemarkt was in het af- geloopen jaar over het algemeen goed te noe men. De totale opbrengst werd geraamd op f 2.500.000. De biggenmarkt had een groot deel van het jaar sterk te lijden. Den laatsten tijd is hier echter eenïge opleving merkbaar, daar vele veehouders in deze streken met de betreffende regeeringsinstantie een regeling omtrent de mesterjj hebben aange gaan. Brand in „De Gesloten Steen" te Utrecht. Vuur in kelderpakhuis ontstaan. Vrijdagmiddag heeft een felle brand gewoed in óen kelder van het perceel Oudegracht 364 te Utrecht hoek Eligensteeg. genaamd „De Gesloten Steen". Vroeger was daar een steenhouwersbedrijf gevestigd. Thans was de kelder pakhuis van de firma Haubrich uit Rotterdam, die er na de Mei dagen haar voorraad glas. porcelein en aardewerk met. de emballage had opgeslagen. In deze hoe veelheid van stroo en hooi vond de brand, waar van de oorzaak niet bekend is geworden, gretig voedsel. Ontsnappende rook trok de aandacht van een voorbijganger. Deze maakte alarm en in luttele oogenblikken tijds was de brandweer ter plaatse. Zij hakte bijten in het ijs van de gracht en tastte het vuur met tien stralen aan. De vuurhaard bleek in den kelder te liggen Met gasmaskers be gaven zich brandweerlieden naar binnen en werkten met ijzeren pikhaken de balen smeulend stroo naar buiten, waar zij op het ijs werden ge worpen en daar door spuitgasten onschadelijk ge maakt. Toch kon niet worden voorkomen, dat het vuur doorsloeg naar de eerste verdieping en ook de tweede verdieping aanvrat. Door groote hoeveel heden water in het vuur te werpen kon men de derde en de vierde verdieping behouden. Kelder. eerste en tweede verdieping werden door brand en bluschwater vernield. Vrijstelling van de Waarde vermeerderingsbelasting. Bij het stichten van opstallen. Vrijstelling van de waardevermeerderings belasting wordt krachtens besluit van den secretaris-generaal van het departement van Financiën verleend in dien deze belasting ver schuldigd is op den eersten en den tweeden overgang van grond met opstallen of van het recht van erfpacht van grond met opstallen, welke plaats hebben nadat op den grond opstal len zijn gesticht, mits die stichting is aange vangen na 9 Mei 1940. Voor zooveel den grond of het recht van erfpacht op den grond betreffend blijft de vrijstelling beperkt tot den ondergrond der opstallen en tot den grond, welke als onmid dellijke aanhoorigheid van de opstallen kan wor den beschouwd. Indien bij een overdracht van grond of van het recht van erfpacht op grond de vervreem- der op zich neemt voor rekening van den ver krijger opstallen te stichten, wordt deze over dracht als de eerste na het stichten van de op stallen beschouwd, onverschillig of de desbe treffende akte wordt overgeschreven voor of na het stichten der opstallen. (A.N.P.) Ambtenarengerecht wijst beroep van Hoogland's burgemeester af. Vrijdag heeft het ambtenarengerecht te Utrecht uitspraak gedaan in de zaak van den heer L. O. U. I. S. Grippe li ng, die eenige maanden geleden eer vol is ontslagen als burgemeester der gemeente Hoogland bij Amersfoort. Het ambtenarengerecht, heeft het beroep van den heer Grippeling tegen zijn ontslag niet ontvankelijk verklaard. Het ambtenarengerecht overwoog in de motiveering van dit vonnis o.a.. dat klager ver zuimd heeft binnen den in de ambtenarenwet ge stelden termijn van dertig dagen in beroep te komen. De distributie van terpentijn en lijnolie voor schilders. De secretaris-generaal van het departement van handel, nijverheid en scheepvaart maakt be kend. dat de hoeveelheden terpentijn en lijnolie, welke op de door de plaatselijke distributiediensten aan schilders uit te reiken bonnen kunnen worden betrokken, voor de periode van 1 Januari tot 1 Februari 1941 als volgt zijn vastgesteld: Twee liter kunstterpentiin per bon voor terpen tijn en twee liter rauwe lijnolie of gekookte olie of standolie per bon voor lijnolie. JACOB VAN DER TOL In den ouderdom van 77 jaar is te Drachten over leden de heer Jacob van der Tol. een bekende Friesche volksschrijver, aldus meldt de N.R.Crt. De heer Van der Tol is lange jaren hoofd van de O.L. school te Wijkei in Gaasterland geweest. Van der Tol is vooral bekend geworden als re dacteur van het in het Friesch geredigeerde week blad „Sljucht en Rjueht". dat door Waling Dijkstra in 1897 werd opgericht. Toen Dijkstra in 1914 was overleden, werd nadat Dijkstra Junior korten tijd de redactie had waargenomen de school meester van Wijkei waardig gekeurd om den ge storven redacteur op te volgen. DE BREDASCHE COURANT. Donderdag bestond de Bredasche Courant uit gave der N.V. Brocol en Peereboom te Breda, 150 jaar. Zij is een der oudste provinciale dagbladen van ons land. Paedagogiscbe Volksconcerten. De heer Johan Spoor schrijft ons: Onder de auspiciën van de drie Haarlemsche dagbladen werden in de maanden November en December door de Haarlemsche Orkest Vereeni- ging twee paedagogisehe volksconcerten gegeven onder leiding van den dirigent Mavinus Adam, die tevens persoonlijk verklaringen en toelichtingen gaf vóór de uitvoering der Orkestwerken en eveneens over de instrumenten, voor die muziekwerken ge bezigd en de wijze waarop d^ze bespeeld worden. Deze concerten in het Gemeentelijk Concertge bouw te Haarlem werden door een zéér groot aan tal .belangstellenden bijgewoond en verwierven grooten bijval. De bedoeling der Stichting: „Paedagogisehe Volks concerten" is zooals men weet: een kern te vormen van toehoorders, die, aangelokt door de veredelende kunst der muziek» zich voornemen geregeld concert bezoekers te worden. Zooals reeds eerder medegedeeld is het bestuur voornemens, voorloopig een serie van drie dezer concerten te arrangeeren tegen een abonnements prijs van slechts f 0.90, welke (echter bij voldoende deelneming) op de volgende data zullen worden gegeven: 28 Januari, 18 Februari en 25 Maart 1941. Dr. J. R. H. de Smidt, voorzitter van het voor loopig bestuur der stichting, had reeds verzocht het inschrijvingsbiljet, gehecht aan de resp. program ma's, ingevuld en onderteekend tijdig te willen inleveren bij den administrateur der H.OV„ den heer H. H. Luyken,, Ridderstraat 25a, Haarlem; hoewel reeds velen aan dien oproep gevolg heb ben gegeven, bleef toch het aantal inschrijvingen tot heden nog verre beneden de verwachting. Velen denken wellicht, dat zij dat biljet altijd nog later kunnen inleveren, of dat het reeds voldoende is als zij maar naar die concerten gaan. En het is in het bijzonder voor hen, dat er nog eens nadrukke lijk op gewezen wordt dat, wegens de kosten, welke nu eenmaal ook aan het geven van deze concerten verbonden zijn, het absoluut noodzakelijk is, dat het bestuur vooraf weet op welk minimum-aantal bezoekers gerekend kan worden, teneinde te kun nen vaststellen of de kosten in ieder geval gedekt zullen zjjn. Dus nogmaals een oproep aan belangstellenden; wilt u tijdig voor deze serie concerten doen in schrijven en wel uiterlijk vóór 15 Januari 1&** doch bij voorkeur terstond! Dan zal de inzet dezer concerten, door de waas» devolle medewerking der drie Haarlemsche dagbla den mogelijk gemaakt en waarbij tevens een cul tureel doel werd nagestreefd, een succesvol vervolg kunnen hebben. NAGEKOMEN PREDIKBEURTEN. GEM. DES HEEREN. Wolstr. 7. 10 en 5: Dienst. NED. VER. VAN SPIRIT. „HARMONIA". afd. Haar lem I. Wilhelminastraatt 22. 3: J. van Pelt uit Am sterdam. Helderziende waarnemingen A. Zijlstra uit Haarlem. NED. VER. v. SPIRIT. „HARMONIA" Afd. Haarl II Soc. Vereen. Zijlweg 1. 10.30: Wijdingsmorgen Spreker J. L. R. de Keijzer Jr. van Rotterdam. Hel derziende waarn. mevr. J. Remmers v. d. Lans. 12.15—13.15 Zondagsschool „De Zonnebloemen* HEEMSTEDE. GER. KERK. Koediefslaan. 10: Ds. v. d. Born. 3.30; Ds. Dondorp. Camplaan. 10: Ds. Dondorp. 3.30: Ds. v. d. Born. ZANDVOORT. N. H. KERK. 10.30 Ds. D. Tromp. HILLEGOM. N. H. KERK. 10: Hijmans van Leiden: 3: Ds. J. Lek- kerkerker van Benneb roek. GER KERK. 10 en 3' Ds A. K. Krabbe. Voorber. H. A. CHR. GEREF. KERK, 10 cn 3: Ds, Laman van Haarlem. _j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 11