Een luchtbeschermings- ongevallenfonds Moord op kasteel Entzberg KORT NIEUWS. Vergeetachtig Nederl DINSDAG T4 JANUARI 1941 HÏSEEËM'S DA'GBE'AÖ Verzekering van hen die bij den luchtbeschermingsdienst werkzaam zijn In het Verordeningenblad is opgenomen een besluit van de secretarissen-generaal van de de partementen van Sociale Zaken en van Binnen- landsche Zaken betreffende de instelling van een laichtbeschermingsongevallenfonds. In dit besluit is o.m. bepaald: Artikel 1. (1) Zij, die al of niet tegen loon werk zaamheden verrichten bij den Luchtbescher mingsdienst, met inbegrip van hen, die krachtens artikel 12 van de wet betreffende bescherming tegen luchtaanvallen tot het verrichten van werk zaamheden gevorderd zijn, zijn verzekerd tegen geldelijke gevolgen van ongevallen, hun in ver band met die werkzaamheden overkomen, voor zoover zij niet reeds krachtens de bepalingen der Ongevallenwet 1921 of der Land- en Tuinbouw- ongevallenwet 1922 verzekerd zijn. (2) Op de in het eerste lid bedoelde verzekering zijn van toe passing de bepalingen der Ongevallenwet 1921 en de bepalingen der Beroepswet. alsmede de in gevolge deze wetten uitgevaardigde Koninklijke Besluiten en ministerieele beschikkingen, voor zoover daarvan bij dit besluit niet wordt afgewe ken. Artikel 2. Voor de in artikel 1 bedoelde personen wordt als werkgeefster beschouwd de gemeente in welker bevolkingsregister zij zijn ingeschreven. Artikel 3. Alle geldelijke schadeloosstellingen worden naar een door den burgemeester vastge steld dagloon berekend. Deze vaststelling ge schiedt tegelijk met de inschrijving bij den Lucht beschermingsdienst, dan wel op het tijdstip van vordering krachtens artikel 12 van de wet be treffende bescherming tegen luchtaanvallen. Voor Schadeloosstellingen vastgesteld Cumulatie van weduwen- en weezenpensioeu. In de Staatscourant is opgenomen een be schikking van den secretaris-generaal van het de- paa-fcement van Binnenlandsche Zaken betreffende cumulatie vaai weduwen- en weezen pensioen Hierin wordt bepaald, dat, indien de weduwe en weezen van een ambtenaar of gewezen ambtenaar in den zin der Pensioenwet 1922 zoowel als zooda nig ten laste van het Algemeen Burgerlijk Pen sioenfonds als uit hoofde van den militairen dienst van haar echtgenoot of van htm vader ten laste van het rijk recht hebben op pensioen, het pensioen •ten laste van dat fonds slechts wordt verleend, in geval het gelijk is aan of hooger is dan het pen sioen ten laste van het rijk. Met weezen worden gelijkgesteld pleegkinderen in den zin der Pensioenwet 1922. Pensioenen, welke in strijd met het voorgaande zijn toegekend tussehen 10 Mei 1940 en heden, wor den door den Pensioenraad ingetrokken met in gang van den- eersten dag van het volgende kwar taal (dus met 1 April a.s.) DE NEERBOSCH-CENT. In overleg met de bevoegde instanties kan worden meegedeeld, dat de zoogenaamde Neer bosch-cent-actie ten bate van de bekende weesin richting te Neerbosch bij Nijmegen niet door de be palingen op openbare collecten wordt belet. De procureur-generaal te Arnhem, onder wiens ressort Neerbosch valt, deelde aan de directie der weesinrichting mede, dat tegen deze actie geen be zwaar behoeft te worden ingebracht, mits men zich houdt aan den regel, dat de betreffende bedragen alleen aan de vaste adresseri worden geïnd van hen, die zich daartoe hebben verbonden en men voorts momenteel afziet van pogingen om het getal contribuanten te verhoogen. Bij een botsing tussehen een motorrijder en een auto in de Sarphatistraat te Amsterdam liep de motorrijder een onderbeenfractuur op. De Amsterdamsche politie heeft een 23-jarige vrouw en een 14-jarig meisje aangehouden terzake van winkeldiefstal. Te Haren bij Groningen is overleden de heer J. van Hemmen, oud-landbouwer, die op 30 Sep tember 1940 zijn honderdsten verjaardag in goeden welstand had gevierd. Te Steenderen is de 20-jarige P. door een vrachtauto aangereden, waardoor hij tegen den grond werd gesmakt. Hevig bloedend liep hij nog een woning binnen, waar bleek, dat zijn linkerarm totaal was afgerukt. Deze arm die aan de auto is blijven hangen, werd ruim 600 M. verder op den weg gevonden. P. is naar het ziekenhuis te Zutphen vervoerd. Zijn toestand is naar omstandigheden redelijk wel. De bestuurder heeft blijkbaar niets van het ongeluk gemerkt, want hij is doorgereden. hen, die bij het in werking treden van dit besluit reedis aan den dienst verbonden of gevorderd, wa ren, wordt het dagloon binnen een maand na den dag van toet in werking treden van dit toesluit vastgesteld. Bij de vaststelling wordt rekening gehouden met door den verzekerde uit anderen hoofde genoten loon of inkomsten. Met inacht neming van het vorenstaande wordt het loon be paald op f 2.50, f 3, f 3.50, f 4, f 4.50, t' 5, f 5.50, f 6, f 6.50, f 7, f 7.50 of f 8 per dag. Artikel 4. Van het vastgestelde dagloon wordt aanteekening gehouden in een daarvoor bestemd register, dat door of namens de Raden van Arbeid wordt gecontroleerd. Een gewaarmerkt uittreksel uit deze registers moet door den burgemeester op eerste aanvrage aan het toestuur der Rijksverzeke ringsbank en de Raden van Arbeid verstrekt worden. Artikel 5. Er wordt ingesteld een bijzonder fonds, dat den naam van „Iuchtbeschermingsongevallen- fonds" draagt en door het bestuur der Rijksver zekeringsbank beheerd wordt. Artikel 7. De gezamenlijke lasten van het luchtbeschermingsongevallenfonds worden jaar lijks omgeslagen over alle gemeenten, naar verhouding tot het aantal inwoners van elke gemeente op 31 December van het boekjaar, ver menigvuldigd met het gemiddelde dagloon, dat voor de in de gemeente bij den luchtbescher mingsdienst werkzame personeel is vastgesteld. Artikel 10. De gemeente is niet bevoegd het risico dezer verzekering hetzij zelf te dragen, hetzij over te dragen aan een naamlooze ven nootschap of rechtspersoonlijkheid bezittende vereeniging. Artikel 11. Een gemeente, welke bij het in werking treden' van dit besluit krachtens een overeenkomst met een verzekeringsmaatschappij personen, werkzaam bij den gemeentelijken Luchtbeschermingsdienst, heeft verzekerd te gen geldelijke gevolgen van ongevallen, als bedoeld in dit besluit, is bevoegd binnen een maand na het in werking treden van dit be sluit de overeenkomst op te zeggen met ingang van den datum waarop dit besluit in werking treedt. Artikel 13. Dit besluit treedt in werking op den dag zijner afkondiging. (Dit is dus Maan dag 13 Januari. Red.) Politiemannen op de schaats. Successen voor De Boer en Nijdam. Maandagmorgen, toen de plassen reeds op het ijs ston den, kwamen de Haarlemsche politie agenten tezamen om elkaar te bekampen op de schaats. Weliswaar was het verre van ideaal wedstrijd weer. maar niettemin bonden de Haarlemsche dienaren de schaatsen onder, om elkaar te bestrijden op de 160 meter en de 500 meter. De Boer toonde zich op zijn Frtesche schaatsen de snelste sprinter, door de 160 meter in 16.4 sec. af te leggen. Met zijn stevigen slag en zijn snellen start liet hij de anderen ver achter zich. Braafhart, Zwart, Nijdam en Bruinenberg plaatsten zich met denzelfden tijd van 17.4 sec. op de tweede plaats. Op de 500 meter leverde Nijdam de beste prestatie, door in zijn rit tegen De Boer een tijd te maken van 1 min. 10.4 sec. De Boer. die ook hier weer den kop had genomen, kwam in de tweede bocht te vallen, waardoor hij ln het algemeen klassement van de 500 meter op de vierde plaats kwam te staan. Nijdam maakte een tijd van 1 min. 10.4 sec., gevolgd door Bruinenberg met 1 min. 11.2 sec. en Zwart met 1 min. 12.2 sec. Doordat er steeds meer water op het ijs kwam, moest de beslissingsrit over de 160 meter door loting beslist worden. Nijdam was bij deze loting de gelukkige, waar door hij met een eerste en een tweede plaats den eersten prijs kreeg. Tweede werd De Boer en derde Zwart. Brui- nenberg. die weliswaar twee maal de tweede plaats be zette, lootte, ongelukkig, waardoor hem nu de vierde prijs in handen viel. Zondag hadden reeds een zestal agenten van het Haar lemsche politiecorps een keurige prestatie geleverd, door in de 100 kilometer toeristen tocht als een van de eerste ploegen de eindstreep in Alkmaar te passeeren. De deel nemers aan dezen tocht waren Nijdam, Dijkstra. Wie- ringa, Braafhart, Rode en de veteraan Siemers. Dat de stijfheid bij enkele deelnemers van dezen tocht bij de wedstrijden een roi speelde, behoeft geen betoog. DE SPEELWEIDE BIJ DE LORENTZKADE. Aanknoopend aan een bericht in Haarlem's Dagblad inzake het inrichten van een speelweide bij de Lorentzkade, Ohmstraat en Prof. Van der Waalsstraat te Haarlem schrijft „De Speel tuin", het orgaan van den Bond van Haarlem sche Speeltuinvereenigingen o.m.: Wij apprecieeren het in hooge mate datf B. en W. niet aarzelen maatregelen te nemen voor de jeugd, als het geldt de kinderen van de straat te houden en ze een afzonderlijke ruimte geeft om zich daar te kunnen uitleven. Het neemt niet wèg, dat wij het middel speel weide erger vinden dan de kwaal. Hier wordt geen afdoend middel aan de hand gedaan. De kinderen kunnen en zullen hiervan naar har telust gebruik maken. Maar een van de belang rijkste factoren ontbreekt daarbij, nl. leiding. Hier zal niet het geordende spel onder goede leiding worden gespeeld, maar zal het kind ge heel aan zichzelf worden overgelaten. Wij we ten allen wel wat dit zeggen wil als er veel kinderen bij elkaar worden gebracht, zonder dat er behoorlijk toezicht is." Tenslotte richt het blad een oproep aan de buurtbewoners een speeltuinvereeniging "op te richten. De voedering van het vee in wintertijd. De schapen op de proefboerderij „De 1 Schothorst" bij Amersfoort, ontvangen thans voor het eeirst krachtvoeder. (Foto Pax Holland.) DUITSCHE POLITIE SPIJZIGT TILBURGSCHE KINDEREN. TILBURG, 13 Januari. Gisteren heeft de Duit- sdhe Ordnungspolizei ook in Tilburg arme Neder landsche kinderen een maaltijd verstrekt. In den schouwburg zijn hiertoe 350 kinderen bijeenge bracht. „HET SCHEMERLAMPJE". In het jaarverslag van het weldadigheidsfotnds „Het Schemerlampje" te Haarlem lezen wij dat het aantal leden steeds stijgt. Men heeft 180 gezinnen blij kunnen maken met een gave van vijf gulden. UITVOER VAN WILD. Blijkens een besluit van den secretaris-gene raal van het departement van landbouw en vis- scherij is de uitvoer van levend en geslacht wild tot een nader te bepalen tijdstip slechts aan de stichting Nederlandsche Centrale voor eieren eh pluimvee, gevestigd te Beekbergen, als monopolie houdster, toegestaan. VOOR DE KINDEREN Na or I. 1 A Cou^neur R*l:»n co oi'onfurcn van Mljnhvcr Prlkktbtaij Tnkinlnt van Aart won Ewl/t. Een opklapbed in den frej laten liggen. Wat in de spoorwagons in ej jaar tijd werd gevondej. Degene, die op den kijkdag, voorafgf de openbare verkooping van gevonden vl door de Nederlandsche Spoorwegen r gebouw Achter Sint Pieter te UtrJ rondneust, ondergaat telkens weer een wf sensatie. In deze groote zaal liggen en h| voorwerpen, welke in den tijd van een h| den trein zijn achtergelaten en waarnaa; meer navraag werd gedaan. Dat men nul! een wandelstok of parapluie vergeet eq achteraf niet de moeite waard vind bij |i wegen te informeeren of het ding wellief den is, laat zich nog wel begrijpen, mal zeggen van twee vergeten fietsen of, e| waardiger, een.opklapbed, om maar te spreken van een invalidekruk. Deze verkooping herinnert aan de oi en aan de dagen van de evacuatie; er verkooping ooit zulk een groote berg beschikking geweest en zijn er nimmer a litair^ uniformen op een rijtje gehangen a regen- en winterjassen is ook dit keer In de verzameling boeken en tijdschrif; treffende verschuiving gekomen, waren vorige verkooping meer tijdschriften dl thans hebben de romans het van de gewonnen. De goudsmid kan zijn oogen de kost geve catalogus vermeldt niet minder dan 92 en zilver en onder de armbanden en keft er zelfs zeer kostbare. De afdeeling wandelstokken en parapl een schril beeld van de vergeetachtigheid schen. Ruim 200 wandelstokken en para gen op een kooper te wachten. Daarm op lange tafels ongeveer 150 koffers, rie jes en actetasschen. De dassen en shawls altijd, in groote keuze voorradig en wis handschoenen aanschouwt, zou wel kunnl dat iedere treinreiziger er een eer in stelt één keer per half jaar zijn handschoenen aan de Spoorwegen cadeau te doen. In ders is men dit keer schaarsch gesorteerd stuks liggen broederlijk naast twee nimmer teruggevraagde brillen en Voorts kan men zich het hoofd pijnige vraag de vraag dat er 88 colbertcostuui achtergelaten. In de rubriek „diversen" zich nog 350 stol kleeren en 23 stuks blik- plaatwerk. Van het aantal gevonden ho in de verste verte geen aantal op te 0. tallen doozen liggen vol met hoofddekse lerlei soort en kwaliteit. Degenen, die zich op deze verkoopinj hun gading willen aanschaffen, stonden voor de moeilijkheid, dat zij niets m raken. Voor passen bestond geen Blijft dus het risico, welke maat van men bij aankoop in handen krijgt. Maar kan een prima Stetson-hoed oplever paar kwartjes Een stoffer daalt héél onverwacht Op Prik zijn hoofd met groote kracht. „Nu is het uit met malle kuren!" Roept Zuster, In plaats van Slechts louter die heeft staan te gluren, letters ziet nu Prik sterren van den schrik! De klap is héél hard aangekomen, En Prikkie zit nog zacht te droomen, Als door een waas hoort hij de preek, Zijn hersens zijn geheel van streek. Slechts vaag ziet hij zijn zuster staan En hoort, dat hij niet weg mag gaan! LEDENVERGADERING R.-K. VOLKS De afdeeling Haarlem van den Ned. R bond houdt Zaterdagmiddag 18 Januari! vergadering. DOOR PETER PAUL BERTRAM. ioy „Was u toen alleen met hem?" „Neen. Ik geloof dat het heele gezelschap toen in Öe hall bijeen was". „Waarom heeft u zich niet direct tot den gastheer gewend?" „Omdat mijnheer Von Ghetaldi met den graaf bevriend was". „Nou ja, dat is ook niet belangrijk. Ik dacht alleen maar zoo, omdat u met den heer Von Ghe taldi op voet van oorlog was". „Och, hij was toch de reisleider". Buschroitner zweeg een oogenblik. „En hoe is het ongenoegen met den heer Von Ghetaldi ontstaan?" „Ja, kijk eens", zei Duschinsky. „ik kende me vrouw Fechner reeds geruimen tijd. Deze dame stond mij zeer na en ik heb haar zelfs herhaaldelijk gevraagd mijn vrouw te worden. Ja. Ik was be sloten deze reis met haar te maken, om baar toe stemming te krijgen. Ik verwachtte, dat deze reis onze toekomstige verhouding ten goede zou beïn vloeden". „Ik begrijp het", knikte Buschroitner, Duschinsky aarzelde voor hij verder ging. ..Helaas heb ik mij vergist. Want mijnheer Ghetaldi begon mevrouw Fechner op onbeschaamde wijze het hof te maken en mevrouw Fechner scheen hem daarin aan te moedigen. U kunt zich voorstellen dat mij dat geërgerd heeft. Ik ben een ernstig zakenman en heb de dame met eerbare bedoelingen genaderd Ut heb mevrouw Fechner er voor gewaarschuwd, dat zij zich met dingen inliet, die'haar later zouden berouwen. En dat heb ik niet uit egoïstische beweeg redenen gedaan. Want wat kon Von Ghetaldi haar aanbieden? Hij was slechts een employé van een resbureau, een gewezen officier weliswaar, maar hij had toch geen positie om mevrouw Fechner te onderhouden".. „Hm. Maar mevrouw Fechner wilde niet luiste ren". Het is me in ieder geval gelukt den omgang tus sehen hen beiden te beperken". „En heeft de dood van mijnheer Von Ghetaldi iets aan uw betrekkingen tot de daane veran derd?" „In zeker opzicht wel. U zult begrijpen dat de volkomen uit de lucht gegrepen beschuldiging van mevrouw Fechner mij niet alleen beleedigd, doch ook ontnuchterd heeft". „Dat is alles voor het moment, mijnheer Duschins ky. Misschien zal ik u later nog eenige vragen moe ten stellen". „Uitstekend. Ik sta natuurlijk te allen tijde tot uw beschikking". Duschinsky stond op en verliet de bibliotheek. Enkele oogenblikken later verscheen Untermoser. „Wat gevonden?", informeerde Buschroitner. De beambte overhandigde hem een vloeiblad. „Hij heeft iets geschreven, maar ik kan het niet lezen". Buschroitner bekeek het vloeiblad, dat blijkbaar uit een schrijfmap kwam. Hij zag onduidelijke inkt- sporen en verder fijne,nauwelijks waarneembare groeven, zooals iemand die maakt met een pen op iets zachts, dat onder zijn papier ligt. „Zou een telegram kunnen zijn", dacht hij hard op. „Bewaar het goed en vraag den graaf bij me te komen". „Wel, commissaris", informeerde graag Vestic- Falkenberg. „Is u al iets te weten gekomen?" Buschroitner schudde het hoofd. „Het is een ingewikkeld geval. Maar misschien kunt u ons helpen. Heeft mijnheer Von Ghetaldi gisteren gevraagd of mijnheer Duschinsky uw don kere kamer mocht gebruiken?' „Ja. Ik heb mijnheer Duschinsky alleen laten zeggen, dat ik de kamer al jaren niet meer gebruikte en geen chemicaliën meer had". „Dat schijnt dus te kloppen", merkte Buschroitner op. „U kende mijnheer Von Ghetaldi nog van vroe ger. niet waar? Wat was hij voor iemand?" „Tja", zei graaf Vestic-Falkenberg peinzend, „ik heb hem wel gekend, maar oppervlakkig. Hij was een jeugdvriend van mijn vrouw. Zijn vader was een hooge marine-officier, goede familie,' militaire adel. Woonden in Pola. Mijn vrouw is daar ook op gegroeid. Die zou u meer inlichtingen kunnen geven. Ook mijn dochter, die gedurende mijn dienst tijd in China veel met de familie van mijn vrouw is omgegaan. Zij waren schoolvriendinhen, die op dezelfde kostschool zijn geweest. Ik zelf heb hem slechts een paar maal gesproken. Hij was bij mijn huwelijk mijn tweede natuurlijk. Sedert dien heb ik hem nooit weer gezien". „Tja", meende Buschroitner, „dan zal ik me tot uw vrouw en uw dochter moeten wenden". Hij zweeg een oogenblik en dacht na. „Ik zal ze even voor u halen", zei graaf Vestic- Falkenberg en stond op. „Dat kan nog wel even wachten", weerde de commissaris af' „Ik zou u graag eerst nog een paar vragen stellen. Weet u. het is zoo moeilijk om vast te stellen, waar de menschen geweest zijn. Daar kunt u mij bij helpen". „Natuurlijk, graag commissaris. Vraagt u maar". „In de eerste plaats dan, wat u na het eten ge daan heeft". Graaf Vestic-Falkenberg keek den commissaris glimlachend aan. „Eerst zijn we in de hall gaan koffiedrinken. En toen heb ik mijn gasten mijn verzameling laten zien". Buschroitner knikte. „Ziet u, daar hebben wij een belangrijk punt. Wie waren daarbij, toen u uw verzameling liet zien?" „Het is misschien gemakkelijker te zeggen, wie er niet bij waren. Mijn vrouw en dochter niet, want die kennen alles al. Ook mijnheer Feldmann niet, want die was ziek. En de Amerikaansche dokter kwam pas tegen het ende. Die had den heer Feldmann geholpen. Weet u, commissaris, bij zoo veel menschen is het moeilijk vast te stellen wie er was en wie niet. Ja, mijnheer Maxwell is ook niet meegegaan, die heeft met iemand biljart gespeeld." „Weet u met wien?" „Neen. De deur was half open, ik heb hem niet gezien". Buschroitner keek op zijn lijst. „Dus alle andere gasten waren er wel. De zes Hollanders?" „Ja, de familie De Jongh was er, dat herinner ik me". „Mevrouw Fechner, het echtpaar Pribram, mijn heer Vahoda?" Graaf Vestic-Falkenberg knikte. „Die waren er ook bij". „En hoe stond het met de Chineesche heeren?" „Ook die waren er". „Prachtig. En mijnheer Von Ghetaldi?" „Von Ghetaldi", herhaalde de graaf. „Von Ghe taldi? Merkwaardig! Nu weet ik toch absoluut niet of hij er bij was!" Buschroitner scheen dat heel belangrijk te vin den. „Hebt u hem misschien later nog gezien?" „Neen. Mijn gasten namen afscheid van me en gingen naar hun kamers." Ook ik heb me terug getrokken". „Enfin, ik ontdek nog wel waar mijnheer Von Ghetaldi gisteravond geweest is". Een oogenblik heerschte er stilzwijgen. „Ik zou toch nog graag iets weten, alleen voor den vorm", zei Buschroitner ten slotte. „Is u iets bekend, dat licht zou kunnen werpen op dezen moord?" „U begrijpt, dat ik mij na de treurige gebeurte nis deze vraag reeds zelf voorgelegd heb", antwoord de de graaf. Maar ik weet niets, dat met den moord in verband zou kunnen staan". Buschroitner knikte ..Het is een moeilijk ge val". De graaf stond op. „Wie is chef over uw personeel?", vroeg Busch roitner nog. „Jean, mijn bediende. Hij is zoo'n soort major domus". „Wilt u hem mij even sturen?", verzocht de com missaris. Graaf Vestic-Falkenberg knikte en ging heen. De telefoon naast Buschroitner rinkelde. Hij luisterde. „Ja, hier commissaris Buschroitner. Goeden middag mijnheer. Hoe zegt u? Neen mijnheer, ik weet nog niets. Ben net met de verhooren be gonnen. Het lijkt me een ingewikkeld gevaL Dokter Geier denkt tegen middernacht, ja. Ik wacht zelf nog op zijn rapport. Neen mijnheer er is nog niets van te zeggen. Ja, sporen heb ik wel, maar ik heb nog geen idee waarheen ze leiden. Ik ben nog niet eens klaar met het eerste verhoor. Waarom ik zoo laat was? Maar mijnheer de officier! De brug is toch weg! We hebben uren moeten omrijden. We waren hier pas tegen vier uur. En dan het verhoor. Stelt u zich eens voor mijnheer: drie Chineezen, een Engelschrnan, een Amerikaan, zes Nederlanders, een Tsjech, dan zeven andere reizigers, de grafelijke fair. heele personeel. Ik zal blij zijn als ik va het verhoor klaar kom. Natuurlijk met alle genoegen. Op uw eigen numme; zal u opbellen. Ja. ook als het laat wo we blijven hier, de graaf heeft ons- onds geboden. Ja, mijnheer, ik zal het hem gen. Mijnheer de officier". Hij belde af. „De officier van justitie denkt dat kunnen", bromde hij tegen Haberler. Is Jean daar? Goed, breng hem binnen Jean trad binnen. Hij wees de uitnooi den commmissaris om te gaan zitten a;' in afwachtende houding voor de tafel „Vertelt u mij eerst eens, wie van de vannacht mijnheer Feldmann warme ki bracht heeft", begon Buschroitner. ..Hij heet Sebastian Kriegler en wor( noemd", antwoordde Jean. „En u wordt Jean genoemd, maar u li „Ferdinand Schweizer, commissaris' „Prachtig, Schweizer. Is Kriegler het oogenblik?" „Neen commissaris. Hij en een ander! zijn vanmorgen vroeg door mii naar tel stuurd onf inkoopen te doen. Ze zullen komen, want zooals u weet is de brui „Denkt u eens na, Schweizer. Weet den moord?" „Neen, commissaris". „Wat heeft u gisteravond gedaan?" „Ik heb aan tafel op de bediening gehouden, daarna likeur, sigaren gepresenteerd. Terwijl mijnheer de graai zijn verzameling liet zien, heb ik de lik' rookgerei weer weggesloten. Toen heb wegbrengen van het zilver gelet en ml schikking van mijnheer de graaf gehouói „Wanneer beeft u mijnheer Von GbI laatst gezien?" „In de hall na het diner. Ik had het F den overledene een glas Cördial Medoc iel schenken". „Weet u wat mijnheer Von Ghetaldi él daan heeft?" „Neen, commissaris". (Wordt vt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 6