Moord op kasteel Entzberg
KORT NIEUWS.
mam 9-
VRIJDAG 17 JANUARI 194Ï
ïT A A R' 13 E M'S DAGBL'AD'
Duitscli Landgerucht liield in
Zutphen zitting.
Beleediging en inbraak berecht.
Het A.N.P. meldt:
Het Duitsche Landgerecht heeft Woensdag te
Zutphen een zitting gehouden.
De 24-jarige slager W. uit Aalten had zich te
verantwoorden wegens beleediging van den Führer.
Hij was in de plaats zijner inwoning in een café
geweest, had daar veel spiritualiën gedronken en
ging al zingende naar huis. Op straat liet hij zich
beleedigend uit over den leider van het Duitsche
volk. Een voorbijganger, die den man waarschuwde
dat hij gevaarlijk spel speelde, kreeg als dank daar
voor een klap welke hem tegen den grond deed
slaan. Dientengevolge kon deze man twee dagen
zijn werk niet verrichten. De Staatsanwalt dr. Ko-
blitz achtte de beleediging een ernstig delict, dat
hij wenschte gestraft te zien met een gevangenisstraf
van acht maanden, terwijl hij voor de mishande
ling vier maanden gevangenisstraf eischte. Rechter
dr. Jopich veroordeelde den man tot een gezamen
lijke straf van zeven maanden gevangenis, met
aftrek der preventieve hechtenis.
Vervolgens stonden terecht twee kooplieden uit
Zwolle, de 21-jarige T. en de 20-jarige De V., die
gezamenlijk in den nacht van 7 op 8 October j.l.
een etalage hebben opengebroken van den schoe
nenwinkel van Bat'a te Deventer. In totaal hebben
zij 40 paar kousen en 4 paar schoenen gestolen
welke zij in Zwolle aan den man trachtten te
brengen voor respectievelijk 0.75, 1 en 2.
T. lukte het uit de voorloopige hechtenis te vluch
ten, waarna hij zijn medewerker aan den inbraak
ook in vrijheid hielp. Beide verdachten bekenden
het ten laste gelegd. Staatsanwalt dr. Koblitz zeide
dat volgens het Duitsch recht deze vergrijpen zeer
zwaar gestraft worden, omdat zij zijn gepleegd
onder de bescherming van de verduistering. Wie
van de verduistering, welke wordt bevolen tot be
veiliging van het land tegen vijandelijke vlieger
aanvallen, misbruik maakt, vergrijpt zich volgens
Duitsche opvatting ten ergste aan de algemeene
veiligheid. Daarom dientdit geval streng te worden
gestraft. In het Duitsche recht wordt rekening ge
houden met deze gezichtspunten, in de Neder land-
sche rechtspraak niet. Vandaar dat het Duitsche
recht hier behulpzaam is. Hoewel uit het verleden
van beide jongelieden is gebleken, dat zij niet
steeds hun plicht hebben begrepen wenschte spr.
toch een milde straf te vragen. De minste straf in
het Duitsche recht voor dit soort delicten is een
jaar gevangenistraf. Tegen T. eischte hij een jaar
en drie maanden, tegen De V. een jaar en twee
maanden gevangenisstraf. De rechter dr. Jopich
bepaalde de straf op een jaar en drie maanden
voor T. en een jaar voor De V. Hij motiveerde dit
vonnis met te zeggen, dat ook hij de misdaad zeer
zwaar vond. Het volk moet worden beschermd tegen
misdaden als de onderhavige. Spr. liet zich leiden
door de omstandigheid, dat verdachten volmondig
bekend hadden, hun jeugd en de zekere mate van
nood, waarin zij waren komen te verkeeren. Even
als in de vorige zaak deden ook deze veroordeelden
afstand van hun recht op hooger beroep.
DIAMANTEN DOCTORAAT
Woensdag 22 Januari a.s. zal dr. P. van Rom-
burgh, oud-hoogleeraar in de scheikunde aan de
Rijksuniversiteit te Utrecht, wonende te Baarn, het
zeldzame feit herdenken dat hij zestig jaar geleden
aan de Leidsche academie bevorderd werd tot doc
tor in de wis- en natuurkunde.
De Rotterdamsche rechtbank veroordeelde
den 53-jarigen J. B. te Rotterdam wegens het
onbevoegd uitoefenen der geneeskunde tot een
hechtenisstraf van zes maal een maand.
De Rotterdamsche rechtbank veroordeelde
den 29-jarigen C. v. d. B. te Rotterdam wegens
diefstal van vier rijwielen tot een gevangenis
straf van acht maanden en den 36-jarigen P.
v. d. M. te Rotterdam wegens heling van de ge
stolen fietsen tot een gevangenisstraf van een
jaar.
Donderdagmiddag werd te Kampen het la
boratorium voor bodemkundig onderzoek ten
behoeve van het in cultuur brengen van den
Noord-Oostpolder officieel in gebruik geno
men.
Woensdagmiddag is de 28-jarige C. v. d. B.
bij werkzaamheden in een garage in de Binck-
horststraat te 's-Gravenhage van een ladder ge-
vallen. De man kwam zoo ongelukkig terecht, dat
Ihij een schedelbasisfraotuur bekwam.
Donderdag bereikte de heer P. H. J. Steen-
bof f te Baarn. "oudhoofdredacteur van „Het Cen
trum", zijn 75sten verjaardag.
Op den Antwerpschestraatweg te Hooger-
beide is de achttienjarige Gijzen met zijn fiets
geslipt en tegen een vrachtauto gereden. De jon
gen was onmiddellijk dood. De auto reed na de
botsing tegen een paal en sloeg om. De drie in
zittenden bleven ongedeerd.
De dienstbode B. Sohieren is bij het water
scheppen in de Geul te Wittem gevallen en ver
dronken. Het lijk is later opgehaald.
Op den Boschdijik bij Eindhoven is een drie
wieler'door een aiuto aangereden. Een 14-jarige
jongen werd daarbij zoo ernstig gewond dat hij
aan de gevolgen as overleden.
De Rotterdamsche rechtbank veroordeelde
de 34- jarige huisvrouw J. G. M. te Rotterdam,
die op 14 Mei j.l. haar vier kinderen onverzorgd
had achtergelaten, tot een gevangenisstraf van
zes maanden.
Goede vangst van Crisis Controle
Dienst.
Vier auto's goederen in beslag genomen.
VENLO, 16 Januari De crisiscontröledienst in
Limburg heeft gisteren een goeden slag geslagen
bij een inval bij den caféhouder C. te Venlo. De
ambtenaren hadden er de lucht van gekregen, dat
deze caféhouder ook anders „zaken" deed. Hij
had een zoogenaamd bodehuis, waar vrachtrijders
uit de buurt aanlegden. Wanneer er dan in de met
plaatsnamen geteekende vakken in het café pakjes
werden aangetroffen, wisten de vrachtrijders dat
zij die konden meenemen naar de geadresseerden.
Daarin stak niets bijzonders. Maar de clandizie
werd steeds drukker en de controledienst kreeg arg
waan.
Woensdag werd in samenwerking met de rijks-
veldwacht een inval gedaan en het resultaat was
verrassend. Op den zolder in den kelder en in de
schuur, overal werden goederen gevonden: koffie,
thee, zeep, chocolade, vet, kaas, kaneel, cacao,
bloem, sigaretten, vleesch en textielproducten.
Niet minder dan vier auto's kwamen er aan te
pas om alles op te laden en te vervoeren. Alles is
in beslag genomen Bovendien is gebleken dat de
manmzijn waren voor buitengewoon hoogen prijs
verkocht. Er is proces verbaal tegen hem opge
maakt.
Kind in de vlammen omgekomen.
Noodlottige brand te Oss.
Donderdagmiddag omstreeks half twee brak
door nog niet bekende oorzaak brand uit in een
woning aan de Walstraat te Oss, bewoond
door de familie Smits. Toen de vrouw des
huizes den brand bemerkte, stond het achter
huis reeds in lichter laaie. Met moeite slaagde
zij erin de buren te waarschuwen. Deze snel
den te hulp om de nog in huis aanwezige kin
deren te redden.
Twee jonge kinderen kon men in veilig
heid brengen doch het oudste kind, een jongen
van vijf jaar, kon niet worden gered.
De gemeentelijke brandweer was spoedig ter
plaatse en had het vuur binnen korten tijd onder
de knie. Eerst toen vond men het kind in de bij
keuken. Geneeskundige hulp mocht niet meer
baten.
De woning brandde geheel uit.
VROUWEN-ELECTRICITEITSVEREENIGING.
De afdeeling Haarlem en Omstreken van de
Ned. Vrouwen Electriciteitsvereeniging zal op
Dinsdag 21 Januari a.s. in restaurant Lido te
Haarlem haar jaarvergadering houden.
Moordzaak te Oss voor de
rechtbank.
Zes jaar gevangenisstraf tegen verdachte
geëischt.
In den nacht van 12 op 13 October heeft
te Oss een vechtpartij plaats gehad, welke aan
Marinus Johannes den Brok het leven heeft
gekost.
Dier. nacht had Marinus den Brok. in gezel
schap van twee militairen, een bezoek ge
bracht aan de woning van den 22-jarigen ar
beider A. W. M. van E., woonachtig te Oss. Van
E. maakte zich daarop kwaad over de houding
van B. en* wilde hem aan de deur zetten.
Dat ging niet zoo gemakkelijk. Er ontstond
een vechtpartij, waarbij den Brok een vuistslag
te incasseeren kreeg. Van E. slaagde er in den
Brok naai' buiten te werken, nadat hij geroepen
had: „Er uit, ik sla je eruit of ik steek je er
uit!"
Een broer van Van E., die dien bewusten
avond in de woning van Van E. vertoefde,
haalde dezen naar binnen, waarbij hij tegen
hem zei: „Wees maax voorzichtig r. et den
Brok, want die is in staat een mes tusschen je
ribben te steken".
Nadat van E. eenige minuten in de woonka
mer had gezeten, was hij opgesprongen en naar
de keuken gegaan, en terwijl hij uitriep: „Ik
laat me niet op mijn kop zitten" is hij naar bui
ten gerend, in de richting van den Berghem-
schenweg.
Op den Berghemschenweg ontmoette Van E.
den 40-jarigen Marinus den Brok.
Tusschen beiden ontstond toen een vecht
partij. Hierbij heeft Van E. zijn tegenstander
met een mes in de borst gestoken, waarbij een
slagader werd getroffen. Tengevolge van een
inwendige verbloeding is Den Brok toen overle
den.
Aan de hand van de resultaten van het on
derzoek, werd de 22-jarige arbeider van E. als
verdacht van moord gearresteerd.
Donderdag stond hij voor de Bossche recht
bank terecht. Hem was primair doodslag ten
laste gelegd en subsidiair mishandeling den
dood tengevolge hebbend.
Bij het verhoor verklaarde Van E. dat bij de
ontmoeting op den Berghemschenweg Den Brok
had uitgeroepen: „Oh, ben jij daar". Den Brok
heeft hem toen met een groot dolkmes aan
gevallen en heeft verschillende malen naar hem
gestoken. Eenmaal is Van E. daarbij in de heup
getroffen. Van E. heeft toen een mes getrok
ken en heeft zooals.hij beweerde uit zelf-
verdediging, daarmede naar Den Brok gesto
ken.
De officier eischte tegen den verdachte we
gens doodslag een gevangenisstraf van zes jaar.
De verdachte betoogde hierna met klem, dat
Tengevolge van de evacuatie lijden sommige koeien thans aan een huidziekte. In een speciaal
te Hoogland ingerichte gascel worden de dieren met zwaveldamp behandeld. (Foto Pa*
hij nooit de bedoeling heeft gehad Den Brok
van het leven te berooven.
De verdediger drong er met klem op aan den
verdachte van de tenlasteleggingen van dood
slag en zware mishandeling vrij te spreken.
Subsidiair concludeerde pleiter tot het opleg
gen van een mildere straf.
HAARLEMSCHE RECHTBANK.
DIEFSTAL EN MISHANDELING.
De Haarlemsche rechtbank behandelde Donder
dag een zaak tegen een 40-jarigen accountant te
Overveen, hopman van de W. A„ wien diefstal van
een speldje der Nederlandsohe Unie en mishande
ling van een voetganger was ten laste gelegd.
De Officier van Justitie was van oordeel, dat de
feiten wel vaststonden, doch dat er verschil van
meening bestond over de omstandigheden, waar
VOOR DE KINDEREN
onder zij zich haddien voorgedaan. Hij
gen den hopman dertig' gulden boete, st
dagen hechtenis.
De verdediger, rnr. Nieuwenhuis, verk]
van diefstal geen sprake was geweest
hopman ten aanzien van de ten laste
handeling uit noodweer heeft gehandeld
vrijspraak zal moeten volgen.
beleed!
Op 16 November marcheerde een afd(
de W. A. over den Wagenweg en het
Haarlem. Uit het publiek werd geroepen:
raders". Hieraan maakte zich ook een
schuldig. Twee leden der N.S.B. grepen
en leverden hem- aan de politie over.
stond hij terecht wegens overtreding van
Wetboek van Strafrecht (beleediiging
volksgroep); de Officier van Justitie eist
tig gulden boete subs, veertig dagen heci
De verdediger, mr. T. A. M. A. van
merkte op, dat verdachte wel het woord
raders heeft gebezigd, doch niet gezegd
leden der N.S.B. landverraders zijn. Hij
halve vrijspraak, subs, clementie.
MISHANDELD
BELEED F
Wegens mishandeling en beleediging Kr
der N.S.B. had zich te verantwoorden een
uit Scheveningen, vroeger wonende te Ha
5 Juni van het vorig jaar wilden twee "j.
de N.S.B., die in de Romolenstraat colpt
den rijweg oversteken, toen verdachte
vaart kwam aanfietsen. Een der colporie
25-jarige banketbakker, werd aangeredea
een stomp.
Er ontstond even een handgemeen,
colporteurs zich verwijderden. Verdachte
colporteurs en maakte later eenige be
opmerkingen. Ook deelde hij eenige k
De Officier van Justitie eischte derli
boete subs, dertig dagen hechtenis.
Uitspraak in deze zaken volgt op 30 Ja
M
m
h\
Ei
Lfr
re
DE PAUS ONTVANGT DUITSCEV
AMBASSADEUR.
VATICAANSTAD, 16 Jan. (Stefani).-;
heeft dien Duitscihen ambassadeur bij 8
eaan in particuliere audiëntie ontvang»,,
Tot het holste van den nacht
Heeft de arme Prik gewacht
En geruischloos op z'n teenen
Sluipt hij uit zijn huls nu henen.
Alleen Poes weet van het plan
Die verklikt geen woord ervan.
Maar om den hoek o, schrik.
Staat een agent, heel dik!
Dreigend zwaait hij met zijn stok,
Kom 'k daar langs, dan is 't een gokl
Ik zal maar heel rustig hand'len
Net doen of ik wat ga wand'len
van de Winterhulp Nedti g]
Winterhulp Nederland, den
No. 5553. Als bank derWinlj111
'6C
Nederland is aangewezen deüjw
eeniging N.V. Amsterdam No.f
k,
Stort op 5553 of 877
Majoor J. N. Breunese:
„In de Winterhulp reiken wij, Ncdi vl
ders, elkaar de helpende hand zondei
zien des persoons slechts onsentc
daarmee vervullende: plicht van
landsche verbondenheid in tijden I
voor- en tegenspoed."
DOOR
PETER PAUL BERTRAM.
13)
„Ja, met dien mijnheer Duschky of zoo iets. Die
miinheer, van wien die mooie vrouw zeide, dat hij
den moord gepleegd had".
„Duschinsky", hielp Buschroitner hem. „Hoe lang
heeft de partij geduurd?"
..Hij moet kort na tien uur afgeloopen geweest
Zijn".
..Hoe weet u dat?"
„Ik had juist een serie van vijftien gemaakt en
stond op 98. Ik heb me geërgerd dat ik zoo vlak
voor de 100 pech had. En toen sloeg het juist tien
uur. En vlak daarna was de partij uit".
„Vijftien, dat is een mooie serie!"
„Niet op een kleine tafel", meende Maxwell be
scheiden.
„En mijnheer Maxwell, kunt u mij misschien zeg
gen wat mijnheer Duschinsky toen gedaan heeft?"
„Hij verontschuldigde zich dat hij zoo slecht ge
speeld had en is toen naar boven gegaan, naar de
eerste verdieping".
„En u?"
„Ik heb gekeken, of er nog niemand van mijn
vrienden op was. Toen ik zag. dat iedereen weg
was. ben ik ook naar mijn kamer gegaan".
„Hebt u wellicht iets gezien, dat met het geval in
verband zou kunnen staan?"
Wel, dat kunt u beter beoordeelen dan ik,
maar ik geloof het niet. Maar ik zal het u toch
vertellen. Die mijnheer Duschinsky is de kamer van
mijnheer Von Ghetaldi binnengegaan".'.
„Oho! Dat is interessant. Wanneer was dat?
,',Dat zal om ongeveer tien uur tien of vijftien
geweest zijn".
„Heeft hij u daarbij gezien?'
Maxwell haalde de schouders op. „Ik geloof het
niet Hij stond met den rug naar me toe".
„Het kan niet iets later geweest zijn? Bij voor
beeld kwart voor elf?"
„Kwart voor elf? Neen, beslist niet.
„Haberler", wendde Buschroitner zich tot den
griffier, „heb je het verhoor van Duschinsky al uit
gewerkt?"
„Jawel, commissaris". Hij reikte Buschroitner een
betikt vel papier toe. De commissaris las het door
en schudde ontevreden het hoofd.
Maxwell schraapte zijn keel. „Mag ik iets zeg
gen, commissaris?"
„Maar natuurlijk".
„Ik geloof vast dat Duschinsky den moord niet
begaan heeft".
„En waarom gelooft u dat?"
„Om een zeer belangrijke reden", glimlachte
Maxwell „Omdat die mijnheer toen dat weet ik
zeker, geen wapen, geen kris dus, bij zich
had".
„Misschien had hij die ergens verborgen".
Maxwell schudde het 'hoofd. „Neen, dat kan niet.
Graaf Vestic-Valkehberg heeft nie vandaag verteld,
welk wapen het was. Een bolo uit Mindanao,
Philippijnen. Ik ken die dingen, ik ben er zelf ge
weest. Die kun je niet verstoppen. Te groot. Ik zou
het absoluut gezien hebben'
„Dat kan zijn", dacht Buschroitner. „Het is in
ieder geval aardig van u, dat u probeert den heer
Duschinsky te ontlasten".
„Och, ik heb er geen belang bij. Ik wil alleen
niet, dat hij op grond van mijn ontdekking in een
valsch daglicht komt te staan. Als ii mocht ontdek
ken dat hij mijnheer Von Ghetaldi toch gedood
heeft, dan zult xi waarschijnlijk zien, dat hij nog
eens teruggekomen is en toen de bolo gehaald
heeft".
„We zullen zien. En nu, mijnheer Maxwell, nog
een vraag: heeft u gedurende den nacht iets ge
hoord? U en mijnheer Von Ghetaldi waren im
mers buren"..
Maxwell schudde het hoofd. „Neen, commissaris,
ik ben vlug in slaap gevallen. Het klimaat hier
maakt me spoedig moe".
„Ik dank u, mijnheer Maxwell. Uw verklaring
heeft me een stukje verder gebracht Ik wilde u
alleen vragen, voorloopig het striktste stilzwijgen
over dit verhoor in acht te nemen".
„Natuur 1 ij k, comni issa ris"
Buschroitner begeleidde Maxwell naar de deur.
Naast Zeilmoser stond een bediende te wachten.
„Is u Sebastian Kriegler?"
„Ja, commissaris".
„Kom dan maar eens hier".
De bediende volgde Buschroitner in de biblio
theek.
„Kriegler, vertel me eens hoe dat was met die
kruik voor mijnheer Feldmann. Hoe laat was dat?"
„De eerste maal om half elf, misschien een paar
minuten eerder".
„Nou en hoe ging dat?"
Hoe dat ging? Vrouw Fini had de kruik met
heet water gevuld, Kriegler had er een handdoek
omheen gewikkeld, omdat zij te heet was en hem
toen naar boven gebracht, naar mijnheer Feld
mann.
„En toen?"
Toen was hij weer terug gegaan naarhet be-
•diendenvertrek.
„Ja. Kriegler, maar heb je onderweg niemand
ontmoet? Je moet nauwkeuriger vertellen.
Ja, nu viel hem in dat hij iemand van het
reisgezelschap ontmoet had.
„.Verder! Laat me toch niet ieder woord uit je
mond trekken".
De mijnheer had naar de donkere kamer ge
vraagd. Hij had eerst de kruik afgeleverd. In dien
tijd had die mijnheer gewacht. Toen had hij hem
naar de donkere kamer gebracht en een schilling
gekregen.
Buschroitner stond op en liep heen en weer.
„Zeg eens, Kriegler, ben je nog eens bij mijnheer
Feldmann geweest?"
„Ja, ik heb vannacht twee keer moeten op
staan er voor. Ik moest warm water maken en
hem een kruik brengen. De tweede maal om half
een, de derde maal om vier uur".
„En heb je daarbij iets gemerkt?"
„Ja, commissaris. Die chauffeur uit Weenen, die
eerst den heelen avond bij onze Emerenzia gezeten
heeft, kwam de tweede maal dat ik op de tweede
verdieping kwam uit de gang van de eerste en ging
de trap af naar de hall. Hij zag er hevig ontsteld
uit en hij liep, alsop de duivel hem op zijn hielen
zat".
Sebastian Kriegler keek den commissaris vol
verwachting aan. Maar Buschroitner's gezicht ver
ried niets. En toen hij van den moord gehoord had
toen hij terug kwam ging de bediende voort,
h.ad k.ij het zijne er van gedacht. Hij wilde natuur
lijk niets kwaads van den chauffeur zeggen, o neen,
maar het zou hem niets verwonderen, als bleek dat
de moordenaar deze chauffeur uit Weenen was.
„Heb je er al met iemand over gesproken, Krieg
ler?", wilde Buschroitner weten.
De bediende trok een sluw gezicht. Neen, dat
had hij niet gedaan, maar hij had wel Emerenzia
een wenk gegeven, dat ze nog wonderen zou be
leven met dien chauffeur uit Weenen en dat ze
er nog spijt van zou hebben dat ze hem als oud
vuil behandelde.
„Ik zal je wat zeggen Kriegler. Misschien is wat
je me verteld hebt belangrijk, misschien ook niet.
Maar als je er tegen een sterveling ook maar over
kikt, dan zul jij eens wat beleven".
Kriegler beloofde zijn moond te zullen houden.
De telefoon rinkelde. Buschroitner nam de hoorn
op.
„Ja juffrouw, verbindt u maar". En tot Kriegler:
„Je kunt gaan. Maar denk er om: mond houden!"
Kriegler ging.
Buschroitner wachtte. Na een poosje hoorde hij
„hoofdcommissariaat".
„Hier commissaris Buschroitner uit Lienz. Mag
ik den dienstdoenden commissaris van de afdeeling
moordzaken. Ja. ik wacht Hallo, ja, hier
commissaris Engelbert Buschroitner, Lienz.
Neen, neen, niet Linz aan de Donau, Lienz
in Oost-Tyrol, ja. Ik heb hier een geval van
moord te onderzoeken. Op kasteel Entzberg. En
Buschroitner verhaalde in kort bestek de feiten. „Nu
wilde ik om het volgende verzoeken. Wilt u eens
laten nazien of er over de menschen die ik u zal
opgeven bij de politie iets bekend is? Als dat zoo
is, dan graag bericht per telefoon. Ja, uitstekend,
mar graag vlug. Hier zijn de namen en adressen".
Buschroitner begon op te lezen. „Ja, nog iets, col
lega. Informeert u over Duschinsky ook eens bij
de economische politie en stuurt u iemand naar het
reisbureau Ueberland en naar de woning van den
vermoorde. Ja, dat is voor het oogenblik alles
Dank u".
Hij belde af. „Haberler, wie heb ik nog niet ge
had?"
De inspecteur gaf hem de ijst. De commissaris
zuchtte.
„Zeilmoser! Roep de Hollandsche fanii
Het verhoor van de familie De Jong kost
want niet alleen hadden zij moeilijkhede
taal, maar zij wilden ook telkens alle ze i
antwoorden. Het leverde niets op.
Ook de drie Chineezen, wier verklari:
Muir vertaald moesten worden, haddes
melden. Toen zij zich verwijderden, verzot
roitner dr. Wong, die een klein beetje
sprak, te blijven.
„Kunt u mij misschien ook inlichtingent1
heer Maxwell geven?"
„Niet veel. Mr. Maxwell is agent van
geering. Vroeger is hij geweest in China.'
raai Li in Schensi".
„Mijnheer Maxwell is Engelschman nie
Dr. Wong schudde het hool'd. „Mr. Mas
nees. Chineesche staatsburger. U begrijpt
turaliseerd".
..U bedoelt genatin-aliseerd Chineesch S
ger".
„Ja".
„Is dat niet vreemd, dat een Engelse!
staatsburgerschap opgeeft?"
„Ik kan verklaren: mr. Maxwell heel
afsluiten contracten voor Chineesche
Regeering zeggen: als niet hij Chinees,
macht. Daarom mr. Maxwell Chinees,
pen?'
Buschroitner knikte. „Ja, natuurlijk
me trouwens ook niet aan". Hij begelt
attaché tot de deur en gaf Zeilmoser opi
echtpaar Pribram binnen te roepen.
De professor wachtte niet, tot hem
vraagd werd. Hij ging voor de tafel staal
zijn handen er op en begon te spreken-
precies of hij zijn klas een voordracht
werkwoorden op „mi".
Er was geen twijfel mogelijk, verklaard
deze afschuwelijke en laffe misdaad gepk
De daad sprak voor zichzelf. Een man in;
vermoorden was de daad van een lafaard
man zonder ruggegraat, die niet in sta:' jj
eerlijke wijze te strijden. Als de commissS
hij gelegenheid had gehad de ontwikkeling:
gade te slaan, zouden hem de séhelle!
oogen gevallen zijn.
(Wordt vc