Jlwwand
i.IN DEN BAN VAN AMOR.
UIT EIGEN TUIN
Reizen en avonturen van Mijnheer Prikkeheen
{ZATERDAG 22 FEBRUARI 194Ï
HA ARE EM'S DAGBEAD
7
telt
Al had zij kort geleden de kloosterschool te Ar
en genteuil verlaten, haar naam was al tot ieder die
eigde wijsbegeerte beoefende doorgedrongen, want
ls. ongeëvenaard door eenige vrouw dier dagen moet
enHeloïse's kennis zijn geweest. Haar pleegvader,
af, oom Fulbert, domheer te Parijs, die hetzij uit ijdel-
heid, hetzij uit trouwe zorg voor de aangenomen
ye, wees niets onbeproefd had gelaten om Heloïse's
heonêemeene verstandelijke gaven tot ontplooiing te
j doen brengen, kon trotsch en rijkelijk tevreden
op zijn met de lof die haar in heal den landè toege
zwaaid werd.
he,«
lier
(Foto-archief)
Natuurlijk had ook hij van haar gehoord, de groote
'eter Abel ar d die, zooals toen gebruikelijk was onder
jugdige corypheeën der wetenschap, door het land
hg gezworven had, disputeerend hier en daar de
,n groote problemen der filosofie, toehoorend overal
dajwaar geleerdheid werd gedoceerd. Ja, hij had van
hgihaar gehoord, al was het mogelijk niet zoo veel en
belangwekkends als zij van hem: van zijn voort-
?er"*durenden strijd met zijn leermeester Willem van
Ichampeaux, van zijn stoutmoedige stellingen, zijn
.prikkelende onafhankelijkheid van geest. Een eigen
"jj school had hij zelfs gesticht, waar de naar kennis
reikhalzende jongelingschap geboeid naar zijn wel
berekend betoog luisterde, niet alleen rp de wijs-
.c, begeerte, maar ook in de godgeleerdheid, die hij
'.j'met ijver, instemming des harten en critischen zin
(p, bestudeerd had. Roem en eer waren zijn deel, heer
jn meester scheen hij over de velden van het men-
«„"jchelijk denken. Maar ach, „de voorspoed heeft
.dwazen altijd het hoofd op hol gebracht; de zeker-
j!:n beid verzwakt de zielekracht, de geest zwicht voor
,ve_ce verlokkingen des vleesches". Zoo schreef hij
zelf jaren later, toen de innerlijke storm was
geluwd. Het noodlotsuur van zijn leven was nabij,
?leer hij het bevroedde: Amor eischte zijn rechten
;"jop, zond een afgezante in wel zeer verleidelijke ge-
Tlaante: e«n vrouwe, liefelijk van uiterlijk en onge-
woon begaafd: Heloïse, en de groote Ahelard,
in de dialectiek, zwichtte
In 1118 moet hij haar voor het eerst ontmoet
liebben het was liefde op het eerste gezicht. Hem
"wdfou zij toebehooren, hij verzekerde het zichzelf met
ichtjdênzelfden overmoed waarmee hij, nieuwlichter in
mg iienst van Minerva, tevoren triomfen gevierd had
'oen In disputeerend woord en geschrift.
eei Was oom Fulbert er zich van bewust welke ver-
em antwoordelijkheid hij op zich nam toen hij den
bijna 40-jarigen, aantrekkelijken Abelard de gees
telijke zorg voor zijn zeventienjarig pleegkind toe
vertrouwde in zijn begeerte, haar onder leiding
van dezen eminenten geest in kennis te doen toe-
t»men? Of heeft hij heimelijk gewenscht wat zich
r onder zulke noodlottige .omstandigheden
De geschiedsbronnen zwijgen daaromtrent,
zeker is dat Abelard en Heloïse al gauw
ari .ijveriger in elkanders oogen dan in de schrif-
i ei uren lazen" en heel wat meer aandacht aan het
Peppel der minne dan aan de spreuken der oude wijs-
0! [eeren wijdden. Besefte Abelard hoe oprecht, hoe-
akt eer met heel haar innig hart de veroverde Heloïse
liefhad? Gingen zijn gevoelens dieper dan die
ich-van een roes, een passie? Vurig was zijn liefde
e tijeker: hij voelde wel, hoe bedenkelijk de minnaar
spi-den wijsgeer in de schaduw stelde: mat werd zijn
^en^betoog, middelmatig het resultaat van zijn ver-
me nuf tig denken. Wat uit zijn pen zijn pen
vaijvloeide het waren noch filosofische spitsvondig
heden, noch godvruchtige vertoogen, maar lief
een desverzen, haar Heloïse gewijd, liefdesverzen
ïeetöie aldra op ieders lippen waren. Heel Parijs noem-
de hun namen, noemde ze voor het eerst „door
liefde gloeyende aaneengesmeed, aangeschakeld
en verbonden", in één adem: Abelard en Heloïse.
dei» Wat baatte het of de in woede ontstoken oom hen
beiden scheidde door Abelard de deur te wijzen
en Heloïse haar vrijheid te benemen? Heimelijk
ti ontmoetten zij elkander toch, heimelijker dan
de tnenigeen vermoedde.
duJ Wat een tragedie werd, vond zijn begin in de
1UÜ sfeer der romantiek: in het holst van den nacht
taai uitvoerde Abelard zijn Heloïse om haar ten huize
era. van zijn zuster een veilige wijkplaats te verschaf-
pggjfen. Hij wist wat binnenkort te gebeuren stond:
dftinnig verheugd had zij hem haar groot geheim toe-
mm vertrouwd.
ieej Ver van Parijs dus werd hun kind geboren: een
sch(ïoon, Astralabius geheeten. De toorn van pleeg-
lijk- vader Fulbert kon bezworen worden met de belofte
ten-dat Abelard zijn Heloïse tot wettige vrouw zou
nemen, op voorwaarde dat niemand van het hu-
tvelijk ooit zou hooren. En zij, voor wie de naam
«geliefde" kostbaarder was dan die van „echtge-
Dooie", zij die Abelard's roem en geleerdheid en
hee godvruchtig man hooger stelde dan haar eer, wei-
gerde aanvankelijk, naar uit Abelard's brieven is
veejjop te maken, niet tot zijn misnoegen. Abelard en
het huwelijk! „Wat een combinatie" schrijft hij
„schrijftafel en kinderwagen, boeken en schrif-
1 aii ten bij het spinnewiel. Wie kan zich verdiepen in
aL(de beschouwingen der Schrift en de studie der
leid wijsbegeerte en daarbij het gehuil van kleine kin-
,jnjg deren en het geneurie van een baker aanhooren?"
dat Toch wordt het huwelijk voltrokken, in den
ge. prillen morgen, opdat niemand er iets van gewaar
Zal worden. Vergeefsche voorzorgsmaatregelen, als
and oom Fulbert, trotsch op de familierelatie met zulk
»ing «en gevierd man, het wijd en zijd rondbazuint!
Verloren dus alles: vernedering van Abelard over
zal de gansche linie, eer- en naamverlies? Heloïse, tot
alles bereid en tot alles bij machte in de onkwets
baarheid van deze zuivere liefde, gereed zelfs het
S. grootste offer te brengen Heloïse doet gelijk
Abelard haar heeft gesmeekt: zij trekt zich uit de
wereld terug in het klooster van Argenteuil; en
al draagt zij den sluier nog niet, haar nonnen
kleed is het symbool van haar afscheid van het
Wereldsche leven. Het is niet uit roeping dat ze
als bruid Chrïsti het kloosterwerk verricht uit
liefde alleen, uit eerbied voor hem, die haar alles
op aard is, gaat zij door een wereld, die zij met
de ziel niet gansch en al belijdt. En Abelard, de
onstuimige minnaar van weleer, doet ook hij boete
brengt ook hij zijn offer? Wreeder, vreeselijker
lot is hem beschoren het offer wordt genomen:
's nacht dringt een wraakgierige familiebende zijn
kamer binnen en verminkt hem voor het leven.
Heloïse heeft den sluier al aangenomen als ook
Abelart, gebroken en diep gekrenkt, zich binnen
dc muren van de abdij van St. Denis terugtrekt.
Lange jaren gaan voorbij: Heloïse heeft, na haai
verdrijving met de nonnen van Argenteuil. in het
klooster van den Parakleet, Abelard's schepping,
onderdak gevonden. Alles herinnert hier aan hem,
san zijn ijver, zijn werk, zijn godvruchtigheid
alles.herinnert. Geen das. geen uur gaat voor-
bii of baar gedachten zijn bii hem Hem setdon haar
lebeden. haar toewijding; hem behoort zij toe, nu
,de- lis toen.
Abelard en Heloïse.
Heloïse, adbis van het klooster van den Pa
rakleet, heeft een briei gelezen, een belijdensbrief.
een hartebiecht en lang staart zij voor zich uit
Een boekske is het bijna, het epistel dat zij in de
hand houdt, één lange, bittere bekentenis van
Abelard. Jaren geleden is het al, dat zijn hand
deze letters op papier zette om een vriend te
troosten; een vriend, niet haar. Een toeval heeft
dit levensteeken, het eerste, haar in handen ge
speeld. Veel van wat zij hoorde vindt ze bevestigd,
veel van wat zij vreesde bewaarheid. Zij weet het
nu: zoo verging het hem, smartelijk en in strijd
verwikkeld vanwege de beginselen die hij
leeraarde zoo dusMaar dat ééne blijft een
vraag: of hij haar nog liefheeft, liefheeft gelijk zij
hem.
Heloïse antwoordt; terwijl zij zich ach zoozeer
dwingt alleen begrijpende woorden van het ver
stand aan het papier toe te vertrouwen, begint het
gepijnigde verlangende hart tóch mee te spreken
fluisterend eerst, dan al het hunkeren van zoovele
jaren uitstortend in vurige bewoordingen: „Al aan
de eerste woorden herkende ik je"dat is een
bekentenis: in den geest heeft ze met hem ge
leefd, heel dien tijd van scheiding; niets is ze ver
geten, in alle kleur en heerlijkheid staat het lief
desavontuur van een jeugd haar nog voor oogen.
„Waar is de Koning of de wijze die jou in roem
kan evenaren?" En dan komt, ondanks haarzelf,
het verwijt: „Waarom je mij na mijn intrede in
het klooster, waartoe ik toch alleen op jouw aan
dringen besloot, zoo gansch en al verwaarloosd en
vergeten hebt, dat je mij noch de verkwikking van
jé mondelinge woord, noch de troost van een brief
vergundeZe vraagt het „waarom", ze vreest
voor het openhartige antwoord: „ach, begeerte"
veeleer dan vriendschap bracht je tot mij, vurige
zinnelust veeleer dan liefdeZe spreekt het
uit om een ontkenning, die ze zoozeer verlangt,
uit te lokken uit den mond van hem in wien ze
wil blijven gelooven. „Mijn hart behoort immers
niet meer mij toe, maar jou, jou alleen. En wanneer
het bij jou geen veilige haven meer kan vinden
heeft het in het geheel geen tehuis meer ach,
koester het wèl, ik smeek je. Weigeborgen zal het
zijn bij jou, wanneer je goedertierend bent, wan
neer je liefde met liefde wilt vergelden, het groote
met het kleine, offers met woord". Woorden
meer vraagt ze niet, een brief dat is al. „Eens
toen je de vreugden des levens bij mij zocht,
spaarde je je brieven niet en de naam van Heloïse.
in zoo menig lied geprezen, was op ieders lippen
Hoezeer zou je mij tot de liefde Gods kunnen aan
sporen, jij die mij eens tot het spel der liefde
verleidde. Laat mij", eindigt Heloïse, „een langen
brief met een kort woord besluiten: Vaarwel, jij.
mijn eenigst en alles".
Het antwoord kwam, lang daarna. „Aan Heloïse.
zijn geliefde zuster in Chrïsto van Abelard, haar
broeder in den heer", leidde het opschrift. Toen
wist ze, dat Abelard's hart geen kamer meer had
voor de liefde van een Heloïse. Abelard schreef
den brief van een biechtvader, ernstig, vermanend,
aansporend, in het bewustzijn van zijn groote
schuld. Want ook hij was geschrokken van deze
onverwoestbare, aardsche liefde, terwille waarvan
de abdis van den Parakleet de hoogste Liefde ver
zaakte, zij die alom werd geprezen om haar innige
godvruchtigheid. Hij had het begrepen: Heloïse.
z ij n Heloïse van weleer, zweefde tusschen hemel
en aarde; hij was het die haar van de aarde ver
dreef, zijn persoon is het die haar van den hemd
aftrekt; Bevrijd zou ze eerst zijn, als ze ook dit
verlangen in haar hart heeft weten te versmoren.
En de abdis van den Parakleet put uit de ver-
toogende brieven van den monnik Abelard de
kracht haar hart het zwijgen op te leggen ze
is bruid Christi geworden.
Jaren later werd het stoffelijk overschot van
Abelard, overleden in het klooster van St. Marcel,
in de abdij van den Parakleet aan de aarde toe
vertrouwd. Abelard had zijn tehuis gevonden
Abelard was teruggekeerd. Ruim 20 jaar daarna
volgde zij hem in den dood.
Zoo rusten zij dan, vereenigd nu op het kerkhof
Père la Chaise, in één graf Abelard en Heloïse.
G J. E. DINAUX.
Nieuwe burgemeester van
Gilze-Reyen.
Be besluit van den secretaris-generaal van het
departement van binnenlandsche zaken is J. M. H.
Klardie, met ingang van 16 Maart 1941, tot bur
gemeester van de gemeente Gilze en Reijen be
noemd, met gelijktijdig eervol ontslag als burge
meester van de gemeenten Bergeijk en Luijks-
gestel.
Dr. Wimnier in Noord-Brabant.
Bezoek aan diverse plaatsen.
's-GRAVENHAGE, 21 Februari. (A.N.P.) In ge
zelschap van den Gevolmachtigde voor de provin
cie Noord-Brabant, kringleider Ritterbusch, be
zocht de Commissaris-generaal Staatssecretaris dr.
Wimmer van 1719 Februari jl. de provincie
Noord-Brabant en vertoefde o.a. te 's-Hertogen-
bosch. Tilburg, Breda en verschillende kleinere
plaatsen.
De Commissaris der Provincie Jhr. van Rijcke-
vorsel verstrekte een overzicht van den omvangrij
ken arbeid tot het winnen van nieuw land in den
Bïesbosch, waar men meer dan duizend nieuwe
boerenhofsteden hoopt te bouwen.
Ook de met de buitengewoon snelle industriali-
seering van de provincie samenhangende bevol
kingspolitieke problemen en problemen van be
stuursbeleid konden breeder besproken worden.
Den volgenden morgen werden de middelbare
technische school en de ambachtsschool te 's-Her-
togenbosch bezocht, als ook een lagere school.
Tenslotte bezocht de Commissaris-generaal den
Nederlandschen schilder R. Pijnenburg te Vught in
zijn atelier en kocht het olieverfportret van een
Brabantschen visschersjongen aan. Mede werd de
merkwaardige bloemkweekerij van den heer Van
Beuningen bezichtigd.
Den volgenden dag trof men den Ministerial-
director van het ministerie van Binnenlandsche
Zaken te Berlijn, dr. Weber, aan, die zich in gezel
schap van den deskundige voor veterinaire vragen
in het Commissariaat-generaal voor bestuur en
Justitie Oberregierungsrat dr. Pschorr, den eer
sten veterinairen officier in den staf van den op
perbevelhebber in het bezette Nederland dr. Ohl
en den directeur van den rijksdiergeneeskund'igen
dienst dr. C. van den Berg op een studiereis door
het bezette Nederlandsche gebied bevond. Gemeen
schappelijk had de bezichtiging van de veemarkt te
's-Hertogenbosoh en het technisch en hygiënisch
uitstekend ingerichte stadsabattoir te Breda plaats.
SPERTIJDREGELING.
's-GRAVENHAGE. De Staatscourant van
gisteren bevat een beschikking van den secreta
ris-generaal van het departement van handel,
nijverheid en scheepvaart betreffende uitvoering
van de vestigingswet kleinbedrijf 1937.
Artikel 1 daarvan luidt:
Het is verboden een inrichting, bestemd of mede
bestemd voor de uitoefening van den kleinhan
del in electrotechnische apparaten en -materia
len, onderscheidenlijk van het electrotechnisch-
:nstal!ateursbedriif, voorzoover die uitoefening
betreft, te vestigen zonder vergunning van den
secretaris-generaal van het deuartement van
handel, nijverheid en scheepvaart.
Onrechtmatig gebruik van brandstof
Tientallen schippers geverbaliseerd.
De laatste weken zijn alleen op het Merwede-
kanaal tusschen Weesp en Utrecht tientallen
schippers, die niet in het bezit waren van een
vergunning geverbaliseerd.
Eer gistermiddag surveilleerde wederom een rijks-
oolitievaartuig op het Merwedekanaal. Niet min
der dan acht schippers werden verbaliseerd we
gens het onrechtmatig gebruik van motorbrand
stof. De politie stelde aan boord van een der
schippers een onderzoek in. Het resultaat hier
van was. dat men zevenhonderd liter motorbrand
stof aantrof. De schipper had aan de bevrach
tingscommissie opgegeven, over geen voorraden
te beschikken. Deze man kreeg een tweede proces
verbaal.
io s
can de Winterhulp Nederland
Winterhulp Nederland, den Haag,
No, 5553. Als bank der Winterhulp
Nederland is aangewezen de Kasver-
eeniging N.V. Amsterdam No. 877.
Stort op 5553 of 877
Winterhulp Nederland: geeft niet al
leen, offert ook werkelijk.
Nu wij het sombere gedeelte van den winter
achter den rug hebben en het lengen der dagen
onze gedachten weer naar het voorjaar doet uit
gaan zien de vele liefhebbers-groentekweekers,
met verlangen naar het oogenblik uit, waarop zij
de werkzaamheden in hun tuin weer kunnen her
vatten.
Maar ook onder die bezitters van een kleiner ol
grooter tuintje, die hun tuin door een tuinman
lieten onderhouden en wier werkzaamheden zich
bepaalden tot het afsnijden van wat bloemen, of
in het uiterste geval tot het rollen van hun gras
veldje, onder hun zullen zich zeker dit jaar ook
velen bevinden, die zich voorstellen om dit seizoen
hun tuin of een gedeelte ervan voor het kweeken
van groenten te gebruiken.
En nu stel ik me voor, dat onder deze toekom
stige tuiniers(sters) er zijn, die met een zekere vrees
het oogenblik zien naderen, dat ze een niet onbe
langrijk deel van hun vrijen tijd zullen doorbren
gen met het: „wroeten in den grond".
En tot u, angstige toekomstige amateur-groente-
kweeker, wil ik dit zeggen: Heusch, het valt mee
en niet alleen dat, maar u zult er, wanneer u het
onvermijdelijke stadium van spierpijn voorbij en
aan het griezelige gevoel van al dat zand tusschen
uw nagels gewend bent, nog een massa vreugde van
beleven.
Want het is onmogelijk dat uw worteltjes die
uw groenteman u verschaft, ooit zoo mooi en zoo
fijn van smaak zijn, als de peentjes die u zelf zaait
en oogst. En dan die rijen van flesschen met weck
in bonte verscheidenheid in uw kelder en aan het
einde van den zomer de goudkleurige pas gedroogde
bruine boonen, die u door de vingers kunt laten
glijden, als een vrek zijn goud. Om nog maar niet
te spreken van de eindelooze debatten met andere
tuiniers en het plezier over uw sla die zooveel
mooiere kroppen maakt dan die van uw buurman
en van uw tuinboonen die er zoo prachtig bijstaan,
terwijl de zijne onder de bladluis zitten.
Maar nu ter zake. Wanneer wij willen groente-
telen, is de belangrijkste vraag die bij ons op
komt, of het in het geheeel genomen wel moge
lijk is, om in onzen tuin groenten te kweeken.
Nu kan op vrijwel eiken grond wel een of
meerdere soorten groenten geteeld worden, mits
het stukje grond genoeg zonlicht opvangt. Alleen
in een tuin waar geheel niet of heel weinig zon
komt, is het practisch onmogelijk een goed resul
taat te krijgen.
Twee andere belangrijke vragen zijn: Wat voor
zaad en welk gereedschap hebben wij noodïg?
Wat nu de eerste vraag betreft, is de hoeveel
heid zaad die we van elke groentesoort noodig
hebben natuurlijk geheel afhankelijk van de be
schikbare ruimte en van de grondsoort.
Op lichteren grond zet men de gewassen n.l
meestal dichter opeen, dan op zwaarderen grond
Verder zijn de soorten zaad die u zult koopen na
tuurlijk weer afhankelijk van uw persoonlijke
voorkeur, maar ook voor een groot gedeelte van de
grondsoort.
Zoo zal men bijv. op heel lichten zandgrond geen
koolsoorten, met uitzondering van boerenkool en
spruitkool kunnen telen, maar wel worteltjes er
boonen.
Maar wat voor zaad wij ook nemen, we moeten
zorgen dat we altijd de eerste kwaliteit hebben
Voor zaad geldt altijd, dat het beste nog maar
net goed genoeg is. Het verschil in prijs tusschen
goed en slecht zaad is bij de kleine hoeveelheid die
de amateur noodig heeft, maar een kweste van
enkele centen en de teleurstellingen tengevolge
van minderwaardig zaad zijn groot.
Het gereedschap dat wij noodig hebben, bestaat
uit een spade, een schoffel, een hark, een gieter
en een pootlijn. Indien wij niet in het bezit zjjn van
dit materiaal, wenden we ons tot een betrouwbaar
adres en koopen een goede, stevige kwaliteit, daar
wij met degelijk gereedschap veel prettiger en
vlugger werken dan met goedkoope prullen.
In het volgende artikel zullen we de bewerking
van den grond bespreken.
Zij die de beschikking hebben over een kouden
bak, kunnen hierin nu reeds erwten en tuinboonen
zaaien, om deze later buiten uit te planten. Voor
de doperwten nemen we de soort: eerste vroege Mei
We kunnen de erwten twee maal 24 uur in
water laten weken en daarna uitzaaien, maar noodig
is dit niet. Wij vermengen den grond in den bak met
wat turfmolm, en zaaien de erwten zoowel als
de tuinboonen tamelijk dicht op elkaar uit. De
erwten worden met een laagje grond van 2 cM
de tuinboonen met pl.m. 4 cM. aarde bedekt. De
grond moet voldoende vochtig zijn, we houden den
bak nu gesloten tot we de eerste puntjes boven
zien komen en zetten vanaf dit moment bij vorstvrij
weer overdag de ramen wat open, bij vorst kunnen
we den bak met een rietmat afdekken.
J. J. L.
=j VOOR DE KINDEREN
79.
Maar nauw hersteld, schrikt Prikkeheen
En staart ontzet naar wat hem scheen
Eeo booze droom: „Hij kan 't niet
dragen
Komt Ursula hem nu wéér plagen.
Keert werkelijk 't verleden weer
Het duizelt hem en hij valt neer.
Noar I- I A Couvmtuf
tr OfOntun* tun Mtjnh^r
Tuirnlng M>n Aart ion Eu/uk.
Zus Ursula, geheel ontdaan,
Is met zijn droevig lot begaan.
„Och, arme broer, „zoo snikt zij teeder
„Geef mij toch al Uw liefde weder,
O. wordt gauw beter, zie me aan,
'k Heb U toch nimmer kwaad gedaan:
RHODODENDRON PRAECOX
Deze vroegbloeiende rhododendron is een buiten
gewoon mooi struikje met glanzend groene blade
ren, die soms in den winter gedeeltelijk afvallen,
maar meestal houdt de plant ook 's winters het
groene blad. En daartusschen verschijnen dan
eind Februari tot April de mooie lila-rose bloe
men.
In een zachten winter kunnen in Januari al
wel bloemknoppen open gaan en dat is wel wat
risquant, want er is alle kans dat daarna nog weer
vorst zal komen en dan zijn die eerste bloemen
verloren. Maar in de meeste jaren gaan de bloemen
niet voor eind Februari open. Het is echter in ieder
geval aan te bevelen een beschutte standplaats voor
onzen mooien vroegbloeienden heester uit te kiezen.
Rhododendron blijft een kleine struik die hoog
stens een meter hoog wordt. Deze heester ia
evenals de andere rhododendrons wel zeer ge
voelig voor de grondsoort, waarin hij staat. Hij
heeft veenachtigen humusrijken boschgrond noodig
en veel vocht. Deze beide voorwaarden zijn niet al
leen gunstig voor de plant, maar werkelijk nood
zakelijk.
Een droge zandgrond of stijve klei moet dus eerst
terdege verwerkt worden voro dat hij voor een
rhodondendron bruikbaar is.
Rhodondendron praecox.
(foto Hendriks).
Maar wanner de bewerking eenmaal oordeel
kundig is geschied en de struik op een beschutte
platas is gezet wanneer geregeld vocht en af en toe
koemest wordt toegevoegd (dt laatste hoeft ech
ter niet vaak te gebeuren), dan zal de Rhodonden
dron praecox vele jaren achtereen voor een prach
tig voorjaarshoekje zorgen.
Om den grond zoo vochtig mogelijk te houden
kan men een eenigszins beschaduwde standplaats
kiezen of men kan de planten dicht bijeen zetten,
zoodat de ondergrond toch voor het directe zon
licht is beschermd. Ook wordt soms voor dit doel
een tijdelijke tusschenbeplanting aangeraden.
In ieder geval mag men deze behoefte aan vocht
niet uit het oog verliezen.
Door de kleine afmetingen is Rhododendron
praecox een heester, die ook in kleine tuinen niet
te veel ruimte vraagt en de bloei is werkelijk zoo
verrassend mooi en feestelijk, dat de tuinbezïtter
er ieder jaar opnieuw weer trotsch op zal zijn. z
A. J. D.
Verduister goed.
Zooals het moet.
VAN 23 OP 24 FEBRUARI 1941
van 19.07 tot 8.41
Maan op 23 Febr. 1941 onder. 16.34
Maan op 23 Febr. 1941 op7.01
VAN 24 OP 25 FEBRUARI 1941
van 19.09 tot 8.39
Maan op 24 Februari 1941 op 7.36
Maan op 24 Februari 1941 onder 17.40
Inbrekers vergisten zich
in het pand!
En de politie verijdelde hun
plannen.
Twee politieagenten, die des nachts in de Plet-
terijstraat in den Haag surveilleerden, keken hier
en daar eens in de donkere portieken en niet
zonder resultaat. In een der portieken trachtten
drie mannen zich te verschuilen en daarom arres
teerden de agenten hen: zij namen het drietal mee
naar het bureau aan den Rijkswijkscheweg Hier
kwam al spoedig aan het licht, dat men te doen
had met een berucht duo, t.w. de ge
broeders C. F. H. v. d. B„ 27 jaar oud en
chauffeur van beroep, uit Leidschendam en E F. J.
v. d. B. uit Den Haag, 28 jaar en koopman van
beroep. Zij zijn n.l. oude bekenden en vooral in
Leidschendam hebben ze de politie reeds veel last
bezorgd. Een van hen heeft eenige jaren terug bij
een aanhouding te Leeuwarden op een politieagent
geschoten.
In htm gezelschap verkeerde de 18-jarige bak
kersknecht A. V., die in een café in de binnenstad
met de beide anderen had kennis gemaakt. De beide
mannen hadden V. overgehaald hen te assisteeren
bij inbraken. Alle drie waren in het bezit van in
brekerswerktuigen en V. had tijdens de aanhouding
nog getracht een breekijzer en een beitel weg te
werpen, hetgeen echter door de agenten was op
gemerkt.
Eenige rechercheurs stelden met een politiehond
nog denzelfden nacht in de Pletterijstraat een on
derzoek in en hierbij bleek inderdaad, dat de heeren
kwade bedoelingen hadden gehad. Gepoogd was nl
in te breken in een drietal pakhuizen in genoemde
straat. Zij waren eerst over een hek geklommen
met de bedoeling een pakhuis van de firma Douwe
Egberts met een bezoek te vereeren. Toen zij een
deur geforceerd hadden en binnen gingen, vonden
zij echter geen koffie en thee. zooals zij gedacht
hadden, maar alleen maar stofzuigers. Zij hadden
zich in het pand vergist en waren bij de Electro-
lux terecht gekomen. Onverrichterzake ver'ieten
zij dit perceel en trachtten nu inderdaad bij Douwe
Egberts een deur open te breken, doch dit lukte
niet. Het drietal ls toen de portiek binnengegaan
met de bedoeling door verbreking van glas-in-lood
raampjes in te breken bij Paul Kaiser. Toen kruiste
echter de politie hun pad met het bekende
gevolg.
Het drietal is ter beschikking van de Justitie
gesteld.
Dr. Weber in ons land.
Leider van den Bond van Diergeneeskundigen in
Duitschland.
De leider van den bond van diergeneeskundigen
in Duitschland Dr. Weber, Ministerialdirektor bij
het Duitsche ministerie van binnenlandsche zaken,
maakt thans een inspectiereis door Nederland. HJj
bezoekt niet slechts belangrijke inrichtingen voor
diergeneeskundig onderzoek, doch neemt tevens
de gelegenheid te baat om met verschillende voor
een deel hem reds sinds iaren bekende persoonlijk
heden uit de diergeneeskundige wetenschap en
praktijk te ontmoeten. (AJLP.)