Een eigenaardige aanbieding
Het menu van den dag
Reizen en avonturen van Mijnheer Prikkeheen
Z A T EJR D A G 29 AT A ART 1941
H A ARCS M'S DAGBEAC
VARIATIE IN DE BEREIDING
VAN SPRUITJES.
Nu dc groenten duurder zijn, neme
men in de eerste plaats die groente,
die het seizoen oplevert.
Plantkundig bezien behooren spruitjes tot de
koolsoorten; toch wijken ze in verschillende op
zichten zoovee! af van roode-, witte- en savoye-
kool, dat spruitjes voor velen een aangename af
wisseling vormen op het wintel-menu. Des te grooter
wordt deze afwisseling, als de spruiten niet altijd
worden klaargemaakt volgens het aloude recept,
dat van grootmoeder op moeder en van moeder
op dochter is overgeleverd. (Dat we van dit aloude
recept in zooverre afwijken, dat we de groente
nu niet meer onder water opzetten, maar slechts
met een bodem water, is voor de verstandige huis
vrouw geen geheim).
Juist deze winter is afwisseling in de groente
bereiding zoo gewenscht, omdat we door samenloop
van omstandigheden o.a. doordat vele kassen niet
zoo goed verwarmd zijn en wij door een lange,
koude winter langer op de voorjaarsgroenten zul
len moeten wachten een keertje vaker dan andere
jaren de wintergroente op tafel moeten brengen.
Variatie in spruitjes is bijvoorbeeld mogelijk door
ze te combineeren met een andere groente. Vrij
algemeen bekend zijn „spruitjes met kastanjes".
Daar de laatsten echter op 't oogenblik zeer prijzig
zijn, zal 'n andere, eveneens zeer geslaagde com
binatie meer te-passing kunnen vinden, n.l. „spruit
jes met knolselderij".
Behalve dat dit gerecht heel smakelijk is, heb
ben we tevens het voordeel dat een groente, die
wel rijk is aan eiwit en aan vitamine-C, maar be
trekkelijk arm aan vitamine-A (n.l. spruitjes)
samengevoegd wordt met een groente, die veel
vitamine-A en slechts weinig vitamine-C bevat
(n.l. knolselderij).
Spruitjes met knolselderij.
(groente voor 4 personen).
500 gr. (1 pond) schoongemaakte spruitjes (niet
schoongemaakt ongeveer iy2 pond), 1 middelmatig
groote selderijknol (ongeveer 1 pond), 29 gr. (1
afgestreken eetlepel) boter, '/2 eetlepel zout.
Wasch de spruitjes. Snijd de selderijknol in plak
ken van ongeveer 1 cM. dikte en schil deze zoo dun
mogelijk. Snijd de plakken in reepen en deze weer
in blokjes. Wasch de blokjes knolselderij, doe ze
met de spruitjes in de pan en schud ze door elkaar.
Breng ze aan de kook met een kopje water en laat
ze een half uur zachtjes doorkoken in goed gesloten
pan; het water zal in dien tijd verkoken. Voeg de
boter en het zout toe en schud de groente hiermee
even om. Dien ze daarna meteen op (niet nasto-
ven!)
MEER AAN TE RADEN IS
voor het zouten van de spijzen Jozo of Nezo
te gebruiken. Sneeuwblank zout uit eigen
bodem.
(Adv. Ingez. Med.)
Vermicellisoep.
Puréerand met groenteragout.
Vleeschlooze Jus.
Custardvla met abrikozen.
RECEPTEN.
De soep wordt van een pakje bereid, is dus be
doeld als pittig hapje vooraf, echter zonder veel
voedingswaarde.
Puréerand met groentenragout (2 3 personen)
H K.G. aardappelen (gekookt), melk, boter,
zout, noot, pond wortelen, '/2 pond koolraap, 1
selderijknol of 1. blikje spercieboontjés, 40 gr.
bloem, 40 gr. boter, maggi-aroma.
Bereiding: De Groente schoonmaken en in klei
ne stukjes snijden. Ze wasschen en gaarkoken in
6 d.L. water met wat zout. Daarna afgieten en
van dit 'kookwater, Vz L., met boter en bloem
een saus maken. De groente (ook de boontjes) er.
in warm laten worden, en alles op smaak afmaken
met zout en maggi-aroma. Van de aardappelen
purée maken, deze overdoen in een beboterden en
met beschuit bestrooiden rijstrand en keeren op
een warmen schotel. De groente-ragout erin
scheppen. Heeft men geen rijstrand, dan doet men
de purée in een vuurvasten schotel, en de groente
met de saus in een dekschaal. Wat peterselie er
over strooien.
Als we een smakelijke vleeschlooze Jus willen
opdienen, die toch nog een hooge voedingswaarde
bezit, dan gebruiken wij daarvoor taptemelkpoe-
der en bereiden de jus volgens onderstaand re
cent; (voor 4 personen).
60 gr. (3 afgestr. eetlepels) boter. 30 gr. (4 eet
lepels) bloem. 20 gr. (2 eetlepels taptemelkpoe-
der), l bouillon- of jusblokje. zout. peper en een
mespunt koffiestroop, y3 liter water.
Laat in een braadpan de boter e;i de bloem
bruin worden. Voeg ineens 5 of 6 kopjes water en
de met 'n weinig lauw water aangemengde tapte-
melkpoeder toe. Laat de ius zachtjes enkele minu
ten doorkoken en maak ze op kleur en smaak af
met de koffiestroop, het bouillonblokje, de peper
en het zout.
Met koffiedik, liefst heet. kan men veel doen
om de sterke geur van gebakken uien of vet uit
de koekepan te verwijderen. Men stort het koffie
dik in de pan en wrijft het flink in 't rond. Daar
na met koud water uitspoelen.
WIE KNUTSELT ER MEE?
Deze weck maken wc voor ieder
kind een eigen Paaschhaas!
't Loopt tegen Paschen en weldra is dit feest
weer aangebroken. Wat een vreugde als de
kleintjes 's morgens aan het ontbijt tot hun
groote verrassing ieder een Paaschhaas vinden!
Trouw wacht het goede diertje hen al op met
een heusch mandje, waarin een prachtig ge
kleurd ei ligt, zorgvuldig toegedekt met wollen
hazelnootjes! Wat een kostelijk stuk speelgoed
hebben zij er nu plotseling bij, en dat, terwijl het
niet eens St. Nicolaas of Kerstmis is en zij ook
niet jarig zijn! En wat nog prettiger is, Moeder
heeft het zelf voor hen gemaakt!
Voor dit leuke werkje, dat bovendien nog heel
vlug klaar is ook, hebben wij zachte sport- of
zephirwol noodig en een haaknaald no. 3.
Lichaam, staart en kop worden tezamen in twee
deelen gehaakt, welke daarna met elkaar ver-
eenigd worden. Wij beginnen aan de onderzijde
van het diertje en zetten 12 kettingsteken op: in
heen en weergaande toeren haken wij hierop
vasten, waarbij wij beide bovenlussen van de vas
ten van den vorigen toer opnemen. Steeds aan
éénzelfde zijde en bij iederen toer meerderen wij
een vaste.
Na 3 c.M. hoogte haken, worden aan de
andere zijde van het werk 4 steken apart 2 c.m.
hoog gehaakt voor het staartj^ de overige steken
haken wij in stokjes verder voor het rompje, dat
tot aan den hals 15 c.m. hoog moet worden. Voor
het buikje meerderen wij aan die zijde bij eiken
toer 1 stokje. Daar het halsje tenslotte uit slechts
10 stokies moet bestaan, gaan wij daarna van
lieverlede aan ons haakwerkje minderen. Voor
den kop zetten wij aan dezelfde meerderings- en
minderingszijde 18 kettingsteken erbij op, waarop
dan 5 toeren stokjes komen.
Om het goede model van het snuitje te krij
gen, wordt bij den 3en, 4en en 5en toer zeer
sterk aan die zijde geminderd, zoodat er onge
veer 7 stokjes overblijven. De andere zijde blijft,
zooals steeds, gewoon recht. Vóór wij nu verder
gaan, haken wij weer eenzelfde lapje, doch nu in
spiegelbeeld van het eerste. Beide stukken wor
den daarna met gewone vasten aan de goede ziide
aan elkaar gehaakt, 'waarbij wij een klein stukje
openlaten om het rompje op te vullen. Als vulsel
kunnen wij het beste vellen zuivere watten ge
bruiken. waarmede wij het dan stevig oostoppen
Wij haken het gaatje daarna verder dicht en be
rinnen aan de pooten, die apart gehaakt worden.
Voor de voorpooten haken wij een lapje in vas
ten, dat ongevear 6 c.m. lang moet worden en
ook 6 c.M. breed; daar het pootje aan het eind
iets dunner moet zijn, beginnen wij met een op-
zetseltje van ongeveer 4 c.m. en meerderen dan
onder het haken bij de komende toeren tot 6
c.m. breedte. Wij naaien het lapje dicht en
stopoen het vol, vóór wij het aan het rompje
naaien. De achteroooten worden, evenals het.
romoje, in twee deelen gehaakt. Aan den zool
beginnen wij nu en wel met een opzetsel van
7 c m lengte. Na 4 toeren vasten hierop, wordt ge
minderd. zoodat na nog eenige toeren haken
slechts 7 vasten overgebleven ziin. Het boven
gedeelte van den achterpoot wordt gemaakt van
ongeveer 15 toeren (6 c.m. hoogte totaal) vasten',
welke aan het begin 13 vasten tellen; zij worden
aan één zijde zoo sterk geminderd, dat er nog
slechts 3 vasten overschieten. Beide stukken wor
den tegen elkaar genaaid, opgestopt en aan het
rompje bevestigd.
De haas zou geen langoor heeten, als bii dan
ook g^en geweldige lange noren had. Zii ziin bii
ons exemplaar zóó lang, dat zij voor de lengte
van het snuitje niét behoeven onder te doen. Zri
worden ieder in een lapje van 13 stokjes breedte
aan het begin en 6 toeren hoogte gemaakt, waar
bij aan de zijkanten van de 4e, 5e en 6e toer 1
stokje geminderd wordt. De ooren behoeven niet
opgevuld te worden, doch om hen stevig op te
laten staan is het wel gewenscht, dat er een stuk
je mantellinnen in gelegd wordt. Wij vouwen het
haaksel' hieromheen dubbel en haken het met
vasten dicht.
Met witte wol borduren wij daarna met wat
Dlatte steekjes 'het oog en het bekje op de ge
haakte snuit en ook dè prachtige snorrebaarden.
Wii kunnen deze laatste er ook los bij laten han
gen. doch daar zij dan veel meer kans loopen
groezelig te worden, kunnen wij ze er beter ook
op borduren. Een prachtig gestrikt paars lintje
'om de hals en de haas zelf is klaar.
Nu nog het eiermandje; dit moet zoo klein zijn.
dat er juist een ei in past. Wij bekleeden het eerst
met een gehaakt lapje van stokjes, waarin het
ei komt te liggen en hierop komen dan de nootjes,
welke wij van allerlei vroolijke kleurtjes wol
haken. In een ringetje van bijv. 4 lussen haken
wij eerst 6 stokjes en op deze stokjes komen 6
vasten. Twaalf van deze nootjes zijn er noodig
Mocht u terecht een beetje bang zijn, dat zij
wegraken, dan naait u ze eenvoudig vast op een
zelfde gehaakt lapje, als voor de bekleeding van
het mandje werd gebruikt. Het kan dan als een
warm dekdekentje dienst doen.
NORA HANA.
ALLES INEENS WILLEN.
De vrouw die haar huishouden goed leidt, zal
alles op z'n tijd laten gebeuren, en daardoor een
regelmaat aankweeken, die den indruk maakt
dat een soepele huishouding een erg gemakke
lijk baantje is.
Daartegenover staat een andere, die bij buien
enorme hoeveelheden werk verzet, om daarna
weken lang nergens naar om te kijken.
De schoonmaaktijd geeft voor deze laatste
huisvrouwen de noodige aanleiding om tot zulk
een aanval van energie over te gaan: zij hebben
immers in de wintermaanden weinig werk ge
daan. de schoonmaak was toch op komst, en de
verduistering belette haar 's morgens al bijtijds
te beginnen, zoodat er nu alle reden voor schijn'
te zijn om flink aan te pakken. Het gevolg hier
van is dat zij alles tegelijk over hooo halen en
dat zij een werklust ten toon spreiden die be
paald angstwekkend is.
Opeens moet er met gang aan de schoonmaak
begonnen worden .maar ook de voorjaarskleeren
moeten wordon nagezien, want bet kan immer*
ineens zacht weer worden, en de tuin moet
worden bijgewerkt, er moet vanc allerlei gezaaid
worden, en er ziin ook nog werkjes in huis, die
al zoo lang noodzakelijk waren dus kunnen zij
meteen in orde worden gemaakt.
Wie zoo werkt, zal zich genoodzaakt zien om
toch nog weer allerlei te laten liggen, waar zij
niet aan toegekomen is, omdat een werkdag nu
eenmaal niet van elastiek is. en omdat alles in
zoo'n razend tempo moet gebeuren, dat er geen
tydjfvoor behoorlijk overleg kan overschieten.
Eigenlijk moeten noodig alle overbodige paoe
rassen uit haar bureautje worden verscheurd,
maar.dat kost eentee uren, en omdat, het temoo
dit niet toelaat, wordt het meubeltje enkel
schoongemaakt en niet van zijn overtollige rom
mel ontdaan.
Juist voor zulke ooruimwerkies is de schoon
maak een onontbeerlijk middel, maar menigeen
komt daaraan niet toe, omdat zij in een bezeten
tempo wil door1agen.Sorteeren van kindersoeel-
goed. van kleeding, van boeken, van muziek,
van brieven, van huisraad en gereedschappen,
van de timmerkist en het 'tuingereedschap, dit
alles vraagt behoorlijk overleg, en als dat er
niet kan zijn, omdat de tijd er niet voor geno
men wordt, dan wordt alles maar weer ongebor-
gen en de rommel in huis groeit aan tot een
groote stapel.
Daarom kan men zeggen, dat de huisvrouw
die haar huishouden goed leidt, overal behoorlïik
den tiid voor neemt, zii zal de schoonmaak niet"
m een onmogelijk korten tiid willen afjakkeren
maar bovendien zal zi? ook niet de rommel heb
ben uit te zoeken, waar een ander een heel laar
lang niet aan toe gekomen is, en waar zij eigen-
,!'k nooit aan toe zal komen.
Sleutel weg? Tel. 11493
DeSleutelspecialist,L.Veerstr.lO
Verkoudheid en hoest
beëindigd door nieuw
huismiddel.
De beste en voordeeligste ma
nier om van Uw hoest er
koudheid af te komen, i:
heel eenvoudige middeltje da
U zelf thuis kunt klaarmaken
'"-Jn*3 Neem een kwart liter hee
F water en los daarin op ee
30-grams fleschie Vervus (dub
bel geconcentreerd», dat U b
n eiken drogist of apotheker kur,
verkrijgen. Even goed door
roeren tot alles opgelost is. Dosis; volwassergn
een eetlepel; kinderen van 8 tot 12 jara: ee
dessertlepel: 3 tot 8 jaar: een theelepel. (Na d
drie voornaamste maaltijdpn en voor het naa
bed gaan.) Deze zelfgemaakte hoestsiroop werk
nok doeltreffend in gevallen van influenza
heeschheid en brachiale aandoeningen.
Probeer het vandaag nog en bewaar dit recep
goed.
(Adv. Ingez. Mcd.)
Alles moet zijn tijd hebben, en wie het van
daag niet kan afmaken, zal er morgen mee moe
ten doorgaan, ook al is het nog zoo aanlokkelij)
om morgen weer aan iets nieuws te kunnen be
ginnen; wie ailes ineens wil doen, zal niets be
hoorlijk afmaken en er tenslotte alleen nq
maar doodmoe van worden. Alsof dat het doe
van al haar zwoegen zou kunnen zijn.
E. E. J.—P.
(Adv. Ingez. Med.)
VOOR DE KINDEREN
Heel diep duikt Prikkebeen ln 't zand.
Gelukkig kwam hij goed te land:
Hij heeft geen arm of been gebroken
Nog nooit heeft hij zoo goed gedoken,
Men trekt hem weldra op den grond
En zie: hij heeft geen enk'le wond.
Maar kijk, de brand verbreidt zich snel:
Men zoekt naar water, naar een wel.
Men wil die wilde vlammen blusschen
De gloed is echter niet te sussen.
Dan, voor de hitte zeer beducht,
Slaan broer en zuster op de vlucht.
Een natuurlijke vitaminebron vooi
dezen tijd van het jaar.
Wie een mooi stilleven wil zien, móet eens naai
een schotel kijken, waar winterpeen den hoofd
toon voert. Al is de dag nog zou grauw, de helder
rood-oranje kleuren van de stukjes peen tooverei
zon en warmte te voorschijn. Zon en warmte, twei
belangrijke elementen voor groei en bloei!
En met die peentjes is dat niet alleen in figuur
lijken, doch ook in letterlijken zin zoo. Want in dii
weelderig warme kleuren kunnen we met rech
een afspiegeling zien van een stof, waaruit ziel
weer andere stoffen ontwikkelen ten dienst!
van onze gezondheid. De deskundigen spreken vai
carotine en vitamine A, woorden, waarvan wi
vroeger nooit hoorden, doch waarvan thans bckeni
is, dat zij een belangrijke rol in ons stoffelijk level
spelen. Is die vitamine A niet de stof. die ons vooi
nachtblindheid behoedt? En herinneren wij ons nie
uit den vorigen oorlog de lijdensgeschiedenis vai
de Deensche kinderen, die bij gebrek aan vitamine
A, oogziekten kregen?
Natuurlijk kan men die vitamine A ook nog aai
andere producten ontleenen, doch in die winter
peenen zit toch wel een extra portie en bovendiei
nog vitamine B 1 en vitamine C. Deze vitamines
komen het allerbest tot haar recht, wanneer d«
peen, in schijfjes gesneden of grof geraspt, rauw
wordt gegeten. Doch ook bij gebruik in gekookter
toestand loont het alleszins de moeite, er op uit tt
zijn deze goede stoffen tijdens de bereiding te be
houden en het is zeker niet overdreven, om die ge
wone winterpeen met veel zorg te behandelen!
Hier volgen een tweetal van de vele mogelijk
heden, die winterpeen ons voor de maaltijden biedt
Hutspot met boonengehakt
Benoodigdheden (voor 4 personen):
1 KG wortelen.
1/4 KG uien.
2 KG aardappelen.
50 gr. (V2 ons) boter of vet.
200 gr. (2. ons) klapstuk of 100 gr. (1- ons) be
legen 40+ kaas.
100 gr. (1 Ons) bruine boonen.
2 dl (2 kopjes) melk of 15 gr. (2 afgestreken
eetlepels) taptemelkpoeder.
J/2 1. water.
1 dl boonennat.
50 gr. bloem.
peper, zout, noot, peterselie.
Bereiding:
Wasch het vleesch, zet het op met het water en
een lepel zout en laat het circa 1 uur koken. Leg
de aardappelen en de wortelen in water en wrijl
ze met de pannenspons schoon. Snijdt de wortels
in schijfjes en snijd de aardappelen in vieren. Leg
de wortelen op het vleesch, daarna de aardappelen
en na een kwartier de ontvelde, in stukken gesneden
uien. Laat de wortelen en aardappelen Vz uur ko
ken, haal het vleesch er uit en maak den stamppot
af op smaak met zout en desgewenscht wat peper.
Voeg onder het stampen de melk of de aangemengde
melkpoeder toe voor het smeuïg worden. Stamp
niet te grondig, daar hierdoor schade aan sommige
voedingsstoffen wordt toegebracht. Men kan beter
stukjes aardappelen of wortel fijn kauwen dan
voedingswaarde verliezen.
Voor het gehakt:
Week daags tevoren de gewasschen boonen in
1/2 liter water en kook ze in het weekwater gaar.
Maal ze tezamen met het vleesch door den vleesch-
molen of wrijf ze fijn en snijd het vleesch in kleine
stukjes. Doe het mengsel in een pan met de bloem
en het boonennat. Laat dit. onder roeren, op een
zacht vuur binden. Voeg peterselie, ui en de rest
van de kruiden toe.
(Bij gebruik van kaas inplaats van klapstuk,
wordt deze geraspt aan het gehakt toegevoegd)
door MABEL-GRUNDY.
Vertaald door
E. GRIESE-KETS DE VRIES.
11)
„Er was geen andere, tenminste het kwam mij
voor, dat er geen andere was". Zij nam haar zit
plaats op den koffer weer in en vouwde haar han
den. „Uw tante maakte bezwaar tegen mijn aan
wezigheid in de zitkamer en deed de logeerkamer
op slot en den sleutel in haar zak, in welken zak
hij nu nog zit. Ik neem natuurlijk niet graag onge-
noodigd bezit van de eetkamer of ga een van de
slaapkamers binnen, dus installeerde ik mij hier. Ik
vond het ook veiliger, om op mijn koffer te gaan
zitten uit vrees, dat uw tante opdracht zou geven,
om hem naar buiten te gooien".
Quinton's gezicht nam een uitdrukking van diepe
verslagenheid aan, terwijl hij sprak en zijn handen
jeukten zenuwachtig. Dit was erger, beslist veel
erger dan alles, wat hij verwacht had. Hij viel in
een stoel naar den paraplubak, ziin beenen weiger
den hem te dragen, en zei: „Hij spijt me en ik
schaam me geweldig". Hij brak af, daar de deur
van de zitkamer open ging en mevrouw Dimsdale
voor hem stond.
„Waarvoor schaam je je, Christopher?" vroeg
zij. „Ik,ben niet verwonderd dat je je schaamt, maar
ik zou graag precies willen weten, waarvoor?"
„Dat u een gast van mij zoo kon behandelen", hij
sprong op, „om haar om haar uit de zitkamer te
bannen en haar te dwingen, om hier te gaan zitten
Het is monsterachtig!"
„Gast!" De stem van tante Sophia sloeg-over van
verbazing. „Dit jonge wezen heeft er geen woord
van gezegd, dat zij een gast was. Ze zei, dat ze was
gekomen, om mij gezelschap te houden my?"
„Is dat niet hetzelfde?"
„In geen geval Een gast is een gast en gezelschap
is een duivelsche bezoeking. Zoolang ik adem haal.
heeft nog nooit iemand mij gezelschap gehouden, en
tal nooit iemand my gezelschap houden. Maar als
zij een gast iswel, dat verandert de zaak natuur
lijk volkomen, ofschoon alleen de hemel weet.
waarom ze dat niet gezegd heeft. Zoo'n massa misver
standen ontstaan er toch in het leven door men-
schen, die niet uitpraten; nu, ik praat altyd uit".
„Dat is zoo", zei. Christopher.
„Ja", echode Whiff.
Mevrouw Dismdale besprong haar onmiddellijk
„U weet er niets van".
„Toch wel", sprak Whiff zacht en met een zwakke
zucht van vermoeidheid tegen. „U zei mij alles wat
u op het hart had".
„Dat verdiende u, omdat u zoo kort van stof
was".
„Ik kreeg geen kans. Iederen keer, als ik pro
beerde u een verklaring te geven, viel u mij in de
rede".
„U noemde het woord gezelschap. Had u mij
gezegd, dat u een gast was. de gast van mijn neef,
ofschoon hij mij niet op de hoogte had gebracht
van uw komst", zy keek Quinton aan en keek
overal naar behalve naar haar, „dan zou ik hebben
geweten, waar -ik mij aan te houden had en niet
onbeleefd zyn geweest".
„Kan een gast geen gezelschap zijn?"
„Neen", zei mevrouw Dimsdale op vasten toon. .,in
de verste verte niet. Maar als u nu van uw koffer
wilt opstaan, zal hij naar boven worden gebracht
Neen, niet door jou, Christopher, er zijn dienst
boden in huis". Zij waarschuwde hen en met ver
bazingwekkende snelheid verschenen ze vanachter
de gangdeur, waar zij trillend van opwinding had
den staan luisteren; met den koffer tusschen zich in
gingen zij Whiff voor, de trap op naar de logeer
kamer, na uit den zak van mevrouw Dimsdale
den sleutel van deze kamer te hebben ontvangen
Toen begaf tante Sophia zich naar de zitkamer
°n informeerde: „Wie is deze jonge vrouw, Chris
'">«->her?"
Zii heet Whiff Woffran"
.Whiff wat?"
..Whiff Woffran"
„Waar heb je haar opgepikt?"
„Quinton's voorhoofd betrok „Ze is een vriendin
an me".
Op dit oogenblik was Whiff ln de oogen van
Quinton de trouwste en meest gewenschte vriendin,
die hij ooit bezeten had. Haar moed leek hem, niets
minder dan schitterend. Schitterend, om daar zoo ge
duldig, beheerscht, en zonder kwaad te worden, te
zitten, weigerend te verdwijnen, weigerend om door
zijn sterke, heerschzuchtige en vreeselijke tante uit
zijn huis te worden gesmeten, tot hij thuis kwam.
Was zij niet werkelijk een vrienin?
„Het was mij niet bekend, dat je er jonge vrien
dinnen op nahield".
Christopher gaf geen antwoord.
„Blijft ze lang?"
„Het hangt er vanaf"
„Waarvan?"
„Van alle mogelijke dingen".
„Noem er een".
„Wel, of u gelukkig met elkaar bent".
„Dan blijft ze niet lang", zei tante Sophia, en
klemde de lippen van haar grooten, rechten mond
op een. „Ik heb meisjes nooit kunnen uitstaan"
Christopher deinsde bij het woord „uitstaan"
achteruit. Het gebruik van dit enkele woord was
oorzaak, dat hij tusschenbeide de onmogelijkheid
voelde, om in hetzelfde huis tante Sophia te blijven
Zij had honehd gelachen, als hij het gewaagd hacf
zijn afkeer ervan te kennen te geven en gezegd
dat hy bedorven was door naar Oxford te -gaan, dat
een gewone particuliere school goed genoeg was
geweest voor zijn vader en zijn oom Dimsdale
mannen, die in de wereld vooruit waren gekomen
en geld hadden, verdiend én geen gewichtig air
hadden aangenomen of teemende Oxfordstemmen
of bezwaar hadden tegen een rechtschapen woord
als „ujtstaan", dat zij van plan was tot aan hel
eind van haar dagen te blijven gebruiken, en het
was jammer, dat hy niet op ze leek. Arme Quin
ton, als er ooit een bescheiden man was geweest
zonder air of' verbeelding of iets dergelyks, dan
was hy het, en het -was hard, dat hij aangezien
kon worden voor verwaand en Oxfordiaansch, lou
ter vanwege zijn bezwaar tegen één woordje van
twee lettergrepen.
Mevrouw Dimsdale bemerkte zijn schrik en her
haalde vastberaden de uitdrukking: „Ik heb meis
jes nooit kunnen uitslaan, giebelende, snaterende
meisjes!" Zij liet haar zware oogleden zakken en
met een veelzeggend gebaar onderstreepte zij haar
afschuw. „Ben je verliefd op dat ding?" was haai
volgende rechtstreeksche vraag. Zy nam nooit een
blad voor haar mond. Zy was van meening, dat bla
den niet waren uitgevonden, om voor iemands
mond gehouden te worden.
Quinton sprong op. „Hoe komt u er bij", riep
hij een beetje driftig en volslagen onbewust, dat
hy zich niet strikt aan de waarheid hield, want al
was hij niet precies verliefd, hij was begonnen iets
te zijn. dat er niet ver vandaan was.
„Mag ik dan vragen, waarom je haar uitgenoo-
digde voor een bezoek? Mannen vragen gewoonlyk
niet aan meisjes, ze te komen bezoeken".
Mevrouw Dimsdale beet op haar lip.
„Ik dacht, dat het voor u wel een prettige ver
andering zou zijn, u hebt het zoo saai".
„Ik zou wel eens willen weten, hoeveel malen ik
nog moet herhalen, dat ik het niet saai heb. Ben
je doof of snap je het niet. Christopher Quinton?"
„Als u het dan niet saai hebt, ik wel, ik heb
het vervlóekt saai", riep hij plotseling hartstochte
lijk uit, terwijl hij door de kamer stapte en voó>
haar ging staan. „En dit is mijn huis, m ij n huis
tante Sophia en niet het uwe. Hebt u misschien
dit veilige tehuis'gekregen? En als ik lust heb, om
'n dozijn meisjes, meisjes, één voor één in mijr
huis uit te noodigen, dan doe ik dat. Houd u da'
voor gezegd".
De deur sloeg achter Christofer dicht, toen hij de
kamer uitstoof en tante Sophia zat naar den stoei
te staren, dien hij zoo juist verlaten had, t*rwij.
haar breiwerk uit haar futlooze handen op den
grond viel:
,Dat wordt een mooie boel", fluisterde zij, „eer
mooie boel/Maarzij richtte zich op en haai
voeten van het bankje lichtend, plantte zij ze steviv
op den vloer, terwijl zij zich uit haar stoel in
haar volle machtige lengte opheesch „hij laat m-
koud en zij laat me koud". Zij wierp haar schou
ders achteruit en zette haar borst uit, „ze laten
me allebei koud".
De gong luidde en met opgeheven hoofd ging
naar binnen om te eten.
HOOFDSTUK Vin.
Eerst heerschte er spanning en de soep werd op
gediend in een atmosfeer van rustige beleefdheid
Mevrouw Dimsdale was norsch maar beleefde
Christopher, nog in hooge mate zenuwachtig, wa-
niettemin heel beleefd, en Whiff, de eenige, die toch
het minst op haar gemak moest zyn, was eveneens
heel beleefJ
Panton, die den laatsten stand van zaken in de
keuken kwam berichten, zoo tusschen elk gerecht
door, zei, dat ze allemaal hadden kunnen deel
nemen aan een wedstrijd in goede manieren en het
was moeilijk te gelooven, dat ze nog maar ee* half
uur tevoren bijna,iets naar eikaars hoofd hadden
gesmeten.
Whiff had haar grijze jurk verwisseld voor een
soepele zwart chiffonnen, een overschot uit betere
dagen en met haar glanzend haar en fijne tint her
innerde zij Quinton, zooals zy daar op haar hoog-
gerugde eiken stoel zat, aan een camee, die aan
zijn moeder had behoord Er scheen een geest van
sereniteit en verfijning uit te gaan van ieder woord
en gebaar van haar. Er was niets schichtigs of
haastigs aan Whiff, geen vervelende tafelmanieren,
geen gekruimel van brood of gcrol van pillen of bal
letjes, gescharrel met zoutvaatjes, of gebalanceer
van haar extra lepels en vorken op haar vingers. Er
was rust in haar houding en Quinton hield zich
zelf voor, dat hij' nog nooit iemand ontmoet had
die zoo rustig en zoo kalmeerend was.
Tante Sophia had hem nooit gekalmeerd onder
den maaltijd. Feitelijk was hy een en al prikkel
baarheid geweest van het oogenblik af, dat zy
ging zitten totdat zy opstond. Haar allesoverheer-
sehende belangstelling in haar voedsel, haar reus
achtige eetlust en de maniet-, waarop zij het eten
„verwerkte" hadden hem byna lichamelijk pijn
gedaan. Als zy met uitgestoken vork naar een
malsch stukje spek of den bruinsten bal gehakt
wees, verbeeldde hy zich, dat hy vaak in den
geest gekreund had, en als zij het over „lappen" en
„doppers" had in plaats van de woorden voluit uit
te spreken, was de maat vol. Misschien was het
dwaas van Quinton. om zich door dergelyke klei
nigheden zoo hinderlijk te laten beïnvloeden, maar
hy was nu eenmaal zoo, hij was gevoelig, en hy
kon er niets aan doen Zijn gevoeligheid had hij ge
ërfd van zijn vader, die zacht van aard was, droo-
merig en geneigd, om in de wolken te leven, ver
verwijderd van de alledaagsche wereld van Quin
ton's moeder, zeer zeker een meer beschaafd*
vrouw dan tante Sophia maar met een buitenge
wonen aanleg voor zaken, en door wier streven en
doorzetten haar echtgenoot geworden was. die hij
«as en zoodoende in staat was geweest, zijn eenigen
zoon een heel behoorlyk inkomen na te laten.
(Wordt vervolgd.)